Onderzoek verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
Colofon Opdrachtgever: Gemeente Groesbeek. Verkeer en Vervoer: bureau Openbare Werken. Postbus 20, 6560 AA Groesbeek. Contactpersoon: ing. H.G. Beumer. Telefoon (024) 3996 194. Fax (024) 3996 165. E-mail:
[email protected]. In samenwerking met: Gemeinde Kranenburg. Ordnungs- und Sozialamt. Postfach 1162, 47552 Kranenburg (D). Contactpersoon: Herr W.Fleskes. Telefoon (02826) 7930. Fax (02826) 7977. E-mail:
[email protected]. Analyse en rapportage: Oostveen Beleidsonderzoek en Advies. Elbertbos 1, 7543 GV Enschede. Telefoon (053) 430 5596. Fax (053) 435 9181. Internet: http://www.oostveen.net. E-mail:
[email protected]. Samenstelling: drs. Paul Oostveen. Dit rapport is te bestellen bij de opdrachtgever. Enschede / Groesbeek, mei 2005. ISBN 90-76145-47-4. Omslagontwerp: Annie van Deursen en Paul Oostveen. Drukwerk: Febodruk, Enschede. Vertalingen: Vertaalbureau Rojé, Haaksbergen. Overname uit dit rapport is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.
Inhoudsopgave
Samenvatting en conclusies (NL)
blz. 5
Zusammenfassung und Schlußfolgerungen (D)
blz. 8
1. Inleiding
blz. 11
2. Bevolkingsopbouw en migratie
blz. 15
3. Sociale binding: grenzen vervagen?
blz. 23
4. Grensoverschrijdingen
blz. 29
5. Potentieel gebruik Cranenburgsestraat
blz. 37
Bijlage: de vragenlijst
blz. 40
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
3
4
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Samenvatting en conclusies Inleiding Omwille van milieu en leefbaarheid werd in 1994 een einde gemaakt aan het kortstondig gebruik van de grensovergang Cranenburgsestraat tussen Groesbeek en Kranenburg (in de volksmond ook bekend als Altena-Hettsteeg). Dit besluit van de gemeente Groesbeek leidde tot een juridisch gevecht tussen voor- en tegenstanders, uiteindelijk resulterend in een fysiek afgesloten grensovergang. Ruim tien jaar later is het grensoverschrijdend verkeer in intensiteit toegenomen, onder meer door het steeds verder wegvallen van de grenzen. Daarom wordt overwogen of er toch weer een extra grensovergang moet worden opengesteld. De gemeente Groesbeek heeft daarom, met medewerking van de gemeente Kranenburg, opdracht gegeven tot een onderzoek naar binding en verplaatsingsgedrag. Daartoe werd in december 2004 een representatieve enquête gehouden onder de inwoners van de twee gemeenten (exclusief Berg en Dal en Heilig Landstichting). De respons op de enquête bedroeg 64%. Aan het eind van elk hoofdstuk worden de belangrijkste beleidsconclusies weergegeven. In deze samenvatting zijn die conclusies integraal opgenomen. Bevolkingsopbouw en migratie De gemiddelde woonduur van de bevolking in Groesbeek is vrij lang: 58% van de bevolking vanaf 16 jaar woont er sinds de geboorte en nog eens 20% langer dan 20 jaar. Van de inwoners van Groesbeek die elders zijn geboren is ruim de helft afkomstig uit de regio en slechts 1% uit Duitsland. In Kranenburg is het beeld anders. Van de volwassen bevolking is 38% in de regio geboren en 22% woont er al minstens 20 jaar. De groep inwoners die korter dan 5 jaar in de gemeente woont is met 20% veel groter dan in Groesbeek. Dat komt vooral door de Kranenburgers met Nederlandse nationaliteit: van die groep heeft 71% zich de laatste vijf jaar gevestigd. Van de Nederlanders in Kranenburg die daar niet zijn geboren (dat is 93%) woonde de helft eerder in de regio Groesbeek/Nijmegen en 10% in een andere Duitse gemeente zoals Kleve. De meeste Nederlanders in de gemeente Kranenburg wonen in de dorpen Kranenburg en Nütterden. Inmiddels heeft 21% van de volwassen inwoners van de gemeente Kranenburg de Nederlandse nationaliteit; onder inwoners vanaf 65 jaar is dat aandeel echter veel lager. Van alle personen die zich de afgelopen 10 jaar vanuit een andere gemeente vestigden in Groesbeek was ongeveer 4% afkomstig uit Duitsland. Dat cijfer is redelijk constant en de afgelopen jaren niet gestegen. Bij de personen die zijn vertrokken vanuit Groesbeek is wel een trendbreuk te zien: in de periode 1995-1999 verhuisde 3% naar Duitsland; in de jaren 2000-2004 was dat 8%. Vooral autochtone Nederlanders verhuisden vaker naar Duitsland. Dat zich steeds meer Nederlanders in Duitsland vestigen blijkt ook uit een landelijk onderzoek dat de gehele grensregio betrof. Vooral vanaf 2001 is het aantal Nederlanders in de Duitse grensregio sterk gestegen en de tendens zal zich waarschijnlijk voortzetten. In de top 15 van Duitse gemeenten met veel Nederlandse inwoners staat Kranenburg inmiddels op de vierde en Kleve op de tweede plaats. Kranenburg en Bad Bentheim zijn de twee gemeenten in de hele Duitse grensregio waar het aantal Nederlanders de afgelopen vier jaar het sterkst is gestegen. Slechts een klein deel van de bevolking overweegt binnen twee jaar te verhuizen, vooral vanwege persoonlijke omstandigheden. Een klein deel van hen overweegt een verhuizing over de grens. Er zijn geen aanwijzingen voor aanzienlijke verhuisstromen van Nederlanders uit Kranenburg terug naar Nederland (“spijtoptanten”); de kleine groep die wel terugkeert heeft daarvoor persoonlijke redenen (zoals werk, gezondheid of gezinsomstandigheden).
