S c h of fe l en Clubblad voor en door leden van vtv Streven naar Verbetering
Juni 2010, nummer 3
De maand mei was kouder als voorgaande jaren en ook nat maar dat laatste komt de tuin ten goede en dan kan je er weer niet over klagen. Blijft alleen de kou over en daar kan je je goed tegen kleden. Dus met dikke trui en regenjas naar de tuin. Gelukkig zijn er ook mooie dagen geweest en was het weer heerlijk toeven op SNV. Tijdens het pinksterweekend voelde het zomers aan en het leek wel of iedereen het weekend aanwezig was en meteen ook een paar vrienden en/of familieleden had uitgenodigd op de tuin. Vanaf de vroege middag rook je al dat er gegrild werd en later op de dag werd er en masse gebarbecued. Heerlijk al die etensluchten. Dit is al weer de 3de schoffelen van dit jaar. Ook deze keer is het blad gevuld met allerlei interessante artikelen. De vele interviews met verschillende tuinders, achtergrondinformatie over tuinieren, verslag over de hakseldag. Ook nieuwsgierig wie deze keer de Gouden Schoffel heeft gekregen? Wat de pot schaft bij de buren en wat je allemaal met onkruid in een pan kan doen. En natuurlijk weer een kinderpagina, want ook zij lezen graag schoffelen. Waar de redactie erg blij mee is zijn de bijdrages van tuinders. Onder andere van Esther, die imker is, zij heeft een artikel geschreven over bijen. Tevens van haar hand een artikel over haar zoektocht naar milieuvriendelijke bestrijding van ongedierte en onkruid. En Peter die een artikel heeft geschreven over ecologisch tuinieren. Uiteraard blijven we tuinders oproepen om ook een bijdrage te leveren voor schoffelen. Dus weet je een leuk onderwerp schroom niet en pak de pen of beter nog mail je tekst. Vind je het leuk om een verslag te maken van je tocht langs de verborgen tuinen of iets wat je opvallend/kenmerkend vind op SNV. Misschien mis je iets in Schoffelen en wil je zelf iets daarover schrijven. De redactie heeft ook een start gemaakt met 2 nieuwe rubrieken, op de koffie en de stoel. Beide zijn korte interviews met tuinders en op deze manier willen we zoveel mogelijk leden in ons krantje een smoel geven. Je zult ons de komende tijd regelmatig met een stoel in de hand over het complex zien. We hopen natuurlijk wel dat je er gebruik van gaat maken om er even in te gaan zitten en dat je wat zegt. Je kunt je ei kwijt in deze rubriek. Onlangs stuurde mijn liefste oude tante een krantenartikel naar mij op met de kop ―volkstuin maakt gelukkiger‖ en dat kunnen wij als tuinder natuurlijk alleen beamen. Tot ziens op de tuin. Namens de redactie, Ellen Kruyswijk
In dit nummer o.a:
Portret: Esther Dijkstra
2
De border van Ger
4
De stoel
9
Wat de pot schaft
10
Een vrijwilliger
13
Hakseldag
15
Ecologisch heel logisch?
16
Pagina 2
S ch o ffe len
Portret: Esther Dijkstra Door: Ati
Tijdens de algemene ledenvergadering in het vroege voorjaar stelde Esther een vraag over het gebruik van gif op ons complex. Door het uitzetten van egels op ons terrein was ze gaan nadenken over gif . Is het gebruik van gif niet makkelijk in te perken door gebruik te maken van alternatieven? Ze zegde toe dat eens haarfijn uit te zoeken en de uitkomst daarvan te publiceren in Schoffelen. Door deze Schoffelen heen vind je kleine stukjes over bijen en hommels. Leuk, maar wel erg summier. We vroegen dan ook Esther, die imker is, of ze ook een artikeltje wilde schrijven over bijen. Dat wilde ze wel en daarom vind je in dit nummer twee artikelen van haar hand. Aangezien ze toegezegd heeft om in de toekomst meer te willen doen voor ons onvolprezen clubblad, leek het ons de hoogste tijd voor een portret. Esther komt oorspronkelijk uit Noord-Holland. Al van jongs af aan was ze zeer geïnteresseerd in de natuur en dieren. Maar ook kunst vond ze erg leuk. Na veel wikken en wegen besloot ze naar de kunstacademie te gaan. Het werd de Willem de Kooning academie in Rotterdam. In 1995 studeerde ze af en ging daarna in Amsterdam wonen. De jaren daarop was ze vooral heel veel met film bezig Ze werkte voor o.a. filmhuis
Rialto en het filmmuseum en maakte zelf ook filmpjes. Toch bleef het bezig zijn met de natuur ook trekken. Hoe belangrijk dat voor haar was merkte ze toen ze een concept aan het bedenken was voor een documentaire over klimaatsverandering getiteld Record. Ze wilde in Record op een geabstraheerde manier vastleggen hoe klimaatsverandering eigenlijk er hoe dan ook altijd is. Als je denkt aan de natuur, landschap en het weer uit je jeugd, besef je hoeveel dat veranderd is. Als je dus nu een film maakt waarin je het alledaagse landschap en weer vastlegt is het nu misschien niet zo interessant, maar als je dat doet vanuit het besef dat dat gaat veranderen word het een heel ander verhaal. Werkend aan dit concept merkte ze dat ze eigenlijk meer wilde doen met dit gegeven. . Als je een film maakt hoop je dat hij succes heeft. Er wordt wat over geschreven en hij wordt vertoond op festivals en dat is het dan. Ze voelde sterk de behoefte meer invloed te kunnen uitoefenen. Ze besloot om het roer om te gooien en een opleiding te gaan doen voor bos- en natuurbeheer in Velp. Rotterdam kwam weer in zicht doordat ze les ging geven in audiovisuele technieken aan de SKVR. In die tijd leerde ze Joost, haar partner kennen. Toen het na twee jaar latten tijd werd voor een gezamenlijke plek hebben ze wel gedubd of het een stad of platteland zou worden. Ze kozen voor Rotterdam maar dan moest er wel een volkstuintje komen. In 2005 kochten ze een tuintje op SNV. Een paar jaar geleden kwam ze tijdens het verborgen tuinen weekend op de tuin van een oude dame die bijen hield. Het bleek dat dat ook heel goed op een volkstuin kan. Ze deed een opleiding voor imker bij het Ambrosius gilde, paste haar tuin aan en heeft momenteel drie volken. Door haar opleiding is Esther natuurlijk heel veel bezig met de technische kant van tuinieren. Voor Schoffelen wil ze de komende tijd artikelen schrijven vanuit de techniek van tuinieren. Hoe is het gesteld met de bodem op SNV? Hoe is de kwaliteit van ons drinkwater? Ze vindt het leuk om dit soort onderwerpen te onderzoeken en we steken er allemaal wat van op. In deze schoffelen het eerste artikel uit de reeks getiteld: Schade en schande in de tuin.
De Stoel ZO! … en dit wil ik even kwijt………….. Liam en zijn hondje Ole spelen nog niet zo lang op hun nieuwe tuin, maar Liam wil wel even kwijt dat hij het hartstikke leuk vindt dat er een eigen Speeldernis wordt gebouwd op SNV. Hij vindt het leuk om met andere kinderen te spelen en het is natuurlijk helemaal spannend als we daar een paar plekjes voor krijgen op het complex. Zelf heeft hij vandaag ook meegeholpen en dat was best veel werk.
Liam wil ook
best kwijt dat hij op hun tuin een rommelboot aan het maken is.
Pagina 3
Ju n i 2 0 1 0 , n u m me r 3
Op de koffie bij ……. Door: Ellen
Wat doe je in het dagelijks leven? Postbode binnendienst bij TNT (voorheen PTT)
Naam: Don Tuin: 828
Wat betekent de tuin voor je?
Lid sinds: 1988
Heel belangrijk om te ontstressen. Kop in het zand, lekker in de aarde wroeten, alle zorgen opzij zetten.
Waar drink jij je koffie het liefst en hoe drink je hem?
Mijn vraag aan jou: een paar weken terug is een egel tussen jouw tuin en de tuin van de buurman uitgezet. Wat vind je hiervan?
Thuis bij mijn vrouw want
Heeel erg leuk, vooral omdat de egel de bijzondere naam DOKO
zij maakt koffie verkeerd.
heeft gekregen, een afkorting van Don en Koos—de buurman.
Zij weet precies wat dat
Volgens een buurvrouw zit de egel er nog steeds alleen zelf heeft
inhoudt, een beetje koffie en heel veel suiker en melk., en dat maakt ze uitstekend klaar.
Met wie wil je graag koffie drinken en waarom? Met andere mensen koffie drinken vind ik erg gezellig. Lekker met elkaar communiceren is gezellig maar ook duidelijk een grens trekken, zo van tot hier en niet verder want af en toe is er ook behoefte aan privacy.
Don Dokootje nog niet gezien. Don is nog niet ‗s avonds laat op de tuin geweest maar dat komt binnenkort wel als hij vakantie heeft.
Aan wie op SNV wil jij een vraag stellen en welke is dat? Aan Koos wil ik vragen: Wat is de reden dat je een tuin op SNV hebt genomen?
Tweestippig lieveheersbeestje—(Adalia bipunctata) voedt zich met vele bladluissoorten voornamelijk op loofhout.—zeer algemeen, heel Nederland. Aardhommel (Bombus terrestris) De koningin is 22 tot 28 mm groot. Is de eerste hommel want ze vliegt al begin februari. De nesten bevinden zich ondergronds en kunnen uit wel 600 individuen bestaan. Is te verwarren met de Kleine aardhommel (Bombus lucorum), maar van deze zijn de gele strepen citroengeel.
Gieren? Een van de vele vogelsoorten die rond ons complex te zien zijn, is de gierzwaluw. Een behoorlijk bijzondere vogel met aparte aanpassingen. We kunnen de gierzwaluwen alleen zien tussen ongeveer 25 april en half augustus wanneer ze hier zijn om eieren te leggen en hun jongen groot te brengen. Dat alles zo ongeveer 3 maanden. Eén van de oude namen van de gierzwaluw is dus ook de 100 dagen vogel. Gierzwaluwen zijn in de vlucht zeer herkenbaar. Een geheel donkere vogel met sikkelvormige vleugels, die zeer snel is en ook zeer wendbaar. Die wendbaarheid danken ze aan hun vleugelopbouw. Ze kunnen hierdoor ontsnappen aan zo ongeveer elke roofvogel. De g-krachten op hun vleugels zijn zo groot dat ze zelfs hun eigen vleugels zouden kunnen breken, maar ze weten natuurlijk wel waar hun eigen grenzen liggen. Gierzwaluwen behoren tot de familie van de Apodidae, de pootlozen. Ze hebben wel pootjes maar die zijn zeer kort. Als ze per ongeluk op de grond terechtkomen, kunnen ze ook niet meer de lucht in. Het lukt dan vaak wel als je ze de lucht in gooit! Alles gebeurt in de lucht. Slapen, voedsel verzamelen (en met een open bek door insecten zwermen heen vliegen), nestmateriaal (veertjes e.d.) verzamelen en ook paren doen ze in de lucht. Dat zie ik een ooievaar ze niet zo snel nadoen. Nesten worden gemaakt onder pannendaken en holtes in muren. De jongen worden gevoerd met balletjes insecten. Als het weer hier te slecht is kunnen ze grote afstanden afleggen om genoeg eten te verzamelen. Dit kan honderden kilometers ver weg zijn. De jongen kunnen, in tegenstelling tot de meeste
Door: Leo
andere vogels, dagen en soms weken zonder voer. De naam gierzwaluw is wel heel apart, want het is geen gier en ook geen zwaluw. Het vliegen lijkt wel wat op een zwaluw en ze maken een gierend geluid tijdens het vliegen, vandaar. Overal in de stad zijn deze luchtacrobaten te zien. Bij ons op het complex zijn er vooral grote aantallen te zien zo tegen de avond en dan vooral boven de bomen tussen ons complex en het Roel Langerakpark. Neem eens de tijd om deze vogels wat beter te bekijken en je raakt vanzelf geboeid door deze zomergasten (die trouwens in Zuid Afrika overwinteren) met hun gegier. Misschien gieren ze wel van het lachen omdat ze de enigen zijn die echt alles in de lucht doen.
S c h of f e le n
Pagina 4
De border van Ger Door: Jane Je ziet hem vaak in zijn uppie aan het werk in zijn border. Ger Verlaan onderhoudt deze border al meer dan 15 jaar en is er met geen paard uit te krijgen. Al een paar jaar hoeft Ger geen algemeen werk meer te doen, maar hij vindt het de gewoonste zaak van de wereld om een steentje bij te dragen. Altijd even opgewekt en vriendelijk. Als je langs wandelt wanneer hij in zijn border aan het werk is, is Ger altijd in voor een praatje. Altijd had Ger al een eigen border. Vroeger op een deel van het complex wat moest wijken voor de uitbreiding van diergaarde Blijdorp. Daarna kreeg Ger een border toegewezen waar al heel lang niets aan gedaan was en begon hij weer helemaal opnieuw. Toen hij daarna in de huidige border begon nam hij zich heilig voor niet nog een keer van voren af aan te beginnen in een slecht onderhouden stukje groen.
