Sponsored by:
Powered by: aandrijven en besturen
Constructeur
e
+ embedded systems
VEILIGHEIDSLASERSCANNER OS32C De meest compacte veiligheidslaserscanner ter wereld • Gemakkelijk te hanteren en te installeren • Eenvoudig maar veelzijdig • Energiebesparing tot wel 50%
VEILIGHEIDSCONTROLLER G9SP Serie standalone veiligheidscontrollers op basis van software
• Flexibele serie, geschikt voor ieder systeem • Eenvoudige instelling en duidelijke diagnose • Aan te passen aan iedere behoefte Omron Electronics B.V. Wegalaan ��, NL-���� JD Hoofddorp Tel: +�� (�)�� ��� �� ��, Fax: +�� (�)�� ��� �� �� E-mail:
[email protected] www.industrial.omron.nl
Inhoud Colofon Safetywijzer 2011 Uitgave van MYbusinessmedia bv Postbus 58, 7400 AB Deventer Mr. H.F. de Boerlaan 28 www.mybusinessmedia.nl Telefoonnummer (0570) 50 43 00 Redactie-adres Postbus 58, 7400 AB Deventer Hoofdredacteur ir. L.J. de Ridder t 06 51183052
[email protected] Uitgever E.Lamfers t +31 (0570) 50 43 27 e-mail:
[email protected] Advertentie-afdeling R.Swart, sr.accountmanager/teamleider t (0)6 22796633 e-mail:
[email protected] L. Meijer, t +31 (0)570 50 43 45 e-mail:
[email protected] R. Wibbelink, t +31 (0)570 50 43 43 e-mail:
[email protected] of verkoop binnendienst, t +31 (0)570 50 43 47 J.Schermer, orderbehandeling advertenties t +31 (0)570 50 43 58; f +31 (0)570 50 43 98 e-mail:
[email protected] Advertentieplaatsingen worden uitgevoerd overeenkomstig de ‘Regelen voor het advertentiewezen 1990’. Vo r m g e v i n g De Opmaakredactie, Doetinchem Druk Tesink Zutphen Ve r z e n d i n g e n f a c t u r e r i n g Intermedia bv Reproductie Overname van artikelen, tekeningen en foto’s uit deze uitgave is slechts mogelijk na schriftelijke toestemming van de uitgever.
MYbusinessmedia, 2011 ‘Het auteursrecht op de inhoud van dit tijdschrift wordt uitdrukkelijk voorbehouden’. ISSN 1385-0091
MYbusinessmedia bv legt uw gegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements) overeenkomst. Uw gegevens kunnen door MYbusinessmedia bv, of zorgvuldig geselecteerde derden, worden gebruikt om u te informeren over relevante producten en diensten. Indien u hier bezwaar tegen heeft, kunt u dit melden aan MYbusinessmedia bv, t.a.v. Afdeling Relatiebeheer, postbus 58, 7400 AB Deventer.
2
Nieuwe Machinerichtlijn stelt strengere eisen aan gekoppelde machines
Nick de With, Fusacon In producerend Nederland worden regelmatig nieuwe productielijnen geplaatst of bestaande productielijnen ingrijpend aangepast. In dergelijke grote projecten ontstaat vaak onduidelijkheid over de noodzaak van de overkoepelende CE-markering en welke partij die gaat aanbrengen. De projectleider is druk bezig met het in juiste banen leiden van zijn project en ziet de CE-markering als bijkomende papieren exercitie en zeker niet als gemak. In dit artikel bespreekt Nick de With het CE-markeren van gekoppelde machines alsmede de mogelijke rol van een CE-coördinator bij grote (veiligheids)projecten.
Machinerichtlijn biedt mogelijkheden om te besparen op veiligheid
10
MKB moet kunnen vertrouwen op een veilige robotinstallatie
Erik ter Veer, voorzitter Stichting RAB Robotics Safety Mark Een MKB-bedrijf zou bij investering in robotautomatisering wat betreft veiligheid van de installatie volledig moeten kunnen vertrouwen op zijn leverancier. Daarvoor bestaan immers Europese machinerichtlijnen (CE), al worden die uit prijstechnische overwegingen niet overal consequent nageleefd. Daarom heeft de Robotics Association Benelux (RAB) een onafhankelijke stichting in het leven geroepen die een veiligheidskeurmerk voor robotleveranciers heeft ontwikkeld: RAB Robotics Safety Mark. Robotleveranciers kunnen het veiligheidskeurmerk verkrijgen na een grondige toetsing door een onafhankelijke auditor. Zestien leveranciers werken inmiddels volgens dit unieke veiligheidskeurmerk. Waarom het RAB Robotics Safety Mark is opgesteld, hoe betrouwbaar het veiligheidskeurmerk is en hoe dit wordt bewaakt, vertelt Erik ter Veer, voorzitter van de Stichting RAB Robotics Safety Mark.
CE-aansprakelijkheid voor aanpassing bestaande machines en voor samengestelde machines
12 16 22
Lindsay Hopmans, FME Tijdens het Safety Event 2011 hield mr. Lindsay Hopmans, als hoofd juridische zaken werkzaam bij de Vereniging FME-CWM, een inleiding over enkele juridische vraagstukken bij de toepassing van de Machinerichtlijn (Richtlijn 2006/42/EG). Hij besteedde daarbij vooral aandacht aan de vraag of en in hoeverre de aanpassing van bestaande machines onder de Machinerichtlijn valt en welke partij aansprakelijk is voor een machine, die is opgebouwd uit onderdelen en modules van verschillende herkomst. Dit artikel is een samenvatting van deze lezing.
Q&A
Vragen en de bijbehorende antwoorden over inhoud en interpretatie van de Europese richtlijnen, met name de nieuwe Machinerichtlijn 2006/42EG. Aan de orde komen onder meer vragen over het verschil tussen SIL en PL, of het is toegestaan om een veiligheidsfunctie (VHF), die nu voorzien is van een sleutelschakelaar, te vervangen door een schakelaar met een pincode en of een gebruikershandleiding van een sorteermachine in digitale vorm mag worden verstrekt,
Bedrijfsprofielen
In deze rubriek presenteren bedrijven zich die actief zijn op het gebied van de machineveiligheid. Bron omslagfoto: KSB Groep.
powered by:
6
Pouw Jongbloed, ROVC De nieuwe Europese machinerichtlijn biedt organisaties naast verplichtingen juist ook diverse mogelijkheden om te besparen op de veiligheid. Dit is een belangrijk voordeel, dat momenteel nog vaak ondergesneeuwd wordt door de vernieuwingen. Veel organisaties zien de nieuwe machinerichtlijn en de bijbehorende nieuwe normen als regels waarin zij zich moeten verdiepen, dus extra werk en kosten. Toch bieden de nieuwe normen vooral voordelen en wanneer er op de juiste manier mee omgegaan wordt kunnen organisaties daardoor juist flink op kosten besparen, aldus Pouw Jongbloed, auteur, docent en consultant bij ROVC en tevens betrokken bij normalisatie in relatie tot weten regelgeving, onder andere als voorzitter van NEC 44 (elektrische en besturingtechnische normen onder de machinerichtlijn).
Constructeur
Aanstellen CE-coördinator aan te bevelen
Nieuwe Machinerichtlijn stelt strengere eisen aan gekoppelde machines In producerend Nederland worden regelmatig nieuwe productielijnen geplaatst of bestaande productielijnen ingrijpend aangepast. In dergelijke grote projecten ontstaat vaak onduidelijkheid over de noodzaak van de overkoepelende CE-markering en welke partij die gaat aanbrengen. De projectleider is druk bezig met het in juiste banen leiden van zijn project en ziet de CE-markering als bijkomende papieren exercitie en zeker niet als gemak. In dit artikel wordt CE-markeren van gekoppelde machines besproken en wordt de rol van een CE-coördinator toegelicht.
2
Op 29 december 2009 was dan eindelijk zover. De nieuwe Machinerichtlijn met nummer 2006/42/EG is sinds die datum van kracht. Alle nieuwe voltooide machines geleverd op Europees grondgebied dienen sindsdien te voldoen aan de essentiële veiligheids- en gezondheidseisen uit Bijlage I van deze Machinerichtlijn en te worden voorzien van een CE-markering. Deze verplichte CE-markering geldt ook voor de zogenaamde “samenstellen van machines”. Samenstellen van machines bestaan uit twee of meer voltooide (IIA) en/of niet-voltooide machines (IIB) waarop de volgende aspecten van toepassing zijn: a) De machines moeten
bijdragen tot een zelfde resultaat b) de machines zijn (naast elkaar) opgesteld c) d e machines worden in samenhang bestuurd d) de machines functioneren als integraal geheel. Het gaat daarbij om machines of machinedelen die zijn ontworpen om in combinatie te functioneren. Bijlage I art. 1.2.4.4. vereist dat deze zodanig zijn ontworpen en gebouwd dat de stopinrichtingen — met inbegrip van de noodstopinrichtingen — niet alleen de machine, maar tevens alle daarmee verbonden installaties kunnen stopzetten, indien het blijven functioneren daarvan gevaar kan opleveren. Een
Opdeling fabriek in CE-segmenten is mogelijk! The definition of assemblies of machinery does not necessarily cover a complete industrial plant consisting of a considerable number of machines, assemblies of machinery and other equipment originating from different manufacturers. However, for the application of the Machinery Directive, such large installations can usually be divided into sections which may be considered as assemblies of machinery, for example, raw material unloading and reception equipment processing equipment - packaging and loading equipment. Bron: Guide to application of Directive 2006/42/EC on machinery uitleg § 38. Downloaden kan op de website www.newapproach.org
andere technische eis is opgenomen in Bijlage I art. 1.2.1 waar staat dat de veiligheidsgerelateerde elementen van het besturingssysteem op een coherente wijze moeten gelden voor een samenstel van machines en/of niet voltooide machines. Dit betekent dat de besturingstechnische veiligheidsfuncties en de veiligheidssystemen van de verschillende machines consistent (met ordelijke samenhang) dienen te functioneren. Voor elke veiligheidsfunctie van het samenstel van machines dient bovendien een zogenaamde “span of control” of besturingsbereik te worden bepaald en vastgelegd. Is CE-markering op hele fabriek noodzakelijk? Bij grote productiebedrijven is bij nieuwbouw van een productie-unit sprake van een zeer groot aantal machines die voldoen aan de definitie van “samenstellen van machines”. De vaak gestelde vraag is nu: moet de hele fabriek worden gezien als een groot samenstel van machines en als zodanig CE-gemarkeerd worden? Op 9 december 2009 is in Brussel tijdens de conferentie “Machinery in Europe” van de Europese Commissie een gids verschenen
met een uitleg van de nieuwe Machinerichtlijn. Deze “Guide to application of Directive 2006/42/EC on machinery” is geplaatst op de officiële website www.newapproach.org en kan als PDF-file door iedereen gedownload worden. De Europese Commissie is van plan dit document te vertalen in alle officiële talen van de Europese unie. Op welke termijn de Nederlandse versie gereed komt is niet aangegeven. Deze gids geeft in § 38 (zie kader 1) duidelijk weer dat het niet de bedoeling is om een complete industriële plant als één samenstel van machines te zien. Dit maakt het mogelijk om de industriële plant op te delen in logische “CE-segmenten”. Een CE-segment is bijvoorbeeld de productiesectie die meestal ook fysiek gescheiden is van de grondstoffen-ontvangstsectie. Het CE-segment zelf kan bestaan uit samenstellen van machines en voltooide en niet-voltooide machines zoals weergegeven in afbeelding 1. Bij twijfel is nationale overheid te raadplegen In de praktijk komt het regelmatig voor dat een productiesectie wordt opgebouwd uit nieuwe en oude machines. De grote
Afbeelding 1. Opdeling productielijn in logische CE-segmenten. (bron: Fusacon). vraag is natuurlijk of er dan ook sprake is van een “nieuw” samenstel van machines en of daarmee alle eisen van de CE-markering van kracht zijn. De gids geeft hier enkele handreikingen, maar dit blijft toch vaak een grijs gebied, waar de meningen nogal eens verschillen. De gids bevat wel het advies aan de samensteller (integrator) om zich bij twijfel te wenden tot de nationale overheid. Dit is in het geval van Nederland, de Directie Gezond en Veilig Werken van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Min. SZW). Hieronder is voorbeeld weergegeven van een bedrijf dat ook daadwerkelijk haar eigen
praktijkcase aan de nationale overheid heeft voorgelegd. Praktijkcase voorgelegd aan ministerie SZW Een bedrijf in de voedings- en genotsmiddelenindustrie (bedrijf X) heeft een bedrijfshal staan waarin flessen worden afgevuld. De lijn is in 1990 gebouwd, dus net voor het van kracht worden van de eerste Machinerichtlijn in 1995. De mechanische vullersluiter heeft kuren en wordt vervangen door een bestaande elektronische vuller-sluiter (groen), die ook nog wat meer productie kan draaien. Deze nieuwere vuller–sluiter is al eerder gebruikt in bedrijf X en heeft bouwjaar 1994/1995, maar
Afbeelding 2. Overzicht oude situatie uit 1990 (bron: Fusacon).
geen CE-markering. Daarnaast wordt een groot deel van de bestaande transportsystemen en van de andere machines in de lijn vervangen door nieuwe CE-gemarkeerde machines. De aanpassing wordt uitgevoerd in het jaar 2010 door een grote Europese machinebouwer (bedrijf Y). De situatie voor en na de aanpassing is weergegeven in respectievelijk afbeelding 2 en 3. Kijkend naar de verschillen tussen de oude en de nieuwe situatie valt duidelijk ook de verandering in de lay-out op. Pas na afloop van het project bleek dat de machinebouwer en integrator (Bedrijf Y) geen overkoepelende CE-markering voor het vernieuwde deel van de
productielijn wilde afgeven. Bedrijf Y heeft het volledige ontwerp en de samenbouw verzorgd maar geeft alleen CE-markeringen en EG Verklaringen van overeenstemming voor de nieuw geleverde (deel-)machines (blauw). Bedrijf Y verklaarde dat de overheid in zijn eigen land een overkoepelende CE-markering bij gebruikmaking van bestaande machines niet noodzakelijk vindt. De grote vraag is nu: “Moet het compleet vernieuwde deel van de productielijn worden gezien als een nieuw samenstel van machines zoals bedoeld in artikel 2 van de nieuwe Machinerichtlijn 2006/42/EG?”. Gezien de handelswijze van de machinebouwer Bedrijf Y heef de eindgebruiker Bedrijf X deze vraag schriftelijk gesteld aan het Ministerie van SZW. Antwoord nationale overheid op de praktijkcase Het schriftelijke antwoord van het ministerie van Sociale Zaken, directeur Veiligheid en Gezondheid op bovengenoemde praktijkcase is als volgt: “In uw brief vraagt u mij om een interpretatie van de definitie van “samenstellen van machines” in verband met de vernieuwing van een productielijn. Bij het ontwerp van de nieuwe produc-
Afbeelding 3. Overzicht nieuwe situatie uit 2010 (bron: Fusacon).
