STANDPUNTEN WATER NATUURLIJK VALLEI EN VELUWE VOOR EEN AANTAL SPECIFIEKE ONDERWERPEN Onderwerpen
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
1
Goed waterbeheer is niet verbonden aan een politieke kleur
Water Natuurlijk (WN) is een partij zonder politieke kleur. Rechts of links water bestaat niet. Het water staat centraal. Het waterschap is een functionele (waarborg)democratie.
2
Herstel en bescherming van natte natuur is een kerntaak
Het realiseren van juiste randvoorwaarden vanuit water voor herstel en bescherming van waternatuur en natte landnatuur wordt niet door alle partijen als een volwaardige – kerntaak van het waterschap gezien. WN vindt dat wel een kerntaak.
3
Brede kijk bij aanpak watertaken en waterschapsprojecten
WN vindt dat het waterschap bij de uitvoering van haar taken (maatregelen) aan de voorkant een brede kijk moet hebben en actief dient te zoeken naar win-win combinaties om tegelijk met de waterschapsdoelen ook de gelegenheid te bieden voor realisatie van doelen van andere overheden en maatschappelijke organisaties.
WN werkt aan veilig, schoon en mooi water. Wij richten ons op kiezers/bestuurders die dit algemeen maatschappelijke belang voorop stellen en we zijn in ons handelen niet verbonden aan een politieke kleur. Wij verbinden personen en ambities uit diverse politieke achtergronden. Uiteraard zijn er in het waterschapsbestuur bij de uitvoering van taken verschillende belangen af te wegen. WN werkt vanuit de overtuiging dat naast het waterbelang in ieder geval ook de belangen vanuit natuur, milieu en recreatie meegewogen worden. Algemeen erkende kerntaken van een waterschap zijn: sterke dijken (hoogwaterbescherming), zuivering afvalwater en zorg voor niet teveel en niet te weinig water van goede kwaliteit. Met het begrip integraal waterbeheer (jaren ‘80) werd duidelijk dat daar ook de bescherming van natuur bij hoort. Dit is een algemeen belang dat de verschillende overheden samen met natuurterreinbeheerders invullen. Het waterschap heeft de taak om met maatregelen in het watersysteem de juiste randvoorwaarden te creëren. WN maakt zich er sterk voor dat dit ook in voldoende mate door het waterschap gebeurt. Bij de uitvoering van maatregelen gericht op de kerntaken (dijkverbetering, onderhoud watergangen, aanleg waterbergingen) raakt het waterschap overal aan doelen van andere overheden en maatschappelijke organisaties. WN wil dat het waterschap zich aan de voorkant van uit te voeren waterschapstaken zich als een goede waterpartner opstelt en zich actief opstelt om te zoeken naar mogelijkheden om de doelen van anderen te verbinden met het werk van het waterschap. De meerkosten in de uitvoering dienen volgens WN door de betreffende partijen (andere overheden/ maatschappelijke organisatie/ bedrijven) te worden opgebracht. Het waterschap dient gericht de mogelijkheid te bieden via subsidie bij te dragen. Dit verbinden van doelen leidt tot toegevoegde waarden die anders 1
Onderwerpen
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
4
Zorg voor recreatie, landschap en cultuurhistorie is vanzelfsprekend.
Recreatie, landschap en cultuurhistorie zijn doelen die in eerste instantie toe behoren aan andere partijen dan het waterschap. WN vindt dat deze aspecten in de brede kijk van het waterschap bijzondere zorg verdienen.
