OP ZOEK NAAR DE FUNCTIONELE VEREISTEN VOOR ZIEKENHUISHYGIËNE SOFTWARE RAPPORT VAN EEN DELPHI STUDIE
Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14 1050 Brussel | België www.iph.fgov.be
Epidemiologie | september 2008 | Brussel, België Intern referentienummer : 034 Depotnummer of ISSN : D/2008/2505/49
Sofie Vaerenberg Afdeling Epidemiologie Juliette Wytsmanstraat 14, 1050 Brussel T 02 642 57 01 | F 02 642 54 10 Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid
Dit project werd gemaakt in opdracht van en gefinancierd door Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid
Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.
Dankbetuigingen We danken alle experts voor het invullen van de vragenlijsten. Dank ook aan Bea Jans, Eva Leens, Nicole Boffin en Erik Hendrickx voor hun nuttige opmerkingen bij het opstellen van de vragenlijsten en het kritisch nalezen van het rapport.
© Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid, Brussel 2008 Dit rapport mag gereproduceerd of verdeeld worden mits bronvermelding en kennisgeving aan het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid en het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid.
Inhoudsopgave Inhoudsopgave .......................................................................................................................... 1 Figuren....................................................................................................................................... 2 Tabellen ..................................................................................................................................... 2 Afkortingen................................................................................................................................. 3 1
Inleiding .............................................................................................................................. 4
2
Doel van de studie .............................................................................................................. 6
3
Methodologie ...................................................................................................................... 7
4
5
3.1
De Delphi methode ....................................................................................................... 7
3.2
Selectie van de deelnemers ......................................................................................... 8
3.3
Het Delphi proces in 3 rondes ...................................................................................... 8
3.3.1
De eerste ronde ................................................................................................... 8
3.3.2
De tweede ronde................................................................................................ 10
3.3.3
De derde ronde .................................................................................................. 10
3.3.4
Belang en consensus......................................................................................... 10
Resultaten ........................................................................................................................ 12 4.1
Eerste ronde ............................................................................................................... 12
4.2
Tweede en derde ronde ............................................................................................. 12
4.2.1
Respons rate...................................................................................................... 12
4.2.2
Belang ................................................................................................................ 12
4.2.3
Consensus ......................................................................................................... 12
4.2.4
Belang en consensus samen............................................................................. 13
4.2.5
Consensus per deel ........................................................................................... 14
Discussie .......................................................................................................................... 25 5.1
Belangrijkste bevindingen........................................................................................... 25
5.1.1
Automatische waarschuwingen ......................................................................... 25
5.1.2
Automatische verzameling van gegevens ......................................................... 26
5.1.3
Zoekfunctie ........................................................................................................ 26
5.1.4
Patiëntenfiche en takenlijst ................................................................................ 26
5.1.5
Export van gegevens voor WIV ......................................................................... 26
5.1.6
Rapportering ...................................................................................................... 27
5.1.7
Flexibiliteit .......................................................................................................... 27
5.2
Kijken naar de toekomst ............................................................................................. 27
6
Conclusies ........................................................................................................................ 29
7
Referenties ....................................................................................................................... 30
1
Figuren Figuur 1
Taken van het team voor ziekenhuishygiëne (KB 26/04/2007)........................ 3
Figuur 2
Verloop van een Delphi studie ......................................................................... 6
Figuur 3
Grootte van de deelnemende ziekenhuizen..................................................... 7
Figuur 4
Categorieën van belangrijkheid........................................................................ 9
Figuur 5
Respons patroon ............................................................................................ 11
Tabellen Tabel 1
Verdeling van de mediaanscores na de tweede en derde ronde .................. 12
Tabel 2
Consensus na de tweede en derde ronde, onderverdeeld per deel ............. 13
Tabel 3
Indeling van de stellingen naar belang en consensus .................................. 13
Tabel 4
Alert Organism Surveillance : stellingen met consensus .............................. 14
Tabel 5
Alert Condition Surveillance – PWI : stellingen met consensus .................... 16
Tabel 6
Alert Condition Surveillance – Andere : stellingen met consensus ............... 17
Tabel 7
Case management : stellingen met consensus ............................................ 19
Tabel 8
Kruisbesmetting voorkómen : stellingen met consensus .............................. 20
Tabel 9
Waakprogramma’s – ICU : stellingen met consensus .................................. 21
Tabel 10
Waakprogramma’s – SEP : stellingen met consensus ................................. 22
Tabel 11
Waakprogramma’s – MRSA : stellingen met consensus .............................. 22
Tabel 12
Waakprogramma’s – CDIF : stellingen met consensus ................................ 22
Tabel 13
Waakprogramma’s – MRE : stellingen met consensus ................................. 22
Tabel 14
Waakprogramma’s – AB resistentie : stellingen met consensus .................. 22
Tabel 15
Handhygiëne : stellingen met consensus ...................................................... 23
Tabel 16
Varia : stellingen met consensus ................................................................... 24
2
Afkortingen CDIF
Clostridium difficile
EBMO
Epidemiologisch belangrijk micro-organisme
GHZH
Geneesheer ziekenhuishygiënist
ICU
Intensive care unit
KB
Koninklijk Besluit
MRE
Multi-resistente Enterobacteriaceae
MRSA
Methicilline resistente Staphylococcus aureus
MTD
Medisch-technische diensten
NNIS
National Nosocomial Infections Surveillance System
PWI
Postoperatieve wondinfecties
ROB
Rustoord voor bejaarden
RVT
Rust- en verzorgingstehuis
SEP
Septicemieën
SNO
Surveillance na ontslag
T-tijd
75ste percentiel van de duur van de ingrepen in de betreffende operatiecategorie, gebaseerd op resultaten van het NNIS
VAP
Ventilator Associated Pneumonia
VKZH
Verpleegkundig ziekenhuishygiënist
WIV
Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid
3
1 Inleiding De problematiek van de ziekenhuisinfecties is een actueel probleem. Vijf tot zeven procent van de patiënten die voor algemene zorgen in een ziekenhuis belanden, worden het slachtoffer van een ziekenhuisinfectie 1. Het gevolg van een ziekenhuisinfectie is dat patiënten extra behandeld moeten worden en in sommige gevallen kan een infectie zelfs de dood tot gevolg hebben. Bovendien leidt een langer verblijf in het ziekenhuis tot bijkomende kosten zowel voor de patiënt als voor de maatschappij. Het is dan ook in ieders belang om ziekenhuisinfecties zo efficiënt mogelijk te bestrijden. Hiervoor beschikt elk ziekenhuis in de eerste plaats over een team en een comité voor ziekenhuishygiëne. Zij staan in voor de infectiecontrole op ziekenhuisniveau. Daarnaast zijn er de Regionale Platformen en het Federaal Platform Ziekenhuishygiëne. Deze platformen verzekeren de samenwerking en de coördinatie van initiatieven zowel op regionaal als op nationaal niveau en vormen de link tussen het operationele niveau (de ziekenhuizen) en het beleidsniveau (de overheid). Verder zijn er de richtlijnen van onder meer de Hoge Gezondheidsraad, en zijn er de nationale waakprogramma’s van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV) zoals dat voor MRSA of Clostridium difficile. Het team voor ziekenhuishygiëne, dat een cruciale rol speelt in het bestrijden van de ziekenhuisinfecties, bestaat uit één of meerdere geneeshe(e)ren-ziekenhuishygiënist (GHZH) en één of meerdere verpleegkundige(n)-ziekenhuishygiënist (VKZH). De taken van dit team werden vastgelegd in het Koninklijk Besluit van 7 november 1988 en herzien in het Koninklijk Besluit van 26 april 2007 2 (Figuur 1).
Figuur 1
Taken van het team voor ziekenhuishygiëne (KB 26/04/2007)
4
De taken zijn zeer divers. Bovendien nemen bepaalde taken, zoals het registreren van ziekenhuisinfecties, veel tijd in beslag. Daarbij komt nog dat ziekenhuishygiënisten hun infectiecontrole taken dikwijls nog combineren met een andere functie binnen het ziekenhuis 3. Ook uit een studie van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid blijkt dat bepaalde dagdagelijkse activiteiten van de ziekenhuishygiënist erg arbeidsintensief zijn. Bovendien verlopen bepaalde taken niet altijd efficiënt 4. Een aangepast informaticasysteem voor ziekenhuishygiënisten zou de efficiëntie van de uitgevoerde taken kunnen verhogen en zo de werkdruk verlagen. Hierdoor kan er meer tijd vrijkomen voor de ziekenhuishygiënist om aanwezig te zijn op de werkvloer, als aanspreekpunt voor ziekenhuishygiëne en voor het observeren en evalueren van hygiënepraktijken. In verscheidene ziekenhuizen zijn er al systemen in gebruik die in meer of mindere mate functionaliteiten van een ziekenhuishygiëne informaticasysteem bezitten. Ook zijn er reeds commerciele softwarepakketten specifiek voor ‘infection control’ beschikbaar op de (internationale) markt (Bijlage A). Om de bruikbaarheid van deze pakketten in Vlaanderen na te gaan en om te bepalen aan welke vereisten eventuele nieuwe software voor ziekenhuishygiënisten moeten voldoen, moeten we weten welke de specifieke behoeften van de Vlaamse ziekenhuishygiënisten zijn. Daarom voert het WIV in opdracht van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid een Delphi-studie uit naar de vereisten voor ziekenhuishygiëne software.
5
2 Doel van de studie Het doel van de studie is na te gaan welke functionaliteiten nodig zijn in een softwareprogramma voor ziekenhuishygiënisten en om hierover een consensus te bereiken tussen de ziekenhuishygiënisten onderling. Er wordt in de studie gefocust op wat de mogelijkheden van de software moeten zijn vanuit het oogpunt van de ziekenhuishygiënist. Technische aspecten, beveiligingsaspecten, legaleen dienstverlenende aspecten worden in deze studie buiten beschouwing gelaten. Deze werden reeds eerder onderzocht voor zorggerelateerde software zoals deze voor ziekenhuizen 5, huisartsen, kinesisten en tandartsen 6.
6
3 Methodologie 3.1 De Delphi methode In deze studie kozen we ervoor de Delphi methode te gebruiken om de beoogde doelstellingen te bereiken. De Delphi methode is een methode die vaak gebruikt wordt om informatie te bekomen over onderwerpen waarover weinig geweten is, en om concepten en prioriteiten te bepalen 7. Ze kan gebruikt worden om informatie te bekomen en gemakkelijker tot beslissingen te komen over complexe thema’s waarin verschillende partijen betrokken zijn. De Delphi methode is een consensusmethode. Meningen van experts worden op een systematische manier
Figuur 2
Verloop van een Delphi studie
samengebracht en men zoekt naar een consensus waar mogelijk 8. De experts worden individueel en anoniem bevraagd, met behulp van vragenlijsten. Het voordeel van deze gestructureerde aanpak is dat er geen individuen zijn die de discussie kunnen domineren, en dat meningen die ingaan tegen de gevestigde opvattingen gemakkelijker aan de oppervlakte komen. Iedere expert kan zijn persoonlijke mening uiten, maar het uiteindelijke resultaat is een afspiegeling van de kennis en meningen van de hele groep. De vragenlijsten worden schriftelijk ingevuld, zodat er geen verplaatsingen moeten gedaan worden door de deelnemers of de onderzoeker. De bevraging wordt uitgevoerd in drie of meer rondes, en na elke ronde worden de resultaten teruggecommuniceerd naar de groep van experts (Figuur 2). De Delphi-studie wordt beëindigd wanneer er voldoende consensus bereikt werd, of wanneer verdere rondes geen extra informatie meer zouden opleveren 9.
7
3.2 Selectie van de deelnemers Voor de samenstelling van het panel van experten werden ziekenhuishygiënisten met een interesse in informatisering gezocht. Eerst werden de Regionale Platformen Ziekenhuishygiëne per mail ingelicht over het verloop van de studie. Zij brachten vervolgens hun leden op de hoogte. Op deze manier kon iedereen zijn interesse tonen voor de studie. Eén persoon meldde zich spontaan voor deelname aan de studie. Vervolgens werden de voorzitters van de regionale platformen uitgenodigd om deel te nemen, en werd hen ook gevraagd of zij nog andere geïnteresseerde personen kenden. Op deze wijze werden 11 experten gevonden. Tenslotte werden door de onderzoeker nog 5 ziekenhuishygiënisten toegevoegd op basis van eerdere contacten. Uiteindelijk werd een lijst van 17 personen bekomen. Elke kandidaat-deelnemer werd vervolgens gecontacteerd door de onderzoeker en na een korte toelichting over het verloop van de studie werd hen gevraagd of ze wilden deelnemen. Alle 17 kandidaten reageerden positief op deze oproep. Onder de
Figuur 3
deelnemers waren er 9 GHZH en 8 VKZH. Alle
Grootte van de deelnemende ziekenhuizen
Vlaamse provincies en Brussel waren vertegenwoordigd onder de deelnemers. De grootte van de deelnemende ziekenhuizen ging van iets meer dan 200 tot meer dan 1000 bedden (Figuur 3). Er waren vier universitaire ziekenhuizen onder de deelnemers.
3.3 Het Delphi proces in 3 rondes 3.3.1 De eerste ronde In de eerste ronde werd een provisorische lijst met vereisten voor een informaticasysteem voor ziekenhuishygiënisten naar de deelnemers verstuurd. Er werd voor gekozen een reeds vooraf opgestelde lijst met stellingen te gebruiken als basis. Dit werd gedaan om het werk voor de deelnemers zo beperkt mogelijk te houden, en tijd te besparen. Deze initiële lijst werd gebaseerd op de vereisten die werden gebruikt in de ASEPTIC studie van het NHS 10, aangevuld met vereisten die konden afgeleid worden uit de mogelijkheden van buitenlandse softwarepakketten voor infectiecontrole (Bijlage A). Zo werd een lijst bekomen met 132 stellingen (Bijlage B). Deze stellingen werden gegroepeerd per thema en vervolgens opgedeeld in zeven delen. De inhoud van elk deel wordt hieronder kort toegelicht.
8
Alert organism surveillance Stellingen die te maken hebben met de surveillance van epidemiologisch belangrijke micro-organismen. In dit deel horen onder andere de automatische waarschuwingen voor MRSA en Clostridium difficile thuis. Alert condition surveillance Stellingen die te maken hebben met het opsporen van patiënten met een verhoogd risico op ziekenhuisinfecties. Dit deel werd onderverdeeld in een subdeel over postoperatieve wondinfecties (PWI) en een subdeel met overige stellingen in verband met alert condition surveillance (Andere). Case management Stellingen die te maken hebben met het opvolgen van patiënten waarvan geweten is dat ze een zorggerelateerde infectie hebben, of van wie men weet dat ze drager zijn van een epidemiologisch belangrijk micro-organisme. Kruisbesmetting voorkómen Stellingen die te maken hebben met het voorkómen van de overdracht van infecties van de ene patiënt op de andere. In dit deel werden ook alle stellingen met betrekking tot isolatiemaatregelen ondergebracht. Waakprogramma’s Stellingen die te maken hebben met het verzamelen, exporteren en doorsturen van gegevens voor de nationale waakprogramma’s van het WIV. Dit deel werd onderverdeeld in vijf delen die corresponderen met de overeenkomstige waakprogramma’s van het WIV: ICU, SEP, MRSA, CDIF, MRE. Handhygiëne Stellingen die te maken hebben met het toepassen van handhygiëne. Varia Stellingen die niet in een van de andere categorieën konden worden ondergebracht
De lijst werd vervolgens voorgelegd aan de deelnemers en er werd hen gevraagd hem aandachtig door te nemen en eventuele bijkomende stellingen te suggereren. Hiertoe werd achter elk deel een blanco pagina toegevoegd waar de deelnemers eigen vereisten konden formuleren. De door de deelnemers aangebrachte stellingen werden verzameld, geanalyseerd, gegroepeerd en toegevoegd aan de oorspronkelijke lijst van stellingen. In totaal bevatte de aangepaste lijst 227 stellingen. Op één na konden alle nieuwe stellingen ondergebracht worden in de bestaande delen. Voor één stelling in verband met surveillance
9
van antibioticaresistentie werd een nieuwe onderverdeling onder het deel ‘Waakprogramma’s’ gemaakt, namelijk ‘AB resistentie’.
