Werkbezoek Rama 20 tot en met 27 maart 2009 Door Enno Soeren Sinds 3 jaar ben ik penningmeester van Stichting RaMa. Rama is een stad in Nicaragua waar Maastricht een stedenband mee heeft. Nadat ik via John Wijlands een aantal Nicaraguanen in Maastricht had ontvangen om hun de beginselen van de gemeentefinanciën bij te brengen (ik werkte toen nog bij OCWS) werd ik later gevraagd het penningmeesterschap op mij te nemen en dat heb ik gedaan. Van 20 tot 27 maart ben ik voor de eerste keer naar Nicaragua gegaan. In de vroege jaren tachtig was Nicaragua het troetelkindje van links Nederland. Onder leiding van Comandante Ortega en zijn Sandinistische brigades werd daar immers het revolutionaire socialisme in praktijk gebracht. Vanaf toen zijn er vele stedenbanden en particuliere initiatieven opgericht met Nicaragua. Nu heb ik op zich niets op met revolutionaire socialisten, maar ik vind het wel zinvol om een deel van mijn tijd te besteden aan een gedeelte van de wereld dat in mindere welvaart leeft en waar je met weinig middelen snel concrete verbetering in het leven van mensen aan kunt brengen. vrijdag 20 maart Na aankomst op Schiphol blijkt dat het paspoort van Jacques geen drie maanden meer geldig is. Dat is een eis van Nicaragua. Een situatie die wij in Maastricht aan de balie vaker meemaken. Mensen moeten met spoed een nieuw reisdocument en zijn daar soms zó laat mee dat de enige optie nog is om bij de Marechaussee een nooddocument aan te vragen. Gelukkig is er op Schiphol een balie van de Marechaussee en kunnen we, na het overhaast maken van nieuwe foto’s toch nog net op tijd inchecken. Grappig eigenlijk om zoiets nou zelf mee te maken. Jacques krijgt wel nog op het hart gedrukt dat hij bij terugkomst het nooddocument bij de burgemeester van zijn gemeente moet inleveren. Ik zie hem in gedachte bij Gerd Leers binnenkomen… De vlucht gaat via Panama naar Managua. Allemaal landen en steden waar ik nog nooit ben geweest. Wel spannend, maar het verloopt eigenlijk voorspoedig en met nul minuten vertraging landen we in Managua. Dat haal ik in Nederland soms niet als ik met de trein ga. Het hotel in Managua is nog redelijk westers en na een paar biertjes gaan we naar bed. Het tijdsverschil van 8 uur is goed te merken. zaterdag 21 maart Meteen om 9.00 uur heb ik een afspraak bij IICA (Inter-American Institute for Cooperation on Agriculture). In Rama leeft men hoofdzakelijk van de veeteelt. Dat is een monocultuur en het heeft desastreuze gevolgen voor het milieu. Zo worden er veel bossen afgebrand om er vervolgens weiland van te maken zodat er weer nieuwe koeien op kunnen. Het maakt de bevolking bovendien afhankelijk van één product en daardoor is men minder bestand tegen prijsschommelingen. De marges zijn bovendien klein. Daarom willen we in Rama graag het verbouwen van cacao stimuleren. De firma Ritter Sport wil wel lange termijn contracten afsluiten en is geïnteresseerd in biologisch geteelde cacao. IICA kan advies geven hoe de verbouw van cacao in Rama te stimuleren. Ik ben er met Babet Hoeberigs, een vrijwilliger van de stichting die de Spaanse taal goed beheerst, want dat spreek ik niet. Daarnaast is ook Nel Verbree, een medewerkster van het Landelijk Beraad Stedenbanden Nederland
