Versie met wijzigingen en opmerkingen Gemiva d.d 19 mei 2014 Bijlage 2: Maatwerkvoorziening begeleiding 1. Wijze van verstrekken van individuele opdrachten voor de levering van de Maatwerkvoorziening Begeleiding. 1.1 De Gemeente neemt een publiekrechtelijk Besluit (een beschikking) als een Inwoner in aanmerking komt voor de Maatwerkvoorziening Begeleiding. Zonder dit Besluit is het voor Inwoners niet mogelijk gebruik te maken van de Maatwerkvoorziening Begeleiding. Dienstverleners kunnen geen rechten ontlenen aan deze Overeenkomst als zij vergelijkbare diensten aanbieden aan Inwoners die niet over een besluit beschikken als hier genoemd. 1.2 Een Inwoner komt in aanmerking voor het genoemde Besluit als deze naar het oordeel van de Gemeente (de indicatie) onvoldoende zelfredzaam is of onvoldoende in staat is om maatschappelijk te participeren, onvoldoende beschikt over “eigen kracht”, het eigen sociale netwerk niet of niet volledig in staat is een (verdere) bijdrage te leveren aan verbeteren van de positie van de Inwoner en evenmin een algemeen voorliggende of algemene voorziening aanwezig is. Het precieze beoordelingskader dat de Gemeente hanteert is opgenomen in de Verordening (…). 1.3 De Inwoner krijgt nadat hij een Besluit heeft ontvangen een Dienstverlener aangewezen voor het uitvoeren van de Maatwerkvoorziening Begeleiding via het dynamische selectiemodel. 1.4 In het Besluit dat de Inwoner ontvangt, wordt het aantal benodigde uren en/of dagdelen per bouwsteen (zie punt 3 van deze bijlage) opgenomen evenals de duur van de indicatie c.q. het Besluit. Iedere Gemeente in de regio Midden Holland voert zelf de indicatiestelling uit met als juridische basis de Wmo 2015 en de Verordening. Elke Gemeente bepaalt lokaal de rol van het Wmo-loket en de rol van het sociale wijkteam. Het is een gemeentelijke keuze of de (voorbereiding van) de beschikking gemandateerd wordt. Indien het mandaat van het Besluit wordt afgegeven aan het sociaal team moet de professional in het sociaal team onafhankelijk zijn van de eigen moederorganisatie. 1.5 Voor Gouda geldt: de toegang tot de Maatwerkvoorziening Begeleiding wordt belegd in het Wmoloket. Voor Zuidplas geldt: het sociaal team wordt de organisatie die toegang geeft tot de Maatwerkvoorziening Begeleiding. De onafhankelijkheid wordt geborgd door een medewerker van het Wmo-loket te positioneren in het sociaal team. Voor Bodegraven geldt: de mogelijkheden om de toegang tot de Maatwerkvoorziening Begeleiding bij een brede welzijnsorganisatie neer te leggen worden onderzocht. Voor de K5 Gemeenten geldt: de toegang tot de Maatwerkvoorziening Begeleiding wordt belegd binnen de Gemeente waarbij wordt onderzocht op welke wijze het sociaal team een adviserende rol kan hebben. Voor Waddinxveen geldt: de toegang wordt belegd binnen de uitvoeringspraktijk (is voorportaal sociaal team). De onafhankelijkheid wordt geborgd door leden van het Wmo-loket ter plaatse in de uitvoeringspraktijk. 1.6 In alle gevallen maakt de Gemeente gebruik van de module selectie en toewijzing van het MO-Platform van Stipter B.V. . De Gemeente regelt hiermee de beschikbaarheid van aanbod. De volgende gunningscriteria gebruikt de Gemeente voor de selectie en toewijzing van Inwoners aan Dienstverleners: rkeur van de Inwoner;
Aan elk criterium wordt een wegingsfactor gegeven. De gunningscriteria en de weging daarvan kunnen jaarlijks door de Gemeente worden vastgesteld. Het eerste jaar worden de gunningscriteria en wegingsfactoren regionaal gelijkgeschakeld. De (gewijzigde) wegingsfactoren van de criteria worden door de Gemeente steeds zes maanden voordat zij van toepassing worden schriftelijk aan de Dienstverleners bekend gemaakt. 1.7 De bemiddelingskosten, van € 35,-- per Inwoner, die verbonden zijn aan de module selectie en toewijzing van het MO-Platform van Stipter B.V. komen ten laste van de Gemeente.