3.3.2 De tweede ronde In de tweede ronde werd de aangepaste lijst met stellingen (Bijlage C) opgestuurd naar de deelnemers, met de vraag elke stelling een score te geven op een schaal van 0 (onbelangrijk) tot 9 (zeer belangrijk). De resultaten werden geanalyseerd met de statistische software Stata 10. Voor elke stelling werd een boxplot gemaakt die de mediaan, het 25ste en 75ste percentiel, en de kleinste en grootste niet-uitschieter van de scores van de deelnemers weergaf.
3.3.3 De derde ronde Het resultaat van de tweede ronde (lijst met stellingen en boxplots) (Bijlage D) werd opgestuurd naar de deelnemers. Er werd hen gevraagd hun persoonlijke scores te vergelijken met die van de groep, aan de hand van de boxplots. Indien zij dit wensten, konden de deelnemers de score die ze eerder gegeven hadden voor elke stelling aanpassen. In de begeleidende brief werd uitgelegd hoe een boxplot geïnterpreteerd moet worden. Er werd ook gezegd dat de bedoeling van de studie is een consensus te bekomen, maar dat ze hun score enkel hoefden te veranderen als ze hun mening werkelijk hadden herzien. Indien de deelnemers extreme scores wensten te behouden, werd hen gevraagd de redenen hiervoor kort toe te lichten. Dit liet de onderzoeker toe de grote spreiding in scores voor bepaalde vragen beter te interpreteren.
3.3.4 Belang en consensus
3.3.4.1 Belang Het belang van de stellingen werd bepaald door de
Figuur 4
Categorieën van belangrijkheid
mediaanscore. Wanneer de mediaanscore 7, 8 of 9 was, werd de stelling beschouwd als ‘zeer belangrijk’. Stellingen met een mediaanscore van 3, 4, 5 of 6 werden beschouwd als ‘belangrijk’. Stellingen met een mediaanscore van 0, 1 of 2 werden beschouwd als ‘minder belangrijk’ (Figuur 4).
3.3.4.2 Consensus Consensus wordt gewoonlijk bepaald door het meten van de spreiding van de scores voor elke stelling. Een kleinere spreiding wordt geïnterpreteerd als een grotere consensus 11.
10
Voor Delphi studies bestaat er geen universeel bruikbare maatstaf voor het definiëren van consensus. De gebruikte definitie hangt immers af van het aantal deelnemers, het doel van de studie en de beschikbare gegevens12. Enkele voorbeelden van consensus definities zijn: •
51%, 70% of 80% van de scores van de deelnemers vallen in dezelfde categorie 12
•
een gemiddelde score groter of gelijk aan zes en geen individuele scores kleiner dan 4 (op een 7-punts Likertschaal)13
Voor deze studie werd volgende definitie van consensus gebruikt: 85% van de scores van de deelnemers voor een bepaalde stelling bevindt zich in dezelfde categorie. Volgende categorieën werden gebruikt: 0-1-2, 3-4-5-6, 7-8-9. Bijvoorbeeld wanneer 85% van de deelnemers voor een bepaalde stelling een score van 7, 8 of 9 heeft gegeven, wordt er gezegd dat er consensus is voor deze stelling. Gebruik makende van deze definitie, was er in de derde ronde consensus over 55% van de stellingen. Een vierde ronde werd niet aangevat omdat reeds over een groot aantal stellingen consensus bereikt werd, en omdat de respons rate waarschijnlijk niet meer goed zou zijn.
11
4 Resultaten 4.1 Eerste ronde Alle deelnemers antwoordden in de eerste ronde (response rate 100%). Na analyse, groepering en samenvoeging van de suggesties van de deelnemers, konden in totaal 95 nieuwe stellingen gedefinieerd worden. Alle stellingen konden ondergebracht worden in de bestaande delen.
4.2 Tweede en derde ronde 4.2.1 Respons rate
Figuur 5
Respons patroon
In de tweede ronde antwoordden 15 van de 17 deelnemers (respons rate = 88%). Hiervan bleven er nog 14 over in de derde ronde (respons rate = 82%)(Figuur 5).
4.2.2 Belang In de tweede ronde werden zeer veel stellingen (94%) beoordeeld als ‘zeer belangrijk’ (mediaanscore ≥ 7). Dit bleef onveranderd na de derde ronde (Tabel 1). Tabel 1
Verdeling van de mediaanscores na de tweede en derde ronde Stellingen na ronde 2
Stellingen na ronde 3
N
%
N
%
Belang Zeer belangrijk
213
94
213
94
Belangrijk
13
6
13
6
Minder belangrijk
1
0
1
0
4.2.3 Consensus Zoals eerder vermeld, namen we aan dat er consensus is voor stellingen waarbij ten minste 85% van de scores in eenzelfde categorie vallen. Na de tweede ronde was er consensus over 114 stellingen (50%). Na de derde ronde werd een consensus bekomen voor 124 stellingen (55%) (Tabel 2). Voor de delen ‘Waakprogramma – SEP’, ‘Waakprogramma – MRSA’, ‘Waakprogramma MRE’ en ‘Waakprogramma – AB resistentie’ was er reeds 100% consensus na de tweede ronde. Voor het deel ‘Kruisbesmetting voorkómen’ werd er na de derde ronde ook 100%
12
consensus bereikt. Voor het deel ‘Varia’ was er het minst consensus over de stellingen (27% na de derde ronde). Tabel 2
Consensus na de tweede en derde ronde, onderverdeeld per deel Aantal
Aantal stellingen met
stellingen Deel
Percentage stellingen met
consensus Na ronde 2
consensus
Na ronde 3
Na ronde 2
Na ronde 3
Alert Organism Surveillance
52
24
24
46
46
Alert Condition Surveillance . PWI
30
10
12
33
40
Alert Condition Surveillance . Andere
32
11
14
34
44
Case Management
18
10
11
56
61
Kruisbesmetting voorkómen
15
13
15
87
100
Waakprogramma's . ICU
15
13
13
87
87
Waakprogramma's . SEP
9
5
6
56
67
Waakprogramma's . MRSA
3
3
3
100
100
Waakprogramma's . CDIF
3
3
3
100
100
Waakprogramma's . MRE
3
3
3
100
100
Waakprogramma's . AB resistentie
1
1
1
100
100
Varia
26
7
7
27
27
Handhygiëne
20
11
12
55
60
227
114
124
50
55
Totaal
4.2.4 Belang en consensus samen Van de 213 stellingen met een mediaan groter of gelijk aan zeven (categorie ‘zeer belangrijk’), is er consensus in 124 gevallen (58%). Over stellingen uit de categorieën ‘belangrijk’ en ‘minder belangrijk’ werd geen consensus bekomen (Tabel 3). Tabel 3
Indeling van de stellingen naar belang en consensus Consensus na de derde ronde Percentage
Belang Zeer belangrijk* Belangrijk** Minder belangrijk*** Totaal * ** ***
Aantal stellingen
stellingen met
Aantal stellingen
met consensus
consensus (%)
213
124
58
13
0
0
1
0
0
227
124
55
mediaan ≥ 7 3 ≤ mediaan ≤ 6 mediaan ≤ 2
13
4.2.5 Consensus per deel Hieronder wordt ieder deel van de vragenlijst apart besproken. De stellingen waarvoor consensus bestond worden voor elk deel weergegeven in een tabel.
4.2.5.1 Alert Organism Surveillance In dit deel was er consensus over 24 van de 52 stellingen (Tabel 4). Er is voornamelijk eensgezindheid over stellingen die te maken hebben met de automatische waarschuwingen in geval van de detectie van een epidemiologisch belangrijk micro-organisme zoals MRSA, Clostridium difficile, ESBL+ enterobacteriaceae, TBC en Legionella. De ziekenhuishygiënisten wensen deze waarschuwingen automatisch te ontvangen en willen zelf kunnen bepalen welke informatie juist weergegeven wordt in deze waarschuwingen. Er is evenwel geen eensgezindheid over de wijze waarop deze waarschuwingen weergegeven moeten worden. Verder moeten patiëntengegevens zoveel mogelijk automatisch kunnen worden aangevuld in de patiëntenfiche van de patiënt waarvoor een waarschuwing werd bekomen. Slechts voor enkele gegevens (bron van infectie, dekolonisatiestatus, doorgeven van informatie) is een manuele invoer gewenst. Rapporten en grafieken zijn belangrijk voor het opvolgen van de incidentie en de evolutie van epidemiologisch belangrijke micro-organismen. Tabel 4
Alert Organism Surveillance : stellingen met consensus
Vraag 1)
Subvraag Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
2)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf nieuwe organismen te definiëren, waarvoor hij waarschuwingen wil ontvangen
3)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf per organisme in te stellen welke informatie wordt opgenomen in de automatische waarschuwingen (vb. organisme, patiënt, antibiogram, lokalisatie, gekend/nieuw organisme bij deze patiënt)
5)
In de waarschuwingen is een link aanwezig naar het labodossier van de patiënt
6)
De patiënten waarvoor een waarschuwing werd ontvangen kunnen automatisch en/of manueel toegevoegd worden aan de takenlijst
a)
CDIF (toxine-producerend)
b)
MRSA
c)
ESBL+ enterobacteriaceae (Enterobacter aerogenes, E. coli, Klebsiella pneumoniae)
d)
TBC (rechtstreeks of via kweek)
g)
Legionnella
14
10)
Bijkomende informatie over de patiënt kan automatisch aangevuld worden aan de hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis:
a)
administratieve gegevens van de patiënt (vb. herkomst (vb. ROB, RVT), leeftijd)
10)
b)
afdeling, kamer, bed
10)
c)
behandelende arts
10)
f)
apotheekgegevens (vb. antibiotica)
10)
h)
huidige afdeling en historiek van de afdelingen waar de patiënt heeft verbleven
10)
i)
isolatiestatus van de patiënt
10)
j)
plaatsen waar de patiënt verbleven heeft voor onderzoeken en behandelingen
k)
bron van infectie (vb. nosocomiaal, healthcare associated, community acquired)
l)
dekolonisatiestatus (dekolonisatie uitgevoerd? ja/nee)
m)
informatie doorgegeven aan de afdeling? aan wie?
a)
van de incidentie(densiteit) van een bepaalde kiem voor een bepaalde periode (vb. week, maand, trimester);per ziekenhuis en per kenletter
12)
b)
van de evolutie van de incidentie(densiteit) van een bepaalde kiem; per ziekenhuis, per kenletter en per afdeling
12)
c)
met een benchmarking van de verschillende afdelingen ten opzichte van elkaar, met percentielen en standaardafwijkingen
11)
11)
De ziekenhuishygiënist kan manueel informatie toevoegen aan de informatie die reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens
11) 12)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
13)
Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor de berekening van de incidentie en voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen, opnames)
14)
Er kan een zelfgedefinieerd rapport gemaakt worden (vb. feedbackrapport voor de afdelingen, met de evolutie van de incidentie van een bepaalde kiem)
15
4.2.5.2 Alert Condition Surveillance In dit deel was er consensus over 26 van de 62 stellingen. Voor de onderdelen PWI en ‘andere’ werden respectievelijk voor 12 en 14 stellingen consensus bereikt (Tabel 5 en Tabel 6). Belangrijke vereisten zijn hier het kunnen opvolgen van operaties op basis van NNIS risk index, wondklasse en duur van de ingreep, Ook hier wordt weer de nadruk gelegd op de flexibiliteit en de automatisering. Laboresultaten moeten automatisch kunnen toegevoegd worden aan de fiche van de patiënt wanneer er een PWI bevestigd werd door het labo. Er is ook aandacht voor surveillance na ontslag. Ook hier werd er veel belang gehecht aan het kunnen genereren van incidentie- en evolutiegrafieken (per operatiecategorie, per chirurg, per heelkundig specialisme en per NNIS risico index). Er wordt ook belang gehecht aan de mogelijkheid de gegevens in verband met PWI’s te kunnen exporteren voor de surveillance van het WIV. Voor het opsporen van andere patiënten die een verhoogd risico hebben op een nosocomiale infectie of patiënten die gescreend moeten worden willen de ziekenhuishygiënisten kunnen zoeken op de herkomst van de patiënt (of de patiënt van een andere verzorgingsinstelling komt of ermee in contact is gekomen de laatste 12 maanden), de afdeling, eerdere screening resultaten, isolatiestatus, eerdere besmetting met een epidemiologisch belangrijk microorganisme, dekolonisatiestatus en antibioticagebruik. Voorts moeten de gevonden patiënten kunnen opgeslagen worden in een patiëntenfiche, toegevoegd aan de takenlijst en moeten bijkomende patiëntengegevens automatisch kunnen ingevoerd worden vanuit andere databanken (administratie, labo). Tabel 5
Alert Condition Surveillance – PWI : stellingen met consensus
Vraag
Subvraag
2)
De gebruiker kan zelf de operatiecategorieën bepalen die hij wil opvolgen
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van … De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van … De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van …
a)
NNIS risk index
b)
wondklasse
d)
duur van de ingreep (overschrijding van de T-tijd)
a)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per operatiecategorie
e)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per chirurg
10)
i)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per heelkundig specialisme
10)
j)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per NNIS risico index
3) 3) 5)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om klinische gegevens van de patiënt in te voeren (na controle van de wonde)
7)
De PWI testresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden wanneer de PWI bevestigd werd door het labo
9)
De gebruiker kan gegevens invoeren voor surveillance van PWI na ontslag (SNO)
10)
De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de … De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de … De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de … De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de …
10)
12)
Er kan een export gedaan worden voor de PWI surveillance van het WIV
16
Tabel 6
Alert Condition Surveillance – Andere : stellingen met consensus
Vraag 1)
Subvraag b)
herkomst van de patiënt (vb. RVT, ROB, ander ziekenhuis)
1)
f)
patiënt is de laatste 12 maanden in contact gekomen met een verzorgingsinstelling (RVT, ROB, ziekenhuis)
1)
g)
afdeling
1)
k)
alert organism (vb. CDIF, MRSA)
1)
l)
screening resultaten
1)
m)
isolatiestatus van de patiënt
1)
n)
patiënt ondergaat dekolonisatiebehandeling
1)
o)
antibioticagebruik van de patiënt
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
2)
De patiënten die gevonden werden via de zoekopdracht kunnen opgeslagen worden in een patiëntenfiche in de ziekenhuishygiëne databank
3)
De patiënten die gevonden werden via de zoekopdracht kunnen automatisch toegevoegd worden aan de takenlijst
5)
De administratieve gegevens van patiënten die voorkomen in de takenlijst (vb. geboortedatum, opnamedatum) kunnen automatisch worden aangevuld
7)
De gebruiker kan zelf instellen welke gegevens hij wil zien op de takenlijst (vb. naam, afdeling)
8)
Laboresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden vanuit de labodatabank
10)
De gebruiker kan een patiënt verwijderen van de takenlijst
17
4.2.5.3 Case Management In het deel Case Management werd consensus bekomen voor 11 van de 18 stellingen (Tabel 7) Ziekenhuishygiënisten zouden graag een overzicht hebben van alle ‘cases’ die … •
besmet zijn met een bepaalde kiem
•
een bepaalde ingreep, behandeling of onderzoek ondergingen
•
op een bepaalde afdeling liggen
Ook wensen ze de evolutie van het aantal ‘cases’ te kunnen volgen en een gepaste noemer te kunnen instellen. Met betrekking tot de dagelijkse infectiecontrole moeten volgende gegevens kunnen ingevoerd worden: •
datum en tijd van de controle
•
infectie- en kolonisatiestatus van de patiënt
•
isolatieadvies en advies betreffende bijkomende voorzorgsmaatregelen
•
bron van infectie
Bovendien moet het mogelijk zijn om bepaalde zeer belangrijke gegevens over de patiënt (zoals bijvoorbeeld allergieën, mupirocine resistentie of chronisch dragerschap) in te geven zodanig dat deze steeds op de voorgrond worden weergegeven. Verder moeten er rapporten en grafieken gemaakt kunnen worden met het aantal cases per periode en per afdeling of personeelslid, en van het risico op een infectie voor een bepaalde afdeling, medisch-technische dienst of arts.
