OVERGANGSNORMEN 2014-2015
ALLE LEERJAREN
Inhoudsopgave 1
Algemeen
2
2
Rapportvergaderingen: algemene bepalingen
2
3
Rapportvergaderingen: procedures
2
4
Algemene bepalingen
3
5
Revisievergadering
3
6
Bijzondere omstandigheden: hardheidsclausule
3
7
Beroepsprocedure
3
8
Begrippenlijst
4
9
Afrondingen
4
10
Bijzondere overgangsregels: veranderen van niveau
4
11
Vrijstellingsregeling doubleurs en instromers havo 4 en vwo 4
6
12
Vrijstellingregeling doubleurs vwo 5
7
13
Vrijstellingsregeling gezakten vwo
7
14
Vrijstellingsregeling gezakten havo
7
15
Vrijstellingsregeling gezakten mavo
7
16
Slotbepaling
7
Overgangsnormen voor de brugklassen mavo, mavo/havo en havo/vwo
8
Overgangsnormen voor 1 vwo
9
Overgangsnormen voor 1 tvwo
10
Overgangsnormen voor 2 mavo
11
Overgangsnormen voor 2 havo en 2 vwo
12
Overgangsnormen voor 2 mavo/havo
13
Overgangsnormen voor 2 havo/vwo
14
Overgangsnormen voor 2 tvwo
15
Overgangsnormen voor 3 mavo
16
Overgangsnormen voor 3 havo en 3 vwo
17
Overgangsnormen voor 3 tvwo
19
Overgangsnormen voor 4 havo, 4 vwo, 4 tvwo, 5 vwo en 5 tvwo
20
1
1 1.1
2 2.1
2.2 2.3
2.4
2.5
Algemeen Op het Vechtstede College kennen we de volgende onderwijsniveaus: - tvwo - vwo - havo - mavo (vmbo-t)
Rapportvergaderingen: algemene bepalingen Aan de eindrapportvergadering nemen deel: - de mentor; - de docenten die lesgeven aan de te bespreken klas; - de afdelingsleider. De rapportvergadering hanteert de vastgelegde normen en determinatiecriteria. De rapportvergadering kan op grond van de overgangsnormen besluiten: - de leerling te bevorderen naar het volgende leerjaar van hetzelfde onderwijsniveau; - de leerling te bevorderen naar het volgende leerjaar van een ander onderwijsniveau; - de leerling te laten doubleren; - de leerling te plaatsen in hetzelfde leerjaar van een ander onderwijsniveau; - de leerling in de eerstvolgende cursus niet meer te plaatsen; - de beoordeling uit te stellen tot uiterlijk de tweede schooldag van het volgende jaar, bijvoorbeeld in geval van achterstand of noodzakelijk geachte aanvullende studie. Tevens kan de rapportvergadering ouders laten kiezen uit enkele van bovengenoemde alternatieven. Bespreken Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen maar wel in de bespreekzone valt (zie overgangsnormen), beoordeelt de vergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. Hierbij wordt gekeken naar: - de niet afgeronde cijfers; - de mate waarin de leerling op het niveau van het gewenste schooltype gewerkt heeft; - de wijze waarop de leerling met de leerstof omgaat, werkhouding, concentratie en belangstelling; - de trend met betrekking tot de prestaties en werkhouding in de loop van het schooljaar. Verwijzen Wanneer een leerling niet aan de overgangsnormen voldoet, wordt hij door de rapportvergadering verwezen. Dat kan betekenen: - bevorderen naar het volgende leerjaar van een ander onderwijsniveau; - plaatsen in hetzelfde leerjaar van een ander onderwijsniveau (onderbouw); - adviseren van hetzelfde leerjaar van een ander onderwijsniveau (bovenbouw); - doubleren in hetzelfde onderwijsniveau; - de opleiding op een andere school vervolgen.(verwijdering)
3
Rapportvergaderingen: procedures
3.1
Van docenten wordt verwacht, dat zij in de vergadering niet alleen oordelen vanuit het eigen vak, maar bij stemming de argumenten van de collega's mee laten wegen. Bij bespreekgevallen wordt een leerling bevorderd als meer dan de helft van de stemgerechtigde leden van de rapportvergadering vóór bevordering stemt. Bij het staken van de stemmen beslist de afdelingsleider na overleg met de mentor. Blanco stemmen is toegestaan. Schriftelijk een stem uitbrengen is niet toegestaan. Een afwezige docent kan wel schriftelijk zijn of haar mening voorafgaand aan de vergadering ter overweging aan de mentor meegeven. Een mentor of afdelingsleider en /of een docent of een combinatie van beide, die deelneemt aan de vergadering heeft ongeacht het aantal uren of aantal vakken dat gegeven wordt, ten hoogste één stem. Als er gestemd wordt, stemmen de afdelingsleider en de mentor mee. Een leerlingbegeleider, vertrouwenspersoon, decaan of een andere ‘deskundige’ kunnen op verzoek van de afdelingsleider op de vergadering aanwezig zijn. Deze aanwezigen hebben geen stemrecht. De mentor zorgt dat op de rapportvergadering alle relevante informatie over een leerling bekend is. Indien een leerling mogelijk niet rechtstreeks bevorderd wordt, neemt de mentor vooraf contact op met de leerling en de ouders om zich op de hoogte te stellen van eventuele nieuwe, relevante informatie. De mentor maakt aantekeningen van de rapportvergadering en noteert de besluiten.