1.8 Voor Dienstverleners geldt, met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in de Deelovereenkomst en in art 1.9 een acceptatieplicht. 1.9 Indien een dienstverlener meent dat in redelijkheid, gegeven hoedanigheden van de Inwoner en/of het beschikbaar gestelde budget (tarief x uren/dagdelen/dagen), van hem niet kan worden verwacht dat hij de inspanningen verricht en de resultaten realiseert die door of namens de gemeente in het voor c.q. met de Inwoner opgestelde [plan van aanpak] zijn opgenomen, heeft hij het recht de casus ter beoordeling voor te leggen aan een daartoe in te stellen Commissie, waarvan de Gemeente één lid aanwijst, de Dienstverlener eveneens een lid aanwijst en deze leden te samen een derde lid, tevens voorzitter benoemen, die geen banden met hetzij de Gemeente, hetzij de Dienstverlener mag onderhouden. De kosten van deze Commissie worden gedragen door de Gemeente. De Commissie is bevoegd tot het bijstellen van (de inspanningen en resultaten zoals opgenomen in) het [plan van aanpak] en/of het aanpassen van het budget (tarief x uren/dagdelen/dagen). Gemeente en Dienstverlener verklaren op voorhand zich aan het oordeel van de commissie te zullen conformeren. Indien de Gemeente vasthoudt aan het Platform Stipter – hoewel daarvoor voor Dienstverleners minder belastende alternatieven bestaan, die naadloos aansluiten bij de AWBZ-brede zorgregistratie AZR (iWMO) – lijkt het redelijk dat de Gemeente ook de kosten daarvan voor zijn rekening neemt. De door de Gemeente blijkbaar voorgestane werkwijze brengt voorts met zich mee dat Dienstverleners moeten inschrijven op het leveren van een Maatwerkvoorziening Begeleiding die slechts gespecificeerd wordt door een [plan van aanpak] waarvan zij niet op de hoogte zijn en dat is opgesteld door een functionaris die geen enkele verantwoordelijkheid voor de uitvoerbaarheid daarvan draagt. Dienstverleners kunnen mitsdien niet inschatten of zij gegeven het door of vanwege de Gemeente geboden budget (p x q) redelijkerwijs in staat zullen zijn de in het [plan van aanpak] gedefinieerde prestatie te leveren c.q. het gespecificeerde resultaat te bewerkstelligen. Merk op dat hier sprake is van een geheel andere constructie dan die van de extramurale zorgverlening AWBZ. Daar zien we een indicatie die is gekoppeld aan een gespecificeerd zorgproduct waarvoor door de Nederlandse Zorgautoriteit een kostprijs (tarief) is bepaald, waarbij in de praktijk zorgverlener en cliënt overigens veel ruimte hebben om daar in onderling overleg een hen conveniërende specifieke invulling aan te geven. In deze context is het niet meer dan redelijk dan dat de ‘checks and balances’ tussen Gemeente, Inwoner en Dienstverlener via een vorm van externe toetsing worden bewaakt en zonodig met autoriteit gecorrigeerd. 2. Wijze van leveren van de Maatwerkvoorziening Begeleiding en eisen daaraan. 