Nicaragua (LBSNN) aanwezig. Zij woont in Nicaragua en spreekt ook vloeiend Spaans. Ik heb mij, via internet, al verdiept in hoe je cacao moet planten, fermenteren, drogen en dergelijke en weet al wat kengetallen over hoeveel kilo een hectare oplevert, wat de marktprijzen zijn enzovoorts. We constateren wel dat het een moeilijke transitie is om van veeboer naar biologische cacaoboer te gaan. 55% van de bevolking kan niet lezen en schrijven. De communicatie met de boeren is lastig. Er is geen radio-ontvangst. De cooperatie in Rama is nog niet sterk genoeg om met firma’s als Ritter Sport te onderhandelen. Er is gebrek aan werkkapitaal. ’s Middags heb ik vrij! Nel vraagt of we een kop koffie komen drinken bij haar thuis. Zij woont werkelijk in een paradijs op aarde. Zij is, samen met haar man, bezig een aantal huizen te bouwen die ze voor de verhuur gereed willen maken. Dat doen zij met plaatselijke bevolking die op die manier bovendien leren hoe ze zo’n project moeten aanpakken en hoe ze huizen kunnen bouwen. Echter, de huidige politieke situatie in Nicaragua is erg onstabiel. De oude rot Ortega is weer terug en hij doet vrolijk mee met het blok Zuid-Amerikaanse landen verenigd rond thema’s als anti-Amerikanisme en economisch socialisme. In die hoek vinden we ook Hugo Chávez uit Venezuela, de Cubaanse Castroclan en de Boliviaanse Evo Morales. Ortega heeft de gemeenteraadsverkiezingen van vorig jaar gemanipuleerd en is ook op andere manieren bezig zijn macht te vergroten. Zo heeft hij via een presidentieel decreet verordonneert dat er in iedere gemeente een CPC komt, een soort volksraad die parallel aan de gekozen gemeenteraad allerlei bevoegdheden moet krijgen. Deze regering zorgt er voor dat het moeilijk is om vergunningen te krijgen die nodig zijn voor de verhuur van de huizen. Bovendien wordt de weg naar het huis van Nel niet aangelegd, zoals eerder wel was beloofd. Tijdens de lunch hebben we een discussie over de politieke situatie en over de manier waarop die ervoor zorgt dat de instroom van buitenlands geld naar Nicaragua opdroogt waardoor de ontwikkeling van het land stil komt te liggen. Naar aanleiding van de gemanipuleerde verkiezingen heeft minister Koenders van Ontwikkelingshulp de begrotingssteun aan Nicaragua bevroren (12 miljoen euro). ’s Middags bezoek ik samen met Babet enkele bezienswaardigheden in de omgeving. zondag 22 maart De ambassadeur van Nederland in Nicaragua, de heer Lambert Grijns, spreekt ons toe. Hij geeft een analyse van de Nicaraguaanse cultuur. Hij behandelt een soort uienmodel dat we ook in Maastricht gebruiken om onze organisatiecultuur te beschrijven. Je ziet de buitenkant, maar er zijn allerlei schillen. Zo is er in Nicaragua altijd sprake geweest van een centralistische cultuur die ook geaccepteerd is. “Machismo” is wel de term. Er is behoefte aan sterk leiderschap en dat vind je overal in terug, binnen families, gemeenten, bedrijven, politiek. The winner takes it all hoort daar ook bij. De rol van de kerk versterkt dat nog eens. Nicaragua is sterk katholiek en men houdt van kitsch. Bovendien heeft de regering de steun van de kerk “gekocht” door therapeutische abortus strafbaar te stellen. Iets waar Nederland fel tegenstander van is. Cliëntelisme in de politiek is een geaccepteerd fenomeen waarbij ook de uitvoerende macht politiek ingekleurd is. Zo worden na verkiezingen alle ambtenaren vervangen door de nieuwe leider, maar ook binnen de politie-organisatie en dergelijke is sprake van politieke benoemingen. Naast dit alles is het elitedenken overigens gewoon blijven bestaan, ondanks de revolutie. Er is sprake van een rijke upperclass met een grote afstand tot de rest van het volk.
