SECTORFOTO
Personenvervoer 2008
Departement Werk en Sociale Economie
Colofon Samenstelling: Vlaamse overheid Beleidsdomein Werk en Sociale Economie Departement Werk en Sociale Economie Koning Albert II-laan 35 bus 20 1030 Brussel Tel 02/553 42 56
[email protected] Verantwoordelijke uitgever: Dirk Vanderpoorten Secretaris-generaal Depotnummer: D/2008/3241/330 Lay-out: Vingerhoets.com Uitgave: december 2008
Synthese • In 2005 waren in er het Vlaams Gewest 5.628 jobs in de sector van het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar, 0,4% van het totaal aantal jobs in Vlaanderen. Het grootste gedeelte van deze jobs vinden we terug in middelgrote bedrijven met tussen de 20 en 99 werknemers. • In 2007 ontving VDAB 952 vacatures voor het personenvervoer, voornamelijk voor laaggeschoold personeel. Autobus- en autocarchauffeurs zijn schaars en de vraag groeit sterk. De sector zoekt daarom ook kandidaten zonder ervaring en leidt deze vaak zelf op. • In 2007 werden 121 IBO’s opgestart in de sector, 0,8% van alle IBO’s in Vlaanderen. Bij de deelnemers aan deze IBO’s vinden we opvallend weinig jongeren, en veel ouderen. • In 2007 werd één diversiteitsplan afgesloten door een bedrijf uit de sector bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar.
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
3
Voorwoord Sectoren zijn een belangrijke motor in het Vlaamse arbeidsmarktbeleid. We denken hierbij bijvoorbeeld aan acties in het kader van diversiteit, opleiding van werknemers en toeleiding van leerlingen en werkzoekenden naar de arbeidsmarkt. Via de sectorconvenants (protocollen tussen de Vlaamse Regering en sectoren) engageren de sectorale sociale partners zich om de prioriteiten van het arbeidsmarktbeleid mee gestalte te geven. Op die manier werkt het sectorale beleid versterkend ten aanzien van het Vlaamse arbeidsmarktbeleid. In 2001 werd de eerste generatie sectorconvenants afgesloten in het kader van het Vlaams Werkgelegenheidsakkoord 2001-2002. De bestaande samenwerking van de Vlaamse Regering met de sectoren d.m.v. sectorconvenants werd later telkens verlengd en uitgebreid op basis van de volgende Werkgelegenheidsakkoorden. Anno 2008 is het vooral de Competentieagenda die inspirerend werkt op de werking van de sectorconvenants. Via de sectorconvenants trachten de sectoren meer mensen aan het werk te krijgen en houden en elk talent te (h)erkennen, ontwikkelen en benutten. Om de sectorconvenants en de sectoren te kunnen plaatsen binnen een socio-economisch kader, worden sectorfoto’s gemaakt die we ter beschikking stellen van de sectoren en publiek maken via de portaalsite www.werk.be. Op deze website kan u ook de gehanteerde cijferreeksen en uitleg bij de methodologie terugvinden. We geloven namelijk in de sectorfoto’s als steunpunt én hefboom om in overleg met de sectoren en vanuit een sectorale invalshoek een strategische visie te ontwikkelen als antwoord op de huidige en toekomstige uitdagingen van de arbeidsmarkt. Sectoren krijgen aan de hand van de sectorfoto’s zicht op de realiteit in hun sector en op hun positie ten opzichte van het Vlaamse gemiddelde. Dit kan inspirerend werken bij de totstandkoming van nieuwe sectorconvenants (verlengingen) of kan sectoren aanzetten om tussentijds bij te sturen. Alle gepubliceerde sectorfoto’s werden eerst gekeurd en goed bevonden door de sectorale sociale partners. We beseffen dat de onderstaande cijfers, tabellen en grafieken geen perfecte weergave zijn van de sectorale dynamiek. Misschien had uzelf als fotograaf vanuit een ander perspectief een andere kadering gekozen of gefocust op andere elementen. We nodigen u dan ook uit om dit instrument gaandeweg samen met ons te blijven versterken. We hopen met deze snapshots alvast het sectoraal beleid verder te inspireren.
