Vogelgriepdossier extra – 5
Spotvogel
Brabantse vertellingen
Rumoer in een virale regio
Vogelgriepdossier extra – 5
Spotvogel
Gewoon een gevalletje van ruimen!
Rampscenario Of gewone bangmakerij?
Pelikanen in de Peel? Deel 30 van deze serie begon met de dood van een vlucht Kroeskoppelikanen in Lacul Sinoe, langs de Roemeense kust van de Zwarte Zee. Die dieren waren juist gearriveerd vanuit hun winterkwartieren langs de Afrikaanse Oceaankusten en hebben de AI-infectie zeer waarschijnlijk tijdens een stopover in het Midden-Oosten opgelopen. Dit heeft Spotvogel u toen haarfijn uitgelegd en aan de hand van een kaartje gevisualiseerd. Want goed beeldmateriaal is cruciaal om ingewikkelde materies te verduidelijken.
Daarom toog uw verslaggever meteen op zoek naar informatie uit de Peel, nadat hem ter ore was gekomen dat er zich in Milheeze een gevalvan Milde Vogelgriep had voorgedaan. Tot zijn verbijstering was een van de eerste afbeeldingen die Google hem toonde nadat hij die plaatsnaam had ingetoetst niet die van een geruimde pluimveestalstal, maar iets van geheel andere aard. Namelijk het sculptuur van een vergulde pelikaan, dat in het naburige dorp Gemert het dak van een horecagebouw siert! U weet het inmiddels: toeval bestaat écht niet! Want aan de Gemertse markt baat immers een hobbyjager een horecabedrijf uit en dat parvenue heeft destijds met drie trawanten clandestien de eerste wilde zwijnen uitgezet in Peel en Kempen.
In deel 30 wordt ook uit de doeken gedaan, waarom het aannemelijk is dat de activiteiten van hobbyjagers verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van gevaarlijke AI-mutanten in wilde watervogels. Het is dan ook beslist geen toeval, dat door mij begin augustus 2014 intensief gebruikte afschotplaatsen voor eenden en ganzen werden ontdekt en vastgelegd. U wilt weten waar dat gebeurde? Welnu: langs een afwateringssloot op loopafstand vanaf de kerk van Milheeze! Want Spotvogels vliegt nu eenmaal vaak met wakkere blik op de feiten vooruit!
Bar en boos in peel en kempen Al eerder legde Spotvogel u uit, dat hij in 2003 vanuit zijn Wageningse werkkamer dag na dag zicht kon houden op de verrichtingen van de kakelvers uit extern personeel geformeerde “Projectgroep Herinrichting Gelderse Vallei, Peel en Kempen”en dat hij zodoende exact kon voorspellen waar zich de volgende golf van “ruiming op verdenking” zou gaan voordoen. Milheeze lag ook toen al midden in dat gebied en ongezien meekijkend over de schouders van de hem onbekende gelegenheidsformatieloonslaven begreep hij, dat men naast de landschappelijke vormgeving vooral de potentiële toekomstige waterberging als speerpunt voor die herinrichting als opdracht had gekregen. Daarom maakte hij op een aanvankelijk stralende augustusdag in 2014 een quick-scan door alle gebieden waarvan hij destijds noteerde dat men daar “iets” van plan was.
Tijdens die tocht ondekte hij in het gebied tussen de dorpen De Rips, De Mortel en Milheeze twee verrijdbare jachthutten langs een mailsperceel en op een dam in de aangrenzende Zwarte Loop, waarbij op kaalgemaakte plekken op de oever en in het water overdadig maïs was uitgestrooid.
Het aangrenzende bosgebied de Stippelberg is eigendom van Natuurmonumenten en daar zijn in of omstreeks 2008/09 clandestien ten minste drie rottes zwijnen uitgezet. Dit gebeurde vanuit een wenren tussen Elsendorp en Venhorst. Er waren volop sporen die bewezen dat zich de zwijnen – samen met een sprong reeën veelvuldig in dat maïsveld ophielden. Maar ook werden er bij die hutten dons- en vleugelveren van afgeschoten nijl-, grauwe- en canadese ganzen, wilde eenden, houtduiven en fazanten gevonden.