2.1 De Dienstverlener of combinatie van Dienstverleners die de Maatwerkvoorziening Begeleiding uitvoert, doet dit in overeenstemming met het Besluit van de Gemeente en met het [plan van aanpak]. Dit [plan van aanpak] noemt de voor de Inwoner te bereiken doelen en resultaten. De Dienstverlener of penvoerder van een combinatie van Dienstverleners overlegt met de Inwoner over de uitvoering van het [plan van aanpak] voor wat betreft Maatwerkvoorziening Begeleiding. Zij leggen hun afspraken vast in het [plan van aanpak]. 2.2 De Maatwerkvoorziening Begeleiding kan alleen bestaan uit het leveren van een of meer bouwstenen genoemd onder punt 3 van deze bijlage. Inwoners en Dienstverleners kunnen een verzoek indienen via de procedure in de Basisovereenkomst (artikel 7 tot en met 10) om resultaten en activiteiten toe te laten voegen aan punt 3 van deze bijlage. 2.3 De Dienstverleners hanteren bij het uitvoeren van de Maatwerkvoorziening Begeleiding de CAO VVT, GGZ, Gehandicaptenzorg of Welzijn, afhankelijk van welke CAO van toepassing is. Zij zetten personeel in dat beschikt over de gangbare competenties en vaardigheden die nodig zijn om de benodigde activiteiten uit te voeren. De competenties en vaardigheden moeten in overeenstemming zijn met wettelijke eisen en de in de branche vastgestelde basisprofielen. Deze eis geldt zowel voor medewerkers in vaste dienst als voor ingehuurd personeel en ZZP’ers. 2.4 De Gemeente stelt vast dat het gegeven de aanzienlijke kortingen die zij ten opzichte van de (voorheen) geldende extramurale AWBZ-tarieven moet toepassen onredelijk zou zijn om Dienstverleners te binden aan de Wet van 18 januari 1996, betreffende de kwaliteit van zorginstellingen. Deze opmerking behoeft nauwelijks toelichting. Je kunt niet 30 tot 80% korten op de vigerende extramurale tarieven en dan verwachten dat je eenzelfde, laat staan maximale, kwaliteit ontvangt.
3. Bouwstenen. 3.1 De Maatwerkvoorziening Begeleiding is gericht op het zo zelfredzaam mogelijk kunnen (blijven) meedoen van Inwoners, op het moment dat dit (even) niet (geheel) zelfstandig lukt en/of het sociaal netwerk en/of algemene voorzieningen dit niet (volledig) kunnen bereiken. Daarnaast zorgt de Maatwerkvoorziening ervoor dat Inwoners zo lang mogelijk in de eigen leefomgeving kunnen (blijven) wonen. Concrete doelen die samenhangen met dit resultaat worden door de Gemeente beschreven in het [plan van aanpak]. In het kader van de uitvoering van de Maatwerkvoorziening Begeleiding, als deze deel uitmaakt van het [plan van aanpak] en de Gemeente een Besluit heeft afgegeven, kunnen Dienstverleners een of meer van de volgende bouwstenen aanbieden: eleiding thuis speciaal (PSY);
Indien de gemeente in het [plan van aanpak] en/of het Besluit vastlegt dat bij de bouwblokken participatie ook vervoer noodzakelijk is, regelt en bekostigt zij de daarvoor benodigde arrangementen. Schade die Dienstverleners lijden als gevolg van onvolkomenheden in het door of namens de Gemeente georganiseerde vervoer, komt overeenkomstig het bepaald in artikel 10 van de Overeenkomst voor rekening van de Gemeente. Het kan natuurlijk zijn dat de Gemeente een denk- of rekenfout heeft gemaakt. Maar bij de gepresenteerde tarieven voor dagdelen dagbesteding is het ondenkbaar dat een zorgaanbieder daarvoor behalve dagbesteding sec ook vervoer (al dan niet via een rolstoelbus) kan