3.2
3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
3.9
2
3.10
Wijzigingen van cijfers worden door de docenten vóór de vergadering doorgegeven aan de afdelingsleider.
4
Algemene bepalingen
4.1 4.2
Doubleren is in het eerste leerjaar niet toegestaan. Een leerling wordt naar een andere school verwezen als de leerling tweemaal doubleert in hetzelfde leerjaar of in twee opeenvolgende leerjaren. De rapportvergadering kan op grond van gedrag of gebrek aan inzet of motivatie besluiten de schoolleiding voor te stellen een leerling het recht op doubleren te ontzeggen. Een leerling kan alleen bevorderd worden als het rapport volledig is. Als het rapport onvolledig is door nalatigheid van de leerling, kan de leerling worden afgewezen. Een bevordering is altijd onvoorwaardelijk. Een leerling die hetzelfde leerjaar, ongeacht het onderwijsniveau, voor de tweede keer doorloopt wordt altijd in de rapportvergadering besproken. Overstappen van een afdeling naar een andere afdeling (mavo, havo, vwo en tvwo) is altijd afhankelijk van de beschikbare ruimte in de gewenste afdeling. Indien door buitengewone omstandigheden niet aan de eisen van de niet-examenvakken voldaan kan worden, kan de rector ontheffing verlenen. De rector kan hier voorwaarden aan verbinden.
4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8
5 5.1
5.2 5.3
6 6.1
7 7.1
7.2
Revisievergadering Een revisievergadering kan worden aangevraagd bij de rector door een lid van de schoolleiding of door een docent die in het schooljaar aan de betreffende leerling les heeft gegeven. Als de schoolleiding geen moment heeft bepaald dat een aanvraag moet zijn ingediend, is de laatste mogelijkheid de dag volgend op de rapportvergadering ‘s middags om 16:00. Revisievergaderingen zijn alleen mogelijk in geval van procedurele fouten of bij nieuwe gegevens die vooraf redelijkerwijze aan de rapportvergadering niet bekend konden zijn. De revisievergadering wordt voorgezeten door de rector of door een door de rector aan te wijzen vervanger.
Bijzondere omstandigheden: hardheidsclausule Als toepassing van de regels een beslissing oplevert die naar het oordeel van tenminste de helft van het aantal lesgevende docenten onjuist is, kan de vergadering een beslissing nemen die afwijkt van de gestelde normen en regels (hardheidsclausule).
Beroepsprocedure Beroep tegen de beslissing van de overgangsvergadering kan schriftelijk en met vermelding van argumenten binnen vijf werkdagen na het meegeven van het rapport worden ingediend bij de rector. Indien blijkt dat de beslissing is genomen op basis van onjuiste gegevens, is de rector bevoegd de beslissing van de overgangsvergadering te herzien. De rector kan tevens besluiten de beoordeling op de tweede dag van het nieuwe schooljaar opnieuw te laten plaatsvinden, of het beroep ongegrond te verklaren. Alleen als bovenstaande beroepsprocedure is doorlopen, kunnen ouders in hoger beroep gaan bij de klachtencommissie van de Gooise Scholen Federatie.
3
8 8.1
8.2 8.3 8.4
9 9.1
9.2
9.3
Begrippenlijst De vergadering: de rapportvergadering of revisievergadering die bestaat uit de lesgevende docenten, de mentor en de afdelingsleider. Een leerlingbegeleider, vertrouwenspersoon, decaan of een andere ‘deskundige’ kunnen op verzoek van de afdelingsleider op de vergadering aanwezig zijn. Deze aanwezigen hebben geen stemrecht. Leerlingen: alle leerlingen die op de vestiging van het Vechtstede College staan ingeschreven. Docenten: personeelsleden met een onderwijstaak Afdelingsleider: personeelslid dat leiding geeft aan een afdeling.