De USA gaat hier pragmatisch opportunistisch mee om. Europa is meer normatiever en reageert principiëler. De nieuwe regering heeft overigens wel resultaat! Het analfabetisme neemt af, rapporten van de Wereldbank tonen aan dat de armoede afneemt hoewel de huidige crisis in dit soort landen veel harder aankomt dan in de rest van de wereld. De heer Grijns zegt dat er geen sprake is van een dictatuur. Het leger is nog neutraal. Daardoor hebben grote drugsbendes geen invloed. De ambassadeur geeft aan dat het effect van economische sancties tegen het regime beperkt is. Het heeft grote gevolgen voor het volk, en minder voor de upperclass en politici. Bovendien kan Ortega zich in zo’n situatie nog beter profileren als held van de armen. ’s Middags is er een bijeenkomst met alle aanwezige stedenbandorganisaties, waarvan ook de Nicaraguaanse partners aanwezig zijn. Zo ontmoet ik mevrouw Ualda, burgemeester van Rama (Liberaal), Javier Balmaceda, ambtenaar van de gemeente Rama en Ger Houben, coördinator van de stedenband die al langer in Nicaragua is. De heer Jarquin, een soort minister voor gemeentezaken, geeft ook een toespraak. Alles wordt simultaan naar het Engels vertaald en dat kan ik goed volgen. Hij sprak over de Esquipulas Peace Agreements die eind tachtiger jaren leidden tot vrede in Midden-Amerika, nadat vijf presidenten waaronder Ortega daartoe besloten. Door de rol van de USA rond die akkoorden waardoor de Sandinisten in een kwaad daglicht kwamen te staan, maar ook door de afspraken over vrije verkiezingen in die akkoorden, verloor Ortega in 1990 de verkiezingen. Ortega heeft dat toen ook erkend. Jarquin benadrukt dit zeer, ik vraag mij af of hij dat doet als excuus of argument om aan te tonen dat recente verkiezingen eerlijk zijn verlopen? Hij geeft aan dat er tussen 1990 en 2006, toen de liberalen aan de macht waren, verslechterde cijfers waren ten aanzien van de economie en dat het analfabetisme weer groeide. Daarop fluistert iemand dat alle boeren (analfabeten) in de oorlog waren vermoord en dat het dus logisch is dat hun aantal na 1990 weer groeide. De heer Jarquin geeft wel aan dat Nicaragua nog veel moet leren, ook in het democratiseringsproces. Alles bij elkaar is het toch een presentatie die moet aangeven dat de huidige regering het goed doet. Er zijn nog enkele presentaties en ik merk dat men graag laat zien dat men heel veel sheets kan maken in powerpoint die men dan, met harde stem, voorleest. Na afloop is er een borrel, aangeboden door de ambassade. De ambassadeur stelt in een speech kritische kanttekeningen bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen die de legitimiteit van de samenwerking met Nederlandse steden in gevaar kan brengen. De burgemeester van Chinandega reageert geëmotioneerd en stelt dat we de mensen niet in de steek mogen laten, maar bovendien dat we geen vragen moeten stellen bij iets dat goed functioneert! Er is veel gekleurde informatie, zo stelt hij. maandag 23 maart Vandaag vertrekken we naar Rama. Dat is nog een autorit in een soort jeep die 4 uur duurt. Al snel worden we aangehouden door de politie. Het is volgende week “heilige week” en dan moeten er cadeautjes worden gekocht! De politie is daarom extra actief. We hebben ingehaald bij een doorgetrokken streep, de nationale sport van Nicaragua. We krijgen een