Over pompoenen
Door: Ati
Wil jij een stukje over pompoenen schrijven voor Schoffelen? Vriendelijk glimlachen Jane en Ellen me tegemoet. Het is een redactievergadering als alle andere. Maar toch er is iets. Iets onbestemds. Ben ik normaal op geen enkele manier wantrouwend naar mijn mede redactieleden, nu vermoed ik voor het eerst een dubbele agenda. Ze denken natuurlijk: Ati is van de groenten, laten we hem al zijn pompoengeheimen ontfutselen. Maar toch, het is natuurlijk mijn tuindersplicht . Het is juni en de pompoen en zonnebloem competitie is in alle hevigheid losgebarsten. Op veel tuinen staan ze al omhoog. Voorgetrokken in de kas. Ik las op het internet dat de planten die in de koude grond gezaaid zijn veel sterker zijn dus heb ik moeten wachten op de ijsheiligen. De pompoen houdt van rijk en veel. Zet hem op je composthoop. Koop een kruiwagen mest bij Ed en je zit gebakken. Hij wil veel water en zon en groeit dan als kool. Tot zover kan een kind de was doen maar als je echt een prijs winnende pompoen wilt zul je toch echt zeer ingrijpende handelingen moeten verrichten. Als je plant 2 goede pompoenen heeft verwijder je vanaf dan alle bloemen. Het idee is dat alle voeding naar die 2 vruchten gaat. Nog weer later krijg je dan een heus Sophies Choice moment . Je kiest de mooiste pompoen en verwijdert de andere. Nu heb je nog maar 1 pompoen en kan die groot tot zeer groot worden. Tot zover de theorie. Claudio heeft voor mij uit Amerika pompoenzaad meegenomen. Die heb ik braaf gezaaid in de koude grond. Overal zie ik al pompoenplanten staan, maar die van mij zijn nog niet omhoog . Help! Op het zakje uit Amerika staat als laatste raad. Treat with lots of TLC. Ik heb me gek gegoogled. Wat is TLC dan voor kunstmest? Gelukkig wist een medetuinder wat het was en ik besluit dit artikel er dan ook mee: behandel je pompoenen liefst met veel Tender Loving Care.
Ger‘s border ligt er het hele jaar door keurig bij. Regelmatig loopt hij met zijn kruiwagen met tuingereedschap in de richting van het winkeltje, waar de border direct naast ligt. Voorheen had hij met witgeverfde steentje de letters SNV in de border gelegd. Maar nadat we in de complexkeuringen de eerste prijs hadden gehaald een aantal jaren geleden, maakte Theo de Rooij een heus bord met SNV erop – in de kleuren van onze vereniging: wit/rood. De steentjes gingen er dus uit en Ger leukt zijn border op met plantjes. Dit jaar met rood/witte plantjes. Ger moppert een beetje als hij ziet hoe treurig de plantjes erbij staan. Gebrek aan water. Hm, we verzinnen daar wat op en Ger haalt in het vervolg het water voor de border uit het accuhok. Ger zou graag nog wat mooie bloeiende planten in de border willen, maar als ik enthousiast over zonnebloemen begin schiet hij hardop in de lach. Die komen er dus niet in! Ger baalt er van dat de zonnewijzer uit de border is gepikt. Waar vroeger een zonnewijzer stond te pronken, staat nu een lege sokkel. Jammer. Maar als we dat even wegdenken, is deze border wel een van de kleine juweeltjes op SNV. Bedankt Ger!
Zonnebloemen
Door: Jane
Ik ga op zeker en heb zonnebloemen voorgekweekt in de kas maar ze gaan ook de volle grond in. Op de workshop leerde ik dat de bloemen in de volle grond met gemak de kasbloemen nog in kunnen halen. Nou, dat belooft wat dus. Ik ben iemand van de instructies en doe dan ook precies wat de boeken me vertellen. Toen de kasplantjes 4 blaadjes hadden, mochten ze overdag lekker de kas uit en naar buiten. Overdag dan, want ‘s avonds moesten ze weer de kas in tegen kouvatten. Waarom denk ik toch de hele tijd dat ik hier zwaar in de maling wordt genomen? Niesende zonnebloemen met snotneusjes? Maar goed, als het moet dan moet het en tegen de avond zet ik de bakjes weer braaf binnen. Ik ben zo‘n tuinder die altijd de beplanting kant-en-klaar aan een kluitje koop. Ik vind het geweldig om langs een enorme uitstalling van planten te lopen en zou geen cent overhouden als ik alle planten koop die ik leuk vind. M‘n tuin zou ook een uitstalling van rariteiten worden en volgens de boeken moet ik proberen de planten een beetje op elkaar af te stemmen. Maar dit jaar gaat het over zonnebloemen en pompoenen! Daar valt van alles op elkaar af te stemmen want zonnebloemen bestaan in allerlei soorten en maten. En dat laatste is natuurlijk van belang: de maten. De grootste en de hoogste natuurlijk. Als ik naar de sprieterige plantjes in de kas kijk met hun 6 blaadjes hoop ik van harte dat niemand zich bij het inpakken vergist heeft en ik geen tuin vol afrikaantjes heb staan over een tijdje. Moeten daar enorme zonnebloemen uit groeien? Rechts staan de bakjes met knalgele zonnebloemen en links staat een bak met de oranjerode. Achteraan staan m‘n exemplaren voor de grootste zonnebloem. Net een beetje anders. Op het zakje stond er een uitroepteken achter: Tot wel 40 cm! Vanwege dat uitroepteken dus heb ik deze uitgezaaid. Als er een uitroepteken achter staat moet het wel heel bijzonder zijn. Voor de zoveelste keer lees ik de achterkant van het zakje zaadjes. En voor de zoveelste keer lees ik over vogelvraat. Nou lijkt het mij enig om allerlei vogels op mijn zonnebloemen te zien af komen, maar wel graag als de tuincommissie met een meetlint is langs geweest en ik een serieuze kanshebber blijk te zijn voor de eerste prijs. Meer volgt!
Pagina 5
Ju n i 2 0 1 0 , n u m me r 3
Teun en Sien op de tuin Door: Mies van tuin 313
Teun is op ontdekkingstocht door de tuin en hij doet dat hardop. Alles wat hij ziet en hoort benoemt hij. ―Tijt mooie rooje druiven!‖. Voor mij is dat natuurlijk wel handig, want ik kan ondertussen iets anders doen. En op het moment dat ik het niet vertrouw kijk ik even waar hij precies mee bezig is. ―Rode druiven in maart?‖ denk ik, dus ik steek mijn hoofd om de schutting en zie hem staan bij de Aucuba, waar rode bessen aan hangen. Dat bedoelt hij dus, ik wil al zeggen dat hij ze niet mag plukken en/of eten, maar dan hoor ik hem zeggen:‖ Woon laten hangen, niet aantomen!‖. Ik glimlach, draai me om en schoffel weer verder.
Teun vraagt zich af waar de titters (kikkers) dit jaar blijven, terwijl hij zich over het vijvertje buigt. Koos haalt twee net ontwakende padden uit de waterput en zet ze aan de rand van de vijver neer, vlakbij Teun. Teun is onder de indruk en kijkt aandachtig toe. De padden warmen zichzelf langzaam op in de prille lentezon, maar bewegen niet. Teun vindt na een paar minuten dat het nu toch wel erg lang Teun heeft een regenworm gevonden duurt, buigt naar de padden toe en roept keihard: LOPEN, NU!
Sien en Teun in hun speelhuisje
Met Teun en Sien naar de tuin, maakt dat je creatief moet zijn wil je iets kunnen doen. En de tuin schreeuwt om aandacht... Ik installeer daarom Sien op een kleed met wat speeltjes en zeg op een spannende manier tegen Teun dat ik hem wat wil laten zien. Ik til een tegel op in de tuin, waaronder de pissebedden en regenwormen krioelen. Teun kijkt gebiologeerd toe, maar zegt niets. Ik vraag hem wat hij ziet en zachtjes komt er ―beesjes‖ uit. Hij is zwaar onder de indruk en gaat er op zijn knietjes naast zitten. Ondertussen haast ik me naar Sien om te kijken of ze geen stukken kleigrond of takjes in haar mond heeft gestopt. Net als ik naast haar kniel roept Teun ineens heel hard: ―Mama, mijn maaamaaa!‖ Ik spring weer op en loop snel naar Teun die nog steeds op zijn knietjes zit te kijken naar hetzelfde stukje grond. Hij wijst en zegt enthousiast: ― Tijt 1 haar, hij eb 1 haar!‖. En jawel hij heeft helemaal gelijk, tussen alle pissebedden met 2 voelsprieten, loopt 1 pissebed met maar 1 voelspriet...
Teun maait het gras en Sien kijkt tevreden toe
Sien zit op schoot bij Koos en kijkt uit over de slootkant. In het water zwemmen twee meerkoetjes. Sien wijst er naar met haar kleine vingertje, kijkt Koos aan en zegt: ―Taa!‖. Koos bevestigt haar observatie en vertelt haar dat dat meerkoetjes zijn. Ondertussen duiken de meerkoetjes steeds onder water om naar eten te zoeken. Sien kijkt Koos op zo‘n moment verbaasd aan alsof ze de vraag stelt: ―Huh waar zijn ze nou gebleven?‖. Als ze vervolgens weer boven water ploppen roept ze weer heel hard ―Taa!‖. Het wordt langzaam maar zeker een spelletje en het lijkt erop alsof de meerkoetjes mee doen. Sien moet steeds harder schaterlachen als een meerkoetje zijn koppie weer boven het water uit steekt en wij op onze beurt komen niet meer bij om Sien
Teun is blij met de nieuwe tuinbank Sien eet graag zand
Pagina 6
S c ho f fe l e n
Groente van de maand: Radijs
Radijssoep
Door: Ati
Ik kijk de groente mijn tuin uit . Het is nog te vroeg. Nu is de tijd van het zaaien, de oogst komt later en in sommige gevallen veel later. De prei van vorig jaar staat in de knop. Volgens kenners is de bloei van prei van ongekende schoonheid. Een soort van grote uienbol op een hele lange stengel. Prettige bijkomstigheid is dat hij heel veel bijen en hommels aantrekt. Na de bloei vormen er zich zaaddozen die fraai boven de moestuin wuiven. Ik moet het nog zien maar ik verheug me er nu al op. Ik vind bloeiende groenten in mijn moestuin hoe dan ook heel fijn. Ik ben van plan om wat winterwortels te laten staan want die schijnen ook zulke mooie bloemen te hebben.
Ingrediënten : 1 bosje radijs of ijspegeltjes 1 sjalotje 2 dl olie 2 dl bloem ¾ liter groentebouillon 1 ½ deciliter room
Ik heb gelukkig geen last van woelmuizen in mijn moestuin. Dorien, een vriendin van mij op het eerste pad, is dit voorjaar voor het eerst een moestuin begonnen. En zij heeft ze wel, de gevreesde woelmuis. De woelmuis is een best wel schattig klein knaagdier Hij leeft naast het water in een ondergronds hol. Vanuit dit hol heeft de kleine opdonder een uitgebreid gangenstelsel gegraven regelrecht je tuin in.. Je weet dat je woelmuizen hebt als je tijdens het wieden plotsklaps door het plafond van een tunnel steekt. Als je ze eenmaal hebt heb je ze voor hun leven. De woelmuis is namelijk zeer honkvast en heeft een grote hekel aan verhuizen.
muis wordt in een val gelokt met 2 kamers. Hij blijft leven en je kunt hem daarna ergens anders loslaten. Dorien gunt de woelmuis in haar tuin een onbezorgd gelukkig leven in het Vroesenpark. Haar moestuin wordt erg mooi en ik weet uit ervaring dat de woelmuis eigenlijk alleen maar in het voor- en najaar erg actief is, dus misschien blijft de schade beperkt.
Het lastige van de woelmuis is dat hij de wortels van je planten oppeuzelt. Niet zo fijn. Haar woelmuisprobleem drijft Dorien tot waanzin. Al haar fantasieën over een overvloedige oogst lijken al bij voorbaat op niets uit te lopen. Wat schijnt te helpen is het aanplanten van de wolfkers. Deze verspreidt ondergronds een voor de woelmuis onaangename geur. Deze heeft ze nu tussen haar groente gezet. Ook heeft ze een val gekocht. De woel-
Bereiding : Hak het groen van de radijs fijn. Fruit 1 gesnipperde sjalot in 2 el olie. Roer er 2 eetlepels bloem bij en laat kort garen. Voeg in beetjes, al roerende, ¾ l bouillon (1½ blokjes) toe, tot een gebonden soep ontstaat. Roer het groen erbij en laat nog 5 minuten pruttelen. Pureer de soep, roer er 1½ deciliter room door en breng op smaak met zout en peper. Snijd 10 radijsjes klein en verdeel ze over de soepkommen. Schep de soep erop en garneer met de rest van de radijs.
