Dossiernummer: 16236 MK vs
VEILINGVOORWAARDEN Geuzenkade 32 Huis, Geuzenkade 32 I en Geuzenkade 32 II Op vierentwintig januari tweeduizend veertien verscheen voor mij, mr. Meindert Rudolf Hendrik Krans, notaris te Rotterdam: ----------------------------------------mevrouw Verona Dorette Sibbes-Van der Graaff, werkzaam te 3012 CN --------Rotterdam, Weena 690, geboren te Ridderkerk op vijfentwintig mei -------------negentienhonderd zestig, te dezen handelend als schriftelijk gevolmachtigde van ABN AMRO Bank N.V., een naamloze vennootschap, gevestigd te Amsterdam en kantoorhoudende te 1102 BS Amsterdam op het adres Foppingadreef 22 ----(ingeschreven in het handelsregister onder nummer 34334259). ------------------De comparante, handelend als gemeld, verklaarde het navolgende. ---------------Definities. --------------------------------------------------------------------------------Artikel 1. ---------------------------------------------------------------------------------In de akte wordt verstaan onder: -------------------------------------------------------- Algemene Veilingvoorwaarden: --------------------------------------------------de Algemene veilingvoorwaarden voor executieveilingen ----------Amsterdam 2001, vastgesteld bij akte op achtentwintig juni -------tweeduizend een verleden voor mr. P.J.N. van Os, notaris te -------Amsterdam, van welke akte een afschrift is gedeponeerd ter griffie van de rechtbank te Amsterdam op vier juli tweeduizend een onder nummer 116/2001 en van welke akte een afschrift is ingeschreven in de Openbare Registers te Amsterdam op acht en twintig juni ---tweeduizend een in register Hypotheken 4, deel 17492, nummer --18; --------------------------------------------------------------------------- Eigenaar: ----------------------------------------------------------------------------de heer Vincentius Joannes Gerardus Maria Rijnja en mevrouw ---Isabeau Madeleine Céleste Alix Reinders Folmer, tezamen, ieder -voor de onverdeelde helft, de rechthebbende tot het Registergoed; - Hypotheek: --------------------------------------------------------------------------het recht van hypotheek ten behoeve van de Verkoper tot een -----bedrag groot zes miljoen tweehonderd vijftigduizend euro ---------(€ 6.250.000,00), alsmede tot een bedrag groot twee miljoen ------vijfhonderdduizend euro (€ 2.500.000,00) voor rente en kosten, ---derhalve in totaal tot een bedrag groot acht miljoen zevenhonderd vijftigduizend euro (€ 8.750.000,00), gevestigd bij akte van -------hypotheekverlening op zesentwintig oktober tweeduizend vijf ------
Pagina 1 van 20
-
-
-
verleden voor mr. C. Constandse, destijds notaris te Amsterdam, -van welke akte een afschrift is ingeschreven in de Openbare -------Registers te Amsterdam op zevenentwintig oktober tweeduizend -vijf in register Hypotheken 3, deel 18872, nummer 189; ------------Notaris: ------------------------------------------------------------------------------een van de notarissen verbonden aan Van der Stap Notarissen -----B.V.; -----------------------------------------------------------------------Openbare Registers: ----------------------------------------------------------------de openbare registers voor registergoederen, die worden gehouden ten kantore van de Dienst voor het Kadaster en de Openbare ------Registers; ------------------------------------------------------------------Pandrecht: ---------------------------------------------------------------------------het/de pandrecht(en) als bedoeld in artikel 3:237 Burgerlijk --------Wetboek op de Roerende Zaken tot waarborg van dezelfde --------vordering tot zekerheid waarvoor de Hypotheek is gevestigd; -----Registergoed: -----------------------------------------------------------------------1. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning op de begane grond met berging in de daarbij -behorende tuin, plaatselijk bekend Geuzenkade 32-huis te ----1056 KK Amsterdam, kadastraal bekend gemeente Sloten ----(Noord-Holland), sectie L, complexaanduiding 3512-A, ------appartementsindex 1 uitmakende het -----------------------------negenenvijftig/tweehonderd zevenenzeventigste (59/277e) ---onverdeeld aandeel in de gemeenschap, bestaande uit het ----voortdurend recht van erfpacht van een perceel grond ---------(eigendom van de gemeente Amsterdam), gelegen te ----------Amsterdam aan de Geuzekade, ten tijde van splitsing ----------kadastraal bekend gemeente Sloten (Noord-Holland), sectie L nummer 2132, groot één are vijfendertig centiare, met de -----rechten van de erfpachter op de zich op die grond bevindende opstal, zijnde een woonhuis, plaatselijk bekend als -------------Geuzenkade 32 te 1056 KK Amsterdam, ter zake van welke --erfpacht de erfpachter verplicht is een jaarlijkse canon groot -vierhonderd acht euro en zesenveertig cent (€ 408,46) aan de grondeigenaar te betalen; ------------------------------------------2. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning op de eerste verdieping met balkon aan de ------
Pagina 2 van 20
-
-
-
achterzijde van het gebouw, plaatselijk bekend Geuzenkade --32-I te 1056 KK Amsterdam, kadastraal bekend gemeente ----Sloten (Noord-Holland), sectie L, complexaanduiding 3512- -A, appartementsindex 2, uitmakende het -------------------------negenenvijftig/tweehonderd zevenenzeventigste (59/277e) ---onverdeeld aandeel in de onder sub 1. genoemde ---------------gemeenschap, ter zake van welke erfpacht de erfpachter ------verplicht is een jaarlijkse canon groot driehonderd -------------eenenzeventig euro en vierendertig cent (€ 371,34) aan de ----grondeigenaar te betalen; ------------------------------------------3. het appartementsrecht rechtgevende op het uitsluitend gebruik van de woning op de tweede verdieping met balkon aan de ---achterzijde van het gebouw, plaatselijk bekend Geuzenkade --32-II te 1056 KK Amsterdam, kadastraal bekend gemeente ---Sloten (Noord-Holland), sectie L, complexaanduiding 3512- -A, appartementsindex 3, uitmakende het -------------------------negenenvijftig/tweehonderd zevenenzeventigste (59/277e) ---onverdeeld aandeel in de onder sub 1. genoemde ---------------gemeenschap, ter zake van welke erfpacht de erfpachter ------verplicht is een jaarlijkse canon groot driehonderd -------------eenenzeventig euro en vierendertig cent (€ 371,34) aan de ----grondeigenaar te betalen. -------------------------------------------Roerende Zaken: --------------------------------------------------------------------de in of op het Registergoed aanwezige roerende zaken ter zake --waarvan de Verkoper bevoegd is deze tezamen met het -------------Registergoed volgens de voor hypotheek geldende regels te -------executeren; ----------------------------------------------------------------Schuldenaar: ------------------------------------------------------------------------de heer Vincentius Joannes Gerardus Maria Rijnja en mevrouw ---Isabeau Madeleine Céleste Alix Reinders Folmer, zowel tezamen als afzonderlijk, de schuldenaar van de vordering waarvoor de ---Hypotheek tot waarborg strekt; -----------------------------------------Veiling: ------------------------------------------------------------------------------de openbare verkoop als bedoeld in artikel 3:268 Burgerlijk -------Wetboek van het Registergoed en de Roerende Zaken; -------------Verkoper: ----------------------------------------------------------------------------ABN AMRO Bank N.V. -------------------------------------------------