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
5
Conclusies • Rond het jaar 2000 was sprake van een duidelijke trendbreuk in de verhuisstromen van Nederland naar Duitsland. Het aantal Nederlanders dat in de Duitse grensstreek ging wonen nam aanzienlijk toe. Kranenburg is een van de twee gemeenten langs de gehele Nederlandse grens met de sterkste toename van het aantal Nederlandse bewoners. Een groot deel van hen is afkomstig uit de regio Groesbeek/Nijmegen. • Voor de komende jaren wordt een voortzetting van deze trend verwacht. Anderzijds zal geen sprake zijn van aanzienlijke verhuisstromen in omgekeerde richting (‘spijtoptanten’). Hoe de migratiestromen zich verder ontwikkelen is uiteraard wel afhankelijk van de hoeveelheid nieuwbouw die kan worden gerealiseerd in Kranenburg en in andere gemeenten. Sociale binding: grenzen vervagen? Uit het eerder genoemde landelijke onderzoek blijkt dat Nederlanders in Duitsland het wonen daar vooral associëren met ruimte en rust. Ze zijn positief over de Duitse mentaliteit en de betrokkenheid bij de buurt en ze willen moeite doen om te integreren. Wel wordt de integratie geremd door de nabijheid van Nederland, waar ze nog werken, familie hebben, kinderen vaak nog naar school gaan en regelmatig wordt gewinkeld. Van de inwoners van Groesbeek en Breedeweg heeft ongeveer 15% de ‘afgelopen twee weken’ familie of vrienden in Duitsland bezocht en 4% stak de grens over voor sport of vereniging. In De Horst liggen die cijfers bijna twee keer zo hoog. Onder Duitsers in Kranenburg zijn de cijfers ongeveer vergelijkbaar met de inwoners van Groesbeek. Nederlandse bewoners van Kranenburg onderhouden hun contacten in veel sterkere mate over de grens: 66% bezocht de afgelopen twee weken vrienden of familie in Nederland en 26% ging erheen voor sport of vereniging. Daarnaast stak 13% de grens over voor school, voor henzelf of hun kinderen. Dagelijkse inkopen doen de bewoners meestal in hun eigen gemeente, maar ongeveer een kwart doet dat ook wel eens over de grens. Niet-dagelijkse boodschappen worden vaker over de grens gedaan, vooral in Kleve en Nijmegen. Inwoners van Groesbeek en Duitse inwoners van Kranenburg werken vooral in hun eigen regio; ongeveer 2% van hen zegt over de grens te werken. Geheel anders ligt dat voor de Nederlanders in Kranenburg: van hen werkt 83% over de grens in Nederland (waarvan bijna de helft in Nijmegen). Aan de bewoners werd ook gevraagd of zij vaker de grens oversteken dan vijf jaar geleden. Ongeveer de helft zegt ongeveer even vaak de grens over te steken. Onder inwoners van Groesbeek en Nederlanders in Kranenburg (die er al langer dan 5 jaar wonen) is het aandeel dat vaker de grens oversteekt wel groter dan het aandeel dat zegt juist minder vaak de grens te passeren. Voor de Duitsers in Kranenburg geldt dat niet: voor hen is er niet veel veranderd. Nederlanders in Kranenburg konden overigens kiezen of zij de enquête in het Nederlands of in het Duits wilden invullen. Van hen koos 38% ervoor de vragenlijst in het Duits in te vullen. Conclusies • Over het algemeen lijken Nederlanders in Duitsland wel hun best te doen om te integreren in de Duitse samenleving. Desondanks is nog steeds sprake van een sterke binding aan Nederland. De arbeidsparticipatie onder deze groep is erg hoog en 83% van de mensen die werken of studeren doen dat in Nederland. Ook voor familiebezoek en (in mindere mate) sportverenigingen steken zij regelmatig de grens over. • Afgezien van deze migranten gaan ook Nederlanders in Groesbeek (die er al langer dan 5 jaar wonen) vaker de grens over dan 5 jaar geleden. Deze groep bezoekt Duitsland vooral om te winkelen, en in mindere mate voor familiebezoek en werk. Dat men vaker familie en vrienden over de grens bezoekt ligt voor de hand gezien de toename van het aantal Nederlanders dat over de grens woont. • Duitsers in Kranenburg gaan niet of nauwelijks vaker de grens over dan vijf jaar geleden. De toename van het (lokale) grensverkeer komt dus vooral voor rekening van Nederlanders in zowel Groesbeek als Kranenburg.
6
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Grensoverschrijdingen Inwoners van Groesbeek brengen gemiddeld 2 keer per 14 dagen een bezoek aan Duitsland. Duitsers in Kranenburg brengen gemiddeld 1,7 bezoeken aan Nederland; Nederlanders in Kranenburg 12,2 bezoeken (dus vrijwel dagelijks). De volwassen inwoners van Kranenburg en Groesbeek samen brengen per week in totaal ongeveer 31.500 bezoeken aan het buurland. Ongeveer een kwart van die bezoeken komt voor rekening van Nederlanders die korter dan vijf jaar in Kranenburg wonen. Dit betreft dus een geheel nieuwe verkeersstroom. Het merendeel van de bezoeken werd gebracht met de auto. Inwoners van Groesbeek en Duitsers in Kranenburg bezoeken het buurland vooral om te winkelen en/of te tanken (60% van het aantal bezoeken); 20% betreft familie- of vriendenbezoek. Van de grensoverschrijdende ritten door Nederlanders in Kranenburg is ruim 50% gericht op het werk; winkelen en bezoek aan vrienden of familie omvatten bijna een kwart van de bezoeken. Wat de bestemming betreft zijn inwoners van Groesbeek vooral gericht op Kranenburg en Kleve. Inwoners van Kranenburg (zowel Duitsers als Nederlanders) die de grens passeren hebben vaak Groesbeek of Nijmegen als bestemming, maar ook wel andere gemeenten. De meest gebruikte grensovergangen zijn Wylerbaan-Nimwegerstraße (48%) en Nieuwe Rijksweg (N325)-Bundesstraße (B9) (22%). Conclusies • Zowel in Groesbeek als Kranenburg steken vier van de tien inwoners minstens eenmaal per week de grens over. Van de Nederlanders in Kranenburg is dat echter ruim 90%. Ook bewoners van de Horst passeren vaker dan gemiddeld de grens. • Inwoners van Groesbeek en Kranenburg vanaf 16 resp. 18 jaar brengen per week ongeveer 31.500 bezoeken over de grens. Dat aantal is duidelijk hoger dan ongeveer vijf jaar geleden. De toename wordt vooral veroorzaakt door de groep Nederlanders die de afgelopen 5 jaar in Kranenburg is komen wonen. De nieuwe verkeersstroom door deze groep maakt ongeveer een kwart uit van het totale aantal grensoverschrijdingen door inwoners van de twee gemeenten. • Ongeveer de helft van het aantal