boete van C$ 400 (cordoba, ongeveer 14 euro). Dat gaat als volgt: Ger Houben die reed moet zijn rijbewijs inleveren. We krijgen een soort bon waar we mee naar een bank moeten. Als we betaald hebben gaan we terug naar de politie-agent en ontvangen dan het rijbewijs terug. Maar, waar is een bank? is die open? is die politie-agent er dan nog? Dus dat wil niemand. Javier stapt eens uit en overlegt even met de agent. Na contante betaling van het bedrag mogen we doorrijden… Lucratieve business In Rama aangekomen gaan we meteen aan de slag. Jacques gaat als een echte ranchero achterop de jeep en we rijden naar het klaslokaal dat de stichting heeft opgezet voor gehandicapte kinderen. Enorm aangrijpend om meteen de harde armoede in te duiken. Het klaslokaal heeft geen ramen, je moet tussen een paar “huizen” door om er te komen en er ligt overal prikkeldraad. Met deze kinderen doen ze eigenlijk normaal niets, ze zijn thuis of zitten voor de vorm in een klas met gezonde kinderen. Nu is er speciaal onderwijs mogelijk. Ze zijn met vijftien, variërend in leeftijd van 7 tot 17 en met allerlei verschillende handicaps. Van doofstom, blind, motorisch gehandicapt, tot achterlijk. De lerares kan door onze inzet enorm goed werk doen en we delen potloden en pennen uit. Daarna gaan we ook nog naar een steengroeve waar mensen en kinderen met de hand van grote rotsblokken kiezelstenen maken. Ze doen dat met een hamer onder een zeiltje van landbouwplastic tegen de zon! Deze mensen zitten echt onderaan de samenleving. Maar ze kunnen toch op een eerlijke manier geld verdienen en de meeste kinderen gaan inmiddels wel naar school! Dat komt door de inzet van onze promotoras, een soort sociaal werksters die door de stichting zijn aangesteld om kinderen die niet naar school gaan op te sporen en te begeleiden naar school. Aansluitend aan deze bezoeken verzorgen de projectmedewerkers een presentatie over hun werkzaamheden om Millenniumdoel 2 (alle kinderen naar school) in Rama te realiseren. ’s Avonds is er een diner met de Alcaldesa (burgemeester). Het eten is redelijk puur. Het ontbijt bestaat uit gallo pinto (rijst met bonen). Daarbij komt dan een tortilla (smaakloze maïskoek) en gebakken ei. De lunch is ongeveer hetzelfde. Maar het avondeten is gevarieerder. Er zijn goede garnalen en biefstuk in allerlei varianten. Bier hebben ze overal op de wereld. dinsdag 24 maart ’s Ochtends ga ik, voor onze afspraak met de gemeenteraad en CPC, nog even naar het stadhuis om een indruk te krijgen. Situaties die ik normaal alleen op foto’s zie, zie ik nu in het echt. Bijvoorbeeld een kast vol met oude boeken die dan het bevolkingsregister vormen. We komen samen met de gemeenteraad, ambtenaren, leden van de CPC en mensen van de stedenbandorganisatie in Rama. Er zijn besprekingen over de belastingen, woningbouw, cacao, en dergelijke. We zijn de hele ochtend in een open sfeer samen in de weer. Ik heb respect voor Babet die de teksten van Jacques moet vertalen! Op een ding is men erg punctueel: om 12.00 uur wordt er geluncht. Wat er ook gebeurt. ’s Middags geeft Javier een toelichting op het strategisch plan van Rama en de projecten die nu lopen. Vanuit de ontwikkelingsdriehoek waarbij gemeente Rama, de niet gouvernementele ontwikkelingsorganisaties en de private sector samenwerken, werkt men aan het vergroten van de productie, het verstevigen van de organisatiegraad, onderwijs en fysieke projecten. Op de vraag wat we kunnen doen om verder te komen, komt niet echt antwoord. Als het concreter wordt, bijvoorbeeld over cacao, dan komen er wel diepgaande discussies.
