Uw pensioen bij
INHOUD 01
Over deze brochure
2
02
Wat is pensioen eigenlijk?
4
03
Hoe wordt uw pensioen opgebouwd?
6
04 Veranderingen in uw privé-/werksituatie
9
05
Andere belangrijke informatie
11
06
Belangrijke begrippen
12
2
3
01 Over deze brochure
Na het salaris is pensioen de belangrijkste arbeidsvoorwaarde. Pensioen is het inkomen voor uw oude dag en het inkomen voor uw partner en kinderen als u overlijdt. Veel mensen gaan ervan uit dat hun pensioen wel in orde zal zijn, maar een goed pensioen is niet iets vanzelfsprekends. Wie bijvoorbeeld wel eens een tijdje werkloos is geweest of vaak van baan is veranderd, ziet dat terug in zijn pensioen. Ook andere situaties hebben invloed op uw pensioen. In deze brochure leest u waar u op moet letten als het over uw pensioen gaat. Zo komt u niet voor verrassingen te staan. Als u denkt dat uw pensioen straks onvoldoende is, kunt u eventueel zelf extra sparen. Bijvoorbeeld via lijfrente, de levensloopregeling of een andere spaarrekening.
Hoe is uw pensioen geregeld? Stichting Pensioenfonds ECI voert de pensioenregeling van een aantal Bertelsmann ondernemingen in Nederland uit, waarvan ECI de grootste is. In deze tekst wordt gemakshalve verder alleen ECI genoemd waar bedoeld worden de aangesloten werkgevers zoals in hoofdstuk 6 genoemd onder “werkgevers”. De administratie en uitkering van de pensioenen heeft het pensioenfonds ondergebracht bij Interpolis Pensioenen.
Wie is deelnemer? Als u 20 jaar of ouder bent, neemt u op grond van de pensioenovereenkomst tussen u en uw werkgever automatisch deel aan de regeling van Stichting Pensioenfonds ECI zoals die geldt per 1 januari 2007. Misschien was u al langer deelnemer en had u per 31 december 2006 al pensioen bij het pensioenfonds opgebouwd op grond van oude pensioenreglementen? U behoudt dan het recht op dit pensioen, maar voortaan geldt ook voor u de nieuwe pensioenregeling 2007. U bouwt pensioen op op grond van deze nieuwe pensioenregeling. Let op! Bent u jonger dan 20 jaar? Dan bouwt u tot uw 20ste nog geen pensioen op. Als aspirant-deelnemer bent u wel verzekerd van partner- en wezenpensioen. Beëindiging deelname Uw deelname eindigt op het moment dat uw arbeidsovereenkomst stopt: dus als u uit dienst treedt, met pensioen gaat of als u overlijdt.
Wat biedt de pensioenregeling 2007? In het Reglement Pensioen 2007 leest u precies hoe uw pensioen is geregeld. U kunt dit reglement opvragen bij uw werkgever of downloaden via onze website www.ecipensioenfonds.nl. U hoeft natuurlijk niet alle details van het reglement te weten. Maar om een goed beeld van uw pensioen te krijgen, moet u wel weten hoe hoog uw inkomen is als u met pensioen gaat en wat uw eventuele partner en kinderen krijgen wanneer u overlijdt. Via deze regeling bouwt u de volgende aanspraken op: • ouderdomspensioen: inkomen voor uzelf vanaf uw 65ste; • partnerpensioen: inkomen voor uw partner wanneer u overlijdt; • wezenpensioen: inkomen voor uw kind(eren) wanneer u overlijdt. In de pensioenopgave die u elk jaar van het pensioenfonds ontvangt, staat hoeveel pensioen u al hebt opgebouwd bij het pensioenfonds. In deze brochure vindt u aanvullende informatie over: • wat pensioen eigenlijk is (hoofdstuk 2); • hoe uw pensioen is geregeld bij ECI (hoofdstuk 3); • wat u moet doen met uw pensioen bij bepaalde veranderingen in uw persoonlijke situatie, bijvoorbeeld bij scheiding of verandering van baan (hoofdstuk 4); • wat u verder nog moet weten (hoofdstuk 5). In hoofdstuk 6 vindt u een toelichting op de meest gebruikte pensioenbegrippen.
4
02 Wat is pensioen eigenlijk?
Als u op uw 65ste stopt met werken en geen salaris meer ontvangt, wilt u natuurlijk graag op dezelfde voet verder leven. Ook is het een prettig idee dat uw eventuele partner en kind(eren) goed verzorgd achterblijven wanneer u overlijdt. Maar weet u eigenlijk hoe het pensioen dat u (of uw nabestaanden) dan krijgt, wordt opgebouwd? In dit hoofdstuk leest u daar meer over.
2.1 Pensioen is …inkomen voor uw oude dag
Na uw 65ste bestaat uw inkomen uit één of meer van de volgende onderdelen: • AOW-uitkering van de overheid De AOW-uitkering (AOW staat voor Algemene Ouderdomswet) is een levenslange uitkering van de overheid waarop alle inwoners van Nederland vanaf hun 65ste recht hebben. De hoogte van de AOW-uitkering hangt af van het aantal jaren dat u in Nederland hebt gewoond en van de samenstelling van uw huishouden. Wie een jongere partner heeft met een eigen maandinkomen dat lager is dan € 1.175,71 (2007), ontvangt bij de AOW misschien een partnertoeslag totdat de partner 65 jaar wordt en zelf AOW krijgt. Let op: deze partnertoeslag vervalt in 2015 voor iedereen die geboren is na 1949! De AOW wordt uitgekeerd door de Sociale Verzekeringsbank. Kijk op www.svb.nl voor meer informatie over de AOW. • Ouderdomspensioen van uw pensioenfonds Naast de AOW-uitkering krijgt u vanaf uw 65ste een maandelijkse pensioenuitkering van het pensioenfonds. Deze uitkering krijgt u levenslang. In hoofdstuk 3 leest u hoe uw ouderdomspensioen tot stand komt. Hoeveel u straks ontvangt, staat in de jaarlijkse pensioenopgave. Het is belangrijk om na te gaan of dit genoeg is voor u. Als u denkt dat dit niet zo is, kunt u eventueel extra sparen voor uw pensioen. • Pensioen via vorige werkgever(s) Is ECI niet uw eerste werkgever en hebt u al bij andere werkgevers gewerkt? Dan hebt u waarschijnlijk ook pensioen opgebouwd via een andere pensioenuitvoerder (bijvoorbeeld een pensioenfonds of een verzekeringsmaatschappij). Het pensioen dat u hebt opgebouwd bij uw oude pensioenuitvoerder kunt u daar laten staan of overdragen naar Stichting Pensioenfonds ECI. Ga voor meer informatie naar hoofdstuk 4. • Eigen aanvullingen Het is verstandig goed te kijken naar uw pensioensituatie. Wie 40 jaar lang heeft deelgenomen aan de pensioenregeling van zijn werkgever, kan ervan uitgaan dat hij straks een goed pensioen krijgt. Bent u echter meerdere keren van baan veranderd, dan kunt u te maken krijgen met een pensioentekort. In dat geval kunt u extra sparen. Bijvoorbeeld via lijfrente of de levensloopregeling. Hoe eerder u hiermee start, hoe groter de kans dat u straks genoeg inkomen hebt.