3
4
tielijn was het noodzakelijk om een risicoanalyse te maken. Omdat alle risico’s afgedekt moeten zijn, maakt het geen verschil of er nieuwe of reeds bestaande machines of niet-voltooide machines worden gebruikt om de nieuwe productielijn samen te stellen. Er van uitgaand dat de werking van de elektronische vuller-sluiter afhangt van de andere delen van de productielijn luidt het antwoord op de vraag: JA. In dat geval is er een gemeenschappelijk besturingssysteem of de werking van de elektronische vuller-sluiter wordt bestuurd door de werking van het andere deel van de productielijn. Het maakt voor het certificatieproces geen verschil of de onderdelen waaruit de productielijn wordt opgebouwd, nieuwe machines, niet-voltooide machines of oude machines zijn.” Uit bovenstaand antwoord van de Nederlandse overheid valt duidelijk te lezen dat de machinebouwer/integrator Bedrijf Y toch een overkoepelende CE-markering voor het vernieuwde deel van de productielijn moet afgeven. Een en ander op basis van de geldende Europese Richtlijnen, waaronder Machinerichtlijn 2006/42/EG. Hiermee geeft de wetgever duidelijk aan hoe ze over ingrijpende aanpassing met een mix van nieuwe machines en oude machines denkt. Inkoopfase cruciaal bij CEmarkering Heel veel inkopers denken met het aanschaffen van CE-gemarkeerde deelmachines goede zaken te doen en hebben als basisgedachte “CE+CE+CE=CE”. Het is echter onjuist om te denken dat de som van CE-gemarkeerde deelmachines inclusief gebruiksaanwijzing en EG Verklaring van overeenstemming voldoende is voor de CE-markering van het samenstel van machines.
Veiligheid is niet cumulatief. De integrator zal moeten anticiperen op het nieuwe samenstel van machines en een overkoepelend Technisch Dossier volgens Machinerichtlijn Bijlage VII op moeten stellen. Dit Technisch Dossier is niet de som van de documenten die door de verschillende leveranciers worden aangeleverd. De integrator zal daarnaast middels een overkoepelende risicobeoordeling moeten aantonen dat het samenstel van machines voldoet aan de eisen uit de geldende EG Richtlijnen. Het spreekt voor zich dat het belangrijk is om deze CE-markeringsactiviteiten goed te coördineren. Waarom een CEcoördinator aanstellen? In grote projecten ontstaat vaak onduidelijkheid over welke partij de overkoepelende CE-markering gaat aanbrengen. De projectleider is druk bezig met het in juiste banen leiden van zijn project en ziet de CE-markering van het samenstel van machines als een bijkomende papieren exercitie. Vaak wordt dit thema daarom veel te laat aangesproken met alle gevolgen van dien. Door vroegtijdig in het project een CE-coördinator aan te stellen kan een dergelijke CE-stoelendans worden voorkomen. Belangrijk is dat voorafgaand aan de koop van machines duidelijk wordt vastgelegd wie de overkoepelende CE-markering gaat aanbrengen op het vernieuwde deel van de productielijn. Daarnaast zal moeten worden vastgelegd aan welke Europese Richtlijnen (Lees: Nederlandse Wetten) en Europese EN-normen in ieder geval moet worden voldaan. Het komt in de praktijk regelmatig voor dat een eindgebruiker een ondertekende EG-verklaring van overeenstemming (IIA) krijgt met geen of slechts een deel van de voor de betreffende machine geldende
Taken van een CE-coördinator - Bepalen uit welke CE-segmenten de productie-unit zal gaan bestaan - Vastleggen welke EG-richtlijn(en) van toepassing zijn op elk CEsegment - Bepalen welke geharmoniseerde A- en B-normen aangemerkt kunnen worden als stand der techniek voor de machines/ installaties in het CE-segment - Bepalen welke specifieke geharmoniseerde C-normen voor de machines/installates in het CE-segment toepasbaar zijn - Bepalen welk van de partijen als integrator zou kunnen optreden voor elk CE-segment - Opstellen van een CE-inkoopspecificatie voor alle toeleveranciers van machines/installaties - Beoordeling van de offertes aangeleverd door toeleveranciers van machines/installaties op specifieke CE-eisen - Ondersteuning van de projectleider bij projectbesprekingen ten aanzien van CE-markering - Uitvoering van CE veiligheidsanalyse tijdens de Factory Acceptance Test (FAT) - Ondersteuning bij de Site Acceptance CE Test (SACET); waarbij de geleverde machines/installaties nauwkeurig worden onderzocht op CE-conformiteit.
geharmoniseerde EN-normen. Om te beoordelen welke EN-normen van toepassing zijn op een machine heeft het Nederlands normalisatie instituut (NEN) de gids ADV_9 gemaakt die kosteloos is te downloaden van www.nen.nl Taken van een CE-coördinator Heel veel inkopers en ook projectleiders voelen zich niet thuis in al de CE-markering activiteiten. Men kent de EG Richtlijnen vaak onvoldoende om een goede gesprekspartner van de verkopende partij te zijn. Een CE-coördinator dient naast de onderlinge samenhang ook de technische en documenteisen van de EG-richtlijnen goed te kennen. Alleen dan kun je ervoor zorgen dat je naast een functioneel goed werkende machine/installatie het ook een veiligheidstechnisch en CE-technisch in orde komt. In een groot project zou de CE-coördinator de in kader 2 opgesomde taken voor zijn rekening kunnen nemen.
Conclusie De Machinerichtlijn 2006/42/ EG is per 29 december 2009 van kracht geworden en stelt strengere eisen ten aanzien de veiligheid van gekoppelde machines. Uit de hierboven besproken praktijkcase blijkt dat het volgens de Nederlandse overheid voor het CE-certificatieproces geen verschil maakt of de onderdelen waaruit de productielijn wordt opgebouwd, nieuwe machines, niet-voltooide machines of oude machines zijn. De machinebouwer moet voor het vernieuwde deel van de productielijn bij bedrijf X toch een overkoepelende CE-markering afgeven. Door het vroegtijdig aanstellen van een CE-coördinator in het project kan een CE-stoelendans worden voorkomen. Ing. Nick de With, Senior Consultant Fusacon, Hagestein
When it really counts. Wind force: 11-12 Wave height: 14 m rising Humidity: 97% Controller: >99,96% availability
Safety basics: Safe design & CE-marking Waarom veilig ontwerpen? Wanneer veilig ontwerpen CE-markering Hoe kunt u dit combineren in uw ontwerpproces? Pilz Safety Doctor Martijn Drost Bachmann electronic Nederland Vendelier 65 3905 PD Veenendaal www.bachmann.info/nolimits T 085-2100550
be_coldclimate_wind-b90xh259_EN_NL-Adresse.indd 1
16.02.2011 15:41:02
Pilz Nederland - Vianen Tel. 0347 320477,
[email protected], www.ce-label.nl
Machinerichtlijn biedt mogelijkheden om te besparen op veiligheid “De nieuwe Europese machinerichtlijn biedt organisaties naast verplichtingen juist ook diverse mogelijkheden om te besparen op de veiligheid. Dit is een belangrijk voordeel, dat momenteel nog vaak ondergesneeuwd wordt door de vernieuwingen. Veel organisaties zien de nieuwe machinerichtlijn en de bijbehorende nieuwe normen als regels waarin zij zich moeten verdiepen, dus extra werk en kosten. Toch bieden de nieuwe normen vooral voordelen en wanneer er op de juiste manier mee omgegaan wordt kunnen organisaties daardoor juist flink op kosten besparen”, aldus Pouw Jongbloed, auteur, docent en consultant bij ROVC en tevens betrokken bij normalisatie in relatie tot wet- en regelgeving, onder andere als voorzitter van NEC 44 (elektrische en besturingtechnische normen onder de machinerichtlijn).
6
Normen zijn niet altijd verplicht, maar een werkgever heeft wel de zorgplicht voor zijn personeel en moet veiligheid op de werkvloer garanderen. Organisaties doen er dus goed aan om zich in de nieuwe mogelijkheden te verdiepen en te zorgen voor een optimaal veiligheidsbeleid. Waar ligt nu de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de machine? Jongbloed: “In eerste instantie is de machinebouwer verantwoordelijk voor het creëren van een veilige machine. Met de machinerichtlijn is op dit gebied ook de grootste besparing te maken. Door veiligheid al direct te integreren in het concept, zijn er achteraf geen aanvullende dure veiligheidscomponenten nodig om de machine veilig te maken. Levert een productiemachine bijvoorbeeld klemgevaar op dan kan achteraf worden opgelost met een lichtscherm. Slimmer is het de openingen die zich in de buurt van het klemgevaar voordoen zo klein te maken dat ze onbereikbaar zijn geworden voor bijvoorbeeld vingers, het geheel af te schermen of door voldoende afstand tot de gevarenzone in het ontwerp in te bouwen. Hierbij geldt ook dat iets wat er niet is ook niet stuk kan. Met andere woorden: houd
het ontwerp simpel en verhoog daarmee de beschikbaarheid zonder dat dit ten koste gaat van de veiligheid.” Een machineontwerp achteraf beveiligen is in de praktijk altijd duurder en leidt veelal tot een lagere inzetbaarheid. Het vergt echter wel een iets andere manier van denken. Naast de verantwoordelijkheid van de machinebouwer voor het ontwerp ligt er ook een taak voor de werkgever aan de gebruikerskant. Jongbloed: “Je kan als werkgever je handen branden wanneer je gebruik
maakt van onveilige machines. Dat kan ook geleidelijk gaan doordat je als werkgever toelaat dat machines onveilig worden gemaakt. Bijvoorbeeld doordat personeel veiligheidsvoorzieningen verwijdert of een andere wijze overbrugt, geen onderhoud uitvoert etc. Hierbij speelt toezicht een belangrijke rol. Het kan erg onverstandig zijn alleen op prijs een machine in te kopen. Vooral als je daarbij als werkgever constateert of laat constateren dat die machine niet veilig kan zijn. De machine mag
dan wel voorzien zijn van CE, bij een ongeluk kijkt de Arbeidsinspectie eerst naar de werkgever. Met name de zorgplicht is hierbij belangrijk. U had toch gezien dat de machine niet veilig was, maar u liet de mensen er wel mee werken. Om dergelijke situaties te voorkomen is het belangrijk om de leverancier zorgvuldig te selecteren en goede afspraken te maken over de veiligheid. Bedenk daarbij ook wie er met de machine moet werken. Mensen uit een sociale werkplaats bijvoorbeeld, ongetrainde vakantiekrachten of opgeleide krachten.” Kwalitatieve veiligheid Met de invoering van de nieuwe machinerichtlijn en nieuwe besturingsnormen heerste de mening dat alleen door redundantie (dubbeluitvoeren) van veiligheidscomponenten hoge risico’s waren af te dekken. Het gebruik van enkelvoudige afschakeling was hiervoor uitgesloten, zoals beschreven in de norm NEN-EN 954-1 gebaseerd op veiligheidscategorieën. Het nadeel van deze norm is dat men ervan uitgaat dat men kwaliteitscomponenten toepast. “Wat er gebeurde was dat er inderdaad twee veiligheidscomponenten werden gebruikt, maar
dat deze allebei van erg lage kwaliteit waren, waardoor er alsnog geen veiligheid werd gecreëerd. Al leek het in dit geval wel veilig doordat het circuit redundant opgebouwd was, dit was puur een schijnveiligheid door de slechte kwaliteit van de componenten”, schetst Jongbloed. Ook machines van Chinese komaf vertonen meer dan regelmatig dit beeld. In de nieuwe normen onder de machinerichtlijn staat kwalitatieve, en geen kwantitatieve, veiligheid voorop. Wanneer de kwaliteit van de componenten bijzonder goed is, is het juist mogelijk om een veilig, enkelvoudig circuit op te stellen en daarmee de betrouwbaarheid van een redundant circuit te evenaren. Besparen door rekenmodellen Door de focus op kwalitatieve veiligheid is er meer mogelijk op het gebied van beveiligen en ook op gebied van besparingen. Dit gaat hand in hand met het toepassen van de berekeningssystemen Performance Level en Safety Integrity Level (PL en SIL). De normen bieden nu verschillende mogelijkheden om een goed veiligheidscircuit op te bouwen. Organisaties kunnen besparen op de componenten, aangezien er minder of minder kostbare componenten nodig zijn. Hier geldt: het product van
mogelijkheid om in kaart te brengen welke factoren nu de totale veiligheid bepalen. “De totale veiligheid wordt bepaald door het product van de kwaliteit en de opbouw, enkel- of meervoudig, van veiligheidscomponenten aan machines”, bevestigt Jongbloed. “Echter is er een derde aspect van invloed. Ook de controle van de onderdelen speelt mee in de veiligheid. Als er veranderingen gesignaleerd worden aan de machine kan het zijn dat een onderdeel minder of helemaal niet meer functioneert. Door dit met controle vroegtijdig te ontdekken, dus voordat de veiligheidsfunctie wordt aangesproken, verbeter je de veiligheid van de machine.” “Doordat er ‘gespeeld’ kan worden met deze drie componenten,” vervolgt Jongbloed, “zijn er voor organisaties verschillende mogelijkheden om machines te beveiligen. Er hoeft geen schijnveiligheid meer gecreëerd worden, maar er kan wel een afweging worden gemaakt in aantal en kwaliteit van de componenten. Dit biedt organisaties veel mogelijkheden tot besparen.” Vroeger werd aangenomen dat door zoveel mogelijk veiligheidscomponenten in te bouwen of door voor de duurste te kiezen de veiligheid automatisch werd verbeterd. Dankzij de nieuwe normen onder de machinerichtlijn kan er
Ook de controle van de onderdelen speelt mee in de veiligheid. de hoeveelheid en de kwaliteitswaarde van de componenten is bepalend. Op deze manier kun je niet meer weg komen met twee componenten die bijvoorbeeld een brug beveiligen, maar die allebei van erg slechte kwaliteit zijn. Wel is het nu een mogelijkheid om één component hiervoor in te bouwen die kwalitatief goed is. SIL en PL bieden de machinebouwers de
berekend worden wat de risico’s zijn en op deze manier gekozen worden voor minder (dure) componenten. Een voorbeeld hiervan is de hydrauliek, die zich kenmerkt door kwalitatief hoogwaardige ventielen. In het verleden moesten deze dubbel uitgevoerd worden, aangezien een enkelvoudige oplossing niet toegestaan was. Nu is de uitkomst van het product van
Definitie machine Wanneer hebben we het nu eigenlijk over de machinerichtlijn? Wat is de definitie van een machine in het kader van deze wetgeving? Een machine voldoet aan de machineveiligheidsnorm als er minimaal aan drie criteria wordt voldaan: 1) Een machine bestaat uit een samenstelling van onderdelen waarvan er minimaal één kan bewegen. 2) De machine moet van zichzelf een functie hebben. Dus een motor is geen machine (heeft op zich geen functie) maar als je aan de motor een pomp of ventilator aankoppelt wel. 3) De machine moet aangedreven worden door iets wat van nietmenselijke aard is. Hiervoor bestaan twee grondgedachten. Enerzijds kun je zelf altijd stoppen met de beweging zonder ingrijpen van buiten af en anderzijds kun je bepaalde krachten tegenhouden. Zo is een handmatige betonschaar geen machine, maar een hydraulisch aangedreven variant wel. Toch bestaan er ook uitzonderingen op de regel. Zo zijn er bijvoorbeeld machines waarbij het mechanische veiligheidsrisico bijzonder gering is, waardoor zij niet aan de machinerichtlijn hoeven te voldoen. Ook zijn er andere machines in de machinerichtlijn gedefinieerd. Denk aan onvolledige machines of samengestelde machines zoals bij productielijnen.