Pagina 3 van 20
Definities kunnen zonder verlies van de inhoudelijke betekenis in enkelvoud of meervoud worden gebruikt. ------------------------------------------------------------Veiling. -----------------------------------------------------------------------------------Artikel 2. ---------------------------------------------------------------------------------De Verkoper heeft de Notaris verzocht om over te gaan tot de Veiling. ----------Verkrijging van het Registergoed door de Eigenaar. Erfpacht. Splitsing in appartementsrechten. ------------------------------------------------------------------Artikel 3. ---------------------------------------------------------------------------------1. De Eigenaar heeft het Registergoed verkregen door inschrijving in de ------Openbare Registers te Amsterdam op twee februari negentienhonderd ------negentig in register Hypotheken 4, deel 9927, nummer 50, van een afschrift van de op een februari negentienhonderd negentig voor mr. E.IJ. Spier, ----destijds notaris te Amsterdam, verleden akte van levering. -------------------2. De erfpacht is uitgegeven bij akte op elf augustus negentienhonderd --------drieëndertig voor D.J. Graaff, destijds notaris te Amsterdam, verleden, van welke akte een afschrift is ingeschreven in de Openbare Registers te --------Amsterdam op diezelfde datum in register Hypotheken 4, deel 2886, -------nummer 49. --------------------------------------------------------------------------Op negen december tweeduizend acht is verleden voor mr. P.L. Vierveijzer, destijds notaris te Amsterdam, een akte houdende canonherziening en ------wijziging Algemene Bepalingen, van welke akte een afschrift is in de ------Openbare Registers te Amsterdam op negen december tweeduizend acht in register Hypotheken 4, deel 55931, nummer 188. ------------------------------3. De gemeenschap waarvan het Registergoed deel uitmaakt is gesplitst in ----appartementsrechten bij akte op zeventien juni tweeduizend negen voor mr. J.M.A. van Rooij, notaris te Amsterdam, verleden, van welke akte een -----afschrift is ingeschreven in de Openbare Registers op zeventien juni --------tweeduizend negen in register Hypotheken 4, deel 56797, nummer 171, bij welke akte van toepassing is verklaard het reglement van splitsing ----------vastgesteld bij een akte verleden op zeventien januari tweeduizend zes voor mr. A.G. Hartman, notaris te Amsterdam, van welke akte een afschrift is --ingeschreven in de Openbare Registers te Amsterdam op achttien januari --tweeduizend zes in register Hypotheken 4, deel 19399, nummer 166. -------Hypotheek en Pandrecht. Verzuim. -------------------------------------------------Artikel 4. ---------------------------------------------------------------------------------1. Het Registergoed is belast met de Hypotheek. De Roerende Zaken zijn -----belast met het Pandrecht. -----------------------------------------------------------
Pagina 4 van 20
De Hypotheek en het Pandrecht zijn oorspronkelijk gevestigd ten behoeve -van ABN AMRO Bank N.V., ingeschreven in het handelsregister onder ---dossiernummer 33002587. Als gevolg van een akte van splitsing op vijf ---februari tweeduizend tien verleden voor mr. D-J.J. Smit, notaris te ----------Amsterdam, is een deel van het vermogen van ABN AMRO Bank N.V., ---waaronder de vordering tot zekerheid waarvan de Hypotheek en het --------Pandrecht zijn gevestigd, onder algemene titel overgegaan op ABN AMRO II N.V. Bij akte van statutenwijziging op vijf februari tweeduizend tien ----verleden voor mr. D-J.J. Smit, notaris te Amsterdam, zijn de statuten van --ABN AMRO II N.V. gewijzigd, waarbij ondermeer de naam ABN AMRO II N.V. is gewijzigd in ABN AMRO Bank N.V., ingeschreven in het -------handelsregister onder dossiernummer 34334259. ------------------------------2. De Schuldenaar is in verzuim met de voldoening van hetgeen waarvoor de Hypotheek en het Pandrecht tot zekerheid strekken en zodoende maakt de -Verkoper gebruik van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 3:268 ----------Burgerlijk Wetboek om over te gaan tot Veiling van het Registergoed en de Roerende Zaken. --------------------------------------------------------------------Wettelijke voorschriften. --------------------------------------------------------------Artikel 5. ---------------------------------------------------------------------------------Voldaan is casu quo zal worden aan de wettelijke voorschriften, waaronder: ----- aanzegging van Veiling overeenkomstig artikel 544 Wetboek van -----------Burgerlijke Rechtsvordering; ------------------------------------------------------ vaststelling van dag, uur en plaats van de verkoop en schriftelijke -----------kennisgeving daarvan overeenkomstig artikel 515 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering; --------------------------------------------------------------------- bekendmaking van de verkoop overeenkomstig artikel 516 Wetboek van --Burgerlijke Rechtsvordering. -----------------------------------------------------Vaststelling veilingvoorwaarden. ----------------------------------------------------Artikel 6. ---------------------------------------------------------------------------------De Verkoper stelt voor om ter zake de Veiling van het Registergoed -------------en de Roerende Zaken van toepassing te verklaren de Algemene -----------------Veilingvoorwaarden en, in aanvulling op en in afwijking van de Algemene -----Veilingvoorwaarden, de navolgende bijzondere voorwaarden. In de navolgende bijzondere voorwaarden zijn de gehanteerde begrippen gelijk aan de begrippen vermeld in de Algemene Veilingvoorwaarden, voor zover niet anders is bepaald. In aanvulling casu quo afwijking van: -------------------------------------------------- Begrippen: ----------------------------------------------------------------------------
