schoolSlag Prioriteitenworkshop Basisonderwijs
Mirande Dawson Kathelijne Bessems Goof Buijs
Titel:
schoolSlag Prioriteitenworkshop Basisonderwijs
Auteurs: Mirande Dawson Kathelijne Bessems Goof Buijs
Uitgave: Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie (NIGZ), Woerden.
Bestelwijze: Deze uitgave is te bestellen bij het NIGZ Bestelcode: OJ061972 Adres: Klantenservice NIGZ, Postbus 500, 3440 AM Woerden. Telefoon: (0348) 43 76 00, (0348) 43 76 66 E-mail:
[email protected], www.nigz.nl Of via de webwinkel: www.nigz.nl
© NIGZ, Woerden, 2006. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming worden overgenomen. Verzoeken tot overname van beeld of tekst kunnen schriftelijk worden gericht aan Uitgeverij NIGZ, Postbus 500, 3440 AM Woerden, e-mail:
[email protected].
Voorwoord Voor u ligt de schoolSlag prioriteitenworkshop basisonderwijs, het draaiboek voor het in kaart brengen van prioriteiten op het terrein van zorg en preventie voor het basisonderwijs. De tekst is gebaseerd op de SchoolSlag Prioriteitenworkshop Voortgezet Onderwijs (Buijs, 2005a), die voor het Voortgezet Onderwijs is ontwikkeld op basis van de schoolSlag werkwijze in ZuidLimburg. Het NIGZ heeft het draaiboek aangepast voor het basisonderwijs en is gebaseerd op het Werkdocument Gezonde School Methode (Buijs 2005b). Dit werkdocument is een landelijke vertaling van de regionaal ontwikkelde schoolSlagwerkwijze. In het draaiboek zijn praktijkervaringen verwerkt, die zijn opgedaan in het begeleiden van GGD’en en basisscholen. In de eerste plaats gaat onze dank uit naar GGD Hart voor Brabant, die haar ervaring met de uitvoering van de prioriteitenworkshop in het basisonderwijs met ons heeft gedeeld. Verder danken wij basisschool De Driehoek in Rotterdam en basisschool De Kameleon in Waddinxveen, Karen ter Riet van GGD Rotterdam en Anne-Maaike Reitzema van GGD Hollands Midden. Ook danken wij Jolijn Le Rutte die als stagiaire bij het NIGZ een conceptversie van de prioriteitenkaartjes heeft onderzocht samen met GGD Hart voor Brabant.
Mirande Dawson, Kathelijne Bessems en Goof Buijs NIGZ Woerden, juli 2006
3
Inhoud: Voorwoord Inhoud
3 4
1. Inleiding
5
2. Gezonde School Methode
6
3. Opstellen schoolprofiel Zorg en Preventie
10
4. Bepalen van prioriteiten 4.1 De schoolSlag Prioriteitenworkshop 4.2 Doel 4.3 Rol Directie en werkgroep Gezonde School 4.4 Verloop prioriteitenworkshop en aandachtspunten 4.5 Met kinderen prioriteiten bepalen 4.6 Varianten 5. Referenties
13 13 13 13 14 14 17 18
Bijlagen 1. Quickscan Zorg en Preventie a. versie Schoolleiding b. versie Intern Begeleider c. versie Leerkrachten d. toelichting op de Quickscan 2. Draaiboek Prioriteitenworkshop a. Voorbeeldbrief om ouders uit te nodigen voor prioriteitenworkshop b. Instructie voor de deelnemers c. Prioriteitenkaartjes d. Overzicht Prioriteitenkaartjes e. Basispresentatie prioriteitenworkshop (Powerpoint) 3. Lessuggestie voor een prioriteitenworkshop voor kinderen
4
1. Inleiding Voor u ligt de schoolSlag prioriteitenworkshop Basisonderwijs, het draaiboek voor het vaststellen van de prioriteiten op het terrein van zorg en preventie op de basisschool. Het bestaat uit twee stappen: als eerste stap wordt het schoolprofiel Zorg en Preventie opgesteld, waarna als tweede stap de prioriteitenworkshop wordt uitgevoerd. Het draaiboek is bedoeld voor regionale ondersteunende organisaties, die basisscholen systematisch begeleiden bij het bevorderen gezondheid en veiligheid. Met regionaal ondersteunende organisaties worden regionale instellingen bedoeld, die scholen ondersteunen op het gebied van zorg en preventie, zoals onderwijsbegeleidingsdiensten, politie, welzijnswerk, GGZ-preventie, Regionaal Instituut voor Verslavingszorg, buurtpreventieteams, etc,. In het draaiboek richten wij ons vooral op de GGD, maar ook andere regionale ondersteunende organisaties kunnen het draaiboek gebruiken. Vervang waar nodig ‘GGD’ door de naam van uw eigen organisatie. In hoofdstuk 2 wordt uitgelegd wat de Gezonde School Methode inhoudt. Daarin leest u ook de plaats van de prioriteitenworkshop binnen deze methode. In hoofdstuk 3 wordt beschreven hoe u als eerste stap een schoolprofiel ‘Zorg en Preventie’ opstelt. In hoofdstuk 4 wordt beschreven hoe de schoolSlag prioriteitenworkshop voor het basisonderwijs verloopt en hoe u dat kunt begeleiden.