grensoverschrijdingen door bewoners van Groesbeek en Kranenburg verloopt via de Wylerbaan (bij het lottokantoor in Wyler). Potentieel gebruik Cranenburgsestraat Aan de bewoners werd tot slot gevraagd of ze een andere grensovergang zouden gebruiken indien alle grensovergangen open zouden zijn voor alle verkeer. Van de inwoners van de gemeente Groesbeek zegt dan 30% meestal en nog eens 12% af en toe een andere grensovergang te zullen gebruiken. In De Horst zijn die cijfers veel hoger, in Breedeweg lager. Van de Duitsers in Kranenburg zou dan 6% meestal een andere grensovergang gebruiken en van de Nederlanders 15%. Er werd niet specifiek gevraagd naar de grensovergang Cranenburgsestraat, maar vrijwel alle respondenten die een andere grens zouden gebruiken noemden daarbij Cranenburgsestraat. In dit rapport wordt tevens een zeer globale schatting gemaakt van het aantal grensoverschrijdingen dat mogelijk via de heropende grens Cranenburgsestraat zou lopen. Deze berekening laat zien dat het zou kunnen gaan om ongeveer een kwart van het totaal aantal grensoverschrijdingen door inwoners van Groesbeek en Kranenburg: ongeveer 7.500 bezoeken aan het buurland per week (door volwassenen). Vooral inwoners van De Horst zouden voor deze grens kiezen, maar absoluut gezien maken zij slechts een klein deel van het totaal aantal grenspassanten uit. Deze cijfers zijn zeer indicatief en onder meer afhankelijk van de manier waarop de grensovergang wordt ontsloten. Conclusies • Indien alle grenzen open zouden zijn, zou 30% van de inwoners van Groesbeek meestal een andere grensovergang gebruiken en 12% soms. Van de Duitsers in Kranenburg zou 6% meestal een andere grens gebruiken en van de Nederlanders 15%. • Een zeer indicatieve berekening van het potentiële gebruik laat zien dat een heropende grensovergang Cranenburgsestraat mogelijk een kwart van het totaal aantal grenspassages zou kunnen verwachten wat betreft de bewoners van Groesbeek en Kranenburg. Vooral de inwoners van De Horst zouden voor deze grens kiezen, maar ze maken slechts een klein deel van het totaal aantal potentiële grenspassanten uit.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
7
Zusammenfassung und Schlußfolgerungen Einführung Aus Gründen der Umwelt und Lebensqualität wurde 1994 der für nur kurze Zeit benutzte Grenzübergang Cranenburgesestraat, zwischen Groesbeek und Kranenburg (im Volksmund auch bekannt als Altena-Hettsteeg), geschlossen. Dieser Entschluß der Gemeinde Groesbeek führte zu einem Rechtskampf zwischen Befürwortern und Gegnern. Das Resultat war letztendlich ein konkret abgeschlossener Grenzübergang. Gut zehn Jahre später hat der grenzüberschreitende Verkehr in Intensität zugenommen, unter anderem durch das immer weiter Wegfallen der Grenzen. Deshalb überwägt man, ob nicht doch wieder ein zusätzlicher Grenzübergang eröffnet werden soll. Die Gemeinde Groesbeek hat darum, unter Mitwirkung der Gemeinde Kranenburg, einen Untersuchungsauftrag erteilt nach Bindung und Mobilitätsverhalten. Dazu wurde im Dezember 2004 eine repräsentative Meinungsumfrage unter der Bevölkerung der beiden Gemeinde gehalten (ausschließlich Berg en Dal und Heilig Landstichting). 64% der Bevölkerung reagierte auf die Meinungsumfrage. Am Ende jeden Kapitels werden die wichtigsten politischen Schlußfolgerungen genannt. In dieser Zusammenfassung sind die Schlußfolgerungen integral aufgenommen. Bevölkerungsaufbau und Migration Die Bevölkerung in Groesbeek ist, im Durchschnitt, ziemlich standfest: 58% der Bevölkerung von 16 Jahren oder älter lebt dort seit der Geburt, und nochmals 20% länger als 20 Jahre. Von den Einwohnern der Gemeinde Groesbeek die außerhalb geboren sind, stammt gut die Hälfte aus dieser Region, und nur 1% aus Deutschland. In Kranenburg sieht das anders aus. Von der erwachsenen Bevölkerung ist 38% in dieser Region geboren und 22% wohnt dort schon mindestens 20 Jahre. Die Gruppe von Einwohnern die kürzer als 5 Jahre in dieser Gemeinde wohnt, ist mit 20% viel größer als in Groesbeek. Dies wird vor allem durch die Kranenburger mit niederländischer Staatsangehörigkeit verursacht: von dieser Gruppe hat 71% sich in den letzten 5 Jahren dort niedergelassen. Von den Niederländern in Kranenburg die dort nicht geboren wurden (das entspricht 93%), wohnte die Hälfte früher in der Region Groesbeek/ Nimwegen und 10% in anderen deutschen Gemeinden wie Kleve. Die meisten Niederländer in der Gemeinde Kranenburg wohnen in den Dörfern Kranenburg und Nütterden. Inzwischen hat 21% der erwachsenen kranenburger Einwohner die niederländische Staatsangehörigkeit; unter den Einwohnern von 65 Jahre oder älter ist dieser Anteil jedoch erheblich geringer. Von allen Personen die sich in den letzten 10 Jahren von einer anderen Gemeinde aus in Groesbeek niederließen, stammte ungefähr 4% aus Deutschland. Diese Zahl ist ziemlich konstant und stieg in den letzten Jahren nicht. Bei den Personen die aus Groesbeek wegzogen spürt man schon eine Tendenzänderung: im Zeitraum 1995-1999 verzogen 3% nach Deutschland; in den Jahren 20002004 waren das 8%. Vor allem autochthone Niederländer zogen öfter nach Deutschland um. Dass sich immer mehr Niederländer in Deutschland niederlassen, geht auch aus einer bundesweiten Studie hervor, die sich auf die ganze Grenzregion bezog (I&O Research: Wohnen in Deutschland, Enschede 2005). Vor allem seit 2001 ist die Zahl der Niederländer in der deutschen Grenzregion stark angestiegen, und die Tendenz wird sich wahrscheinlich fortsetzen. In der Bestenliste 15 deutscher Gemeinden, mit vielen niederländischen Mitbürgern, steht Kranenburg bereits an vierter und Kleve an zweiter Stelle. Kranenburg und Bad Bentheim sind die beiden Gemeinden in der ganzen deutschen Grenzregion wo die Zahl der Niederländer am stärksten gestiegen ist. Nur ein kleiner Teil der Bevölkerung erwägt innerhalb von zwei Jahren umzuziehen, vor allem aus persönlichen Gründen. Ein kleiner Teil von ihnen erwägt einen Umzug über die Grenze. Es bestehen keine Anzeichen für erhebliche Umzugsströme von Niederländern aus Kranenburg zurück in die Niederlande; die kleine Gruppe die doch zurückkehrt hat dafür persönliche Gründe (z.B. Arbeit, Gesundheit, oder Familienumstände).