5
Grebbedijk geen kale deltadijk maar meerwaarde voor natuur, recreatie, cultuurhistorie en economie
6
Stimuleren en ondersteunen van lokale initiatieven van inwoners en bedrijven
Het rijk, de provincies Utrecht en Gelderland en het waterschap willen de Grebbedijk binnen afzienbare tijd omvormen tot een onbreekbare deltadijk. De vraag is hoe dit het beste kan: mono-functioneel vanuit alleen het perspectief veiligheid of multifunctioneel zodat meerdere belangen meeliften. WN kiest voor dit laatste zodat de dijk werkelijk meerwaarde krijgt. Het waterschap werkt voor inwoners en bedrijven die steeds meer kennis in huis hebben en ook ambities hebben om maatschappelijk actief te zijn. Tegelijkertijd is sprake van een groot tekort aan waterbewustzijn 2
alleen tegen hogere maatschappelijke kosten zijn te realiseren. WN wil dat het waterschap zich aan de voorkant van uit te voeren waterschapstaken zich als een goede waterpartner opstelt en zich actief opstelt om te zoeken naar mogelijkheden om de doelen van anderen te verbinden met het werk van het waterschap. De meerkosten in de uitvoering dienen volgens WN door de betreffende partijen (andere overheden/ maatschappelijke organisatie/ bedrijven) te worden opgebracht. WN vindt dat de aspecten recreatie, landschap en cultuurhistorie in deze brede kijk van het waterschap bijzondere zorg verdienen. Het waterschap dient de mogelijkheid te bieden hieraan via subsidie bij te dragen. WN is daarbij bijvoorbeeld voor het behoud van het huidige budget voor behoud van cultuurhistorische waterobjecten (zoals gemalen, sluizen, molens). Het overstromingsrisico van de Gelderse Vallei is groot (10 miljard Euro en vele slachtoffers). Dit risico wordt vrijwel geheel bepaald door de Grebbedijk. Bij een doorbraak overstroomt het gebied van Wageningen/Veenendaal tot en met Amersfoort. De overheden – waaronder het waterschap – voorzien een aanzienlijke versterking van de dijk tot een deltadijk. WN wil inzetten op een aanpak waarbij naast veiligheid ook de cultuurhistorie en natuur worden gediend. Er kan een twee maal zo groot natuurgebied Blauwe Kamer ontstaan. De jachthaven kan naar het centrum van Wageningen worden verplaatst.
Er ligt een uitdaging in het verbinden van lokale initiatieven van inwoners/bedrijven met de doelen van het waterschap. Het kan nadrukkelijk bijdragen aan het dichten van de ‘awareness gap’ en meer draagvlak creëren voor het waterschapswerk en de toekomst van de waterschappen. WN vindt om die reden dat het waterschap moet investeren in het stimuleren van lokale initiatieven in stad en land en deze moet ondersteunen (zoals de
Onderwerpen
7
Inzet vrijwilligers bij beheer en onderhoud van beken en sprengen
8
Stimuleren van agrarische gebiedscollectieven voor een duurzaam agrarisch waterbeheer
9
Waterhuishoudkundige maatregelen voor herstel
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
(awareness gap) van diezelfde bewoners en bedrijven (OESOrapport). WN ziet hierin kansen om die nog beter dan nu te benutten. Gezien initiatieven uit gebied start het waterschap de komende jaren met het laten opzetten en begeleiden van een viertal vrijwilligersgroepen voor het beheer en onderhoud van beken en sprengen. WN wil dit bij een goed resultaat verder uitbreiden naar andere beek- en sprenggebieden.
