TROMMELVLIESBUISJES PLAATSEN VAN DIABOLO’S - Patiëntinformatie -
Trommelvliesbuisjes Inleiding Er werd besloten bij uw kind trommelvliesbuisjes te plaatsen. Deze zorgen ervoor dat het middenoor via het buisje en dus via het oor verlucht kan worden. Dit is vooral aangewezen in geval van: - steeds terugkerende middenoorontstekingen - langdurig aanwezig vocht in het middenoor De operatie wordt vaak gecombineerd met het verwijderen van de neus- en eventueel de keelamandelen. Als keel- en neusamandelen worden verwijderd, spreekt men van adenotonsillectomie. Bij het verwijderen van neusamandelen spreekt men van adenotomie. Het trommelvliesbuisje neemt eigenlijk tijdelijk de functie van de buis van Eustachius over.
De werking van het oor en de buis van Eustachius De buis van Eustachius is de verbinding tussen het middenoor en de neus-keelholte. In normale omstandigheden zorgt ze voor een goede luchtdrukregeling in het middenoor. Op die manier zorgt ze voor een normale werking van het middenoor.
Waarom trommelvliesbuisjes plaatsen? Bij jonge kinderen werkt de buis van Eustachius soms nog niet goed. Dit heeft te maken met de ontwikkeling van de schedel en kan ook verband houden met bv. verkoudheden en/of een vergrote
1
neusamandel. Er kan dan een onderdruk in het middenoor ontstaan (te weinig lucht). Dit kan op zijn beurt vocht aanzuigen uit de omliggende slijmvliezen (otitis media met effusie = vocht in het middenoor = lijmoor/“glue ear”) en soms volgt hierop een echte verettering van het middenoor (acute otitis media = middenoorontsteking). Vocht in het middenoor kan zorgen voor een verminderd gehoor en dat kan na enige tijd gevolgen hebben voor de taal- en spraakontwikkeling. Soms ervaart het kind een drukgevoel dat hindert bij neerliggen. Bij langbestaand vocht en onderdruk kan het trommelvlies ook geleidelijk aan naar binnen gezogen worden. Dit kan aanleiding geven tot verzwakking van het trommelvlies met soms verkleving met de gehoorbeentjes. Bij een middenoorontsteking heeft een kind oorpijn, vaak koorts en ook gehoorsdaling. Soms scheurt het trommelvlies onder de druk vanzelf een beetje open en loopt de etter via de gehoorgang naar buiten.
Wat gebeurt er tijdens de operatie? De ingreep gebeurt bij kinderen onder algemene verdoving en met behulp van een operatiemicroscoop en hele fijne instrumenten. Het buisje heeft de vorm van een diabolo. Om het buisje in het trommelvlies te plaatsen, wordt eerst met een heel fijn mesje een sneetje in het trommelvlies gemaakt. Het aanwezige vocht, slijm of etter wordt uit het middenoor gezogen. In het sneetje wordt het buisje geplaatst. Het smalste deel zit in het trommelvlies en het buisje vormt een tunneltje doorheen het trommelvlies. Soms worden antibiotische of bloedstelpende druppeltjes gebruikt.
2
Normale verloop na de operatie IN HET ZIEKENHUIS Na de operatie is er weinig of geen oorpijn. Soms is er wat (bloederige) oorloop. Een kindje dat lange tijd niet zo goed hoorde, schrikt soms van alle klanken die het nu weer beter hoort. Afhankelijk van de gezondheidstoestand van het kindje bepaalt de arts samen met de verpleegkundige wanneer jullie precies naar huis mogen, meestal is dat rond de middag. BIJ ONTSLAG ontvangt u de volgende zaken: - Attest voor sociaal verlof voor één ouder of grootouder. Gelieve de noodzaak tot attesten bij opname aan de verpleegkundige te melden. - Indien van toepassing hospitalisatieverzekeringspapieren. Gelieve het patiëntgedeelte reeds voor de opname in te vullen en door de verpleegkundige bij uw dossier te laten voegen. - Advies om 7 à 10 dagen na de ingreep op controle te gaan bij een arts: de eigen huisarts, pediater. Indien de NKO-arts het nuttig acht, kan die ook een afspraak geven bij hem- of haarzelf. - Zo nodig voorschrift voor oorduppels. THUIS – MEDICATIE NA ONTSLAG De eerste paar dagen kan er nog wat oorloop zijn. Soms wordt gevraagd om de eerste dagen na de ingreep oordruppels te gebruiken (vaak zijn dit antibiotische oogdruppels die wel degelijk geschikt zijn om als oordruppels te gebruiken). Er is zelden pijn, indien dit toch het geval zou zijn, mag u de volgende pijnstillers geven: - Paracetamolsiroop (bv. Perdolansiroop) 4x/d de juiste dosis volgens het gewicht (dus om de 4-6u, niet meer dan 4x/24u) - Ibuprofensiroop (bv. Nurofensiroop) 3x/d de juiste dosis volgens het gewicht (dus om de 6-8u, niet meer dan 3x/24u)
3
Tot aan de controle 7 tot 10 dagen na de ingreep mag er GEEN water in de oren komen.