Afrondingen 6,3 wordt 6 6,4 wordt 6 6,5 wordt 7 6,6 wordt 7 6,43 wordt 6,4 of 6 6,44 wordt 6,4 of 6 6,45 wordt 6,5 of 7 6,46 wordt 6,5 of 7 Indien een cijfer wordt berekend op basis van deelcijfers die zelf op meer cijfers zijn gebaseerd, wordt de afgeronde waarde van de deelcijfers gebruikt. Zie voorbeeld.
berekend afgerond
10
cijfer 1
cijfer 2
6,45 6,5
6,44 6,4
gemiddelde van cijfer 1 en 2 6,4 fout 6,5 goed
Bijzondere overgangsregels: veranderen van niveau
Vanuit havo 3 10.1 Bevordering van 3 havo naar 4 mavo is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 10.2 Bevordering van 3 havo naar 4 vwo is uitsluitend mogelijk als het gemiddelde cijfer van alle vakken 7,5 of hoger is en een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. Vanuit vwo 3 10.3 Bevordering van 3 vwo naar 4 havo is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 10.4 Bevordering van 3 vwo naar 4 tvwo is niet mogelijk. Vanuit tvwo 3 10.5 Bevordering van 3 tvwo naar 4 havo is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 10.6 Bevorderen naar 4 vwo is alleen mogelijk als dit volgens de normen die voor bevordering van 3 vwo naar 4 vwo gelden, mogelijk is. Daarbij geldt dat het cijfer voor Engels met 1,0 punt wordt opgehoogd voor de overgang naar 4 vwo. Van Mavo 4 naar Havo 4 10.7 Een leerling met een mavodiploma is toelaatbaar tot 4 havo als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: - Het mavo is afgesloten met een voldoende voor alle vakken. - De rekentoets is afgesloten met een voldoende. - De leerling krijgt overwegend positieve adviezen van zijn/haar lesgevende docenten met betrekking tot capaciteiten, werkhouding en gedrag. - De leerling heeft de voorlichtingsbijeenkomst over de overstap van mavo naar havo 4 bijgewoond. - De leerling heeft zich uiterlijk 6 maart 2015 officieel ingeschreven voor deze overstap.
4
-
10.8 10.9
Als er een toelatingsgesprek plaatsgevonden heeft met de afdelingsleider en/of decaan heeft de leerling blijk gegeven van een sterke motivatie en een goed beeld van de te verwachten werklast. Een mavodiploma in 8 vakken strekt tot aanbeveling. Voorts gelden de volgende profielspecifieke eisen: - voor Cultuur en Maatschappij: een mavo diploma met wiskunde, Frans en/of Duits - voor Economie en Maatschappij: een mavo diploma met wiskunde en economie voor Natuur en Gezondheid: een mavo diploma met wiskunde, scheikunde en biologie en ten minste 20 punten voor deze drie vakken - voor Natuur en Techniek: een mavo -diploma met wiskunde, scheikunde en natuurkunde en ten minste 20 punten voor deze drie vakken De vakken Frans, Duits en natuurkunde kan de leerling alleen kiezen als hij/zij daarin examen voor mavo heeft gedaan. De afdelingsleider havo kan de leerling verplichten voor een of meer vakken een instroomcursus te volgen die voldoende moet worden afgesloten Ingeval er sprake is van over aanmelding vindt selectie plaats op basis van verwacht studieresultaat op het havo.
Vanuit havo 4 10.10 Bevordering van 4 havo naar 4 mavo, 4 vwo of 5 vwo is slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk, dit ter beoordeling van de rapportvergadering. Vanuit vwo 4 10.11 Verwijzen van 4 vwo naar 4 havo is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 10.12 De overstap van 4 vwo naar 5 tvwo is niet mogelijk. 10.13 Bevordering van 4 vwo naar 5 havo is slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk, dit ter beoordeling van de rapportvergadering. Per situatie moet worden bekeken welke toetsen kunnen worden meegenomen. Alle andere “gemiste” onderdelen moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar zijn afgerond. Vanuit tvwo 4 10.14 Verwijzen van 4 tvwo naar 4 havo is uitsluitend mogelijk als een meerderheid van de rapportvergadering een positief advies geeft. 10.15 Bevorderen naar 5 tvwo is alleen mogelijk als dit volgens de normen die voor bevordering van 4 vwo naar 5 vwo gelden mogelijk is en voor het vak Engels tenminste een 6,5 behaald is met een positief advies van de vergadering voor het volgen van het IB English A programma in tvwo 5 en 6. Leerlingen die niet voldoen aan deze criteria komen in aanmerking voor bevordering naar vwo 5, indien dit volgens de normen die voor bevordering van 4 vwo naar 5 vwo gelden, mogelijk is. 10.16 Bevordering van 4 tvwo naar 5 havo is slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk, dit ter beoordeling van de rapportvergadering. Per situatie moet worden bekeken welke toetsen kunnen worden meegenomen. Alle andere “gemiste” onderdelen van het havo programma moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar worden afgerond. Van havo 5 naar vwo 5 10.17 Een leerling met een havo 5 diploma is toelaatbaar tot 5 vwo als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan; De leerling heeft de vakken Nederlands, Engels en Wiskunde (A of B) met minstens een 7 afgesloten; Voor het havodiploma zijn alle vakken met een voldoende cijfer afgesloten. Het volgen en voldoende afsluiten van een extra vak werkt hierbij als een aanbeveling; De lesgevende docenten uit havo 5 geven een overwegend positief advies betreffende de capaciteiten van de leerling; De lesgevende docenten uit havo 5 geven een overwegend positief advies betreffende werkhouding, gedrag en motivatie en er zijn geen problemen met absentie en te-laat-komen geconstateerd; De leerling meldt zich voor 1 april aan door middel van een motivatiebrief Er is door de leerling een toelatingsgesprek gevoerd met de decaan en de afdelingsleider vwo waaruit een positieve verwachting voor het behalen van een goed vwo-resultaat is gebleken bij de laatstgenoemden en duidelijk is dat de leerling een realistisch beeld heeft van de te verwachten werklast Er is plaats in de lesgroepen van de vakken die de leerling gekozen heeft 10.18
Voorts geldt:
5
Een leerling met een havo-diploma is niet toelaatbaar in 5 tvwo of 6 vwo of 6tvwo. De havo-gediplomeerden krijgen vrijstelling in het vwo programma voor het vak Maatschappijleer in het gemeenschappelijke deel van het programma. Alle “gemiste” onderdelen van het vwo programma moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar worden afgerond; daarover worden afspraken per vak gemaakt en vastgelegd. Bij overaanmelding kan de afdelingsleider vwo leerlingen selecteren op basis van te verwachten studieresultaat De afdelingsleider vwo kan in individuele gevallen afwijken van de toelatingscriteria en deelt dit besluit dan schriftelijk en beargumenteerd aan de leerling mede.