2.2 Pensioen is …inkomen voor uw nabestaanden
Hebt u een partner en/of kind(eren), dan is het prettig te weten dat zij voldoende inkomen hebben wanneer u overlijdt. Voor uw partner is er een partnerpensioen, voor uw kind(eren) een wezenpensioen. • Partnerpensioen voor uw partner Wanneer u overlijdt, heeft uw partner recht op een levenslange uitkering van uw pensioenfonds: het partnerpensioen. Dit wordt elke maand door het pensioenfonds overgemaakt. De voorwaarden en de hoogte van het partnerpensioen vindt u in hoofdstuk 3. • Wezenpensioen voor uw kind(eren) Voor uw kind(eren) kent het pensioenfonds het wezenpensioen. In hoofdstuk 3 leest u wat de voorwaarden en de hoogte van deze maandelijkse uitkering zijn. Het wezenpensioen stopt als uw kind(eren) 18 jaar wordt. Studerende kinderen ontvangen, onder bepaalde voorwaarden, het wezenpensioen tot uiterlijk de 27-jarige leeftijd. • Anw (Algemene nabestaandenwet)-uitkering van de overheid De Anw-uitkering geldt alleen voor achterblijvende partners die: • geboren zijn vóór 1950 óf • voor minimaal 45% arbeidsongeschikt zijn óf • de zorg hebben voor een of meer kinderen onder de 18 jaar. De hoogte hangt af van het inkomen van uw partner, maar is maximaal 70% van het minimumloon. Als uw partner recht heeft op een Anw-uitkering en u hebt kinderen, is er voor uw kind(eren) een aanvulling. Ga voor meer informatie naar www.svb.nl. • Anw-hiaatverzekering via uw werkgever De Anw-uitkering is een tijdelijke uitkering. Daarom heeft uw werk gever een voorziening voor alle medewerkers in het leven geroepen: de Anw-hiaatverzekering. Hieraan kunt u op verzoek deelnemen. Als het recht op Anw stopt, ontvangt uw partner tot 65 jaar een uitkering via deze verzekering. Ga naar p ersoneelszaken voor meer informatie.
5
Wat is pensioen eigenlijk?
2.3 P ensioen is …inkomen voor als u arbeidsongeschikt raakt
Als u ziek bent, gaat uw pensioenopbouw door. Bent u langere tijd ziek en komt u na twee jaar in de WIA terecht, dan neemt het fonds een deel van de kosten van uw pensioenopbouw van u over. Dit is afhankelijk van de mate van arbeidsongeschiktheid (zie tabel). Premievrije voortzetting pensioenopbouw bij arbeids ongeschiktheid Mate van arbeidsongeschiktheid: Gedeelte pensioenopbouw dat doorgaat: Minder dan 35% 0% 35% tot 45% 40% 45% tot 55% 50% 55% tot 65% 60% 65% tot 80% 72,5% 80% tot en met 100% 100% Meer informatie over de WIA vindt u op www.werkennaarvermogen.nl.
6
03 Hoe wordt uw pensioen opgebouwd? Hoeveel pensioen krijgt u straks? In dit hoofdstuk leest u meer over hoe u pensioen opbouwt bij Stichting Pensioenfonds ECI en waarop u ongeveer mag rekenen.
3.1 Wat voor soort regeling is het?
Vanaf 1 januari 2007 kent Stichting Pensioenfonds ECI een nieuwe pensioenregeling. Het is een zogenoemde collectieve beschikbare premieregeling, of cdc-regeling (‘cdc’ staat voor collective defined contribution, de Engelse term voor collectieve beschikbare premie). Het voornaamste kenmerk van zo’n cdc-regeling is dat de werkgever, gedurende een bepaalde of onbepaalde periode, een vaste premie afdraagt aan het pensioenfonds van de onderneming. Door deze premie te betalen, heeft de werkgever aan zijn deel voldaan. Hij kan niet meer worden aangesproken voor het aanvullen van eventuele premie- of dekkingstekorten bij het pensioenfonds. Het omgekeerde geldt ook: eventuele overschotten kunnen niet door de onderneming worden opgeëist. Deelnemers betalen (vanaf 20 jaar) een deelnemersbijdrage. Dit is een bepaald percentage van de pensioengrondslag die weer onderdeel uitmaakt van de vaste bijdrage. Wie betaalt wat? Deze vaste premie van de werkgever gaat in een collectieve pensioenpot. Bij de Stichting Pensioenfonds ECI betalen de werkgevers een vaste bijdrage van 32% van de pensioengrondslag van alle werknemers die bij hen in dienst zijn. Deze bijdrage is afgesproken met ingang van 1 januari 2007 voor een duur van vijf jaar middels de uitvoeringsovereenkomst tussen de werkgever en de Stichting Pensioenfonds ECI. Na afloop van deze periode wordt de overeenkomst jaarlijks stilzwijgend voortgezet, tenzij partijen minimaal zes maanden voor het einde van de hiervoor bedoelde periode(n) schriftelijk hebben aangegeven deze overeenkomst te willen wijzigen of beëindigen. De werkgever en de Stichting Pensioenfonds ECI hebben bij het aangaan van deze overeenkomst de intentie uitgesproken om de overeenkomst na afloop van de duur van vijf jaar voort te zetten. Daarbuiten heeft de werkgever geen andere verplichtingen naar het pensioenfonds. De deelnemersbijdrage is 5% van de pensioengrondslag en maakt onderdeel uit van de vaste bijdrage van 32%. Bij het vaststellen van de premie wordt uitgegaan van een pensioenaanspraak op einddatum ter hoogte van 70% van uw gemiddelde salaris. De te betalen premie staat dus vast, maar de uiteindelijke pensioenuitkomst is onzeker. Die is afhankelijk van het vermogen dat op de pensioendatum is opgebouwd uit de premie en de beleggingsopbrengsten. Het risico van tegenvallende beleggingen komt daarmee voor uw rekening. Dat wil zeggen als het vermogen binnen het fonds ontoereikend is, wordt de toekomstige opbouw en vervolgens de al opgebouwde aanspraken gekort. In de premie is daarom een risico-opslag ingebouwd om eventuele tegenvallende beleggingsresultaten op te vangen. Wat gebeurt er als de premie niet voldoende blijkt te zijn? In een normale of gunstige situatie is de vaste premie ruim voldoende. Echter, onder wat minder gunstige omstandigheden, bijvoorbeeld bij tegenvallende beleggingsopbrengsten of dalende marktrentes, kan het gebeuren dat de vaste premie niet voldoende blijkt te zijn om een niveau van ongeveer 70% van uw gemiddelde salaris te