Dirk Vanderpoorten Secretaris – generaal, departement Werk en Sociale Economie
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
4
Inhoudsopgave SYNTHESE
3
VOORWOORD
4
INHOUDSOPGAVE
5
1. INLEIDING
6
2. AANTAL JOBS EN VESTIGINGEN IN VLAANDEREN
7
3. KENMERKEN VAN DE BEROEPEN EN VACATURES
9
4. DE INDIVIDUELE BEROEPSOPLEIDING IN DE ONDERNEMING
11
5. DIVERSITEITSPLANNEN
13
Figuren 1: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005)
7
Tabellen 1: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005)
7
2: Verdeling van de vestigingen naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005)
8
3: Kenmerken van de ontvangen vacatures in het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar (Vlaams Gewest, 2007)
9
4: Overzicht van de belangrijkste beroepen en vacatures in het personenvervoer (Vlaams Gewest, 2007)
10
5: Kenmerken van de opgestarte IBO’s (Vlaams Gewest, 2007)
11
6: Diversiteitsplannen (Vlaams Gewest, 2007)
13
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
5
1. Inleiding Het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar behoort tot het Paritair Comité voor het Vervoer en de Logistiek (PC 140), subcomités 140.01, 140.02 en 140.03. Zij worden gegroepeerd onder werkgeverskengetal 085 (Werkgevers die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor het Vervoer en de Logistiek en behoren tot de bedrijvigheidsectoren geregeld vervoer, bijzondere vormen van geregeld vervoer of ongeregeld vervoer). De sector betreft arbeiders werkzaam in de nace-activiteiten: 60.211 Stedelijk en voorstedelijk bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per
autobus en autocar
60.212 Bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar
volgens een dienstregeling
60.23 Overig vervoer van personen te land De databestanden waarmee de cijfers uit deze sectorfoto opgemaakt zijn, zijn steeds afgebakend volgens óf paritair comité óf nace-codes. Een afbakening volgens paritair comité geeft gewoonlijk een licht andere populatie dan bij een afbakening op basis van nace-code, maar dit staat een correcte interpretatie van de cijfers niet in de weg. De resultaten van de analyse worden per sector steeds afgewogen tegen een gemiddelde voor alle sectoren samen. Hierdoor kan vastgesteld worden of de sector beneden- of bovengemiddelde cijfers haalt voor de verschillende indicatoren. De sectorfoto biedt zo een globaal cijfermatig portret van de sector. Een uitgebreide toelichting over de gebruikte methodologie/bronbestanden kan u terugvinden op www.werk.be. De cijfers die in deze sectorfoto gebruikt worden, evenals in de sectorfoto’s van andere sectoren, worden u integraal online aangeboden. Ook de sectorfoto’s zijn downloadbaar in pdf-formaat.
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
6
2. Aantal jobs en vestigingen in Vlaanderen De cijfergegevens betreffende het aantal jobs en inrichtingen zijn gebaseerd op de gedecentraliseerde statistieken van de RSZ. Binnen deze statistieken telt men met arbeidsplaatsen naar werkplaats. De afbakening is gebeurd op basis van werkgeverskengetal 085. In 2005 is het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar goed voor een totaal van 5.628 jobs of 0,4% van het totale aantal jobs in de Vlaamse privésector. Meer dan de helft van de loontrekkende jobs (57,2%) in het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar zijn gesitueerd in middelgrote ondernemingen met tussen de 20 en 99 jobs, wat een flink stuk hoger is dan gemiddeld in de Vlaamse privésector (28,3%). Slechts 9,3% van de jobs in bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar zijn in kleine bedrijven met minder dan 10 werknemers te vinden, ten opzichte van 20,5% van alle jobs in de Vlaamse privésector. Tabel 1: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) Bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar Ondernemingsgrootte Totaal