Pagina 5 van 20
-
-
omvat het begrip registergoed ook de in of op het registergoed ---------aanwezige roerende zaken anders dan bedoeld in artikel 3:254 lid 1 ---Burgerlijk Wetboek, ter zake waarvan de verkoper bevoegd is deze ----tezamen met het registergoed volgens de voor hypotheek geldende ----regels te executeren; ----------------------------------------------------------Artikel 3. (Wijze van veilen): ------------------------------------------------------ vindt de veiling bij inzet en afslag plaats na elkaar in één zitting; -------- kan een bieder uitsluitend bieden namens: ---------------------------------- zichzelf; -------------------------------------------------------------------- een (rechts)persoon van wie hij schriftelijk volmacht heeft om te -bieden mits: ---------------------------------------------------------------- de bieder de originele schriftelijke volmacht aan de notaris kan overhandigen uiterlijk voor het verlijden van de akte van inzet en afslag; -------------------------------------------------------------- de bieder, ter uitsluitende beoordeling van de notaris, op grond van de volmacht bevoegd is om het betreffende bod namens de volmachtgever uit te brengen; en ----------------------------------- ter uitsluitende beoordeling van de notaris, voldoende vaststaat (bijvoorbeeld door notariële legalisatie van de handtekening) -dat de volmacht is ondertekend door de ondertekenaar en -----(bijvoorbeeld door het overleggen van (een) recente -----------origine(e)l(e) uittreksels uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel) dat de ondertekenaar, ingeval de -------------volmachtgever een rechtspersoon is, bij het verlenen van de --volmacht rechtsgeldig vertegenwoordigd is door de ------------ondertekenaar; -------------------------------------------------------of ---------------------------------------------------------------------------- namens een rechtspersoon die de bieder direct of indirect ----------zelfstandig kan vertegenwoordigen mits hij die bevoegdheid ------overeenkomstig het bepaalde in artikel 14 tegenover de notaris kan aantonen tijdens de veiling of die bevoegdheid uiterlijk voor het --verlijden van de akte van inzet en afslag blijkt uit het ---------------handelsregister, -----------------------------------------------------------een en ander laat onverlet het in artikel 5 lid 5 bepaalde; ----------------- behoudt de verkoper zich het recht voor om het registergoed in delen te doen inzetten en in delen of als geheel of een combinatie daarvan te ---doen afslaan; --------------------------------------------------------------------
Pagina 6 van 20
-
-
-
-
dient, indien het geheel wordt afgeslagen na een inzet in delen, het bod hoger te zijn dan de som van de inzetsommen respectievelijk -----------afslagsommen op de afzonderlijke delen; ----------------------------------- gelden de onderscheiden inzetsommen als hoogste bod als er niet wordt afgemijnd; ----------------------------------------------------------------------Artikel 5 (Bieden voor een ander): ------------------------------------------------ heeft een bieder niet het recht te verklaren dat hij het bod heeft ---------uitgebracht namens één of meer anderen; ----------------------------------- heeft diegene met wie de verkoper een koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek heeft gesloten, niet het recht te verklaren dat hij zijn door de verkoper geaccepteerde bod als bedoeld in artikel 547 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering heeft ----uitgebracht namens één of meer anderen; ----------------------------------Artikel 7 (Inzetpremie): ------------------------------------------------------------- bedraagt de inzetpremie vierduizend tweehonderd vijfendertig euro ---(€ 4.235,00) in welk bedrag de eventueel verschuldigde omzetbelasting is begrepen; --------------------------------------------------------------------- heeft diegene die niet in de veiling bij inzet maar na afloop van de -----termijn als bedoeld in artikel 547 lid 2 Wetboek van Burgerlijke -------Rechtsvordering het hoogste bod heeft gedaan, geen recht op de -------inzetpremie; --------------------------------------------------------------------Artikel 8 (Gunning, beraad, niet gunning en afgelasting): ---------------------- eindigt de termijn van beraad de derde werkdag volgende op de afslag om zeventien (17:00) uur of zoveel eerder als de verkoper mocht ------hebben gegund; ----------------------------------------------------------------- wordt de verkoper geacht gebruik te maken van het recht van beraad --indien het proces-verbaal van inzet en afslag geen gunning inhoudt; ---- komt een koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 ----------Burgerlijk Wetboek tot stand door de enkele acceptatie door de --------verkoper van een bod als bedoeld in artikel 547 lid 2 Wetboek van ----Burgerlijke Rechtsvordering; ------------------------------------------------- zijn de bijzondere veilingvoorwaarden en, voor zover daarvan in de ---bijzondere veilingvoorwaarden niet is afgeweken, de algemene --------veilingvoorwaarden van toepassing op een koopovereenkomst als -----bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek, ook als het verzoek tot onderhandse verkoop door de hypotheekgever is ingediend, in welk geval de bijzondere veilingvoorwaarden en, voor zover daarvan in de --
Pagina 7 van 20
-
bijzondere veilingvoorwaarden niet is afgeweken, de algemene --------veilingvoorwaarden prevaleren boven hetgeen in de ingediende --------koopovereenkomst is bepaald; -----------------------------------------------komt een koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 ----------Burgerlijk Wetboek tot stand onder de in artikel 517 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bedoelde voorwaarden waaronder de -----ontbindende voorwaarden dat: -----------------------------------------------a. de koopovereenkomst niet binnen de in artikel 548 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bedoelde termijn ter goedkeuring is voorgelegd aan de voorzieningenrechter; ---------------------------b. de voorzieningenrechter de koopovereenkomst, nadat deze ter -----goedkeuring aan hem is voorgelegd, niet goedkeurt -----------------overeenkomstig artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek, ------------bijvoorbeeld omdat de voorzieningenrechter overeenkomstig de --laatste volzin van dat lid bepaalt dat de verkoop overeenkomstig --een