behalen. In dat geval moet het pensioenfonds maatregelen nemen om ervoor te z orgen dat het pensioenfonds weer in een goede financiële positie komt en aan de minimale (wettelijke) dekkingsgraad van 105% voldoet. Het pensioenfonds kan dan besluiten een deel van de premie hiervoor te gebruiken. Ook kan het noodzakelijk zijn om de pensioenen in mindere mate of helemaal niet te indexeren. Als dat niet helpt, kan het bestuur vervolgens besluiten de opbouw van toekomstige pensioenaanspraken te verlagen. Blijkt dit nog niet voldoende te zijn, dan zullen ook de al opgebouwde aanspraken verlaagd moeten worden. Maar dat komt zelden voor. In principe is de betaalde premie voldoende om alles te financieren. Hoe zit het met toeslagverlening? Als het pensioenfonds over voldoende financiële middelen beschikt, verleent het bestuur jaarlijks per 1 januari een toeslag op de opgebouwde en ingegane pensioenen. Het bestuur beslist jaarlijks in hoeverre een toeslag wordt verleend. De toeslagverlening is voorwaardelijk. Er bestaat geen recht op toeslag en het is ook voor de toekomst niet zeker of en in hoeverre toeslagverlening zal plaatsvinden. Er wordt voor toeslagverlening geen premie betaald en geen geld gereserveerd. Hoe werkt een middelloonregeling? De pensioenen worden dus gefinancierd uit een vaste premie. Bij de uitvoering streeft het pensioenfonds naar het ambitieniveau van een middelloonregeling, m.a.w. het fonds doet er alles aan om ervoor te zorgen dat de pensioenuitkering die u straks krijgt op het niveau ligt van een pensioenuitkering die u zou ontvangen als het fonds een middelloonregeling zou uitvoeren. Hoe werkt een middelloonregeling? In een middelloonregeling bouwt u elk jaar dat u deelneemt aan de pensioenregeling een bepaald percentage (2,25%) van de pensioengrondslag op. De pensioengrondslag is uw pensioengevend salaris verminderd met een bedrag (franchise) waarover u niet hoeft op te bouwen omdat u vanaf uw 65ste een AOW-uitkering van de overheid krijgt. U bouwt op over de grondslag zoals die elk jaar wordt vastgesteld op basis van het pensioengevend salaris in dat jaar. Dit betekent dat als u in het daaropvolgende jaar een salarisverhoging krijgt, deze alleen meetelt voor de jaren vanaf het moment dat de verhoging aan u is toegekend en niet over de jaren daarvoor. Om ervoor te zorgen dat de pensioenaanspraken niet te veel in waarde achteruitgaan, probeert het pensioenfonds deze jaarlijks onder bepaalde voorwaarden te indexeren. Daarom noemen we dit een ‘voorwaardelijk geïndexeerde’ middelloonregeling.
7
Hoe wordt uw pensioen opgebouwd?
3.2 Wat bouwt u op?
Als u na uw pensionering overlijdt, ontvangt uw partner alleen partnerpensioen als het partnerschap vóór uw pensionering is aangegaan.
• ouderdomspensioen voor uzelf, vanaf uw 65ste; • partnerpensioen voor uw partner, wanneer u overlijdt; • wezenpensioen voor uw kind(eren), wanneer u overlijdt.
Wat krijgt uw partner?. Het partnerpensioen dat u opbouwt, blijft van u als u uit dienst gaat. U kunt uw opgebouwde ouderdomspensioen onder voorwaarden meenemen naar uw nieuwe pensioenuitvoerder.
Als u deelneemt aan de regeling, bouwt u de volgende voorwaardelijke aanspraken op:
• Ouderdomspensioen voor uzelf Vanaf uw 65ste bestaat uw inkomen uit diverse onderdelen (zie hoofdstuk 2). Eén daarvan is het ouderdomspensioen dat u opbouwt via uw werkgever. Het ouderdomspensioen is een maandelijkse uitkering. De uitkering gaat in op de eerste dag van de maand waarin u 65 jaar wordt en loopt levenslang door. Zo bouwt u op Bij ECI betaalt de werkgever een vaste bijdrage van 32% van de pensioengrondslag van alle deelnemers die bij hem in dienst zijn. Deze bijdrage geldt tot 1 januari 2012. Daarbuiten heeft de werkgever geen andere verplichtingen naar het pensioenfonds. Uw bijdrage is 5% van de pensioengrondslag en maakt onderdeel uit van de vaste bijdrage van 32%. U betaalt elke maand mee voor de opbouw van het totale ouderdomspensioen dat u in dat jaar opbouwt, de pensioenpremie. Gaat u uit dienst of met pensioen, dan stopt uw opbouw. Dat geldt uiteraard ook als u overlijdt. Hoogte De hoogte van het ouderdomspensioen hangt af van de hoogte van uw salaris en van het aantal jaren dat u deelneemt aan de pensioenregeling. Elk jaar dat u deelneemt aan de regeling, bouwt u ouderdomspensioen op. Het ouderdomspensioen dat u in een jaar opbouwt, is gelijk aan 2,25% van uw pensioengrondslag in dat jaar. Dat klinkt ingewikkelder dan het is. De pensioengrondslag is uw jaarsalaris verminderd met de franchise. Het jaarsalaris is 12 x uw maandsalaris, inclusief de toegekende vakantietoeslag. Omdat u vanaf uw 65ste van de overheid AOW krijgt, bouwt u over een deel van uw salaris geen pensioen op. Dat is de franchise. Elk jaar bepaalt het pensioenfonds de hoogte van de franchise op basis van de AOWontwikkeling. In 2007 is de franchise € 11.872. Als u vóór 2007 al deelnemer was, is onder andere uw opgebouwde ouderdomspensioen uit de oude regeling(en) automatisch meegenomen naar deze pensioenregeling. De hoogte hiervan verschilt per persoon. • Partnerpensioen voor uw partner Partnerpensioen is inkomen voor uw partner, wanneer u overlijdt. Bij Stichting Pensioenfonds ECI is de hoogte van het partner pensioen 1,575% (70% van 2,25%) van de pensioengrondslag, dus van het jaarsalaris verminderd met de franchise, vermenigvuldigd met het aantal deelnemersjaren tot de pensioendatum. Het partnerpensioen is een maandelijkse uitkering. De uitkering gaat in op de eerste dag van de maand waarin u overlijdt en loopt levenslang door. Wie geldt als partner? Als partner geldt de persoon met wie u: • getrouwd bent, óf; • een geregistreerd partnerschap hebt, óf; • minimaal een half jaar een gezamenlijke huishouding voert, vastgelegd in een notarieel samenlevingscontract, én waarmee geen bloed- of aanverwantschap bestaat.