Er vindt nog een discussie plaats over de CPC’s. Er is een wet op burgerparticipatie waarop de zogenaamde CDM (commision dessarolo municipal), een soort burgercomité dat ontwikkeling van de gemeente nastreeft, is gebaseerd. Maar er zijn nu dus ook de CPC’s, de Consejos de Poder Ciudadano. Een soort volksraden voor directe democratie, een verlengstuk van het FSLN, de Sandinistische partij van Ortega. Hoe moet daar in Rama, dat een overwegend liberale gemeenteraad kent met een liberale burgemeester, mee worden omgegaan? Er is een lid van de FSLN aanwezig die beweert dat de CPC er voor iedereen is en dat die niet alleen uit sandinisten bestaat, maar dat wordt door de overige aanwezigen hevig ontkent. Conclusie is wel dat er nu over wordt gesproken, terwijl men twintig jaar geleden naar de wapens greep. Als ik tijdens een pauze even naar een ander kamertje loop om naar huis te bellen, zie ik daar overigens wel een doos kogels op de vensterbank liggen… woensdag 25 maart Vandaag gaan we ’s ochtends naar een basisschool waar een klas is met risicoleerlingen. Dat zijn dus onder andere de leerlingen uit de steengroeve. Maar ook andere kinderen die eerst niet naar school gingen en door de promotoras van de stichting zijn opgespoord. De kinderen zijn ongeveer 6 tot 7 jaar oud. De klas is bij een basisschool, maar ziet er anders uit dan de andere klassen. De muren zijn bijvoorbeeld niet geverfd en er is geen hek voor de raamopening. Jacques en ik spreken af dat we daar wat aan gaan doen. Er zijn ook enkele ouders aanwezig: dat is een goed teken. Wij delen wederom schriften en kleurboeken en zo uit en die worden gretig ontvangen! We zien ook hoe de lerares eten uitdeelt: de traditionele rijst met bonen. De kinderen kijken goed of alles eerlijk wordt verdeeld! Ik leer dat het ontvangen van eten op de school tevens een reden is om naar school te komen. ’s Middags gaan we naar een middelbare school. Op die school is, met middelen van de stichting, begonnen met landbouwonderwijs. We worden ontvangen in een soort aula waar ongeveer 50 kinderen ons aanstaren. Wij zijn natuurlijk een bezienswaardigheid voor deze pubers. We mogen achter een tafel zitten en ontvangen kleine geschenken. Er worden dansjes opgevoerd en we mogen een bord fruit opeten, terwijl alle kinderen naar ons zitten te kijken. Daarna worden we rondgeleid over het terrein en zien de koeien, de varkens en de kippen. Maar ook de planten die worden geteeld! Een jongere verteld over de kippen en hoeveel eieren ze leggen en welke antibiotica ze krijgen. Jacques vraagt of hij thuis ook kippen heeft. Hij zegt ja, maar die leggen niet zoveel eieren want die hebben niet zulk goed voer en verzorging. Als Jacques dan vraagt of hij al eens met zijn vader heeft besproken om van voer te veranderen, dan is het antwoord dat die eieren alleen voor eigen gebruik zijn, en ze eten niet zoveel eieren. Ze weten ook niet wat een ei oplevert op de markt, hoeveel het eten kost enzovoorts. Er is nog een lange weg te gaan om bij deze kinderen een ondernemersmentaliteit te kweken. Daarna spreken we de mensen van COMPOR. De coöperatie van boeren in Rama die bezig zijn met het opzetten van faciliteiten voor de verbouw van cacao. Ze hebben al een zogenaamde droogtunnel gemaakt, met behulp van IICA (waar ik eerder mee sprak). De corporatie is inmiddels een rechtspersoon. Ze hebben 54 socios. We krijgen een cacaowijn te drinken. Dat is niet echt een wijn, maar meer likeur. Het wordt gemaakt van sappen die bij het vergisten van de cacaopitten worden gewonnen. Dit gebeurt overigens veelal door vrouwen die zich bezighouden met allerlei restproducten (koekjes, wijn, jam) die rondom cacao gemaakt kunnen worden. Daardoor hebben cacaoprojecten ook een emanciperende werking. Vrouwen krijgen opleiding en met de verkoop van de restproducten wordt geld