Terugkerend naar het eigenlijke onderwerp van dit stukje, de enige groente die ik op het moment kan oogsten is de radijs. Een echte klassieker. Wie is er niet opgegroeid met het zaaien en telen van radijs. In een klein hoekje van je vaders moestuin zaaien en dan maar wachten. Gelukkig doet radijs het vrijwel altijd dus werd het wachten beloond. Ook in schooltuintjes stond en staat hij op nummer 1. Als nostalgische veertiger smaakt radijs nu wel anders dan in mijn prille jeugd. Minder scherp. Maar het blijft een traktatie zo vers uit de tuin met alleen wat zout. Zoals al eerder gezegd: radijs doet het op iedere grond. Maak wel onze klei wat fijner en houd het pasgezaaide bed nat. Dun de radijs op tijd uit.
Ju n i 2 0 1 0 , n u m me r 3
Van het bestuur … over de verlichting De lantaarnpalen zijn afgeleverd! Dat duurde iets langer dan was voorzien, maar mopperen mogen we niet want ze zijn hartstikke gratis en voor niets. Rob Seepers gaat ze nu in de verf zetten zodat we er hopelijk lang plezier van kunnen hebben. De volgende stap is de bekabeling. Leden van de algemeen werkploegen hebben een lange geul gegraven langs de sloot waar nu de kabels ingelegd gaan worden. Daarna worden de lantaarnpalen in de grond gezet en aangesloten. Door wie en op welke termijn is nog niet helemaal duidelijk op het moment dat dit clubblad wordt uitgegeven, maar we houden u op de hoogte.
Vernieuwde website Wellicht is het sommigen al opgevallen: de website van
Uitgezwaaid en toegezwaaid…. Vertrekkende tuinders: Tuin 232— Mario Lopes Tuin 213 – mevr. Gré de Koning Tuin 457 – Sylvia Reijnhout Tuin 446 – mevr. Murphy Nieuwe tuinders: Tuin 232 — Karen Bebelaar Tuin 213 -– Miranda Buitelaar Tuin 457 -– mevr. Murphy Tuin 446 — mevr. Mout Wij heten de nieuwe tuinders van harte welkom en wensen jullie een geweldige SNV-zomer ! Tuin te koop: op dit moment staat alleen tuin 802 te koop
onze vereniging is vernieuwd. Op de website willen we
Notulen ledenvergadering
u op de hoogte houden van de laatste ontwikkelingen rond SNV. Maar ook kunt u hier informatie downloaden, zoals bijvoorbeeld onze statuten, huishoudelijk reglementen, regelgeving rond bouw- en kapaanvragen. Heeft u
De notulen van de laatst gehouden ledenvergadering zijn verwerkt en liggen voor u klaar in de bestuurskamer. Als wij uw emailadres hebben dan hebben wij de notulen onlangs aan u gestuurd.
ideeën voor de website, neem dan vooral contact met ons op. Dat kan tegenwoordig ook door middel van een contactformulier op de website. Wij zijn te vinden op www.vtv-snv.nl
Zand en grond Er is veel vraag geweest om zand te kunnen kopen via de vereniging. Afgelopen week is zo'n 18 m3 zand bezorgd en u kunt het zand afhalen op de momenten dat
Email adressen Om de mailcontacten te vereenvoudigen, hebben wij een paar mailadressen toegevoegd. Hier zijn ze nog eens op een rijtje: Het bestuur:
[email protected]
het milieupark open is. Ook is er nog vraag naar grond. Voor zakken aarde kunt u terecht in het winkeltje en de losse teelaarde proberen we na het seizoen weer te laten komen.
De penningmeester:
[email protected]
Over de gereedschapsloods
Het algemeen werk:
[email protected]
Na zich heel veel jaren ingezet te hebben in de gereed-
Verkoop huisjes en taxatiecommissie:
schapsloods heeft Jaap van Steijn onlangs zijn werk-
[email protected]
zaamheden in de loods neergelegd. Wij danken hem ook
Ook de' oudere mailadressen werken voorlopig nog. We
in dit clubblad voor zijn jarenlange inzet en werk voor de
doen ons best om op korte termijn op email te reageren.
vereniging.
Heeft u geen reactie gekregen? Trek dan gerust een bestuurslid aan zijn of haar jasje want dan is er ets mis
Het afgelopen jaar heeft Jaap Erkan Ozcelik ingewerkt en
gegaan in de communicatie.
Erkan heeft de werkzaamheden van Jaap overgenomen.
Clubhuis en activiteiten We hebben onlangs op alle tuinen een oproepje achtergelaten om mee te praten over activiteiten in het clubhuis. Ook hebben we 2 discussiemiddagen georganiseerd om met elkaar te overleggen wie, wat en wanneer iets georganiseerd kan worden. Kon u daar niet bij zijn en heeft u een leuk idee? Loop dan vooral de bestuurskamer binnen.
Wij wensen Erkan heel veel plezier. Zo vlak voor de vakantieperiode van Erkan werkt hij veel samen met Pim Lie zodat Pim tijdens de vakantieweken van Erkan de boel draaiende kan houden. In ieder geval tijdens de algemeen werkuren op zaterdagen zal de loods dan gewoon open zijn.
Pagina 8
S c ho f fe l e n
Over bijen en imkeren Door Esther Dijkstra
Sinds vorige zomer heb ik 3 bijenvolken in mijn tuin staan. Honingbijen. Het jaar daarvoor heb ik de basiscursus imkeren gevolgd bij het Ambrosius Gilde Rotterdam. Aanvankelijk was het voor mij vooral uit interesse. Het was nog niet in me opgekomen dat het ook daadwerkelijk mogelijk was om te gaan imkeren. Imkeren, dat was iets voor (oude) mannen met baarden en een pijp ;-) Tijdens de cursus werden cursisten aangespoord om er mee te beginnen. Er komen namelijk steeds minder imkers. De belangrijkste reden daarvoor is omdat de meeste imkers inderdaad ouder zijn en op een gegeven moment om gezondheidsredenen moeten stoppen. Een oude traditie is dat je je eerste bijenvolkje krijgt. Eén volkje om mee te beginnen, dat vond ik een mooi en overzichtelijk idee. Maar, bijen houden op een volkstuin, mocht dat eigenlijk wel? Mijn eerste bezoek aan de bestuurskamer was verrassend. Er bleek al een imker op het complex te zitten. Nog nooit gemerkt! In eerste instantie leek het niet mogelijk, want het vermoeden was dat er maar 1 imker op een complex mocht zijn. Bij navraag bij de Rotterdamse Bond van Volkstuinders, bleek dat er per 2 Ha, 1 imker mocht zitten (het complex is ca. 6 Ha), dat je een diploma moest hebben, dat je maximaal 4 kasten mag hebben en dat je de bijen met een schutting voor de bijenkasten omhoog moet sturen bij het uitvliegen. Allemaal hele logische regels, dus niks stond mij in de weg. Het eerst volkje kreeg ik dus. Het was een zwerm van mensen die ik van de bijenvereniging kende. Ze kwamen het op een doordeweekse middag brengen. Dat 's middags niet het handigste moment is om een zwerm in de kast te stoppen werd ons al gauw duidelijk. Toen we de zwerm van hun tijdelijke onderkomen in de bijenkast hadden gestopt, gingen ze er meteen weer vandoor. Het was eigenlijk een prachtig gezicht. Ze vlogen met z'n allen in een kluwen in de lucht en zochten naar een plekje om te landen. Dit plekje bleek in mijn eigen tuin te zijn (gelukkig) en op redelijke hoogte, zodat we er goed bij konden. Daar hing dus mijn eerste volkje in de boom en een bijenzwerm had ik nog nooit geschept! Het grappige van een bijenzwerm is dat ze geen vlieg kwaad doen. Voordat ze de kast uitvliegen hebben de bijen zich helemaal volgegeten om 3 dagen zonder eten te kunnen overleven. Terwijl een zwerm in de boom hangt zijn er een paar bijen op zoek naar een definitief onderkomen. De rest van de bijen blijft rustig wachten in een tros en doet niks. Als je ze dan ook nog
een beetje nat spuit met een plantenspuit, denken ze dat het regent en kruipen ze nog dichter op elkaar. Om een zwerm te scheppen, moet je een speciale mand (kieps) of een emmer onder de zwerm houden en een flinke ruk aan de tak geven waaraan ze hangen. De bijen vallen in de kieps. Vervolgens zet je deze met de bijen op z'n kop op een laken op de grond. De koningin kruipt naar de nok van de kieps en zolang de koningin in die kieps zit komen alle bijen uiteindelijk op haar geur af. De kieps lieten we dit keer tot de avond op een kier staan, totdat alle bijen de koningin terug hadden gevonden en niet meer vlogen. (Bijen vliegen 's nachts niet). Dit keer ging het overhevelen goed. Hoewel ik van plan was met 1 volkje te beginnen, werd me door ervaren imkers aangeraden in ieder geval 2 volken te nemen. Je kan dan, in geval van nood, materiaal, zoals raat met voer of eitjes, tussen de volken uitwisselen. Mijn 2e volkje zou van een "ras"-koningin zijn met daarbij een "kopje" bijen. Dit kleine volkje stond samen met ca. 20 andere kleine volkjes langs de Rotte te wachten tot de koninginnen bevrucht waren en de eerste eitjes hadden gelegd. In die periode werd ik opeens gebeld. Er hing een bijenzwerm in een boom langs de Gordelweg. Of ik interesse had. Dit was dus helemaal niet de bedoeling, maar ja, misschien moest ik het toch maar doen. Want, zo dacht ik, een heleboel volken overleven de winter tegenwoordig niet en dan had ik "reserve". Dit keer ging het scheppen en het vervoeren van de zwerm helemaal goed. We hebben de zwerm zelfs op de fiets vervoerd met het laken dat onder de kieps lag er omheen geknoopt. Alle 3 de volken hebben de winter overleefd. En ik moet zeggen dat het best een klus is om het groeitempo van de bijen bij te houden. Vooral het klaar maken van de bijenraampjes en het schoonmaken en houden van materialen vergt toch wel wat tijd. Gelukkig is het een prachtig voorjaar en hoef ik me geen zorgen te maken over het gebrek aan voedsel voor de bijen. Lees verder op de volgende bladzij
Pagina 9
Ju n i 2 0 1 0 , n u m me r 3
De Stoel ZO! … en dit wil ik effe kwijt………….. Dick Bakker werkt bij Watch Out, Dick is beveiliger en zorgt er met andere beveiligers voor dat de wereld er een stukje veiliger op wordt. Er is een samenwerkingsverband tussen politie en stadstoezicht en Watch Out wordt ingehuurd door onder Dick wil wel aan ons kwijt dat als hij
andere wooncorporaties. in de buurt van
SNV zijn rondes maakt, hij altijd
even
een
rondje SNV mee pakt. Hij loopt dan langs de verenigingsgebouwen en over de paden met een scherp oog voor wat er misschien niet helemaal in de haak is.
Zevenstippelig lieveheersbeestje—(Coccinella septempunctata) voedt zich met vele bladluissoorten waaronder vele die schadelijk zijn op vruchtbomenen groenten, maar ook larven Tuinhommel (Bombus hortorum) De koningin is 18 tot 26 mm en vliegt vanaf half april. De Tuinhommel is algemeen en vrijwel overal te vinden, maar nooit talrijk. Nesten bestaan uit circa 50 à 100 individuen. Een soort die op de Tuinhommel lijkt is de Veenhommel (Bombus jonellus), maar die is kleiner en heeft een veel kortere tong. Vervolg van de vorige pagina:
Er is zo veel te halen op ons complex en het is ook erg leuk om daar op te letten. Het begint in het vroege voorjaar met sneeuwklokjes en krokussen. Daarna volgt de wilg. Dit is voor de bijen een hele belangrijke boom voor in het vroege voorjaar. Daarna bloeide de pruim, vervolgens de kers. Nu beginnen de appelbomen en tussendoor was er de kruisbes, rode bes en allerlei andere planten die ik niet van naam ken. Dit zijn de voorjaarsbloeiers. In de zomer heb je belangrijke bomen zoals de linde en de acacia en de bramen. In het najaar de klimop. Ik had het me nooit zo gerealiseerd dat het ook in het belang is van bomen en planten om na elkaar te bloeien, want dan hebben ze meer kans om bevrucht te worden. De komende tijd moet ik goed opletten of de volken genoeg ruimte houden. Als er ruimtegebrek is, kunnen bijen gaan zwermen. Een deel van het volk trekt er dan op uit en gaat, zoals al eerder verteld, in een boom zitten. Dit is de natuurlijke manier van bijen om zich te vermenigvuldigen. Maar dit natuurlijke moet ik zien te voorkomen, want bijen hebben tegenwoordig geen mogelijkheid om in de natuur te overleven. Oude, dode, holle bomen zijn er niet of nauwelijks meer. Om zwermen te voorkomen moet ik voordat de bijen de zwermstemming in hun kop hebben een zogenaamde "kunstzwerm" maken. Hierbij splits ik het volk in 2-en en gaan ze apart verder met hun ontwikkeling. Gelukkig zijn er een paar imkers in de buurt die een volkje wel willen overnemen.