Overlijdt u vóór uw 65ste, dan ontvangt uw partner het partnerpensioen dat u zou hebben opgebouwd als u tot uw 65ste in leven was gebleven. Voor de jaren vanaf uw overlijden tot uw 65ste is uw laatstverdiende salaris het uitgangspunt voor de berekening. Als u niet langer deelneemt aan de pensioenregeling van Stichting Pensioenfonds ECI en u overlijdt vóór uw 65ste, ontvangt uw partner het partnerpensioen dat u hebt opgebouwd tijdens uw deelname aan de regeling. Dit geldt alleen als u uw pensioen niet hebt meegenomen naar uw nieuwe pensioenuitvoerder. Overlijdt u ná uw pensioendatum, dan ontvangt uw partner het door u opgebouwde partnerpensioen. Tenzij u op uw pensioendatum ervoor kiest uw partnerpensioen uit te ruilen voor meer ouderdomspensioen (zie ‘Geen partnerpensioen nodig’). Bijzonder partnerpensioen Verder heeft uw ex-partner bij beëindiging van het huwelijk, of scheiding van tafel en bed of het geregistreerd partnerschap recht op een deel van het door u opgebouwde partnerpensioen. Dit wordt bijzonder partnerpensioen genoemd. Uw ex-partner heeft recht op het partnerpensioen dat u hebt opgebouwd tot de beëindiging van het huwelijk of het geregistreerd partnerschap. Het kan dus zijn dat van het partnerpensioen voor uw nieuwe partner eerst het bedrag dat uw ex-partner krijgt aan bijzonder partnerpensioen wordt afgetrokken. Als u vóór 2007 al deelnemer was, hebt u automatisch onder andere uw opgebouwde partnerpensioen uit de andere regeling(en) meegenomen naar deze pensioenregeling. De hoogte hiervan is voor elke deelnemer anders. Geen partnerpensioen nodig? U kunt uw partnerpensioen uitruilen voor een hoger ouderdomspensioen, bijvoorbeeld als u geen partner hebt of als uw partner zelf een goed pensioen heeft. Deze keuze maakt u net voor uw pensioen (in 4.3 vindt u meer informatie). • Wezenpensioen voor uw kind(eren) Wanneer u overlijdt, ontvangt uw kind(eren) wezenpensioen. De hoogte van het wezenpensioen is gerelateerd aan uw partnerpensioen. Het pensioenfonds erkent als kind de eigen kind(eren) en stief- en pleegkinderen die als eigen kinderen worden opgevoed. Kinderen ontvangen het wezenpensioen in principe tot de 18-jarige leeftijd. Als uw kind studeert, loopt het wezenpensioen uiterlijk door tot uw kind 27 jaar is. Wat krijgt uw kind? Overlijdt u vóór uw 65ste, dan ontvangt elk kind 20% van het partnerpensioen dat u zou hebben opgebouwd als u in leven was gebleven tot uw 65ste. Voor de jaren vanaf uw overlijden tot uw 65ste is uw laatstverdiende salaris het uitgangspunt voor de berekening. Als u niet meer deelneemt aan de pensioenregeling van Stichting Pensioenfonds ECI en u overlijdt vóór uw 65ste, ontvangt elk kind een wezenpensioen van 20% van het partnerpensioen waar u aanspraak op hebt. Dit geldt overigens alleen als u uw pensioen niet
8
Hoe wordt uw pensioen opgebouwd?
hebt meegenomen naar uw nieuwe pensioenuitvoerder. Wanneer u overlijdt ná uw 65ste, ontvangt elk kind het door u opgebouwde wezenpensioen. Dit komt overeen met 20% van het door u opgebouwde partnerpensioen. Let op! Als beide ouders zijn overleden, krijgt het kind een dubbel wezenpensioen. Voorbeeld Kees is op 1 januari 2007 begonnen bij ECI. Hij neemt automatisch deel aan de pensioenregeling van Stichting Pensioenfonds ECI. Zijn pensioendatum is 1 juli 2043. In 2007 is zijn jaarsalaris € 20.000. Kees is 29 jaar en getrouwd met Els; ze hebben twee kinderen. Hoe is de pensioensituatie van Kees in 2007? Stap 1: berekenen van de pensioengrondslag Om zijn pensioensituatie te bepalen, berekent Kees eerst zijn pensioengrondslag. Dit is het jaarsalaris verminderd met de franchise. Het jaarsalaris van Kees is € 20.000, de franchise in 2007 is € 11.872. Zijn pensioengrondslag wordt dan € 20.000 - € 11.872 = € 8.128. Stap 2: hoe hoog is het ouderdomspensioen? Over zijn pensioengrondslag bouwt Kees elk jaar een vast percentage aan ouderdomspensioen op. In 2007 is dit 2,25%. In 2007 bouwt hij dus 2,25% van € 8.128 (of 0,0225 x € 8.128) is € 183 op. Voor dit ene jaar werken ontvangt Kees vanaf zijn 65ste levenslang elk jaar bruto € 183, exclusief AOW.