18
Tabel 7
Case management : stellingen met consensus
Vraag 1)
Subvraag a)
besmet zijn met een bepaalde kiem
b)
een bepaalde ingreep / onderzoek / behandeling ondergingen
1)
d)
op een bepaalde afdeling liggen
1)
e)
al deze gegevens kunnen ook weergegeven worden rekening houdend met een gepaste noemer (vb. totaal aantal van een bepaalde ingreep / onderzoek / behandeling)
1)
2) 2)
Er is een overzicht (en evolutiegegevens) beschikbaar van alle cases die …
De gebruiker kan informatie invoeren over de dagelijkse infectiecontrole:
2)
2) 3)
De gebruiker kan belangrijke informatie over een patiënt ingeven, die steeds duidelijk en op de voorgrond wordt weergegeven (vb. allergie, mupirocine-resistentie, chronische MRSA drager, HIV)
4)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
4)
a)
datum / tijd van de controle
c)
infectie- en kolonisatiestatus
e)
isolatieadvies / advies betreffende bijkomende voorzorgsmaatregelen aan het personeel
h)
bron van infectie van de patiënt
a)
met een overzicht van alle cases per periode (vb. dag, maand, jaar) per afdeling/personeelslid
b)
van het risico op een (nosocomiale) infectie voor een bepaalde afdeling / MTD / arts
4.2.5.4 Kruisbesmetting voorkómen In dit deel werd consensus bekomen voor alle 15 stellingen in dit deel (Tabel 8). Ter voorkoming van kruisbesmettingen vinden ziekenhuishygiënisten het belangrijk dat er automatisch een waarschuwing komt wanneer er een patiënt met een gekende voorgeschiedenis van een epidemiologisch belangrijk micro-organisme wordt opgenomen. De patiëntenlocaties moeten gekend zijn op elk moment. De overlappingen van patiënten moeten (evt. visueel) nagegaan kunnen worden. Wanneer er een patiënt besmet is met een epidemiologisch belangrijk micro-organisme (EBMO) moet de ziekenhuishygiënist een zoekopdracht kunnen uitvoeren naar alle patiënten die in contact zijn gekomen met de besmette patiënt. Het programma moet ook automatisch kunnen meedelen welke patiënten mogelijk een kruisbesmetting hebben opgelopen. Voor geïsoleerde patiënten moet de begin- en einddatum van de isolatie ingegeven kunnen worden. Wanneer een patiënt met een EBMO verhuist naar een andere afdeling, of wanneer hij een onderzoek ondergaat op een ander dienst, moet er een melding verstuurd kunnen worden naar deze afdeling of dienst. In het geval de patiënt verhuist naar een ander ziekenhuis moet er automatisch een infectiecontrole-transferbrief opgemaakt kunnen worden. Er zou ook een uitbraakdetectiefunctie moeten zijn, gebaseerd op clusters van micro-organismen gedetecteerd in het labo. Het is ook belangrijk dat de ziekenhuishygiënisten de drempelwaarden voor uitbraken zelf kunnen vastleggen, gebaseerd op de situatie in het eigen ziekenhuis.
19
Rapporten en grafieken moeten gemaakt kunnen worden van: •
de patiënten in isolatie
•
aantal isolaties en aantal isolatiedagen, duur van de isolaties
•
bezettingsgraad van de isolatiekamers
Tabel 8
Kruisbesmetting voorkómen : stellingen met consensus
Vraag
Subvraag
1)
Er wordt een melding gegeven wanneer een patiënt met een gekende voorgeschiedenis van een epidemiologisch belangrijk micro-organisme (EBMO) opgenomen wordt in het ziekenhuis
2)
Er is een real-time en historisch overzicht van de patiëntenlocaties
3)
De gebruiker wordt automatisch op de hoogte gebracht van mogelijke kruisbesmettingen (aan de hand van de patiëntenlocaties)
4)
Er is een (visueel) overzicht beschikbaar van de overlappingen van bepaalde patiënten
5)
Er kan een zoekopdracht uitgevoerd worden naar alle patiënten die mogelijk in contact zijn gekomen met een patiënt besmet met een EBMO
6)
Bij de verhuis van een patiënt met een EBMO naar een nieuwe afdeling wordt er automatisch een mededeling verstuurd naar de nieuwe afdeling
7)
Bij onderzoek van een patiënt met een EBMO op medisch technische diensten, kan er (evt. automatisch) een mededeling verstuurd worden naar deze diensten
8)
Bij transfer van een patiënt naar een ander ziekenhuis kan er automatisch een infectiecontrole-transferbrief aangemaakt worden, met de infectiecontrole gegevens van deze patiënt (infectiestatus, dragerschapstatus, behandeling, dekolonisatie, …)
9)
Er is een ingebouwde uitbraakdetectie functie (gebaseerd op clusters van micro-organismen, gedetecteerd in het labo)
10)
De gebruiker kan de drempelwaarden voor uitbraken zelf definiëren. Er zijn wel standaardwaarden aanwezig (vb. gegenereerd uit historische gegevens)
11)
Voor elke patiënt kan de begindatum en de einddatum van de isolatie ingegeven worden
12)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van …
a)
alle patiënten in isolatie • per periode (vb. dag, week, maand) • per kiem • per afdeling
12)
b)
het aantal isolaties en aantal isolatiedagen per • periode (maand, week, dag) • indicatie voor isolatie (micro-organisme) • afdeling • per kamertype (vb. 1persoons, 2persoons met gesloten bed)
12)
c)
de bezettingsgraad van de isolatiekamers
12)
d)
de duur van de isolaties, eventueel opgesplitst per afdeling
20
4.2.5.5 Waakprogramma’s Voor dit deel werd in totaal consensus bekomen voor 29 van de 34 stellingen. Voor de onderdelen MRSA, CDIF en MRE is er consensus voor alle stellingen (Tabellen 11, 12, 13). Voor de delen ICU en SEP was er consensus respectievelijk over 13 van 15 (Tabel 9) en 6 van 9 stellingen (Tabel 10). Voor alle waakprogramma’s is het zoveel mogelijk automatisch verzamelen van de gegevens en de mogelijkheid tot export voor het WIV belangrijk. Ook het genereren van rapporten en grafieken is hier van groot belang (vb. VAP / 1000 ventilatiedagen). Tabel 9
Waakprogramma’s – ICU : stellingen met consensus
Vraag
Subvraag
1)
De gegevens voor de ICU surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden (door een koppeling met de ICU databank)
2)
De gegevens die niet op automatisch wijze verzameld konden worden, kunnen manueel ingegeven worden
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
a)
aantal ICU verworven septicemieën / 1000 ligdagen
3)
b)
aantal ICU verworven pneumonieën / 1000 ligdagen
3)
c)
aantal ICU verworven ventilatiegeassocieerde pneumonieën (VAP) / 1000 ligdagen
3)
d)
aantal ICU verworven katheter infecties / 1000 ligdagen
3)
e)
aantal ICU verworven urineweginfecties / 1000 ligdagen
3)
g)
aantal ICU verworven infecties / 1000 ligdagen, opgesplitst per micro-organisme
3)
h)
aantal VAP / 1000 ventilatiedagen
3)
i)
aantal katheter gerelateerde infecties / 1000 katheterdagen
3)
j)
aantal urineweginfecties / 1000 urinaire katheterdagen
3)
k)
antibioticagebruik per patiënt (antibioticum, startdatum, einddatum, type gebruik (vb. profylactisch, empirisch))
4)
Er kan een export voor de ICU surveillance van het WIV gemaakt worden
21
Tabel 10
Waakprogramma’s – SEP : stellingen met consensus
Vraag
Subvraag
2)
Er is een zoekfunctie voor het zoeken van patiënten met septicemie
3)
Voor de patiënten met septicemie die gevonden werden via de zoekactie, kan er een boodschap verstuurd worden naar de behandelende arts, om een klinische bevestiging van de septicemie te vragen …
4)
De gegevens voor de surveillance van septicemieën van het WIV kunnen ingevuld worden
5)
Er kan een export voor de SEP surveillance van het WIV gemaakt worden
7)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van …
7)
Tabel 11
a)
als een email
a)
de incidentie(densiteit) van septicemieën • per periode • per afdeling • per micro-organisme • per type (vb. uro, pneumo, kathetergerelateerd, onbekend)
b)
het aantal septicemieën per micro-organisme
Waakprogramma’s – MRSA : stellingen met consensus
Vraag 1)
De gegevens voor de MRSA surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
Ontbrekende gegevens voor de MRSA surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
3)
Er kan een export voor de MRSA surveillance van het WIV gemaakt worden
Tabel 12
Waakprogramma’s – CDIF : stellingen met consensus
Vraag 1)
De gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
Ontbrekende gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
3)
Er kan een export/afdruk gemaakt worden van de gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV
Tabel 13
Waakprogramma’s – MRE : stellingen met consensus
Vraag 1)
De gegevens voor de MRE surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
Ontbrekende gegevens voor de MRE surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
3)
Er kan een export/afdruk gemaakt worden van de gegevens voor de MRE surveillance van het WIV
Tabel 14
Waakprogramma’s – AB resistentie : stellingen met consensus
Vraag 1)
De antibioticaresistentie kan opgevolgd worden per kiem / kiemgroep (vb. Enterobacteriaceae) en per afdeling / groep van afdelingen (vb. 'risicodiensten' versus 'rest van het ziekenhuis')
22
4.2.5.6 Handhygiëne In dit deel werd consensus bekomen over 12 van de 20 stellingen (Tabel 16). In dit deel zijn het automatisch invullen van verbruiksgegevens van handalcohol, handzeep en handschoenen belangrijk. De gegevens van de handhygiëne compliance meting en de nagels en juwelen compliance meting moeten ingegeven kunnen worden. Er moet een rapport of grafiek gemaakt kunnen worden van het gebruik van handalcohol en de evolutie ervan. Tabel 15
Handhygiëne : stellingen met consensus
Vraag 1)
Het verbruik van handalcohol, handzeep en handschoenen kan automatisch ingevuld worden voor elke afdeling door middel van …
1)
Subvraag a)
een koppeling met andere databanken (vb. magazijn, apotheek)
b)
de import van een Excel / Access bestand
2)
De gegevens van de handhygiëne compliance meting (WIV) kunnen ingegeven worden
3)
De gegevens voor een protocol in verband met goede handhygiëne (korte nagels, geen juwelen/nagellak/kunstnagels) kunnen worden ingegeven
5)
Er kan een export gemaakt worden …
a)
voor de handhygiëne surveillance van het WIV
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
a)
van het gebruik van handalcohol per afdeling en de evolutie ervan
6)
d)
waarbij een noemer in rekening wordt gebracht (vb. ligdagen, opnames, behandelingen (MTD)
6)
e)
van het aantal handontsmettingen per ligdag • per afdeling • voor het volledige ziekenhuis
6)
f)
van de gemiddelde compliance en de evolutie van de handhygiëne compliance per • beroepsgroep • afdeling / MTDspecialisme / kenletter
6)
h)
van de aanwezigheid van handjuwelen, kunstnagels, nagellak, polshorloges en lange mouwen per afdeling / specialisme / kenletter
6)
j)
van het percentage correcte handontsmettingen per afdeling/volledig ziekenhuis per periode (vb. jaar)
6)
l)
van de resultaatsindicatoren van nosocomiale verspreiding (vb. incidentie van nosocomiale MRSA) in functie van het handalcoholverbruik
23
4.2.5.7 Varia In dit deel werd consensus bekomen over 7 van de 27 stellingen (Tabel 15). De automatische waarschuwingen en de surveillances moeten betrekking kunnen hebben op meerdere ziekenhuissites. Er wordt ook veel belang gehecht aan exportmogelijkheden: zowel ruwe gegevens als rapporten en statistieken zouden geëxporteerd moeten kunnen worden naar externe programma’s. Verder worden er ook een ingebouwde email functie en een vaktermenwoordenboek gevraagd.
Tabel 16
Varia : stellingen met consensus
Vraag
Subvraag
4)
Er is een ingebouwde email functie, waarmee de gebruiker mailings kan doen (vb. afdelingen verwittigen dat screening moet gedaan worden)
5)
Er is een ingebouwd 'vaktermen woordenboek' aanwezig …
7)
Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen)
9)
De surveillance en de waarschuwingen kunnen betrekking hebben op meerdere ziekenhuissites
10)
Alle rapporten en grafieken kunnen geëxporteerd worden naar …
10) 11)
b)
dat gebaseerd is op internationale literatuur
a)
Excel
c)
Statistische software (vb. SPSS)
Alle gegevens kunnen geëxporteerd worden (onder meer om in externe programma's extra statistieken / grafieken te kunnen maken)
24
5
Discussie
In deze studie werd de Delphi techniek gebruikt om vereisten voor ziekenhuishygiënesoftware te definiëren en te waarderen. Deze aanpak heeft geleid tot een consensus over 124 stellingen. Om de betrouwbaarheid van de resultaten te maximaliseren werd gewerkt met een groep van ervaren ziekenhuishygiënisten met interesse in informatisering 14. De bevraging werd gedaan in drie rondes en de respons rate bleef hoog tot in de derde ronde (82%). Er werd de deelnemers ook duidelijk gezegd dat ze hun antwoord enkel moesten wijzigen indien ze echt van mening waren veranderd. De participatie van de deelnemers was zeer goed. In de eerste ronde werden niet minder dan 95 nieuwe stellingen geformuleerd. In de tweede en derde ronde werd consensus bekomen over een groot aantal stellingen. Het valt op dat het overgrote deel van de stellingen beoordeeld werden als ‘zeer belangrijk’. Hieruit blijkt dat er nood is aan vele functies in software voor ziekenhuishygiënisten. Doordat echter zoveel stellingen als ‘zeer belangrijk’ werden beoordeeld en slechts weinigen als ‘belangrijk’ of ‘minder belangrijk’ kunnen er geen duidelijke prioriteiten afgeleid worden uit de resultaten van deze studie. Wel kunnen we nagaan in welke delen van de vragenlijst en voor welke functionaliteiten er veel consensus was. Deze thema’s kunnen beschouwd worden als de belangrijkste thema’s die aan bod moeten komen in ziekenhuishygiëne software.
