rM
gemeente Eindhoven
Dienst Werk, Zorg en Inkomen
Raadsbijlage nummer 261 Inboeknummer OOU003263 Beslisdatum B&W 12 december 2000 D oss iernumm er 05 0. 5 02
Raadsbij lage Voorstel tot het vaststellen van de evaluatienota Integrale schuldhulpverlening in Eindhoven 1 Inleiding Een opvallende maatschappelijke ontwikkeling van deze tijd is de toename van het aantal risicovolle schuldensituaties. Vaak kunnen mensen de schuldensituatie niet meer oplossen zonder hulp van anderen. In Nederland verkeren naar schatting zo’ n 230.000 huishoudens (mei 2000) in een problematische schuldsituatie. Ook in de gemeente Eindhoven komen problematische schuldensituaties voor waardoor mensen in uitzichtloze posities terechtkomen. In dit kader hebben burgemeester en wethouders begin 1996 besloten om ook in Eindhoven onderzoek te doen naar de mogelijkheden van integrale schuldhulpverlening, Eind 1998 heeft u besloten om te komen tot integrale schuldhulpverlening in Eindhoven. De totstandgekomen schuldhulpverlening kenmerkt zich door een intensieve samenwerking tussen de drie hoofdactoren op het gebied van de schuldhulpverlening; de dienst Werk, Zorg en Inkomen, de Stadsbank en het Maatschappelijk Werk Eindhoven. Concreet gaat het om een gecoordineerde aanpak van de verzoeken om schuldhulpverlening en de oprichting van een centraal meldpunt (het Stedelijk Steunpunt Schuldhulp Eindhoven). In het eerdergenoemde raadsbesluit is tevens bepaald dat in 2000 een evaluatie van de integrale schuldhulpverlening moest plaatsvinden.
2 Probleemstelling In december 1998 heeft u ingestemd met het voorstel om te komen tot integrale schuldhulpverlening in Eindhoven. In dit besluit is opdracht gegeven tot een evaluatie in 2000.
3 Maatschappelijke effecten en het meetpunt voor succes Problematische schulden vormen een belangrijk kenmerk van armoede. Het leven van iemand met hoge schulden kan totaal ontwricht raken. Daarnaast vormt de problematiek een belemmering om normaal deel te nemen aan maatschappelijke processen, inclusief de deelname aan betaalde arbeid. Integrale schuldhulpverlening kan een belangrijke bijdrage leveren aan het oplossen, maar ook het voorkomen van problematische schulden.
Raadabijlage nummer 261
Integrale schuldhulpverlening heeft succes indien er meer huishoudens bereikt en geholpen kunnen worden en minder huishoudens ÃćâĆňâĂİ na geholpen te zijn ÃćâĆňâĂİ terugvallen
in schulden. De resultaten van de integrale schuldhulpverlening zijn in de evaluatienota integrale schuldhulpverlening in Eindhoven weergegeven (ligt voor u ter inzage). Er is duidelijk sprake van een stijging van het aantal hulpvragen. Op langere termijn zal duidelijk worden (evaluatie 2002) of de integrale aanpak waarbij preventieve maatregelen een grotere rol gaan spelen leidt tot vermindering van de schuldenproblematiek in Eindhoven.