vrijwilligersgroepen voor de Veluwse beken en sprengen). Kortom als waterpartner moet samenwerken met een steeds actievere maatschappij. WN vindt dat de motivatie zeker niet primair vanuit een bezuinigingsdoelstelling moet komen (dit kan eventueel een afgeleide zijn). Belangrijk is dat beken en sprengen ook na de periode van herstel en inrichting blijvend worden beheerd en onderhouden (vaak arbeidsintensief en precies handwerk). Het waterschap en de grondeigenaren spelen hierin een belangrijke rol. De ervaring leert dat ook omwonenden vaak zeer betrokken zijn bij de toestand van de beken en sprengen. Zowel vanuit natuur als cultuurhistorisch en landschappelijk perspectief. WN wil dat het waterschap doorgaat met het stimuleren van deze betrokkenheid en overal waar voldoende interesse is - vrijwilligersgroepen laat opzetten en begeleiden voor beheer en onderhoud van de beken en sprengen. Een nieuwe ontwikkeling is dat De agrarische sector (LTO) heeft recent het initiatief genomen voor het agrariërs zich steeds meer in gebieden Deltaplan Agrarisch Natuurbeheer. Centraal staat hierin het opzetten van gaan organiseren om te anticiperen op gebiedscollectieven gericht op een duurzaam agrarisch water. In 2016 start bijvoorbeeld toenemende perioden verder een nieuwe fase van het Europese Gemeenschappelijk van droogte en om op andere Landbouwbeleid (GLB). Via de provincies kunnen dan Europese subsidies manieren bij te dragen aan een worden verkregen voor een duurzamere landbouw. De vereiste is dat duurzaam agrarisch waterbeheer. WN agrariërs in gebiedsverband samenwerken (gebiedscollectieven) omdat dit wil deze positieve ontwikkeling zoveel meer effect heeft dan verspreide individuele initiatieven. WN wil dat het mogelijk stimuleren. waterschap het opzetten van zulke gebiedscollectieven door de LTO en EUaanvragen door de provincies stimuleert. In voorkomende gevallen kan het waterschap agrariërs ook verleiden tot diensten die het waterschap nodig zijn voor het bereiken van de waterschapsdoelen en deze vergoeden. Denk aan het gebruik van agrarische grond voor waterberging (schadevergoeding) als aankoop geen optie is. De aanpak van verdroogde natuur De provincies Utrecht en Gelderland stellen de natuurdoelen vast en zorgen verloopt langzaam. WN wil dat het voor de – ruimtelijke – voorwaarden en het merendeel van de financiële 3
Onderwerpen
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
verdroogde natuur
waterschap pro-actief is om samen met de provincies nieuwe akkoorden te sluiten over de aanpak van herstel van verdroogde natuur.
middelen voor herstel van verdroogde natuur. Het waterschap voert de waterhuishoudkundige maatregelen uit buiten het natuurgebied en draagt hier financieel aan bij. WN wil dat het waterschap het gesprek met de provincies intensiveert om voor de nog verdroogde gebieden nieuwe akkoorden te sluiten voor een adequate aanpak (maatregelen en gezamenlijke financiering). Snel ingrijpen in het Binnenveld is voor de kwetsbare natuur nodig om onomkeerbare schade te voorkomen. Technisch gezien zijn er twee opties. Een peilverhoging van de Grift of maatregelen in watergangen in en direct om de natuurgebieden. Deze tweede optie is bij onvoldoende effect op termijn mogelijk aan te vullen met de aanleg van kwelputten in de natuurgebieden. De tweede optie biedt volgens WN op korte termijn het meeste perspectief om de uiterst kwetsbare natuur te beschermen én ook de andere maatschappelijke belangen te dienen. De natuurherstelmaatregelen zijn bijvoorbeeld ook nodig om tot vergunbare economische ontwikkelruimte te komen voor de landbouw, de industrie en het verkeer (Programmatische Aanpak Stikstof). Een peilverhoging van de Grift is voor de toekomst in beeld mocht worden besloten voor een natuuren landschapsontwikkeling van het hele Binnenveld. Behoud en herstel van de beken en sprengen bieden ruimte voor het opvangen van - afgekoppeld - regenwater, het opvangen overtollig grondwater alsook het - verder -ontwikkelen van de beeknatuur, recreatie langs de behoud en herstel van cultuurhistorie. Het zichtbaar maken van deze sprengen en beken in en om Apeldoorn brengt veel leven met zich mee. Het is goed voor de flora en fauna maar ook voor de inwoners. Denk ook aan voorkomen van hitte stres. WN zet zich ervoor in dat het waterschap en de gemeente Apeldoorn hiermee voortvarend doorgaan en de benodigde financiële middelen vrijmaken. Het doel is dit bekenprogramma uiterlijk in 2020 af te ronden.
10 Herstel kwetsbare natuur Binnenveld
In het Binnenveld ligt Europees beschermd natuurgebied met zeer kwetsbare en bijzondere natuur (trilveen en blauwgrasland). Maatregelen voor behoud en herstel zijn dringend nodig. WN vindt dat er snel een einde moet komen aan de jarenlange patstelling.