Pagina 10
S c h off el en
Wat de pot schaft ………..
Door: Ati
Het is voorjaar en hoog tijd om een oude rubriek uit de kast te halen. Voor deze "wat de pot schaft" bezoek ik Maryam op tuin 436. Maryam heeft deze tuin in oktober 2009 gekocht. Tuin 436 was altijd al een favoriete tuin van mij. Ik liep er vaak langs. Bart, de vorige eigenaar, had namelijk een heel eigen stijl. Alles wat uitbundig bloeide kreeg bij hem een plaatsje. Ook wilde bloemen. Alles leek lukraak neer gezet te zijn , groot naast klein. Maar nergens waren de dahlia's zo hoog en de rozen zo weelderig. Ik zag Bart vaak lopen met zijn kleine witte hondje. Hij was toen al erg ziek maar bleef elke dag weer of geen weer komen. Bart is in het voorjaar 2008 overleden. Vorige zomer was de tuin heel treurig. Het bleek dat het ontbreken van Bart‘s meesterhand zorgde dat het er uit zag als een bij elkaar geraapt zootje. Gelukkig hielpen Nelleke en Leo zijn weduwe de tuin te onderhouden. En in de herfst kocht Maryam de tuin en was er weer leven in de brouwerij op tuin 436. Maryam komt oorspronkelijk uit Limburg en is binnenhuisarchitect. Hoe ben je in Rotterdam terecht gekomen ? Waar ik vandaan kom is het heel schattig en klein . Heuveltje hier, boerderijtje daar. Ik wilde iets anders. Meer de grote stad en dichter bij zee. Het werd Rotterdam waar ik nu alweer 13 jaar met plezier woon. Was je al lang op zoek naar een tuin. Nee niet echt, maar toen vrienden van mij hier een tuin hadden gekocht vielen bij mij de schellen van de ogen. Ik voelde al een tijdje de behoefte om meer met natuur bezig te zijn. Ik heb een balkonnetje propvol met planten. Niet echt buiten dus en had het gevoel dat de seizoenen aan mij voorbij gingen. Op bezoek op ‗t complex merkte ik hoe zeer ik het buiten zijn miste. Een volkstuinencomplex leek mij eigenlijk wat truttig. Maar wat ik zag was dat iedereen een klein parkje van zijn tuin had gemaakt. Dat wilde ik ook. Toen ik de beslissing had genomen ging ik rondkijken en stuitte op tuin 436. Ik wist gelijk: dit is de tuin die ik wil. Niet poezelig maar ongetemd. Ja, dat ongetemde is nog steeds zichtbaar maar het ziet er wel weer onderhouden uit. Ik kreeg de tuin natuurlijk in de herfst en had dus geen idee wat er allemaal instond. Ik heb wel opgeruimd en de dode planten verwijderd. Het leek me goed om in het voorjaar te kijken wat er op kwam en dan verder te zien. En ik moet zeggen: ik val van de ene verbazing in de andere. Ik merk dat het heel fijn is om bijna dagelijks contact te hebben met de natuur. Normaal zat ik alleen maar in mijn kop en was eigenlijk de hele dag met mijn werk bezig. Gelukkig heb ik het op het moment wat rustiger, waardoor ik lekker de hele dag in de tuin kan prutsen. Het doet me goed en ik merk dat, als het over de tuin gaat, ik het ook niet zo moeilijk vind om niet met een vastomlijnd doel te werken. Ook mijn omgeving vind het tof dat ik een tuin
heb. Ik kom uit een echte boerenfamilie. Ik hang met mijn oude om aan de telefoon als ik het niet meer weet. Hij heeft zijn hele leven een boerderij gehad dus kan ik rijkelijk putten uit zijn ervaring . Ook mijn vrijwilligerskind vind het hier heel fijn. Ho, vrijwilligerskind ? Ja, ik ben betrokken bij "Big brothers. Big sisters ". Dit is een wereldwijde organisatie die ook in Rotterdam zit. BBBSR koppelt vrijwilligers aan kinderen en jongeren van 4 tot 18 jaar. Het betreft kinderen en jongeren die om uiteenlopende redenen extra aandacht en een steuntje in de rug kunnen gebruiken. Ik ben de grote zus van Vijal een jongen van 13. Hij vindt het hier geweldig. De planten, het huisje en vooral de kikkervisjes in de vijver. Hij zei al snel: ‘ Maryam als je dood gaat krijg ik dan de tuin?‘ Dus dat gaat helemaal goed. Kook je anders op de tuin dan thuis. Maryam moet lachen want haar huisje staat helemaal op de kop. Ja zoals je ziet heb ik nu geen keuken. Ik ben en blijf binnenhuisarchitect. Het huisje was niet echt mijn smaak dus dat moet helemaal anders. Het gevolg is wel dat ik op de tuin meestal snel wat soep opwarm. Ik ben sowieso van het snelle ,langer dan 20 minuten moet het koken niet duren. Ik kook wel altijd echt . Voor mij geen kant en klaar . Heb je toch al een favoriet tuingerecht. En hoe! Ik heb laatst een heel plezierige middag met Vijal doorgebracht met het knippen van brandnetelknoppen. Thuis hebben we die in de wok gebakken met spekjes . Heel erg lekker vonden we dit, brandnetel heeft een heel eigen smaak. Dus dit gaan we vast vaker eten. Als je meer wilt weten over Big brothers, Big sisters surf dan naar www.bbbs-rotterdam.nl.
Pagina 11
De Gouden Schoffel
S c h off el en Door: Jane
Ik ben te gast op deze tuin, omdat Arianne Teunisse de Gouden Schoffel aan deze tuinders heeft doorgegeven. Ze vindt het leuk zoals deze mensen altijd zo samen op de tuin bezig zijn en ook omdat ze altijd vriendelijk een hand opsteken als je er langsloopt of een praatje willen maken. Ik ben benieuwd. Niet in de laatste plaats omdat het een tuin op het eiland is – en daar kom ik bijna nooit. Pas sinds we het clubblad uitdelen kom ik er tenminste zo‘n 6 keer per jaar. De tuin van de Gouden Schoffel van deze keer is: tuin 104 van Lenie en Wim van Cortenberghe.
We hadden een afspraak gemaakt, maar omdat het die dag giet van de regen dacht ik dat ze misschien niet zouden komen. Fout gedacht, want even later komt Wim me halen uit de bestuurskamer en we wandelen naar de tuin. Hij vindt het best leuk dat hun tuin de Gouden Schoffel heeft verdiend, vertelt hij me breed grijnzend. Als we op de tuin aan komen heeft Lenie een lekkere pot koffie gezet terwijl Wim me de tuin laat zien. Ik sta ervan te kijken hoe groot de tuin eigenlijk is. Iets wat me vanaf de parkeerplaats nooit opgevallen is. De tuin is verdeeld in drie delen: moestuin, bloementuin en een deel voor fruit. ―Dat is wat een volkstuin voor mij betekent’, zegt Wim, ‗van alles wat.’ De bakjes met kapucijners staan klaar om in de grond gezet te worden en Wim wijst naar de aardappelen (van die kleine rode, heel erg lekker). Hier en daar staan verhoogde bakken. ‗Scheelt een boel gebuk, hartstikke handig’, aldus Wim. De aardbeien bloeien al uitbundig en de tuin ruikt heerlijk na de forse regenbui van daarnet. De grond was er hard aan toe na al die weken van droogte. Als ik naar al de verschillende groenten vraag zegt Lenie dat Wim het altijd over zijn bonen en zijn aardappels heeft. Dat schijnt een tuin met je te kunnen doen want ik hoor het vaker. Al dat gekoester van kleine plantjes schept een band nietwaar? Lenie schenkt een kop koffie in terwijl we onder het afdak voor het huisje zitten. Een gezellige zitplek omgeven door planten en bloemen langs een klein grasveldje. Het huisje is piepklein, Lenie noemt het een poppenhuisje. Wim vertelt dat het een van de eerste huisjes is wat op het complex werd neergezet. ―Als dat zo is, dan zijn het huisje en ik even oud, 72 jaar‘, grinnikt Wim. Onder het koffiedrinken laat Wim me wat foto‘s zien van een andere hobby van hem: beelden maken van papier maché. We wisselen wat ervaringen uit, want ook ik maak graag dingen met papier maché. Even later wijst hij me op grote fel gekleurde maskers die een leuke plek op de tuin hebben gekregen. Ze passen hier helemaal. Rambo, de eilandkat, een enorme grijze kater met witte pootjes, komt er gezellig bij zitten en vindt een liefdevolle plek op Lenie‘s schoot.
Even later komt een nieuwsgierige kip ook een kijkje nemen. Zij drinkt wat water en staat me nieuwsgierig aan te kijken. Lenie vertelt dat de katten heilig ontzag voor de kippen hebben. Rambo mag dan een indrukwekkende grote kater zijn, hij legt het af tegen de kippen als het er op aan zou komen. Wim wilde vroeger graag hovenier worden, maar de oorlog stak daar een stokje voor. Toch leuk dat hij sinds 12 jaar zijn lol op kan op een eigen stukje grond. Vroeger hadden Lenie en Wim een caravan en als ik vraag wat voor hun het verschil is tussen die twee, antwoordt Lenie lachend: ‘met een caravan kun je zitten, op een volkstuin moet je werken.‘ En ik kan wel zien dat op deze tuin hard wordt gewerkt! Smalle paadjes slingeren langs volle bakken en groentebedjes. Alles ziet er goed onderhouden uit. Het belooft een goede oogst te worden. Als we het even later over de planten en bloemen hebben, vertellen Lenie en Wim me – tot mijn grote genoegen- dat ook de zonnebloemen niet vergeten zijn! Op dat ene pad van het eiland kent iedereen elkaar . De tuinen zijn stuk voor stuk verschillend en dat zijn de mensen ook. Als een tuin iets zegt over de tuinders, dan zijn Lenie en Wim veelzijdige en creatieve mensen. En zoals Arianne Teunisse al in het vorige nummer van Schoffelen zei: hele aardige mensen. Als ik vraag aan wie ze de volgende Gouden Schoffel willen geven, dan hoor ik dat we een grote sprong gaan maken naar de andere kant van het complex. Een tuin waar ik heel benieuwd naar ben. Lenie en Wim, dank jullie wel voor het gezellige uurtje op jullie tuin, het leuke gesprek en de heerlijke koffie!
Pagina 12
S c h off el en
Op de koffie bij ……. Door: Ellen Naam: Koos—Tuin: 830 Lid sinds: 2009
Met wie wil je graag koffie drinken en waarom? Iedereen die gezellig is en wat te vertellen heeft. Eigenlijk iedereen die aan komt waaien
Wat doe je in het dagelijks leven? Helemaal niets. Ik ben gepensioneerd en verleen twee keer in de week mantelzorg voor mijn ouders.
Wat betekent de tuin voor je? Niet alles maar wel heel veel. Sinds ik de tuin heb ben ik heel relaxt geworden.
Don zijn vraag aan jou: wat is de reden dat je op SNV een tuin hebt gekocht? Tijdens mijn zoektocht naar een tuin zag ik op andere plekken dingen die mij niet bevielen. De toegewezen tuin beviel me niet of ik vond de mensen niet zo leuk. Via Cock en Sera Boef ben ik op SNV terecht gekomen. Deze tuin beviel me direct en de mensen op SNV vond ik ook erg prettig.
Waar drink jij je koffie het liefst en hoe drink je hem? Op de tuin en de koffie drink ik met alleen melk,. Opgeklopte melk
Aan wie op SNV wil jij een vraag stellen en welke is dat? Aan Anneke wil ik vragen: waarom zaai je alles en plant je niks?
Complexkeuringen Door: Jane
Het is op een zonnige morgen in april wanneer 2 heren over het complex wandelen. Onder hun arm hebben zij een bundeltje formulieren. Af en toe staan zij stil en noteren zij het een en ander. Het zijn Koos Timmermans en Krijn van Zwol van de Rotterdamse Bond van Volkstuinders (RBvV). Het zijn complexkeurders op bezoek bij SNV. Uiteraard vraag ik ze op de koffie en als ik de pot klaarzet, vullen Koos en Krijn hun bevindingen in over ons complex. Aan het overleg wat ze hebben, kan ik horen dat zij niet erg onder de indruk zijn van SNV. Ze waren hier in het verleden ook en hebben niet veel vooruitgang geconstateerd in de afgelopen jaren. Ik mag een kopietje maken van het formulier en ze nodigen mij uit om volgende keer samen met hen een rondje over het complex te maken.. Fronsend lees ik het formulier; eerlijk gezegd vind ik het niet eens zo slecht. Complexkeurders zijn tuinleden zoals wij allemaal, die als vrijwilligers voor de RBvV in hun vrije tijd alle tuincomplexen in Rotterdam keuren. En dat gebeurt tegenwoordig maar twee keer per jaar. Dat komt omdat er nog maar 17 complexkeurders actief zijn. Er is dus een groot gebrek aan vrijwilligers en Koos en Krijn vragen me dan ook een oproepje te schrijven. Bij deze dus: als je tijd hebt om 2x per jaar een aantal complexen te bezoeken, dan zit de RBvV complexkeuring om je te springen!