8
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Schlußfolgerungen • Um das Jahr 2000 war die Rede eines deutlichen Tendenzwandels in Bezug auf die Umzugsströme von den Niederlanden nach Deutschland. Die Zahl der Niederländer die sich in der deutschen Grenzregion niederließ nahm erheblich zu. Kranenburg ist eine der beiden Gemeinden entlang der ganzen niederländischen Grenze, mit dem stärksten Zuwachs niederländischer Mitbürger. Ein großer Teil von ihnen stammt aus der Region Groesbeek/Nimwegen. • Für die kommende Zeit wird eine Fortsetzung dieser Tendenz erwartet. Andererseits wird nicht die Rede von erheblichen Umzugsströmen in umgekehrter Richtung sein. Wie sich die Migrationsströme weiter entwickeln ist selbstverständlich wohl abhängig vom Umfang des Neubaus der in Kranenburg und in anderen Gemeinden realisiert werden kann. Soziale Bindung: Grenzen verblassen? Aus der vorerwähnten bundesweiten Studie geht hervor, dass Niederländer in Deutschland das Wohnen dort vor allem assoziieren mit Platz und Ruhe. Sie sind positiv über die deutsche Mentalität und über das Engagement zur Nachbarschaft. Auch strengen sie sich an zu integrieren. Wohl wird die Integration gehemmt durch die Nähe der Niederlande, wo sie noch arbeiten, Verwandte haben, die Kinder oft noch zur Schule gehen, und wo regelmäßig Einkäufe gemacht werden. Von den Einwohnern von Groesbeek und Breedeweg hat ungefähr 15% in den letzten zwei Wochen Verwandte oder Freunde in Deutschland besucht, und 4% überquerte die Grenze für Sport oder Verein. In De Horst sind die Zahlen ungefähr zwei mal so hoch. Unter Deutschen in Kranenburg sind die Zahlen ungefähr vergleichbar mit den Einwohnern von Groesbeek. Niederländische Einwohner von Kranenburg pflegen ihre Kontakte in viel intensiverem Maße über die Grenze: 66% besuchte in den letzten zwei Wochen Freunde oder Verwandte in den Niederlanden, und 26% überquerte die Grenze für Sport oder Verein. Außerdem überquerte 13% die Grenze für Schule, für sichselbst oder für ihre Kinder. Die täglichen Einkäufe machen die Bewohner meistens in ihrer eigenen Gemeinde, aber ungefähr ein Viertel macht die Einkäufe auch schon mal über die Grenze. Nicht-tägliche Einkäufe werden öfter über die Grenze gemacht, vor allem in Kleve und Nimwegen. Einwohner von Groesbeek und deutsche Einwohner von Kranenburg arbeiten hauptsächlich in ihrer eigenen Region; davon sagt ungefähr 2% jenseits der Grenze zu arbeiten. Ganz anders liegt das für die Niederländer in Kranenburg: von Ihnen arbeitet 83% über die Grenze in den Niederlanden (davon fast die Hälfte in Nimwegen). Auch fragte man die Bevölkerung, ob sie öfters die Grenze überschreiten als vor fünf Jahren. Ungefähr die Hälfte sagt ungefähr genauso oft die Grenze zu überqueren. Unter Einwohnern von Groesbeek und Niederländern in Kranenburg (die dort schon länger als fünf Jahre wohnen) ist der Anteil der öfters die Grenze überquert wohl größer als der Anteil der sagt gerade weniger oft die Grenze zu passieren. Für Deutsche in Kranenburg gilt das nicht: für sie hat sich nicht viel geändert. Niederländer in Kranenburg konnten übrigens wählen, ob sie die Umfrage in der niederländischen oder in der deutschen Sprache ausfüllen wollten, 38% hat sich für die deutsche Version entschieden. Schlußfolgerungen • Im Allgemeinen sieht es so aus, dass die Niederländer sich bemühen in die deutsche Gesellschaft zu integrieren. Dennoch ist noch immer die Rede von einer starken Bindung mit den Niederlanden. Die Arbeitspartizipation unter dieser Gruppe ist sehr hoch und 83% der Personen die arbeiten oder studieren macht das in den Niederlanden. Auch für den Besuch der Verwandtschaft, oder (in geringerem Maße) für das Treiben von Sport überqueren sie regelmäßig die Grenze. • Abgesehen von diesen Migranten überqueren auch Niederländer aus Groesbeek (die dort schon länger als fünf Jahre wohnen) öfters die Grenze als vor 5 Jahren. Diese Gruppe besucht Deutschland vor allem zum Einkauf, und im geringeren Maße für Familienbesuche und Arbeit. Dass öfters Verwandte und Freunde besucht werden liegt auf der Hand angesichts der zugenommenen Zahl der Niederländer diesseits der Grenze. • Deutsche in Kranenburg überqueren nicht, oder kaum öfter die Grenze als vor fünf Jahren. Die Zunahme des (örtlichen) Grenzverkehrs kommt also vor allem auf das Konto der Niederländer aus sowohl Groesbeek als Kranenburg.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
9
Grenzüberquerungen Einwohner von Groesbeek besuchen im Durchschnitt zweimal pro 14 Tage Deutschland. Deutsche aus Kranenburg besuchen die Niederlande im Durchschnitt 1,7 mal; Niederländer in Kranenburg 12,2 mal (also fast jeden Tag). Die erwachsene Bevölkerung von Kranenburg und Groesbeek zusammen, besuchen das Nachbarland insgesamt ungefähr 31.500 mal pro Woche. Ungefähr ein Viertel dieser Besuche kommt auf das Konto der Niederländer, die kürzer als fünf Jahre in Kranenburg wohnen. Es handelt sich hier also um einen ganz neuen Verkehrsstrom. Die meisten Besuche werden mit dem Pkw gemacht. Einwohner von Groesbeek und Deutsche aus Kranenburg besuchen das Nachbarland vor allem zum Einkaufen und/oder zum Tanken (60% der Besuche); bei 20% der Besuche handelt es sich um Familienbesuche oder Besuche an Freunden. Von den Grenzüberschreitenden Fahrten von Niederländern aus Kranenburg bezieht sich 50% auf Arbeit; Einkäufe machen, oder Freunde besuchen umfassen fast ein Viertel der