5
2.
Gezonde School Methode
Met het overgrote deel van de jeugd in Nederland gaat het goed, maar steeds meer jongeren vertonen ongezond gedrag (Görts en Jonker, 2001). De Gezonde School Methode is een werkwijze om op scholen structureel een gezond en veilig leefklimaat en een gezonde leefstijl te bevorderen. Met de methode kunnen regionale ondersteunende organisaties scholen begeleiden in het vormgeven van een preventief gezondheidsbeleid. Deze werkwijze wordt gekenmerkt door vraaggestuurd en planmatig werken, waarbij de koppeling wordt gemaakt tussen individuele leerlingenzorg en collectieve preventie en waarbij regionale ondersteunende organisaties samenwerken in hun aanbod richting scholen (Buijs, 2005). Deze vier kernpunten worden achtereenvolgens uitgelegd.
Vraaggestuurd: de school staat centraal Scholen krijgen een enorm aanbod van lesmateriaal, gastlessen en dvd’s rond gezondheidsthema’s. Dit aanbod is groot, gevarieerd en vertoont weinig samenhang. In de Gezonde School Methode begeleiden regionale ondersteunende organisaties scholen bij het bepalen van hun prioriteiten en het maken van keuzes uit het aanbod. De organisaties gaan in op de vragen van scholen zelf en zijn klantgericht.
Planmatig Volgens de Gezonde School Methode wordt planmatig gewerkt: het is de bedoeling dat scholen hierbij een beleidscyclus van vier jaar hanteren. In het eerste schooljaar bepaalt de school haar prioriteiten op het gebied van gezondheid. Op basis van die prioriteiten stelt de school een gezondheidsplan op dat in de volgende drie jaar wordt uitgevoerd. Er wordt naar gestreefd om elk uitvoeringsjaar aan één prioriteit te werken. Aan het einde van elk schooljaar wordt de uitvoering geëvalueerd. Succesvolle en effectieve activiteiten worden opgenomen in het schoolbeleid en jaarlijks toegepast. Deze beleidscyclus is in het schoolSlag Stappenplan (Leurs en de Vries, 2005) uitgewerkt. Het Gezonde School Model (Leurs et al, 2005) is een belangrijk hulpmiddel bij deze beleidscyclus. De GGD coördineert dit proces en begeleidt de school hierbij. Het schoolSlag stappenplan bevat de volgende zes stappen: Stap 1: Opstellen schoolprofiel ‘Zorg en Preventie’ In de eerste stap van het proces op weg naar een Gezonde School brengt de GGD de huidige situatie van de school in kaart ten aanzien van de gezondheid en het gedrag van leerlingen en de gezondheidsbevorderende en preventie-activiteiten die daar plaatsvinden. Deze gegevens komen samen in het schoolprofiel Zorg en Preventie. In hoofdstuk 3.1 komt deze stap aan de orde. Stap 2: Bepaling van prioriteiten Na de presentatie van het schoolprofiel Zorg en Preventie bepalen ouders, teamleden en leerlingen met elkaar welke thema’s voor hen belangrijk zijn om de gezondheid op school te bevorderen. Zij doen dat in de schoolSlag prioriteitenworkshop onder begeleiding van de GGD. In hoofdstuk 3.2 wordt de prioriteitenworkshop stap voor stap beschreven. Stap 3: Bepaling van strategieën en activiteiten In deze stap bepaalt de school onder begeleiding van de GGD welke strategieën en activiteiten het wil inzetten om te gaan werken aan de prioriteiten. Steeds wordt aangesloten
6
bij de actuele situatie op school. In het schoolSlag Aanbod Landelijk (NIGZ, 2006) staat een overzicht van beschikbare programma’s en interventies gerangschikt naar thema. Verder is bij 41 programma’s een kwaliteitsoordeel aan veel gebruikte lesprogramma’s toegevoegd op basis van de schoolSlag checklist. Het schoolSlag Aanbod Landelijk is te vinden op www.gezondeschool.nl onder ‘Producten Gezonde School’. Stap 4: Opstellen gezondheidsplan en communicatiestructuur In stap 4 plant de school met begeleiding van de GGD de activiteiten voor het volgende schooljaar en zorgt voor een goede interne communicatiestructuur. In het plan wordt zichtbaar wat voor welke doelgroep wordt ondernomen en door wie het wordt uitgevoerd. Het is de bedoeling om per jaar één prioriteit aan te pakken. Ook is het streven om voor elke prioriteit activiteiten te plannen die ten goede komen aan verschillende geledingen binnen de school. Ten behoeve van een goede communicatie zorgt de school voor een contactpersoon op school (de gezondheidscoördinator) en een overlegstructuur. Bij voorkeur sluit de overlegstructuur aan bij een al bestaande zorgstructuur. In dit overleg staat het bespreken van de gezondheidsbevorderende activiteiten en de randvoorwaarden daarvoor centraal, zoals tijd, geld, deskundigheid en communicatie. Stap 5: Uitvoering van het plan In deze stap voert de school het gezondheidsplan uit. De school kan daarbij worden ondersteund door regionale ondersteunende organisaties. De GGD kan hierbij een coördinerende rol spelen. Stap 6: Evaluatie en opname in schoolbeleid Na afloop evalueert de school de uitvoering van het plan, kijkt naar de behaalde resultaten en besluit bij gebleken succes om de activiteit structureel in het schoolbeleid op te nemen. Tegelijkertijd starten de voorbereidingen voor de volgende prioriteit. In het vierde jaar begint de school weer met stap 1 en 2: Hoe is het met de gezondheid en veiligheid op school gesteld? Waar liggen de prioriteiten voor de komende beleidsperiode van vier jaar? Zo werkt de school stap voor stap toe naar een Gezonde School. Het Gezonde School Model ziet er als volgt uit: Gezond en veilig schoolklimaat