De complexkeuringen tellen voor de jaarlijks uit te reiken bekers. De bekers worden op de nieuwjaarsreceptie van de RBvV uitgereikt. Er zijn verschillende categorieën, verdeeld over de grootte van de complexen. Het doel is om verwaarlozing van de complexen tegen te gaan en dat is ook de drijfveer van Koos en Krijn. De complexkeuringen gaan voornamelijk over het algemeen aanzicht van een complex. Men kijkt dus niet of er onder een heg onkruid groeit of veel blad ligt; het gaat er om of dat over het hele complex zo is. Ook noteren zij of er veel verwaarloosde tuinen zijn. Wat ook zwaar weegt is hoe de verenigingsgebouwen er bij staan. En die zijn op SNV nogal verveloos en hier en daar zelfs met veel rot hout. De heren Koos en Krijn vinden het maar niets dat SNV er na de vorige rapportage niets aan heeft gedaan. Eigenlijk zijn de heren Koos en Krijn er na hun wandeling over SNV helemaal niet blijer op geworden. Even later gaan ze weg. Op naar de volgende twee complexen die zij vandaag moeten keuren. Ik kijk naar buiten en zie de zon schijnen. Het is een heerlijke dag. Met de nieuwe plannen voor de verschillende borders, met onze eigen tuincommissie die 3x per jaar de tuinen en borders inspecteren en de plannen voor de verlichting in het achterhoofd, staat de complexkeuring van de RBvV misschien wel een verrassing te wachten. Ik word dat best een beetje blijer van!
Pagina 13
S c h off el en
Een vrijwilliger Door Marjo.
Zoals wij al vaker kennis hebben gemaakt met een vrijwilliger op ons complex heb ik nu de eer om het over mijzelf te hebben. Dit wil zeggen dat ik jullie ga vertellen hoe het is om in het clubhuis oftewel de kantine te werken als vrijwilliger. Ik doe dit nu al enige jaren. Het ene jaar wat meer dan het andere. Omdat ik mijn algemeen werkuren maak als redactielid van Schoffelen zit ik tot nu toe niet in een rooster met vaste dagen en/of tijden maar ik wordt ―gewoon‖ gevraagd voor een aantal uurtjes op een zaterdag. Er wordt mij altijd ruimschoots van te voren gevraagd op welke zaterdag ik kan werken en voor hoeveel uurtjes. Ik sta er altijd met iemand die de weg weet in de kantine….zo ook het keukentje. Zonder enige ervaring ben ik dit werk gaan doen omdat het mij enig leek om mensen van SNV te ontmoeten en ze van dienst te zijn met een bakkie koffie/thee, een frietje, een tosti enz. Ik zie het clubhuis als een ontmoeting tussen mensen op een luchtige manier. De in- en uitloop van mensen vind ik juist prachtig om mee te maken. Ik kan als vrijwilliger babbelen terwijl ik de natjes en droogjes serveer. Dit verloopt heel natuurlijk. Het werk in de kantine heb je in een paar dagen onder de knie. We helpen elkaar in alle omstandigheden. Sta je regelmatig in de kantine, dan geldt dit als algemeen werk. Ik houd van afwisseling als het gaat om vrijwilligerswerk: Soms buiten en soms binnen. In de zomertijd zitten mensen meestal buiten op het terrasje en komen altijd zelf hun bestelling doen en afhalen. Dit is ook de bedoeling…….de vrijwilliger staat in het keukentje en doet van daar het werk. Het vraagt niet veel van mijn lichaam want de werkruimte is beperkt tot het keukentje en de bar. Ik heb altijd een heerlijk gevoel als ik iemand blij kan maken met een drankje en/of een klein hapje. De sfeer in de kantine lijkt op een vakantieoord. Er wordt veel gelachen met elkaar. Wie je ook ziet: het is meestal een vluchtige babbel, een glimlach, een grapje, een blik. Een klein gebaar van vreugde doet zoveel op een zaterdag. Vaak hoor ik kleine verhaaltjes van mensen over hun ervaringen op de tuin of hierbuiten. Als je van gezelligheid houdt en je wilt ondertussen je werk blijven doen zonder gestoord te worden kan dit ook. Als het wat drukker is bijvoorbeeld dan vraagt dit wat concentratie in de keuken en achter de bar. Hiervoor is alle
ruimte. Je behoeft geen sociaal dier te zijn om hier als vrijwilliger te werken. Ben je zelf wat stil van aard dan kan dit ook. Niets moet maar alles mag in de omgang met mensen. De uurtjes vliegen voorbij als ik in de kantine sta. Er is leven in de ―tent‖, zal ik maar zeggen. Ik heb heel veel mensen leren kennen in de tijd dat ik hier werk. Meestal vluchtig; wat niets afdoet aan de kwaliteit van het contact. Het geeft mij een bepaald gevoel van verbondenheid met SNV. Een ―wij‖-gevoel. Als de kantine dicht gaat dan loop ik vol energie naar mijn tuin. Meestal met een glimlach denk ik even terug aan de ogenblikken dat ik lachwekkende dingen heb gehoord en gezien. ―Heerlijk …..he he‖ denk ik dan met een voldaan gevoel. Het werk is klaar en iedereen heeft een goede tijd gehad in de kantine. Of dit nu voor 10 minuten is geweest of voor een uurtje. Ieder het zijne/hare, denk ik dan maar…… Het clubhuis heeft een apart plekje in mijn hart. Dit geldt natuurlijk niet voor iedereen. Het gaat erom welke verbinding je hebt met het werk en de mensen op ons complex. Het zou fantastisch zijn als er wat meer mannen en vrouwen een paar uurtjes op deze plek zouden willen werken. Dan kan het clubhuis blijven bestaan waarvoor het bedoeld is: Een plek om even bij te komen….een plek om even wat contact te maken met iemand… om lekker wat te eten…….om kinderen een ijsje aan te bieden…..om erbij te horen…. gezien te worden en gehoord te worden. Aan ieders behoefte kan voorzien worden zolang vrijwilligers samen willen blijven draaien voor dit doel…. dus voor u als tuinder. Ik wens iedereen een heel mooi seizoen op SNV. Tot gauw in het clubhuis!!
Pagina 14
S c h off el en
Hakseldag 19 april 2010 Door Jane Vanaf 8 uur verzamelen, zo stond er op het postertje wat op de mededelingenborden hing. En ja hoor, vanaf een uur of half acht komen de eerste vrijwilligers aangekuierd. Vrijwilligers verzamelen zich ‘s ochtends vroeg om zich de komende uren in het zweet te werken. HET IS HAKSELDAG !
Aan de andere kant van de hakselaar worden de snippers verzameld. Die snippers zijn altijd heel gewild voor op de tuinen. Het is een geweldig middel om op bepaalde plekken van je tuin het onkruid weg te houden, of paadjes op je tuin aan te leggen. Erkan rijdt af en aan met de trekker om de snippers op een andere plek op de parkeerplaats te leggen. Van daaruit rijden tuinders hun kruiwagens vol snippers naar hun tuinen.
Twee keer per jaar kan men alle takken kwijt die men niet in de milieuplaats af kan geven. Zoals na het kappen van een boom of het snoeiwerk. Alles wat niet klein geknipt kan worden ingeleverd, komt dan op een aparte plek te liggen. In de loop van de weken zie je op die plek een enorme berg met takken ontstaan. Ook al lijkt dat een chaotische groene wildernis, het is wel een streng gestructureerde groene wildernis. En tijdens het hakselen blijkt waarom. Als de grote takken ingeleverd worden vragen de vrijwilligers om de takken in één richting te leggen. Sommige mensen vinden dit misschien een beetje overdreven, want waarom zou je de takken niet gewoon bovenop de berg gooien. Nou, als de vrijwilligers af en aan lopen van de berg naar de hakselaar, is het wel zo handig als ze gewoon een bos takken onder hun arm kunnen pakken. Als alle takken alle kanten uit liggen is men veel te veel bezig met het ordenen. En dat scheelt weer in de kosten, want hoe langer we de hakselaar moeten huren, hoe duurder het wordt.
En daarom is het ook zo fijn als een groep vrijwilligers klaar staan om te helpen. Vele handen maken licht werk, toch? Hoewel, zo licht werk is het ook weer niet. En ook niet helemaal ongevaarlijk. Uiteindelijk zijn het enorme messen die behoorlijk dikke takken en boomstammetjes kunnen versnipperen. Soms werd wel een handschoen weer door de hakselaar uitgespuugd, nadat men al te enthousiast de takken tussen de messen wilde duwen. Ook hebben de vrijwilligers oordoppen op. De herrie van de enorme hakselaar is niet te harden en al helemaal niet wanneer je vlak bij de messen staat. De motor draait op volle toeren en de herrie is werkelijk oorverdovend.
Even later is het even pauze. De koffie is al gezet en de verse belegde broodjes staan klaar. Dat hoort er ook bij – op hakseldagen wordt er ook met elkaar geluncht. Dat maakt het net wat gezelliger met elkaar. De chauffeur van de hakselaar vindt het op SNV altijd heel leuk. Hij vertelt ons dat hij op alle tuincomplexen komt, maar dat het hier anders geregeld is dan bij andere complexen. Er is altijd een behoorlijk grote groep vrijwilligers en die groep is altijd heel divers. Jong en oud, zwart en wit – iedereen steekt hier de handen uit de mouwen. Ook is men altijd goed gehumeurd als de chauffeur aan komt rijden. Hakseldag is een beetje speciale dag op SNV en dat straalt het ook een beetje uit. Gewoon gezellig.
Pagina 15
S c h off el en
Algemeen bestuurslid: Jane van der Staaij In het voorstelrondje van de bestuursleden wordt Jane geïnterviewd door Anne Tombeur Er werd mij, als tuinder, gevraagd om een stukje over een bestuurslid te schrijven. Mijn eerste reactie was dat ik er geen zin en tijd voor had. De redactie had al bedacht dat het om Jane zou gaan. Ik heb toen onmiddellijk ja gezegd. Pas later kreeg ik het een beetje benauwd. Ik ben natuurlijk geen journalist, Franstalig en… kon ik het wel? Ik zal het dus toch wel proberen want Jane heeft een heel speciaal plekje in mijn hart. We hebben onze tuin 6 jaar geleden gekocht en toen was Jane nog secretaris bij een vorig bestuur. Vanaf het allereerste moment, de inschrijving, tot en met het vinden en kopen van de tuin, hebben we met Jane te maken gehad . We voelden ons enorm welkom bij de vereniging en haar enthousiasme, hartelijkheid en blijdschap zullen we nooit vergeten. Sindsdien ontmoeten we elkaar van tijd tot tijd met altijd even veel plezier maar ik was nog nooit bij haar tuin geweest. Tot… gisteren . Voor dit stukje moest ik natuurlijk wel een beetje ‗reportertje‘ spelen. Dus tijd voor een ‖interview‖. Jane, sinds wanneer heb je een tuin bij SNV en hoe ben je hier terecht gekomen? Sinds 1992, dus al bijna 18 jaren. ‘Ik was hier in de buurt groot geworden maar ik wist niet eens van het bestaan van dit volkstuinencomplex. Ik had eigenlijk helemaal niks met al die ‗stukjes groen‘ die je vanuit de treinraam langs de spoor kon zien liggen. De moeder van een vriendje van mijn kinderen nodigde me een keer uit om een kopje thee bij haar in de tuin te komen drinken. Ik was direct verkocht! Binnen 2 maanden had ik zelf ook een tuin. Was het dezelfde tuin dan waar we nu zitten? Nee. Vanwege de komst van de HSL,15 jaren geleden, moesten we het opgeven maar we hebben heel snel weer eentje gekocht; Vond je het toen vervelend? Ik vond het verschrikkelijk! Het was zo‘n mooi ‗oude‘ tuin, met een karakteristiek perenboom in. Er groeide nooit wat aan maar ik vond het prachtig. Als ik er nu aan terugdenk, was het niet eens zo bijzonder maar ik was wel erg trots op mijn tuin. Nu ben ik hier ook heel tevreden met deze plek hoor. Mijn tuin is altijd al een plek geweest waar ik even tot rust kon komen. Even weer adem halen. Tot de dag van vandaag heeft het een heilzame werking op me. Ik kan hier alles los laten. Ik doe alleen dingen waar ik plezier in heb. Heerlijk!