11 Herstel beken en sprengen in Apeldoorn voltooid in 2020
Het waterschap werkt al vele jaren samen met de gemeente Apeldoorn aan een herstelprogramma voor de beken en sprengen. Gezien de grote winst voor zowel het watersysteem als de leefomgeving en economie (landschap, cultuurhistorie, recreatie) wil WN dit voortvarend voortzetten.
4
Onderwerpen 12 Apeldoorns kanaal bevaarbaar en beleefbaar voor alle rustige watergenieters
13 Voor gezonde vispopulaties – zoals paling (aal) en andere trekvissen – zijn maatregelen nodig.
14 Tijdig investeren in stad en land om problemen door een veranderend klimaat te voorkomen.
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
Het Apeldoorns Kanaal staat in de belangstelling om bevaarbaar te worden gemaakt. De keuze kan worden gemaakt tussen een ‘hoog dynamische koers’ (inclusief motorboten en rondvaartboten) en een meer ‘laag dynamische koers’ waarin de rustige watergenieter en de historische context van het kanaal centraal staan. WN kiest voor dit laatste. Het waterschap doet al veel om gezonde vispopulaties te bevorderen (aanleg vistrappen, vispasseerbare pompen bij renovatie, natuurvriendelijke oevers e.d.). WN vindt dat het waterschap nog meer kan doen.
Na de grote schoonmaakbeurt van het Apeldoorns Kanaal ontstaan nieuwe mogelijkheden voor recreatief gebruik. De gemeenten en provincies ontwikkelen hiervoor ideeën en het bevaarbaar maken speelt hierin een grote rol. De Stichting Apeldoorns Kanaal speelt hierin een prominente rol en pleit voor een economisch en hoog dynamische georiënteerde koers, inclusief de mogelijkheid voor motorboten en rondvaartboten. WN zet zich ervoor in dat het waterschap zich sterk maakt voor de – ecologische – waterkwaliteit als randvoorwaarde voor laag dynamische functies, mede gerelateerd aan de historische context van dit water: zwemwater, recreatievaarwater (houten platbodems, roeiboten, kano’s en andere milieuvriendelijke bootjes), viswater en natuur. Vissen maken onderdeel uit van de waterkwaliteitsdoelen (kerntaak waterschap). Vispopulaties – in het bijzonder paling (aal) en andere trekvissen - staat in NL onder druk door slechte verbindingen in en tussen wateren. Met relatief beperkte inspanningen en kosten is de vispasseerbaarheid te verbeteren via innovaties van het - dagelijks – gebruik/ beheer van gemalen en stuwen. Tal van maatregelen in het hoofdwatersysteem (zoals Afsluitdijk) en in regionale wateren, door het waterschap, zijn of worden al genomen (zoals bij groot onderhoud of renovatie van gemalen en stuwen). Het waterschap kan daar gericht met aanvullende maatregelen op doorgaan zodat die grote investeringen maximaal renderen. Het klimaat verandert. Enerzijds wordt het droger (meer en langere perioden met weinig neerslag). Tegelijk is de neerslag die valt heviger en in een kortere tijd. De kans op droogteschade (natuur en landbouw) en wateroverlast (water op straat en in kelders) wordt groter. In het Vallei- en Veluwegebied zal periodiek ook sprake van hogere rivierafvoeren. Het water komt ons soms van alle kanten tegelijk tegemoet! WN vindt dat er voldoende reden is om stad en land voor te bereiden en klimaatrobuuster
De vraag is of we moeten wachten tot het klimaat is veranderd of dat we ons moeten voorbereiden op een klimaatverandering om problemen voor te zijn. WN vindt dit laatste.
5
Onderwerpen
Beschrijving onderwerp
15 Amersfoort en Apeldoorn iconen voor een klimaatbestendige stad
Amersfoort, Apeldoorn en andere stedelijke gebieden hebben de afgelopen jaren te maken gehad met wateroverlast door hevige regenval. WN wil dat het waterschap dit probleem samen met de gemeenten geeft en aanpakt, met Amersfoort en Apeldoorn als iconen en proeftuinen.
16 Behoud innovatiefonds
Een innovatiefonds biedt mogelijkheden om snel binnen het waterschap in te springen op mogelijkheden om kansrijke innovaties te onderzoeken. WN wil hiervoor het bestaande innovatiefonds behouden.