Psychologische en sociaal-emotionele ondersteuning en begeleiding
Ouder- en buurtparticipatie
Gezondheidsbevordering op de werkplek
Zorgaanbod
Gezondheidseducatie
Voedingsbeleid
Sport en bewegen
Figuur 1: Gezonde School Model ( Leurs et al, 2005)
7
Het model bestaat uit acht componenten via welke gezondheid op school kan worden bevorderd. Elk van deze componenten levert een bijdrage aan de gezondheid en veiligheid van leerlingen en schoolpersoneel. Bij het bepalen van de strategieën en activiteiten die de school wil inzetten voor een bepaalde prioriteit kan dit model gebruikt worden. Bij elke component wordt nagegaan welke strategieën en activiteiten kunnen worden ingezet bij de betreffende prioriteit. Hierbij geldt dat inzet van meerdere componenten leidt tot een groter effect op het gedrag van leerlingen. Bijvoorbeeld: een combinatie van lessen over voeding, ouders actief betrekken bij het voedingsbeleid van de school en schoolregels over traktaties zal meer leiden tot gezonder eetgedrag bij leerlingen, dan wanneer alleen lessen over voeding worden gegeven. Gebruik van het model leidt tot meer samenhang tussen de verschillende activiteiten en maatregelen binnen een school en daarmee tot een hogere effectiviteit.
Koppeling Individuele Leerlingenzorg aan Collectieve Preventie Een derde kernpunt van de Gezonde School Methode is dat er een koppeling wordt gemaakt tussen individuele leerlingenzorg en collectieve preventie. Op basisscholen is vaak al veel aandacht voor individuele leerlingenzorg. Maar men is zich vaak weinig bewust van het feit dat goede individuele leerlingenzorg begint met een goede collectieve preventie. Collectieve preventie is de eerste stap in de zorg voor leerlingen en de eerste stap van een sluitende zorgketen (Leurs et al, 2003), zie onderstaand model. Integrale Ketenzorg Model ( Leurs et al, 2003) Niveau 0: Gezondheidsbevordering en preventie op schoolniveau
School als gezonde en veilige omgeving voor leerlingen en medewerkers. Met actieve betrokkenheid van ouders, buurt en medewerkers bij de planning en uitvoering van activiteiten op dit niveau. Niveau 1: Preventie en zorg op klasniveau Aandacht voor gezondheids- en veiligheidsthema’s in de klas. Signaleren van problemen van leerlingen en bijhouden in een leerlingvolgsysteem. Niveau 2: Extra zorg op klasniveau
Werken met groepshandelingsplannen. De groepsleerkrachten krijgen advies en coaching van deskundigen van binnen en buiten de school. Niveau 3: Hulpverlening op schoolniveau door interne deskundigen
Specifieke begeleiding van bepaalde kinderen buiten de klas. Niveau 4: Inschakelen van bovenschoolse en externe deskundigen
De school vraagt verder onderzoek en advies bij bovenschoolse of externe instanties. Niveau 5: (Tijdelijke) plaatsing in bovenschoolse zorgvoorziening
In een basisschool voor speciaal onderwijs krijgt het kind een programma op maat met gebruikmaking van speciale methodes en instructieprincipes.
Scholen kunnen hun gezondheidsbevorderende activiteiten koppelen aan thema’s die uit de individuele en collectieve onderzoeken van de GGD naar voren komen. Deze gezondheidsbevorderende activiteiten zijn dan vaak op klassen- of schoolniveau, en niet gericht
8
op een individueel kind. Op deze manier kan een school individuele leerlingenzorg koppelen aan collectieve preventie.
Samenwerking van regionale ondersteunende organisaties Het vierde kernpunt van de Gezonde School Methode is dat de regionale instellingen goed met elkaar samenwerken. Het gaat om organisaties die zich inzetten op het gebied van welzijn, gezondheid en veiligheid, ten behoeve van beleid voor de jeugd, zoals jeugdbeleid, achterstandsbeleid, onderwijsbeleid en gezondheidsbeleid. In een regio waar wordt gewerkt volgens deze methode werken genoemde organisaties bij voorkeur op structurele basis samen en hebben ze hun aanbod voor scholen goed op elkaar afgestemd. Bij voorkeur organiseren ze één centraal loket voor de school. Met één centraal loket is het voor scholen duidelijk waar ze terecht kunnen met hun hulpvraag over zorg en preventie en welke ondersteuning door de verschillende organisaties wordt geleverd.