Hoe lang zit je al in het bestuur? Al heel lang. Zo‘n 2 jaren na dat ik bij de vereniging zat, werd ik gevraagd om het bestuur te komen versterken. Ik had toen een zware baan waarbij ik, eenmaal thuis, moeilijk vond om afstand te nemen. Iets voor de vereniging doen was dan ook een soort uitlaatklep om het in mijn hoofd weer in balans te brengen. Was je toen hier ook al secretaris? Ik heb echt van alles gedaan. Ook penningmeester geweest. Het leukste vond ik toen al de secretariële tak. Dan sta je eigenlijk klaar voor de leden met heel veel verschillende, algemene dingen. Heb je nooit ambitie gehad om voorzitter te worden? Ooh , nee zeg! Ik ben er ook totaal niet geschikt voor. Ik ben echt iemand van de details. Als je voorzitter bent moet je juist overzicht hebben. Net als Nico nu. Hij doet het geweldig. Hij geeft heel veel ruimte aan iedereen. Zijn motto is dat je beter één keer ‗sorry‘ moet zeggen in plaats dat je nooit iets nieuws probeert. Het is heel fijn om met hem samen te werken. Na wat ‘strubbelingen ’ben je een paar jaren geleden gestopt met je werkzaamheden in de bestuurkamer. Wat heeft je toen bewogen om toch weer de draad op te pakken? Na de ledenvergadering van vorig jaar juni, schrok ik nogal dat de sfeer zo ontzettend vijandig was. Van de leden naar het bestuur toe. Het bestuur probeerde wel duidelijkheden van vele zaken te doen, maar dat lukte niet. De vijandigheid vond ik zo vreselijk dat ik heb aangeboden om een clubblad voor de leden te gaan maken. Het bestuur vond het een goed idee. Ze zagen ook in dat, als de leden beter geïnformeerd zouden zijn, misschien veel van de onrust weg zou vloeien. Nu even over SCHOFFELEN. Een initiatief wat ik geweldig vind. We weten nu wat de aanleiding was, vertel nu iets verder hoe het daarna is verlopen. Na die vergadering, liepen we terug naar onze tuinen en ik had in no time een redactie bij elkaar. Toen het eerste nummer uit kwam, zijn we zelf het blad langs alle tuinen gaan brengen. We merkten toen dat er toch meer aan de hand was dan we dachten. Mensen hadden wel erg veel klachten over het reilen en zeilen van de vereniging. En toen heb ik aangeboden om weer bij het bestuur te komen. Ik ben erg van de communicatie en dat miste veel leden bij het vorige bestuur. Ik had het gevoel dat ik iets voor de vereniging kon betekenen. Door veel met leden te praten, leer ik zo langzamerhand wat de leden graag willen. En van het een kwam het ander……
Pagina 16
S c h off el en
Ecologisch heel logisch? Door: Peter Kremer—tuin 823
Als het gaat over natuurbeheer en voedselproductie wordt al jaren de term ecologisch gebruikt. Wat wordt er eigenlijk verstaan onder dit begrip? Ecologie is de wetenschap die de relaties bestudeert tussen organismen en hun omgeving, zoals planten, dieren, microorganismen en de lucht, het water en de aarde. Het kan gaan over vragen als waarom groeit deze plant speciaal op deze plek, of hoe groot is het sterftepercentage van jonge koolmezen in de eerste 4 weken na het uitvliegen? De ecologie bestudeert al deze relaties en het blijkt dat relaties in de natuur heel complex en specifiek zijn en als een web met elkaar verbonden zijn.
In parken, plantsoenen en wegbermen wordt onder ecologisch beheer in het algemeen verstaan dat voor de inrichting en het onderhoud rekening wordt gehouden met de potenties die een gebied heeft voor de ontwikkeling van een natuurlijke inheemse vegetatie en de bijbehorende dierenwereld waaronder insecten, vissen, vogels en zoogdieren. Door inheemse planten in te zaaien die insecten als hommels, bijen en vlinders aantrekken kunnen vogels aangetrokken worden die de insecten als voedselbron hebben of de zaden van de planten eten. Op deze wijze zal het ecosysteem rijker en stabieler worden. Het achterliggende idee daarbij is dat inheems 'beter' is omdat de soorten die aangetrokken worden op de plek horen waar ze het beste aangepast zijn en zonder kunstgrepen blijven bestaan. Ondertussen worden veel natuurgebieden in leven gehouden met kunstgrepen om te zorgen dat de oorspronkelijke situatie van rond het jaar 1900 behouden kan blijven! Denk aan heidevelden die afgeplagd moeten worden om vergrassing tegen te gaan.
Praktisch gezien betekent ecologisch beheer het achterwege laten van onkruidverdelgers voor de begroeiing of beplanting, het maaien van graslanden om tot bloemrijke graslanden te komen en voor de dierenwereld bijvoorbeeld het aanleggen van natuurvriendelijke oevers voor amfibieën, vissen en zoogdieren. Graslanden die regelmatig gemaaid moeten worden kunnen in fases gemaaid worden om te zorgen dat insecten kunnen overwinteren. Voor een tuin kunnen bovengenoemde maatregelen in het klein ingezet worden. Zet heemplanten neer voor insecten en vlinders. Ruim de tuin niet te netjes op in de herfst maar leg ergens een takkenbos neer voor overwintering van allerlei dieren. Een paddenpoeltje of vijver trekt kikkers, salamanders en padden aan die op hun beurt slakken eten die in vochtige tuinen een plaag kunnen zijn en de hosta's opeten. Een hoop bladeren in een hoek van de tuin tussen struiken trekt egels aan die ook van slakken houden. Maak eigen compost van keukenafval zoals groenteafval. aardappelschillen, koffiefilters etc. vermengd met dode bladeren en dunne takjes uit de tuin. Als de tuin groot genoeg is kan dat gewoon een hoop zijn op een beschaduwde plek tussen heesters. Na 4-8 maanden is de compost vaak al klaar, en ziet er dan uit als rulle aarde die lekker ruikt en niet nat aanvoelt. Zelfgemaakte compost is het beste recept om de bodemstructuur en vruchtbaarheid van de grond te verbeteren. Door humus in de grond te brengen verbetert het vochtvasthoudend vermogen van de grond aanzienlijk en worden voedingstoffen beter vastgehouden, dat wil zeggen ze spoelen minder snel uit zijn. De zelfgemaakte compost is perfect voor het bemesten van een groentetuin, bloemenborder of als mulching tussen heesters en (fruit)bomen. In het laatste geval hoeft de compost niet door de grond gewerkt te worden. Dit moet wel gebeuren in een groentetuin, aan het begin van het seizoen. Bij deze wil ik leden van snv dan ook oproepen om het groenafval niet meer naar de containers te slepen. De meeste tuinen zullen wel een ‗rommelig‘ hoekje over hebben om een mooie composthoop te maken. Het enige wat ikzelf er niet op doe is dikke takken, en niet te veel gras of heggesnoeisel in 1 keer. Ook geen onkruiden die zaad geschoten hebben, dan komt dat het jaar erop massaal op in de borders. Zoals gezegd het is niet moeilijk, het stinkt niet, en het trekt geen ratten aan; tenzij je er oud brood ofzo opgooit. En het scheelt de vereniging en leden heel wat geld voor het afvoeren van al dat afval naar de Roteb, dat is toch zeker een argument wat iedereen aan zal spreken.
Ju nn ii 22 0 01 10 0 ,, n nu um m me me rr 33 Ju
Pagina 17
Verborgen tuinen in Rotterdam Door: Ellen
Een aanrader voor mensen die van tuinieren houden en voor mensen die erg nieuwsgierig zijn.
aangelegd door een tuinarchitect maar waar niet echt in geleefd werd. Dit weekend is ideaal om ideeën op te doen omdat er altijd hele bijzondere tuinen bij zijn.
Volgend weekend is het weer zover, dan wordt voor de 10e keer Verborgen Tuinen gehouden. Een weekend waar ik altijd naar uit kijk. Een weekend lang stellen particulieren hun tuinen open voor de bezoekers van verborgen tuinen. Je kan dan allerlei tuinen bewonderen en de eigenaren vertellen meestal met gepaste trots over hun tuin.
Het leuke van dit weekend vind ik ook dat je soms via de voordeur naar een tuin gaat en meteen een glimp opvangt van het huis. Sowieso als je in een achtertuin staat is het ook leuk om een glimp op te vangen hoe het binnen is ingericht. En het laatste vind ik eigenlijk een hele leuke bijkomstigheid aan het weekend.
Het begint dan vaak met de aanleg van de tuin, de ontwikkeling en vooral over de bijzondere bloemen en struiken. Gevraagd en ongevraagd krijg je ook allerlei tips over het tuinieren. Elk jaar heeft een thema en de laatste keer was het de eetbare tuin. Zo ben ik vorig jaar veel te weten gekomen over het telen van kiwi‘s. Ik wist niet dat je deze ook in Nederland in de tuin kan hebben en dat de oogst dan ook nog goed te eten is, tenminste als je de vruchten laat zitten tot in december ver nadat de boom zijn bladeren verloren heeft. Vervolgens moeten de vruchten nog een tijd narijpen voor ze eetbaar zijn. Maar je heb dan wel een kiwi uit eigen tuin. De diversiteit aan tuinen is groot, zo ga je van een gezellige cottage tuin naar een, door tuinarchitecten aangelegde, tuin . In de eerste tuin zijn de bewoners al jaren hard bezig om er wat moois van te maken terwijl in de volgende tuin de bewoners alles uitbesteden. Vorig jaar in Hillegersberg een paar tuinen gezien die prachtig waren
Op de koffie bij …….
Door: Ellen
Naam: Anneke—Tuin: 741—Lid sinds: 2009
Waar drink jij je koffie het liefst en hoe drink je hem? In bed en koffie met melk. De helft warme melk met suiker. Het liefst bruine suiker
Met wie wil je graag koffie drinken en waarom? Met Jan Wolkers omdat hij zo‘n goede schrijver was en heel erg van de beestjes was. Een echt beestjesmens, net als ik
Wat doe je in het dagelijks leven? Teamleider in een laboratorium
Wat betekent de tuin voor je? Rust en buiten zijn en beestjes
Koos zijn vraag aan jou: waarom zaai je alles en plant je niks? Dan zie je het van baby af aan.. Je hebt ook veel meer en het is veel goedkoper. Maar vooral leuk om te zien hoe het groeit.
Aan wie op SNV wil jij een vraag stellen en welke is dat? Mijn vraag aan de familie Bakkers: wat betekent de groene vlag die in jullie tuin hangt?
Pagina 18
S c h off el en
De leukste speeltuin maak je zelf … (en blijf je maken)
Door: Sigrun
Bij de buren van de Speeldernis is een voorbeeld te zien van een andere soort speeltuin: Speelnatuur heet het concept daarachter. Kinderen laten spelen mét groen en natuur: zand, water, aarde, vuur, levende en vergaande planten en bomen.. Daar zitten veel voordelen aan: de gebruikte materialen veranderen snel, het spel is iedere keer anders, doen en veranderen kan naar hartenlust. Alleen of met anderen, heel stil of heerlijk wild, voor iedereen een plekje naar wens. En het ziet er nog mooi uit ook! Het groeit, bloeit en boeit… Vlinders en vogels komen er graag, egels en anderen ook… Bij ‗de gele‘ speeltuin liggen nog twee stukjes grasveld. Hier willen we met elkaar en vooral met de kinderen een gezellige, speelse plek maken van vooral materialen uit de eigen tuinen en de omgeving, uit eigen kracht en in eigen onderhoud.
Elke tuinder weet het uit eigen ervaring: het leuke aan de tuin is, dat die nooit af is, hij blijft groeien, ontwikkelen, veranderen. Ontstaan en vergaan in zich oneindig herhalende kringen… Er zijn maar weinig speeltuinen, die dezelfde kwaliteit hebben. Eenmaal af, het lint geknipt, begint de afschrijving. Kinderen als gebruikers kunnen er weinig aan toe voegen, elke verandering is een potentiële vernieling… ‗Geef kinderen planken en ze zullen er een hut van maken. Geef ze een hut, zullen ze er planken van maken.‘ Wat spelen al die kinderen op ons complex eigenlijk zoal? Elke familietuin heeft wel wat speelruimte: een grasveld, een zandbak, een (boom)hut, een schommel, een verstopbosje… Maar hoeveel je ook je best doet, de kinderen gaan toch al gauw struinen. Spelen is namelijk vooral ontdekken en ontmoeten… kinderlijke nieuwsgierigheid is van levensbelang en wil voortdurend gevoed worden! Tot nu toe is het voor de kinderen op SNV vooral het fietsen en het hangen in de rekken van ‗de rode‘ of de ‗de gele speeltuin‘, het (voet)ballen op een grasveld of skaten op ‗de gladde padjes’, wat ze gezamenlijk kunnen doen. Voor het creatieve en uitdagende spel is er weinig gemeenschappelijke ruimte. Dat vonden een aantal ouders jammer en grepen de kans om met elkaar na te denken over mogelijkheden in de openbare ruimte van ons complex.