Besuche. Was das Reiseziel angeht, richten Einwohner von Groesbeek sich hauptsächlich auf Kranenburg und Kleve. Einwohner von Kranenburg (sowohl Deutsche als Niederländer) die die Grenze passieren haben oft Groesbeek oder Nimwegen als Reiseziel, aber auch wohl andere Gemeinden. Die am meist benutzten Grenzübergängen sind Wylerbaan-Nimwegerstraße (48%) und Nieuwe Rijksweg (N325)-Bundesstraße (B9) (22%). Schlußfolgerungen • Sowohl in Groesbeek als Kranenburg überqueren 4 von 10 Einwohnern mindestens einmal pro Woche die Grenze. Von den Niederländern in Kranenburg beträgt dieser Prozentsatz jedoch gut 90%. Auch die Bevölkerung von De Horst passieren überdurchschnittlich die Grenze. • Einwohner von Groesbeek und Kranenburg ab 16 bzw. 18 Jahren besuchen den Nachbarstaat ungefähr 31.500 mal pro Woche. Diese Zahl ist bedeutend höher als vor fünf Jahren. Die Zunahme wird hauptsächlich verursacht durch die Gruppe von Niederländern die sich in den letzten fünf Jahren in Kranenburg niederließ. Der neue Verkehrsstrom der durch diese Gruppe verursacht wird, nimmt ungefähr ein Viertel der gesamten Grenzüberschreitungen von Einwohnern der beiden Gemeinden in Anspruch. • Ungefähr die Hälfte der Grenzüberschreitungen von Einwohnern aus den Gemeinden Groesbeek und Kranenburg verläuft über die Wylerbaan (bei der Lottoannahmestelle in Wyler). Potentielle Benutzung Cranenburgsestraat Zum Schluß fragte man die Bewohner, ob sie einen anderen Grenzübergang benützten, wenn alle Grenzübergänge geöffnet wären für den gesamten Verkehr. Von den Einwohnern der Gemeinde Groesbeek sagt in diesem Fall 30% meistens, und nochmals 12% ab und zu, einen anderen Grenzübergang zu benutzen. In De Horst liegen diese Zahlen viel höher, in Breedeweg niedriger. Von den Deutschen in Kranenburg würden im diesen Fall 6% meistens einen anderen Grenzübergang benutzen und von den Niederländern 15%. Es wurde nicht spezifisch nach dem Grenzübergang Cranenburgsestraat gefragt, aber fast alle Befragten die eine andere Grenze benutzen würden nannten dabei Cranenburgsestraat. In diesem Bericht wird zugleich eine sehr globale Einschätzung der Zahl der Grenzüberschreitungen gemacht im Falle einer Wiedereröffnung des Grenzübergangs Cranenburgsestraat. Diese Berechnung zeigt, dass es dabei um ungefähr einen Viertel der gesamten Grenzüberschreitungen der Bürger von Groesbeek und Kranenburg handeln könnte: ungefähr 7.500 Besuche ans Nachbarland pro Woche (Erwachsene). Vor allem Einwohner von De Horst würden sich für diesen Grenzübergang entscheiden, aber im absoluten Sinne sind sie nur ein kleiner Teil der Grenzpassanten insgesamt. Diese Zahlen sind sehr indikativ und unter anderem abhängig von der Art und Weise wie der Grenzübergang erschlossen wird. Schlußfolgerungen • Wenn alle Grenzübergänge geöffnet wären, würden 30% der groesbeeker Bevölkerung meistens einen anderen Grenzübergang benutzen, und 12% ab und zu. Von den Deutschen in Kranenburg würden 6% meistens einen anderen Grenzübergang wählen und von den Niederländern 15%. • Eine sehr indikative Berechnung des potentiellen Gebrauchs zeigt, dass ein wieder eröffneter Grenzübergang Cranenburgsestraat möglicherweise einen Viertel der gesamten Grenzüberschreitungen erwarten könnte, im Hinblick auf die groesbeeker und kraneburger Bevölkerung. Vor allem die Bevölkerung von De Horst würde sich für diesen Grenzübergang entscheiden, aber sie gehören nur zu einem kleinen Teil der potentiellen Grenzpassanten insgesamt.
10
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
HOOFDSTUK 1
Inleiding Aanleiding en doel Jarenlang kon de tussen de gemeenten Groesbeek en Kranenburg gelegen landsgrens enkel gepasseerd worden bij de bewaakte grensovergang Oude Kleefsebaan/Wylerbaan te Wyler. De overige grensovergangen mochten niet per auto worden gepasseerd en waren daarom voorzien van verkeerswerende obstakels. Een situatie die pas in 1993 veranderde nadat het 'Verdrag van Schengen' werd getekend. Met dit verdrag wordt een vrij verkeer van personen en goederen bewerkstelligd binnen de grenzen van de Europese Unie. Door menigeen werd dit verdrag echter ook geïnterpreteerd, als een vrijbrief voor het slopen van de fysieke obstakels bij de gesloten grensovergangen. Zo ook bij de grensovergang Cranenburgsestraat, welke in de volksmond ook wel bekend staat onder de naam Altena-Hettsteeg. Omwille van het milieu en de leefbaarheid heeft de gemeente in 1994 een einde gemaakt aan het gebruik van de grensovergang Cranenburgsestraat door het wegvak net voor de grensovergang gesloten te verklaren voor alle gemotoriseerd verkeer op meer dan 2 wielen met uitzondering van landbouwverkeer. Dit besluit is het begin geweest van een juridisch gevecht tussen voor- en tegenstanders van een open grensovergang Cranenburgsestraat. Uiteindelijk heeft de Raad van State besloten om alle genomen besluiten in deze kwestie te vernietigen met uitzondering van het voornoemde eerste besluit uit 1994. Met de aanleg van een carterrammer ter ondersteuning van die geslotenverklaring is in 2003 een daadwerkelijk einde gemaakt aan het gebruik van de Cranenburgsestraat als grensovergang. Ten opzichte van twaalf jaar terug is de situatie echter wel veranderd. Langs de gehele grens met Duitsland besluiten steeds meer bewoners van Nederlandse gemeenten te verhuizen naar de Duitse grensstreek. Financiële overwegingen (zoals grondprijzen, aftrek hypotheekrente en belastingen), krapte op