9
3.
Opstellen schoolprofiel Zorg en Preventie
In dit hoofdstuk zetten we uiteen hoe u als GGD een school kunt ondersteunen bij het in kaart brengen van de huidige situatie op school ten aanzien van gezondheid, veiligheid, preventie en zorg in een zogenaamd schoolprofiel Zorg en Preventie. Dit ‘in kaart brengen van de huidige situatie’ vormt de eerste stap van het schoolSlag stappenplan. Het stappenplan waarborgt een planmatige aanpak in de Gezonde School Methode (zie hoofdstuk 3).
Doel Het doel van het in kaart brengen van de huidige situatie is het verkrijgen van een overzicht van: - de gezondheid, de veiligheid en het welbevinden van de leerlingen en het schoolpersoneel; - de status van het schoolgebouw en de omgeving voor wat betreft de fysieke situatie ten aanzien van veiligheid en hygiëne; - de gezondheidsbevorderende en preventie- en zorgactiviteiten die al plaatsvinden op de school; - de behoeften van de leerlingen en het schoolpersoneel teneinde hun gezondheid en veiligheid te verhogen. Dit schoolprofiel vormt de basis voor stap 2 van het schoolSlag stappenplan (zie hoofdstuk 4).
Werkwijze De GGD kan een schoolprofiel Zorg en Preventie samenstellen door gegevens te verzamelen over de gezondheid en het welbevinden van de leerlingen en het schoolpersoneel, de veiligheid op school en de preventie- en zorgactiviteiten die door de school worden uitgevoerd. De GGD kan deze gegevens op een overzichtelijke wijze presenteren in een schoolprofiel Zorg en Preventie. De gegevens worden zodanig gepresenteerd dat duidelijk wordt op welke gebieden de situatie gezond en voldoende gezondheidsbevorderend is en op welke gebieden verbetering mogelijk is. Een voorbeeld van een schoolprofiel Zorg en Preventie, is te vinden op de cd-rom ‘schoolSlag Prioriteitenworkshop Basisonderwijs’.
Bronnen Er zijn diverse mogelijkheden om aan gegevens te komen voor het in kaart brengen van de huidige situatie. Onderstaande tabel geeft een overzicht van een aantal instrumenten en bronnen die de GGD kan gebruiken bij deze stap. Ook geeft de tabel globaal aan welke informatie het instrument of de bron oplevert. Instrumenten en bronnen Quickscan directie Quickscan intern begeleider Quickscan leerkrachten Monitor Jeugd PGO scholieren Leerlingvolgsysteem Ziekteverzuimregistratie Inspectie veiligheid en hygiëne
Gezondheid leerlingen
Welbevinden schoolpersoneel
Status school en omgeving +
Gezondheidsbevorderende en preventieactiviteiten
+
+
+
+
+ + + + + +
+ +
+
10
Instrumenten en bronnen
Gezondheid leerlingen
Rapport onderwijsinspectie Kindbesprekingen en teamoverleg Ouderraad Arbo risicoinventarisatie
+ +
Welbevinden schoolpersoneel
+
+
Status school en omgeving +
Gezondheidsbevorderende en preventieactiviteiten
+
+
+ +
+
+
+
Hieronder wordt kort toelichting gegeven op de genoemde instrumenten en bronnen.
Quickscan Zorg en Preventie De Quickscan Zorg en Preventie (zie bijlage 1) is een vragenlijst, die is ontwikkeld voor het uitvoeren van stap 1 van het schoolSlag Stappenplan. De Quickscan bestaat uit drie vragenlijsten die afzonderlijk bedoeld zijn voor de directie, de intern begeleider en de leerkrachten van de school. De Quickscan geeft op een snelle manier een indruk van • de gezondheidsbevorderende, preventie en zorgactiviteiten die op school plaatsvinden, • de huidige staat van het schoolgebouw en de schoolorganisatie ten aanzien van gezondheid, hygiëne en veiligheid. • behoefte aan zorg en preventie van het schoolpersoneel. De Quickscan gaat uit van het Gezonde School Model (zie hoofdstuk 2). De vragen zijn gegroepeerd naar de acht componenten van het model. Elk van de drie vragenlijsten kunnen schriftelijk worden afgenomen. Aangeraden wordt om de vragenlijst voor de directie en voor de intern begeleider mondeling af te nemen. Op die manier krijgt de GGD meer informatie te horen over de situatie en de organisatie van de school, een betere indruk van de sfeer op school en meer gevoel voor de mogelijkheden op school. Bijlage 1d geeft achtergrondinformatie over de vragen.
Monitor Jeugd De informatie voor de gezondheidssituatie van de jeugd, die periodiek door uw GGD wordt verzameld, kunt u gebruiken voor het schoolprofiel Zorg en Preventie. In principe zijn gegevens op schoolniveau voor de school het meest informatief. Als die niet voorhanden zijn, kunt u ook gegevens over de gezondheidsituatie van de jeugd presenteren op regionaal niveau. Een voorbeeld van een instrument voor het verzamelen van gezondheidsgegevens van de jeugd op schoolniveau, zijn de TNO Vragenlijsten Schoolgezondheid Basisonderwijs (Bruil et al., 2004). Dit zijn vragenlijsten voor ouders over hun kinderen van groep 1 tot en met 5 en voor kinderen van groep 6 tot en met 8. Deze vragenlijst vraagt naar demografische gegevens, leefstijl en gezondheid en naar psychosociaal functioneren. Het zijn gestandaardiseerde en gevalideerde vragenlijsten. Zie voor meer informatie www.ggdkennisnet.nl en typ in zoeknummer 25401. Deze plek op de website is alleen voor GGD-medewerkers bereikbaar.