verdiend. Om de cacao als “biologisch” te kunnen verkopen moeten de producenten gecertificeerd worden. De gedane investeringen moeten worden beschermd (er moet een hekwerk omheen). Er is nu nog gebouwd met slecht hout en zink, er is geen kantoor om administratie te doen. Kortom, het is een veelbelovend iets maar er moet nog wel het een en ander gebeuren. We spreken af dat onze medewerker, Oniel Toledo van het stedenbandkantoor in Rama, met Ger Houben, de mensen van Compor en IICA samen een business plan maken en dat wij beoordelen waar wij kunnen meewerken. Het is daarbij uitdrukkelijk niet onze bedoeling dat de firma Ritter Sport uiteindelijk meer geld verdient door onze inzet. Nee, onze inzet moet ten goede komen aan de lokale boeren en samenleving. Als wij kunnen bijdragen aan duurzame ontwikkeling, zoals scholing van boeren/volwassenen, versterken van de organisatiestructuur, verstevigen van de onderhandelingspositie ten opzichte van de markt en dergelijke, dan zien wij kansen om er iets mee te doen. Om 16.00 gaan we nog naar AMUZEC. Dat is een samenwerkingsverband van 4 gemeenten in de provincie waar Rama ligt en deel van uitmaakt. Dat samenwerkingsverband heeft met inzet van Finland een gebouw met trainingsfaciliteiten neergezet waar, als wij er zijn, een computercursus bezig is. Het ziet er allemaal strak uit, maar is natuurlijk wel maar eenmalig geld geweest. Deze mensen zijn werkelijk de kampioen-powerpointers. In een twee-en-eenhalf-uur durende presentatie worden hun plannen uiteengezet. Ze hebben zich samengepakt om bovenregionale problemen aan te pakken. Ze hebben alvast op een rijtje gezet wat ze nodig hebben. Onder aan de streep komen ze tot een bedrag van zeker 50 miljoen dollar. Het realiteitsgehalte van dit alles ontgaat me. Tijdens de presentatie worden we vergast op een bordje eten. Ik weet niet wat het is, maar vind het onbeleefd om er niet aan te komen. Ik drink er een blikje cola bij en heb een sterke maag. Maar het valt mij op dat Babet er niet van eet en dat is voor mij een signaal om er ook maar mee te stoppen. Na afloop vraag ik Babet wat het was en zij zegt: “gefrituurde varkenshuid”. Om 19.00 is deze dag voorbij. We eten met de mensen van de stedenband uit Rama. We nemen afscheid van enkelen, omdat we op donderdag al weer terug gaan naar Managua. donderdag 26 maart Om 8.00 uur ’s ochtends zijn we op het kantoor van de stedenband in Rama, gevestigd in de door ons opgezette bibliotheek. We zijn er zo vroeg, omdat het dan 15.00 is in Nederland en we nog in de gelegenheid zijn om met een aantal kinderen een skype verbinding op te zetten met een school in Maastricht. De kinderen in Maastricht duiken met zijn allen over de computer heen, de kinderen uit Rama blijven netjes en enigszins beduusd op het bankje voor de laptop van Ger zitten. De kinderen uit Maastricht vragen hoever de kinderen in Rama moeten lopen om water te halen en waarmee ze in Rama spelen. We evalueren ons bezoek in Rama met Oniel en Javier. Als we nog even terugkomen op de steengroeve vraagt Jacques zich af of de gemeente Rama wel alle kiezel afneemt die daar wordt geproduceerd. Oniel zegt, dat als er grotere projecten zijn, zoals de aanleg van een straat, dat de aannemers dan machinaal rotsen vergruist omdat dat efficiënter is! Raar eigenlijk, en wij vinden dat de gemeente als inkoopvoorwaarde moet stellen dat de kiezel van de steengroeve-mensen moet worden afgenomen. Alles bij elkaar zij we tevreden met wat we in Rama hebben gezien. We geven verbeterpunten aan en Oniel en Javier gaan daar de komende tijd mee aan de slag.