Mogelijke complicaties • Bloederige oorloop: er werd een sneetje gemaakt in het trommelvlies en die randjes kunnen een beetje bloeden, dit stopt bijna altijd vanzelf. • Etterige oorloop kort na de ingreep: indien er etter of veel vocht in het oor aanwezig was tijdens de ingreep kan dit ook in de uren en dagen nadien nog wat uit het oor lopen. Indien de oorloop toeneemt, vies ruikt of langer dan 3 dagen duurt, neemt u best contact op met uw NKO-arts. Bij hevige oorloop is er een klein risico op snel weer uitgestoten worden van het buisje. • Koorts. Een lichte temperatuursverhoging na een ingreep is normaal. Indien deze hoger oploopt dan 38.5°C of langer dan 48u aanhoudt, kan u best een controle bij de huisarts of pediater voorzien. • Oorloop enige tijd na de ingreep: indien er water doorheen het buisje naar het middenoor zou lopen, kan dit aanleiding geven tot ontsteking en etterige oorloop. Gezien de zeer kleine opening in het buisje is die kans klein als er schoon water onder gewone druk in het oor komt. Onder hoge druk (dieper dan 30cm onder water) of in geval van zeepwater of vuil water is het risico groter. Oorloop wordt dan best behandeld met oordruppels. Indien het oortje langer dan 3 tot 5 dagen loopt, neemt u best contact op om de gehoorgang te laten reinigen, zodat de druppeltjes goed naar binnen kunnen lopen. • Trommelvliesperforatie. Trommelvliesbuisjes groeien traag uit. Gemiddeld duurt dit 6 tot 18 maanden. Soms blijft er na uitgroei een gaatje in het trommelvlies achter (1-2% van de gevallen). Ook
4
onbehandelde oren trommelvliesperforatie.
kunnen
evolueren
naar
een
• Gehoorsdaling. Uiterst zeldzaam. Het sneetje wordt gemaakt in het veiligste deel van het trommelvlies met uiterst geringe kans op beschadiging van de gehoorbeentjes of het binnenoor. Mogelijke complicaties moeten steeds afgewogen worden tegen de gevolgen van niet behandelen.
Nazorg CONTROLE van de oortjes bij een arts na 7 tot 10 dagen ter controle van de goede heling. Nadien opvolging bij de NKO arts ongeveer om de 6 maanden. MAG ER WATER IN DE OREN KOMEN? Indien het trommelvliesbuisje mooi is vastgegroeid in het trommelvlies, mag na de controle water zonder zeep in de oortjes komen, tot een diepte van max. 30 cm. Zwemmen kan dus, duiken niet. Vermijd zeep of bevuild water in de oren. In sommige omstandigheden wordt zwemmen door de arts verboden of enkel mits dragen van zwemdopjes toegestaan. Dit heeft te maken met specifieke oorproblematiek of het type trommelvliesbuisje. WAT BIJ OORLOOP? Zie hierboven. Indien het oortje langer dan 3 tot 5 dagen loopt, neemt u best contact op om de gehoorgang te laten reinigen, zodat de druppeltjes goed naar binnen kunnen lopen.
5
Opmerkingen Voor meer informatie over het verloop van een dagopname verwijzen we naar de desbetreffende brochures. Deze zijn online te vinden op www.azoudenaarde.be (informatiebrochures - Kinderziekten – Daghospitalisatie Kinderafdeling ) Wij doen ons best om in deze brochure algemeen geldende principes weer te geven ter informatie. Elke patiënt heeft een unieke situatie die licht kan afwijken van wat hier beschreven staat. Indien u nog vragen heeft, contacteer gerust de dienst NKO.
6
Voor meer info raadpleeg: Indien er zich thuis onverwachte problemen voordoen, aarzel niet om contact op te nemen met uw behandelende arts of de verpleegkundigen van het pediatrisch dagziekenhuis. AZ Oudenaarde (algemeen nummer)
055/33 61 11 Pediatrisch dagziekenhuis
055/33 61 49 Dienst spoedgevallen:
AZO/NKO/296 V1.0
055/33 63 55
1