5.1 Belangrijkste bevindingen 5.1.1 Automatische waarschuwingen Er bestaat consensus over 7 stellingen in verband met automatische waarschuwingen bij detectie van een epidemiologisch belangrijk micro-organisme in het labo. Het betreft automatische waarschuwingen voor Clostridium difficile, MRSA, ESBL+ enterobacteriaceae, TBC en Legionella. Bovendien moet er de mogelijkheid zijn zelf in te stellen voor welke microorganismen automatische waarschuwingen worden ontvangen. Bepaalde kiemen vereisen snelle interventie van het team voor ziekenhuishygiëne. Het is dus belangrijk dat wanneer zo een kiem ontdekt wordt in het labo, dit zo snel mogelijk wordt doorgegeven aan de ziekenhuishygiënist. Over de wijze waarop de waarschuwingen moeten toekomen bij de ziekenhuishygiënist (vb. email, bestand, op het scherm) werd geen consensus bereikt. Wanneer een patiënt van afdeling verandert of een onderzoek ondergaat op een andere dienst, moet er ook een automatische waarschuwing verstuurd kunnen worden aan deze dienst of afdeling om hen op de hoogte te brengen van het mogelijke besmettingsgevaar.
25
5.1.2 Automatische verzameling van gegevens Onder de 124 stellingen met consensus zijn er 16 die te maken hebben met automatische gegevensverzameling. Zoveel mogelijk gegevens moeten automatisch verzameld worden: administratieve gegevens, labogegevens, apotheekgegevens, gegevens nodig voor de surveillances van het WIV, … De ziekenhuishygiënist heeft een verantwoordelijkheid ten opzichte van alle patiënten in het ziekenhuis, maar hij kan onmogelijk voor iedere patiënt alle gegevens manueel invoeren. Er moet dus zeker geïnvesteerd worden in een goede communicatie tussen de verschillende databanken in het ziekenhuis, zodat de ZHH en goed overzicht krijgt van de patiënt zonder alle gegevens zelf nogmaals te moeten opvragen en invullen. Ook al was er weinig consensus over stellingen in verband met manuele gegevensinvoer, toch is deze mogelijkheid belangrijk om gegevens die niet via automatische weg verkregen kunnen worden, zelf aan te vullen. Ook in de ASEPTIC studie van het NHS
10
was manuele
gegevensinvoer een vereiste.
5.1.3 Zoekfunctie Er is consensus over 10 stellingen met betrekking tot zoekopdrachten. Voor het grootste deel hebben deze te maken met het zoeken naar patiënten met een verhoogd risico op een nosocomiale infectie, of met het zoeken naar te screenen patiënten.
5.1.4 Patiëntenfiche en takenlijst Er bestaat consensus over vijf stellingen in verband met de takenlijst. Patiënten waarvoor een waarschuwing ontvangen wordt, die gevonden worden via een zoekopdracht of die om andere redenen belangrijk zijn, moeten toegevoegd kunnen worden aan een takenlijst. Tevens moet er voor die patiënten een patiëntenfiche aangemaakt kunnen worden in de ziekenhuishygiëne databank. Gegevens afkomstig van andere databanken moeten vervolgens zoveel mogelijk automatisch worden aangevuld.
5.1.5 Export van gegevens voor WIV Voor alle stellingen die te maken hebben met het exporteren van gegevens voor de nationale surveillances van het WIV is er consensus. Dit correspondeert met de resultaten van Leens et al. (2002) over de taken van de ziekenhuishygiënist. Hieruit bleek dat voor zowel de VKZH als de GHZH het registreren van nosocomiale infecties een erg belangrijke taak is 3, maar ook dat deze zeer tijdrovend is. Logischerwijs wensen de ziekenhuishygiënisten dus een informatisering van dit deel van hun werk.
26
Het implementeren van deze functie verdient dan ook de grootste aandacht.
5.1.6 Rapportering Van de 46 stellingen die te maken hebben met rapporten en grafieken, werd er over 35 hiervan consensus bereikt. Het maken van rapporten en grafieken om de eigen resultaten op te volgen is dus zeer belangrijk. Aan de hand van deze rapporten en grafieken kunnen de prestaties objectief beoordeeld worden en kan het beleid bijgestuurd worden waar nodig.
5.1.7 Flexibiliteit Over een groot aantal stellingen die een zekere flexibiliteit insinueren werd consensus bereikt. Zo werd er onder andere consensus bereikt over volgende thema’s: •
noemer zelf kunnen instellen
•
zelfgedefinieerd rapport maken
•
zelf nieuwe organismen voor waarschuwingen instellen
•
zelf bepalen welke informatie wordt opgenomen in automatische waarschuwing
•
zelf bepalen welke operatiecategorieën opgevolgd worden
•
zelf instellen welke gegevens zichtbaar zijn op de takenlijst
•
zelf drempelwaarden voor uitbraken definiëren
Deze vraag naar flexibiliteit kan gelinkt worden met de verschillende context waarin ieder ziekenhuis zich bevindt. De verschillende epidemiologisch situatie, het al dan niet beschikbaar zijn van noemergegevens, en de prioriteiten van het team voor ziekenhuishygiëne maken dat een zekere flexibiliteit in ziekenhuishygiëne software gewenst is.
5.2 Kijken naar de toekomst Nu er consensus is over de belangrijkste functionaliteiten van ziekenhuishygiëne software, kunnen verdere stappen genomen worden. De stellingen die in deze studie als ‘zeer belangrijk’ werden ingedeeld, zowel diegene met consensus als diegene zonder consensus, kunnen gebruikt worden om een bevraging te doen bij een groter doelpubliek. Deze studie richtte zich immers enkel tot een beperkt aantal experten, die voornamelijk afkomstig waren uit grotere ziekenhuizen. Een logische vervolgstap is dan ook een enquête te organiseren in alle ziekenhuizen die volgende items bevraagt: •
de prioriteit van de verschillende functionaliteiten die geïdentificeerd werden in deze studie
27
•
in hoeverre de ziekenhuizen nu reeds beschikken over deze functionaliteiten
•
de haalbaarheid voor implementatie van de functionaliteiten binnen het eigen ziekenhuis o
beschikbaarheid van de gegevens
o
koppeling van de verschillende databanken
o
ondersteuning op het gebied van IT
28
6 Conclusies Het gebruik van de Delphi techniek liet toe om het tot nu toe weinig ontgonnen terrein van ziekenhuishygiëne software te verkennen. Experten kregen de mogelijkheid om hun persoonlijke visie uit te drukken door zelf stellingen toe te voegen aan de oorspronkelijke lijst met stellingen. Zo werd een erg volledige lijst bekomen. Er werd consensus bereikt over 55% van de stellingen. Deze stellingen beschrijven de belangrijkste vereisten voor ziekenhuishygiëne software, volgens deze groep van experten. De lijst van stellingen die beoordeeld werden als ‘zeer belangrijk’, kan gebruikt worden als basis voor een bevraging naar de noden van ziekenhuishygiënisten in álle ziekenhuizen en voor het opmaken van een stand van zaken in de ziekenhuizen.
29
7 Referenties 1. Gordts B, Sion J, Schuermans A, et al. Omvang en financieel impact van ziekenhuisinfecties in België. Een estimatie van het Federaal Platform voor Ziekenhuishygiëne. Noso-Info. 2006;10(1):2-4. 2. KB 07-06-2007, Belgisch staatsblad, team voor ZHH. Available at: zotero://attachment/8615/ [Accessed September 24, 2008]. 3. Leens E, Suetens C, Jans B, et al. De Belgische ziekenhuishygiënist anno 2002. NosoInfo. 2002;6(4):2-9. 4. Robesyn E, Broucke C, Maes I, et al. Verkennende Studie ' Preventie van Ziekenhuisinfecties in de Vlaamse Ziekenhuizen'. 2007. 5. Van den Bosch B, Bellon E, De Deurwaerder A, Vanautgaerden M, Bangels M. Aanbevelingen en kwaliteitscriteria voor ziekenhuisinformatiesystemen. 2002. Available at: https://portal.health.fgov.be/pls/portal/docs/page/internet_pg/homepage_menu/gezondheidzor g1_menu/automatisering1_menu/hopitaux1_menu/hopitaux1_docs/his_v1s_nl.pdf [Accessed September 16, 2008]. 6. Homologatie van softwarepakketten voor het beheer van patiëntendossiers door huisartsen. 2006. Available at: https://portal.health.fgov.be/pls/portal/docs/page/internet_pg/homepage_menu/gezondheidzor g1_menu/automatisering1_menu/homologationlogicielsparamedicaux1_menu/medecinegener ale1_menu/medecinegenerale1_docs/gp-criteria-2006.pdf [Accessed September 16, 2008]. 7. Twycross A. Achieving consensus about pain content for child branch curricula. J Adv Nurs. 2001;34(1):51-60. 8. Watson J. Men and Health: Report of a Delphi Study to scope themes for evidence-based reviews. 2004. Available at: http://www.nice.org.uk/nicemedia/documents/menandhealth_delphi.pdf. 9. Fink A, Kosecoff J, Chassin M, Brook R. Consensus methods: characteristics and guidelines for use. Am.J.Public Health. 1984;74(9):979-983. 10. Parnell S, Fearon A, Dell A. ASEPTIC : A Systems Evaluation Project for Infection Control.; 2003. Available at: http://www.hpa.org.uk/web/HPAwebFile/HPAweb_C/1194947365304. 11. Rowe G, Wright G. The Delphi technique as a forecasting tool: issues and analysis. International Journal of Forecasting. 1999;15(4):353-375. 12. Hasson F, Keeney S, McKenna H. Research guidelines for the Delphi survey technique. J.Adv.Nurs. 2000;32(4):1008-1015. 13. Efstathiou N, Ameen J, Coll A. Healthcare providers' priorities for cancer care: A Delphi study in Greece. Eur.J.Oncol.Nurs. 2007;11(2):141-150. 14. Goodman C. The Delphi Technique: a critique. J.Adv.Nursing. 1987;12:729-734.
30
Bijlagen A
Software
B
Vragenlijst eerste ronde
C
Vragenlijst tweede ronde
D
Vragenlijst derde ronde
A
Software
Bestaande infection control software (buitenlandse producten) Naam
URL
AICE
http://www.icpa.net/aice-millennium.html
ICNet
http://www.icnetplc.com/
eICAT
http://www.eicat.com/
EpiQuest
http://www.epiquest.com/
GermWatcher
http://www.openclinical.org/aisp_germwatcher.html
ICE
http://www.repat.com.au/ice/
Infection
http://www.rl-solutions.com/infection-control/hospital-infection-control-
MonitorPro
infection-monitor-pro-software.html
Moni
http://www.medexter.com/index.php
Hybase-Labor
http://www.tietoenator.de/default.asp?path=486,579,16086,15668,259 63,25984
Aanverwante software Naam
URL
NSIHwin
http://www.nsih.be/nsihwin/nsihwinDLNl.asp
Navigator
http://www.navigator.czv.be/index.php?module=doc&name=intro&type=1
B
Vragenlijst eerste ronde
ZIEKENHUISHYGIENE EN IT
WAT ZIJN DE VEREISTEN VOOR EEN ZIEKENHUISHYGIENE-SOFTWAREPAKKET?
VRAGENLIJST
WERKWIJZE Hieronder vindt u een lijst van criteria die reeds opgesteld werd binnen het WIV. Wij zouden u willen vragen deze lijst aandachtig door te nemen, en met uw eigen werkwijze in het achterhoofd goed na te denken over mogelijke extra nuttige toepassingen van een softwarepakket voor ziekenhuishygiëne. Belangrijk: • Het is voorlopig enkel de bedoeling de behoeften in kaart te brengen. De haalbaarheid (vb. op technisch vlak) van de verschillende criteria valt niet onder deze studie. • Indien bepaalde criteria niet duidelijk zijn kan u Sofie Vaerenberg bereiken op het nummer 02/642.57.01 of via mail (
[email protected]) voor meer uitleg. • Indien u criteria wilt toevoegen, is er hier plaats voor voorzien aan het einde van elk deel. Indien er niet genoeg ruimte voorzien is, kan u een extra pagina bij de vragenlijst toevoegen. De rechterkolommen van de tabellen zijn voorlopig onbelangrijk. Zij spelen pas een rol in de tweede en de derde fase van de studie. U hoeft hier dus niets in te vullen.