Vanuit vwo 5 10.19 Een leerling met een havo-diploma verliest het recht op bevordering indien aan het einde van het schooljaar niet alle “gemiste” onderdelen van het vwo-programma zijn afgerond, voor zover voor deze onderdelen geen vrijstelling is verleend. 10.20 Een leerling met een havo-diploma die geen toegang krijgt tot 6 vwo mag niet doubleren en moet de school verlaten. 10.21 Bevordering van 5 vwo naar 5 havo is slechts in uitzonderlijke gevallen mogelijk, dit ter beoordeling van de rapportvergadering. Per situatie moet worden bekeken welke toetsen kunnen worden meegenomen. Alle andere “gemiste” onderdelen moeten in periode 1 van het daaropvolgende schooljaar zijn afgerond. 10.22 Bevorderen van 5 vwo naar 6 tvwo is niet mogelijk. Vanuit tvwo 5 10.23 De overgang van 5 tvwo naar 5 havo is niet mogelijk tenzij de rapportvergadering een positief advies geeft. 10.24 Een overstap naar 6 vwo is alleen mogelijk als dit volgens de normen die voor bevordering van 5 vwo naar 6 vwo gelden mogelijk is.
11 11.1 11.2
11.3 11.4
Vrijstellingsregeling doubleurs en instromers havo 4 en vwo 4 Leerlingen doen alle onderdelen voor niet-afgesloten vakken geheel opnieuw. Zij maken deel uit van het nieuwe cohort en volgen het op dat moment geldende Programma van Toetsing en Afsluiting. Als leerlingen die in 4 havo of 4 (t)vwo doubleren, reeds een vak met uitsluitend een schoolexamen voldoende hebben afgesloten, zijn er twee mogelijkheden: 1 De leerling vraagt binnen twee weken na het begin van het schooljaar bij de afdelingsleider vrijstelling aan voor het betreffende vak en dient een studievoorstel in om de vrijkomende studielasturen aan een vak te besteden waarin de leerling zwak is. De bij het studievoorstel behorende studielast moet gelijk zijn aan de studielast van het vak dat is afgesloten. Het reeds behaalde cijfer van het afgesloten vak blijft staan. Of, 2 De leerling volgt alle onderdelen van het vak voor het betreffende jaar opnieuw en maakt alle toetsen, praktisch opdrachten en handelingsdelen. Voor Lichamelijke Opvoeding geldt geen vrijstellingsregeling. Ontheffingsregeling 2e moderne vreemde taal vwo. In het examenbesluit is geregeld dat een school onder bepaalde omstandigheden een vwo leerling een ontheffing kan geven voor de tweede moderne vreemde taal in het gemeenschappelijk deel. Dit kan in de volgende gevallen: 1. leerlingen met stoornissen die specifiek betrekking hebben op taal of 2. leerlingen met zintuiglijke stoornissen die effect hebben op taal; 3. leerlingen met een moedertaal anders dan de Nederlandse; 4. leerlingen die één van beide bètaprofielen volgen, dat profiel naar verwachting voor het overige met succes kunnen afronden, maar waarvoor de verplichting om een tweede moderne vreemde taal te volgen dit naar verwachting zou verhinderen.