Stap 3: hoe hoog is het partnerpensioen? Het partnerpensioen is 1,575% x de pensioengrondslag x het aantal deelnemersjaren tot de pensioendatum. De pensioengrondslag is € 8.128. Als Kees op 1 mei 2008 zou overlijden en we gaan er van uit dat hij tot zijn 65ste zou hebben gewerkt, zou hij 36,5 deelnemers jaren hebben. Zijn pensioendatum is 1 juli 2043. De hoogte van het partnerpensioen wordt dan 1,575% x € 8.128 x 36,5 = € 4.673. Els zou levenslang elk jaar € 4.673 ontvangen. Verder ontvangt Els mogelijk een Anw-uitkering (zie hoofdstuk 2). Stap 4: hoe hoog is het wezenpensioen? Als Kees tijdens zijn deelnemerschap overlijdt, hebben zijn kinderen recht op een wezenpensioen. Voor elk kind is dit 20% van het partnerpensioen dat Kees zou hebben opgebouwd tot zijn 65ste. U zag al in de berekening in stap 3 dat het partnerpensioen van Kees uitkomt op € 4.673 als hij in 2008 overlijdt. Zijn beide kinderen krijgen in dat geval elk jaar 20% van € 4.673 = € 935. De kinderen krijgen dit bedrag in principe tot hun 18e. Overgangsbepalingen Deze pensioenregeling geldt vanaf 2007. Was u voor 2007 al deelnemer? Dan gelden voor u de overgangsbepalingen. Wat houden deze in? Het ouderdoms-, partner-, wezen- en tijdelijk ouderdomspensioen dat u via een of meer andere pensioenregelingen vóór 2007 heeft opgebouwd, is premievrij gemaakt. Tijdelijk ouderdomspensioen is pensioen dat u heeft opgebouwd in oude regelingen om vóór uw 65ste met pensioen te gaan. De opbouw hiervan is afgeschaft vanwege nieuwe regelgeving van de overheid. In de pensioenregeling 2007 bouwt u geen tijdelijk ouderdomspensioen meer op.
9
04 Veranderingen in uw privé-/werksituatie Als u kinderen krijgt, gaat scheiden of arbeidsongeschikt wordt, heeft dat gevolgen voor uw pensioen. In dit hoofdstuk vindt u een overzicht van de situaties die speciale aandacht voor uw pensioen vragen.
4.1 Veranderingen in uw privé-situatie • U gaat samenwonen Als u en uw partner al een half jaar of langer (aantoonbaar) samen wonen, minimaal een half jaar geleden een samenlevingscontract hebben afgesloten en geen familie in de rechte lijn van elkaar zijn, is het belangrijk dat u uw partner aanmeldt bij Interpolis Pensioenen. Uw partner heeft in dat geval namelijk recht op partnerpensioen wanneer u overlijdt. Is uw partner niet aangemeld, dan heeft uw partner ook geen recht op een deel van uw opgebouwde ouderdomspensioen. • U gaat trouwen of een geregistreerd partnerschap aan Wie gaat trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaat, hoeft zijn of haar partner niet aan te melden. Interpolis Pensioenen ontvangt deze gegevens automatisch via de gemeente. Bij uw overlijden heeft uw partner recht op het door u opgebouwde partnerpensioen, tenzij u dit anders regelt in de voorwaarden van uw huwelijk of geregistreerd partnerschap. Let op! Uw partner heeft alleen recht op partnerpensioen als het samenlevingscontract, geregistreerd partnerschap of huwelijk vóór uw pensionering is aangegaan. • U gaat scheiden Wanneer uw huwelijk of geregistreerd partnerschap eindigt, heeft uw ex-partner recht op de helft van het ouderdomspensioen dat u tijdens uw huwelijk of geregistreerd partnerschap hebt opgebouwd, tenzij u dit anders hebt geregeld via uw huwelijksvoorwaarden of een echtscheidingsconvenant. De verdeling van pensioen bij scheiding heet pensioenverevening. Dit is een wettelijke regeling. Meer informatie vindt u op www.postbus51.nl. Let op! Als een samenlevingsovereenkomst wordt beëindigd, bestaat er geen recht op pensioenverevening. Verder heeft uw ex-partner recht op een deel van uw partnerpensioen, wanneer u overlijdt. Het gaat om het partner pensioen dat u hebt opgebouwd tot de echtscheiding; dit wordt bijzonder partnerpensioen genoemd. • U krijgt een kind Via de gemeente wordt Interpolis Pensioenen automatisch op de hoogte gebracht van de geboorte van een kind. U hoeft dit dus niet aan te melden. Wanneer u overlijdt, hebben uw kinderen tot 18jarige leeftijd recht op wezenpensioen. Studerende kinderen krijgen wezenpensioen tot uiterlijk de 27-jarige leeftijd. • U gaat verhuizen Een verhuizing wordt ook doorgegeven via de gemeente. Geef uw adreswijziging wel door aan uw eigen gemeente. • U vertrekt naar het buitenland Gaat u in het buitenland wonen of werken, dan moet u dit even schriftelijk doorgeven aan Interpolis Pensioenen. Na ingang van uw pensioen ontvangt u jaarlijks een verzoek om een bewijs van leven (attestatie de vitae) naar ons te sturen. Let op: vertrek naar het
uitenland heeft vaak gevolgen voor uw huidige pensioen of uit b kering (bijvoorbeeld uw AOW). Lees hier meer over op www.svb.nl. • U komt te overlijden Na uw overlijden hebben uw nabestaanden recht op een uitkering van het pensioenfonds. Interpolis Pensioenen krijgt een overlijdensbericht van de gemeente en zorgt ervoor dat de pensioenen worden uitgekeerd. Hebt u geen partner en / of kinderen, dan vervalt uw pensioen volledig aan het pensioenfonds.