gunstiger aanbod zal geschieden; ----------------------------------c. op een tijdstip dat lossing op grond van artikel 3:269 Burgerlijk ---Wetboek mogelijk is, de in dat artikel bedoelde bedragen aan de --verkoper worden voldaan; -----------------------------------------------d. een Nederlandse rechter in een (kort geding) procedure bepaalt dat de verkoper niet bevoegd is om over te gaan tot veiling van het ---registergoed; of -----------------------------------------------------------e. de koper niet tijdig en volledig voldoet aan de verplichting om ----binnen twee (2) dagen nadat hem bericht is dat de verkoper zijn ---bieding heeft geaccepteerd, de waarborgsom bedoeld in artikel 12 lid 1 heeft voldaan, -------------------------------------------------------met dien verstande dat: -------------------------------------------------------- een ontbindende voorwaarde bedoeld onder a, b en c wordt vervuld door het enkele feit dat de betreffende omstandigheid zich ---------voordoet, met dien verstande dat de verkoper en de koper elkaar --zullen informeren indien een betreffende ontbindende voorwaarde wordt vervuld; ------------------------------------------------------------- op de vervulling van de onder d bedoelde ontbindende voorwaarde slechts een beroep kan worden gedaan door de verkoper mits: ------ dit beroep schriftelijk geschiedt; ----------------------------------- dit beroep gericht is aan de koper en de notaris; ----------------- de notaris dit beroep ontvangen heeft uiterlijk voor het tijdstip
Pagina 8 van 20
-
-
-
van verlijden van de akte van levering ter uitvoering van de --koopovereenkomst; en ----------------------------------------------- de verkoper tevens de bescheiden overlegt waaruit van de ----vervulling van de ontbindende voorwaarde blijkt; --------------- op de vervulling van de onder e bedoelde ontbindende voorwaarde slechts een beroep kan worden gedaan door de verkoper mits: ------ de notaris niet binnen twee (2) dagen nadat de koper bericht is dat de verkoper zijn bieding heeft geaccepteerd, een -----------waarborgsom als bedoeld in artikel 12 lid 1 heeft ontvangen; -- dit beroep schriftelijk geschiedt; en -------------------------------- dit beroep gericht is aan de koper; --------------------------------- de verkoper en de koper zich zullen inspannen de -------------------koopovereenkomst binnen de in artikel 548 lid 1 Wetboek van ----Burgerlijke Rechtsvordering bedoelde termijn ter goedkeuring voor te leggen aan de voorzieningenrechter; en ----------------------------- een ontbindende voorwaarde die wordt vervuld terugwerkt tot en -met de dag waarop de koopovereenkomst tot stand kwam; ---------is op een koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 ----------Burgerlijk Wetboek Nederlands recht van toepassing; -------------------kan de verkoper, in geval een koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek tot stand is gekomen, verlangen dat de koper alsnog en tijdig voor verloop van de in artikel 548 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bedoelde termijn, een onderhandse --koopovereenkomst tekent en de handtekening(en) van (de rechtsgeldige vertegenwoordiger(s) van) de koper laat legaliseren door een notaris; -bestaat, in geval een koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek tot stand is gekomen, de koopakte als bedoeld in artikel 548 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering uit: ---------- de combinatie van het bod als bedoeld in artikel 547 lid 2 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de acceptatie van dit bod door de verkoper; of ------------------------------------------------------------- indien de koper tijdig een onderhandse koopovereenkomst heeft --getekend, deze onderhandse koopovereenkomst; ---------------------is de koop van de in of op het registergoed aanwezige roerende zaken, ter zake waarvan de verkoper bevoegd is deze tezamen met het --------registergoed volgens de voor hypotheek geldende regels te executeren, afhankelijk van de koop van het registergoed en zal een geschil ter zake
Pagina 9 van 20
-
een of meer van deze roerende zaken op geen enkele wijze leiden tot --aantasting van de koop van het registergoed; ------------------------------- is de verkoper, tot het moment van betaling van de koopsom, bevoegd de tot stand gekomen koopovereenkomst (waaronder te dezen tevens --begrepen wordt een koopovereenkomst als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek) te ontbinden door middel van een schriftelijke -mededeling aan de koper, indien een Nederlandse rechter in een (kort -geding) procedure bepaalt dat de verkoper niet bevoegd is om over te -gaan tot veiling van het registergoed; ---------------------------------------Artikel 9 (Belasting en kosten): ---------------------------------------------------- worden voor zover verschuldigd uitsluitend aan de koper in rekening -gebracht: ------------------------------------------------------------------------a. de verschuldigde overdrachtsbelasting; --------------------------------b. het notariële honorarium voor de veiling gelijk aan vierduizend ---euro (€ 4.000,00), exclusief omzetbelasting per levering; voor -----kantoorkosten zal een bedrag gelijk aan zes procent (6%) van het te declareren honorarium in rekening worden gebracht; ----------------c. de kosten van de kadastrale recherches ter zake van het -------------registergoed met inbegrip van de kosten van het opvragen van alle benodigde akte(n) en kadastrale kaart(en) en het doen van een -----erfdienstbaarhedenonderzoek tot uiterlijk één april ------------------negentienhonderd vijftig, in totaal groot vierhonderd vijftien euro en tien cent (€ 415,10), exclusief omzetbelasting en het kadastrale recht ter zake van de levering van het registergoed, groot -----------eenhonderd achtenzestig euro (€ 168,00) per levering; --------------d. de kosten van aanzegging van de veiling door de deurwaarder, in -totaal groot eenhonderd achtenzeventig euro en achttien cent ------(€ 178,18), exclusief omzetbelasting; ----------------------------------e. zeventig euro (€ 70,00) , exclusief de daarover eventueel -----------verschuldigde omzetbelasting, voor het opvragen van informatie --bij de gemeente waarin het registergoed is gelegen; -----------------f. het door het veilinghuis aan de koper in rekening te brengen tarief conform het veilingtarief van de Eerste Amsterdamse Onroerend -Goed Veiling; -------------------------------------------------------------g. de courtage van de makelaar-koper indien deze is aangewezen; ---h. een bedrag aan rente berekend over de koopsom op basis van de --wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 Burgerlijk Wetboek ---