Op het Vechtstede college wordt deze ontheffingsregeling als volgt uitgevoerd: Een leerling die, na overleg met vakdocenten en mentor, in aanmerking denkt te komen voor een ontheffing dient een op schrift gesteld beargumenteerd verzoek in bij de afdelingsleider. 11.4.2 De afdelingsleider beslist over de mogelijke ontheffing, zo mogelijk gehoord hebbende de leerling, de zorgcoördinator, de decaan, de lesgevende docenten en de ouders. Hierbij moet duidelijk aangetoond worden dat het aannemelijk is dat de leerling niet in staat is het vwo diploma te behalen als gevolg van een of meer van de bovengenoemde vier gronden. Daarbij dient voor de eerste twee aspecten òf - een deskundige verklaring of 11.4.1
6
- een medische verklaring of - een verklaring rugzak o.i.d. te worden overlegd. 11.4.3 Indien de ontheffing wordt verleend, dient de leerlingen een extra profielkeuzevak te volgen. 11.4.5 De beslissing wordt niet eerder genomen dan bij de profielkeuze in het derde leerjaar. Er kan geen vrijstelling verleend worden voor een 2e moderne vreemde taal in leerjaar 1 of leerjaar 2. 11.4.6 De beslissing over het verzoek tot vrijstelling wordt door de afdelingsleider schriftelijk aan de ouders van de leerling meegedeeld en in kopie verzonden aan de directie en aan het leerling-dossier toegevoegd.
12 12.1 12.2
12.3
13
Vrijstellingsregeling doubleurs vwo 5 Leerlingen doen alle onderdelen voor niet-afgesloten vakken geheel opnieuw. Zij maken deel uit van het nieuwe cohort en volgen het op dat moment geldende Programma van Toetsing en Afsluiting. Als leerlingen die in 5 (t)vwo doubleren, reeds een vak met uitsluitend een schoolexamen voldoende hebben afgesloten, zijn er twee mogelijkheden: 1 De leerling vraagt binnen twee weken na het begin van het schooljaar bij de afdelingsleider vrijstelling aan voor het betreffende vak en dient een studievoorstel in om de vrijkomende studielasturen aan een vak te besteden waarin de leerling zwak is. De bij het studievoorstel behorende studielast moet gelijk zijn aan de studielast van het vak dat is afgesloten. Het reeds behaalde cijfer van het afgesloten vak blijft staan. Of, 2 De leerling volgt alle onderdelen van het vak voor het betreffende jaar opnieuw en maakt alle toetsen, praktisch opdrachten en handelingsdelen. Voor Lichamelijke Opvoeding geldt geen vrijstellingsregeling.
Vrijstellingsregeling gezakten vwo
13.1 Leerlingen die zakken voor hun examen volgen verplicht alle lessen en maken alle bijbehorende toetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen. De behaalde cijfers in het examenjaar vervallen met uitzondering van vakken met een schoolexamen die voldoende zijn afgesloten. 13.2 Leerlingen die hun profielwerkstuk tenminste voldoende hebben afgerond, hoeven dit niet opnieuw te maken, als het combinatiecijfer voldoende is. 13.3 Leerlingen worden in de gelegenheid gesteld opnieuw examen te doen over één vak dat ze in een voorexamenjaar hebben afgesloten. Hiervoor geldt de regeling zoals opgenomen in het Programma van Toetsing en Afsluiting. 13.4 Voor Lichamelijke Opvoeding geldt geen vrijstellingsregeling.
14 14.1
15
Vrijstellingsregeling gezakten havo Leerlingen die zakken voor hun examen in 5 havo en binnen de school dit jaar overdoen, volgen verplicht alle lessen en maken alle bijbehorende toetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen. De behaalde cijfers in het examenjaar vervallen met uitzondering van vakken met een schoolexamen die voldoende zijn afgesloten. Als het combinatiecijfer voldoende is, hoeven leerlingen niet opnieuw een profielwerkstuk te maken.
Vrijstellingsregeling gezakten mavo
15.1 Leerlingen die zakken voor hun examen in 4 mavo en binnen de school dit jaar overdoen, volgen verplicht alle lessen en maken alle bijbehorende toetsen, praktische opdrachten en handelingsdelen. De behaalde cijfers in het examenjaar vervallen met uitzondering van vakken met een schoolexamen (maatschappijleer). Het vak moet dan wel met een zeven zijn afgesloten. Als het sectoronderzoek voldoende is afgesloten hoeft het niet opnieuw gemaakt te worden.
16
Slotbepaling
16.1 16.2
In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist de rector na overleg met de afdelingsleider. Als er, ten gevolge van de invoering van de vernieuwde Tweede Fase, aanleiding toe is, kan worden afgeweken van dit reglement, echter nooit in het nadeel van de leerling. De rector brengt de ouders hiervan schriftelijk en met redenen omkleed op de hoogte.