OVERZICHT DEEL I
ALERT ORGANISM SURVEILLANCE
DEEL II
ALERT CONDITION SURVEILLANCE
DEEL III
CASE MANAGEMENT
DEEL IV
KRUISBESMETTING VOORKÓMEN
DEEL V
WAAKPROGRAMMA’S
DEEL VI
VARIA
DEEL VII
HANDHYGIENE
2
DEEL I – ALERT ORGANISM SURVEILLANCE 1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt: onbelangrijk
2)
3)
zeer belangrijk
a)
CDIF
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
MRSA
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
MRE
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
TBC
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
Hepatitis (A, B, C)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
Legionnella
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
HIV
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
andere (Aspergillus, …)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf nieuwe organismen te definiëren, waarvoor hij waarschuwingen wil ontvangen
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf per organisme in te stellen welke informatie wordt opgenomen in de automatische waarschuwingen (organisme, patiënt, antibiogram, lokalisatie, …)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
3
4)
Waarschuwingen moeten als volgt weergegeven kunnen worden: onbelangrijk
5)
6)
7)
zeer belangrijk
a)
gegroepeerd in een bestand
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
als een waarschuwing op het scherm
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
als een sms
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
als een email
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
als een uitgeprinte pagina
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De informatie van de waarschuwing wordt opgeslagen in een patiëntenfiche in de ziekenhuishygiëne databank
onbelangrijk 0
De informatie van de waarschuwing kan samen met een standaardprotocol met te nemen maatregelen verstuurd worden naar de afdeling waar de patiënt ligt
onbelangrijk
De gebruiker kan een tijdspanne definiëren waarin hij geen waarschuwingen wil ontvangen van eenzelfde patiënt met een identiek isolaat
onbelangrijk
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
4
8)
De ziekenhuishygiënist kan bijkomende informatie toevoegen aan de informatie die reeds bekomen werd via de waarschuwing onbelangrijk
9)
zeer belangrijk
a)
administratieve gegevens van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
afdeling waar de patiënt verblijft
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
bijkomende klinische informatie over de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
isolatiestatus van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Bijkomende informatie over de patiënt kan automatisch aangevuld worden aan de hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis: onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
administratieve gegevens van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
afdeling waar de patiënt verblijft
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
bijkomende klinische informatie over de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
andere
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
5
10)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden … onbelangrijk
a)
van de incidentie van een bepaalde kiem
b)
van de evolutie van het aantal infecties met een bepaalde kiem met een benchmarking van de verschillende afdelingen ten opzichte van elkaar
d)
11)
12)
13)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor de berekening van de incidentie en voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen)
onbelangrijk
Er kan een zelfgedefinieerd rapport gemaakt worden (vb. feedbackrapport voor de afdelingen, met de evolutie van het aantal gevallen voor een bepaalde kiem)
onbelangrijk
Er kan een export gemaakt worden voor de MRSA / MRE / CDIF surveillances van het WIV
zeer belangrijk
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
6
DEEL I – ALERT ORGANISM SURVEILLANCE – AANVULLINGEN
7
DEEL II – ALERT CONDITION SURVEILLANCE 1)
Patiënten die een bepaalde operatie hebben ondergaan worden automatisch in de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI)) onbelangrijk
2)
3)
zeer belangrijk
a)
Colonheelkunde (COLO)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
Herniorrhafie (HER)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
Heupprothese (HPRO)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
Laminectomie (LAM)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
Vaatheelkunde (VS)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
Coronaire bypass met thorax- en donorplaatsincisie (CBGB)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
Coronaire bypass met uitsluitend thoraxincisie (CBGC)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker kan zelf de operatiecategorieën bepalen die hij wil opvolgen
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf een patiënt toe te voegen aan de lijst met patiënten met hoog risico op PWI (vb. diabetici, personen met verminderde immuniteit, …)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
8
4)
5)
6)
7)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om klinische gegevens van de patiënt in te voeren (na controle van de wonde)
De gebruiker kan de PWI testresultaten en antibiogram invoeren wanneer de PWI bevestigd werd door het labo
De PWI testresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden wanneer de PWI bevestigd werd door het labo
De gebruiker kan gegevens invoeren voor surveillance na ontslag (SNO)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
9
8)
De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
incidentie van PWI per operatiecategorie
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
incidentie van PWI per ICD-9-CM code
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
evolutie van PWI per operatiecategorie
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
evolutie van PWI per ICD-9-CM code
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
incidentie van PWI per chirurg
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
evolutie van PWI per chirurg
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
incidentie van PWI per operatiezaal
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
evolutie van PWI per operatiezaal
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
DEEL II – ALERT CONDITION SURVEILLANCE – AANVULLINGEN
11
DEEL III – CASE MANAGEMENT 1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar patiënten met een verhoogd risico op een NI. De zoekopdracht kan gebeuren op basis van volgende parameters: onbelangrijk
2)
zeer belangrijk
a)
type operatie
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
leeftijd
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
pathologie van de patiënt (vb. diabetes, immunodepressie, hemodialyse)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
alert organism – alarm organisme (vb. CDIF, MRSA)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
screening resultaten
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
patiënt in isolatie
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
patiënt ondergaat dekolonisatiebehandeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
antibioticagebruik van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
andere
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker kan patiënten die gevonden werden via de zoekopdracht toevoegen aan de takenlijst
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
12
onbelangrijk
3)
0
4)
5)
6)
zeer belangrijk
De gebruiker kan zelf een patiënt toevoegen aan de takenlijst
De gebruiker kan administratieve gegevens toevoegen aan de patiënten die voorkomen in de takenlijst (vb. geboortedatum, opnamedatum)
De gebruiker kan laboresultaten en antibiogram invoeren voor de patiënt (vb. voor patiënt die van een ander ziekenhuis komt)
Laboresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden vanuit de labodatabank
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
13
7)
De gebruiker kan informatie invoeren over de dagelijkse infectiecontrole: onbelangrijk
8)
zeer belangrijk
a)
datum / tijd van de controle
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
vrije tekst
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
advies dat gegeven werd aan de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
isolatieadvies aan het personeel
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
antibiotica die de patiënt gekregen heeft
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
verandering van afdeling van patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
bron van infectie van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
bijkomende checks (vb. CVC)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
lopende diagnostische onderzoeken
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker kan belangrijke informatie over een patiënt ingeven, die steeds duidelijk en op de voorgrond wordt weergegeven (vb. allergie, mupirocine-resistentie, chronische MRSA drager, HIV, …)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk
9)
zeer belangrijk
De gebruiker kan een patiënt verwijderen van de takenlijst 0
10)
9
De gebruiker kan een reden ingeven voor het verwijderen van de patiënt van de takenlijst
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
14
11)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden … onbelangrijk
a)
met een overzicht van alle cases per dag / maand / jaar / afdeling / personeelslid
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
15
DEEL III – CASE MANAGEMENT – AANVULLINGEN
16
DEEL IV – KRUISBESMETTING VOORKÓMEN onbelangrijk
1)
0
2)
3)
4)
5)
zeer belangrijk
Er is een real-time overzicht van de patiëntenlocaties
Er wordt een melding gegeven wanneer een patiënt met een gekende voorgeschiedenis van een MRO opgenomen wordt in het ziekenhuis
Er kan een zoekopdracht uitgevoerd worden naar alle patiënten die mogelijk in contact zijn gekomen met een patiënt besmet met een MRO
De gebruiker wordt automatisch op de hoogte gebracht van mogelijke kruisbesmettingen (aan de hand van de patiëntenlocaties)
Er is een ingebouwde uitbraakdetectie functie (gebaseerd op clusters van micro-organismen, gedetecteerd in het labo)
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk
De gebruiker kan de drempelwaarden voor uitbraken zelf definiëren. 0
7)
9
zeer belangrijk
onbelangrijk
6)
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
Bij de verhuis van een patiënt met een alert-organism naar een nieuwe afdeling kan er een mededeling verstuurd worden naar de nieuwe afdeling
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
17
8)
9)
10)
Bij onderzoek van een patiënt met een alert-organism op medicotechnische diensten, kan er een mededeling verstuurd worden naar deze diensten
onbelangrijk
Bij transfer van een patiënt naar een ander ziekenhuis kan er automatisch een infectiecontrole-transferbrief aangemaakt worden, met de infectiecontrole gegevens van deze patiënt (infectiestatus, dragerschapstatus, behandeling, dekolonisatie, …)
onbelangrijk
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
het aantal isolaties per periode (maand, week, dag)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
de bezettingsgraad van de isolatiekamers
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
18
DEEL IV – KRUISBESMETTING VOORKÓMEN – AANVULLINGEN
19
DEEL V – WAAKPROGRAMMA’S V.A
ICU (Nosocomiale Infecties op Intensieve Zorgen)
1)
De gegevens voor de ICU surveillance kunnen ingegeven worden
onbelangrijk 0
2)
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
aantal ICU verworven septicemieën
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
aantal ICU verworven pneumonieën
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
aantal ICU verworven ventilatiegeassocieerde pneumonieën
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
aantal ICU verworven katheter infecties
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
aantal ICU verworven urineweginfecties
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
aantal ICU verworven infecties bij patiënten met bepaalde karakteristieken ( leeftijd, geslacht, SAPS score)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
aantal ICU verworven infecties, opgesplitst per microorganisme
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
overzicht van het antibioticagebruik per patiënt (antibioticum, startdatum, einddatum, type gebruik (vb.profylactisch, empirisch))
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
overzicht van type antibioticumgebruik (vb. decontaminatie, profylactisch, empirisch) per antibioticum
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
20
3)
Er kan een export voor de ICU surveillance van het WIV gemaakt worden
V.B
SEP (Nosocomiale Septicemieën)
1)
De gebruiker kan een patiënt met septicemie ingeven (vb. patiënt van buiten het ziekenhuis)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
onbelangrijk 0
8
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk
2)
4)
5)
9
zeer belangrijk
Er is een zoekfunctie voor het zoeken van patiënten met septicemie 0
3)
9
Voor de patiënten met septicemie die gevonden werden via de zoekactie, kan er een boodschap verstuurd worden naar de behandelende arts, om een klinische bevestiging van de septicemie te vragen
Er kan een export voor de SEP surveillance van het WIV gemaakt worden
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
het aantal septicemieën in de tijd, per afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
het aantal septicemieën per micro-organisme
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
21
6)
Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
22
DEEL V – WAAKPROGRAMMA’S – AANVULLINGEN
23
DEEL VI – VARIA 1)
Er is een ingebouwde tekstverwerker beschikbaar … onbelangrijk
a)
2)
met templates voor o.a. verwijsbrieven, transferbrieven, …
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
Er is een ingebouwde agenda beschikbaar, waarin de gebruiker … onbelangrijk
3)
9
zeer belangrijk
a)
taken kan toevoegen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
een taak kan indelen bij een patiënt / afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
een taak kan toewijzen aan een personeelslid
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
een herhaal-taak kan toevoegen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De agenda kan bekeken worden … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
per dag
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
per maand
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
per afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
per personeelslid
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
24
4)
Er is een ingebouwde email functie, waarmee de gebruiker … onbelangrijk
a)
5)
mailings kan doen naar de afdelingen in verband met routineprocedures (vb. verwittigen dat screening moet gedaan worden)
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
Er is een ingebouwd ‘vaktermen woordenboek’ aanwezig … onbelangrijk
6)
zeer belangrijk
a)
waarin bepaalde termen gedefiniëerd zijn (vb. CRI, case definities voor Clostridium, Hepatitis, …)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
dat aangepast kan worden
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van eender welk gestructureerd gegeven dat in het programma werd ingegeven
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk
7)
zeer belangrijk
De surveillance en de waarschuwingen kunnen betrekking hebben op meerdere ziekenhuissites
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk
9)
9
Het programma is beschikbaar op pocketPC / Palm 0
8)
9
9
zeer belangrijk
Alle rapporten en grafieken kunnen geëxporteerd worden naar Excel 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
25
10)
11)
12)
Alle gegevens kunnen geëxporteerd worden (onder meer om in externe programma's extra statistieken / grafieken te kunnen maken)
onbelangrijk 0
Administratieve gegevens (vb. opnamedatum, ontslagdatum) van de patiënten die in de infectiecontrole databank zitten kunnen automatisch ingevuld worden
onbelangrijk
Administratieve gegevens (vb. opnamedatum, ontslagdatum) van de patiënten die in de infectiecontrole databank zitten, kunnen manueel aangevuld worden
onbelangrijk
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
26
DEEL VI – VARIA – AANVULLINGEN
27
DEEL VII – HANDHYGIENE onbelangrijk
1)
0
2)
zeer belangrijk
Het verbruik van handalcohol kan ingegeven worden per afdeling 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
het gebruik van handalcohol per afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
de evolutie van het handalcoholgebruik
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
28
DEEL VII – HANDHYGIENE – AANVULLINGEN
29
APPENDIX AFKORTINGEN CBGB CBGC COLO CVC HER HPRO ICU LAM MRO NI PWI SEP SNO VS WIV
Coronaire bypass met thorax- en donorplaatsincisie Coronaire bypass met uitsluitend thoraxincisie Colonheelkunde Centraal veneuze katheter Herniorrhafie Heupprothese Intensive care unit Laminectomie Multiresistent Organisme Nosocomiale infectie Post operatieve wondinfecties Waakprogramma Surveillance na ontslag Vaatheelkunde Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid
30
C
Vragenlijst tweede ronde
ZIEKENHUISHYGIENE EN IT
WAT ZIJN DE VEREISTEN VOOR EEN ZIEKENHUISHYGIENE-SOFTWAREPAKKET?
VRAGENLIJST
WERKWIJZE Hieronder vindt u lijst, die aangevuld werd aan de hand van de suggesties van het panel van experten. Wij zouden u willen vragen deze lijst aandachtig door te nemen, en elk onderdeel te quoteren op een schaal van 0 (onbelangrijk) tot 9 (zeer belangrijk). Belangrijk: • Gelieve uw keuze te omcirkelen indien u een papieren vragenlijst invult. Indien u de elektronische versie invult, gelieve dan uw keuze te markeren (highlight) zoals in onderstaand voorbeeld: 1)
•
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf nieuwe organismen te definiëren, waarvoor hij waarschuwingen wil ontvangen
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Indien bepaalde criteria niet duidelijk zijn kan u Sofie Vaerenberg bereiken op het nummer 02/642.57.01 of via mail (
[email protected]) voor meer uitleg.
2
OVERZICHT DEEL I
ALERT ORGANISM SURVEILLANCE
DEEL II
ALERT CONDITION SURVEILLANCE
DEEL III
CASE MANAGEMENT
DEEL IV
KRUISBESMETTING VOORKÓMEN
DEEL V
WAAKPROGRAMMA’S
DEEL VI
VARIA
DEEL VII
HANDHYGIËNE
APPENDIX
3
DEEL I – ALERT ORGANISM SURVEILLANCE 1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt: onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
CDIF (toxine-producerend)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
MRSA
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
ESBL+ enterobacteriaceae (Enterobacter aerogenes, E. coli, Klebsiella pneumoniae)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
TBC (rechtstreeks of via kweek)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
Hepatitis A
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
Hepatitis B, C
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
Legionnella
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
HIV
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
Aspergillus
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
rotavirus
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
k)
adenovirus
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
l)
Acinetobacter
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
m)
RSV
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
4
2)
3)
4)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf nieuwe organismen te definiëren, waarvoor hij waarschuwingen wil ontvangen
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf per organisme in te stellen welke informatie wordt opgenomen in de automatische waarschuwingen (vb. organisme, patiënt, antibiogram, lokalisatie, gekend/nieuw organisme bij deze patiënt)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
6)
9
Waarschuwingen moeten als volgt weergegeven kunnen worden: onbelangrijk
5)
9
zeer belangrijk
a)
gegroepeerd in een bestand
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
als een waarschuwing op het scherm
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
als een sms
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
als een email
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
als een uitgeprinte pagina
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
In de waarschuwingen is een link aanwezig naar het labodossier van de patiënt
De patiënten waarvoor een waarschuwing werd ontvangen kunnen automatisch en/of manueel toegevoegd worden aan de takenlijst
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
5
7)
8)
9)
10)
De informatie van de waarschuwing wordt opgeslagen in een patiëntenfiche in de ziekenhuishygiëne databank
onbelangrijk 0
De informatie van de waarschuwing kan samen met een standaardprotocol met te nemen maatregelen verstuurd worden naar de afdeling waar de patiënt ligt
onbelangrijk
De gebruiker kan een tijdspanne definiëren waarin hij geen waarschuwingen wil ontvangen van eenzelfde patiënt met een identiek isolaat
onbelangrijk
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Bijkomende informatie over de patiënt kan automatisch aangevuld worden aan de hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis: onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
administratieve gegevens van de patiënt (vb. herkomst (vb. ROB, RVT), leeftijd)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
afdeling, kamer, bed
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
behandelende arts
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
bijkomende klinische gegevens en/of de pathologie/discipline van de patiënt (vb. oncologie, hematologie)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
bijkomende labogegevens 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
•
vb. hematologie (leukocyten, sedimentatie, …)
•
vb. biochemie (CRP, …)
•
vb. negativering
6
11)
f)
apotheekgegevens (vb. antibiotica)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
melkkeuken gegevens (vb. sondevoeding)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
huidige afdeling en historiek van de afdelingen waar de patiënt heeft verbleven
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
isolatiestatus van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
plaatsen waar de patiënt verbleven heeft voor onderzoeken en behandelingen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De ziekenhuishygiënist kan manueel informatie toevoegen aan de informatie die reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
administratieve gegevens van de patiënt (o.a. herkomst, verblijf na hospitalisatie, …)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
bijkomende klinische gegevens en/of de pathologie/discipline van de patiënt (vb. oncologie, hematologie)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
bijkomende labogegevens 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
•
vb. hematologie (leukocyten, sedimentatie, …)
•
vb. biochemie (CRP, …)
•
vb. negativering
apotheekgegevens (vb. antibiotica)
7
f)
melkkeuken gegevens (vb. sondevoeding)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
huidige afdeling en historiek van de afdelingen waar de patiënt heeft verbleven
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
isolatiestatus van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
plaatsen waar de patiënt verbleven heeft voor onderzoeken en behandelingen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
k)
bron van infectie (vb. nosocomiaal, healthcare associated, community acquired)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
l)
dekolonisatiestatus (dekolonisatie uitgevoerd? ja/nee)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
m)
informatie doorgegeven aan de afdeling? aan wie?