Pagina 10 van 20
-
-
-
over de periode die begint op de dag van gunning (dan wel de dag van goedkeuring van de koopovereenkomst door de -----------------voorzieningenrechter ingeval van onderhandse verkoop als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek) en eindigt op de dag van betaling van de koopsom, met dien verstande dat als de dag van ---betaling van de koopsom gelegen is later dan de dag gelegen één -(1) maand na de gunning, terwijl de oorzaak daarvan niet aan de --koper is te wijten, de periode waarover de rente verschuldigd is ---eindigt op de dag gelegen één (1) maand na de gunning; ------------i. het notarieel honorarium voor de afgifte van op verzoek van de ---koper aan de koper afgegeven eerste grosse, groot eenhonderd ----tachtig euro (€ 180,00), exclusief omzetbelasting; voor -------------kantoorkosten zal een bedrag gelijk aan zes procent (6%) van het te declareren honorarium in rekening worden gebracht; ----------------j. de kosten van bekendmaking van de veiling op internet, groot -----driehonderd zevenennegentig euro en vijftig cent (€ 397,50), ------exclusief omzetbelasting; ------------------------------------------------geldt in plaats van het genoemde bedrag voor kadastraal recht en de ---kosten van aanzegging van de veiling door de deurwaarder het ---------werkelijk verschuldigd bedrag indien, bijvoorbeeld als gevolg van een tariefswijziging, het werkelijk verschuldigde bedrag afwijkt van het ---genoemde bedrag; -------------------------------------------------------------worden aan de verkoper in rekening gebracht alle niet aan de koper in rekening gebrachte kosten ter zake van de veiling; ------------------------worden de aan de koper in rekening te brengen kosten, in geval het ----registergoed in delen aan verschillende kopers wordt verkocht: ---------- voor zover die kosten zijn toe te rekenen aan de verschillende -----delen, conform die toerekening aan de verschillende kopers in ----rekening gebracht; --------------------------------------------------------- voor zover die kosten niet zijn toe te rekenen aan de verschillende delen, aan de verschillende kopers in rekening gebracht naar rato -van de koopsommen van de verschillende delen; --------------------is ter zake de levering van het registergoed geen omzetbelasting -------verschuldigd; -------------------------------------------------------------------blijft artikel 3 lid 5 Wet op de omzetbelasting 1968, overeenkomstig --het besluit van de staatssecretaris van Financiën de dato negentien -----september tweeduizend dertien, met kenmerk BLKB2013/1686M, ------
Pagina 11 van 20
-
buiten toepassing, omdat: ----------------------------------------------------- alle betrokken partijen dat volgen en de daarbij behorende ---------gevolgen voor de omzetbelasting accepteren; ------------------------- de notaris omzetbelasting zal voldoen over het notarieel ------------honorarium ter zake van de veiling; en --------------------------------- de koper geldt als directe afnemer bij de toepassing van de ---------verlegging als bedoeld in artikel 12 lid 5 Wet op de omzetbelasting 1968 juncto artikel 24ba lid 1 onderdeel d of e Uitvoeringsbesluit -omzetbelasting 1968; ----------------------------------------------------- worden tussen de verkoper en de koper geen (zakelijke) lasten ---------verrekend; ----------------------------------------------------------------------- staat het de koper vrij om deze belasting en heffingen met de eigenaar te verrekenen; ------------------------------------------------------------------- is de verkoper op geen enkele wijze aansprakelijk voor de eventuele --verrekening van deze belastingen en heffingen; ---------------------------- zal van de opbrengst van de veiling uitsluitend een betaling aan de ----vereniging van eigenaars plaatsvinden indien en voor zover de ---------vereniging van eigenaars op grond van een verdeling als bedoeld in ---artikel 3:270 lid 5 Burgerlijk Wetboek of artikel 3:271 Burgerlijk ------Wetboek aanspraak kan maken op een gedeelte van de opbrengst van -de veiling; ----------------------------------------------------------------------- wordt: ---------------------------------------------------------------------------- ingeval van openbare verkoop als bedoeld in artikel 519 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering aan de notariële verklaring van --betaling; en ----------------------------------------------------------------- ingeval van onderhandse verkoop als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek aan de akte van levering, ------------------------een verklaring van het bestuur van de vereniging van eigenaars als ----bedoeld in artikel 5:122 lid 5 Burgerlijk Wetboek gehecht; --------------- zal van de opbrengst van de veiling uitsluitend een betaling aan de ----erfverpachter plaatsvinden indien en voor zover de erfverpachter op ---grond van een verdeling als bedoeld in artikel 3:270 lid 5 Burgerlijk --Wetboek of artikel 3:271 Burgerlijk Wetboek aanspraak kan maken op een gedeelte van de opbrengst van de veiling; -----------------------------Artikel 10 (Tijdstip van betaling): ------------------------------------------------- ingeval van openbare verkoop als bedoeld in artikel 519 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering: -------------------------------------------------
Pagina 12 van 20
-
-
-
dient de waarborgsom bedoeld in artikel 12 lid 1 door de koper te worden betaald uiterlijk acht (8) dagen na de veiling; ---------------- dienen de in artikel 9 lid 1 suba (overdrachtsbelasting), -------------b (notarieel honorarium voor de veiling inclusief kantoorkosten), -c (kosten kadastrale recherches, kadastraal recht en -----------------erfdienstbaarhedenonderzoek), f (kosten veilinghuis) en g ---------(courtage makelaar-koper) bedoelde kosten en lasten door de koper te worden betaald uiterlijk acht (8) dagen na de veiling; ------------- dienen de koopsom en de overige in artikel 9 bedoelde kosten en -lasten door de koper te worden betaald uiterlijk een (1) maand na -de veiling; ------------------------------------------------------------------ ingeval van onderhandse verkoop als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 ----Burgerlijk Wetboek: ----------------------------------------------------------- dient de waarborgsom bedoeld in artikel 12 lid 1 door de koper te worden betaald uiterlijk twee (2) dagen nadat hem is bericht dat de verkoper zijn bieding heeft