de Nederlandse woningmarkt en het steeds verder ‘wegvallen van de grenzen’ spelen daarbij een rol. Ook in Kranenburg vestigen zich steeds meer Nederlanders, onder meer uit Groesbeek. De nieuwe bewoners integreren min of meer in de Duitse samenleving, maar velen onderhouden ook nog banden met Nederland via bijvoorbeeld werk, sociale contacten en familie of recreatieve activiteiten. Het is waarschijnlijk dat deze ontwikkeling leidt tot een toenemend grensoverschrijdend verkeer, maar aard en motieven ervan waren niet inzichtelijk. Die toenemende grensoverschrijdende mobiliteit wordt breed gezien als een belangrijk argument voor het eventueel in ere herstellen van de kortste route tussen Groesbeek en Kranenburg. Het kan daarbij gaan om het opnieuw openstellen van het wegvak net voor de grensovergang Cranenburgestraat of om een andere, nieuw aan te leggen ontsluitingsweg. De eventueel nieuwe route is daarbij niet bedoeld voor regionaal verkeer (bijvoorbeeld tussen Kleve en Nijmegen), maar voor lokaal verkeer tussen Kranenburg en het zuidelijk en oostelijk deel van de gemeente Groesbeek. Om echter een weloverwogen afweging te kunnen maken, is onder andere meer inzicht gewenst in het verplaatsingsgedrag.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
11
De gemeente Groesbeek heeft daarom opdracht gegeven voor een onderzoek naar het verplaatsingsgedrag tussen de gemeenten Groesbeek en Kranenburg. De gemeente Kranenburg heeft volop medewerking aan het onderzoek verleend en enkele extra vragen ingebracht. Het onderzoek is uitgevoerd door het bureau Oostveen Beleidsonderzoek en Advies uit Enschede en bestaat uit een bewonersenquête in de twee gemeenten en een analyse op bevolkingsbestanden. Het doel van het onderzoek is het in kaart brengen van de binding tussen Groesbeek en Kranenburg. Deze binding wordt geoperationaliseerd als enerzijds de verwevenheid tussen de twee gemeenten (zoals het aantal inwoners dat uit het buurland afkomstig is), maar anderzijds en vooral als het feitelijke verplaatsingsgedrag. Het is immers uiteindelijk het verplaatsingsgedrag dat belangrijk is bij de onderbouwing van een nieuw besluit over openstelling van een extra grensovergang. Bij de uiteindelijke afweging en eventueel te volgen procedures zal het verplaatsingsgedrag (en daarmee de behoefte aan openstelling) slechts een van de aspecten zijn. Verplaatsingsgedrag en binding zijn echter de enige aspecten die in dit onderzoek werden betrokken. Er is dus bijvoorbeeld niet gekeken naar zaken zoals de verkeerseffecten, mogelijke overlast, milieu-effecten, bouwprognoses en financiële aspecten. Ook verkeerstellingen maken geen onderdeel uit van dit onderzoek. Onderzoekspopulatie Omdat een eventuele extra grensovergang alleen het lokale verkeer zou moeten bedienen beperkt het onderzoek zich tot de inwoners van Groesbeek en Kranenburg. In Groesbeek wordt onderscheid gemaakt tussen de gebieden Groesbeek-noord (ten noorden van de spoorlijn), Groesbeek-zuid, De Horst en Breedeweg, omdat de nieuwe grensovergang niet voor elk gebied even urgent zal zijn. De gebiedsindeling is overeenkomstig de geografische indeling van de beschikbare bevolkingsbestanden. De gemeentelijke bebouwing aan de noordrand van de gemeente, zoals Berg en Dal en Heilig Landstichting, is niet in het onderzoek betrokken. Waar in dit rapport wordt gesproken over inwoners van Groesbeek, wordt bedoeld de inwoners van de vier genoemde gebieden (ook de omliggende gebieden buiten de bebouwde kom), exclusief Berg en Dal en Heilig Landstichting. In Kranenburg is onderscheid tussen wijken of dorpen, in het licht van de doelstelling, minder nuttig. Welke grensovergang men zou gaan gebruiken is voor inwoners van Kranenburg niet zozeer afhankelijk van hun exacte woonplaats, maar vooral van de bestemming in Nederland. Er is wel een andere belangrijke tweedeling te maken, namelijk tussen de Nederlandse bewoners en de autochtone, Duitse bevolking. Van de Nederlanders heeft het overgrote merendeel zich pas de laatste jaren gevestigd en zij zijn nog in sterke mate georiënteerd op Nederland. Daarom wordt in Kranenburg onderscheid gemaakt tussen inwoners met een Nederlandse en met een Duitse nationaliteit. Nederlanders die zich in Duitsland vestigen behouden vrijwel altijd de Nederlandse nationaliteit. Inwoners met een andere nationaliteit dan de Duitse of Nederlandse zijn in Kranenburg niet in het onderzoek betrokken. Zij maken echter slechts 2% van de totale volwassen bevolking uit. Uitvoering van het onderzoek Voor het onderzoek werd een beperkte analyse uitgevoerd op de bevolkingsbestanden van de gemeenten, met name wat betreft migratie en het aandeel Duitsers respectievelijk Nederlanders. Daarnaast is een bewonersenquête gehouden. De vragenlijst werd opgesteld in overleg tussen de gemeente Groesbeek, Gemeinde Kranenburg en het onderzoeksbureau. Voor deze enquête werden steekproeven getrokken uit de bevolkingsbestanden van Groesbeek (exclusief Berg en Dal en Heilig Landstichting) en Kranenburg. De steekproeven werden gestratificeerd naar vier woongebieden (in Groesbeek) en naar twee nationaliteiten (in Kranenburg). In elk van de zes groepen werden ongeveer 300 personen getrokken, zodanig dat per adres maximaal een persoon werd benaderd. Het was de bedoeling dat een steekproef werd getrokken uit alle inwoners van 16 jaar en ouder, maar in Kranenburg werd de leeftijdsgrens per abuis op 18 jaar gesteld.