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
8
12)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden … onbelangrijk
a)
b)
c)
13)
14)
zeer belangrijk
van de incidentie(densiteit) van een bepaalde kiem voor een bepaalde periode (vb. week, maand, trimester) •
per ziekenhuis
•
per kenletter
•
per afdeling
•
met inbegrip van centrummaten (vb. gemiddelde, mediaan), spreidingsmaten (vb. interkwartielafstand, standaardafwijking) en betrouwbaarheidsintervallen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
van de evolutie van de incidentie(densiteit) van een bepaalde kiem •
per ziekenhuis
•
per kenletter
•
per afdeling
met een benchmarking van de verschillende afdelingen ten opzichte van elkaar, met percentielen en standaardafwijkingen
Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor de berekening van de incidentie en voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen, opnames)
onbelangrijk
Er kan een zelfgedefinieerd rapport gemaakt worden (vb. feedbackrapport voor de afdelingen, met de evolutie van de incidentie van een bepaalde kiem)
onbelangrijk
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
9
DEEL II – ALERT CONDITION SURVEILLANCE II.A
PWI
1)
Patiënten die een bepaalde operatie hebben ondergaan worden automatisch in de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI)) onbelangrijk
2)
zeer belangrijk
a)
Colonheelkunde (COLO)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
Herniorrhafie (HER)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
Heupprothese (HPRO)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
Laminectomie (LAM)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
Vaatheelkunde (VS)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
Coronaire bypass met thorax- en donorplaatsincisie (CBGB)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
Coronaire bypass met uitsluitend thoraxincisie (CBGC)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker kan zelf de operatiecategorieën bepalen die hij wil opvolgen
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van … onbelangrijk
4)
5)
6)
7)
zeer belangrijk
a)
NNIS risk index
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
wondklasse
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
ASA-score
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
duur van de ingreep (overschrijding van de T-tijd)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
chirurg
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
de urgentie (geplande of dringende ingreep)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf een patiënt toe te voegen aan de lijst met patiënten met hoog risico op PWI (vb. diabetici, personen met verminderde immuniteit, …)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om klinische gegevens van de patiënt in te voeren (na controle van de wonde)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om de behandeling (antibiotica) voor de PWI in te geven
De PWI testresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden wanneer de PWI bevestigd werd door het labo
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
11
8)
9)
10)
De gebruiker kan de PWI testresultaten en antibiogram manueel invoeren wanneer de PWI bevestigd werd door het labo
De gebruiker kan gegevens invoeren voor surveillance van PWI na ontslag (SNO)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
12)
9
De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de … onbelangrijk
11)
9
zeer belangrijk
a)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per operatiecategorie
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per ICD-9-CM code
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per chirurg
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per operatiezaal
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per heelkundig specialisme
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per NNIS risico index
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een bericht verstuurd worden naar de behandelende arts om een klinische bevestiging van de PWI te vragen
Er kan een export gedaan worden voor de PWI surveillance van het WIV
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
12
13)
14)
Er kan een export van de PWI gegevens gedaan worden naar Navigator
Er kan automatisch een registratieformulier opgestuurd worden naar de chirurg voor het opvolgen van de ingreep (in verband met surveillance van PWI na ontslag)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
13
II.B
ANDERE
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar •
patiënten met een verhoogd risico op een NI
•
te screenen patiënten
De zoekopdrachten kunnen gebeuren op basis van volgende parameters: onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
leeftijd
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
herkomst van de patiënt (vb. RVT, ROB, ander ziekenhuis)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
gekende vroegere status
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
patiënt laatste jaar meer dan 14 dagen gehospitaliseerd
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
patiënt heeft meer dan 2 maanden thuisverpleging gekregen voorafgaand aan opname
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
patiënt is de laatste 12 maanden in contact gekomen met een verzorgingsinstelling (RVT, ROB, ziekenhuis)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
ligduur
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
medische en verpleegkundige voorgeschiedenis van de patiënt (vb. diabetes, immunodepressie, hemodialyse)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
SAPS, APACHE
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
14
2)
3)
k)
alert organism (vb. CDIF, MRSA)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
l)
screening resultaten
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
m)
isolatiestatus van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
n)
patiënt ondergaat dekolonisatiebehandeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
o)
antibioticagebruik van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
p)
patiënt wordt geventileerd
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
q)
patiënt heeft een endoscopisch onderzoek ondergaan
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
r)
patiënt heeft lopende (invasieve) diagnostische onderzoeken
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
s)
patiënt heeft een centrale veneuze katheter / arteriële katheter / urinaire katheter
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
t)
patiënt heeft een decubitusletsel
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
u)
patiënt heeft een (bepaald type) operatie ondergaan
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
v)
patiënt ondergaat chemotherapie behandeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De patiënten die gevonden werden via de zoekopdracht kunnen opgeslagen worden in een patiëntenfiche in de ziekenhuishygiëne databank
De patiënten die gevonden werden via de zoekopdracht kunnen automatisch toegevoegd worden aan de takenlijst
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
15
onbelangrijk
4)
0
5)
6)
7)
8)
9)
zeer belangrijk
De gebruiker kan manueel een patiënt toevoegen aan de takenlijst
De administratieve gegevens van patiënten die voorkomen in de takenlijst (vb. geboortedatum, opnamedatum) kunnen automatisch worden aangevuld
onbelangrijk
De gebruiker kan manueel administratieve gegevens toevoegen aan de patiënten die voorkomen in de takenlijst (vb. geboortedatum, opnamedatum)
onbelangrijk
De gebruiker kan zelf instellen welke gegevens hij wil zien op de takenlijst (vb. naam, afdeling)
Laboresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden vanuit de labodatabank
De gebruiker kan laboresultaten en antibiogram manueel invoeren voor de patiënt (vb. voor patiënt die van een ander ziekenhuis komt)
0
0
1
2
3
4
5
6
7
8
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk
De gebruiker kan een patiënt verwijderen van de takenlijst 0
11)
9
zeer belangrijk
onbelangrijk
10)
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
De gebruiker kan / moet een reden ingeven voor het verwijderen van de patiënt van de takenlijst
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
16
DEEL III – CASE MANAGEMENT 1)
Er is een overzicht (en evolutiegegevens) beschikbaar van alle cases die … onbelangrijk
2)
zeer belangrijk
a)
besmet zijn met een bepaalde kiem
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
een bepaalde ingreep / onderzoek / behandeling ondergingen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
in behandeling zijn bij een bepaalde arts
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
op een bepaalde afdeling liggen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
al deze gegevens kunnen ook weergegeven worden rekening houdend met een gepaste noemer (vb. totaal aantal van een bepaalde ingreep / onderzoek / behandeling)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker kan informatie invoeren over de dagelijkse infectiecontrole: onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
datum / tijd van de controle
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
vrije tekst
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
infectie- en kolonisatiestatus
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
advies dat gegeven werd aan de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
17
3)
4)
e)
isolatieadvies / advies betreffende bijkomende voorzorgsmaatregelen aan het personeel
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
antibiotica die de patiënt gekregen heeft
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
verandering van afdeling van patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
bron van infectie van de patiënt
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
bijkomende checks (vb. CVC)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
lopende diagnostische onderzoeken
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gebruiker kan belangrijke informatie over een patiënt ingeven, die steeds duidelijk en op de voorgrond wordt weergegeven (vb. allergie, mupirocine-resistentie, chronische MRSA drager, HIV)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
met een overzicht van alle cases per periode (vb. dag, maand, jaar) per afdeling/personeelslid
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
van het risico op een (nosocomiale) infectie voor een bepaalde afdeling / MTD / arts
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
18
DEEL IV – KRUISBESMETTING VOORKÓMEN 1)
Er wordt een melding gegeven wanneer een patiënt met een gekende voorgeschiedenis van een epidemiologisch belangrijk micro-organisme (EBMO) opgenomen wordt in het ziekenhuis
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk
2)
4)
5)
6)
zeer belangrijk
Er is een real-time en historisch overzicht van de patiëntenlocaties 0
3)
9
De gebruiker wordt automatisch op de hoogte gebracht van mogelijke kruisbesmettingen (aan de hand van de patiëntenlocaties)
Er is een (visueel) overzicht beschikbaar van de overlappingen van bepaalde patiënten
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
Er kan een zoekopdracht uitgevoerd worden naar alle patiënten die mogelijk in contact zijn gekomen met een patiënt besmet met een EBMO
onbelangrijk
Bij de verhuis van een patiënt met een EBMO naar een nieuwe afdeling wordt er automatisch een mededeling verstuurd naar de nieuwe afdeling
onbelangrijk
0
0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
19
7)
8)
9)
10)
11)
Bij onderzoek van een patiënt met een EBMO op medisch technische diensten, kan er (evt. automatisch) een mededeling verstuurd worden naar deze diensten
onbelangrijk
Bij transfer van een patiënt naar een ander ziekenhuis kan er automatisch een infectiecontrole-transferbrief aangemaakt worden, met de infectiecontrole gegevens van deze patiënt (infectiestatus, dragerschapstatus, behandeling, dekolonisatie, …)
onbelangrijk
Er is een ingebouwde uitbraakdetectie functie (gebaseerd op clusters van micro-organismen, gedetecteerd in het labo)
De gebruiker kan de drempelwaarden voor uitbraken zelf definiëren. Er zijn wel standaardwaarden aanwezig (vb. gegenereerd uit historische gegevens)
Voor elke patiënt kan de begindatum en de einddatum van de isolatie ingegeven worden
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
20
12)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van … onbelangrijk
a)
b)
zeer belangrijk
alle patiënten in isolatie •
per periode (vb. dag, week, maand)
•
per kiem
•
per afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
het aantal isolaties en aantal isolatiedagen per •
periode (maand, week, dag)
•
indicatie voor isolatie (micro-organisme)
•
afdeling
•
per kamertype (vb. 1persoons, 2persoons met gesloten bed)
•
type isolatie (contact, druppel, aerogeen)
•
patiënt
c)
de bezettingsgraad van de isolatiekamers
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
de duur van de isolaties, eventueel opgesplitst per afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
21
DEEL V – WAAKPROGRAMMA’S V.A
ICU (Nosocomiale Infecties op Intensieve Zorgen)
1)
De gegevens voor de ICU surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden (door een koppeling met de ICU databank)
2)
3)
De gegevens die niet op automatisch wijze verzameld konden worden, kunnen manueel ingegeven worden
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
aantal ICU verworven septicemieën / 1000 ligdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
aantal ICU verworven pneumonieën / 1000 ligdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
aantal ICU verworven ventilatiegeassocieerde pneumonieën (VAP) / 1000 ligdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
aantal ICU verworven katheter infecties / 1000 ligdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
aantal ICU verworven urineweginfecties / 1000 ligdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
f)
aantal ICU verworven infecties bij patiënten met bepaalde karakteristieken ( leeftijd, geslacht, SAPS score) / 1000 ligdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
aantal ICU verworven infecties / 1000 ligdagen, opgesplitst per micro-organisme
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
22
4)
h)
aantal VAP / 1000 ventilatiedagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
aantal katheter gerelateerde infecties / 1000 katheterdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
aantal urineweginfecties / 1000 urinaire katheterdagen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
k)
antibioticagebruik per patiënt (antibioticum, startdatum, einddatum, type gebruik (vb. profylactisch, empirisch))
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
l)
type antibioticumgebruik (vb. decontaminatie, profylactisch, empirisch) per antibioticum
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een export voor de ICU surveillance van het WIV gemaakt worden
V.B
SEP (Nosocomiale Septicemieën)
1)
De gebruiker kan een patiënt met septicemie ingeven (vb. patiënt van buiten het ziekenhuis)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk
2)
9
9
zeer belangrijk
Er is een zoekfunctie voor het zoeken van patiënten met septicemie 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
23
3)
Voor de patiënten met septicemie die gevonden werden via de zoekactie, kan er een boodschap verstuurd worden naar de behandelende arts, om een klinische bevestiging van de septicemie te vragen … onbelangrijk
4)
5)
6)
7)
zeer belangrijk
a)
als een email
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
als een te printen rapport
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De gegevens voor de surveillance van septicemieën van het WIV kunnen ingevuld worden
Er kan een export voor de SEP surveillance van het WIV gemaakt worden
Er wordt een waarschuwing weergegeven wanneer er een sepsis is met dezelfde kiem als een PWI bij dezelfde patiënt
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van … onbelangrijk
a)
zeer belangrijk
de incidentie(densiteit) van septicemieën •
per periode
•
per afdeling
•
per micro-organisme
•
per type (vb. uro, pneumo, kathetergerelateerd, onbekend)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
24
b)
het aantal septicemieën per micro-organisme
V.C
MRSA
1)
De gegevens voor de MRSA surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
3)
Ontbrekende gegevens voor de MRSA surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
Er kan een export voor de MRSA surveillance van het WIV gemaakt worden
V.D
CDIF
1)
De gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
Ontbrekende gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
0
1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
25
3)
Er kan een export/afdruk gemaakt worden van de gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV
V.E
MRE
1)
De gegevens voor de MRE surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
3)
Ontbrekende gegevens voor de MRE surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
Er kan een export/afdruk gemaakt worden van de gegevens voor de MRE surveillance van het WIV
V.F
AB resistentie
1)
De antibioticaresistentie kan opgevolgd worden per kiem / kiemgroep (vb. Enterobacteriaceae) en per afdeling / groep van afdelingen (vb. ‘risicodiensten’ versus ‘rest van het ziekenhuis’)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
26
DEEL VI – VARIA 1)
Er is een ingebouwde tekstverwerker beschikbaar … onbelangrijk
a)
2)
met templates voor o.a. verwijsbrieven, transferbrieven, ontslagdocumenten …
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
Er is een ingebouwde agenda beschikbaar, waarin de gebruiker … onbelangrijk
3)
9
zeer belangrijk
a)
taken kan toevoegen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
een taak kan indelen bij een patiënt / afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
een taak kan toewijzen aan een personeelslid
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
een herhaal-taak kan toevoegen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De agenda kan bekeken worden … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
per dag
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
per maand
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
per afdeling
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
per personeelslid
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
27
4)
5)
Er is een ingebouwde email functie, waarmee de gebruiker mailings kan doen (vb. afdelingen verwittigen dat screening moet gedaan worden)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
Er is een ingebouwd ‘vaktermen woordenboek’ aanwezig … onbelangrijk
6)
7)
9
zeer belangrijk
a)
waarin bepaalde termen gedefinieerd zijn (vb. CRI, case definities voor Clostridium, Hepatitis, …)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
dat gebaseerd is op internationale literatuur
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
dat aangepast kan worden
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van eender welk gestructureerd gegeven dat in het programma werd ingegeven
Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
28
8)
Volgende onderdelen van het programma zijn beschikbaar op pocketPC / Palm … onbelangrijk
9)
10)
zeer belangrijk
a)
alles
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
compliancemeting voor handhygiëne
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
compliancemeting voor interne protocollen (vb. basishouding handhygiëne, standaardvoorzorgsmaatregelen, bijkomende voorzorgsmaatregelen)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
De surveillance en de waarschuwingen kunnen betrekking hebben op meerdere ziekenhuissites
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
Alle rapporten en grafieken kunnen geëxporteerd worden naar … onbelangrijk
11)
9
zeer belangrijk
a)
Excel
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
Access
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
Statistische software (vb. SPSS)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Alle gegevens kunnen geëxporteerd worden (onder meer om in externe programma's extra statistieken / grafieken te kunnen maken)
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
29
12)
13)
14)
Er kan een analyse gedaan worden van de impact van verschillende factoren die een invloed hebben op het ontstaan van een NI.