geaccepteerd; ------------------------------ dienen de koopsom en de overige in artikel 9 bedoelde kosten en -lasten door de koper te worden betaald uiterlijk een (1) maand ----nadat de voorzieningenrechter de koopovereenkomst heeft ---------goedgekeurd; -------------------------------------------------------------- zal de notaris nimmer een hoger rentepercentage vergoeden of ---------verschuldigd zijn over de waarborgsom, dan het rentepercentage dat de notaris ontvangt op de rekening waarnaar de waarborgsom is -----------overgemaakt; -------------------------------------------------------------------Artikel 11 (Wijze van betaling, kwijting): ---------------------------------------- is de koper gehouden al het verschuldigde te storten op een -------------kwaliteitsrekening, als bedoeld in artikel 25 Wet op het notarisambt, --van de notaris zodanig dat deze kwaliteitsrekening voor het in artikel -10 bedoelde uiterste tijdstip is gecrediteerd met het betreffende bedrag; Artikel 12 (Waarborgsom): --------------------------------------------------------- dient de koper, zonder dat daarvoor een verzoek van verkoper vereist -is, aan de notaris een waarborgsom te betalen ten bedrage van tien -----procent (10%) van de koopsom, ---------------------------------------------- dient de bankgarantie afgegeven te zijn door een kredietinstelling met -een vergunning als bedoeld in de Wet op het financieel toezicht, -------- dient de originele bankgarantie door de notaris te zijn ontvangen voor -het in artikel 10 bedoelde uiterste tijdstip voor betaling van de -----------
Pagina 13 van 20
-
-
-
waarborgsom; ------------------------------------------------------------------Artikel 13 (Toerekening betalingen): --------------------------------------------- dient in lid 1 onder a in plaats van "de kosten en lasten volgens artikel 9 lid 1 sub b, c, d, g en h" gelezen te worden "de kosten en lasten volgens artikel 9"; -----------------------------------------------------------------------Artikel 14 (Informatieplicht): ------------------------------------------------------ geschiedt de legitimatie tegenover de notaris bij een natuurlijk persoon door een geldig legitimatiebewijs en bij een rechtspersoon door een ---recent origineel uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van ----Koophandel tezamen met een geldig legitimatiebewijs van de ----------vertegenwoordiger(s); --------------------------------------------------------Artikel 15 (Bijzondere lasten, beperkingen en uitsluitingen): ------------------ wordt onder beperkingen tevens begrepen een eventueel ten tijde van -de aflevering van het registergoed ter zake het registergoed uitgeoefend retentierecht, tenzij de verkoper uitdrukkelijk heeft bepaald dat de -----aflevering van het registergoed plaatsvindt vrij van retentierechten; ----- wordt onder beperkingen tevens begrepen de publiekrechtelijke --------beperkingen waarop de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke ------------beperkingen onroerende zaken van toepassing is; -------------------------- wordt van de koper verwacht dat hijzelf onderzoek instelt op alle in ---artikel 15 lid 1 genoemde punten, dan wel dat hij als hij dit onderzoek achterwege laat of gelaten heeft hij welbewust de daaraan verbonden --risico’s aanvaardt zonder enig voorbehoud of enige aanspraak jegens de verkoper, de notaris en/of de directie-makelaar; ---------------------------- aanvaardt de koper niet alleen de in deze bijzondere ----------------------veilingvoorwaarden vermelde bijzondere lasten en beperkingen, doch -ook die, welke niet vermeld zijn in de bijzondere veilingvoorwaarden -en (achteraf) wel blijken te bestaan; ------------------------------------------ aanvaardt de koper zonder voorbehoud dat de verkoper, de notaris en -de directie-makelaar zich bij hun onderzoek naar deze lasten en --------beperkingen beperken tot hetgeen voorkomt in de laatste titel van ------aankomst en hetgeen zij feitelijk uit andere bronnen van het ------------registergoed weten met betrekking tot de bijzondere lasten en ----------beperkingen; -------------------------------------------------------------------- wordt onder materiële gebreken in of aan het registergoed begrepen de aanwezigheid van materialen die (bij verwijdering) schadelijk kunnen zijn voor milieu of de volksgezondheid of die kunnen worden -----------
Pagina 14 van 20
-
-
beschouwd als chemisch afval, waaronder begrepen asbesthoudende --materialen; ---------------------------------------------------------------------- wordt onder bodem begrepen het grondwater behorende tot het --------registergoed; -------------------------------------------------------------------- zal de eventuele aanwezigheid van materiële gebreken in of aan het ---registergoed nimmer aanleiding zijn tot ontbinding van de koop van het registergoed, tot betaling van enige schadevergoeding of tot enigerlei -verrekening; --------------------------------------------------------------------Artikel 16 (Omschrijving van de leveringsverplichting): ----------------------- staat de verkoper er niet voor in dat de huur- en/of pachttermijnen -----alsmede overige aanspraken niet zijn verpand aan derden, ook al wordt daarvan in deze bijzondere veilingvoorwaarden geen mededeling ------gedaan; -------------------------------------------------------------------------- wordt uitsluitend een huur- en/of pachttermijn die betrekking heeft op de betaalperiode van de huur- en/of pachtovereenkomst waarin de -----datum van betaling van de koopsom valt, tussen de verkoper en de ----koper op en per de datum van betaling van de koopsom verrekend voor zover de verkoper de betreffende huur- en pachttermijn heeft -----------ontvangen; ---------------------------------------------------------------------- worden de in of op het registergoed aanwezige roerende zaken, ter zake waarvan de verkoper bevoegd is deze tezamen met het registergoed ---volgens de voor hypotheek geldende regels te executeren, mede in ----verband met de heffing van overdrachtsbelasting, geacht voor nihil euro te zijn begrepen in de koopsom; ---------------------------------------------- komt het risico dat een roerende zaak, die tezamen met het registergoed volgens de voor hypotheek geldende regels wordt geëxecuteerd, wordt getroffen door het bodemrecht als bedoeld in artikel 22 ------------------Invorderingswet 1990, geheel voor rekening van de koper; --------------- zijn de in of op het registergoed aanwezige roerende zaken, ter zake ---waarvan de verkoper niet bevoegd is deze tezamen met het registergoed volgens de voor hypotheek geldende regels te executeren, niet in de ---verkoop en levering begrepen en is de verkoper, indien bij de aflevering als bedoeld in artikel 19 lid 1 nog dergelijke roerende zaken op of in het registergoed aanwezig zijn, niet gehouden deze roerende zaken te -----verwijderen of de kosten van de eventuele verwijdering van deze ------roerende zaken voor zijn rekening te nemen; ------------------------------Artikel 18 (Risico en verzekering): ------------------------------------------------