7
Overgangsnormen voor de brugklassen MAVO, MAVO/HAVO en HAVO/VWO Algemeen
De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = (1 x rap.1) + (2 x rap.2) + (3 x rap.3 ) + (3 x rap.4) 9 Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen
1. A-vakken De 8 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, GS, AK, BI en SC. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. ↑
54 53 52 51
↑
BEVORDERD
↑
BESPREKEN
50 49 48 47 VERWIJZEN
46 45 ↓ punten
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5 + 5 + 5 5 + 5 + 4 overige 5+4 5+3 onvol3 4+4 doendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5. 3. B-vakken De 6 B-vakken zijn: BV*), MU, LO, LV, DR en VE. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 6 genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4. *) Beeldende vorming (BV) bestaat uit de vakken tekenen (TE), textiele werkvormen (TW) en handvaardigheid (HA).
8
Overgangsnormen voor klas 1 VWO Algemeen
De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = (1 x rap.1) + (2 x rap.2) + (3 x rap.3 ) + (3 x rap.4) 9 Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen
1. A-vakken De 8 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, GS, AK, BI en SC. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. ↑
54 53 52 51
↑
BEVORDERD
↑
BESPREKEN
50 49 48 47 VERWIJZEN
46 45 ↓ punten
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5 + 5 + 5 5 + 5 + 4 overige 5+4 5+3 onvol3 4+4 doendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5.
3. B-vakken De 6 B-vakken zijn: BV*), MU, LO, FI, DR en VE. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 6 genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4. *) Beeldende vorming (BV) bestaat uit de vakken tekenen (TE), textiele werkvormen (TW) en handvaardigheid (HA).
9
Overgangsnormen voor 1 TVWO Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = (1 x rap.1) + (2 x rap.2) + (3 x rap.3 ) + (3 x rap.4) 9 Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen
1. A-vakken De 8 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, GS, AK, BI en SC. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. ↑
54 53 52 51
↑
BEVORDERD
↑
BESPREKEN
50 49 48 47 VERWIJZEN
46 45 ↓ punten
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5 + 5 + 5 5 + 5 + 4 overige 5+4 5+3 onvol3 4+4 doendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5.
3. B-vakken De 5 B-vakken zijn: AD, DR, MU, LO en FI. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 5 genoemde vakken lager is dan 30 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4.
10
Overgangsnormen voor 2 MAVO Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen 1. A-vakken De 10 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, DU, GS, AK, BI, EC, en SC. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. ↑ 66 65 64 63 62 61 60 59 58 57 ↓ punten
↑ BE VORDER D
↑
↑
BESPRE KEN
VERWIJ ZEN
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5+5+ 5 5+4 3
5+5+ 4 5+3 4+4
4+3
overige onvoldoendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5. 3. B-vakken De 6 B-vakken zijn: BV*), VE, LO, LV, MU en DR. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 6 genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4. *) Beeldende vorming (BV) bestaat uit de vakken tekenen (TE), textiele werkvormen (TW) en handvaardigheid (HA).
11
Overgangsnormen voor 2 HAVO en 2 VWO Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen 1. A-vakken De 9 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, DU, GS, AK, BI, en SC. De onderstaande tabel is voor de Avakken van toepassing. ↑ 60 59
↑ BE VORDER D
↑
↑
BESPRE KEN
58 57 56 55 54 VERWIJ ZEN
53 52 51 ↓ punten
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5+5+5 5+5+4 5+4 5+3 3 4+4
4+3
overige onvoldoendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5. 3. B-vakken De 6 B-vakken zijn: BV*), LO, LV, MU,VE en DR. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 6 genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4. *) Beeldende vorming (BV) bestaat uit de vakken tekenen (TE), textiele werkvormen (TW) en handvaardigheid (HA).
12
Overgangsnormen voor 2 MAVO/HAVO Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. Voor de MAVO gelden de cijfers behaald op het lagere niveau. Voor het HAVO de cijfers behaald op het hogere niveau. Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen voor 3 MAVO, dan wordt deze leerling altijd besproken. De normen 1. A-vakken De 9 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, DU, GS, AK, BI, en SC. De onderstaande tabel is voor de Avakken van toepassing. ↑ 60 59
↑ BE VORDER D
↑
↑
BESPRE KEN
58 57 56 55 54 VERWIJ ZEN
53 52 51 ↓ punten
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5+5+5 5+5+4 5+4 5+3 3 4+4
4+3
overige onvoldoendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5. 3. B-vakken De 6 B-vakken zijn: BV*), LO, LV, MU, VE en DR. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 6 genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4. *) Beeldende vorming (BV) bestaat uit de vakken tekenen (TE), textiele werkvormen (TW) en handvaardigheid (HA).
13
Overgangsnormen voor 2 HAVO/VWO Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen.
Voor de HAVO gelden de cijfers behaald op het lagere niveau. Voor het VWO de cijfers behaald op het hogere niveau. Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen voor 3 Havo, dan wordt deze leerling altijd besproken. De normen 1. A-vakken De 9 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, DU, GS, AK, BI, en SC. De onderstaande tabel is voor de Avakken van toepassing. ↑ 60 59
↑ BE VORDER D
↑
↑
BESPRE KEN
58 57 56 55 54 VERWIJ ZEN
53 52 51 ↓ punten
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5+5+5 5+5+4 5+4 5+3 3 4+4
4+3
overige onvoldoendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5. 3. B-vakken De 6 B-vakken zijn: BV*), LO, LV, MU, VE en DR. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 6 genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4. *) Beeldende vorming (BV) bestaat uit de vakken tekenen (TE), textiele werkvormen (TW) en handvaardigheid (HA).