onbelangrijk 0
Er wordt een waarschuwing gegeven wanneer bepaalde drempelwaarden overschreden worden (vb. > 3/1000 heupprotheses geïnfecteerd)
onbelangrijk
Er is een link aanwezig die verwijst naar alle gekoppelde softwarepakketten, zodat bijkomende informatie over de patiënt kan opgezocht worden
onbelangrijk
0
0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
30
DEEL VII – HANDHYGIENE 1)
Het verbruik van handalcohol, handzeep en handschoenen kan automatisch ingevuld worden voor elke afdeling door middel van … onbelangrijk
a)
een koppeling met andere databanken (vb. magazijn, apotheek)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
de import van een Excel / Access bestand
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Het verbruik van handalcohol, handzeep en handschoenen kan manueel ingegeven worden per afdeling
2)
3)
4)
zeer belangrijk
De gegevens van de handhygiëne compliance meting (WIV) kunnen ingegeven worden
De gegevens voor een protocol in verband met goede handhygiëne (korte nagels, geen juwelen/nagellak/kunstnagels) kunnen worden ingegeven
Het aantal en het type van de opleidingen handhygiëne kunnen bijgehouden worden per afdeling en voor het volledige ziekenhuis
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
onbelangrijk 0
9
9
zeer belangrijk 1
2
3
4
5
6
7
8
9
31
5)
Er kan een export gemaakt worden … onbelangrijk
6)
zeer belangrijk
a)
voor de handhygiëne surveillance van het WIV
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
van de handhygiëne gegevens naar Navigator
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden … onbelangrijk
zeer belangrijk
a)
van het gebruik van handalcohol per afdeling en de evolutie ervan
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
b)
van het gebruik van handzeep per afdeling en de evolutie ervan
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
c)
van het gebruik van handschoenen per afdeling en de evolutie ervan
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
d)
waarbij een noemer in rekening wordt gebracht (vb. ligdagen, opnames, behandelingen (MTD)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
e)
van het aantal handontsmettingen per ligdag 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
•
per afdeling
•
voor het volledige ziekenhuis
32
f)
van de gemiddelde compliance en de evolutie van de handhygiëne compliance per •
beroepsgroep
•
afdeling / MTD
•
specialisme / kenletter
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
g)
van het handalcoholverbruik in functie van de zorgzwaarte (aan de hand van zorgzwaarteindicatoren)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
h)
van de aanwezigheid van handjuwelen, kunstnagels, nagellak, polshorloges en lange mouwen per afdeling / specialisme / kenletter
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
i)
van het aantal opleidingen handhygiëne per afdeling / volledig ziekenhuis
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
j)
van het percentage correcte handontsmettingen per afdeling/volledig ziekenhuis per periode (vb. jaar)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
k)
van het percentage correcte handwassingen per afdeling/ volledig ziekenhuis per periode (vb. jaar)
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
l)
van de resultaatsindicatoren van nosocomiale verspreiding (vb. incidentie van nosocomiale MRSA) in functie van het handalcoholverbruik
0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
33
APPENDIX AFKORTINGEN ASA-score CBGB CBGC COLO CVC EBMO HER HPRO ICU LAM NI NNIS PWI ROB RVT SNO
T-tijd VS WIV
‘Physical status’-score, ontwikkeld door de American Society of Anesthesiologists Coronaire bypass met thorax- en donorplaatsincisie Coronaire bypass met uitsluitend thoraxincisie Colonheelkunde Centraal veneuze katheter Epidemiologisch belangrijk micro-organisme Herniorrhafie Heupprothese Intensive care unit Laminectomie Nosocomiale infectie National Nosocomial Infection Surveillance Post operatieve wondinfecties Rustoord voor bejaarden Rust- en verzorgingstehuis Surveillance na ontslag 75ste percentiel van de duur van de ingrepen in de betreffende operatiecategorie, gebaseerd op resultaten van het NNIS-systeem Vaatheelkunde Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid
BEGRIPPEN incidentie incidentiedensiteit
aantal nieuwe gevallen gedurende een bepaalde periode in een populatie ‘at risk’ om de ziekte te krijgen aantal nieuwe gevallen per persoonstijd ‘at risk’ (vb. nieuwe MRSA gevallen / 1000 ligdagen)
34
D
Vragenlijst derde ronde
nieuw antwoord
DEEL I - ALERT ORGANISM SURVEILLANCE 1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
a) CDIF (toxine-producerend)
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
b) MRSA
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
c) ESBL+ enterobacteriaceae (Enterobacter aerogenes, E. coli, Klebsiella pneumoniae)
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
d) TBC (rechtstreeks of via kweek)
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
e) Hepatitis A
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
f) Hepatitis B, C
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
g) Legionnella
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
h) HIV
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
i)
Aspergillus
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
j)
rotavirus
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
k) adenovirus
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
l)
1)
Er komt automatisch een waarschuwing als in het labo volgend organisme gedetecteerd wordt:
m) RSV
WIV - 2008 - ZHH-IT
Acinetobacter
Page 1 of 18
anonymous
2)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf nieuwe organismen te definiëren, waarvoor hij waarschuwingen wil ontvangen
3)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf per organisme in te stellen welke informatie wordt opgenomen in de automatische waarschuwingen (vb. organisme, patiënt, antibiogram, lokalisatie, gekend/nieuw organisme bij deze patiënt)
4)
Waarschuwingen moeten als volgt weergegeven kunnen worden:
a) gegroepeerd in een bestand
4)
Waarschuwingen moeten als volgt weergegeven kunnen worden:
b) als een waarschuwing op het scherm
4)
Waarschuwingen moeten als volgt weergegeven kunnen worden:
c) als een sms
4)
Waarschuwingen moeten als volgt weergegeven kunnen worden:
d) als een email
4)
Waarschuwingen moeten als volgt weergegeven kunnen worden:
e) als een uitgeprinte pagina
5)
In de waarschuwingen is een link aanwezig naar het labodossier van de patiënt
6)
De patiënten waarvoor een waarschuwing werd ontvangen kunnen automatisch en/of manueel toegevoegd worden aan de takenlijst
7)
De informatie van de waarschuwing wordt opgeslagen in een patiëntenfiche in de ziekenhuishygiëne databank
8)
De informatie van de waarschuwing kan samen met een standaardprotocol met te nemen maatregelen verstuurd worden naar de afdeling waar de patiënt ligt
9)
De gebruiker kan een tijdspanne definiëren waarin hij geen waarschuwingen wil ontvangen van eenzelfde patiënt met een identiek isolaat
10) Bijkomende informatie over de patiënt kan a) administratieve gegevens van automatisch aangevuld worden aan de de patiënt (vb. herkomst (vb. hand van koppelingen met andere ROB, RVT), leeftijd) databanken in het ziekenhuis:
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 2 of 18
anonymous
10) Bijkomende informatie over de patiënt kan b) afdeling, kamer, bed automatisch aangevuld worden aan de hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis: 10) Bijkomende informatie over de patiënt kan c) behandelende arts automatisch aangevuld worden aan de hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis: 10) Bijkomende informatie over de patiënt kan d) bijkomende klinische automatisch aangevuld worden aan de gegevens en/of de hand van koppelingen met andere pathologie/discipline van de databanken in het ziekenhuis: patiënt (vb. oncologie, hematologie) 10) Bijkomende informatie over de patiënt kan e) bijkomende labogegevens vb. automatisch aangevuld worden aan de hematologie (leukocyten, hand van koppelingen met andere sedimentatie, …),biochemie databanken in het ziekenhuis: (CRP, …), negativering 10) Bijkomende informatie over de patiënt kan f) apotheekgegevens (vb. automatisch aangevuld worden aan de antibiotica) hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis: 10) Bijkomende informatie over de patiënt kan g) melkkeuken gegevens (vb. automatisch aangevuld worden aan de sondevoeding) hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis: 10) Bijkomende informatie over de patiënt kan h) huidige afdeling en historiek automatisch aangevuld worden aan de van de afdelingen waar de hand van koppelingen met andere patiënt heeft verbleven databanken in het ziekenhuis: 10) Bijkomende informatie over de patiënt kan i) automatisch aangevuld worden aan de hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis:
isolatiestatus van de patiënt
10) Bijkomende informatie over de patiënt kan j) automatisch aangevuld worden aan de hand van koppelingen met andere databanken in het ziekenhuis:
plaatsen waar de patiënt verbleven heeft voor onderzoeken en behandelingen
11) De ziekenhuishygiënist kan manueel a) administratieve gegevens van informatie toevoegen aan de informatie die de patiënt (o.a. herkomst, reeds bekomen werd via de waarschuwing verblijf na hospitalisatie, …) en via de automatische aanvulling van gegevens 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel b) afdeling informatie toevoegen aan de informatie die reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel c) bijkomende klinische informatie toevoegen aan de informatie die gegevens en/of de reeds bekomen werd via de waarschuwing pathologie/discipline van de en via de automatische aanvulling van patiënt (vb. oncologie, gegevens hematologie) 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel d) bijkomende labogegevens vb. informatie toevoegen aan de informatie die hematologie (leukocyten, reeds bekomen werd via de waarschuwing sedimentatie, …), en via de automatische aanvulling van biochemie (CRP, …), gegevens negativering 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel e) apotheekgegevens (vb. informatie toevoegen aan de informatie die antibiotica) reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 3 of 18
anonymous
11) De ziekenhuishygiënist kan manueel f) melkkeuken gegevens (vb. informatie toevoegen aan de informatie die sondevoeding) reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel g) huidige afdeling en historiek informatie toevoegen aan de informatie die van de afdelingen waar de reeds bekomen werd via de waarschuwing patiënt heeft verbleven en via de automatische aanvulling van gegevens 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel h) isolatiestatus van de patiënt informatie toevoegen aan de informatie die reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel j) informatie toevoegen aan de informatie die reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens
plaatsen waar de patiënt verbleven heeft voor onderzoeken en behandelingen
11) De ziekenhuishygiënist kan manueel k) bron van infectie (vb. informatie toevoegen aan de informatie die nosocomiaal, healthcare reeds bekomen werd via de waarschuwing associated, community en via de automatische aanvulling van acquired) gegevens 11) De ziekenhuishygiënist kan manueel l) informatie toevoegen aan de informatie die reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens
dekolonisatiestatus (dekolonisatie uitgevoerd? ja/nee)
11) De ziekenhuishygiënist kan manueel m) informatie doorgegeven aan informatie toevoegen aan de informatie die de afdeling? aan wie? reeds bekomen werd via de waarschuwing en via de automatische aanvulling van gegevens 12) Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
a) van de incidentie(densiteit) van een bepaalde kiem voor een bepaalde periode (vb. week, maand, trimester);per ziekenhuis en per kenletter
12) Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
b) van de evolutie van de incidentie(densiteit) van een bepaalde kiem; per ziekenhuis, per kenletter en per afdeling
12) Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
c) met een benchmarking van de verschillende afdelingen ten opzichte van elkaar, met percentielen en standaardafwijkingen
13) Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor de berekening van de incidentie en voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen, opnames) 14) Er kan een zelfgedefinieerd rapport gemaakt worden (vb. feedbackrapport voor de afdelingen, met de evolutie van de incidentie van een bepaalde kiem)
DEEL II - ALERT CONDITION SURVEILLANCE - PWI 1)
Patiënten die een bepaalde operatie a) Colonheelkunde (COLO) hebben ondergaan worden automatisch in de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI))
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 4 of 18
anonymous
1)
Patiënten die een bepaalde operatie b) Herniorrhafie (HER) hebben ondergaan worden automatisch in de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI))
1)
Patiënten die een bepaalde operatie c) Heupprothese (HPRO) hebben ondergaan worden automatisch in de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI))
1)
Patiënten die een bepaalde operatie d) Laminectomie (LAM) hebben ondergaan worden automatisch in de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI))
1)
Patiënten die een bepaalde operatie e) Vaatheelkunde (VS) hebben ondergaan worden automatisch in de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI))
1)
Patiënten die een bepaalde operatie f) Coronaire bypass met thoraxhebben ondergaan worden automatisch in en donorplaatsincisie (CBGB) de lijst van op te volgen patiënten geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI))
1)
Patiënten die een bepaalde operatie g) Coronaire bypass met hebben ondergaan worden automatisch in uitsluitend thoraxincisie de lijst van op te volgen patiënten (CBGC) geplaatst (omwille van risico op postoperatieve wondinfecties (PWI))
2)
De gebruiker kan zelf de operatiecategorieën bepalen die hij wil opvolgen
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van …
a) NNIS risk index
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van …
b) wondklasse
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van …
c) ASA-score
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van …
d) duur van de ingreep (overschrijding van de T-tijd)
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van …
e) chirurg
3)
De gebruiker kan operaties opvolgen op basis van …
f) de urgentie (geplande of dringende ingreep)
4)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om zelf een patiënt toe te voegen aan de lijst met patiënten met hoog risico op PWI (vb. diabetici, personen met verminderde immuniteit, …)
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 5 of 18
anonymous
5)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om klinische gegevens van de patiënt in te voeren (na controle van de wonde)
6)
De gebruiker heeft de mogelijkheid om de behandeling (antibiotica) voor de PWI in te geven
7)
De PWI testresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden wanneer de PWI bevestigd werd door het labo
8)
De gebruiker kan de PWI testresultaten en antibiogram manueel invoeren wanneer de PWI bevestigd werd door het labo
9)
De gebruiker kan gegevens invoeren voor surveillance van PWI na ontslag (SNO)
10) De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de …
a) incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per operatiecategorie
10) De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de …
b) incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per ICD-9CM code
10) De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de …
e) incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per chirurg
10) De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de …
g) incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per operatiezaal
10) De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de …
i)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per heelkundig specialisme
10) De gebruiker kan rapporten / grafieken maken van de …
j)
incidentie(densiteit) en evolutie van PWI per NNIS risico index
11) Er kan een bericht verstuurd worden naar de behandelende arts om een klinische bevestiging van de PWI te vragen
12) Er kan een export gedaan worden voor de PWI surveillance van het WIV
13) Er kan een export van de PWI gegevens gedaan worden naar Navigator
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 6 of 18
anonymous
14) Er kan automatisch een registratieformulier opgestuurd worden naar de chirurg voor het opvolgen van de ingreep (in verband met surveillance van PWI na ontslag)
DEEL II - ALERT CONDITION SURVEILLANCE - ANDERE 1)
De gebruiker kan een zoekopdracht a) leeftijd uitvoeren naar • patiënten met een verhoogd risico op een NI • te screenen patiënten De zoekopdrachten kunnen gebeuren op basis van volgende parameters:
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
b) herkomst van de patiënt (vb. RVT, ROB, ander ziekenhuis)
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
c) gekende vroegere status
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
d) patiënt laatste jaar meer dan 14 dagen gehospitaliseerd
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
e) patiënt heeft meer dan 2 maanden thuisverpleging gekregen voorafgaand aan opname
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
f) patiënt is de laatste 12 maanden in contact gekomen met een verzorgingsinstelling (RVT, ROB, ziekenhuis)
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
g) afdeling
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
h) ligduur