4 Wijze van aanpak / oplossingsrichting De integrale aanpak van de schuldhulpverlening heeft gestalte gekregen door een samenwerking tussen de hoofdactoren binnen de schuldhulpverlening: de Stadsbank, het Maatschappelijk Werk Eindhoven (MWE) en de dienst Werk, Zorg en Inkomen en de vormgeving van een loket: het Stedelijk Steunpunt Schuldhulp Eindhoven. De wijze van samenwerking en de werkwijze binnen het Stedelijk
Steunpunt zijn vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst en een daarbij horend protocol en reglement. In de evaluatienota Integrale schuldhulpverlening in Eindhoven wordt aan de volgende onderwerpen aandacht besteed: 1 de totstandkoming van de integrale schuldhulpverlening in Eindhoven en de daarvoor ingezette middelen; 2 de huidige werkwijze en resultaten van het Stedelijk Steunpunt en de backofficeactiviteiten van de participanten, de landelijke en lokale ontwikkelingen, de plannen voor de toekomst en de daarbij horende formationele gevolgen; 3 de positie van het Noodfonds in verleden en heden, de resultaten van de integratie binnen de bijzondere bijstand en een reactie op het jaarverslag 1999 van de adviescommissie Noodfonds; 4 de rol van de Wet schuldsanering natuurlijke personen, de gemeentelijke taken in dit kader en het bewindvoerderschap;
5 Financiele gevolgen en risico’ s Met: a de eerder toegekende middelen (inclusief de t/m 2002 toegekende middelen ten behoeve van formatie-uitbreiding), afkomstig uit het reguliere budget van de dienst Werk, Zorg en Inkomen; en b de overheveling van middelen ad f 112.000,ÃćâĆňâĂİ als gevolg van de voor-
gestelde opheffing van het Noodfonds, is het gezien de daling van de instroom mogelijk om de integrale schuldhulpverlening verder te optimaliseren. Hierbij moet met name worden gedacht aan de coordinerende rol van het Stedelijk Steunpunt (casemanagement) en de aanpak van preventieve taken alsmede het voorkomen van recidive.
Raadabijlage nummer 261
6 Overige gevolgen van de aanpak De integrale schuldhulpverlening voorziet duidelijk in een behoefte. De resultaten van alle partners binnen het project laten zien dat de samenwerking succesvol is. Het aantal verzoeken om schuldhulpverlening is hoger dan verwacht. Het toekenningspercentage in het kader van de bijzondere bijstand is sterk gestegen. Het aantal geslaagde schuldsaneringkredieten is sterk gestegen. Het aantal budgetbeheerrekeningen is sterk gestegen. Er is een groot aantal hulpverleningstrajecten door het MWE ingezet.
De positionering van de integrale schuldhulpverlening heeft goed vorm gekregen. Werkwijze, organisatorische vormgeving, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn in de vorm van een overeenkomst en protocol vastgelegd. De regiefunctie van de dienst Werk, Zorg en Inkomen op het gebied van de integrale schuldhulpverlening heeft duidelijk gestalte gekregen. De samenwerking in het kader van de integrale schuldhulpverlening is gebaseerd op een groeimodel. Mede als gevolg van vele aanvragen (inhaaleffect en effect WSNP) in de beginfase is nagenoeg alle aandacht op de curatieve hulpverlening gericht geweest. De huidige instroom biedt mogelijkheden om met de bestaande middelen meer nadruk te gaan leggen op preventieve aspecten en het voorkomen van recidive. Het groeimodel sluit prima aan bij de beleidsinitiatieven vanuit de Rijksoverheid. Eind 2002 moeten alle aspecten van de integrale schuldhulpverlening uitgevoerd worden. Ten aanzien van het verkrijgen van een bewindvoerderschap zal medio 2001 een separaat voorstel waarin de organisatorische, personele en financiele gevolgen staan opgenomen, worden voorgelegd. De integratie van de aanvragen Noodfonds binnen de bijzondere bijstand is uitgevoerd. De overige activiteiten van de adviescommissie Noodfonds (verwijzing, advisering) hebben hun vervolg gekregen binnen het Stedelijke Steun puntoverleg. Mede als gevolg van de gewijzigde bevoegdheden in het kader van de schuldhulpverlening en een duidelijke afbakening van het minnelijke schuldhulpverleningstraject, is het voortbestaan van het Noodfonds als separate voorziening niet langer noodzakelijk. Op basis van:
de historie van de totstandkoming van de schuldhulpverlening in Eindhoven; uw opdracht bij de totstandkoming van de integrale schuldhulp; de landelijke praktijkervaringen in de schuldhulpverlening; de toekomstige ontwikkelingen; de resultaten van de momenteel ingezette koers; de huidige financiering van de schuldhulpverlening, kan de ingezette werkwijze en organisatiestructuur worden voortgezet. Ultimo 2002 zal een nieuwe evaluatie plaatsvinden.