Periodiek Geneeskundig Onderzoek (PGO) Scholieren Jaarlijks neemt de jeugdarts of jeugdverpleegkundige bij bepaalde groepen van het basisonderwijs een preventief gezondheidsonderzoek af. De resultaten van deze onderzoeken kunnen worden verzameld op schoolniveau en als input dienen voor het schoolprofiel Zorg en Preventie.
11
Leerlingvolgsysteem (LVS) De meeste basisscholen hebben een leerlingvolgsysteem: een systeem waarin voor elke leerling zijn ontwikkeling van groep 1 tot en met 8 wordt bijgehouden. Het gaat veelal om toetsresultaten, rapporten en beschrijvingen van gedrag. De intern begeleider van een school beheert dat systeem en heeft overzicht van de prestaties van de leerlingen op school. De GGD kan in een gesprek met hem of haar, horen hoe de kinderen presteren bij de verschillende vakgebieden, wat er goed gaat en waar de problemen liggen.
Ziekteverzuimregistratie Elke school is verplicht het ziekteverzuim van zowel personeel als van leerlingen te registreren. De GGD kan dat opvragen bij de directie of intern begeleider.
Inspectie veiligheid en hygiëne In overleg met de school kan de GGD of een Arbodienst een inspectie in en rond het schoolgebouw uitvoeren. Aspecten die tijdens een dergelijke inspectie aan de orde komen zijn onder andere: De hygiëne in de gangen, toiletten en lokalen Het schoolmeubilair De ventilatie, de temperatuur en de verlichting EHBO en brandpreventie De verkeersveiligheid bij de schoolpoort Tijdens de inspectie kan de GGD of Arbodienst een indruk krijgen van: De sfeer in de klassen en binnen het team De betrokkenheid van de ouders Het roken en drinken op school, zowel door kinderen als door leerkrachten
12
4.
Bepalen van prioriteiten
Na het opstellen van het schoolprofiel Zorg en Preventie kan de prioriteitenworkshop worden uitgevoerd. Hiermee kan in kaart worden gebracht welke aandachtsgebieden voor teamleden, ouders en leerlingen prioriteit zijn om aan te werken teneinde de gezondheid op school te bevorderen.
4.1
De schoolSlag Prioriteitenworkshop
In de schoolSlag prioriteitenworkshop bepalen de geledingen van de school (ouders, teamleden en leerlingen) welke aandachtsgebieden voor hen prioriteit zijn bij het werken aan gezondheid en veiligheid op school. Dat doen ze eerst in aparte groepen, die elk drie tot vijf prioriteiten kiezen. Daarna presenteren de groepen hun prioriteiten aan elkaar. In een plenaire discussie onder leiding van de GGD-workshopleider komen de ouders, teamleden en leerlingen tot consensus over de drie tot vijf belangrijkste prioriteiten. Deze gezamenlijke prioriteiten bieden zij als advies voor de komende drie jaar aan de directie aan.
4.2
Doel
Het doel van het bepalen van de prioriteiten van ouders, teamleden en leerlingen is tweeledig. Ten eerste helpt de school zo draagvlak te creëren bij het schoolpersoneel, ouders en leerlingen voor het structureel werken aan gezondheid en veiligheid op school. Ten tweede bereikt de school middels de prioriteitenworkshop consensus over de gebieden die als prioriteit worden gezien door ouders, teamleden en leerlingen om te werken aan gezondheidsbevordering op school. Zowel het creëren van draagvlak als het realiseren van consensus zijn van groot belang voor een succesvolle beleidscyclus.
4.3
Rol directie en intern overleg Gezonde School
Bij het ontwikkelen van preventief gezondheidsbeleid op school neemt de directie een belangrijke plaats in. Een succesvolle beleidscyclus volgens de Gezonde School Methode is afhankelijk van de mate en de wijze waarop de directie achter het proces staat. Het is de directie die tijd en middelen vrij kan maken, die het gezondheidsplan schrijft en op kan nemen in een schoolplan en die wel of niet toeziet op naleving ervan. Vandaar dat het wenselijk is om de directie van het begin af aan bij de Gezonde School Methode te betrekken. Ook bij de prioriteitenworkshop is de betrokkenheid van de directieleden zeer gewenst. Hun rol is vooral toehoorder. Het is dus niet de bedoeling dat zij zich mengen in de discussies of richting geven aan het keuzeproces van de prioriteiten. De prioriteitenworkshop is juist bedoeld om draagvlak en consensus te vinden bij de geledingen van de school. De prioriteiten waarover zij consensus bereiken gaan als advies naar de directie. Voor de prioriteiten waar de komende drie jaar aan gewerkt gaat worden, zal een beleidsplan moeten worden geschreven. De GGD kan de school hierin adviseren. Het is raadzaam als de directie zorgt voor een intern overleg, bijvoorbeeld een werkgroep ‘Gezonde School’, met de IB-er of een ander teamlid, een vertegenwoordiging van de ouders, en mogelijk leerlingen. Deze werkgroep kan de spil zijn in de uitvoering van het gezondheidsbeleidsplan. Ook kan de werkgroep zich laten adviseren door de GGD.