Toelichting standpunt te maken en zo problemen te voorkomen. Het klimaatadaptief maken van stad en land vergt tijd en investeringen in de toekomst. WN vindt daarom dat het waterschap en andere partijen maatregelen moeten nemen die vóór de baat uitgaan. Zowel Amersfoort als Apeldoorn kennen veel oude wijken met nog een gemengd rioolstelsel. Bij de steeds heviger worden regenbuiten blijkt steeds vaker dat de riolering het water niet aan kan (water op straat, overstorten) en dat grote hoeveelheden relatief schoon water naar de waterzuivering gaat waar het zuiveringsproces wordt verstoord c.q. minder efficiënt verloopt. WN wil de steden Amersfoort en Apeldoorn extra aandacht geven bij het verminderen van de problemen met wateroverlast. Bijvoorbeeld via pilots met acties als ‘tegel eruit en groen erin’, ‘regentonnen’, ‘groene daken’ en andere maatregelen om regenwater af te koppelen van het rioolstelsel en vast te houden. Dit zelf doen van inwoners zou het waterschap kunnen stimuleren door het geven van subsidie als regenwater op deze manier in de bodem wordt gebracht en niet meer via het rioolwater naar de zuiveringsinstallatie komt. Met het bestaande innovatiefond (500.000 Euro, jaarlijks aangevuld), zijn op een navolgbare en snelle manier kansrijke innovaties een stap verder te helpen door nader onderzoek te doen. Het gaat hierbij om het benutten van innovatiekansen voor zowel de waterketen als het watersysteem. Voorbeelden zijn pilots voor nieuwe sanitatiesystemen (hoge drukriolering, inzet gootsteenvermaler), ontwikkelingen in het kader van de verbouw van rioolwater-zuiveringsinstallaties tot Grond- en Energie-fabrieken en het oplossingen van de piping-problematiek bij dijken (toepassing drainagebuizen). Al dergelijke innovaties richten zich op doelmatigheid en duurzaamheid en bieden mogelijkheden om het waterbeheer goedkoper te maken en de leefomgeving te sparen c.q. toegevoegde waarden te geven. WN wil daarom dat het innovatiefonds behouden blijft.
6
Onderwerpen 17 Koploper in het opwerken van poep, pies en papier tot waardevolle grondstoffen en energie
18 Doorzetten samenwerking in de afvalwaterketen met gemeenten
19 Vervuilers betalen en niet vervuilen wordt beloond
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
Vanzelfsprekend investeert het waterschap in nieuwe technieken die leiden tot het besparen of terugwinnen van grondstoffen, energie en kosten. De vraag is op welke manier en binnen welke grenzen. WN vindt dat het waterschap een koploper blijft dient te blijven in deze ontwikkelingen en kiest voor een realistische innovatie met beperkte – financiële - risico’s. Het waterschap en de gemeenten werken in drie regionale samenwerkingsverbanden aan nieuwe initiatieven in de afvalwaterketen. Hiermee zijn veel maatschappelijke kosten te besparen en is milieuwinst te bereiken. WN wil flink inzetten op de verdere samenwerking.
Het waterschap investeert in de verbouw van rioolwaterzuiveringen tot Grondstoffen- en Energiefabrieken en is hierin een landelijke koploper. Af te wegen aspecten zijn onder meer – financiële – risico’s, terugverdientijd, samenwerking met het bedrijfsleven en wel/niet verdelen ontwikkeltrajecten tussen waterschappen. WN kiest voor beperkte risico’s (geen risicovolle PPS-constructies), accepteren langere terugverdientijden en het doorgaan met het verdelen van innovatieontwikkeling tussen waterschappen (STOWA-verband).