een enkelvoudige oplossing en hoogwaardige kwaliteit van de ventielen volgens de norm volledig veilig. Hierdoor ontstaat een flinke besparing op ventielen en de veiligheid blijft gewaarborgd. Verschil SIL en PL Besparen met SIL of PL werkt eigenlijk hetzelfde, aangezien er ‘wiskundig’ geen verschil tussen beide systemen is. Het resultaat in getalvorm kan onderling gewoon met elkaar vergeleken worden. De twee normen komen voort uit de IEC en de ISO partijen. Performance Level is ontwikkeld vanuit de ISO, die zich wereldwijd bezighoudt met normalisatie op allerlei gebied en voort komt uit de oude norm NEN-EN 954 (veiligheidscategorieën). SIL daarentegen komt vanuit de IEC-hoek, de wereldwijde club voor elektrotechniek. Het verschil tussen beide bestaat uit het feit dat bij SIL de architectuur niet vast ligt, waardoor er voor de hoogste veiligheid toch enkelvoudige componenten gebruikt kunnen worden als ze maar aantoonbaar zeer goed zijn. Bij PL wordt dit ‘risico’ niet genomen. Bij zeer
kritische risico’s moet, hoe hoog de kwaliteit van de componenten ook is, altijd de redundante oplossing worden gekozen. Om deze reden kunnen machinebouwers die ontwerpen met PL deze ook verkopen als SIL. Andersom: ontwerpen met SIL zijn door de vrijheid van architectuur niet zonder meer om te zetten in PL. Organisaties kunnen dus zeker besparen/verdienen door de nieuwe richtlijn juist toe te passen. Er is nu juist te ruimte om te ‘spelen’ met de veiligheidscircuits, maar op een modernere, veilige manier. Kleine organisaties in de machinebouw zullen het hierin moeilijker hebben dan grote bedrijven. Bij grote organisaties zijn er meestal voldoende deskundigen aanwezig die de tijd en vaardigheden hebben om zich goed te verdiepen in de mogelijkheden. Kleinere organisaties kunnen niet altijd iemand hiervoor vrijmaken en zij moeten vaak kennis en tijd van buitenaf inhuren. Toch verdient deze tijd en moeite zich, bij het juist toepassen van de richtlijn, zeker terug in veiligheid en kostenbesparing.
7
Beschermengel Met enige trots, hetgeen niet onze aard is om dit te tonen, geven we toe dat bij machineveiligheidsvraagstukken we meer doen dan alleen ons werk. Met volle overtuiging en motivatie nemen we uw vraagstuk op met het doel een veiligere en werkbare situatie te creëren. Welkom bij de specialisten voor machineveiligheid – Welkom bij „the sensor people“ Meerstraals-veiligheidsfotocellen, inloopbeveilingen, in 2 uitvoeringen: MLD 500 (categorie 4, PLe) en MLD 300 (categorie 2, PLd) met geïntegreerde muting en als noviteit: 3-straals uitvoering met spiegelunit !
Leuze electronic BV – Ringweistraat 6 – 4181 CM Waardenburg Telefoon 0418 653544 – www.leuze.nl
FUSACON
VR
VR
Uw KennisPartner! G AA
1
G AA
2
Welke richtlijnen en normen zijn van toepassing op uw machine en/of productielijn?
FUSACON kan u hierbij helpen! Functional Safety Consultants Nederland is een in Nederland gevestigde internationaal opererende onderneming. Zij levert ondersteuning aan producerende bedrijven, machinebouwers, contractors en overheden op
Heeft u ook moeite met de implementatie van alle wettelijke eisen?
het gebied van functionele veiligheid (PL/SIL) en machineveiligheid (CE). Steeds meer organisaties gebruiken onze expertise, vanwege de praktijk-
VR
gerichte aanpak en onze jarenlange ervaring. Een aantal van onze adviseurs
G AA
3
zijn door TÜV gecertificeerd als Functional Safety Engineer. Denkt men binnen uw bedrijf ook verschillend over machineveiligheid?
Voor meer informatie: www.fusacon.nl
Faalfrequenties, rekenmodellen, verificaties…
Krijgt u hier kopzorgen van? D&F begeleidt u bij uw overstap naar de EN ISO 13849-1 (PL) of EN IEC 62061 (SIL) met training, coaching of advies. D&F Consulting B.V. Bredaseweg 69-71 4872 LA Etten-Leur Tel.: 076-5040340
[email protected] Gratis SIL en PL drieluikjes verkrijgbaar via:
www.denf.nl
MS6-SV Slowstart- en ontluchtingsventiel: Maximale veiligheid voor mens en machine
Het MS6-SV slowstart - en ontluchtingsventiel helpt u mee in de veilligheid te garanderen voor mens en machine Enerzijds door een snelle en betrouwbare ontwikkeling van uw systeem, anderzijds kunt u de machines bij opstart gecontroleerd en dus veilig op druk brengen. De veiligheidsfunctie is technisch gerealiseerd door een tweekanaalsventiel, standdetectie en zelfdiagnose conform de geldende normen. Optimale veiligheid van de mens is verkregen door de gecontroleerde afloop, eenvoudige bediening en inbedrijfstelling. De voordelen van de MS6-SV: • De nieuwe MS6-SV biedt de maximale veiligheid bij druk-opbouw en ontluchten • Integratie in het modulaire MS-systeem; een complete en veilige luchtverzorging • Maximale veiligheid volgens de normen ISO13849-1 Performance Level e/Categorie 4 en de IEC 61508 SIL 3 • De MS6-SV heeft een “plug and work”-principe en is inzetbaar zonder software of andere veiligheid PLC’s
MS6 SV_ADV_SAFETY WIJZER.indd 1
Festo BV Schieweg 62 2627 AN Delft Tel. +31(0) 15 251 88 07 Fax +31(0) 15 251 87 51 www.festo.nl
[email protected]
13-4-2011 14:53:41
MKB moet kunnen vertrouwen op een veilige robotinstallatie Een MKB-bedrijf zou bij investering in robotautomatisering wat betreft veiligheid van de installatie volledig moeten kunnen vertrouwen op zijn leverancier. Daarvoor bestaan immers Europese machinerichtlijnen (CE), al worden die uit prijstechnische overwegingen niet overal consequent nageleefd. Daarom heeft de Robotics Association Benelux (RAB) een onafhankelijke stichting in het leven geroepen die een veiligheidskeurmerk voor robotleveranciers heeft ontwikkeld: RAB Robotics Safety Mark. Robotleveranciers kunnen het veiligheidskeurmerk verkrijgen na een grondige toetsing door een onafhankelijke auditor. Zestien leveranciers werken inmiddels volgens dit unieke veiligheidskeurmerk. Waarom is het RAB Robotics Safety Mark opgesteld, hoe betrouwbaar is het veiligheidskeurmerk en hoe dit wordt bewaakt, vroegen we aan Erik ter Veer, voorzitter van de Stichting RAB Robotics Safety Mark.
10
In de praktijk blijkt dat bepaalde ondernemers robotinstallaties relatief goedkoop aanbieden en zo dus vermoedelijk besparen op fundamentele maatregelen ten aanzien van machineveiligheid. Dat is illegaal en kan leiden tot ernstige ongelukken. Al tijdens de oprichting van branchevereniging RAB medio 2007 waren de leden het er over eens dat de branche zich sterk zou moeten maken voor het veiligheidsaspect. De branchevereniging heeft daarom veel kennis en energie gestopt in het RAB Robotics Safety Mark. Veiligheidskeurmerk Voorzitter Ter Veer van de Stichting RAB Robotics Safety Mark is van huis uit jurist en als zodanig een man met meer
Erik ter Veer, voorzitter van de Stichting RAB Robotics Safety Mark.
bestuurlijke ervaringen dan robotkennis. Bovendien staat hij volkomen los van de branche en van de branchevereniging. Hij is in functie benoemd door de FME-CWM en is op geen enkele manier gelieerd aan het RAB. Wanneer de stemmen staken geeft zijn stem de doorslag. Daarmee is de onafhankelijkheid en neutraliteit afdoende gewaarborgd. Alle leveranciers van robots en robotsystemen kunnen het recht verkrijgen het RAB Robotics Safety Mark te mogen voeren, of ze nu wel of geen lid zijn van de RAB. Wel is het veiligheidskeurmerk een voorwaarde voor lidmaatschap van het RAB. In hoofdlijnen komt het veiligheidskeurmerk er op neer dat een leverancier die het RAB Robotics Safety Mark heeft verworven geen concessies kan doen aan het veiligheidsaspect om daardoor zijn producten tegen een lagere prijs aan te kunnen bieden. Het RAB Robotics Safety Mark omvat tenminste de Europese eisen waaraan de leverancier op het gebied van veiligheid moet voldoen. Daarom wordt het keurmerk ook slechts voor 2 jaar toegekend, waarna dit opnieuw
moet worden aangevraagd. Leveranciers onder de vlag van het keurmerk worden zo periodiek gecontroleerd of ze zich aan de wettelijke regels houden, iets wat bij de overheid niet altijd prioriteit heeft. Toetsing door onafhankelijke auditor De requirements waarop leveranciers worden getoetst zijn door een speciale keurmerk commissie in nauwe samenwerking met een onafhankelijk technisch adviesbureau opgesteld. Deze requirements toetsen in principe de handhaving van de laatste machinerichtlijnen en -normen (NEN-EN-ISO-CD/ TR-SIL-PL, etc.). Vanaf het begin is geïnvesteerd in een goed en deskundig auditbureau, dat de robotleveranciers iedere twee jaar toetst. De leveranciers worden op basis van gerealiseerde projecten van de afgelopen drie jaar beoordeeld. Bij een positief advies kan het keurmerk weer twee jaar gevoerd worden. Mocht een leverancier het veiligheidskeurmerk niet halen dan kan deze daartegen in beroep te gaan. Het ziet er naar uit dat Nederland en België de eerste landen zijn waar een dergelijk veilig-
heidskeurmerk wordt gehanteerd. Dat dit op Europees niveau opviel was ook een belangrijke reden voor de president van de International Federation of Robotics (IFR) om persoonlijk de eerste RAB Robotics Safety Marks op een feestelijke bijeenkomst vorig jaar oktober in Eindhoven te komen uitreiken. Het IFR onderhoudt nauwe contacten met de Europese commissie in Brussel op het gebied van machineveiligheid. Op basis van ervaring werkt Brussel voortdurend aan verdere aanscherping van de eisen. Het RAB Robotics Safety Mark vormt voor de robotleveranciers ook een belangrijk marketinginstrument. Een leverancier met dit veiligheidskeurmerk kan zich daarmee immers onderscheiden van een leverancier die zonder
Het RAB Robotics Safety Mark omvat tenminste de Europese eisen waaraan de leverancier op het gebied van veiligheid moet voldoen.
Veiligheids PLC’s regelen veiligheid per zone Robotintegrators die hun installaties leveren conform het RAB Robotics Safety Mark zijn zelf verantwoordelijk voor de veiligheid van de installatie. Dat vraagt in de meeste gevallen om extra besturingscomponenten, zoals veiligheidsrelais en PLC’s. PPC fabrikanten, waaronder Pilz en Siemens, spelen daar op in met componenten waarin robotintegrators zelf veiligheidsfuncties kunnen integreren. Dergelijke PLC’s maken het mogelijk bijvoorbeeld lichtschermbeveiliging in te schakelen wanneer een robot meerdere zones bedient. De positie van de robot die zich over een baan verplaatst om meerdere zones te kunnen bedienen, wordt met naderingsschakelaars geregistreerd. Die signalen worden in de tussenbesturing verwerkt door veiligheids PLC’s met drie processors die zichzelf controleren. De PLC’s zorgen ervoor dat de lichtschermbeveiliging alleen in die zone waar de robot actief is, wordt ingeschakeld. Zodra een medewerker die zone echter betreedt, schakelt de robot direct in stilstand. Dit
veiligheidskeurmerk werkt. Nu het veiligheidskeurmerk ook een voorwaarde is voor lidmaatschap van het RAB kunnen de leden op basis van gelijkwaardigheid ook kennis over de markt met elkaar delen. Leden hebben daarmee een voorsprong op gebied van marktkennis.