Raadsbij lage nummer 261
7 Resultaten van overleg I inspraak De evaluatienota is totstandgekomen in overleg met de unit lnkomensondersteuning van de dienst Werk, Zorg en Inkomen waarbinnen het Stedelijk Steunpunt is ondergebracht. Daarnaast zijn de resultaten en reacties opgenomen van de Stadsbank en het Maatschappelijk Werk Eindhoven. In de reactie van het Maatschappelijk Werk Eindhoven wordt melding gemaakt van een wachtlijst bij het Maatschappelijk Werk Eindhoven als gevolg van het toenemend aantal schuldhulpverleningstrajecten. Ten aanzien van de WZI-clienten is in het probleem voorzien door een aanpassing van het aantal ingekochte hulpverleningstrajecten. Het wachtlijstprobleem voor niet WZI-clienten is daarmee niet opgelost. Het Maatschappelijk Werk Eindhoven geeft te kennen dat er sprake is van een tijdelijk probleem als gevolg van de grote toeloop in de beginfase. Op basis van de huidige instroom kan zij de hulpvragen van zowel de dienst Werk, Zorg en Inkomen als niet WZI-clienten verwerken. Wij zullen u spoedig een aanvullend voorstel aanbieden voor het wegwerken van de wachtlijsten van de niet WZl-clienten. De concept evaluatienota is ter inspraak voorgelegd aan de Clientenraad van de dienst Werk, Zorg en Inkomen, het Samenwerkingsverband Minima Eindhoven en de adviescommissie Noodfonds. Hun reacties liggen voor u ter inzage.
8 Communicatie De evaluatie intern (via intranet) onder de aandacht van de medewerkers brengen. Extern zal de evaluatienota aan de media worden verstrekt.
9 Advisering raadscommissie(s) De commissie voor sociale en economische zaken hebben wij over dit voorstel gehoord. Haar advies ligt voor u ter inzage. Een meerderheid in de commissie gaat akkoord met het voorstel. Een minderheid behoudt haar stem voor tot de raads-
behandeling. Een ontwerpbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan.
Burgemeester en wethouders van Eindhoven, R. Welschen, burgemeester.
C. Tetteroo, secretaris.
Raadsbij lage nummer 261
Besluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 december 2000, nr. 261; gelet op het advies van de commissie voor sociale en economische zaken; besluit:
in te stemmen met de inhoud van de evaluatienota Integrale schuldhulpverlening in Eindhoven en besluit als gevolg daarvan: 1 binnen de huidige financiele kaders (met ingang van 2003 minus f 800.000,-) de ingezette werkwijze en organisatiestructuur voort te zetten op basis van het in het Protocol Stedelijk Steunpunt Schuldhulp vastgelegde groeimodel; 2 de Klankbordgroep die betrokken is geweest bij de implementatie van het Stedelijk Steunpunt op te heffen; 3 de Verordening Noodfonds ingaande 1 januari 2001 in te trekken en als gevolg daarvan; a per 1 januari 2001: de uitvoeringskosten ad f 58.000,ÃćâĆňâĂİ (0,4 formatieplaats)
over te hevelen van het product Noodfonds naar het product Steunpunt Schuldhulpverlening; b per 1 januari 2001: de uitkeringskosten ad f 54.000,ÃćâĆňâĂİ over te hevelen van het
product Noodfonds naar het product Steunpunt Schuldhulpverlening ten behoeve van preventieve maatregelen (geen formatie); 4 het college van burgemeester en wethouders te verzoeken, de directeur van de dienst Werk, Zorg en Inkomen opdracht te geven om medio 2001 een voorstel inzake het verkrijgen van een bewindvoerderschap ingevolge de WSNP aan te bieden; 5 het college van burgemeester en wethouders te verzoeken, de directeur van de dienst Werk, Zorg en Inkomen opdracht te geven om begin 2002 een nieuwe evaluatie integrale schuldhulpverlening aan te bieden; 6 het college van burgemeester en wethouders te verzoeken de directeur van de dienst Werk, Zorg en Inkomen opdracht te geven, spoedig een aanvullend voorstel aan te bieden voor het wegwerken van de wachtlijsten voor de niet WZIclienten. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 18 december 2000.
R.W. Welschen, voorzitter.
C. Tetteroo, secretaris. BD99009083