Pagina 15 van 20
-
-
-
is het registergoed voor risico van de koper vanaf het moment dat de --gunning hem is meegedeeld, dan wel, ingeval van onderhandse verkoop als bedoeld in artikel 3:268 lid 2 Burgerlijk Wetboek, vanaf het --------moment dat de voorzieningenrechter de koopovereenkomst heeft ------goedgekeurd; -------------------------------------------------------------------Artikel 19 (Aflevering): ------------------------------------------------------------- wordt conform artikel 9 een bedrag aan rente bij de koper in rekening -gebracht, ook als de aflevering niet plaatsvindt voordat de koopsom ---betaald is; ------------------------------------------------------------------------ geeft het (feit dat) voormalige of huidige gebruik van het registergoed (op publiek- of privaatrechtelijke gronden (niet) is toegestaan) de koper geen enkel recht jegens de verkoper; ----------------------------------------Artikel 20 (Huurbeding): ----------------------------------------------------------- zijn de eventueel verschuldigde kosten ter zake de ontruiming voor ----rekening van de koper; --------------------------------------------------------- wordt in dit artikel voor zover van toepassing onder huur tevens pacht verstaan; ------------------------------------------------------------------------- voor wat betreft iedere, ten tijde van de levering van het registergoed, -ter zake het registergoed van kracht zijnde huurovereenkomst: ---------- komt het risico dat er op een (of meerdere) recht(en) uit hoofde van de huurovereenkomst beslag is gelegd geheel voor rekening van de koper en heeft de koper ter zake geen enkele aanspraak jegens de -verkoper; ------------------------------------------------------------------- staat de verkoper er niet voor in dat de bestaande --------------------huurovereenkomst vóór het tot stand komen van de koop is --------gewijzigd en de door de verkoper ter zake bij het tot stand komen van de koop verstrekte informatie niet juist blijkt te zijn; ------------ voor zover de huurder verplicht is een waarborgsom te storten of -een bankgarantie te doen stellen, staat de verkoper er niet voor in -dat de huurder een waarborgsom heeft gestort of een bankgarantie heeft doen stellen; --------------------------------------------------------- kan de koper jegens de verkoper alleen aanspraak maken op afgifte van een in opdracht van de huurder gestelde originele --------------bankgarantie, als de betreffende originele bankgarantie in het bezit is van de verkoper; -------------------------------------------------------- heeft de koper overigens ter zake een: ---------------------------------- door de huurder gestorte waarborgsom; ---------------------------
Pagina 16 van 20
-
-
in weerwil van een verplichting ter zake niet door de huurder gestorte waarborgsom; ---------------------------------------------- in opdracht van de huurder gestelde bankgarantie; en/of -------- in weerwil van een verplichting ter zake niet in opdracht van -de huurder gestelde bankgarantie, ---------------------------------geen enkele aanspraak jegens de verkoper; ---------------------------- heeft de koper geen enkele aanspraak jegens de verkoper op grond van het feit dat de huurder tot het moment van levering van het ---registergoed servicekosten en eventueel daarover verschuldigde --omzetbelasting heeft voldaan; ------------------------------------------- zijn, voor wat betreft de gedeelten van het registergoed die voor zover de verkoper bekend verhuurd zijn, de volgende leden van lid 2 van ----toepassing: ---------------------------------------------------------------------- a; ---------------------------------------------------------------------------- c; ---------------------------------------------------------------------------- d; ---------------------------------------------------------------------------- zijn, voor wat betreft de overige gedeelten van het registergoed, de ----volgende leden van lid 2 van toepassing: ------------------------------------ b, met dien verstande dat als het registergoed ten tijde van de ------feitelijke levering toch blijkt te zijn verhuurd, de koper het ---------registergoed aanvaardt onder gestanddoening van de betreffende --huurovereenkomst onverminderd de eventuele mogelijkheid voor de koper om de betreffende huurovereenkomst te vernietigen op --grond van artikel 3:264 Burgerlijk Wetboek; -------------------------en, voor zover het registergoed ten tijde van de feitelijke levering toch als niet-woonruimte blijkt te zijn verhuurd: --------------------------------- g; ---------------------------------------------------------------------------Artikel 24 (Slotbepalingen): -------------------------------------------------------- geven de verkoper, de notaris en de directie-makelaar geen garantie en aanvaarden geen aansprakelijkheid omtrent datgene wat zij ter zake van het registergoed mededelen, of waarvan mededeling achterwege blijft; - garandeert de koper, ingeval hij een naamloze vennootschap is, dat het bepaalde in artikel 2:94c Burgerlijk Wetboek ten aanzien van de -------koopovereenkomst niet van toepassing is; ---------------------------------- is de koper bekend met het feit dat de verkoper niet beschikt over een -energieprestatiecertificaat dan wel een gelijkwaardig document als ----bedoeld in het Besluit energieprestatie gebouwen en vrijwaart de koper
Pagina 17 van 20