14
Overgangsnormen voor 2 TVWO Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen 1. A-vakken De 10 A-vakken zijn: WI, NE, EN, FA, DU, SP, NS, GS, AK en BI. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. ↑ 66 65
↑ BE VORDER D
↑
↑
BESPRE KEN
64 63 62 61 60 VERWIJ ZEN
59 58 57 ↓ punten
geen onvoldoendes
5
5+5 4
5+5+5 5+5+4 5+4 5+3 3 4+4
4+3
overige onvoldoendes
2. Nederlands, Engels en Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5. 3. B-vakken De 6 B-vakken zijn: AD, DR, MU, LO, LV en IN. Een leerling wordt besproken, indien de som van de 6 genoemde vakken lager is dan 36 punten. Een leerling wordt ook besproken, indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt, of een cijfer lager dan 4.
15
Overgangsnormen 3 mavo Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers, met de bijbehorende wegingen. Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. Een leerling wordt bevorderd als voldaan is aan de onderstaande normen: 1. De verplichte vakken voor 4 mavo De verplichte vakken in 4 mavo zijn NE en EN. Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken NE en EN samen lager is dan 11. Dit geldt ook als er een cijfer lager dan een 5 is behaald. Het PTA (Programma van toetsing en afsluiting) leerjaar 3 voor de vakken KV1 en LO is met een voldoende afgesloten. 2. De vakken uit het (gekozen) vakkenpakket voor 4 mavo Eindcijfers (inclusief NE en EN): Alle vakken minimaal 6 1x 5 en overige vakken een 6 of hoger 2x 5 of 1 x 4 en gecompenseerd door een 7 3. Niet gekozen vakken voor het vakkenpakket in 4 mavo Eindcijfers, niet afgerond: Alle overige vakken minimaal 4.0 TE/HV/TW, MU en VE minimaal 17 punten en geen cijfer lager dan 5 Leerlingen moeten voldoen aan de landelijke eisen voor rekenen.
Bespreking door rapportvergadering Als een leerling in bespreking komt, kan de overgangsvergadering onderstaande besluiten nemen: - Indien dat mogelijk is, wijzigt het vakkenpakket zodanig dat wel aan de eisen wordt voldaan; - De leerling stroomt door (zie artikel 3.2); - De leerling doet het leerjaar over (alleen ingeval van bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld na langdurige ziekte); - De leerling kiest een andere opleiding (bijvoorbeeld kaderberoepsgerichte leerweg). Het vakkenpakket voor 4 mavo Het vakkenpakket bestaat uit negen vakken. Vijf daarvan zijn voor iedere leerling verplicht. Twee vakken bepalen de sector en twee vakken zijn door leerlingen vrij te kiezen. Sommige vakken hebben uitsluitend een schoolexamen (SE) en andere vakken zowel een school examen als een centraal examen (CE). Zie onderstaande figuur.
16
Vak Nederlands Engels Lichamelijk opvoeding Kunstvakken Maatschappijleer
School examen ja ja ja ja ja
Centraal Examen ja ja nee nee nee
Sectorvak 1 Sectorvak 2 Vak 1 vrije ruimte Vak 2 vrije ruimte
ja ja ja ja
ja ja ja ja
Het kiezen van een extra vak in het vakkenpakket voor 4 mavo Een extra vak in mavo 4 beveelt de school aan. Onder meer bij een wens tot doorstromen naar 4 havo na het mavo-examen wordt het zeer aanbevolen. Het eindcijfer voor het extra te kiezen vak moet minimaal een 7 (afgerond) zijn en een positief advies van de overgangsvergadering is nodig. Reparatietraject Een leerling kan bij de bespreking van de resultaten in periode 1, 2, of 3 door de afdelingsleider, de mentor gehoord hebbende, verwezen worden naar de verlengde schooldag (VS).
Overgangsnormen voor 3 havo en 3 vwo Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. het aantal onvoldoendes en de som van de eindcijfers voor de vakken NE, EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. 4 (geldt alleen voor 3 havo) rekenen 5 (geldt alleen voor 3 vwo) profiel NT en NG 6 (geldt alleen voor 3 vwo) extra vak Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen 1. A-vakken De 10 A-vakken zijn: NE, FA, DU, EN, GS, AK, WI, NA, SK en EC. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. ↑ 61 60 59 58 ↓ punten
Bevorderd Bespreken Niet bevorderd geen 5 4 3 5+ 5 5+ 4 5+ 3 4+ 4 4+ 3 5+ 5+ 5 5+ 5+ 4
17
2.
