Promen: een duurzame en gemeenschappelijke toekomst?
AR Zuid-Holland centraal
AR Holland-Rijnland
AR MiddenHolland
AR Midden-Utrecht
Promen
Onderzoek naar het duurzaam model en de voor- en nadelen van evt splitsen.
AR Drechtsteden Invoering Participatiewet: Lokaal en/of regionaal
Bijeenkomst met gemeenteraden Promen: donderdag 05 november 2015 Robert Capel
Agenda 1. 2. 3. 4. 5. 6.
De onderzoeksvragen Promen en zijn omgeving Het duurzame model 2016 - 2019 De gevolgen van eventueel splitsen Een gerichte strategie voor 2020 en verder Aanbevelingen
1. De onderzoeksvragen Onderzoeksvraag 1 Neem kennis van het duurzame modulaire model, zoals dat door Promen ontwikkeld is, licht dat door aan de hand van gesprekken met relevante actoren en schets een beeld over het realiteitsgehalte van het model. Onderzoeksvraag 2 Breng de consequenties in kaart van een eventuele splitsing van Promen in een westelijk en een oostelijk deel, geef aan wat de financiële gevolgen zijn en mogelijke aandachtspunten.
2. Promen en zijn omgeving 1. Overwegend positief oordeel over Promen als uitvoeringsorganisatie 2. Met Participatiewet ontstaat wens tot keuzevrijheid en maatwerk 3. Arbeidsmarktregio’s en Werkbedrijf zijn geen leidend inrichtingsprincipe 4. Promen komt proactief met voorstellen zoals het Duurzaam model
3. Het duurzaam model 2016 - 2019 Beoordeling van het model langs zeven criteria: 1. optimalisatie WSW: maatregelen concreet en haalbaar 2. prijs trajecten (€ 2.250): een reële prijs en goed onderbouwd 3. aantal trajecten: niet onrealistisch. Onzekerheid tav gewenste deelname 4. financiële risico’s aantal trajecten: zeer beperkt. Bijsturen is mogelijk 5. financiële scheiding PW en WSW: solide en raadzaam tbv maatwerk 6. keuzevrijheid: gezamenlijke deelname, facultatief in keuze modules 7. toekomstbestendigheid: maatwerk per gemeente blijft mogelijk. Hiermee echter nog geen antwoord op gewenste bedrijfsstrategie
3. Het duurzaam model 2016 - 2019 Ontwikkeling nieuwe gemeentelijke doelgroep?
Trajecten PW
Afbouw WSW
2016
Nieuwe/ andere taken? Gecontroleerde transitie? Gefaseerde krimp? Continueren trajecten PW? Volume en samenstelling in andere conjunctuur?
Afbouw WSW vervolg
2019
2025
3. Het duurzaam model 2016 - 2019 Conclusies: 1. Het duurzaam model is een overzichtelijke meerjarenafspraak tussen de deelnemende gemeenten. 2. Binnen dit kader kan Promen bedrijfsvoeringsbeslissingen nemen 3. De modulaire opzet biedt ruimte aan gemeenten voor maatwerk 4. De trajecten hebben als doel een efficiënte en effectieve invulling P-wet 5. Financiële risico’s tav het aantal trajecten zijn beperkt en bij te sturen 6. Het duurzaam model biedt ruimte tot het ontwikkelen en opstellen van de bedrijfsstrategie Promen voor de periode na 2019, de dan gewenste samenwerkingsvormen tussen de gemeenten en het opstellen van een route van gecontroleerde transitie
4. De gevolgen van eventueel splitsen Het draagvlak voor eventueel splitsen • Verschillende gemeenten geven expliciet aan geen behoefte te hebben aan splitsen en daarmee is een uitspraak of zij zouden willen aansluiten bij een eventueel nieuw te ontwikkelen alternatief prematuur. • Andere gemeenten geven aan vooral vragen te hebben t.a.v. der toekomstbestendigheid van Promen, de doelgroep en gewenste dienstverlening. Splitsing is daarbij geen doel op zich. • Daarom heeft de uitwerking van de splitsing langs de lijnen van de twee arbeidsmarktregio’s in - een Oost-variant (met Gouda-Krimpenerwaard-Waddinxveen) - een West-variant (met Capelle-Krimpen a.d. IJssel- Zuidplas) uitsluitend een technisch karakter, zonder bestuurlijk draagvlak.
4. De gevolgen van eventueel splitsen De consequenties van eventueel splitsen • • • • • •
alle medewerkers doelgroep WSW herplaatsen alle professionals herplaatsen of deels afvloeien of zelf vertrekken alle contracten met werkgevers/ opdrachtgevers stoppen formeel herverdelen werk, opdrachtgevers en contracten opheffen balans (onroerend goed, bedrijfsmiddelen etc) gevoelige tik voor drive/ dynamiek huidige medewerkers
In vier situaties is uitgewerkt wat de financiële consequenties zijn van splitsen, variërend van een soepele overgang tot volledige ontmanteling. Ervaringen elders in het land: • Verschillende voorbeelden van voorgenomen splitsing/ ontmanteling van goed draaiende SW-bedrijven die alsnog zijn teruggedraaid, nadat in beeld is gekomen wat de consequenties van splitsing zouden zijn.
4. De gevolgen van eventueel splitsen
4. De gevolgen van eventueel splitsen De conclusies t.a.v. eventueel splitsen Een soepele overgang vraagt aan de voorkant om gedetailleerde gezamenlijke plannen. Ook het opdelen in twee delen vraagt om bestuurlijke overeenstemming tussen de gemeenten vooraf. Haalbaarheid is hoogst twijfelachtig gezien de expliciete voorkeur van sommige gemeenten om niet te willen splitsen. Splitsen zonder brede bestuurlijke overeenstemming vooraf leidt tot een harde landing of zelfs ontmanteling met hoge kosten. Het duurzaam model biedt de gelegenheid om in de periode 2016 – 2019 te werken aan een nieuwe bedrijfsstrategie, eventuele nieuwe samenwerkingsvormen tussen gemeenten en een gecontroleerde transitie.
5. Een gerichte strategie voor 2020 en verder • De bedrijfsstrategie: denken in werk en (potentiële) werknemers Concrete antwoorden geven op een afgebakend aantal thema’s: i. thema groen (van detachering tot eigen uitvoeringsbedrijf) ii. thema detachering (zowel individueel als groepsgewijs) iii. thema interne productie/ beschut (al dan niet in eigen beheer) iv. thema integratie met werk/ trajecten sociale dienst • De tijdslijn: in doorlooptijd van max 1 jaar de bedrijfsstrategie opstellen. In najaar 2016 de antwoorden en keuzes van gemeenten • Maatwerk wordt mogelijk in onderlinge gemeentelijke samenwerking, zowel financieel administratief als juridisch
6. Aanbevelingen 1. Honoreer en organiseer het uittreden van Alphen a/d Rijn 2. Hanteer het duurzaam model als kader voor 2016 – 2019 3. Stuur tussentijds op kosten en resultaten van trajecten P-wet 4. Ontwikkel komend jaar een bedrijfsstrategie voor 2020 en verder 5. Op basis van de uitgewerkte bedrijfsstrategie kunnen nieuwe vormen van samenwerking tussen de gemeenten in een daarbij passende samenstelling worden vastgesteld