Vooroordelen In de praktijk blijkt dat er in de markt nog veel vooroordelen tegen robotisering bestaan. Zo associëren sommige bedrijven robotisering nog steeds met te hoge kosten, lange terugverdientijden, twijfels over veiligheid en wordt gedacht dat robots alleen
PLC’s zorgen ervoor dat de lichtschermbeveiliging wordt ingeschakeld wanneer een robot meerdere zones bedient. soort extra voorzieningen zijn bedoeld om te voorkomen dat een werknemer een zone betreedt waarin de robot actief is en mogelijk ongewenst ingeklemd of geraakt zou kunnen komen door de robot.
geschikt zijn voor grote series. De robotdichtheid ligt om die reden in Nederland dan ook onder het Europees gemiddelde. De Robotics Association Benelux ziet het dan ook als belangrijke taak die onwetendheid uit de markt weg te nemen door bijvoorbeeld voorlichting te
geven aan ondernemers en hun brancheorganisaties in relevante bedrijfstakken. Met het RAB Robotics Safety Mark en een aantal workshops gaat de RAB daar hard aan werken. www.robotics-benelux.info
11
Op afstand de veiligste Schmersal nederland B.v. is de officiële leverancier van Schmersal en elan componenten in nederland en voert ook een complete lijn encoders van Wachendorff en machine-afschermingen van Satech.
Breed en toonaangevend programma
Machineveiligheid • autoMatiseringstechniek • lifttechniek • elan produkten
TQ 900 Trekkoordschakelaar
lichTschermen & inloopbeveiliging
commondokasT
veiligheidsvergrendeling
programmeerbare veiligheids plc
incremenTele indusTriële encoders
impuls-echoTechniek
paneelschakelaars
magneeTveiligheidsschakelaars
[email protected] www.schmersal.nl
CE-aansprakelijkheid voor aanpassing bestaande machines en voor samengestelde machines Tijdens het Safety Event 2010 hield mr. Lindsay Hopmans, als hoofd juridische zaken werkzaam bij de Vereniging FME-CWM, een inleiding over enkele juridische vraagstukken bij de toepassing van de Machinerichtlijn (Richtlijn 2006/42/EG). Hij heeft daarbij vooral aandacht besteed aan de vraag of en in hoeverre de aanpassing van bestaande machines onder de Machinerichtlijn valt en welke partij aansprakelijk is voor een machine, die is opgebouwd uit onderdelen en modules van verschillende herkomst. Dit artikel is een samenvatting van deze lezing.
12
De Machinerichtlijn is in de eerste plaats bedoeld om te waarborgen dat uitsluitend veilige machines op de Europese markt worden gebracht. Daarbij gaat het om de eerste verhandeling binnen de Europese Economische Ruimte (EER, omvattende de 27 EU-landen en Noorwegen, IJsland en Liechtenstein). Zodra een machine eenmaal voor de eerste keer is verhandeld en in gebruik genomen is de Machinerichtlijn voor die specifieke machine “uitgewerkt”. Als de machine vervolgens opnieuw wordt verhandeld, dus als tweedehands machine, is de Machinerichtlijn niet meer van toepassing. Wat nu als een in gebruik zijnde CE-gemarkeerde machine wordt aangepast? Er kan daardoor sprake zijn van wijziging van de werking en/of uitbreiding van de functionaliteit van de machine. De veiligheid van de gebruiker kan daarbij in het geding zijn, zodat het wakend oog van de overheid mag worden verwacht. De Machinerichtlijn zelf zegt niets over deze situatie. In de “Guide to application of the Machinery Directive 2006/42/EC” van de Europese Commissie (2nd Edition – June 2010, zie de website van de Europese
Commissie) wordt in de eerste plaats verwezen naar de nationale autoriteiten. Desondanks kunnen aan deze Guide wel de nodige richtsnoeren worden ontleend. Indien slechts onderdelen worden vervangen door identieke onderdelen is de Machinerichtlijn niet van toepassing. Er is dan geen sprake van enige wijziging van risico’s. Als een machine wordt ontmanteld en opnieuw wordt opgebouwd volgens een nieuw ontwerp is de Machinerichtlijn wel van toepassing. Er is dan sprake van een machine met andere veiligheidsrisico’s dan de oude machine, dus een nieuwe risicobeoordeling, technisch dossier en gebruikershandleiding zijn alleszins gewenst. Tussen deze beide extremen zijn allerlei meer of minder vergaande aanpassingen van de machine denkbaar. Als vuistregel kan worden aangehouden dat de regels van de Machinerichtlijn moeten worden toegepast voor de nieuwe risico’s die door aanpassing van de bestaande machine ontstaan. Iedere partij die een machine aanpast dient rekening te houden met de mogelijkheid dat nationale autoriteiten (zoals de Arbeidsin-
spectie) van oordeel zullen zijn dat een bepaalde aanpassing onder de Machinerichtlijn valt en dat daarvoor de essentiële eisen van de Machinerichtlijn volgens de bij aanpassing geldende stand van de techniek hadden moeten worden toegepast, met gelijktijdige aanpassing/aanvulling van de gebruikershandleiding en het technisch dossier. Nieuwe machine De gedachte bij veiligheidswetgeving (zoals de Machinerichtlijn) is dat de veiligheid van de gebruiker moet worden gewaarborgd. Dit is vertaald in verplichtingen van machinefabrikanten om alle veiligheidsrisico’s zoveel mogelijk weg te nemen. Zodra deze risico’s na ingebruikneming van een machine worden gewijzigd of vergroot ligt het vanuit deze gedachte voor de hand dat opnieuw een risicobeoordeling plaatsvindt op basis van de eisen van de Machinerichtlijn. Er is immers sprake van een nieuwe machine, d.w.z. voor het aangepaste gedeelte. Door de aanpassing is een nieuwe machine ontstaan, hoe beperkt de aanpassing ook mag zijn. Als een fabrikant een bestaand type
van een machine op een enkel punt aanpast zal hij de aangepaste machine ook opnieuw op grond van de Machinerichtlijn moeten certificeren en daar een nieuwe EG-verklaring van overeenstemming voor moeten opstellen. Bij elke wijziging van risico’s ligt de toepassing van de Machinerichtlijn daarom voor de hand. Die toepassing kan dan echter beperkt blijven tot risicobeoordeling van de aanpassing volgens de geldende stand van de techniek, inclusief de interfaces met de overigens ongewijzigde machine. Productaansprakelijkheid Voor de aanpassing geldt dat ook productaansprakelijkheid kan optreden. Dit is de aansprakelijkheid van de producent van een product tegenover het slachtoffer, indien sprake is van veiligheidsgebreken in het product. Op grond van de wetgeving voor productaansprakelijkheid moet elk product de veiligheid bieden die redelijkerwijs mag worden verwacht. Ook dit geldt voor het moment van de eerste verhandeling, maar een rechter zou bij een claim van een slachtoffer kunnen oordelen dat het lichamelijk letsel is veroorzaakt door onvoldoende
veiligheid van een aanpassing aan een bestaand product. In de wetgeving voor productaansprakelijkheid is evenmin bepaald of de partij die een bestaand product aanpast als “producent” moet worden beschouwd. Een rechter zou daarom kunnen oordelen dat een aanpassing van een bestaand product een nieuw product oplevert, zeker als sprake is van nieuwe veiligheidsrisico’s die specifiek uit de aanpassing voortvloeien. Goed vakmanschap Een ander punt bij aanpassing is nog dat de opdrachtgever bij een contract over de aanpassing mag verwachten dat deze met goed vakmanschap en daarom volgens de huidige stand van de techniek wordt uitgevoerd, met inachtneming van de geldende veiligheidsregels. Bij ongelukken kan de partij die de aanpassing heeft uitgevoerd door haar opdrachtgever aansprakelijk worden gesteld. Denk aan een werkgever die door een werknemer aansprakelijk wordt gesteld voor lichamelijk letsel en die vervolgens verhaal zoekt op de partij die verantwoordelijk is voor de aanpassing, die oorzaak is van het lichamelijk letsel. En ten slotte geldt dat elke professionele partij, die zich op de markt presenteert als deskundig op het gebied van aanpassing van machines, bij die aanpassingen goed vakmanschap moet toepassen en (in juridische termen) de zorgvuldigheid in acht moet nemen die in het maatschappelijk verkeer betaamt. Een aanpassing aan een machine, die naar de actuele stand van de techniek onvoldoende veiligheid oplevert, kan bij schade van personen een zogenaamde onrechtmatige daad opleveren. Van de betrokken partij mocht worden verwacht dat de aanpassing vakmatig zou geschieden. Als dat niet het geval is, moet de aanpassende partij de schade vergoeden.
Advies: bij aanpassing aandacht voor machinerichtlijn Er zijn dus verschillende rechtsgronden denkbaar om een partij, die een aanpassing aan een bestaande machine uitvoert, aansprakelijk te stellen indien de aanpassing niet aan de geldende stand van de techniek en veiligheidsregels voldoet. Eén van die rechtsgronden is de Machinerichtlijn. Voor de andere rechtsgronden impliceert de Machinerichtlijn de vereiste stand van de techniek. Er bestaat daarom alle reden om bij aanpassing van een bestaande machine de nieuwe risico’s te toetsen aan de eisen van de Machinerichtlijn door toepassing van een risicobeoordeling, vastlegging daarvan in een (aanvullend) technisch dossier en aanpassing/aanvulling van de gebruikershandleiding. Door
een dergelijke zorgvuldige handelwijze worden risico’s zo veel mogelijk weggenomen en ongelukken en aansprakelijkheid voorkomen. Verantwoordelijkheden werkgever bij aanpassing De aanpassing van bestaande machines zal vaak in een productieomgeving door de gebruiker zelf worden uitgevoerd, dus door de werkgever van de personen die de machines bedienen. De werkgever kan dan al naar gelang de interpretatie van de nationale autoriteiten/ rechters als “fabrikant” in de zin van de Machinerichtlijn en als “producent” in de zin van de wetgeving voor productaansprakelijkheid worden aangemerkt. Daarnaast bestaan specifieke Europese eisen voor werkgevers bij de beschikbaarstelling van arbeidsmiddelen aan de eigen
Lindsay Hopmans: “Als een machine wordt ontmanteld en opnieuw wordt opgebouwd volgens een nieuw ontwerp is de Machinerichtlijn van toepassing.”
werknemers (Richtlijn 2009/104/EG). Een werkgever moet bij beschikbaarstelling van arbeidsmiddelen aan zijn werknemers toetsen of deze voldoen aan de daarvoor geldende eisen. Zo moet de werkgever voor nieuwe machines controleren of de machine is voorzien van CE-markering en of daar een EG-verklaring van overeenstemming en een gebruikershandleiding in de eigen taal is bijgevoegd. Voor tweedehands machines moet de werkgever controleren of de machine nog steeds voldoet aan de eisen, die golden bij eerste verhandeling en ingebruikneming door de eerste gebruiker, dus de essentiële eisen van de Machinerichtlijn volgens de stand van de techniek bij die eerste verhandeling/ingebruikneming. In dat verband lijkt een beperkte controle op veiligheid voldoende, mits de verkoper van de tweedehands machine aan de werkgever garandeert dat aan die eisen is voldaan. Indien een machine al vóór 1 januari 1993 in gebruik was genomen hoeft de machine uitsluitend aan de minimumeisen van Bijlage I van Richtlijn 2009/104/EG te voldoen. Voor de werkgever bestaat na ingebruikneming van een machine de verplichting om deze door adequaat onderhoud ten minste op het veiligheidsniveau te houden dat voor de machine gold op het moment van eerste verhandeling/ ingebruikneming (d.w.z. inclusief de ingebruikneming door eventuele vorige gebruikers). Bij aanpassing moet in ieder geval aan de bedoelde oude eisen worden voldaan. Voor de nieuwe risico’s moet de actuele stand van de techniek worden toegepast. Samenbouw machines tot “samenstel” In de praktijk worden machines en halffabricaten vaak samengebouwd tot complexe installatie
13
14
of tot productielijn, waarbij de verschillende schakels met elkaar verbonden zijn en elkaar qua veiligheid kunnen beïnvloeden. In de Machinerichtlijn is daarin voorzien in de definitie van “machine” in art. 2. Daaronder worden ook verstaan “samenstellen” van machines en/of niet voltooide machines, die teneinde tot hetzelfde resultaat te komen zodanig zijn opgesteld en bestuurd dat zij als één geheel functioneren. Elk van de voltooide machines, die onderdeel uitmaken van het samenstel, moet zelfstandig aan de Machinerichtlijn voldoen. Door de samenbouw van (al dan niet voltooide) machines ontstaan echter nieuwe risico’s, die nog niet in ogenschouw zijn genomen door de fabrikanten van de zelfstandige machines, die in het samenstel worden opgenomen. Met het oog op de veiligheid van de gebruikers en andere blootgestelde personen heeft de Europese wetgever voorzien in toepasselijkheid van de Machinerichtlijn op deze samengestelde installaties. Maar wie is dan de verantwoordelijke partij? Volgens de Machinerichtlijn is dat altijd “de fabrikant”. Deze is in art. 2 van de Machinerichtlijn gedefinieerd als degene die de machine ontwerpt en/of produceert. Bij samengestelde installaties is er echter niet één partij die als zodanig kan worden aangewezen. De onderdelen zijn vaak van verschillende herkomst, dus door verschillende (rechts) personen ontworpen en geproduceerd. Dit biedt dus geen houvast. Ontwerpfase bepalend voor veiligheid In de genoemde “Guide to application of the Machinery Directive 2006/42/EC” van de Europese Commissie wordt enig houvast gegeven voor de invulling van verantwoordelijkheden. Het ligt voor de hand
dat de partij die verantwoordelijk is voor het ontwerp van het samenstel ook de verantwoordelijkheid neemt voor overeenstemming van het samenstel van machines met de Machinerichtlijn. Bij het ontwerp van het samenstel worden immers de keuzes gemaakt, die de veiligheid van de combinatie van verschillende machines bepalen. Bij het ontwerp kunnen de veiligheidsrisico’s worden weggenomen/beperkt, zodat de ontwerper van de installatie de meest gerede partij is om de beoordeling van de door samenbouw van machines ontstane risico’s te verzorgen, een technisch dossier aan te leggen en een adequate gebruikershandleiding op te stellen, door bundeling van de gebruikershandleidingen van de individuele machines en aanvulling daarvan voor de door combinatie ontstane risico’s. Hoewel het dus voor de hand ligt dat de ontwerper van het samenstel van machines de hoedanigheid van “fabrikant” voor dat samenstel aanneemt door de EG-verklaring van overeenstemming in die hoedanigheid te ondertekenen, wijst de Machinerichtlijn deze partij echter niet als “fabrikant” aan. Fabrikant is degene die de machine ontwerpt en/of produceert. De ontwerper van het samenstel van machines hoeft niet degene te zijn die het samenstel tot stand brengt door samenbouw. Dat kan één van de fabrikanten van de verschillende machines zijn, die onderdeel vormen van het samenstel, of een derde partij die opdracht krijgt tot samenbouw. Ook de uiteindelijke gebruiker van het samenstel zou de samenbouw voor zijn rekening kunnen nemen. Kortom, er kan niet één partij worden aangewezen die er als “fabrikant” van het samenstel duidelijk uitspringt.