Ik heb nog kort een gesprek met Alejandro Balmaceda. Hij, de broer van Javier, werkt bij de gemeente en is verantwoordelijk voor financiën en belastingen. Hij geeft aan waar hij mee zit en ik probeer wat tips aan te geven. Voor Babet weer een hele klus omdat financieel jargon weer moeilijker is te vertalen dan gewone gesprekken. Ik leg het verschil tussen juistheid en volledigheid uit en probeer Alejandro aan te geven hoe hij zijn schaarse middelen het beste kan inzetten. Hij stelt de juiste vragen en ik zie dat hij een intelligente vent is. Wat zou ik hem graag op een fatsoenlijke universiteit willen zetten! Ik ga voor hem wat lectuur (in het Spaans) bij elkaar zoeken, zo spreek ik met hem af. ’s Middags rijden we terug naar Managua. Deze keer rijdt Yesdi (de chauffeur van Ualda) en we zijn er een stuk sneller. Onderweg worden we weer aangehouden door de politie, maar dit keer niet om ons te beboeten maar omdat ze een stukje mee willen rijden! Ze springen achterop de pick-up en stappen in het volgende dorp weer uit. ’s Avonds hebben we een gezamenlijke terugkoppeling met alle andere stedenbandgroepen. Iedereen heeft interessante ervaringen opgedaan. Het wordt wel laat voor we eten. Er is een vertegenwoordiger van de ambassade aanwezig die aandachtig meeschrijft. Conclusie is wel dat het “kraakt” in het land. De CPC’s hebben geen wettelijke basis, maar er wordt lokaal gewoon doorgewerkt aan hun opzet. Er is de afgelopen dagen in Managua door de vertegenwoordigers van de LBSNN doorgewerkt aan een soort convenant dat de basis is om de komende jaren door te gaan met onze ondersteuning. In die tekst hebben de Nederlanders zich kritisch geuit over de gemeenteraadsverkiezingen en de democratische ontwikkelingen. De Nicaraguaanse vertegenwoordigers pikken dat niet en er dreigt een impasse. Uiteindelijk is er een tekst die weliswaar mager is, maar die nog steeds voldoende is om in Nederland uit te leggen waarom we doorgaan. Daarboven kan de tekst door meer “rechtsere” journalisten in Nicaragua opgepakt worden. vrijdag 27 maart En dat gebeurt ook! We zijn in het nieuws. Op de voorpagina van “El Nuevo Diario” staat “CPC ahuyentan a Holanda” (CPC maakt Nederland bang). Er staat dat Edo Haan (locoburgemeester van Zoetermeer) heeft gezegd dat Nederland de CPC’s niet erkend en alleen maar spreekt met de CDM. We gaan met het hele gezelschap in busjes door Managua naar Amunic (Asociasion de Municipios Nicaragua). Daar zullen de nieuwe contracten worden getekend. Maar er moet natuurlijk eerst nog het een en ander uit de wereld. Ik mag daar niet bij zijn en moet, met de rest van het gezelschap, buiten wachten. In de tussentijd vraagt Babet of ik nog even wil helpen met het vertalen van een speech van Jacques naar het Engels. Hij zal straks voor de TV reageren. Na een uurtje of twee komt het gezelschap naar buiten. Er kan getekend worden! Er volgen enkele speeches, van goed tot slecht, van Nederlandse kritische opmerkingen tot ronduit propagandistisch door de Nicaraguanen. Wonderlijke bijeenkomst. Uiteindelijk worden de nieuwe contracten getekend en kan er getoast worden. De samenwerking kan weer een tijdje door. Jacques moet nog even naar de ambassadeur om te debriefen. Ik ga alvast naar het hotel en pak alle spullen. Om 14.00 uur moeten we inchecken. Door het drukke programma was er weinig tijd om tussentijds te reflecteren. Ik heb veel foto’s gemaakt en veel opgeschreven in een soort dagboekje. Nu ik dit allemaal zo opschrijf komen er veel herinneringen terug. Mijn eerste kennismaking met Nicaragua was boeiend, verrassend, leerzaam en heeft me nieuwsgierig gemaakt naar de verdere historie en
achtergronden van dit mooie land. We kunnen met onze stichting werkelijk iets betekenen en dat geeft mij nieuwe inspiratie voor als ik mij weer eens door de bankafschriften worstel om de administratie bij te werken of voor als ik weer een btw-aangifte moet doen in de late uurtjes. Ik weet nu waar het allemaal toe leid en welke grote bijdrage wij leveren in het leven van mensen daar. De politieke situatie blijft verontrustend, maar ook boeiend en het werkbezoek heeft mij meer inzicht gegeven in de diplomatieke omgeving en het werk van internationale Nederlandse vertegenwoordigers. Ik neem mij voor om Spaans te gaan leren en om mij nog harder in te zetten voor de stichting. Daarom alvast hier het rekeningnummer van de stichting: 87.82.91.865 t.n.v. Stichting Rama Maastricht. Trouwens: onze stichting is ANBI gecertificeerd wat betekent dat je je giften mag aftrekken van de belasting.