Helaas verhinderden de nukkige weergoden een uitgebreider onderzoek ter plaatse, maar de alom tegenwoordige sporen van wilde varkens en een in de regen rondrennend roedel edelherten (nog) binnen een overstapraster langs de Gemertse Weg, laten weinig te raden omtrent de hobbyjachtactiviteit in deze gemeente.
Wij spreken dan over een gebied dat landschappelijk en ecologisch volkomen verwoest is door ongestructureerd neergeplempte megastallen, waaraan vooral het in Odiliapeel gevestigde knoerissenhotelbouwbedrijf Braks (inderdaad: binnen de engkatholieke familieclan van oud CDA-minister Gerrit Braks) stinkend rijk is geworden. Dat kapitaal ruft nu in de kluizen van de Rabobank, terwijl de ganse bevolking van de Peelstreek dag en nacht fecale parfums mag opsnuiven en er geleidelijk aan doodziek van wordt. Van het ecosysteem en de biodiversiteit resteert amper een minimale fractie!
Maar dat is allemaal geouwehoer van “stadse werkschuwen”, zo leest Spotvogel dagelijks in De Boerderij-fora, waarin het onderste bezinksel uit verkankerde mestvaalten geregeld van zich doet horen. Misselijkmakend, inderdaad! Dat het hele leefmilieu en welzijnsklimaat in Peelstreek en Kempen volledig verziekt zijn is kennelijk erg moeilijk te begrijpen voor lieden die nooit ergens diep over nadenken en zelfs hun achterste niet reinigen na toiletbezoek. Want stinken doet het immers toch overal. Dat hoort zo!
Daarom is het verheugend dat, al gebeurd het schoorvoetend, almaar meer boeren de weg van duurzaamheid herontdekken. Want daarin schuilt immers de enige toekomst voor de veehouderij!
Al het andere leidt regelrecht naar het verderf, hoezeer de RABOBANK, het CDA, de VVD, en LTO/ZLTO dat ook verzwijgen en ontkennen. De ontluisterend trieste feiten liegen er namelijk niet om! In deel 4 van deze serie wordt daarover een verhelderend boekje open gedaan!
ballanceren op de Peelrandbreuk Het gebied waar zich momenteel ons verhaal afspeelt maakt deel uit van de zône, waarin zich al honderden jaren een geologische depressie bevindt, die een verval kent dat op sommige plaatsen wel tot veertig meter kan bedragen. Spotvogel had het geluk om in het jaar 2001 in die streek bodemkundig onderzoek uit te mogen voeren, waardoor hij veel kennis heeft verworven over de geologischeen geomorfologische opbouw van dit grotendeels afgeveende gewest.
Daarom heeft hij in 2003 met bijzondere belangstelling kennis genomen van de kartografisch-planologische verrichtingen van eerder genoemd projectteam dat, zoals vaker gezegd, domcilie hield in de Alterrakamer pal onder de zijne.
U moet zich daarbij voorstellen, dat de Peelse Loop vanuit het wat hoger gelegen NM-object Stippelberg dat hierboven is afgebeeld, via de beek afvloeit en dat zich daarlangs de in vorig hoofdstuk getoonde schiethutten bevinden.
Nader onderzoek t.b.v. deze update bracht aan het licht, dat men de Peelbreukdepressie opvat als een goede mogelijkheid om in tijden met hoge afvoer van de Maas overtollig water te bergen en te doen afvloeien naar de stroomdalstelsels van respectievelijk de Oeffeltse Raam, de Leijgraaf, de AA en de Dommel. Zodat het water uiteidelijk bij Gewande, Crevecoeur en Doeveren weer in de Maas gepompt kan worden.