13
4.4
Verloop prioriteitenworkshop en aandachtspunten
Het verloop van de prioriteitenworkshop is stap voor stap beschreven in het Draaiboek Prioriteitenworkshop in bijlage 2. In het draaiboek zijn de handelingen op een rij gezet die u als begeleider van de workshop kunt uitvoeren. Hieronder wordt ingegaan op de overwegingen en aandachtspunten bij het voorbereiden en uitvoeren van de prioriteitenworkshop.
De voorbereiding In de voorbereiding wordt besloten wie wordt uitgenodigd voor de prioriteitenworkshop, en wat de status is van de uitkomst van de workshop.
De deelnemers In het basisonderwijs is de prioriteitenworkshop geschikt voor ouders en teamleden. Door de jonge leeftijd van de leerlingen in het basisonderwijs wordt aangeraden hun prioriteiten op een leeftijdsadequate manier in klassenverband te bepalen (zie voor suggesties paragraaf 4.5) Teamleden van een basisschool bestaan uit leerkrachten en onderwijs ondersteunend personeel (OOP). Het is aan de school om te bepalen of het OOP bij de workshop wil betrekken. In het geval de school veel OOP heeft, kan overwogen worden om hen in een aparte groep tijdens de prioriteitenworkshop prioriteiten te laten bepalen. We raden aan om ouders en teamleden in groepen van acht à tien mensen de workshop in groepen te laten doen. Uit ervaring is gebleken dat dat een handzame groepsgrootte is om prioriteiten te bepalen. Als de school een groot team heeft, dan kan tijdens de workshop de groep teamleden in twee of meer groepen worden gedeeld. Als veel ouders deelnemen, kunnen zij ook in twee of meer groepen worden gedeeld. Uit ervaring is gebleken dat het uitnodigen van ouders enige aandacht vereist. Een enkele aankondiging van de prioriteitenworkshop in de nieuwsbrief van de school levert soms maar zeer weinig ouders op. Het is raadzaam de prioriteitenworkshop ruim van te voren te plannen, en de ouders op verschillende momenten te attenderen op deze workshop. Door het toesturen van een samenvatting van het Schoolprofiel Zorg en Preventie aan de ouders één week voor de prioriteitenworkshop, kan hun betrokkenheid worden verhoogd. Scholen kennen hun eigen kanalen om ouders te bereiken goed. Dat kan bijvoorbeeld via de nieuwsbrief of website van de school, via aankondigingen op posters in de school of door het aanspreken van ouders op het schoolplein of tijdens oudergesprekken. Daarnaast kunnen actieve ouders uit bijvoorbeeld de ouderraad of oudercommissies worden uitgenodigd.
Status van de uitkomst van de workshop Het is belangrijk is om vooraf in overleg met de directie en intern begeleider vast te leggen wat de status is van de uitkomst van de workshop. We adviseren om de gezamenlijke prioriteiten van ouders en teamleden als advies aan de directeur aan te bieden. De directeur neemt de inspanningsverplichting op zich om dit advies naar best vermogen uit te voeren. Hij zal de gezamenlijke prioriteiten van ouders en teamleden leggen naast de prioriteiten van de leerlingen en de bevindingen in het schoolprofiel Zorg en Preventie. In dialoog met de GGD zal de directeur op basis van deze geadviseerde prioriteiten en het schoolprofiel Zorg en Preventie bepalen welke prioriteiten de komende tijd de schoolprioriteiten zijn voor het werken aan een gezonde school. Als de school een werkgroep Gezonde School heeft, wordt aangeraden deze werkgroep bij deze beslissing te betrekken.
14
De Workshop De prioriteitenworkshop bestaat uit drie fasen, te weten een inleidende presentatie, de workshop in groepen en de plenaire discussie. Voor een goed eindresultaat, namelijk het creëren van draagvlak en het realiseren van consensus,, is een aantal zaken van belang. Deze zaken beschrijven we hieronder voor de drie fasen van de workshop.
Inleidende presentatie De inleiding bestaat uit een inleidend praatje, een presentatie met een samenvatting van het Schoolprofiel Zorg en Preventie en een uitleg van de workshop. Tijdens het inleidend praatje is het van belang dat de workshopleider stilstaat bij de reden van de bijeenkomst, wat van de ouders en teamleden wordt verwacht en wat met de opbrengst zal worden gedaan na de bijeenkomst. Ook is het van belang aan te geven hoe de bijeenkomst gaat verlopen en hoe lang verschillende onderdelen gaan duren. De presentatie van het Schoolprofiel Zorg en Preventie is bedoeld om de teamleden en ouders in te lichten over de huidige situatie op school over gezondheid, veiligheid, preventie en zorg. Het is belangrijk dat zij daar enige kennis van hebben en gevoel voor krijgen, zodat zij de huidige situatie mee kunnen laten wegen in het bepalen van de gebieden die zij belangrijk vinden om de komende jaren aan te werken. Het is raadzaam om een samenvatting van de belangrijkste uitkomsten van het schoolprofiel onder ouders en teamleden te verspreiden. Een uitleg van de workshop is van belang om de workshop in aparte groepen goed te laten verlopen. Het is de bedoeling dat ouders en teamleden te horen krijgen wie naar welke ruimte gaat, voor hoe lang, wat er daar precies van hen wordt verwacht en bij wie ze terecht kunnen voor vragen tussendoor. Een goede en rustige uitleg helpt voorkómen dat de aanwezigen in hun eigen groepje niet direct aan de slag kunnen.