Nederlands, Engels, Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som voor de vakken WI, NE en EN samen lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5.
3.
B-vakken Voor de 4 vakken LO, MU, VE en HA of TE of TW mag samen niet meer dan één onvoldoende behaald worden die niet lager is dan een 4 en dient de som van de cijfers minimaal 23 punten te zijn. In alle andere gevallen wordt een leerling besproken.
4.
Rekenen (geldt alleen voor 3 havo) Rekenen moet met een voldoende worden afgesloten. Als dat niet het geval is wordt een leerling besproken.
5.
Profiel (geldt alleen voor 3 vwo) NT profiel Een leerling wordt besproken, indien de som van de niet afgeronde cijfers voor de vakken WI-B, NA en SK lager is dan 20 punten of in een van de drie vakken een onvoldoende gehaald wordt. NG profiel Een leerling wordt besproken, indien de som van de niet afgeronde cijfers van de vakken Wi A dan wel B en SK lager is dan 13,5 punten of in een van beide vakken een onvoldoende gehaald wordt. Wanneer het vak NA wordt gekozen moet hier een 6,5 of meer behaald worden.
6.
Extra vak (geldt alleen voor 3 vwo) Voor alle profielen geldt dat de docentenvergadering beslist of een leerling een extra vak mag/kan volgen.
Overgangsnormen voor 3 tvwo Algemeen De overgangsnormen zijn gebaseerd op de eindcijfers voor de verschillende vakken. Een eindcijfer wordt als volgt vastgesteld: Eindcijfer = voortschrijdend gemiddelde van alle behaalde cijfers Bij een bevordering wordt gekeken naar: 1. de som van de eindcijfers voor de A-vakken; 2. de som van de eindcijfers voor de vakken NE en EN en WI; 3. het aantal onvoldoendes voor de B-vakken. 4. profiel NT en NG 5. extra vak Indien een leerling niet voldoet aan de overgangsnormen, beoordeelt de overgangsvergadering op grond van andere determinatiecriteria of bevordering in bepaalde gevallen toch mogelijk is. De normen 1. A-vakken De 11 A-vakken zijn: NE, FA, DU, SP, EN, GS, AK, WI, NA, SK en EC. De onderstaande tabel is voor de A-vakken van toepassing. ↑ 67
Bevorderd
66 65
Bespreken
18
Niet bevorderd
64 ↓ punten
geen 5 4 3 5+ 5 5+ 4 5+ 3 4+ 4 4+ 3
5+ 5+ 5
5+5+4 5+5+3 5+ 5+ 5+5
2.
Nederlands, Engels, Wiskunde Een leerling wordt besproken, indien de som van de cijfers voor de vakken NE, EN en WI lager is dan 17 punten. Dit is ook het geval indien er meer dan één onvoldoende behaald wordt of een cijfer lager dan 5.
3.
B-vakken Voor de vakken LO, MU en Art & Design mag samen niet meer dan één onvoldoende behaald worden die niet lager is dan een 4 en dient de som van de cijfers minimaal 17 punten te zijn. In alle andere gevallen wordt een leerling besproken.
4.
profiel NT profiel. Een leerling wordt besproken, indien de som van de niet afgeronde cijfers voor de vakken WI-B, NA en SK lager is dan 20 punten of in een van de drie vakken een onvoldoende gehaald wordt. NG profiel Een leerling wordt besproken, indien de som van de niet afgeronde cijfers van de vakken Wi A dan wel B en SK lager is dan 13,5 punten of in een van beide vakken een onvoldoende gehaald wordt. Wanneer het vak NA wordt gekozen moet hier een 6,5 of meer behaald worden.
5. Extra vak Voor alle profielen geldt dat de docentenvergadering beslist of een leerling een extra vak mag/kan volgen.
Overgangsnormen voor 4 havo, 4 vwo, 4 tvwo, 5 vwo en 5 tvwo Leerlingen worden bevorderd als voldaan wordt aan onderstaande voorwaarden: - In de eindcijfers Nederlands, Engels en wiskunde komt niet meer dan één onvoldoende (tenminste een 5) voor - CKV en LO zijn alle periodes met “Voldoende” of “Goed” beoordeeld; - Alle eindcijfers zijn 6 of hoger, of 1x5 en voor de overige vakken een 6 of hoger; of 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde van de op een heel getal afgeronde eindcijfers van alle vakken tenminste 6.0 is. 4 havo: leerlingen moeten voldoen aan de landelijk gestelde eisen voor rekenen 4 vwo: het vak “rekenen” moet minimaal met een voldoende afgesloten zijn (O = onvoldoende V = voldoende, G = goed) 5 vwo: leerlingen moeten voldoen aan de landelijk gestelde eisen voor rekenen. Een leerling komt voor bespreking in aanmerking als: Een leerling kan in aanmerking voor bespreking komen als CKV of LO met een onvoldoende is beoordeeld. Dit wordt vooraf door de afdelingsleider en mentor bepaald.
19