De praktijk leert dat er op onze rioolwaterzuiveringen aanmerkelijk meer vuil water binnenkort dan waar we bij het innen van de waterschapsbelasting vanuit gaan. Dit betekent dat de kosten voor zuivering onvoldoende terecht komen bij bepaalde vervuilers. WN wil dit
7
Met het rijk is afgesproken dat waterschappen en gemeenten de komende jaren een aanzienlijke doelmatigheidsopgave realiseren. In een beter afgestemd afvalwaterketensysteem. Dit betekent het in samenhang bekijken en beheren van de inzameling en transport van rioolwater door gemeenten en zuivering van het afvalwater door de waterschappen. WN wil dat het waterschap voortvarend verder werkt aan nieuwe initiatieven in de afvalwaterketen om maatschappelijke kosten te besparen en milieuwinst te bereiken. Bijvoorbeeld ook het zoeken naar nieuwe organisatievormen c.q. netwerken (mensen in dienst nemen en uitvoeren taken voor gezamenlijke gemeenten, uitwisselen van personeel e.d.). Het verschil tussen de hoeveelheid binnenkomende en theoretisch berekende vuilwater is 23%. Gemiddeld is dit in NL 15% (geaccepteerde afwijking). Deels ligt de verklaring in illegale lozingen op het riool zo blijkt uit metingen na gerichte handhavingsacties. WN de inzet op handhaving structureel op een hoog niveau houden om de zuiveringslasten eerlijker over de vervuilers te verdelen.
Onderwerpen 20 Voorkomen van schade door muskus- en beverratten diervriendelijker en goedkoper
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
eerlijker doen. Het waterschap vangt muskus- en beverratten om schade aan dijken en oevers te voorkomen. De aanpak richt zich op het in toom houden van de populatie-omvang (aantallen ratten). WN vindt dat dit slimmer kan door alleen de kwetsbare objecten te beschermen.
Het waterschap besteedt jaarlijks ruim een miljoen Euro aan het muskusrattenbeheer. Elk jaar worden in het beheergebied enkele duizenden dieren gevangen en gedood. Sprake is ook van bijvangsten van andere dieren (zoals watervogels, en andere zoogdieren). WN vindt dat de aandacht zich meer zou moeten richten op preventieve maatregelen om dijken en kades te beschermen (kunststof doek of gaas) en minder op een gebiedsdekkend populatiebeheer. Waar nodig aangevuld met gericht herstel van schade. Voorkomen van schade/overlast door muskusratten aan oevers van watergangen zou een eigen verantwoordelijkheid moeten zijn van de grondeigenaren (net zoals dat geldt bij mollen of een wespennest).
21 Op termijn verder overdragen van beheer en onderhoud van watergangen naar aanliggende grondeigenaren
Het waterschap is momenteel bezig om de beheer- en onderhoudsplicht voor watergangen tussen voormalige gebieden Vallei-Eem en Veluwe gelijk te maken (harmonisatie). WN ziet op termijn verdergaande mogelijkheden om het beheer en onderhoud over te dragen naar aanliggende grondeigenaren.
22 Het overnemen van het beheer van gemeentelijke riolen behoort tot de mogelijkheden
Het rioolstelsel en het beheer daarvan zijn in handen van de gemeenten. Op diverse plaatsen in NL ontstaan initiatieven dat waterschappen in opdracht van gemeenten het dagelijkse beheer en onderhoud 8
Bij de lopende harmonisatie van de onderhoudsplicht voor watergangen worden bepaalde grenswaarden gehanteerd waarbij het onderhoud bij het waterschap ligt of bij de aanliggende grondeigenaren. WN vindt – ook in vergelijking met andere waterschappen – dat die grenswaarden op termijn verdere bijstelling behoeven zodanig dat er verdere overdracht plaatsvindt van het beheer en onderhoud van het waterschap naar de aanliggende grondeigenaren. Dit past ook in de landelijke decentralisatie-benadering dat wie het meeste baat heeft bij een activiteit daar ook het meeste zelf aan bijdraagt. Het helpt het waterschap ook om de kosten en tarieven te beheersen en tegelijk te investeren in nieuwe opgaven/ambities. Kleinere gemeenten zijn niet altijd optimaal uitgerust om het dagelijkse beheer en onderhoud van hun rioleringen te verzorgen. Doordat het waterschap op een grotere schaal werkt en toch lokaal acteert kan het beheer en onderhoud doelmatiger/kosteneffectiever worden gerealiseerd (hier zijn in NL voorbeelden van). De voorwaarde is dat de gemeente dit werk tegen een reële kostprijs uitbesteedt aan het waterschap. Het
Onderwerpen
23 Alle uitvoerende grondwatertaken op termijn bij het waterschap
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
uitvoeren. WN wil de kansen die dit oplevert (doelmatigheid en een beter waterketenbeheer) benutten die hier meer op in te zetten. De vraag is of alle operationele grondwatertaken (kwantiteit en kwaliteit) - op termijn - bij één organisatie dienen te komen te liggen of niet. WN vindt van wel.