Privésectoren
n
%
%
5.628
100,0
100,0 (n= 1.544.659)
1 tot 4 jobs
205
3,6
10,8
5 tot 9 jobs
323
5,7
9,7
10 tot 19 jobs
923
16,4
10,6
20 tot 49 jobs
1.992
35,4
16,1
50 tot 99 jobs
1.228
21,8
12,2
100 tot 199 jobs
956
17,0
11,3
200 tot 499 jobs
1
0,0
13,7
500 tot 999 jobs
-
-
7,5
Meer dan 1.000 jobs
-
-
8,3
Bron: Gedecentraliseerde statistiek RSZ, toestand op 31/12/2005 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE)
Figuur 1: Verdeling van de jobs naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) 40%
35,4%
35% 30% 25%
21,8% 16,4% 10,8% 3,6%
9,7%
17,0%
16,1% 12,2%
10,6%
11,3%
20% 13,7% 7,5%
5,7% 0,0%
1-4
15%
5-9
8,3%
10-19
20-49
50-99
100-199
200-499
0,0% 500-999
0,0% +1.000
10% 5% 0%
Ondernemingsgrootte (aantal werknemers) Personenvervoer Privésector
Bron: Gedecentraliseerde statistiek RSZ, toestand op 31/12/2005 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE)
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
7
In tabel 2 vinden we de verdeling van de inrichtingen naar ondernemingsgrootte. Het gaat hier om alle vestigingen van alle bedrijven, niet om de bedrijven in hun geheel. In 2005 telt het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar 345 inrichtingen, wat goed is voor 0,2% van het totale aantal inrichtingen in de Vlaamse privésector. Tabel 2: Verdeling van de vestigingen naar ondernemingsgrootte (Vlaams Gewest, 2005) Bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar Ondernemingsgrootte
Privésectoren
n
%
%
Totaal
345
100,0
100,0 (n= 141.511)
1 tot 4 jobs
125
36,2
65,9
5 tot 9 jobs
54
15,7
16,2
10 tot 19 jobs
72
20,9
8,5
20 tot 49 jobs
65
18,8
5,8
50 tot 99 jobs
18
5,2
1,9
100 tot 199 jobs
8
2,3
0,9
200 tot 499 jobs
-
-
0,5
500 tot 999 jobs
-
-
0,1
Meer dan 1.000 jobs
-
-
0,0
Onbekend
3
0,9
0,2
Bron: Gedecentraliseerde statistiek RSZ, toestand op 31/12/2005 (Bewerking Steunpunt WSE/Departement WSE)
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
8
3. Kenmerken van de beroepen en vacatures Voor de afbakening van het personenvervoer maakt de VDAB gebruik van een indeling naar werkgeverskengetallen 068 en 085. Dit betekent dat ook de vacatures van taxibedrijven (werkgeverskengetal 068) opgenomen zijn in de cijfers. Het betreft vacatures uit het normaal economisch circuit zonder interimopdrachten. Zowel de vacatures uit het AMIsysteem, die beheerd worden door consulenten van de VDAB, als de vacatures uit Jobmanager, die door de werkgever zelf worden ingevoerd, zijn opgenomen in de cijfers. Bij de interpretatie van de gegevens, dient men rekening te houden met het feit dat de sectoren ook andere pistes bewandelen in hun aanwervingsbeleid. Tabel 3: Kenmerken van de ontvangen vacatures in het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar (Vlaams Gewest, 2007) Bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar
Vlaams Gewest
n
%
%
952
100,0
100,0 (n= 281.661)
Antwerpen
261
27,4
23,3
Vlaams-Brabant
261
27,4
12,7
West-Vlaanderen
206
21,6
25,8
Oost-Vlaanderen
161
16,9
18,6
Limburg
38
4,0
9,0
Buiten Vlaanderen
25
2,6
10,5
Laag
822
86,3
45,3
Midden
81
8,5
22,0
Hoog
49
5,1
32,7
<6 maanden
673
70,7
60,1
6 maanden - 2 jaar
230
24,2
26,1
+2 jaar
49
5,1
13,8
168
21,2
8,0
Totaal Vestigingsplaats bedrijf
Studieniveau1
Gevraagde ervaring
Jobkanaal
2
Bron: VDAB (Bewerking departement WSE)
• 27,4% van de vacatures uit het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar zijn afkomstig uit de provincie Vlaams-Brabant, een heel wat groter aandeel dan in alle vacatures samen. De nabijheid van Brussel speelt hier een belangrijke rol in. Uit Limburg daarentegen ontving VDAB slechts 4% van alle vacatures voor de sector van het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar, terwijl de provincie Limburg 9% van alle vacatures samen voortbrengt.