De workshop in groepen Tijdens de workshop bepalen ouders en teamleden met behulp van prioriteitenkaartjes (zie bijlage 2c en 2d) welke gebieden voor hen prioriteit zijn om de komende jaren aan te werken ter bevordering van de gezondheid op school. Deze prioriteiten schrijven ze op grote vellen die ze op de plek van de einddiscussie aan de muur hangen. Tijdens het bepalen van de prioriteiten is het van belang dat de groepen elkaar niet beïnvloeden. De wijze waarop de groepen tot een prioriteitenkeuze komen is vrij. Doorgaans zijn teamleden in staat om zelfstandig tot een werkbare wijze te komen. Vooral voor laag opgeleide ouders is dat moeilijker. De GGD kan overwegen om de ouders extra te begeleiden in keuzeproces. Van belang is dan wel dat de begeleider van de ouders een neutrale houding aanneemt, en hulp biedt in het proces, maar niet inhoudelijk.
De einddiscussie De bedoeling van de einddiscussie is om uit alle prioriteiten die de ouders en de teamleden hebben ingebracht, gezamenlijk drie tot vijf prioriteiten te kiezen. Omdat zowel de ouders als de teamleden met zorg hun prioriteiten hebben gekozen, is het van belang dat de GGDworkshopleider dit proces tactvol leidt. De workshopleider heeft hierbij een belangrijke taak. Het bepalen van de gezamenlijke prioriteiten vraagt van de workshopleider enerzijds doortastendheid en besluitvaardigheid. Anderzijds is het belangrijk dat hij/zij met zorg omgaat met de prioriteiten die door de afzonderlijke groepen zijn genoemd en dat hij/zijj ervoor zorgt dat iedereen zich gehoord voelt.
15
Tijdens de einddiscussie bepaalt de workshopleider samen met de deelnemers eerst welke prioriteiten door beide groepen zijn genoemd. Prioriteiten die elkaar aanvullen of die elkaar omvatten kunnen als gezamenlijke prioriteit worden gezien. Daarna houden de deelnemers een discussie over de prioriteiten die niet door beide groepen zijn genoemd. De workshopleider kan die discussie leiden, door eerst de groepen toelichting te laten geven op de prioriteiten die niet door de andere groep zijn genoemd. Vervolgens kan de andere groep daarop reageren. De workshopleider kan tijdens deze discussie met ‘voelsprieten’ speuren naar mogelijkheden om de prioriteiten die niet door elke groep zijn genoemd terug te brengen in aantal, op een manier waarbij de deelnemers zich gehoord voelen. In de praktijk blijkt dit steeds goed mogelijk te zijn.
Afsluiting De prioriteitenworkshop wordt afgesloten met het aanbieden van de gezamenlijke prioriteiten van ouders en teamleden aan de directeur. Het is daarbij van belang om duidelijk uit te leggen hoe de directeur verder om zal gaan met dit advies. De workshopleider zegt toe om een beknopt verslag te schrijven met de gekozen prioriteiten. Dit wordt als advies aan de directie aangeboden. Belangrijk is dat de tekst beknopt blijft (liefst één A-4) en dat het verslag bij voorkeur in concept voorgelegd wordt aan de deelnemers. Onderdeel van het advies is om een of meer teamleden/ouders te belasten met het opstellen van het schoolgezondheidsplan, in samenwerking met de GGD. Het advies aan de directie wordt ter kennisgeving meegedeeld aan het personeel, de medezeggenschapsraad en de ouderraad.
4.5
Met kinderen Gezonde School-prioriteiten bepalen
Inmiddels is ervaring opgedaan met het vragen aan basisschoolkinderen naar hun prioriteiten voor een gezonde school. Twee manieren waarop dat kan, beschrijven we hieronder. Elke leerkracht die dat wil, kan zijn/haar kinderen laten aangeven op welke gebieden zij willen dat de school inspanningen verricht om gezonder te kunnen leven op school. Daarbij is een goede inleiding van belang. Het belangrijk dat de kinderen weten wat gezondheid is en hoe je dat kunt bevorderen. Dat gezondheid gaat over lichamelijk en geestelijk welbevinden en over sociale contacten. Dat je op een heleboel manieren dingen kunt doen die goed zijn voor je gezondheid en dat de inrichting van de omgeving en de spullen die voorhanden zijn en de regels die gelden, bepalen of je die activiteiten kunt doen en hoe vaak.