EG-verklaring van overeenstemming doorslaggevend Voor de Machinerichtlijn is doorslaggevend wie de EG-verklaring van overeenstemming ondertekent. Dat is dus een zuiver formeel criterium. Door ondertekening van deze verklaring trekt de ondertekenaar alle verantwoordelijkheden als fabrikant van het samenstel naar zich toe. De ondertekenaar zal zich er daarom van moeten vergewissen dat voor het samenstel een zorgvuldige risicobeoordeling heeft plaatsgevonden, dat die is vastgelegd in een technisch constructiedossier, dat desgewenst steeds voor elk onderdeel van het samenstel inzage mogelijk is in dat dossier en dat er een gebruikershandleiding is voor het totale samenstel, inclusief instructies in verband met de risico’s die juist uit de combinatie van machines voortvloeien. Afspraken tussen betrokken partijen gewenst Voor elk samenstel van machines moet een EG-verklaring van overeenstemming worden afgegeven. De betrokken partijen kunnen met elkaar overleggen wie die verantwoordelijkheid op zich neemt. Als een partij dat doet hoeft dat niet te betekenen dat deze partij ook alle risico’s op zich neemt voor de overeenstemming met de eisen van de Machinerichtlijn. Naar de toezichthoudende autoriteiten en de afnemer toe bestaat verantwoordelijkheid voor alle risico’s, maar bij niet-overeenstemming met de eisen zou de “fabrikant” van het samenstel, d.w.z. de ondertekenaar van de EG-verklaring van overeenstemming voor dat samenstel, eventuele boetes en schadeclaims kunnen verhalen op de partij die verantwoordelijk is voor de specifieke
tekortkoming in het samenstel. Veelal zal één van de betrokken partijen als feitelijk verantwoordelijke voor die tekortkoming kunnen worden aangewezen. Positie werkgever bij samenbouw Indien geen afspraken worden gemaakt door de betrokken partijen over de ondertekening van de EG-verklaring van overeenstemming of indien niemand daaraan denkt, zal de gebruiker van het samenstel van machines door de toezichthoudende autoriteiten kunnen worden afgerekend op het ontbreken van de EG-verklaring van overeenstemming. Als werkgever was deze op grond van Richtlijn 2009/104/EG ervoor verantwoordelijk dat elk samenstel van machines dat aan de eigen werknemers ter beschikking wordt gesteld aan de eisen van de Machinerichtlijn voldoet. Bij gebreke van een EG-verklaring van overeenstemming heeft de werkgever dan kennelijk deze verantwoordelijkheid niet ingevuld en kan hij beboet worden. Bij ongevallen kan hij voor het lichamelijk letsel van de werknemer aansprakelijk worden gesteld. Een werkgever heeft er daarom alle belang bij dat voor het samenstel van machines een EG-verklaring van overeenstemming wordt afgegeven. Hij is daarom de meest gerede partij om bij de opdrachtverlening tot ontwerp en bouw van een samenstel van machines bij de betrokken partijen aan te dringen op afspraken over de risicobeoordeling en waarborging van de inachtneming van de Machinerichtlijn en over de aanwijzing van een fabrikant van het samenstel, die de EG-verklaring van overeenstemming zal ondertekenen.
Gebruik maken van de modernste technologie en tegelijk besparen? En óók nog aan het hoogste risiconiveau voldoen? Dat kan met deze slimme veiligheids-componenten. De besparing is het resultaat van het in serie verbinden van de OSSD-veiligheidskanalen. De gehele keten gebruikt uiteindelijk maar twee ingangen van het veiligheidscircuit. Transpondertechnologie biedt de mogelijkheid om de keten uit te rusten met unieke codes, waarmee manipulatie wordt teruggedrongen. Daarmee wordt voldaan aan de EN-ISO14119, de zogenaamde manipulatienorm.
Veiligheidslichtschermen: uniek en gepatenteerd
• Serieel aansluitbaar via OSSD-in/uit • PL e / SIL 3, individueel én serieel • Transpondertechnologie • Hoge vergrendelingskrachten • Voldoet aan EN-ISO14119 • Keten uitbreidbaar met ‘gewone’ schakelaars Nieuwsgierig? Check de nieuwspagina op de website!
Met de Safeeasy veiligheidslichtschermen bespaart u veel bedradingstijd en kosten! Eenvoudig bedraden; alle elektronica in één behuizing De schermen hebben een actieve en een passieve unit Inclusief handmatige of automatische reset, Muting en EDM functies en compleet geïntegreerde mutinglamp Dé nr. 2 producent van veiligheidslichtschermen ter wereld.
Beveiligen
Meten & Controleren
Detecteren
Identificeren
Personal Partners, Premium Products [ T ] 0346 59 45 55
[ W ] vierpool.nl
[ E ]
[email protected]
w w w.eu chner.nl
Keten zonder zwakste schakel
EUCHNER (Benelux) BV - Postbus 119 - NL-3350 AC Papendrecht - Tel +31 (0)78 615 47 66 - Fax +31 (0)78 615 43 11 -
[email protected] - www.euchner.nl
C E S + C E T+M G B
Q&A Vragen en de bijbehorende antwoorden over inhoud en interpretatie van de Europese richtlijnen, met name de nieuwe Machinerichtlijn 2006/42EG.
Q
In de machinesector werden veiligheidsfuncties tot nu toe uitgevoerd volgens de norm NEN-EN 954-1, die onderscheid maakt in vier veiligheidscategorieën. Op dit moment is er een nieuwe norm NEN-EN-IEC 62061:2005 die spreekt over Safety Integrity Level (SIL) en de norm NEN-EN-ISO 13849-1:2006, die spreekt van Performance Level (PL). 1. Wat is het verschil tussen SIL en PL? 2. Welke methode verdient wanneer de voorkeur?
16
A
1. Wat is het verschil tussen SIL en PL? Bij het ontwerp van deze besturingstechnische maatregelen wordt op dit moment gebruik gemaakt van de Europese norm EN 954-1, die de algemene ontwerpbeginselen en -eisen van onderdelen van een besturingssysteem (elektrisch, hydraulisch, pneumatisch of mechanisch) met een veiligheidsfunctie behandelt. Deze norm kent een kwalitatieve risicobeoordelingmethodiek, risicograaf genoemd, die het risico in vijf categorieën: B, 1, 2, 3 of 4 verdeelt. Iedere categorie stelt speciale technische eisen aan de opbouw en uitvoering van het totale veiligheidscircuit. Bijvoorbeeld: In categorie 3 mag een enkele fout niet tot verlies van de veiligheidsfunctie leiden en moet deze (indien praktisch mogelijk) worden gedetecteerd. Een opeenhoping van fouten kan wel tot verlies van de functie leiden. Deze norm werd
ook op internationaal niveau gewaardeerd en is al in 1999 ook op internationaal niveau (ISO) aangenomen onder de naam ISO 13849-1:1999. De huidige norm EN 954-1 [1] is slechts gericht op het ontwerp van onderdelen van het besturingssysteem dat een veiligheidsfunctie vervult. Omdat een besturingstechnische veiligheidsfunctie, zoals een hekbeveiligingscrcuit altijd wordt opgebouwd uit meerdere onderdelen ontstaan hierdoor in de praktijk problemen. Hoewel iedereen de kreet “de zwakste schakel bepaalt de sterkte van de gehele keten” wel kent, biedt de norm de elektrotechnische ontwerper geen houvast wanneer het gaat om het bepalen van de EN 954 categorie van de gehele keten. Om deze problemen het hoofd te kunnen bieden is deel 1 van de oude EN 954-1 in 2006 totaal vernieuwd. Deze nieuwe norm met de naam NEN-ENISO 13849-1:2006 voert - naast een systeemgedrag - ook een faalkansberekening in op basis van kwaliteit en zelfdiagnose. Zo is ook elektronica en software toe te passen in veiligheidsfuncties van machinebesturingen. Deze nieuwe ISO 13849-1 specificeert voor het gewenste veiligheidsniveau geen categorie meer maar een zogenaamd Performance Level (PLa, PLb, PLc, PLd of PLe). Een performance level is een discreet niveau waarmee de geschiktheid van een veiligheidsfunctie wordt gespecificeerd in een Probability of a dangerous failure per hour (PFH). Bijvoorbeeld een
veiligheidsfunctie met PLd is de kans op falen kleiner dan 1 keer per 10.000.000 uur. De nieuwe NEN-EN-ISO 13849-1 geeft eisen voor de integratie van veiligheidscomponenten in de machinebesturing. Ze beschrijft een black-box methodiek waar de engineer de architectuur van een veiligheidscircuit (systeemopbouw), de faalkans van de hardware en de diagnosemogelijkheden invoert. De uitkomst van de black-box is dan het maximale Performance level (PL) dat met de veiligheidsfunctie kan worden bereikt. Door de black-box methodiek is het aantal mogelijke systeemconfiguraties beperkt tot slechts 3 varianten. Voor de validatie van de totale veiligheidsfunctie kan de norm NEN-EN-ISO 13849-2:2003 worden toegepast. Helaas is deze norm echter op dit moment (voorjaar 2010) nog niet aangepast aan de nieuwe Performance Level methodiek. De nieuwe norm NEN-ENIEC 62061:2005 behandelt de functionele veiligheid van elektrische, elektronische en programmeerbaar elektronische veiligheidscircuits in de machinesector. Deze norm is per 31 december 2005 opgenomen in de lijst van geharmoniseerde normen onder de Machinerichtlijn 98/37/EG. Opvolging van deze norm door de machinebouwer/ systeem integrator/ eindgebruiker geeft al sinds die tijd het zogenaamde “vermoeden van overeenstemming” met de Machinerichtlijn. De benodigde prestaties van elke veiligheidsfunctie worden uitgedrukt in de vorm van een safety integrity level (SIL). Een SIL level geldt voor de complete keten van componenten (sensor-logica-actuator) waaruit de veiligheidsfunctie is opgebouwd. Dit in tegenstelling tot de eerder genoemde norm EN 954, die vooral naar veiligheidsgerelateerde componenten kijkt.
De norm IEC 62061 onderkent drie SIL-niveaus (SIL 1 t/m SIL 3). Voor iedere besturingstechnische veiligheidsfunctie op de machine moet middels een risicograaf een SIL-level worden bepaald. Elk SIL-niveau komt overeen met een bepaalde Probability of Failure per Hour (kans op falen per uur). Hoe hoger het SIL-niveau des te kleiner is de kans dat het systeem faalt. Voor een SIL 2 systeem geldt bijvoorbeeld dat de kans op falen per uur kleiner is dan 0,000001 dat wil zeggen kleiner dan 1 keer per miljoen uur . Het bijzondere aan de norm NEN-EN-IEC 62061 is dat, anders dan in de huidige norm NEN-EN 954-1 of zijn opvolger NEN-EN ISO 13849-1:2006, eisen en methodieken worden gespecificeerd voor alle fasen van de levenscyclus van een veiligheidscircuit. Niet alleen het ontwerp, maar ook de inbedrijfstelling, het gebruik, het onderhoud en de modificaties van een veiligheidscircuit moeten veilig kunnen gebeuren. In een besturingstechnisch circuit, dat een veiligheidsfunctie (bijv. lichtschermbeveiliging) uitvoert, kunnen de volgende drie typen fouten optreden: 1. random fouten 2. systematische fouten 3. common-cause fouten. De norm specificeert eisen ter voorkoming en beheersing van alle hier genoemde fouten. Op dit moment wordt SIL bij veel bedrijven in de machinesector alleen geassocieerd met de probabilistische betrouwbaarheidscalculatie (de SIL-berekening). Terwijl de norm IEC 62061 wel degelijk per SIL niveau kwalitatieve, kwantitatieve eisen, technische en niet-technische eisen definieert. De probabilistische berekening van de faalkans (random failure) is slechts een van de eisen waaraan de totale veiligheidsfunctie moet
Tel.: +31 (0)527 78 57 81 Fax: +31 (0)527 78 52 95 www.inrato.nl
Focus op veiligheid
Lichtschermenvoorvinger-enhandbeveiliging
Inloopbeveiligingenmetmutingprofielen
Veiligheidsmatten,bumpersendruklijsten
Visueleenakoestischealarmeringen
Veiligheidschakelaars
ModulairhekwerkinstaalenRVS
Risicoinventarisatieenadvies www.machineveiligheid.nl
Uw veiligheid, onze specialiteit U weet als geen ander dat veiligheid een direct effect heeft op uw bedrijf. Toch kan het u aan capaciteit, tijd of kennis ontbreken om veiligheid binnen uw organisatie goed vorm te geven. Kom in beweging met de veiligheidsspecialisten van TCPM • Arbeidsveiligheid (o.a. Arbo-expertise) • Productveiligheid (o.a. CE-markering) • Safety Management (o.a. Risicomanagement)
Kijk op www.tcpm.nl/veiligheid voor meer informatie. TCPM is een uniek ingenieurs & adviseursbureau, werkzaam in de sectoren Oil & Gas, Energy, Food & Pharma en Capital Goods. Vanuit onze vijf vestigingen bieden wij industriële bedrijven in heel Nederland de beste veiligheidsoplossingen.