Spotvogel voelt echter nu al aan zijn eigen water, dat men bij die plannenmakerij gemakkelijk al te voortvarend in de richting van de opdrachtgever kan hebben gekarteerd. Hierdoor zouden er wellicht veel meer agrarische bedrijven, zowel reguliere melkveehouderijen als varkens-, geiten-, schapen-, kalkoenen-, kippen-, eenden-, ganzen-, konijnen of pelsdierfokkerijen letterlijk in of onder water komen te staan.
Dit is minder hypothetisch dan u wellicht meent, want dankzij delfstofwinning, bronen onderbemaling, zomer- en winterpeilen die resulteren in enorme inklinking is er in onze buitengebieden nog maar weinig zo variabel als de hoogteligging! Dat kan dus makkelijk tot onvoorziene problemen leiden!
Want het zou niet de eerste keer zijn dat plannenmakers zich vergaloppeerden en dat ‘onomkeerbare’ aannames op onjuiste of te optimistische berekeningen gebaseerd zouden blijken!
In februari 1995 konden Dommel, Reusel en Aa bijvoorbeeld het eigen hemelwater niet kwijt en was onze nationale navelstreng A2 langer dan een week onbruikbaar, terwijl dat ook met de A50 bij Berghem- Herpen het geval was. Wellicht juist hierdoor wil men zoveel mogelijk laaggelegen ruimte vrij maken en dan is het ruimen van veestapels vanwege de volksgezondheid immers een makkelijker te realiseren middel dan het starten van langlopende onteigeningsprocedures. Dit lijkt dus sterk op wurgend ontmoedigingsbeleid!
Virus in de peel: een deja vu! Op 7 februari 1997 was Spotvogel met avifaunistisch onderzoek bezig langs de Moostdijk onder Griendtsveen toen hij via de radionieuwsdienst ANP vernam, dat er op een varkenshouderij bij Venhorst Klassieke Varkenspest was uitgebroken. Hij stond op dat moment tot aan de assen in de drijfmest, die was gelekt uit een kapotte giertank en in het kwartier dat volgde zouden er over die smalle boerderijstraat bulkwagens van Céhave, Hendrix, De Heus Koudijs Brokking en ook de melkrijder van Campina passeren. Het was toen dus al duidelijk dat de uitbraak niet te beteugelen zou zijn!
Venhorst was namelijk ook toen al de thuishaven van Mestac: een bedrijf van waaruit dagelijks honderden tankwagens boordevol varkensstront en pluimveedrek tot in alle uithoeken van Europa racen, om ongezuiverd weer terug te keren. Het verhaal over zo’n wagen van Kurstjens-Milsbeek die wij kort tevoren in het oosten van Mecklenburg Vorpommern mest zagen overpompen op een akker waar blijkens waarschuwingsborden zowel gevaar was voor Wildschweinpest als voor Tollwut, is exemplarisch voor al wat er in de 20 jaar daarna heeft plaatsgevonden. Want sanitaire hygiëne kost tijd, tijd is geld en de RVV, NVWA, Rendac cum suis moeten ook werk hebben. Dat noemen CDA, VVD en LTO/ZLTO economie en dáárop draait ons agrogedrocht!
Het verbaasde Spotvogel dan ook geenszins, dat er op Goede Vrijdag melding werd gemaakt van mogelijke aanwezigheid van laag-pathogene Vogelgriep op een pluimveehouderij bij Milheeze: een paralympische steenworp vanaf de Mestac, waar men al jarenlang grossiert in veterinaire ziektekiemen.
In plaats van alle brandweerkorpsen van Peel en Kempen een door Edith Schippers en Sharon Dijksma gesubsidieerde oefendag los te laten op de Mestac, zodat zelfs aquatische smetstoffen met wortel en tak het onderspit zouden delven, komt men in den Haag niet verder dan OEFENEN IN HET RUIMEN VAN VEESTAPELS! Dat daarmee alleen maar een walgelijk soort van symptoombestrijding wordt bedreven, kunnen ministers, staatssecretarissen, hoge-, middenkader- en lagere ambtenaren zowel als Kamerleden kennelijk zelfs niet eens collectief bedenken! Dat stemt allerminst vrolijk op deze toch als sombere tweede paasdag. Zoals de beelden van de preventieve ruiming van deze vrijloophennen ook al niet tot blijdschap stemmen, omdat het leeuwendeel van de dieren vermoedelijk gewoon antistoffen zou hebben opgebouwd. Wij gaan toch ook niet iedereen afmaken die wat waterig kijkt en loopt te snotteren!