de verkoper voor alle aanspraken ter zake; ---------------------------------is de koper zich bewust van het feit dat indien hij een --------------------energieprestatiecertificaat dan wel een gelijkwaardig document als ----bedoeld in het Besluit energieprestatie gebouwen wenst te verkrijgen, -hij daarvoor zelf zorg dient te dragen. --------------------------------------Voor wat betreft lasten en beperkingen ter zake van het Registergoed verklaarde de Verkoper te verwijzen naar: ---------------------------------------------------------1. de onder Artikel 3 lid 2 genoemde akte uitgifte erfpacht en bij welke akte --op de erfpacht van toepassing zijn verklaard de Algemene Bepalingen voor voortdurende erfpacht negentienhonderd vijftien, vastgesteld door de Raad van de Gemeente Amsterdam bij zijn besluit van acht december -------------negentienhonderd vijftien nummer 1271 en gehecht aan de notariële akten -van depot en met die akten ingeschreven in de Openbare Registers te ------Amsterdam op tien maart negentienhonderd zestien in register Hypotheken 4, deel 2093, nummer 17; ----------------------------------------------------------2. de onder Artikel 3 lid 2 genoemde akte houdende canonherziening en ------wijziging Algemene Bepalingen, woordelijk luidende als volgt: -------------“De comparanten verklaarden dat partijen overeenstemming hebben ------bereikt over herziening van de canon en de van toepassing zijnde Algemene Bepalingen onder de volgende voorwaarden en bepalingen en dat zij die --wijziging constateren bij deze akte: ----------------------------------------------Artikel 1. -----------------------------------------------------------------------------De canon wordt herzien per één maart tweeduizend acht en wordt gerekend vanaf die datum te zijn ingegaan. -------------------------------------------------De jaarlijks te indexeren canon bedraagt: één duizend -----------------------zevenhonderdachtennegentig euro en twintig eurocent (€ 1.798,20). ------Aan de berekening van de canon ligt ten grondslag het rapport van ---------deskundigen bedoeld in artikel 6 van voormelde Algemene Bepalingen. ----Kopie van dit rapport wordt aan deze akte gehecht. Aan de berekening ligt ten grondslag een grondwaarde van vierenvijftig duizend euro --------------(€ 54.000,00) en een canonpercentage van drie en drieëndertig honderdste procent (3,33 %). -------------------------------------------------------------------Artikel 2. -----------------------------------------------------------------------------De canon wordt bij vooruitbetaling voldaan in gelijke halfjaarlijkse --------termijnen. De vervaldata blijven per datum canonherziening één maart en één september. ----------------------------------------------------------------------Artikel 3. ------------------------------------------------------------------------------
Pagina 18 van 20
3.
Per datum canonherziening zijn van toepassing de Algemene Bepalingen --voor voortdurende erfpacht tweeduizend, zoals vastgesteld door de Raad --van de Gemeente Amsterdam bij zijn besluit van vijftien november ----------tweeduizend nummer 689 en opgenomen in een notariële akte en met die --akte ingeschreven ten Kantore van de Dienst voor het Kadaster en de ------Openbare Registers te Amsterdam op zevenentwintig december tweeduizend in register 4 deel 17109 nummer 37. De ingangsdatum van het nieuwe -----tijdvak zoals bedoeld in deze Algemene Bepalingen is één maart ------------tweeduizend acht. De einddatum van het nieuwe tijdvak is achtentwintig ---februari tweeduizend achtenvijftig, zodat op één maart tweeduizend --------achtenvijftig het volgende tijdvak van maximaal vijftig jaar een aanvang zal nemen, met alle daaraan verbonden rechtsgevolgen. Dat op grond van -----artikel 7. van de in de vorige alinea bedoelde Algemene Bepalingen de ----canon jaarlijks zal worden geïndexeerd en dat op één maart tweeduizend elf de eerstvolgende aanpassing zal plaatsvinden. ---------------------------------Artikel 4. -----------------------------------------------------------------------------In het kader van voormelde ingroeiregeling geldt dat: ------------------------- het eerste jaar van het nieuwe erfpachttijdvak de oude canon plus -----één/derde deel van het verschil tussen de oude en de herziene canon in rekening wordt gebracht; ------------------------------------------------------ het tweede jaar van het nieuwe erfpachttijdvak de oude canon plus ----twee/derde deel van het verschil tussen de oude en de herziene canon in rekening wordt gebracht; ------------------------------------------------------ vanaf het derde jaar van het nieuwe erfpachttijdvak de herziene canon volledig in rekening wordt gebracht. ----------------------------------------De jaarlijkse canonindexering bedoeld in het vorige artikel wordt berekend op grond van de herziene canon met verwaarlozing van de ingroeiregeling. Artikel 5. -----------------------------------------------------------------------------De betalingsverplichting van de herziene canon gaat in op één maart ------tweeduizend acht. -------------------------------------------------------------------Artikel 6. -----------------------------------------------------------------------------De geoorloofde bestemming van het in erfpacht uitgegeven perceel is ------krachtens opgave van de Gemeente Amsterdam: vier woningen. ------------Artikel 7. -----------------------------------------------------------------------------Partijen kiezen terzake van de overeenkomst en de uitvoering daarvan -----woonplaats ten kantore van het Stadsdeel De Baarsjes.” ---------------------De onder Artikel 3 lid 3 genoemde splitsingsakte alsmede het genoemde ----
Pagina 19 van 20
reglement van splitsing. ------------------------------------------------------------Naar aanleiding van het voorstel van de Verkoper en ter voldoening aan het ----bepaalde in artikel 517 lid 1 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, stel ik, notaris, bij dezen de hiervoor in vermelde voorwaarden vast als de voorwaarden waaronder de Veiling van het Registergoed en de Roerende Zaken zal -----------plaatsvinden. -----------------------------------------------------------------------------Volmacht. --------------------------------------------------------------------------------Van de volmacht op de comparante blijkt uit één onderhandse akte, die aan deze akte zal worden gehecht. ----------------------------------------------------------------Slot. ---------------------------------------------------------------------------------------De comparante is mij, notaris, bekend. ------------------------------------------------Deze akte is verleden te Rotterdam op de datum aan het begin van deze akte ---vermeld. De zakelijke inhoud van deze akte is aan de comparante opgegeven en toegelicht. De comparante heeft verklaard op volledige voorlezing van de akte -geen prijs te stellen, tijdig voor het verlijden van de inhoud daarvan te hebben -kennisgenomen en met de inhoud in te stemmen. ------------------------------------Onmiddellijk na beperkte voorlezing is deze akte eerst door de comparante en -daarna door mij, notaris, ondertekend. ------------------------------------------------(Volgt ondertekening) UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT:
Pagina 20 van 20