We zijn gestart met een lange wilgentunnel een poorthuis en twee hutten. In het midden komt een kuil met heuveltjes, een grasbank eromheen om op te zitten of te ‗chillen‘. Evenwichtstammen en houtsnippers. Er zal nog maar enkele keren per jaar handmatig gemaaid worden, zodat er volop bloemen en gras te plukken zijn, hoog gras, om erin te verstoppen en te rollen… Het groene licht voor de bouw kwam helaas iets te laat, om genoeg vers wilgenhout te vinden, om er een echt mooi vlechtwerk van te maken. Dat doen we dan in het volgende vlechtseizoen (vroege lente)… Op het stukje aan de andere kant van het pad willen we een waterspeelplek maken, met een zwengelpomp en een gemozaiekte beek. Een begin voor een grasbank ligt er al. Met een klein ‗kerngroepje‘ ouders willen we een rooster maken, om iedere zaterdag ochtend er te zijn, zo dat kinderen en ouders kunnen komen helpen. Want wat er nu al duidelijk is: het blijven doen is het meest boeiende voor de kinderen. Langzaam, maar gestaag groeit zo de speelplek. Echt snel gaat het werk namelijk niet, als er met iedere schep een worm, een mierennest of een muizengang vrij komt en bewonderd en veilig gesteld wil worden… Er moet sowieso een open stuk zwarte grond blijven, liefst met water in de beurt. Lekker aanmodderen; urenlang de perfect ronde kleibal in je handen draaien; een moddersjaslik rijgen; kleimuntjes met een stokje van cijfers voorzien… Ga zelf een keer kijken, wat er nu al te doen is… En wil je graag meedenken en doen? Wil je een van de speeltuinouders worden, die om de beurt op zaterdag ochtend het werk daar begeleiden ? Kom dan op zaterdag om 10uur naar ‗de gele speeltuin‘ of neem contact op met Sigrun (tuin442)
[email protected] of op telefoonnummer: 06-18014237
Ju n i 2 0 1 0 , n u m me r 3
Van Origine………. Door: Ellen
Je hoort het nog aan Conny dat ze uit het zuiden van het land komt. Ze is geboren en getogen in Roosendaal en woont inmiddels sinds 1992 in Rotterdam. Ze is voor een studie aan de kunstacademie naar Rotterdam gekomen nadat ze eerst 2 jaar in Tilburg aan de kunstacademie heeft gestudeerd. Na het afstuderen is ze in Rotterdam blijven wonen omdat ze de stad leuk vindt en ook erg geschikt is voor het werk wat ze doet. Hetzelfde geldt ook voor haar man Jip die oorspronkelijk uit Oegstgeest komt. Als dit gesprek plaatsvindt zijn ze net de dag ervoor getrouwd, na 15 jaar te hebben samengewoond, en hebben hun feest op hun tuin gegeven. Conny heeft erg moeten wennen aan de stad. De eerste dag dat ze hier aan kwam in de stad en het station uitliep lag ze al bijna onder de tram. Het heeft zeker een jaar of 2 geduurd eer zij zich hier thuis voelde. Ze had erg het gevoel dat ze wat met de stad moest doen anders wilde ze er niet blijven. Met kaart in de hand en ook door veel met de metro te reizen heeft ze de stad en de bewoners leren kennen . In Roosendaal en sowieso in Brabant gaat het er erg gemoedelijk toe. In Rotterdam zijn mensen erg direct en vaak op het botte af. In het begin kwam het op Conny over dat het leek dat iedereen elkaar per definitie onaardig vond. In de eerste jaren had ze hier veel moeite mee. Ook het onpersoonlijke, bijvoorbeeld dat je de buren niet kent , was ook iets wat ze erg opvallend en minder prettig vond aan de stad. Waar ze opgroeide stond de schuur altijd open en als er een ladder weg was dan wist je ook dat een van de buren hem geleend had en dat de ladder wel weer terug gezet zou worden. En dan woon je in Rotterdam en moeten er 3 sloten op je fiets anders wordt het gejat, de deuren op de knip en ramen in het slot. Het gaf een gevoel van dat je moest gaan denken vanuit een wantrouwen in plaats van dat je met elkaar op een plek woont. Na haar afstuderen kwam er een omslag. Het was allemaal niet zo erg als de buitenkant deed vermoeden, want het bleek een prima stad om in te wonen en om in te werken. En nu bevalt het recht door zee karakter haar prima, je weet mete e n waar je aan toe bent, en d a a r kan ze wat mee. Inmiddels is Conny ook een beetje Rotterdammer geworden. Als ze i n Roosendaal op bezoek is merkt ze dat ze daar niet meer zal willen wonen. Hoewel de ruimte daar heerlijk is. Ze is opgegroeid net buiten de bebouwde kom en haar ouders hebben een grote tuin bij het huis.
Pagina 19
Omdat iedereen in Rotterdam binnen de vierkante meter zo dicht op elkaar leeft mist ze hier die ruimte. Via vrienden zijn ze jaren terug voor het eerst op SNV geweest. Pas na een paar jaar dachten ze eindelijk ook eens tijd vrij te kunnen gaan maken voor het tuinieren en wilden ze ook een tuin. Ook op SNV omdat de sfeer hen goed beviel. Sinds kort wonen ze in Delfshaven en daarvoor hebben ze in Charlois gewoond. Wat ze wel opviel dat de tuincomplexen in Charlois als ze er langs fietste er zo hetzelfde en erg geordend uitzagen. Juist de verschillen op SNV vinden ze leuk en ook merken ze dat iedereen op een bepaalde manier erg met de tuin bezig is. Vanaf juli vorig jaar hebben ze een tuin. Het is een project in wording. Hun tuin hebben ze gekocht omdat ze verliefd waren geworden op wat het zou kunnen worden en het huisje wat er op stond. De tuin die ze kochten hebben ze helemaal compleet overgenomen maar was niet hun tuin. De ruimte was zo dat Conny en Jip meteen iets hadden hier kunnen we veel mee. Je kiest je start uit en van daaruit ga je de ruimte gebruiken. De eerste zomer hebben ze gezeten en gekeken waar ze meer ruimte willen en waar het ze het dichter willen. Inmiddels zijn ook vele planten verplaatst. Conny is tevreden over het laantje waar ze zit, het is een open gedeelte en omdat het in het achterste gedeelte van het complex zit ook erg rustig. Sommige gedeeltes van SNV zijn erg dicht en zij vindt het leuk dat je de buren voorbij ziet komen. Je leert hier ook snel je buren en andere tuinders kennen. Ze voelt zich ook verbonden met de vereniging omdat iedereen hetzelfde na streeft, een plekje waar je lol in hebt. Het tuinieren vindt Conny leuk om te doen en zoekt ook de grenzen op van wat wel of misschien niet kan. Zo heeft ze bomen volgens de boeken, te vroeg verplaatst (ook volgens haar vader kon het al wel). Natuurlijk kwam er ook wat reactie van andere tuinders dat ze met het verplaatsen moest wachten. Waarop Conny zei: "We zien in de lente wel weer of het allemaal gelukt is en anders planten we andere dingen daar." De tuin is voor hun de broodnodige vrije tijd naast het drukke bestaan van beider kleine zelfstandige ondernemingen. Wanneer zij het hek van de tuin binnengaan is het werk voor even verdwenen.
Pagina 20
S c h off el en
Schade en schande in de tuin—deel 1 Door Esther Dijkstra
Dat egels slakken eten, dat wist ik wel. Toen ik 2 jaar geleden voor het eerst als beginnend volkstuinierster een slakkenplaag meemaakte, vroeg ik me af waarom ik geen egels op ons complex zag rond lopen. Het leek me toch een heus paradijs. Naast egels eten ook vogels, zoals de lijster, en mollen slakken. Welkome dieren dus wat mij betreft, maar die konden de hoeveelheid slakken niet aan. In mijn toen nog relatief onwetende poging om de slakken de baas te blijven fietste ik naar de Praxis. Ik kwam er al snel achter dat ik niet de enige was die met hetzelfde idee naar deze winkel was gegaan, want de Ecostyle slakkenkorrels (ik koop alleen ecostyle) waren uitverkocht. De paar pakjes van een ander merk heb ik laten staan. Ik vertrouw dat toch niet allemaal. Achteraf ben ik daar héél blij om, want nu ik sinds de vorige "Schoffelen" weet dat slakkenkorrels egels kunnen doen exploderen, realiseer ik me hoeveel schade we kunnen aanrichten door ontwetendheid. Voor mij stond wel al vast dat ik nooit (zomaar) een bestrijdingsmiddel zou gebruiken, als er genoeg natuurlijke alternatieven zijn. Maar toch, in dit geval, had ik er ook niet goed over nagedacht. Voor zowel mijzelf als voor u de lezer, een onderzoek naar de effecten van bestrijdingsmiddelen en de alternatieven. Op zoek naar de gevolgen van het gebruik van bestrijdingsmiddelen ging er toch nog wel een behoorlijke beerput voor me open. Een kijkje in deze beerput is voor dit artikel dus onvermijdelijk, maar ik beloof dat ik positief zal eindigen. ;-) Als je even nadenkt, is het logisch dat middelen die worden ingezet voor het doden van specifieke dieren of planten ook giftig (kunnen) zijn voor andere dieren en planten en dus óók voor mensen! De mooie verhalen op de verpakkingen en in de reclame's en de groene kleur van de flessen en doosjes doen vermoeden dat het geen kwaad kan voor natuur en milieu, maar dat zijn (hemische) bestrijdingsmiddelen wel degelijk! Chemische bestrijdingsmiddelen zijn per definitie giftig, want als ze dat niet zouden zijn, zouden ze niet werken. Fabrikanten hebben baat bij een hoge verkoop van hun product en doen er alles aan om de consument voor zich te winnen. De meeste mensen brengen de natuur liever geen schade toe en daarom zet een fabrikant bijvoorbeeld op de verpakking dat het bestrijdingsmiddel biologisch afbreekbaar is. Dit houdt niet in dat het om een biologisch product gaat en ook niet, dat het daarmee niet schadelijk is voor het milieu.
In het geval van het chemische bestrijdingsmiddel "Round up", van de fabrikant Monsanto, (te koop bij de Gamma) hebben onderzoeken uitgewezen dat de biologische afbraak van het product zo slecht is, dat de giftige kankerverwekkende stoffen zich opstapelen in het milieu. Zo komt het gif in steeds hogere concentraties in het grondwater, in ons drinkwater en met het grondwater in andere planten, dieren en bodemleven die je als tuinder helemaal niet wil doden. De klant die goed wil doen komt bedrogen uit. Monsanto is hier vorig jaar zelfs voor veroordeeld door het hoogste Franse gerechtshof. Dat dit middel toch zo algemeen gebruikt wordt heeft er waarschijnlijk mee te maken dat andere chemische alternatieven nog schadelijker zijn. Op 13 januari 2009 is in de Europese unie een wet aangenomen die 25 van de meest schadelijke chemische stoffen, die in bestrijdingsmiddelen worden gebruikt, verbiedt. Zowiezo worden bestrijdingsmiddelen maar voor een beperkte periode goedgekeurd (5 - 10 jaar) om daarna weer onder een loep te moeten worden gehouden. Nou was het aanvankelijk mijn ambitie om veelvoorkomende "foute" en verboden bestrijdingsiddelen op een rijtje te zetten, maar zoals u begrijpt, daar ben ik van terug gekomen. Het is onbegonnen werk, want in de loop van de jaren hebben misschien wel 600 producten de revue gepasseerd. Het kan dus best zijn dat een oud middel in uw keukenkastje inmiddels verboden is. Waarschijnlijk is de werkzaamheid er van verlopen en zou ik zeggen; speel niet met uw gezondheid en het milieu en breng het bij het chemisch afval. En dan nu het goede nieuws!!! Er zijn meer dan genoeg alternatieven. Op mijn speurtocht (op internet) naar alternatieve, natuurlijke manieren om plagen en onkruiden te bestrijden stuitte ik op een overzichtelijke publicatie van het Haags milieucentrum, die met goedkeuring van het HMC aan deze schoffelen is toegevoegd. Mocht een natuurlijke bestrijding dan toch echt niet helpen, en u een bestrijdingsmiddel ter hand wil nemen, kies dan de producten van het merk "Ecostyle". (Goed herkenbaar, aan de gele verpakking). Dit zijn ecologisch verantwoorde bestrijdingsmiddelen die goed afbreekbaar zijn in het milieu en niet schadelijk voor andere dieren en mensen. Ecostyle producten zijn te koop in het winkeltje op de tuin. En, hoe liep het af 2 jaar geleden met de slakkenplaag in mijn tuin. Mijn eerste zaaiactie was volledig opgesmikkeld door de slakken, dus voordat ik een tweede poging ging wagen ben ik op zoek gegaan naar een alternatieve oplossing. Om heel eerlijk te zijn heb ik om te beginnen een aantal slakken over het slootje heen gegooid (Sorry, buren). Daarna heb ik rond mijn zaaibed schelpen gestrooid. Ik had nl. gehoord dat slakken het heel vervelend vinden om over iets ruws heen te glijden. Lees verder op de volgende pagina
Ju nn ii 22 0 01 10 0 ,, n nu um m me me rr 33 Ju
Pagina 21
Lieveheersbeestje—geliefd bij de mensch Geen enkel diertje kent zoveel verschillende namen als het lieveheersbeestjes. Mariakevers, Heiligenkevers, Lievevrouwenworpjes, Hemelskoetjes, Zonnekevers of Gelukskevers, het zijn er slechts enkele. Ze worden gezien als de voorboden van voorspoed en geluk. De meeste lieveheersbeestjes en hun larven leven van bladluizen en daarom worden ze in de glasteelt ook gebruikt om bij de bestrijding van plagen te helpen. De kleurige soorten hebben een sterke en vieze geur en smaken slecht, zodat vijanden ze niet gauw zullen eten. Wist je dat het aantal stippen niets te maken heeft met de leeftijd? Na de winter meteen aan het werk In het voorjaar komen de volwassen lieveheersbeestjes te voorschijn. Zij gaan dan onmiddellijk op zoek naar voedsel. Een lieveheersbeestje kan wel 3000 bladluizen per maand eten. Als ze zijn aangesterkt zoeken ze een geschikt gebied om zich voort te planten. In april, mei paren ze. De eitjes worden in groepjes afgezet. De larven die als eerste uitkomen eten vaak hun broertjes en zusjes op.