bekostigen. Bij uitstek ligt hier nu een terrein waarop de Gemeente verantwoordelijkheid kan nemen. Zij kan immers het doelgroepenvervoer bundelen, een regiecentrale voor alle vervoersstromen ten behoeve van deze doelgroepen organiseren en tot aantrekkelijke combinatiecontracten met vervoerders komen. De Gemeente had een dergelijk traject al anderhalf jaar geleden op gang kunnen brengen. Het kan niet zo zijn dat het ‘probleem’ nu gemakkelijk op Dienstverleners wordt afgewenteld. 4. Wijze van monitoren van Maatwerkvoorziening Begeleiding. 4.1 Als de Gemeente beargumenteerd en onderbouwd bij een Dienstverlener risicovolle situaties voorziet die de continuïteit van de Maatwerkvoorziening Begeleiding voor een of meer Inwoners op wat voor manier dan ook kunnen bedreigen, in het bijzonder maar niet uitsluitend op financieel en inhoudelijk gebied, dan kan de Gemeente een extern (accountants)onderzoek gelasten. Een dergelijk besluit wordt schriftelijk en voorzien van de bedoelde argumenten en onderbouwing kenbaar gemaakt aan de Dienstverlener, aan wie de gelegenheid wordt geboden om alvorens het bedoelde onderzoek een aan een externe partij wordt opgedragen daarover tenminste éénmaal met de Gemeente overleg te voeren. De betreffende Dienstverlener levert aan dit onderzoek zijn ongeclausuleerde medewerking. De kosten van een dergelijk onderzoek komen voor rekening van de Gemeente. Het komt ons voor dat deze toevoeging gelet op het belang van voldoende ‘checks en balances’ volstrekt logisch en redelijk is. 4.2 De Dienstverlener verschaft op verzoek van de Gemeente nader inzicht in de financiële vermogenspositie (inclusief solvabiliteit, rentabiliteit, liquiditeit) en bedrijfsvoering van de eigen onderneming, de in groepsverband verbonden ondernemingen en de door de Dienstverleners gecontracteerde onderaannemer(s). De Gemeente bewaakt de vertrouwelijkheid van eventuele bedrijfsgevoelige en concurrentiegevoelige gegevens die aan haar verstrekt worden. 4.3 De Dienstverlener publiceert ieder openbaar rapport dat door de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) voor betreffende Dienstverlener is uitgebracht op haar website. Het past de Gemeente om uiterste terughoudendheid te betrachten in het opvragen van nietopenbare rapportages. Die zijn door de opsteller niet voor de Gemeente bedoeld. De Gemeente kan zelf actief naar de openbare rapportages van de Inspectie op zoek gaan. Dat geldt te meer waar de Gemeente blijkbaar van Dienstverleners verwacht dat zij zelf voortdurend actief de website van de Gemeente afstruinen op zoek naar voor hen relevante informatie
4.4 Tussen 1 januari 2015 en 1 januari 2016 leveren Dienstverleners tweemaal per jaar aan de Gemeente een totaalrapportage aan van ontvangen klachten over de geboden Maatwerkvoorziening Begeleiding naar aard en oorzaak, voor het eerst in juli 2015 en daarna in januari 2016, inclusief een overzicht van afwikkeling en op basis van klachten getroffen maatregelen. Vanaf 1 januari 2016 leveren Dienstverleners de genoemde rapportage jaarlijks aan voor 1 december. 