12
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
De personen in de steekproef ontvingen begin december 2004 van hun gemeente een persoonlijke brief met vragenlijst en antwoordenvelop, die zonder postzegel kon worden teruggestuurd naar de gemeente. Inwoners van Groesbeek ontvingen de brief en enquête uiteraard in het Nederlands en Duitse inwoners van Kranenburg in het Duits. De Nederlandse inwoners van Kranenburg kregen ook een Duitstalige begeleidende brief, maar twee versies van de enquête: in het Nederlands en in het Duits. Zij konden dus kiezen of ze de vragenlijst in het Duits of in het Nederlands wilden invullen. Inwoners die de enquête na ongeveer een maand nog niet hadden teruggestuurd kregen een herinneringsbrief met het verzoek om alsnog mee te doen aan het onderzoek. Onder de respondenten werden tien zweefvluchten vanaf vliegveld Malden verloot. Respons Van de 2687 uitgezette enquêtes in de twee gemeenten kwamen er uiteindelijk 1721 retour. De totale respons bedroeg daarmee 64%. Dat is een goede respons voor dit soort onderzoek. Onder Duitse inwoners van Kranenburg was de respons wat lager, maar nog altijd 57%. In Groesbeek was de respons het laagst in Groesbeek-noord en het hoogst in De Horst. Responspercentages en aantallen per groep Gemeente
Woongebied/ nationaliteit
Groesbeek
Groesbeek-Noord Groesbeek-Zuid Breedeweg De Horst onbekend
5617 6483 2469 1273 -
443 467 421 406 -
255 310 274 302 1
58% 66% 65% 74% -
Groesbeek totaal Kranenburg
Bevolking 16+ (Kranenburg 18+)
Steekproef
Respondenten
Respons in %
15842
1737
1142
66%
Duitsers Nederlanders Andere nationaliteit
6404 1685 158
517 433 0
296 283 0
57% 65% -
Kranenburg totaal
8247
950
579
61%
2687
1721
64%
Totaal
In de vragenlijst is gevraagd naar leeftijd en geslacht. Dat maakt het mogelijk om op deze kenmerken de respondenten te vergelijken met de bevolking van 18 respectievelijk 16 jaar en ouder. Uit de vergelijking blijkt dat vrouwen onder de respondenten zijn oververtegenwoordigd, met name in Kranenburg. Naar leeftijd is zowel in Groesbeek als in Kranenburg sprake van een lichte ondervertegenwoordiging in de leeftijdsgroep 16-34 jaar en een lichte oververtegenwoordiging in de leeftijdsgroep 50-64 jaar, maar de verschillen zijn beperkt. Inwoners en respondenten naar geslacht en leeftijd, gemeente Groesbeek Geslacht / leeftijd
Bevolking 16+ (15 feb.2005)
Bevolking 16+ in % van totaal
Respondenten *
Respondenten in % van totaal *
Man Vrouw
7353 7868
48% 52%
473 661
42% 58%
16-34 jaar 35-49 jaar 50-64 jaar 65 jaar en ouder
3368 4458 3998 3397
22% 29% 26% 22%
223 349 331 223
20% 30% 29% 21%
Gemeente totaal
15221
100%
1142
100%
* Cijfers Kranenburg en toelichting zie volgende bladzijde.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
13
Inwoners en respondenten naar geslacht en leeftijd, gemeente Kranenburg Geslacht / leeftijd
Bevolking 18+ (15 feb.2005)
Bevolking 18+ in % van totaal
Respondenten *
Respondenten in % van totaal*
Man Vrouw
4174 3915
52% 48%
250 325
43% 57%
18-34 jaar 35-49 jaar 50-64 jaar 65 jaar en ouder
1762 2980 1780 1567
22% 37% 22% 19%
129 232 142 71
20% 37% 24% 19%
Gemeente totaal
8089
100%
579
100%
* De aantallen tellen niet op tot het totaal, omdat sommige mensen deze persoonlijke vragen niet invulden. De rechterkolom met percentages is gewogen om te corrigeren voor de steekproefstatificatie (woongebied in Groesbeek; nationaliteit in Kranenburg), maar nog niet naar geslacht. De respondenten die deze vragen niet hebben beantwoord zijn bij berekening van percentages buiten beschouwing gelaten. De bevolkingsaantallen zijn exclusief personen met een andere nationaliteit dan de Nederlandse of Duitse.
Omdat de steekproef was gestratificeerd naar groep, terwijl de zes groepen inwoners zeker niet even groot zijn is een herweging toegepast. Daarbij is gewogen naar de verhouding tussen het aantal inwoners (vanaf 16 resp. 18 jaar) en het aantal respondenten in elke groep. Door deze manier van wegen zijn tevens verschillen in respons gecorrigeerd, zodat de gewogen verdeling over wijken en nationaliteiten weer overeenkomt met de verdeling van de bevolking. Omdat sprake is van een vrij sterke oververtegenwoordiging van vrouwen en vrouwen mogelijk een iets ander verplaatsingsgedrag hebben dan mannen is een tweede herweging toegepast naar geslacht. Daarmee vormen de weergegeven resultaten een goede afspiegeling van de bevolking naar woonwijk, geslacht, leeftijd en (in Duitsland) nationaliteit. De enquête was duidelijk gericht op het verplaatsingsgedrag over de grens en het gebruik van verschillende grensovergangen. Dat draagt het risico met zich mee dat mensen die vaak de grens oversteken en/of belang hebben bij een extra grensovergang eerder meedoen aan het onderzoek. Om dit risico te beperken is geprobeerd een zo hoog mogelijke respons te behalen, onder meer door het verzenden van enquêtes door de eigen gemeente, gebruik van een antwoordnummer (in Kranenburg een al gefrankeerde antwoordenvelop), herinneringsbrief en het verloten van prijzen. Verder werd in de begeleidende brief nadrukkelijk aangegeven dat het belangrijk was om mee te doen, ook als men nooit of zelden de grens oversteekt. Het streven om door een zo hoog mogelijke respons te realiseren zo betrouwbaar mogelijke resultaten te verkrijgen lijkt te zijn gelukt. De respons van gemiddeld 64% is wat dat betreft zeker bevredigend te noemen. De respons is niet lager dan gebruikelijk bij dit type van onderzoek en de verschillen tussen de groepen zijn ook niet groter zijn dan normaal. Voor de (relatief beperkte) verschillen in respons tussen de zes hoofdgroepen (wijken en nationaliteiten) is gecorrigeerd door de weging. Naar leeftijd waren de verschillen zo beperkt dat herweging niet nodig was, ondanks het feit dat 65-plussers veel minder de grens oversteken dan de andere leeftijdsgroepen. Hoewel een lichte overwaardering van het aantal grensoverschrijdingen niet geheel is uit te sluiten, wijst dit alles er op dat de representativiteit van het onderzoek behoorlijk goed is. Opbouw van dit rapport In het tweede hoofdstuk wordt nu eerst een beeld geschetst van de bevolkingsopbouw en migratie. Dit hoofdstuk laat zien hoeveel Nederlanders in Kranenburg wonen en hoeveel Duitsers in Groesbeek en geeft tevens een beeld van verhuisstromen gedurende de afgelopen en komende jaren. In hoofdstuk 3 volgt een beschrijving van de sociale binding over de grens. Aangegeven wordt hoeveel mensen de grens oversteken voor het doen van boodschappen, voor werk of studie of voor meer sociale contacten zoals familiebezoek en deelname aan verenigingen. Ook de ontwikkeling in de sociale binding over de grens behandeld. Hoofdstuk 4 gaat over het feitelijke aantal grensoverschrijdingen. Aangegeven wordt hoe vaak men de grenzen oversteekt, via welke grensovergang en met welk doel. Ook wordt ingegaan op de ontwikkeling in het totaal aantal grensoverschrijdingen. Het laatste hoofdstuk tot slot geeft een beeld van het potentiële gebruik van de grensovergang Cranenburgsestraat in het geval dat deze heropend zou worden.
14
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
HOOFDSTUK 2
Bevolkingsopbouw en migratie In dit hoofdstuk zullen we in de eerste plaats een beschrijving geven van de samenstelling van de bevolking, migratiestromen en verhuiswensen. De gegevens zijn deels gebaseerd op een aantal vragen uit de enquête, maar worden aangevuld met enkele cijfers uit de bevolkingsbestanden van beide gemeenten en uit een landelijk onderzoek naar wonen in Duitsland. Grafieken zonder bronvermelding zijn gebaseerd op de enquête. Woonduur en herkomst van de bevolking Onderstaande grafiek toont in de eerste plaats de woonduur van de volwassen bevolking.