Vervolg van vorige pagina
Zo vinden ze ook bijvoorbeeld eierschalen en cacoa doppen vervelend. In cacoa doppen zit schijnbaar ook nog cafeine, wat slakken ook vies vinden. En daarom zou ook koffieprut helpen. De schelpen leken uiteindelijk te werken. Waarna de strijd begon om de opkomende plantjes te beschermen tegen duifen (net) , konijnen (gaas) en (ook nieuw voor mij) de bladrandkever (afgezaagde petfles). Uiteindelijk was een afgezaagde petfles voldoende geweest tegen alle kapers op de kust. Kortom, de moraal van mijn verhaal: laten wa a.u.b. kijken naar de mogelijkheden de de natuur ons bied, voordat we overgaan tot schadelijke producten. Dan lijkt me een egel in de tuin toch zeker de makkelijkste oplossing tegen slakken :-) Esther Dijkstra
In de zomer kunnen de larven dankzij het warme weer en voldoende voedsel snel groeien. Insecten groeien enkel in deze fase, de lieveheersbeestjes vervellen dan drie keer. Als de larve volgroeid is gaat ze verpoppen. In de pop verandert het beestje in een volwassen dier. In juli of augustus kruipt het volwassen lieveheersbeestje uit de pop, zo'n zes weken nadat de eitjes zijn gelegd. Je kan tijdens de zomer dus twee generaties lieveheersbeestjes zien. In de herfst moeten de jonge lieveheersbeestjes veel eten, zodat ze voldoende reserves hebben voor de winter. De oude kevers sterven meestal voor de winter. De tocht naar de overwinteringgebieden wordt ingezet. Aangekomen in de overwinteringsgebieden kruipen de diertjes met enkelen bijeen. Sommige soorten kruipen in de grond weg, of zitten achter schors en in holle stengels. Enkele soorten overwinteren in schuren en kelders van huizen. Grote eters De meeste lieveheersbeestjes leven van bladluizen, dit zijn plantensap zuigende insecten. Zowel de larve als het volwassen lieveheersbeestje eten heel veel bladluizen, het volwassen diertje eten wel 100 bladluizen per dag. Iedere bladluis die het lieveheersbeestje tegenkomt staat op het menu. Zo eten ze verschillende soorten en hebben ze een gevarieerd kostje. Er zijn ook lieveheersbeestjes die schimmels eten. Bladluizen (en andere insecten die aan planten zuigen) scheiden overtollige suikers af. Dit is honingdauw. op die honingdauw kunnen schimmels groeien die dan worden opgegeten door lieveheersbeestjes. Verder heb je ook planteneters. De plantenetende lieveheersbeestjes voeden zich maar met enkele plantensoorten
Pagina 22
S c h off el en
Waarom hebben olifanten gele klompjes? Zodat je ze niet kan zien als ze in de vla drijven. Wel eens een olifant in de vla gezien? Nee, het werkt dus! Eén voor één stappen er mensen de bus in. Bij de volgende halte komen er nog eens zes mensen bij. Bij de daarop volgende halte stappen er weer twee uit. Hoe laat is de bus vertrokken?
Antwoord: Eén voor Waarom kun je een muis niet melken? Er past geen emmer onder Twee slangen komen elkaar tegen in het moeras. De ene slang zegt tegen de andere: ―Ik hoop dat ik niet giftig ben‖. Vraagt de andere: ―Waarom?‖ Zegt die ene weer: ―Omdat ik net in mijn tong heb gebeten Komt een skelet bij de dokter, zegt de dokter: ―Kon u niet eerder komen? Wat is geel en vrolijk? – Vanillevlalalalala Wat zit in een boom en doet ―pfff, pfff, pfff‖? - Een nest fietspompen
Wat heeft 21 ogen maar kan niks zien? - Een dobbelsteen. Een egeltje steekt een parkeerplaats over. Hij ziet een auto met een platte band. ―Eindelijk‖, zucht hij, ―heeft ook eens iemand van ons gewonnen‖ Verkouden Appie loopt op straat hevig te snotteren. Een vriendelijke oude dame vraagt: ―Och manneke, heb jij geen zakdoek?‖ ―Dat maakt niet uit,‖ meent Appie, ―ik mag hem van mijn moeder toch niet uitlenen‖. Een ontdekkingsreiziger komt in de jungle. Opeens ziet hij een tijger, en omdat tijgers heel hard kunnen rennen, zet de ontdekkingsreiziger het op een lopen. De tijger haalt hem al snel in, en zegt: ―Tikkie, jij bent hem‖. Er staan twee Belgen te wachten voor een stoplicht. Zegt de een tegen de ander: ―Hé Sjefke, ‗t is groen!‖ Zegt Sjefke: ―een kikker?‖
Ju n i 2 0 1 0 , n u m me r 3
Pagina 23
Invulverhaal Door: Esther Oosterveer
Op een dag werd je wakker en keek je op je wekker. Je schrok je dood want het was al _ _ _ _ _ [Tijdstip] Je sprong uit je bed en trok snel je _ _ _ _ _ _ [ Lievelingsdier mv ] boxer aan. Je rende naar beneden waar je _ _ _ _ _ _ [ Familielid ] je raar aankeek en vroeg; Was je gister avond met _ _ _ _ _ _ [ iemand uit je klas ] Weg of met _ _ _ _ _ _ [ naam van Mannelijke Bner ]? Je antwoord Nee met _ _ _ _ _ [ Andere naam uit je klas ] Je _ _ _ _ _ [ Zelfde familielid ] kijkt je raar aan. Dat had ik nou niet van jou verwacht Jij bent zo'n _ _ _ _ _ [Bijvoeglijk naamwoord] Jongen/meisje. Je kijkt nogmaals op de klok en ziet dat het al _ _ _ _ _ _ [Tijdstip] is! Je was je _ _ _ _ _ [ Rare Hobby ] Afspraak helemaal vergeten. Je trekt snel een _ _ _ _ _ [ kledingstuk ] aan en springt op je _ _ _ _ _ [ Dier ] Onderweg zie je _ _ _ _ _ _ [ Iemand waar je gister avond weg mee was ] Hij/zij schreeuwt _ _ _ _ _ _ [ Rare uitspraak ] Ik zie je later! Op het moment dat je bij _ _ _ _ [ Zelfde Rare Hobby ] aankomt voel je een _ _ _ _ [ Irritant Iets ] op je voorhoofd. Je geeft het een klap en alles word _ _ _ _ _ [ een kleur ] Voor je gevoel 3 seconden later word je wakker. Gelukkig Het was maar een _ _ _ _ _ _ [ een soort droom. Bijv. Nachtmerrie of Dagdroom of gewoon een droom ]
Limonade uit de natuur Door Esther Oosterveer
Deze maand gaat de vlierbessenstuik weer bloeien. Van de bloemen die er aan komen kan je zelf siroop maken en zo doe je dat: Kies de goede open bloemen. Behalve vlierbloesem heb je ook twee citroenen, suiker, water en een paar flesjes nodig. Ook een grote glazen pot of fles nodig met een wijde opening en een deksel. Snij de citroenen en meng ze met de vlier bloesem in de pot. Giet er voor de rest water in en sluit de pot. Laat hem 24 uur op een warme lichte plek staan. Zeef daarna het sap door een theedoek op een koffiefilterzakje in een zeef op koffiefilter. Druk de rest van het sap uit de bloemen en doe alleen de sap terug in de pot. Kijk hoeveel sap je hebt en doe er per liter sap één kilo suiker bij. Giet de siroop weer in de pot en roer het sap en suiker vijf dagen lang twee keer per dag door. Is
de suiker opgelost? Doe de siroop in goed schoongemaakte flesjes. Als je het bewaard in het donker blijft het vervolgens nog heel lang goed. Drink smakelijk.
Clubblad door en voor
S c h off el en
leden van vtv Streven naar Verbetering Redactie: Ati
Schoffelen komt zes keer per jaar uit, in de maanden: februari—april—juni—juli—augustus—november Als je wilt adverteren in Schoffelen kun je contact met
Ellen
ons opnemen via het redactie e-mailadres. Wil je iets
Jane
uit de inhoud van Schoffelen gebruiken, dan vragen we
Marjo
je eerst contact met ons op te nemen
Eindredactie: Ellen
Ons adres: de brievenbus bij de bestuurskamer of emailadres:
[email protected] pdf van de Schoffelen is te downloaden op www.redactiesnv.nl
Wij van de redactie willen alle leden die zo enthousiast hebben meegewerkt aan deze editie van Schoffelen heel hartelijk bedanken!
Schoffelend de pan in …. Door: Ati
Dit is mijn derde voorjaar op de tuin en ik ben dus gerechtigd op het hebben van een lentetraditie. Begin Mei beginnen mijn vrienden al te vragen wanneer eten we Grüne Sauce met Maitrank. Dit is een maaltijd die bestaat uit gekookte groenten, aardappels, gestoomde vis en een kruidige dipdaus waarbij we een met lievevrouwenbedstro verrijkte moezelwijn drinken. Eerst dan maar de Maitrank. Dit drankje wordt traditiegetrouw gemaakt als de bedstro bloeit in de Elzas en Luxemburg. Maitrank Een fles witte wijn (Moezel, Elzas) Suiker Citroen Eventueel een glas cognac Snijd een handvol bloeiende lievevrouwebedstro af en overgiet dit met de fles witte wijn , suiker toevoegen naar smaak. Dit mengsel één nacht laten rusten in een kelder of op een andere koele plaats. Daarna zeven en citroen toevoegen. (niet drinken als je zwanger bent. wat je dan wel weer kunt doen is de bedstro drogen en als je bevalt in je kussensloop doen. De zoete hooigeur zou dan kalmerend moeten werken). Wil men het aperitief wat pittiger dan kan men een scheutje cognac toevoegen. Op zaterdag 12 en zondag 13 juni 2010 viert Verborgen Tuinen Rotterdam haar tienjarig bestaan met het motto Flower Power. Openstelling tuinen: 10.30 – 16.30 uur. Met het motto Flower Power wil Verborgen Tuinen in dit jubileumjaar extra aandacht schenken aan de bloemen en planten. Elke deelnemende tuineigenaar heeft wel een favoriete bloem of plant waar hij of zij graag over wil vertellen. In de tuinengids van 2010 vindt de bezoeker hierover inspirerende voorbeelden. Hiermee wordt het maken van een keuze voor te bezoeken tuinen extra leuk. De tuinengids met adressen en korte beschrijvingen van alle deelnemende tuinen en routekaarten is vanaf de tweede week van mei 2010 op diverse plaatsen in de regio Rotterdam verkrijgbaar voor € 9,00.
Grüne sauce. Dit gerecht is afkomstig uit Frankfurt en wordt traditioneel gemaakt met 7 kruiden. Deze kunnen uit je tuin komen maar ook uit het wild. Belangrijk is wel dat het kruiden zijn die oorspronkelijk groeien in de Nederlanden. Je kunt kiezen uit: kervel, komkommerkruid, duizendblad, citroenmelisse, salie, dille, hondsdraf, hysop, bonenkruid, peterselie, selderij, lavas, Ingrediënten 300 gr gewassen en gehakte kruiden. 2 fijn gehakte uien. 200 gr volle kwark. bakje hüttenkäse. 2 el azijn. 2 el mayonaise, 4 gehakte hardgekookte eieren. zout, peper en suiker naar smaak. Meng en roer alles tot een stevige saus. Breng op smaak met de peper, zout en suiker. Ik zet de saus op tafel samen met gekookte krieltjes, gestoomde kabeljauw, hardgekookte eieren, kort gekookte courgette, plakken grove leverworst, gekookte sperziebonen, kerstomaatjes en in dobbelsteentjes gesneden koolrabi. Iedereen pakt wat hij of zij lekker vindt.
Als het je leuk lijkt om je eigen tuin een weekend voor publiek open te stellen dan kan je je nu al opgeven voor komend jaar. Niet iedere tuin komt in aanmerking maar ik denk dat we bij SNV genoeg bijzondere tuinen hebben. Als er meerdere tuinders zijn die hun tuin aan willen melden dan kunnen we als vereniging misschien een leuke activiteit in het weekend verborgen tuinen 2011 organiseren.