4.2 Veranderingen in uw werksituatie • U gaat meer of minder werken Uw salaris vormt de basis voor uw pensioenopbouw. Gaat u meer of minder werken, dan verandert niet alleen uw salaris maar ook uw pensioenopbouw. • U krijgt een andere werkgever Als u een andere werkgever krijgt, stopt de pensioenopbouw in de regeling. U kunt dan twee dingen doen met uw opgebouwde pensioen: • U kunt uw pensioen bij het fonds laten staan. Uw ouderdoms pensioen ontvangt u dan vanaf uw 65ste. Wanneer u overlijdt, krijgt uw partner het opgebouwde partnerpensioen. • U kunt uw pensioen meenemen naar uw nieuwe werkgever. Dit heet waardeoverdracht. Het voordeel hiervan is dat u vanaf uw 65ste pensioen ontvangt van één pensioenuitvoerder. Neem contact op met het pensioenfonds of kijk op www. ecipensioenfonds.nl voor meer informatie hierover. • U bent werkloos Bij werkloosheid stopt uw deelname aan de pensioenregeling en daarmee ook de opbouw van uw pensioen. Op www.uwv.nl ziet u of u in aanmerking komt voor een WW-uitkering. Als u ouder bent dan 40 jaar en een WW-uitkering ontvangt, hebt u recht op een bijdrage van de Stichting FVP (Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering). Uw pensioenopbouw gaat onder bepaalde voorwaarden door. Via het UWV (Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen) ontvangt u automatisch een aanvraagformulier. Let op! Met ingang van 1 januari 2009 verdwijnt de Stichting FVP en vervalt de FVP-bijdrage. • U gaat met pensioen Vlak voordat u met pensioen gaat, krijgt u enkele keuzemogelijkheden voorgelegd (zie 4.3). Vanaf uw pensioendatum ontvangt u levenslang elke maand uw pensioenuitkering. U ontvangt de bruto uitkering. Hierop worden de verschuldigde belastingen en wettelijke heffingen ingehouden.
10
Veranderingen in uw privé-/werksituatie
4.3 Pensioen in zicht Vlak voordat u met pensioen gaat, krijgt u enkele keuzes voorgelegd waarmee u uw opgebouwde pensioen kunt aanpassen aan uw persoonlijke situatie en wensen. Hierna ziet u welke mogelijkheden dat zijn. Let op: deze keuzes zijn eenmalig en kunnen niet ongedaan worden gemaakt! • Uitruil van ouderdomspensioen in partnerpensioen U kunt een deel van uw ouderdomspensioen uitruilen voor meer partnerpensioen. Daardoor wordt uw ouderdomspensioen lager. De keuze voor uitruil van ouderdomspensioen in partnerpensioen kunt u maken als uw deelname aan het pensioenfonds eindigt doordat u ergens anders gaat werken of op uw pensioendatum. • Uitruil van partnerpensioen in ouderdomspensioen Andersom kan ook. Uitruil van partnerpensioen in ouderdoms pensioen. U levert dan (een deel van) het partnerpensioen dat u bij ons pensioenfonds hebt opgebouwd in voor een hoger ouderdoms pensioen. Als u kiest voor uitruil, verliest u het recht op partner pensioen. In plaats daarvan krijgt u een hoger ouderdomspensioen. Dit hogere ouderdomspensioen kunt u bijvoorbeeld gebruiken om eerder met pensioen te gaan. Andere overwegingen om het partnerpensioen uit te ruilen in ouderdomspensioen zijn als u geen partner heeft of uw partner voldoende eigen inkomen heeft en zelf een goed pensioen opbouwt. U kunt de keuze voor uitruilen van partnerpensioen voor hoger ouderdomspensioen maken vlak voordat u met pensioen gaat. Uitruil kan alleen als uw partner u daar toestemming voor geeft! Het wezenpensioen kunt u niet uitruilen. Hebt u een ex-partner die recht heeft op bijzonder partnerpensioen (zie hoofdstuk 3)? Dan is dit deel van uw partnerpensioen niet beschikbaar voor uitruil. • Eerder met pensioen U kunt uw ouderdomspensioen vóór uw 65ste laten ingaan, in overleg met de werkgever. De minimum leeftijd is 60 jaar, de maximum leeftijd is 65 jaar. Als u voor uw 65e met pensioen gaat, wordt uw pensioenuitkering lager. U bouwt immers alleen pensioen op als u werkt. Stopt u eerder met werken, dan loopt u een gedeelte van uw pensioenopbouw mis. Bovendien moet uw opgebouwd pensioen over een langere periode worden uitgekeerd. Leeftijd pensionering 65 jaar 64 jaar 63 jaar 62 jaar 61 jaar 60 jaar
Hoogte pensioenuitkering 100% 92,5% 85,8% 79,8% 74,3% 69,3%
Een lagere pensioenuitkering kunt u (deels) voorkomen door zelf te sparen voor extra pensioen, bijvoorbeeld via de levensloopregeling. Let op! Wilt u vóór uw 65ste met pensioen? Overleg dan met uw werk gever en meld dit uiterlijk zes maanden voor de gewenste pensioendatum aan Interpolis Pensioenen.
• Eerst een hoger ouderdomspensioen en daarna een lager Stel dat u vlak na uw pensionering een verre reis wilt gaan maken of andere plannen hebt die veel geld kosten. U kunt er dan voor kiezen om gedurende een bepaalde periode eerst een hogere pensioenuitkering te ontvangen en daarna een lagere. Andersom kan ook. Als uw partner bijvoorbeeld nog werkt, hebt u in de beginjaren van uw pensionering misschien genoeg aan een lagere pensioenuitkering. U mag voor een periode van minimaal één en maximaal vijf jaar een lagere pensioenuitkering kiezen en daarna een hogere, of andersom. De gekozen periode is definitief. Let op! Op grond van fiscale wetgeving is een variatie tussen de hoogste en de laagste uitkering van maximaal 100:75 toegestaan. Voorbeeld: als u het hoogste bedrag op € 1.000 zet, dan mag het laagste bedrag nooit lager zijn dan € 750. Vraag bij het pensioenfonds om een berekening van uw mogelijkheden.
11
05 Andere belangrijke informatie
Het kan natuurlijk zijn dat u na het lezen van deze brochure nog vragen hebt. U ziet hier waar u dan terecht kunt.