Apeldoorn - Hengelo - Boxmeer - Utrecht - Groningen
Q&A voldoen. Neem functionele veiligheid dan ook serieus en betrek ook de andere aspecten van de norm, zoals functional safety management, verificatie, validatie etc. in de complete life cycle van het veiligheidssysteem.
A
18
2. Welke methode verdient wanneer de voorkeur? In de praktijk zal het altijd zo zijn dat de klant bepaald welke methodiek zal worden gevolgd. Een klant die al bekend is met SIL vanwege de chemische procesachtergrond doet er verstandig aan de SIL methodiek te omarmen. Ook bedrijven die grote complexe systemen bouwen zoals waterzuiveringen, havenkranen, geautomatiseerde productiesystemen kunnen vanwege de life-cycle gedachte beter met de IEC 62061 uit de voeten. Daarnaast zou de ISO 13849 goede diensten kunnen bewijzen bij de kleinere niet-complexe installaties, alhoewel dit zeker ook met SIL kan worden gerealiseerd. Systeemintegratoren en elektrische ingenieurs doen er verstandig aan zich beide technieken eigen te maken. Het Nederlands Normalisatie Instituut (www.nen.nl) heeft een voor beide normen een tweedaagse cursus ontwikkeld.
Q
Is het toegestaan om een veiligheidsfunctie (VHF), die nu voorzien is van een sleutelschakelaar, te vervangen door een schakelaar met een pincode? Het gaat erom om toegang te krijgen tot een gebied met draaiende machines, waarbij er een kans is op verklemming en snijwonden (verlies van vingers, ledematen). Met de VHF wordt toegang gegeven tot een gebied met draaiende machines, normaliter is er alleen
toegang tot deze machines bij stilstand. Nu stopt de lijn als de toegangspoort wordt geopend. Na het sluiten van de poort, kan een derde persoon de machines weer opstarten. Nabij de modulen zijn ook noodstoptrekkoorden aanwezig. Door gebruik te maken van de sleutelschakelaar (met pincode) kan men het gevaarlijke gebied betreden, zonder dat de machines uitvallen of dat een derde persoon hierbij aanwezig is. Er dan is ook geen sprake van een veilige hold-to-run. In feite overbrugt men met deze sleutelschakelaar een noodstopfunctie.
A
Deze handelswijze moet ik u sterk. De nieuwe Machinerichtlijn (2006/42/EG) geeft in Bijlage I paragraaf 1.6.1 de volgende voorwaarden voor onderhoud: 1. De afstel- en onderhoudspunten moeten zich buiten de gevarenzones bevinden. 2. A fstelling, onderhoud, reparatie en reiniging moeten kunnen plaatsvinden als de machine tot stilstand is gekomen. Indien aan één of meer van bovenstaande voorwaarden om technische redenen niet kan worden voldaan, moeten maatregelen worden genomen om te waarborgen dat deze verrichtingen veilig kunnen worden uitgevoerd (zie punt 1.2.5). In punt 1.2.5. worden de voorwaarden gesteld voor het verrichten van genoemde handelingen bij verwijderde hekken en/of overbrugde beveiligingen. Als de machine voor bepaalde handelingen moet kunnen functioneren met een verplaatste of verwijderde afscherming en/of een uitgeschakelde beveiligingsinrichting, moet de functiekeuzeschakelaar voor de bediening- of
bedrijfsmodus tegelijkertijd: 1. a lle andere bediening- of bedrijfsmodi uitschakelen; 2. d e werking van gevaarlijke functies uitsluitend mogelijk maken door middel van bedieningsorganen die onafgebroken moeten worden bediend; 3. d e werking van gevaarlijke functies alleen mogelijk maken in omstandigheden met een verminderd risico en daarbij elk gevaar ingevolge aan elkaar geschakelde regelingen voorkomen; 4. d e werking van gevaarlijke functies door gewilde of ongewilde invloed op de sensoren van de machine, onmogelijk maken. Indien aan deze vier voorwaarden niet gelijktijdig kan worden voldaan, moet de functiekeuzeschakelaar andere beschermingsvoorzieningen in werking stellen, die zijn ontworpen en gebouwd om een veilige werkruimte te garanderen. Verder moet de bediener vanaf de bedieningspost het functioneren van de onderdelen waarop hij invloed uitoefent, kunnen beheersen. Conclusie: De Machinerichtlijn stelt op het punt van afstelwerkzaamheden met een draaiende machine in paragraaf 1.2.5 duidelijke eisen. Kort gezegd komt het hierop neer: 1) De machine wordt met een vergrendelbare keuzeschakelaar in afstelmodus gezet. 2) Op dat moment is automatische besturing uitgesloten. De operator neemt een Hold-to-run schakelaar (bij voorkeur 3-standen) en drukt deze in. 3) De machine kan alleen met een veilige snelheid of stap voor stap draaien door een speciale veiligheidsvoorziening. 4) Als interne sensoren worden geactiveerd ontstaat er geen gevaarlijke werking van de machine. De machinefabrikant kan het beste een machine
ontwerpen waar de afstelpunten buiten de gevaarlijke zone zitten. Als er toch werkzaamheden worden uitgevoerd met een draaiende machine in de gevaarlijke zone moet hij hiervoor de genoemde voorzieningen treffen ongeacht het feit dat de afsteller goed is opgeleid. Ook een goed opgeleide afsteller met alle diploma’s loopt een zeer groot risico om door een draaiende machine te worden verwond. De oude en nieuwe machinerichtlijn kunt u downloaden op: www.newapproach.org
Q
Als constructiebedrijf willen wij de gebruikershandleidingen van door ons geleverde sorteermachines in digitale vorm gaan verstrekken. Omdat men de schriftelijke versie van de gebruikershandleiding niet altijd volledig leest en het vinden van specifieke onderwerpen nogal wat tijd kost, denken wij dat een gebruikershandleiding in een digitale vorm met een zoekfunctie intensiever gebruikt wordt. Door het bewuster hanteren van de gebruikershandleiding zal met name het veiligheidsniveau van het werken met onze sorteermachine verhoogd worden. Kunt u ons laten weten, of wij zonder enig probleem een digitale vorm voor onze gebruikershandleiding kunnen toepassen? A. In de Machinerichtlijn 98/37/EG staat in bijlage onder 1 punt 1.7.4 vermeld dat een machine geleverd moet worden met een gebruikershandleiding waar minimaal de gegevens in staan voor een goed, veilig en langdurig gebruik. Dit betekent dat de gebruikershandleiding makkelijk toegankelijk moet zijn. Het probleem is dat een digitale versie niet aan het laatste vereiste voldoet, omdat er bepaalde handelingen moeten
Q&A worden verricht om tot de informatie te komen (de gebruiker moet in het bezit zijn van een computer met de juiste software), terwijl een schriftelijke versie altijd klaar is voor naslag. Echter indien een industriële computer deel uitmaakt van een besturing van een machine, is het mogelijk om het operatordeel van de gebruikershandleiding digitaal in te voeren. Dus de gebruiker van een machine kan tijdens de bediening op het scherm van de industriële computer altijd op de juiste manier voor aanvang van een handeling correct geïnformeerd worden. Op dit moment biedt de wetgever geen mogelijkheid tot het alleen beschikbaar stellen van digitale gebruikersinformatie, daarom moet er altijd een schriftelijke gebruikershandleiding met een machine meegeleverd worden.
Q
Wij krijgen bij elektronische componenten (bijv. een druktransmitter) die bestemd zijn voor gebruik in een industriële omgeving meestal geen Nederlandstalige handleiding meegeleverd. Dit is vaak het geval ondanks de aanwezigheid van een CE-markering op het product. Is het noodzakelijk dat een leverancier van elektronische componenten (bijv. een druktransmitter e.d.) een Nederlandse handleiding bij het product levert?
A
Het antwoord op bovengenoemde vraag is afhankelijk van de Europese productrichtlijn(en) die op het product van toepassing zijn. Een elektronische component kan tegelijkertijd onder een of meerdere productrichtlijnen vallen. Door het lezen van de EG-Verklaring van Overeenstemming die bij de component wordt geleverd kan de gebruiker
achterhalen met welke EGrichtlijnen de component volgens de fabrikant in overeenstemming is verklaard. Mogelijke richtlijnen die van toepassing zijn op elektronische componenten zijn: •R ichtlijn Elektromagnetische Compatibiliteit (2004/108/ EG) of EMC-richtlijn •R ichtlijn Laagspanning (2006/95/EG) •R ichtlijn Explosieveilig Materieel (94/9/EG), ook wel ATEX 95 genoemd •R ichtlijn Machines (2006/42/ EG), in het geval van veiligheidscomponenten. Nu is het helaas een feit dat de EU-richtlijnen niet allemaal dezelfde eisen stellen ten aanzien van de taal van de gebruiksaanwijzing. Een en ander zal aan de hand van twee voorbeelden worden besproken. Voorbeeld 1: Een 3-fasen elektromotor (360VAC) valt onder zowel de EMC- als ook de Laagspanningsrichtlijn. Beide Richtlijnen eisen de aanwezigheid van een gebruiksaanwijzing in een van de officiële EU-talen. Voorbeeld 2: Een veiligheidstransmitter voor drukmetingen valt vanwege het feit dat het gaat om een elektronische component gevoed met laagspanning (<50 V) alleen onder de EMC-richtlijn en niet onder de Laagspanningsrichtlijn. Daarboven valt de component vanwege het feit dat de fabrikant het als een veiligheidscomponent waarborgt ook onder de Machinerichtlijn. Omdat de Machinerichtlijn een vertaling eist in de taal van het land van ingebruikstelling, zal de fabrikant of importeur voor een Nederlandstalige gebruiksaanwijzing moeten zorgen. LET OP: Een buitenlandse fabrikant dient de gebruiksaanwijzing in zowel de eigen taal (oorspronkelijke gebruiksaanwijzing) als ook de Nederlandse taal (vertaling van oorspronke-
Even voorstellen: de eerste autonome biometrische schakelaar van 22 mm voor industriële omgevingen Het kan in enkele seconden geïnstalleerd worden en behoeft geen aparte programmering. g.
BACK
De innovatie die is ingebouwd in de HarmonyTM Biometric Switch biedt iedereen voordelen: een snellere, eenvoudigere installatie voor u en een betere beveiliging met vingerafdrukherkenningstechnologie voor uw klanten. Eenvoudiger te installeren, want het past in een standaardopening van 22 mm voor een drukknop met snelle verbindingen die gebruik maken van M12-connectoren. Er is geen speciaal gereedschap nodig, dat de tijd en kostprijs van een installatie vermindert. Uw klanten zullen blij zijn met de geavanceerde technologie van de Harmony Biometric Switch en de veilige toegang die wordt geboden tot gevoelige zones en machinefuncties — zonder sleutels, badges of toegangscodes die uitgeleend, vergeten of verloren kunnen worden. Het is ontworpen voor een industriële omgeving en biedt uitstekend weestand tegen mechanische schokken en trillingen. Het kan tot 200 vingerafdrukken opslaan en elke afdruk in minder dan een seconde herkennen. Bovendien is het met de ingebouwde software eenvoudig te configureren en te gebruiken. Gebruik de Harmony biometrische schakelaar en bouw tegelijkertijd aan uw concurrentievoordeel.
Harmony XALD/ XALK Kunststof drukknopkasten
Harmony 9001K Ø 30 mm drukknoppen en signaallampen
Harmony XB4/ XB5 Ø 22 mm drukknoppen en signaallampen
Harmony XB6 Ø 16 mm drukknoppen en signaallampen
Eenvoud door innovatie Kom meer te weten over de Harmony Biometric Switch! Bekijk de GRATIS klantenvideo en misschien wint u wel een Apple ® iPod touch® ter waarde van €219,-! Ga naar www.SEreply.com en vul de actiecode 88531t in.
©2011 Schneider Electric. Alle rechten voorbehouden. De merken Schneider Electric en Harmony zijn eigendom van Schneider Electric Industries SAS of de aan haar gelieerde ondernemingen. Alle andere handelsmerken zijn eigendom van hun respectievelijke eigenaars. 998-4231_NL
19
Q&A lijke gebruiksaanwijzing) te leveren. Dit is bedoeld om het mogelijk te maken vertaalfouten te controleren en de medewerkers van de fabrikant het mogelijk te maken de component veilig in bedrijf te stellen. Ook de Richtlijn Explosieveilig Materieel (ATEX 95) eist voor componenten dat de gebruiksaanwijzing in de oorspronkelijke taal en de Nederlandse taal (vertaling van oorspronkelijke gebruiksaanwijzing) wordt geleverd.
Q
Is een werkschakelaar in de motorleiding verplicht en op welke locatie moet die dan geplaatst worden? Regelmatig ontvang ik in ons bedrijf de vraag of het toepassen van een werkschakelaar bij bijvoorbeeld motoren verplicht is; dit in het kader van uitvoeren van werkzaamheden aan het aan te drijven werktuig. Nu hoor ik van collega’s dat de verplichting om een werkschakelaar toe te passen niet in de NEN1010 gezocht moet worden maar eerder in het verlengde van de Machinerichtlijn cq. de norm NENEN-IEC 60204-1 waarin zou staan dat de werkschakelaar in de nabijheid van het werktuig geplaatst moet zijn. Ik heb de norm er op na
20
Stop! Kijk niet verder dan EAO voor noodstopschakelaars EAO, de expert in Mens Machine Interfaces, biedt een zeer ruime keuze aan noodstopknoppen en stopknoppen. • Inbouwdiepte vanaf slechts 13,5 mm • Foolproof noodstop uitvoeringen, rood-geel, volgens NEN-EN-ISO 60947-5-1, NEN-EN-ISO 60947-5-5, DIN-EN-ISO 13850 en EN60204 • Sleutel- of draaiontgrendeling • Stopknop uitvoeringen met afwijkende kleur voor remote control • Duidelijk ontgrendelsymbool volgens EN 60204 • Verkrijgbaar met LED-verlichting Your expert partner in Human Machine Interfaces
www.eao.nl
10062_Dtp_90x123.indd 1
geslagen maar ik kan niet zeggen dat ik hierin nu onweerlegbaar de toepassing van een werkschakelaar terugvindt.