Definitie onderwijsniveau: (1) laag: max. secundair onderwijs 2de graad of wanneer geen minimum studieniveau vermeld werd door de werkgever; (2) midden: secundair 3de of 4de graad; (3) hoog: hoger onderwijs. 2 Jobkanaal is een rekruteringskanaal dat zich exclusief richt op werkzoekende ouderen, personen met een handicap en allochtonen. Het aandeel wordt berekend door het aantal vacatures ontvangen via Jobkanaal te delen door het totaal aantal vacatures in het AMI-systeem (vacatures in beheer van VDAB-consulenten), dus exclusief jobmanager. 1
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
9
• In het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar is men voornamelijk op zoek naar laaggeschoold personeel. Niet minder dan 86,3% van alle ontvangen vacatures in het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar is bestemd voor laaggeschoolden, tegenover 45,3% gemiddeld in Vlaanderen. • Voor 70,7% van de vacatures die VDAB in 2007 van de sector ontving, was nauwelijks of geen ervaring vereist. • Niet minder dan 1 op 5 vacatures voor het personenvervoer per autobus en autocar werden via Jobkanaal gepubliceerd, tegenover een Vlaams gemiddelde van 8%. Voor 10 beroepen uit het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar werden in 2007 minstens 10 vacatures ontvangen. In totaal waren er 952 vacatures (uit het NEC zonder interim) voor het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar, dit is 0,3% van het totale aantal vacatures bij VDAB uit het NEC zonder interim in heel Vlaanderen. 7 van de 10 beroepen zijn volgens VDAB knelpuntberoepen, waarvan enkele sectorspecifieke knelpuntberoepen, zoals autobus- of autocarbestuurder. Volgens de VDAB-analyse van knelpuntvacatures is de job van autobusbestuurder een kwantitatief knelpunt geworden door de uitbreiding van het openbaar vervoersaanbod en het gebrek aan werkzoekenden met een geschikt rijbewijs. Voor het beroep van taxichauffeur is de sector verantwoordelijk voor 67,2% van alle vacatures in Vlaanderen. Voor het beroep van autobusbestuurder (lijndienst-openbaar vervoer), autobusbestuurder (lijndienst-privévervoer) en autocarbestuurder vertegenwoordigt de sector respectievelijk 60,1%, 63,3% en 64,2% van alle ontvangen vacatures in Vlaanderen. Bij de overige 6 beroepen is het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar goed voor minder dan de helft van de ontvangen vacatures in Vlaanderen. Tabel 4: Overzicht van de belangrijkste beroepen en vacatures in het personenvervoer (Vlaams Gewest, 2007) Ontvangen vacatures in 2007 Knelpunt
Vlaams Gewest
Sector
Aandeel
Taxichauffeur
ja
302
203
67,2%
Autobusbestuurder (lijndienst-openbaar vervoer)
ja
286
172
60,1%
Autobusbestuurder (lijndienst-privé-vervoer)
ja
218
138
63,3%
Particuliere Schoonmaker
ja
16028
107
0,7%
Autocarbestuurder
ja
159
102
64,2%
979
43
4,4%
156
32
20,5%
744
23
3,1%
9470
13
0,1%
615
13
2,1%
Bediende reisbureau Bedrijfschauffeur (personenwagens en minibusjes) Bestuurder lichte vrachtwagen - vaste wagen (max. 7,5 ton)
ja
Administratieve bediende Bestuurder zware vrachtwagen - vaste wagen (+ 7,5 ton)
ja
Bron: VDAB
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
10
4. De individuele beroepsopleiding in de onderneming Voor de afbakening van het personenvervoer maakt de VDAB gebruik van een indeling naar werkgeverskengetallen 068 en 085. Dit betekent dat ook de vacatures van taxibedrijven (werkgeverskengetal 068) opgenomen zijn in de cijfers. De tewerkstellingsmaatregel IBO staat voor individuele beroepsopleiding in de onderneming. Dit is een opleiding waarbij de cursist door de onderneming op de werkplek wordt getraind en begeleid. De IBO kan 1 tot 6 maanden duren en tijdens deze opleiding betaalt de werkgever geen loon of RSZ, enkel een productiviteitsvergoeding. Na deze opleiding is het bedrijf verplicht om hem een contract voor onbepaalde duur te geven. Tabel 5: Kenmerken van de opgestarte IBO’s (Vlaams Gewest, 2007) Personenvervoer