Suggestie voor een uitgebreide les In bijlage 3 is als een voorbeeld van een manier om met kinderen prioriteiten voor een gezonde school te bepalen een lesvoorbereiding opgenomen voor een prioriteitenworkshop voor kinderen. Deze lessuggestie is bedoeld voor groepsleerkrachten die dit met hun klas willen gaan doen. Als de school deze variant van de prioriteitenworkshop voor kinderen wil uitvoeren, hebben zij een kopie nodig van de prioriteitenkaartjes (bijlage 2c en 2d).
Suggestie voor een korte les Als de kinderen op de hoogte zijn van gezondheid en hoe je dat kan bevorderen, kan de leerkracht de kinderen prioriteiten laten bepalen door eerst uitgebreid te brainstormen over welke voorzieningen en mogelijkheden de kinderen wensen zodat ze gezonder op school kunnen leven. Daarna kan de leerkracht vragen de kinderen de twee belangrijkste ideeën op te
16
schrijven. Alle opgeschreven ideeën kunnen daarna geïnventariseerd worden. De drie meest genoemde ideeën vormen de prioriteiten-top-drie van de klas. De intern begeleider of de GGD bijvoorbeeld, kan daarna helpen om de gezamenlijke top drie van de kinderen vast te stellen.
4.6
Varianten
Het is mogelijk dat de school de hierboven beschreven werkwijze niet kan of wil uitvoeren. Er zijn natuurlijk andere mogelijkheden om consensus te bereiken met draagvlak van de betrokken partijen. Vanuit de praktijk zijn drie varianten ontwikkeld. Deze worden hieronder kort beschreven.
De workshops voor ouders en leerkrachten op verschillende momenten Om deelname onder ouders en leerkrachten te verhogen, kiezen scholen er soms voor om de workshop in te zetten tijdens reguliere bijeenkomsten zoals een ouderavond of een teamvergadering. Bij het loskoppelen van de groepen is rapportage achteraf extra belangrijk.
Kinderen mee laten doen met de prioriteitenworkshop De workshop kan in oorspronkelijke vorm worden uitgevoerd met aanwezigheid van een aantal kinderen uit groep 7 en 8. Naast de ouders en de leerkrachten vormen zij de groep ‘kinderen’; dit is dan de derde groep. Zij nemen op dezelfde manier deel aan de workshop als de ouders en leerkrachten. Deze groep heeft tijdens het bepalen van prioriteiten zeker een begeleider nodig. Het is van belang dat deze begeleider zorgt voor een sfeer waarin de kinderen zich vrij voelen om voor hun mening uit te komen.
Schriftelijke peiling In plaats van een workshop kan ook gekozen worden voor een schriftelijke peiling. Ouders en leerkrachten (en kinderen) krijgen dan een vragenlijst voorgelegd waarop zij hun keuzes kenbaar kunnen maken. De vragenlijst bevat de prioriteiten van de prioriteitenkaartjes. Ouders en teamleden geven dan op de vragenlijst aan of ze een actiepunt belangrijk, niet belangrijk/niet onbelangrijk of onbelangrijk vinden. Door per actiepunt de twee hoogst scorende items te kiezen, ontstaan in totaal zestien prioriteiten. De GGD kan samen met een op school aanwezige werkgroep Gezonde School, drie tot vijf prioriteiten vaststellen.
17
5.
Referenties
Bessems, K. & Buijs, G. (2006). Kwaliteit in beeld. Onderwijsprojecten met een beoordeling volgens de schoolSLag-checklist. Woerden: NIGZ. Boerma, L. & Hegger, W. (2001). Gezond op school. Een methodiek voor het primair onderwijs om team en ouders te laten beslissen over prioriteiten op het gebied van gezondheid. Nijmegen: ITS Wetenschap voor beleid en samenleving, Stichting Katholieke Universiteit. Bruil, J., Dijkstra, N.S., Jacobusse, G.W., Kok, C., Klabbers, A.J.P.A., Duinstra, U.D., van Wijngaarden, J.C.M., Pijpers, F.I.M., Paulussen, T.G.W.M. (2004). Handleiding Vragenlijsten Schoolgezondheid Basisonderwijs “wat doe jij voor je gezondheid?” Utrecht: GGD Nederland. Buijs, G. (2005a). schoolSlag-prioriteitenworkshop voortgezet onderwijs. Woerden: NIGZ. Buijs, G. (2005b). Werkdocument De Gezonde School in Nederland. Woerden: Landelijke Werkgroep Gezonde School. Görts, C. & Jonkers, R. (2001). Gezondheid op school. Een inventariserend onderzoek naar schoolgezondheidsbeleid in Nederland. Haarlem: Rescon, research & consultancy. Leurs, M., Kleijnen, R., Consten, K., Pennartz, A. en Feron, F. (2003). Integrale ketenzorg binnen het onderwijscontinuüm van zorg. Remediaal, 4 (2). 16-22. Leurs, M., & Vries, N. de (2005). Samen planmatig aan de slag met preventie. Zorgbreed, 2 (8), 32-40. Ruiter, S. de. (2006). Het schoolSlag Aanbod Landelijk 2006-2007. Overzicht landelijke onderwijsprojecten en lesmaterialen over gezondheid. Woerden: NIGZ
18