Algemeen
Privacy, bezwaar en klachten
• Uw pensioenopgave Elk jaar ontvangt u van Stichting Pensioenfonds ECI uw pensioenopgave. Hierop ziet u hoeveel pensioen u hebt opgebouwd en op hoeveel pensioen u straks recht hebt als u blijft werken. Bekijk deze opgave zorgvuldig. Als de bedragen niet aansluiten bij uw wensen, kunt u eventueel bijsparen. • Uw pensioenreglement Wilt u graag meer weten over de precieze regels en regelingen van uw pensioen, dan vindt u die in de statuten en het pensioen reglement. Een exemplaar van de statuten en het pensioen reglement kunt u altijd inzien bij uw werkgever of raadplegen op de website van het pensioenfonds www.ecipensioenfonds.nl. Natuurlijk kunt u dit ook bij de afdeling personeelszaken o pvragen. • Wijzigingen doorgeven Het is belangrijk dat het pensioenfonds op de hoogte is van wijzigingen in uw pensioensituatie. Meestal gaat dit vanzelf, maar dat is niet altijd het geval. De gemeente stelt het pensioenfonds op de hoogte van verhuizingen binnen Nederland, overlijden, trouwen of scheiding. U hoeft alleen de gemeente op de hoogte te brengen van de wijziging. Wijzigingen in (de mate van) arbeidsongeschiktheid ontvangt het pensioenfonds via uw werkgever en/of de uitkeringsinstantie. Start of eindigt uw samenlevingscontract? Of verhuist u naar het buitenland? Dan moet u dit wel zelf doorgeven. Neem daarvoor contact op met Stichting Pensioenfonds ECI. • De berekening van uw pensioen Voor vragen over de inhoud van deze brochure of over de berekening van uw pensioen kunt u terecht bij uw werkgever, maar ook bij de administratie van het pensioenfonds.
•
Het adres en telefoonnummer van Stichting Pensioenfonds ECI: Administratie telefoon fax postadres e-mail internet
Interpolis Pensioenbeheer B.V. (013) 462 36 10 (013) 462 36 01 Postbus 90170 5000 LM Tilburg
[email protected] www.ecipensioenfonds.nl
•
•
Privacybescherming Op de registratie van persoonsgegevens is de Wet bescherming persoonsgegevens van toepassing. Hierin staan de voorwaarden waaronder persoonsgegevens mogen worden geregistreerd en wordt aangegeven wanneer deze gegevens aan derden mogen worden verstrekt. Als geregistreerde hebt u het recht om uw gegevens in te zien en te corrigeren. Bezwaar tegen een beslissing Als u het een keer niet eens bent met een beslissing van het fonds, kunt u schriftelijk bezwaar maken. Vermeld in het bezwaarschrift duidelijk waarom u het niet eens bent met de genomen beslissing. Stuur uw bezwaarschrift vervolgens naar Interpolis Pensioenen ter attentie van het bestuur van Stichting Pensioenfonds ECI. Het adres vindt u achter in deze brochure. Het bestuur neemt het bezwaarschrift in behandeling. Bent u het ook niet eens met de beslissing van het bestuur, dan hebt u nog de mogelijkheid om een uitspraak van de kantonrechter aan te vragen. Klachtenprocedure De medewerkers van Interpolis Pensioenen doen hun uiterste best u zo goed mogelijk van dienst te zijn. Mocht u desondanks toch een klacht hebben over de uitvoering van de pensioenregeling, dan is het goed te weten dat er een klachtenprocedure is. U dient een klacht schriftelijk in bij Interpolis Pensioenen, ter attentie van Stichting Pensioenfonds ECI. Is de klacht niet naar tevredenheid behandeld, dan kunt u deze voorleggen aan de Ombudsman Pensioenen in Den Haag.
12
06 Belangrijke begrippen
AOW
Gewezen deelnemer
Een uitkering die iedere Nederlandse ingezetene vanaf zijn 65ste jaar maandelijks van de overheid ontvangt in het kader van de Algemene Ouderdomswet (AOW). De hoogte van de uitkering is afhankelijk van de burgerlijke staat en de gezinssituatie van de betrokkene, dus niet van het salaris dat iemand gedurende zijn of haar eventuele loopbaan verdient.
Persoon die niet meer deelneemt aan de pensioenregeling wegens beëindiging van de dienstbetrekking met de werkgever, anders dan om reden van arbeidsongeschiktheid.
Arbeidsongeschikt(heid) Wanneer een werknemer tijdelijk of blijvend niet in staat is om te werken, is de werkgever verplicht om het loon door te betalen. Duurt de arbeidsongeschiktheid langer dan twee jaar, dan is er sprake van arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA of WAO. De mate van arbeidsongeschiktheid wordt uitgedrukt in percentages. Het UWV (uitkeringsinstantie voor de sociale werknemersverzekeringen) stelt de mate van arbeidsongeschiktheid in de zin van WIA/WAO vast.
Aspirant-regeling Regeling voor werknemers die jonger zijn dan 20 jaar, maar die wel voldoen aan alle andere vereisten voor deelname aan deze pensioen regeling. De aspirant-regeling verzekert - uitsluitend op risicobasis - het partner- en wezenpensioen als omschreven in het reglement.
Attestatie de vitae Schriftelijk bewijs van leven. Dit wordt bijvoorbeeld jaarlijks gevraagd van gepensioneerden die zich in het buitenland hebben gevestigd.
Gepensioneerde Persoon voor wie de uitkering van het ouderdomspensioen is ingegaan.
Kind Het kind dat in familierechtelijke betrekking staat tot de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde, evenals stief- en pleegkinderen die door betrokkene als eigen kinderen worden onderhouden en opgevoed.
Middelloonregeling Type pensioenregeling waarbij de hoogte van het pensioen is gegarandeerd. De hoogte van het pensioen is een afspiegeling van het inkomen dat de deelnemer gedurende de deelname aan de regeling gemiddeld per jaar heeft verdiend.
Nabestaande De partner en/of kinderen (wezen of halfwezen) die achterblijven na overlijden van de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde.
Partnerpensioen
Deel van het partnerpensioen dat toekomt aan een ex-partner.
Een periodieke uitkering die de partner van de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde ontvangt na het overlijden van de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde. Wordt ook wel nabestaandenpensioen genoemd. Het partnerpensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer overlijdt. Het wordt uitgekeerd tot en met de laatste dag van de maand waarin de (gewezen) partner overlijdt.
Deelnemer
Ouderdomspensioen
De werknemer die ten minste de leeftijd van 20 jaar heeft bereikt en die op grond van de pensioenovereenkomst pensioenaanspraken verwerft jegens het pensioenfonds en volgens de bepalingen van het reglement aan de pensioenregeling deelneemt. Als deelnemer wordt ook gezien de ex-werknemer voor wie op basis van het reglement de pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid (voor een deel) wordt voortgezet.
Een maandelijkse uitkering die de deelnemer ontvangt vanaf de ingangsdatum van zijn pensioen tot zijn overlijden. Het ouderdomspensioen gaat in op de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer de 65 jarige leeftijd bereikt. Het wordt uitgekeerd tot en met de laatste dag van de maand waarin de rechthebbende overlijdt.