4.5 Er wordt jaarlijks een klanttevredenheidsonderzoek uitgevoerd door de organisatie die het MOPlatform aanbiedt, te weten Stipter. De kosten van dit onderzoek komen voor rekening van de Gemeente. De door Stipter gebruikte onderzoeksinstrumenten zijn openbaar. De Gemeente staat er voor in dat deze instrumenten en de toepassing er van voldoen aan de hoogste wetenschappelijke standaarden. Op zichzelf geven we er met het oog op beperking van de administartieve lasten en eenduidigheid – ook in het ‘lastigvallen’ van burgers met enquetes – de voorkeur aan dat het meetinstrumentarium van het Kwaliteitskader Gehandicaptenzorg (KKGz) ook voor onze ‘Wmo-prestaties’ wordt benut. Het gaat daarbij om door een commissie van drie hoogleraren getoetste en akkoord bevonden instrumenten die ook in de individuele relatie cliënt=medewerker een transparante plek hebben. Mocht de Gemeente toch willen vasthouden aan het instrument van Stipter, dan is het redelijk dat daaraan ook duidelijke eisen worden gesteld en dat op individueel niveau toetsing mogelijk is (‘volwassen omgangsvormen’). 5. Wijze van administreren, verantwoorden, bekostigen en declareren van Maatwerkvoorziening Begeleiding. 5.1 Teneinde de administratieve lasten voor Dienstverleners zoveel mogelijk te beperken, geschieden de registratie, verantwoording en declaratie van de geleverde bouwstenen van de Maatwerkvoorziening Begeleiding door middel van iWMO, de onder regie van het ministerie van VWS ontwikkelde toepassing van de AWBZ-brede zorgregistratie AZR. We begrijpen dat de Gemeente wil kiezen voor Stipter en daarvoor de rekening bij de Dienstverleners wil leggen. Die keuze, waarover helaas geen overleg is gevoerd, betreuren we in hoge mate. Het ministerie van VWS heeft juist met het oog op beperking van de administratieve lastendruk iWMO ontwikkeld, een applicatie die naadloos aansluit bij de AWBZ-brede zorgregistratie AZR. Het is onbegrijpelijk dat niet alle gemeenten in het kader van de transitie voor dit systeem kiezen. Maar moet het dan toch, dan is het redelijk dat de Gemeente daarvoor alle kosten draagt, zonder afwenteling op het Wmo-budget. 5.2 De Gemeente betaalt elke Dienstverlener of combinatie van Dienstverleners die een Besluit voor een Inwoner voor de Maatwerkvoorziening Begeleiding uitvoert, waar het gaat om begeleiding thuis (combinatie van Begeleiding met HBH2) een all-in bedrag per uur van EUR ntb 5.3 De Gemeente betaalt elke Dienstverlener of combinatie van Dienstverleners die een Besluit voor een Inwoner voor de Maatwerkvoorziening Begeleiding uitvoert, waar het gaat om gespecialiseerde begeleiding thuis een all-in bedrag per uur van EUR ntb. 5.4 De Gemeente betaalt elke Dienstverlener of combinatie van Dienstverleners die een Besluit voor een Inwoner voor de Maatwerkvoorziening Begeleiding uitvoert, waar het gaat om arbeidsmatige dagbesteding een all-in bedrag per dagdeel van EUR ntb 5.5 De Gemeente betaalt elke Dienstverlener of combinatie van Dienstverleners die een Besluit voor een Inwoner voor de Maatwerkvoorziening Begeleiding uitvoert, waar het gaat om gespecialiseerde dagbesteding een all-in bedrag per dagdeel van EUR ntb.