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
i)
medische en verpleegkundige voorgeschiedenis van de patiënt (vb. diabetes, immunodepressie, hemodialyse)
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
j)
SAPS, APACHE
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
k) alert organism (vb. CDIF, MRSA)
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
l)
WIV - 2008 - ZHH-IT
screening resultaten
Page 7 of 18
anonymous
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
m) isolatiestatus van de patiënt
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
n) patiënt ondergaat dekolonisatiebehandeling
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
o) antibioticagebruik van de patiënt
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
p) patiënt wordt geventileerd
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
q) patiënt heeft een endoscopisch onderzoek ondergaan
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
r) patiënt heeft lopende (invasieve) diagnostische onderzoeken
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
s) patiënt heeft een centrale veneuze katheter / arteriële katheter / urinaire katheter
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
t) patiënt heeft een decubitusletsel
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
u) patiënt heeft een (bepaald type) operatie ondergaan
1)
De gebruiker kan een zoekopdracht uitvoeren naar
v) patiënt ondergaat chemotherapie behandeling
2)
De patiënten die gevonden werden via de zoekopdracht kunnen opgeslagen worden in een patiëntenfiche in de ziekenhuishygiëne databank
3)
De patiënten die gevonden werden via de zoekopdracht kunnen automatisch toegevoegd worden aan de takenlijst
4)
De gebruiker kan manueel een patiënt toevoegen aan de takenlijst
5)
De administratieve gegevens van patiënten die voorkomen in de takenlijst (vb. geboortedatum, opnamedatum) kunnen automatisch worden aangevuld
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 8 of 18
anonymous
6)
De gebruiker kan manueel administratieve gegevens toevoegen aan de patiënten die voorkomen in de takenlijst (vb. geboortedatum, opnamedatum)
7)
De gebruiker kan zelf instellen welke gegevens hij wil zien op de takenlijst (vb. naam, afdeling)
8)
Laboresultaten en antibiogram kunnen automatisch ingevoerd worden vanuit de labodatabank
9)
De gebruiker kan laboresultaten en antibiogram manueel invoeren voor de patiënt (vb. voor patiënt die van een ander ziekenhuis komt)
10) De gebruiker kan een patiënt verwijderen van de takenlijst
11) De gebruiker kan / moet een reden ingeven voor het verwijderen van de patiënt van de takenlijst
DEEL III - CASE MANAGEMENT 1)
Er is een overzicht (en evolutiegegevens) a) besmet zijn met een bepaalde beschikbaar van alle cases die … kiem
1)
Er is een overzicht (en evolutiegegevens) b) een bepaalde ingreep / beschikbaar van alle cases die … onderzoek / behandeling ondergingen
1)
Er is een overzicht (en evolutiegegevens) c) in behandeling zijn bij een beschikbaar van alle cases die … bepaalde arts
1)
Er is een overzicht (en evolutiegegevens) d) op een bepaalde afdeling beschikbaar van alle cases die … liggen
1)
Er is een overzicht (en evolutiegegevens) e) al deze gegevens kunnen ook beschikbaar van alle cases die … weergegeven worden rekening houdend met een gepaste noemer (vb. totaal aantal van een bepaalde ingreep / onderzoek / b h d/ tijd li van ) de controle De gebruiker kan informatie invoeren over a) datum
2)
de dagelijkse infectiecontrole:
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over b) vrije tekst de dagelijkse infectiecontrole:
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 9 of 18
anonymous
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over c) infectie- en kolonisatiestatus de dagelijkse infectiecontrole:
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over d) advies dat gegeven werd aan de dagelijkse infectiecontrole: de patiënt
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over e) isolatieadvies / advies de dagelijkse infectiecontrole: betreffende bijkomende voorzorgsmaatregelen aan het personeel
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over f) antibiotica die de patiënt de dagelijkse infectiecontrole: gekregen heeft
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over g) verandering van afdeling van de dagelijkse infectiecontrole: patiënt
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over h) bron van infectie van de de dagelijkse infectiecontrole: patiënt
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over i) de dagelijkse infectiecontrole:
bijkomende checks (vb. CVC)
2)
De gebruiker kan informatie invoeren over j) de dagelijkse infectiecontrole:
lopende diagnostische onderzoeken
3)
De gebruiker kan belangrijke informatie over een patiënt ingeven, die steeds duidelijk en op de voorgrond wordt weergegeven (vb. allergie, mupirocineresistentie, chronische MRSA drager, HIV)
4)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
a) met een overzicht van alle cases per periode (vb. dag, maand, jaar) per afdeling/personeelslid
4)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
b) van het risico op een (nosocomiale) infectie voor een bepaalde afdeling / MTD / arts
DEEL IV - KRUISBESMETTING VOORKÓMEN 1)
Er wordt een melding gegeven wanneer een patiënt met een gekende voorgeschiedenis van een epidemiologisch belangrijk micro-organisme (EBMO) opgenomen wordt in het ziekenhuis
2)
Er is een real-time en historisch overzicht van de patiëntenlocaties
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 10 of 18
anonymous
3)
De gebruiker wordt automatisch op de hoogte gebracht van mogelijke kruisbesmettingen (aan de hand van de patiëntenlocaties)
4)
Er is een (visueel) overzicht beschikbaar van de overlappingen van bepaalde patiënten
5)
Er kan een zoekopdracht uitgevoerd worden naar alle patiënten die mogelijk in contact zijn gekomen met een patiënt besmet met een EBMO
6)
Bij de verhuis van een patiënt met een EBMO naar een nieuwe afdeling wordt er automatisch een mededeling verstuurd naar de nieuwe afdeling
7)
Bij onderzoek van een patiënt met een EBMO op medisch technische diensten, kan er (evt. automatisch) een mededeling verstuurd worden naar deze diensten
8)
Bij transfer van een patiënt naar een ander ziekenhuis kan er automatisch een infectiecontrole-transferbrief aangemaakt worden, met de infectiecontrole gegevens van deze patiënt (infectiestatus, dragerschapstatus, behandeling, dekolonisatie, …)
9)
Er is een ingebouwde uitbraakdetectie functie (gebaseerd op clusters van microorganismen, gedetecteerd in het labo)
10) De gebruiker kan de drempelwaarden voor uitbraken zelf definiëren. Er zijn wel standaardwaarden aanwezig (vb. gegenereerd uit historische gegevens) 11) Voor elke patiënt kan de begindatum en de einddatum van de isolatie ingegeven worden
12) Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van …
a) alle patiënten in isolatie • per periode (vb. dag, week, maand) • per kiem • per afdeling
12) Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van …
b) het aantal isolaties en aantal isolatiedagen per • periode (maand, week, dag) • indicatie voor isolatie (microorganisme) • afdeling • per kamertype (vb. 1persoons, 2persoons met gesloten bed)
12) Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van …
c) de bezettingsgraad van de isolatiekamers
12) Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van …
d) de duur van de isolaties, eventueel opgesplitst per afdeling
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 11 of 18
anonymous
DEEL V - WAAKPROGRAMMA'S - ICU (Nosocomiale infecties op intensieve zorgen) 1)
De gegevens voor de ICU surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden (door een koppeling met de ICU databank)
2)
De gegevens die niet op automatisch wijze verzameld konden worden, kunnen manueel ingegeven worden
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
a) aantal ICU verworven septicemieën / 1000 ligdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
b) aantal ICU verworven pneumonieën / 1000 ligdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
c) aantal ICU verworven ventilatiegeassocieerde pneumonieën (VAP) / 1000 ligdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
d) aantal ICU verworven katheter infecties / 1000 ligdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
e) aantal ICU verworven urineweginfecties / 1000 ligdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
f) aantal ICU verworven infecties bij patiënten met bepaalde karakteristieken ( leeftijd, geslacht, SAPS score) / 1000 ligdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
g) aantal ICU verworven infecties / 1000 ligdagen, opgesplitst per micro-organisme
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
h) aantal VAP / 1000 ventilatiedagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
i)
aantal katheter gerelateerde infecties / 1000 katheterdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
j)
aantal urineweginfecties / 1000 urinaire katheterdagen
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
k) antibioticagebruik per patiënt (antibioticum, startdatum, einddatum, type gebruik (vb. profylactisch, empirisch))
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 12 of 18
anonymous
3)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van het …
4)
Er kan een export voor de ICU surveillance van het WIV gemaakt worden
l)
type antibioticumgebruik (vb. decontaminatie, profylactisch, empirisch) per antibioticum
DEEL V - WAAKPROGRAMMA'S - SEP (Nosocomiale Septicemieën) 1)
De gebruiker kan een patiënt met septicemie ingeven (vb. patiënt van buiten het ziekenhuis)
2)
Er is een zoekfunctie voor het zoeken van patiënten met septicemie
3)
Voor de patiënten met septicemie die a) als een email gevonden werden via de zoekactie, kan er een boodschap verstuurd worden naar de behandelende arts, om een klinische bevestiging van de septicemie te vragen …
3)
Voor de patiënten met septicemie die b) als een te printen rapport gevonden werden via de zoekactie, kan er een boodschap verstuurd worden naar de behandelende arts, om een klinische bevestiging van de septicemie te vragen
4)
De gegevens voor de surveillance van septicemieën van het WIV kunnen ingevuld worden
5)
Er kan een export voor de SEP surveillance van het WIV gemaakt worden
6)
Er wordt een waarschuwing weergegeven wanneer er een sepsis is met dezelfde kiem als een PWI bij dezelfde patiënt
7)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van …
7)
Er kunnen rapporten / grafieken gemaakt worden van …
a) de incidentie(densiteit) van septicemieën • per periode • per afdeling • per micro-organisme • per type (vb. uro, pneumo, kathetergerelateerd, onbekend) b) het aantal septicemieën per micro-organisme
DEEL V - WAAKPROGRAMMA'S - MRSA 1)
De gegevens voor de MRSA surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 13 of 18
anonymous
2)
Ontbrekende gegevens voor de MRSA surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
3)
Er kan een export voor de MRSA surveillance van het WIV gemaakt worden
DEEL V - WAAKPROGRAMMA'S - CDIF 1)
De gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
Ontbrekende gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
3)
Er kan een export/afdruk gemaakt worden van de gegevens voor de CDIF surveillance van het WIV
DEEL V - WAAKPROGRAMMA'S - MRE 1)
De gegevens voor de MRE surveillance van het WIV kunnen automatisch verzameld worden
2)
Ontbrekende gegevens voor de MRE surveillance van het WIV kunnen manueel worden aangevuld
3)
Er kan een export/afdruk gemaakt worden van de gegevens voor de MRE surveillance van het WIV
DEEL V - WAAKPROGRAMMA'S - AB resistentie 1)
De antibioticaresistentie kan opgevolgd worden per kiem / kiemgroep (vb. Enterobacteriaceae) en per afdeling / groep van afdelingen (vb. 'risicodiensten' versus 'rest van het ziekenhuis')
DEEL VI - VARIA 1)
Er is een ingebouwde tekstverwerker beschikbaar …
a) met templates voor o.a. verwijsbrieven, transferbrieven, ontslagdocumenten
2)
Er is een ingebouwde agenda beschikbaar, waarin de gebruiker …
a) taken kan toevoegen
2)
Er is een ingebouwde agenda beschikbaar, waarin de gebruiker …
b) een taak kan indelen bij een patiënt / afdeling
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 14 of 18
anonymous
2)
Er is een ingebouwde agenda beschikbaar, waarin de gebruiker …
c) een taak kan toewijzen aan een personeelslid
2)
Er is een ingebouwde agenda beschikbaar, waarin de gebruiker …
d) een herhaal-taak kan toevoegen
3)
De agenda kan bekeken worden …
a) per dag
3)
De agenda kan bekeken worden …
b) per maand
3)
De agenda kan bekeken worden …
c) per afdeling
3)
De agenda kan bekeken worden …
d) per personeelslid
4)
Er is een ingebouwde email functie, waarmee de gebruiker mailings kan doen (vb. afdelingen verwittigen dat screening moet gedaan worden)
5)
Er is een ingebouwd 'vaktermen woordenboek' aanwezig …
a) waarin bepaalde termen gedefinieerd zijn (vb. CRI, case definities voor Clostridium, Hepatitis, …)
5)
Er is een ingebouwd 'vaktermen woordenboek' aanwezig …
b) dat gebaseerd is op internationale literatuur
5)
Er is een ingebouwd 'vaktermen woordenboek' aanwezig …
b) dat aangepast kan worden
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden van eender welk gestructureerd gegeven dat in het programma werd ingegeven
7)
Er kan ingesteld worden welke noemer gebruikt moet worden voor het maken van de grafieken (vb. ligdagen)
8)
Volgende onderdelen van het programma a) alles zijn beschikbaar op pocketPC / Palm …
8)
Volgende onderdelen van het programma b) compliancemeting voor zijn beschikbaar op pocketPC / Palm … handhygiëne
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 15 of 18
anonymous
8)
Volgende onderdelen van het programma c) compliancemeting voor interne zijn beschikbaar op pocketPC / Palm … protocollen (vb. basishouding handhygiëne, standaardvoorzorgsmaatregel en, bijkomende voorzorgsmaatregelen)
9)
De surveillance en de waarschuwingen kunnen betrekking hebben op meerdere ziekenhuissites
10) Alle rapporten en grafieken kunnen geëxporteerd worden naar …
a) Excel
10) Alle rapporten en grafieken kunnen geëxporteerd worden naar …
b) Access
10) Alle rapporten en grafieken kunnen geëxporteerd worden naar …
c) Statistische software (vb. SPSS)
11) Alle gegevens kunnen geëxporteerd worden (onder meer om in externe programma's extra statistieken / grafieken te kunnen maken) 12) Er kan een analyse gedaan worden van de impact van verschillende factoren die een invloed hebben op het ontstaan van een NI. 13) Er wordt een waarschuwing gegeven wanneer bepaalde drempelwaarden overschreden worden (vb. > 3/1000 heupprotheses geïnfecteerd) 14) Er is een link aanwezig die verwijst naar alle gekoppelde softwarepakketten, zodat bijkomende informatie over de patiënt kan opgezocht worden
DEEL VII - HANDHYGIENE 1)
Het verbruik van handalcohol, handzeep en handschoenen kan automatisch ingevuld worden voor elke afdeling door middel van …
a) een koppeling met andere databanken (vb. magazijn, apotheek)
1)
Het verbruik van handalcohol, handzeep en handschoenen kan automatisch ingevuld worden voor elke afdeling door middel van …
b) de import van een Excel / Access bestand
1')
Het verbruik van handalcohol, handzeep en handschoenen kan manueel ingegeven worden per afdeling
2)
De gegevens van de handhygiëne compliance meting (WIV) kunnen ingegeven worden
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 16 of 18
anonymous
3)
De gegevens voor een protocol in verband met goede handhygiëne (korte nagels, geen juwelen/nagellak/kunstnagels) kunnen worden ingegeven
4)
Het aantal en het type van de opleidingen handhygiëne kunnen bijgehouden worden per afdeling en voor het volledige ziekenhuis
5)
Er kan een export gemaakt worden …
a) voor de handhygiëne surveillance van het WIV
5)
Er kan een export gemaakt worden …
b) van de handhygiëne gegevens naar Navigator
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
a) van het gebruik van handalcohol per afdeling en de evolutie ervan
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
b) van het gebruik van handzeep per afdeling en de evolutie ervan
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
c) van het gebruik van handschoenen per afdeling en de evolutie ervan
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
d) waarbij een noemer in rekening wordt gebracht (vb. ligdagen, opnames, behandelingen (MTD)
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
e) van het aantal handontsmettingen per ligdag • per afdeling • voor het volledige ziekenhuis
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
f) van de gemiddelde compliance en de evolutie van de handhygiëne compliance per • beroepsgroep • afdeling / MTDspecialisme / kenletter g) van het handalcoholverbruik in functie van de zorgzwaarte (aan de hand van zorgzwaarteindicatoren)
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
h) van de aanwezigheid van handjuwelen, kunstnagels, nagellak, polshorloges en lange mouwen per afdeling / specialisme / kenletter
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
i)
van het aantal opleidingen handhygiëne per afdeling / volledig ziekenhuis
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
j)
van het percentage correcte handontsmettingen per afdeling/volledig ziekenhuis per periode (vb. jaar)
WIV - 2008 - ZHH-IT
Page 17 of 18
anonymous
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
k) van het percentage correcte handwassingen per afdeling/volledig ziekenhuis per periode (vb. jaar)
6)
Er kan een rapport / grafiek gemaakt worden …
l)
WIV - 2008 - ZHH-IT
van de resultaatsindicatoren van nosocomiale verspreiding (vb. incidentie van nosocomiale MRSA) in functie van het handalcoholverbruik
Page 18 of 18
anonymous