Deelnemersjaren
Hiermee wordt bedoeld de persoon met wie de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde: • gehuwd is of een geregistreerd partnerschap is aangegaan; • samenwoont, mits: • de (gewezen) deelnemer en de partner beiden ongehuwd zijn en geen geregistreerd partnerschap zijn aangegaan met een derde; • de partner geen bloed- of aanverwant in de rechte lijn is van de (gewezen) deelnemer; • de (gewezen) deelnemer en de partner gedurende ten minste een half jaar aantoonbaar een gezamenlijke huishouding voeren en minimaal een half jaar vóór het overlijden ten overstaan van een notaris een samenlevingsovereenkomst hebben getekend.
Bestuur Het bestuur van de Stichting Pensioenfonds ECI.
Bijzonder partnerpensioen
Hiermee wordt bedoeld de periode gelegen tussen: • de datum waarop dit reglement in werking treedt of de latere datum waarop de deelname aan de pensioenregeling begint, en • de pensioendatum of de eerdere datum waarop het ouderdoms pensioen ingaat, uitgedrukt in jaren en hele maanden nauwkeurig.
Franchise Bij de opbouw van het pensioen wordt rekening gehouden met de toekomstige AOW-uitkering. Voor dat deel van het toekomstige inkomen hoeft immers geen pensioen te worden opgebouwd. Pensioenopbouw vindt daarom niet plaats over het gehele salaris, maar over een deel ervan. Het deel waarover geen pensioen wordt opgebouwd, heet de franchise. De hoogte van de franchise wordt vaak afgeleid van de hoogte van de AOW-uitkering en jaarlijks opnieuw vastgesteld.
Partner
13
Belangrijke begrippen
Pensioendatum
Waardeoverdracht
De datum waarop het pensioen standaard ingaat; dit is de eerste dag van de maand waarin de (gewezen) deelnemer 65 jaar wordt.
De inbreng van een eerder (bij een vorige werkgever) opgebouwd pensioen in de regeling van een nieuwe werkgever.
Pensioenfonds
Waardevast
De “Stichting Pensioenfonds ECI”, gevestigd te Vianen.
Een opgebouwd of ingegaan pensioen is waardevast als via toeslagverlening wordt bereikt dat de koopkracht van dat pensioen gehandhaafd blijft.
Jaarsalaris Alle bestanddelen van het inkomen die meetellen bij de berekening van de pensioenopbouw van de deelnemer: 12 x het maandsalaris plus de vakantietoeslag indien die aan de deelnemer wordt uitgekeerd.
Pensioengrondslag Dit is de basis voor de berekening van de hoogte van de pensioenopbouw: het jaarsalaris verminderd met de franchise.
Pensioenopgave Jaarlijks overzicht van alle pensioenrechten en -bedragen die de deelnemer tot dan toe heeft opgebouwd en van het te bereiken pensioen binnen de pensioenregeling. Ook ‘Pensioenbericht’ genoemd.
Premie Een periodieke storting voor de opbouw van het pensioen, gebaseerd op de pensioengrondslag van de deelnemer.
Prijsindex Het ‘Consumentenprijsindexcijfer alle huishoudens afgeleid’ (CPI), zoals vastgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Het CPI wordt maandelijks berekend en gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Gemeten wordt de gemiddelde prijsverandering in de loop der tijd van goederen en diensten die huishoudens voor hun levensonderhoud aanschaffen. Hierbij wordt geen rekening gehouden met de invloed van kostprijsverhogende en consumptiegebonden belastingen.
Toeslagverlening Toeslagverlening om de waardevermindering van pensioenen als gevolg van inflatie (gedeeltelijk) te compenseren. De toeslagverlening voor de pensioenen in de opbouw van de actieve deelnemers evenals voor de ingegane pensioenen en de opgebouwde pensioenen van gewezen deelnemers is gekoppeld aan de prijsindex.
Uitruil partnerpensioen Het recht om opgebouwd partnerpensioen in te ruilen voor een hoger ouderdomspensioen. Dit gebeurt tegen een van te voren vastgestelde verhouding (ruilvoet).
WAO Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Het is een werk nemersverzekering die voorziet in uitkeringen aan werknemers die, na de periode van de loondoorbetalingsverplichting door de werk gever, nog geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn. De hoogte van de uitkering is afhankelijk van de hoogte van het door de werknemer genoten (dag)loon, de leeftijd en de mate van arbeidsongeschiktheid. Per 1 januari 2006 is de WAO opgevolgd door de WIA. De WAO kent geen nieuwe instroom meer. Zie ook: WIA.
Werkgever Hiermee wordt een van de volgende ondernemingen bedoeld met wie een werknemer een arbeidsovereenkomst is aangegaan: - ECI B.V. gevestigd te Vianen; - Euroboek B.V. gevestigd te Vianen; - Lycos Europe B.V. gevestigd te Haarlem; - Calendar & Diaries International B.V. gevestigd te Breda; - Bertelsmann Nederland B.V. gevestigd te Vianen; - The House of Books, gevestigd te Vianen.
Werknemer De persoon die met de werkgever een arbeidsovereenkomst is aan gegaan.
Wezenpensioen Uitkering die de kinderen van de (gewezen) deelnemer of gepensioneerde ontvangen na het overlijden van deze (gewezen) deelnemer of gepensioneerde.
WIA Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. Deze wet zorgt voor een aanvulling op het inkomen bij arbeidsongeschiktheid. De WIA gaat uit van de mate van arbeidsgeschiktheid en is gericht op het stimuleren van werkhervatting na arbeidsongeschiktheid. De wet bestaat uit twee delen: de Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA) en de Regeling inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten (IVA).
Stichting Pensioenfonds ECI: Administratie Interpolis Pensioenbeheer B.V. telefoon (013) 462 36 10 fax (013) 462 36 01 postadres Postbus 90170, 5000 LM Tilburg e-mail
[email protected] internet www.ecipensioenfonds.nl
Disclaimer Deze pensioenbrochure is met de grootste zorg samengesteld. Desondanks kunt u aan de inhoud ervan geen rechten ontlenen. Het reglement van Stichting Pensioenfonds ECI is uiteindelijk bepalend. U kunt dit reglement downloaden van de website www.ecipensioenfonds. nl of opvragen bij uw werkgever. Voor u geldt het volgende reglement: Pensioenreglement 2007.