Het geruimde bedrijf ligt trouwens maar 350 meter vanaf een megastal vol varkens zo heeft men in kaart gebracht, al zal er m.i. onderling weinig gevaar zijn voor toxische overdacht. Tenzij er aan het genoom van het virus is of wordt gerotzooid! Belangrijker lijkt mij het weren van vreemd volk in plaats van met spandoeken potentiële infectiebronnen aan te trekken. Want hoe goed bedoeld ook: klanten kunnen het best aan de openbare weg of bij de toerit tot het bouwblok ontvangen en bediend worden. Gelukkig zien steeds meer huisvermarkters dat in, want vreemde aanloop in de stal kan alleen maar voor veel ellende zorgen!
Terug naar het begin Omdat er steeds sterker aanwijzingen komen dat het massale schieten met semiautomatische hagelgeweren op bijkans alles wat vliegt, een erg belangrijke factor is bij het geïnfecteerd raken van onze inheemse avifauna met AI-virus, lijkt het goed om deze extra rapportage af te sluiten met een kijkje in de keuken van de locale jagers. De meest sjieke cuisine van de hele gemeente bevindt zich dus aan het Gemertse Ridderplein en is ook de bakermat van waaruit wilde zwijnen de Peel en de Kempen hebben kunnen koloniseren. Al ging dat dan ook bij nacht en ontij via een zwijnenkar achter een zware 4x4!
Dit is overigens, naast de eetschuur van zelfjagend kok Herman de Blijker, het enige etablissement waar de gêrant zelf clandestien uitgezet en eigenhandig afgeschoten everzwijn serveert, dat echter bij een onverhoopt ongelukkig schot aan eigen zuurstofbar gereanimeerd kan worden!
Maar hoe belangrijk ook, het gaat nu even niet om wilde zwijnen, want die hebben voor zover te overzien niets van doen met Vogelgriep. Al kan dat met de synthetisch gemodificeerde smetstoffen van tegenwoordig ook maar zo veranderen!
Het gaat in dit hoofdstuk wat jacht betreft immers om het in het wilde weg in het rond knallen op wilde ganzen, eenden, duiven, fazanten, reigers, buizerds, kraaien, kauwen, eksters, roeken en wat er verder nog voor de loop of in het vizier komt. En over het zonder enige reden of noodzaak verwonden van meer dan 80% van de dieren waarop men aanlegt, de trekker overhaalt, diepe ellende verspreidt en bovendien het natuurlijke leefmilieu van die dieren ook nog eens vergiftigd met zware metalen. Spotvogel heeft u uitgelegd, hoe volgens deze volstrekt verwerpelijke weg waarschijnlijk ook het Vogelgriepvirus gevaarlijke varianten kan ontwikkelen in dieren die daar van nature immuniteit voor hebben opgebouwd en door aanschot hun weerstand verliezen. Stoicijns weigert echter het zogenaamde “groene gilde” nagenoeg altijd om in discussie te gaan over deze en soortgelijke nevenwerkingen van hun afzichtelijk tijdverdrijf. Wanneer u zou weten welk soort volk zich hieraan schuldig maakt, dan wordt meteen zonneklaar waarom gedachtenwisseling met die lieden absoluut vergeefse moeite en verspilde tijd is. Kijkt u maar even mee….
Het zei zo….!
Maak geen onbezonnen bokkensprongen
Gooi de jacht en de bioindustrie overboord!
Spotvogel, 12 maart 2015
Als u van zwijnerijen houdt!