waterschap kan vervolgens via het beheer en onderhoud ook een synergie realiseren in de waterketen (verbeterde werking en kostenbesparing op de rioolwater-zuiveringsinstallaties van het waterschap.
24 Inzet van waterschapskennis voor internationele samenwerking
Het waterschap zet zich in om waterschapskennis beschikbaar te stellen voor internationale samenwerking. WN vindt dat de huidige inzet gehandhaafd dient te worden en er vraag gestuurd mogelijkheid voor uitbreiding dient te zijn.
25 Kwijtschelding waterschapsbelasting voor lage inkomens
Wanneer iemand niet in staat is de waterschaps-belastingaanslag te betalen, kan deze onder bepaalde voorwaarden geheel of gedeeltelijk kwijtgescholden worden. Op dit moment worden kleine ondernemers
Oppervlakte- en grondwater en processen in de bodem hangen sterk met elkaar samen. De vraag is of het op den duur effectiever en efficiënter is dat alle operationele grondwatertaken bij één organisatie komen te liggen, zowel kwantitatief als kwalitatief (meldingen/vergunningen, grondwatermeetnet, schadebehandeling ed). Gezien het takenpakket en de rol van het waterschap vindt WN dat het hiervoor de beste optie is om het waterschap aan te wijzen. Bovendien wordt hiermee ook een heldere scheidslijn gecreëerd tussen kaderstelling door Rijk en provincie enerzijds en operationele uitwerking door het waterschap anderzijds. De waterschappen werken in Unieverband samen om waterschapskennis te benutten in het kader van internationale samenwerking. Het waterschap Vallei en Veluwe neemt deel in een aantal projecten in het buitenland. Dit in het kader van haar doelstelling om maatschappelijk verantwoord te ondernemen (MVO). De hiervoor ter beschikking gestelde middelen zijn begrensd (90.000 Euro jaar in uren menskracht). WN vindt deze maatschappelijke taak om onze waterschapskennis internationaal ter beschikking te stellen en tevens het bedrijfsleven te stimuleren zo groot dat we bereid zijn om zodanig bij een vraag (bv in Unie van Waterschappenverband) de inzet te vergroten. Kwijtschelding kan bijvoorbeeld worden verleend voor rijksbelastingen zoals inkomstenbelasting en loonbelasting en voor bijvoorbeeld gemeentelijke belastingen of waterschapsbelastingen. Wanneer iemand kwijtschelding van de gemeente krijgt, is de kans groot dat ook het waterschap kwijtschelding verleent. WN vindt deze aansluiting bij de – gemiddelde – gemeentelijke benadering uit oogpunt van gelijke behandeling juist (al zijn er verschillen 9
Onderwerpen
26 Bij de geborgde zetels is de categorie natuur in het gebied Vallei en Veluwe ondervertegenwoordigd
27 Waterschapstarieven mogen beperkt stijgen als er meerwaarde is voor inwoners van stad en land
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
(ZZP-ers) niet gelijk behandeld als particulieren. WN vindt dat dit wel zou moeten.
per gemeente). Echter kleine ondernemers (ZZP’ers) komen bij een zelfde laag inkomen als particulieren niet of minder makkelijk voor kwijtschelding in aanmerking. WN vindt dat het waterschap zich samen met de gemeenten moet inspannen voor een gelijke behandeling. WN is voor een zoveel mogelijk democratisch gekozen bestuur. In het nieuwe waterschaps-bestuur zijn de geborgde zetels vertegenwoordigd met het door de wet gestelde minimum van in totaal 7. De verhouding is dan volgens het provinciaal regelement: landbouw (3), bedrijfsleven (3) en natuur (1). Gezien het grote aandeel natuur in het Vallei- en Veluwegebied (100.000 ha en landbouw net iets minder) en het hiermee samenhangende werkgelegenheid in de recreatieve en toeristische sector (2010: 5,8% versus 3,2% in landbouw) is WN van mening dat bij de geborgde zetels de categorie natuur ondervertegenwoordigd is en dat de categorieën bedrijven en landbouw oververtegenwoordigd zijn.