A
Zoals wellicht bekend houdt het werkgebied van de NEN1010 meestal op bij de voedingklemmen in de schakelkast. Alles daarna komt moet voldoen aan de norm NEN-EN-IEC 60204-1. De eisen met betrekking tot werkschakelaars staan in de NEN-EN-IEC 60204-1 hoofdstuk 5.3 en 5.4. De naam die in 5.3 wordt gebruikt voor werkschakelaar is “scheider” of in het Engels “Supply disconnecting (isolating) device”. In 5.4 wordt gesproken over “Schakelaars ter voorkoming van onverwacht inschakelen” of “Devices for switching off for prevention of unexpected start-up”. Een werkschakelaar van een standaard elektromotor verzorgt meestal beide functies. De kleur van deze werkschakelaar is zwart-grijs, omdat er vaak al een apart noodstopsysteem op de machine aanwezig is en er geen verwarring door een rood-gele werkschakelaar mag ontstaan. De locatie is weergegeven in paragraaf 5.4: Deze toestellen moeten geschikt zijn voor het beoogde doel, moeten overzichtelijk en toegankelijk zijn aangebracht en duidelijk herkenbaar zijn met het oog op hun functie en doel (bijvoorbeeld door een duurzame markering, in overeenstemming met 16.1, indien noodzakelijk). Ook kan een netscheider in de toevoerleiding van elke motor worden aangebracht. Het is een algemeen erkende regel dat de netscheider dan zo dicht bij de betreffende motor wordt geplaatst, dat geen misverstanden kunnen ontstaan dat die scheider bij de motor behoort. Een dergelijke opstelling moet
16-03-2010 11:00:46
ook zijn vermeld in de technische documentatie volgens hoofdstuk 17, waarbij tevens de specificaties van de netscheider moeten zijn aangegeven. (Bron: NEN-boekje Elektrische veiligheid van machines NEN-EN-IEC 60204-1 verklaard)
Q
Een laagspanningsmotor is een uitzondering in de Machinerichtlijn en valt onder de Laagspanningsrichtlijn (artikel 1.2.K). Valt een middenspanningsmotor wel onder de nieuwe Machinerichtlijn? (artikel 1.2.L)?
A
Inderdaad heeft de Machinerichtlijn art. 1 lid 2 punt k) een elektromotor uitgezonderd van de Machinerichtlijn en is hierop de Laagspanningsrichtlijn van kracht. Veel elektromotoren vallen binnen de spanningsgrenzen zoals in de Laagspanningsrichtlijn zijn gedefinieerd. (50 -1000 V a.c en 75 - 1500 V d.c.). De Machinerichtlijn zelf maakt geen onderscheid in de woorden laagspanningsmotor of middenspanningsmotor. Dus als de elektromotor binnen de genoemde spanningsgrenzen valt geldt de Laagspanningsrichtlijn en valt het spanningsgebied daarbuiten (bijvoorbeeld < 50 V a.c. en > 1000 Va.c.) dan geldt deze Laagspanningsrichtlijn niet. De elektromotor wordt opgevat als een component. Let op: elektromotoren zijn opgenomen in de richtlijn voor energie zuinige producten (2005/32/EG) lot 11. Wellicht kunnen de Richtlijnen ATEX, WEE/ROHS EMC richtlijn afhankelijk van het motortype en het gebruik een rol spelen. Als je een dedicated speciaalmotor maakt zou je kunnen spreken van een niet voltooide machine.
Blijf dagelijks op de hoogte!
! E N I L N O NU Op www.aandrijvenenbesturen.nl vindt de engineer alle vakinformatie die hij nodig heeft:
ACTUEEL Dagelijks het meest actuele nieuws uit de markt THEMA’S De belangrijkste topics in de markt overzichtelijk en compleet online FILMPJES Over producten, bedrijven en applicaties AGENDA Wat is er waar te doen, en wanneer? LEVERANCIERSGIDS Totaal overzicht van de leveranciers in de branche MENS EN BEDRIJF Nieuws over belangrijke orders, nieuwe vertegenwoordigingen en personele wisselingen
www.aandrijvenenbesturen.nl
Bedrijfsprofielen
ACE STOßDÄMPFER GMBH
Postbus 1510, DE-40764 LANGENFELD tel.: 0165-714455, fax: 0165-714456 web: www.ace-ace.com e-mail:
[email protected] Niet gedempt is hard gebotst – het kan anders! ACE-klanten profiteren al méér dan 40 jaar van doordachte oplossingen en waardevolle innovaties bij stootdempers. Deze producten worden vaak ingezet bij toekomstgeoriënteerde bedrijven. Naast industrie-stootdempers ontwikkelt, produceert en verkoopt ACE nog verdere dempingsproducten: veiligheidsdempers, industrie-gasveren, rotatieremmen, remcilinders, dempingsmatten, klemeenheden en structuurdempers. D&F Consulting B.V
tel.: 0342-424251, fax: 0342-424172 web: www.esv-groep.nl e-mail:
[email protected]
operators en technici. Kwalificaties: ISO 9001:2000, IS0 14001, VDA 6.1, VDA 6.4. FORTOP AUTOMATION & ENERGYCONTROL B.V.
ESV Total Safety Supplier uit Barneveld biedt u van A-Z specialistisch maatwerk op diverse terreinen van machine- en gebouwveiligheid. ESV Technisch Adviesbureau is al 18 jaar een betrouwbare partner op het gebied van de advisering over diverse Europese richtlijnen. Wij kunnen voor u: risico-inventarisaties en risicoanalyses opstellen, gebruikershandleidingen,Technisch Constructiedossiers, machineveiligheid trainingen en afnamekeuringen verzorgen. ESV Sign & Safety Products B.V is allround in het leveren van veiligheidsartikelen. Het assortiment bestaat o.a. uit keuringsstickers, typeplaatjes, veiligheidsmarkeringen, aanrijbeveiligingen, afzettingen, vloermarkeringen, noodverlichting, stootprofielen, parkeer- en verkeersborden, eerste hulp en stickers naar wens.
Overlandenweg 2a, 7944 HZ MEPPEL tel.: 0522-466688, fax: 0522-466699 web: www.4top.nl e-mail:
[email protected] forTop is een jong, onafhankelijk en dynamisch bedrijf dat zich als importeur in korte tijd een stevige positie heeft verworven. Jarenlange ervaring ligt aan forTop ten grondslag, waardoor forTop de markt door en door kent. Dat blijkt wel uit het assortiment: stuk voor stuk slimme producten die met zorg en aandacht zijn geselecteerd. FUSACON B.V.
De producten zijn online te bestellen via www.esvshop.nl. EUCHNER (Benelux) BV Bredaseweg 69-71, 4872 LA Eten-Leur tel.: 076-5040340, fax: 076-5040341 web: www.denf.nl e-mail:
[email protected]
22
D&F Consulting levert een compleet dienstenpallet als het gaat om een veilige werkomgeving binnen de industrie. De diensten bestaan uit advies, opleidingen en software voor technische veiligheid (de techniek), veiligheidsmanagement systemen (de organisatie) en beïnvloeding van de cultuur en het gedrag (de mens). Hiermee optimaliseert D&F Consulting een veilige arbeidsomgeving met als resultaat een vermindering van bijna ongevallen, incidenten en arbeidsongevallen. Ofwel minder ziekteverzuim, beter bedrijfsimago en effectiever gebruik van grondstoffen en arbeidstijd. EKB Groep Zuid B.V.
Vogelenzangseweg 20, 4124 AS HAGESTEIN tel.: 0347-352519, fax: 0877-843520 web: www.fusacon.nl e-mail:
[email protected] Postbus 119, 3350 AC PAPENDRECHT tel.: 078-6154766, fax: 078-6154311 web: www.euchner.nl email:
[email protected] EUCHNER is ruim een halve eeuw actief in industriële automatisering. EUCHNER ontwikkelt hoogwaardige kwaliteitsproducten die doen wat ze horen te doen en hun weg vinden in uiteenlopende industrieën over de hele wereld. Betrouwbare apparatuur zorgt voor ononderbroken productie en processen. Elke locatie vraagt om zijn eigen specifieke benadering en EUCHNER heeft de techniek en de kennis in huis om voor elke situatie een praktische, duurzame en doeltreffende oplossing te vinden. EUCHNER heeft de visie en ervaring in huis. En nog veel meer.
Denkt men binnen uw bedrijf ook verschillend over machineveiligheid en PL/SIL? Heeft u moeite met de praktische implementatie van alle wettelijke eisen? Fusacon B.V. kan u hierbij helpen! Zij levert ondersteuning aan industriële bedrijven op het gebied van functionele veiligheid en machineveiligheid. Steeds meer organisaties gebruiken onze grondige expertise en jarenlange ervaring. Fusacon B.V., Uw KennisPartner! Voor meer informatie: www.fusacon.nl GEVEKE BESTURINGSTECHNIEK
FESTO Postbus 163, 5710 AD Someren tel.: 0493-496665, fax: 0493-496650 web: www.ekb.nl e-mail:
[email protected] Met meer dan 200 werknemers biedt de EKB Groep hoogwaardige integrale automatiserings oplossingen voor industriële eindgebruikers, machinebouwers, energiebedrijven, overheid en semi-overheid. Omdat de EKB Groep uiteenlopende producten en diensten aan verschillende sectoren levert, is er een stevige basis voor de continuïteit van de onderneming. Service staat bij de EKB Groep voorop. We besteden continue aandacht aan de ontwikkeling van nieuwe technieken en producten. ESV Technisch Adviesbureau
Mercuriusweg 4b, 3771 NC Barneveld
Postbus 530, 2600 AM DELFT tel.: 015-2518899, fax: 015-2611020 web: www.festo.nl e-mail:
[email protected] Festo is gespecialiseerd in de automatisering van ‘Motion in Control’-processen in verschillende industrieën en wordt wereldwijd vertegenwoordigd in 176 landen. De ambitie van Festo is om als innovatieve partner klanten in staat te stellen hun concurrentiekracht te verhogen door verregaande samenwerking op het gebied van re-engineering van bestaande machines en bij het ontwerpen van nieuwe machines. Door continue innovatie heeft Festo een assortiment van ruim 60.000 producten en biedt zij automatiseringsoplossingen op maat voor meer dan 200 industriële sectoren. Het uitgebreide dienstenpakket varieert van advies en dienstverlening op ontwerpgebied tot en met logistieke en technische ondersteuning, en van services voor installatie en onderhoud tot en met training en opleiding van
Postbus 820, 1000 AV AMSTERDAM tel.: 020-5829111, fax: 020-5822496 web: www.geveke-besturingstechniek.nl e-mail:
[email protected] Geveke Besturingstechniek levert modulaire hek- en toegang vergrendeling- of interlocksystemen voor machines en beveiligt tegen insluiting – Safemaster® STS – met hoogste veiligheidscategorie Ple / Cat. 4 en SIL3. Dit systeem sluit naadloos aan op het nieuwste configureerbare veiligheidbesturingssysteem Safemaster® PRO. Modulair en flexibel op te bouwen met door de TÜV gecertificeerde hardware en software conform Ple / Cat. 4 en SIL3. HIMA BENELUX B.V.
Mijkenbroek 18, 4824 AB BREDA tel.: 076-5715151, fax: 076-5715171 web: www.hima.com e-mail:
[email protected]
Bedrijfsprofielen
HIMA, leverancier van veiligheidsgerelateerde systemen, ontwikkelt en implementeert veiligheidsgerelateerde automatiseringsoplossingen voor process, machines en gebouwen wereldwijd. De HIMA oplossingen worden gebruikt voor toepassingen tot SIL4(IEC61508/IEC61511), cat4(EN954) en Pie (EN ISO13849). Deze veiligheidsgerelateerde systemen zijn gebaseerd op vier platformen; HIMatrix, HIQuad, HIMax, programmeerbaar door middel van de engineeringssoftware SILworX, en het Planar4. Hoffmann + Krippner
web: www.lenze.nl e-mail:
[email protected] Met meer dan 60 jaar ervaring biedt Lenze meerwaarde in aandrijf- en besturingstechniek en kijkt verder dan technologie. Als specialist in aandrijf- en besturingstechniek, ontwikkelen, produceren en verkopen we innovatieve producten, optimale oplossingen en complete systemen. Binnen ons uitgebreide L-Force programma biedt Lenze u milieuvriendelijke en energiebesparende aandrijfoplossingen door Optimizing, Rightsizing of Solutionizing in meer dan zestig landen wereldwijd. Leuze Electronic bv
Celsiusweg 32, 5928 PR VENLO NL tel.: 077-3968779, fax: 077-396948 web: www.huk-bv.nl e-mail :
[email protected] Innovatief marktleider voor folietoetsenborden, invoersystemen en foliepotentiometers Hoffmann + Krippner is de belangrijkste aanbieder van complete invoersystemen met een gedefinieerde interface en behuizing. De klanten van Hoffmann + Krippner profiteren van het volledige spectrum aan innovatieve engineering op het hoogste niveau en van de jarenlange ervaring als belangrijkste fabrikant van klantspecifieke toetsenborden. De kracht van Hoffmann + Krippner: richtinggevende ontwikkelingen door continu onderzoek door hooggekwalificeerde specialisten. Hoffmann + Krippner ontwikkelt individuele oplossingen voor elke toepassing en voor de allerhoogste eisen! INRATO INTERNATIONAL
Nagelerweg 5D, 8304 AB EMMELOORD tel.: 0527-785781, fax: 0527-785295 web: www.inrato.nl e-mail:
[email protected] Bij Inrato vindt u direct de machineveiligheidsoplossing die u zoekt. De kracht van Inrato ligt in het vinden van de combinatie van juiste balans tussen productiviteit en veiligheid. Dat vraagt vaak een creatieve aanpak. Deze aanpak, gecombineerd met jarenlange ervaring in machineveiligheid en een praktische visie op machineveiligheid, geeft Inrato een uniek onderscheidend vermogen. Inrato International levert componenten van diverse vooraanstaande fabrikanten in het veld van machinebeveiliging en industriële automatisering om de gevonden oplossing concreet vorm te geven. Daarnaast adviseert Inrato International over zaken als CE-markering, het opstellen van de Risico Inventarisatie en Evaluatie (RIE) en de praktische uitvoering van de RIE. Focus op veiligheid! LENZE B.V. AANDRIJFTECHNIEK
Postbus 3101, 5203 DC ’S-HERTOGENBOSCH tel.: 073-6456500, fax: 073-6456510
Postbus 80, 4180 BB Waardenburg tel.: 0418-653544, fax: 0418-653808 web: www.leuze.nl e-mail:
[email protected] Leuze electronic, the sensor people Dit is waar het bij Leuze electronic om gaat: the sensor people. Leuze electronic B.V. helpt klanten met hun dagelijkse uitdagingen in hun productieprocessen. Onze ervaringen gebruiken we om tot een oplossing te komen. Of het nu het detecteren van een product is, het lezen van een barcode, positioneren van een traversenwagen of het beveiligen van een palletiseerinstallatie. Dat is ons vakgebied en willen we graag meedenken. OMRON ELECTRONICS B.V.