5.6 De Gemeente betaalt elke Dienstverlener of combinatie van Dienstverleners die een Besluit voor een Inwoner voor de Maatwerkvoorziening Begeleiding uitvoert, waar het gaat om kortdurend verblijf een all-in bedrag per dag van EUR ntb. We nemen aan dat we nog met de Gemeente in gesprek gaan over de onderbouwing en de redelijkheid van de gepresenteerde tarieven, mede in relatie tot de verwachtingen die de Gemeente blijkbaar heeft van te leveren prestaties, te bereiken resultaten en af te geven garanties. Bij één tarief maken we echter nu al een kanttekening. Graag vernemen we of de Gemeente vasthoudt aan het tarief voor kort verblijf, in onze brance beter bekend als ‘logeren in een logeerhuis (respijtzorg)’. Wij zullen de ouders van de gebruikers van onze logeerhuizen dan berichten dat wij hen en hun kinderen vanwege de tariefskorting van 80% die de Gemeente wil doorvoeren vanaf 1 januari 2015 niet meer van dienst kunnen zijn. 5.7 De Gemeente bevoorschot de Dienstverlener door overboeking van een budget dat coorrespondeert met de in het [plan van aanpak] opgenomen aantal uren/dagdelen/dagen maal het tarief voor de betreffende prestatie, bepaald op maandbasis. Indien de Gemeente gerechtvaardigde twijfel kan hebben aan de financiële gegoedheid van de Dienstverlener en zulks met redenen omkleed aan hem deelneemt, zal de Dienstverlener bij een in Nederland actieve bancaire instelling, in het bezit van een door De Nederlandsche Bank afgegeven bankvergunning, een zogenaamde G-rekening openen, waarop de zijdens de Gemeente gestorte bedragen niet eerder dan twee maanden na storting vrijvallen. De gemeente ontvangt via het gemeentefonds vooraf de bedragen die zijn toegedeeld voor de nieuwe taken in het sociale domein. Niet valt in te zien waarom WTZi-toegelaten zorgaanbieders, die in het algemeen niet tot de categorie Jacobse & Van Es gerekend kunnen worden, niet simpelweg bevoorschot kunnen worden voor hun inspanningen. Onverschuldigde betalingen over maand t kunnen zonder probleem door correctie op de bevoorschotting in maand t+2 worden verrekend. Merk op dat het financieren van de benodigde liquiditeit voor de Dienstverlener betekent dat hij een x percentage van de opbrengst van zijn Wmo-activiteiten niet voor Inwoners kan inzetten, maar daarvan zijn financiële lasten moet bekostigen. 5.7 Partijen hebben kennis genomen van de mededeling van de Staatssecretaris van VWS aan de Tweede Kamer dat voor leveringen van diensten onder de Wmo 2015 sprake zal zijn van vrijstelling van BTW. Mocht dit onverhoopt anders blijken te zijn, dan komt de verschuldigde BTW voor rekening van de gemeente. De opmerking spreekt voor zich. 5.8 De Dienstverleners leveren ieder jaar vóór 1 juni, voor het eerst in 2016, een specifiek voor de Gemeente opgestelde verantwoording met bijbehorende controleverklaring, gericht op de juistheid en de rechtmatigheid van de gedeclareerde bouwstenen. De controle op rechtmatigheid zal zich beperken tot het voorhanden zijn van een Besluit van de Gemeente dat de levering van bouwstenen aan de Inwoner legitimeert en de controle op de juistheid zal zich beperken tot het volume van de geleverde en gedeclareerde bouwstenen. De controleverklaring wordt op basis van de registratie van de Dienstverlener door de accountant van de Dienstverlener opgesteld. Niet het minste probleem dat ontstaat door het ongespecificeerde karakter van de krachtens deze Overeenkomst te leveren prestaties schuilt in het verantwoorden daarvan. Als de variabelen waarop de Dienstverlener zich moet verantwoorden niet klip en klaar word benoemd, dan is het risico op eindeloze en kostbare discussies tussen de gemeentelijke accountantsdienst, de accountant van dde Dienstverlener en de Dienstverlener zelf levensgroot. So much voor het verminderen van de administratieve lastendruk! Wat ons betreft is vooralsnog de enige relevante vraag of er volume is geleverd en of dat volume binnen het afsprakenkader bleef. Dat wordt anders als we samen in staat zijn om realistische, geobjectiveerde en toetsbare resultaten te benoemen, die de Dienstverlener op eigen kracht en gegeven de reëel beschikbare middelen ook kan realiseren. Dan rekenen we daar op af. Toetsing op kenmerken van de througput of de input dient bij het afrekenen achterwege te blijven. Dat neemt niet weg dat de Gemeente van harte is uitgenodigd om met de bedoeling de dialoog aan te gaan te toetsen op bij de Dienstverlening ingezette werkwijzen en randvoorwaarden.