De geborgde – niet gekozen – zetels staan regelmatig ter discussie. Zowel het bestaansrecht als de verdeling over de categorieën landbouw, bedrijfsleven en natuur. Gegeven de wettelijke verankering van geborgde zetels vindt WN dat de door de provincie(s) vastgestelde zetelverdeling onvoldoende rekening houdt met de belangenverhouding in het gebied Vallei en Veluwe. Landelijk is met de waterschappen afgesproken dat de waterschapstarieven gemiddeld per jaar beperkt mogen stijgen (3,5% inclusief inflatie). De vraag is hoe de verschillende lijsten dit zien. Streven naar minder dan die stijging (of zelfs daling), ordegrootte van die stijging of accepteren van een grotere stijging. Het WN-motto is: “zorgen voor betaalbaar water met meer waar(de) voor je geld’.
10
WN staat achter de kerntaken veilig, voldoende en schoon water, alsook achter de belangen van landschap, natuur, cultuurhistorie, en recreatie. Sinds kort dragen de waterschappen de helft van de kosten voor dijkversterking (voorheen 100% rijk). Gezien deze en andere kerntaken en enig eigen ambitie acht WN het niet realistisch om de komende jaren een lagere dan de beperkte tariefstijging te beloven. De waterschapstarieven mogen beperkt stijgen als er meerwaarde is voor inwoners van stad en land (natuur, landschap. recreatie, cultuurhistorie). Verder willen we de schuldenlast van ons waterschap niet laten oplopen en – als dat past bij onze ambities - langzaam verminderen.
Onderwerpen 28 Solidariteit belastingheffing watersysteem
29 Onteigening gronden
30 Géén schaliegas
Beschrijving onderwerp
Toelichting standpunt
Regelmatig komt de discussie naar voren of inwoners in een gebied waar moet worden gepompt, meer belasting moeten betalen dan inwoners in gebieden waar het overtollige water onder vrij verval kan afwateren naar de omringende randmeren of rivieren. WN vindt van niet. Soms komt de situatie naar voren of voor waterberging landbouwgrond kan worden onteigend. WN vindt dat dit als uiterste middel een instrument moet kunnen zijn. Winning van schaliegas kan verontreiniging van het grond- en oppervlaktewater veroorzaken. WN is tegen een eventuele proefboring en winning van schaliegas.
WN vindt dat Iemand die op een - van oudsher - relatief lage, natte plek woont niet meer belasting hoeft te betalen dan iemand op een hoge, droge plek. Veelal vindt ook het water in de lage en natte delen zijn oorsprong via de bodem en het oppervlaktewater dat begint op hoge en droge delen (Veluwemassief en Utrechtse Heuvelrug).
11
Bescherming tegen wateroverlast is een van de kerntaken van het waterschap. WN vindt dat het waterschap alles in het werk moet stellen om daar waar grond voor waterberging nodig is dit op vrijwillige basis te verwerven. Mocht dit niet lukken dan moet onteigening als uiterste middel mogelijk zijn. Landelijk stellen de waterschappen zich op het standpunt dat bij schaliegaswinning, net als bij andere activiteiten, het voorzorgprincipe van toepassing moet zijn; initiatiefnemers van boringen moeten aantonen dat schaliegas zonder risico's voor het watersysteem gewonnen kan worden. Waterveiligheid gaat ook over de ondergrond. Voor zover waterschappen daarin een rol spelen stelt WN het ‘voorzorgsprincipe’ en ‘niet afwentelingsprincipe’ voorop. In lijn hiermee is WN tegen het proefboren/winnen van schaliegas. Overigens komen winbare schaliegasvelden in het gebied van Vallei en Veluwe niet of nauwelijks voor.