Vlaanderen
n
%
%
Totaal aantal IBO’s
121
100,0
100,0 (n=14.718)
Man
98
81,0
69,3
Vrouw
23
19,0
30,7
Laag
63
52,1
40,7
Midden
53
43,8
44,7
Hoog
5
4,1
14,6
-25 jaar
15
12,4
52,4
25-49 jaar
86
71,1
44,9
+50 jaar
20
16,5
2,7
Antwerpen
18
14,9
21,7
Vlaams-Brabant
49
40,5
12,5
West-Vlaanderen
14
11,6
19,1
Oost-Vlaanderen
31
25,6
25,5
Limburg
8
6,6
19,6
Buiten Vlaanderen
1
0,8
1,6
< 3 maanden
51
42,1
47,1
3 - 6 maanden
15
12,4
17,7
6 maanden - 1 jaar
22
18,2
16,4
1 - 2 jaar
16
13,2
11,0
2 - 5 jaar
12
9,9
6,5
+ 5 jaar
5
4,1
1,3
<10 werknemers
17
14,0
54,3
10-49 werknemers
67
55,4
25,4
50-199 werknemers
36
29,8
8,7
200-499 werknemers
1
0,8
4,6
>499 werknemers
0
0,0
7,1
Allochtonen
11
9,1
16,7
Arbeidsgehandicapten
14
11,6
6,4
Ongunstige stopzettingen
17
14,0
19,4
Studieniveau
Leeftijd
Woonplaats
Werkloosheidsduur
Ondernemingsgrootte
Bron: VDAB
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
11
• In het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar werden in 2007 121 IBO’s opgestart, of 0,8% van alle opgestarte IBO’s in Vlaanderen, wat relatief veel is in vergelijking met het aandeel van het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar in de Vlaamse privésector (0,4%). • Vrouwen zijn in heel Vlaanderen ondervertegenwoordigd in de IBO’s, en in het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar is dit ook zeer sterk het geval. 81% van de opgestarte IBO’s waren voor mannen. • Gezien de sterke rekrutering van laaggeschoolde werknemers is het niet verrassend dat laaggeschoolden ook in de IBO’s oververtegenwoordigd zijn. • De IBO’s in de sector van het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar trekken opvallend weinig jongeren aan. Slechts 12,4% van de IBO’s werden ingevuld door iemand jonger dan 25 jaar, terwijl jongeren 52,4% van alle IBO’s in Vlaanderen invullen. Het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar is één van de weinige sectoren waar ook 50-plussers deelnemen aan IBO’s (16,5% tegenover 2,7% in Vlaanderen). • Niet minder dan 11,6% van de IBO’s werden ingevuld door arbeidsgehandicapten, bijna dubbel zoveel als in heel het Vlaams Gewest (6,4%).
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
12
5. Diversiteitsplannen Met een subsidiëring van diversiteitsplannen moedigt de Vlaamse Overheid ondernemingen en organisaties aan om werk te maken van een divers personeelsbeleid. Een diversiteitsplan kan afgesloten worden voor een enkele vestiging of voor een gans bedrijf met al haar vestigingen samen. In een diversiteitsplan worden streefcijfers voor de instroom, doorstroom en opleiding van doelgroepwerknemers vooropgesteld. Organisaties kunnen onder bepaalde voorwaarden een subsidie verkrijgen voor verschillende soorten plannen. Zo zijn er: • • • •
Instapdiversiteitsplannen: opstap naar HR-beleid Diversiteitsplannen: meerdere diversiteitsbevorderende acties Groeidiversiteitsplannen: verankering van diversiteitsbeleid door opvolgacties Clusterdiversiteitsplannen: in meerdere bedrijven of bedrijfseenheden
Tabel 6: Diversiteitsplannen (Vlaams Gewest, 2007) 2007
Personenvervoer Alle sectoren
2006
Personenvervoer Alle sectoren
Instapplan
Diversiteitsplan
Clusterplan
Groeiplan
Totaal
1
-
-
-
1
257
186
88
89
620
-
-
-
-
0
251
184
36
56
527
Bron: Departement WSE
In 2007 diende één bedrijf uit het bezoldigd gemeenschappelijk personenvervoer per autobus en autocar een diversiteitsplan in. In 2006 werd geen enkel diversiteitsplan ingediend, in voorgaande jaren werden wel reeds een aantal diversiteitsplannen ingediend.
- Departement Werk en Sociale Economie
Sectorfoto Personenvervoer 2008
13
Samen talent in goede banen leiden
Departement Werk en Sociale Economie