Wegalaan 61, 2132 JD HOOFDDORP tel.: 023-5681100, fax: 023-5681188 web: www.industrial.omron.nl e-mail:
[email protected] Omron Electronics B.V. behoort tot de wereldwijd opererende Omron Corporation, een van ‘s werelds marktleiders op het gebied van industriële automatisering. Met 36.000 werknemers in 34 landen levert Omron vanuit een zeer brede applicatiekennis veiligheidssystemen die gebruikmaken van de allernieuwste sensor- en besturingstechnologie voor een optimale veiligheid in de fabrieks-, proces- en machineautomatisering, alsmede de elektrotechnische installatiebranche en de maakindustrie. PARKER HANNIFIN B.V.
Postbus 340, 7575 AT OLDENZAAL tel.: 0541-585000, fax: 0541-585459 web: www.ontdekparker.nl en www.parkerstore.nl e-mail:
[email protected] Parker Hannifin is wereldmarktleider in aandrijftechniek met het breedste productenprogramma in de markt. Alle producten worden geproduceerd in 350 Parker fabrieken wereldwijd op basis van ISO normering, LEAN manufacturing en diverse keuren. Daarmee garandeert Parker kwaliteit, betrouwbaarheid en veiligheid van de producten. Parker levert ook complete systemen,
aggregaten en logistieke oplossingen zoals kitting. Voor eindgebruikers is er een landelijke keten van ParkerStores en mobiele HOSE DOCTORS. PHOENIX CONTACT B.V.
Postbus 246, 6900 AE ZEVENAAR tel.: 0316-591720, fax: 0316-524074 web: www.phoenixcontact.nl e-mail:
[email protected] Phoenix Contact is leidinggevend fabrikant van elektrische aansluittechniek en industriële automatiseringssystemen. Samen met de gebruikers zoekt Phoenix Contact B.V. naar nieuwe producten en systemen. Veel producten die uit deze samenwerking zijn ontstaan, hebben zich wereldwijd tot standaard ontwikkeld. Behalve een groot aantal losse componenten behoren daartoe ook systeemoplossingen voor complexe automatiseringstaken en veiligheidstechniek. PILZ NEDERLAND
Postbus 186, 4130 ED VIANEN Tel.: 0347-320477, fax: 0347-320485 web: www.pilz.nl e-mail:
[email protected] Pilz is een onderneming die al meer dan 50 jaar door dezelfde familie wordt geleid en die er samen met alle medewerkers naar streeft klanten bij alle oplossingen meerwaarde te bieden. Pilz hecht grote waarde aan uitstekende contacten met klanten, door middel van individuele adviezen, volledige flexibiliteit en betrouwbare service. U hebt toegang tot een wereldwijd servicenetwerk van medewerkers die uw wensen en behoeften in hun dagelijkse activiteiten centraal stellen. Oplossingen van Pilz beschermen mens, machine en milieu. Daarom wijdt Pilz zijn gehele competentie aan innovatieve producten, doordachte systeemoplossingen en dienstverlening op maat. De veilige automatisering van Pilz leidt naar grote betrouwbaarheid op alle denkbare procesniveaus. Het zal u dan ook niet verbazen dat Pilz wereldwijd marktleider is in de belangrijkste automatiseringsgebieden. ROCKWELL AUTOMATION
Communicatieweg 5, 3641 SG MIJDRECHT tel.: 0297-543500, fax: 0297-560701 web: www.rockwellautomation.nl e-mail:
[email protected] De producten voor besturing, vermogen en informatiesystemen en diensten van Rockwell Automation zijn ontwikkeld om concurrentievoordeel te realiseren. Of u nu producten zoekt om een machine te besturen of een compleet bedrijf te integreren, u heeft een leverancier nodig die u kan helpen automatisering, informatie en besturingsregeling tot een concurrentievoordeel te maken.
23
Bedrijfsprofielen
Als u kiest voor Rockwell Automation kunt u er op vertrouwen dat u de meest geavanceerde automatiserings-, besturingsregelings- en conversieproducten en -diensten krijgt geleverd. Rockwell Automation helpt u om uw producten en diensten sneller op de markt te krijgen, de kosten te verlagen, beter gebruik te maken van de besturing en de bedrijfsmiddelen op de fabrieksvloer en het risico te beperken in uw productie-omgeving. Rockwell Automation is er voor u waar en wanneer u wilt. Uw succes is prioriteit van Rockwell Automation. SCHMERSAL NEDERLAND B.V.
1) Industriële automatisering: optische sensoren, benaderingsschakelaars, puls- en codegevers, visionsensoren en -systemen, afstandmeetsystemen, contrasttasters, etcetera. 2) Beveiligingssystemen: veiligheidsschakelaars en -relais, lichtschermen, laserscanners 3) Auto Ident: barcodescanners (stationair en handscanners), RFID en lasermeetsystemen voor vlakbewaking 4) Industriële instrumentatie: niveausensoren voor vloeistoffen en vaste stoffen TELESON B.V
Lorentzstraat 31, 3846 AV HARDERWIJK tel.: 0341-432525, fax: 0341-425257 web: www.schmersal.nl e-mail:
[email protected]
Postbus 9551, 3506 GN Utrecht tel.: 030-2631000, fax: 030-2631011 web: www.teleson.nl e-mail:
[email protected]
Schmersal Nederland is verantwoordelijk voor de marketing, verkoop, logistiek en after sales voor onder meer de Schmersal producten binnen Nederland. Als specialist op het gebied van machine- en productieveiligheid biedt Schmersal de klant een uitstekend advies en een innovatieve productlijn. Het leveringsprogramma bestaat uit: - Schmersal veiligheids- en automatiseringscomponenten - Elan paneelschakelaars en veiligheidssystemen - Wachendorff encoders - Satech machine-afschermingen
TELESON is een onafhankelijke Nederlandse handelsonderneming gespecialiseerd in veiligheidsschakelaars en veiligheidssensoren. TELESON is ISO gecertificeerd en staat voor een vlotte en correcte levering en perfecte service. TELESON mag met recht pionier op de industriële veiligheidsmarkt genoemd worden door haar tientallen jaren ervaring. TELESON is bekend door fabrikaten als onder ander Honeywell en Guardmaster en door veiligheidsproducten als schakelaars (met of zonder elektrische vergrendeling), contactloze sensoren, trekkoordschakelaars, matten, sleutelvergrendelsystemen, lichtschermen, enz..
SCHNEIDER ELECTRIC
TROAX
24
Postbus 836, 2003 RV HAARLEM tel.: 023-512124, fax: 023-5124100 web: www.schneider-electric.nl e-mail:
[email protected] Als wereldwijde specialist in energiemanagement, biedt Schneider Electric geïntegreerde oplossingen voor meerdere marktsegmenten, waaronder de industrie. Gericht op het veiliger, betrouwbaarder en efficiënter maken van energie, heeft Schneider Electric een breed aanbod van producten en oplossingen voor industriële automatisering en besturing. De mensen van Schneider Electric kunnen u tevens voorzien van een juist advies en u helpen het beste uit uw hun energie te halen: make the most of your energy. SICK B.V.
Postbus 256, 2160 AG LISSE tel.: 0252-370154, fax: 0252-370184 web: www.troax.com e-mail:
[email protected] Troax, ’s werelds grootste producent van modulaire gaas – en plaatwanden is vertegenwoordigd in vrijwel alle Europese landen en richt zich al jaren op veiligheid op de werkvloer. De hoogwaardige en innovatieve machineafschermsystemen zijn onder meer geschikt voor de beveiliging van logistieke systemen, geautomatiseerde installaties en robots. De montagemethoden voldoen geheel aan de nieuwe Machinerichtlijn EN 2006/42/EC en zijn toepasbaar in vrijwel iedere situatie. TCPM INGENIEURS & ADVISEURS
Postbus 186, 3720 AD BILTHOVEN tel.: 030-2292544, fax: 030-2293994 web: www.sick.nl e-mail:
[email protected] Overal waar processen worden verbeterd, is sprake van SICK sensoren. SICK AG, met SICK B.V. als 100% dochter, is continu actief om sensortechnieken te ontwikkelen en te optimaliseren. Een uitgebreid, wereldwijd verkoop- en servicenetwerk garandeert gekwalificeerde support, overal en altijd. Het productenprogramma is verdeeld over vier divisies:
Wilmersdorf 9, 7327 AD Apeldoorn tel.: 055-3663456, fax: 055-3663454 web: www.tcpm.nl e-mail:
[email protected] Als strategisch partner voor de industrie werkt TCPM al sinds 1990 samen met onze klanten en zijn we actief in de markten: Food & Pharma, Capital Goods, Oil & Gas en Energy.
De kracht van TCPM schuilt in de combinatie en synergie van onze kennisgebieden: Optimalisatie, Engineering, Veiligheid, Project Management en Interim Professionals. Veiligheid De 12 veiligheidskundigen van TCPM bieden al jaren pragmatische en effectieve oplossingen op het gebied van Arbeidsveiligheid, Productveiligheid (CE-markering) en Safety management. Door een krachtige combinatie van eigen kennis en ervaring, de kruisbestuiving tussen andere specialisten binnen onze organisatie en een uitgebreid netwerk van relaties en leveranciers, biedt TCPM u altijd de juiste en vooral praktische oplossing. Ook als wij weg zijn, moet het resultaat van ons werk blijven werken. Daarom betrekken wij uw medewerkers vanaf de start intensief bij het project. Vector Aandrijftechniek B.V./ SEW-Eurodrive B.V
Postbus 10085, 3044 AS Rotterdam tel.: 010-4463851, fax: 010-4155552 web: www.sew-eurodrive.nl e-mail:
[email protected] SEW-Eurodrive is al 80 jaar dé specialist in aandrijftechniek en levert oplossingen voor aandrijf- en besturingstechnische vraagstukken in vele branches. Onder het motto Driving the world levert SEW motorreductoren, tandwielkasten, frequentieregelaars, decentrale aandrijfsystemen, inclusief alle mogelijke service en trainingen. Wij organiseren regelmatig themadagen over machineveiligheid en informeren u graag over wat wij doen om onze producten en diensten veilig te maken (zie www. sew-eurodrive.nl/driveacademy). VIERPOOL B.V.
Postbus 1501, 3600 BM MAARSSEN tel.: 0346-594511, fax: 0346-574055 web: www.vierpool.nl e-mail:
[email protected] Vierpool staat voor: Persoonlijke kennis en betrokkenheid, gecombineerd met oplossingen, hoogwaardige produkten en systemen voor industriële automatisering. Sensoren, Auto ID, Signaalconditionering, Schakelkomponenten, Besturingssystemen en (industriële) toetsenborden. Dat is Vierpool. Voor persoonsbeveiliging en machineveiligheid biedt Vierpool oplossingen aan met Veiligheidslichtschermen van Datalogic Automation, sinds 2009 de nieuwe naam van Datasensor. Wereldwijd is Datalogic Automation al de op een na grootste producent van veiligheidslichtschermen.
Hét online platform voor engineers! Bedrijven
3 Nieuws
Het uitgebreide bedrijvenregister biedt contactgegevens en bedrijfsinformatie van leveranciers uit de elektrotechnische en werktuigbouwkundige branches.
Dagelijks wordt de site geactualiseerd met nieuws over technologische ontwikkelingen, mutaties bij bedrijven, relevante economische ontwikkelingen en andere actualiteiten.
5
3 Kennis In de rubriek Kennis worden informatieve dossiers aangelegd over uiteenlopende onder werpen, zoals de Machinericht lijn.
3 Carrière Een website voor engineers is niet compleet zonder een uitgebreid overzicht van vacatures in de technische branches.
Nieuwsbrief Elke week verschijnt de engineersonline.nl nieuwsbrief. Ontvangt u de nieuwsbrief nog niet? Meld u dan snel aan op engineersonline.nl.
5 Producten Engineersonline.nl presenteert dagelijks de nieuwste producten voor technische specialisten.
Webshop In onze webshop vindt u specialistische vakinformatie op engineering gebied.
Zoveel werelden, zoveel talenten. SICK brengt ze bij elkaar.
Een klimaat scheppen dat vooruitgang stimuleert; een omgeving faciliteren waarin talenten elkaar versterken. Dát is de passie van SICK. We ontwikkelen niet alleen producten die betere prestaties mogelijk maken, maar zorgen nadrukkelijk ook voor de samenhang: onze branchegeoriënteerde solution centers zijn thuis in uw wereld en bouwen samen met u aan een totaaloplossing voor uw vraagstuk. Daarbij kunnen ze putten uit de expertise van ons wereldwijde netwerk. Ook ervaren hoe we elkaars talenten kunnen benutten en uitbouwen? Kijk op www.sick.nl of bel 030 – 229 25 44.
ookr vooTIEF C
INDU
Sensor Intelligence
SICK B.V. · Leijenseweg 111 · Postbus 186 · 3720 AD Bilthoven · Tel. 030 - 229 25 44 · Fax 030 - 229 39 94 · E-mail:
[email protected] · www.sick.nl SICK1032 Image adv A4.indd 1
16-12-10 12:40