Woonduur volwassen bevolking
Groesbeek-noord Groesbeek-zuid Mijn hele leven
Breedeweg
Meer dan 20 jaar
De Horst
5-20 jaar Kranenburg Duitsers 2-5 jaar
Kranenburg Nederl.
Korter dan 2 jaar Groesbeek totaal Kranenburg totaal 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Van de inwoners van Groesbeek (vanaf 16 jaar) woont 58% al sinds de geboorte in de gemeente Groesbeek en nog eens 20% meer dan 20 jaar. Slechts een kleine groep van 6% is korter dan twee jaar in de gemeente gevestigd. In De Horst is de gemiddelde woonduur het hoogst: 74% is in de gemeente geboren. In Breedeweg is dat 68%. De groep die in de eigen gemeente is geboren is het kleinst in Groesbeek-noord, maar ook daar nog 51%. In Kranenburg is het beeld anders. Van de bevolking (vanaf 18 jaar) is 38% in de gemeente Kranenburg geboren en 22% woont er al minstens 20 jaar. De groep inwoners die korter dan 5 jaar in de gemeente woont is met 20% veel groter dan in Groesbeek. Dat komt vooral door de Kranenburgers met Nederlandse nationaliteit: van deze groep heeft 71% zich pas de laatste vijf
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
15
jaar gevestigd. Het beeld van de autochtone Kranenburgers wijkt niet veel af van dat van de totale bevolking van Groesbeek. Aan alle bewoners die niet in de eigen gemeente zijn geboren werd ook gevraagd waar men voor die tijd woonde. Deze cijfers worden in onderstaande grafiek weergegeven.
Herkomst van de volwassen bevolking
Groesbeek geboren in Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Nederlanders Kranenburg
geboren in Kranenburg
geboren in Kranenburg
elders geboren
elders geboren
elders geboren
Nijmegen
Duitsland ander land
elders Nederland
Kleve
Nijmegen
Gennep/MookMidd./Heumen Rijk v.Nijmeg. overig
Groesbeek Nederland ander land
elders Duitsland
Rijk v.Nijmeg. overig
ander land Kleve Goch
elders Duitsland elders Nederland
Rijk van Nijmegen bestaat uit de gemeenten Groesbeek, Nijmegen, Lingewaard, Beuningen, Heumen, Millingen aan de Rijn, Mook en Middelaar, Ubbergen en Wijchen.
Van de volwassen bevolking van Groesbeek woonde 42% eerder in een andere gemeente. Een op de drie van hen woonde eerder in Nijmegen, 12% in een van de buurgemeenten Gennep, Mook en Middelaar of Heumen, 10% in een van de andere gemeenten in het Rijk van Nijmegen en 43% in een andere gemeente in Nederland. Slechts 1% van de inwoners van Groesbeek woonde voorheen in Duitsland en nog eens 1% in een ander land. Deze bevindingen komen overeen met cijfers van het CBS over de nationaliteit van bewoners. De gemeente Groesbeek kende op 1 januari 2004 64 inwoners met een Duitse nationaliteit: dat is 0,3% van de totale bevolking. Van de autochtone bevolking van Kranenburg heeft 54% eerder in een andere gemeente genoemd. Van deze vestigers is ruim de helft afkomstig uit Kleve en 40% uit een andere gemeente in Duitsland. Verder heeft 4% eerder in Nederland gewoond en 2% in een ander land. Van de Nederlanders in Kranenburg woonde 93% eerder in een andere gemeente. Van deze vestigers woonde 10% eerder in een andere gemeente in Duitsland (waarvan de helft in Kleve). Minder dan 1% vestigde zich vanuit een ander land en 89% is rechtstreeks uit Nederland gekomen, waarvan 16% uit Groesbeek, 18% uit Nijmegen en 14% uit een andere gemeente uit het Rijk van Nijmegen. Dat betekent dat ongeveer de helft van de Nederlanders in Kranenburg zich heeft gevestigd vanuit de aangrenzende regio Rijk van Nijmegen. Groesbeek kent dus weinig inwoners afkomstig uit Duitsland, maar in Kranenburg wonen wel veel inwoners die zich vanuit Nederland hebben gevestigd. Vooral de laatste vijf jaar hebben veel Nederlanders zich in de gemeente Kranenburg gevestigd en inmiddels vormen zij 21% van de volwassen bevolking. Onderstaande grafiek laat het aandeel per dorp zien.
16
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Kranenburg: aandeel Nederlanders per dorp
Kranenburg (30%) Frasselt (13%) Nederlanders Schottheide (16%) Duitsers
Nütterden (12%) Wyler (44%) Ander dorp (18%) 0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
De absolute aantallen zijn geschat op basis van de resultaten van de enquête en exclusief inwoners met een andere dan de Nederlandse of Duitse nationaliteit.
De meeste Nederlanders wonen in de dorpen Kranenburg en Nütterden. Ongeveer de helft van de Nederlanders woont in het dorp Kranenburg. In procenten van de totale bevolking van elk dorp (Nederlanders en Duitsers) zijn Nederlanders vooral sterk vertegenwoordigd in Wyler (44%) en Kranenburg (30%). Het aandeel Nederlanders is ook niet in elke leeftijdsgroep even groot, zoals onderstaande grafiek laat zien. Onder inwoners van 65 jaar en ouder bevinden zich relatief weinig Nederlanders, maar van de jongste leeftijdsgroep maken zij 29% uit.
Kranenburg: aandeel Nederlanders per leeftijdsgroep
18-34 jaar (29%) Nederlanders
35-49 jaar (20%)
Duitsers
50-64 jaar (24%) 65 jaar en ouder (10%) 0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
Bron: Gemeinde Kranenburg, Bevolkingsbestand.
In deze cijfers zijn de inwoners met een andere nationaliteit dan de Nederlandse of Duitse niet meegenomen. Volgens opgave van de gemeente wonen er in Kranenburg 158 personen vanaf 18 jaar met een andere nationaliteit: dat is 2% van de volwassen bevolking. Migratie De grafiek op bladzijde 15 laat zien hoeveel procent van de bevolking zich de afgelopen twee en vijf jaar heeft gevestigd in de beide gemeenten. Het gaat daarbij echter om kleine groepen die minder dan 10% van de bevolking uitmaken. Alleen van de Nederlanders in Kranenburg heeft het merendeel zich de afgelopen vijf jaar gevestigd.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
17
Vanuit het bevolkingsbestand van de gemeente Groesbeek is meer informatie bekend over de personen die de afgelopen jaren zijn verhuisd van en naar deze gemeente. Het aantal vestigers en vertrekkers naar land wordt weergegeven in onderstaande grafiek.
Groesbeek: vestiging en vertrek naar land
vestiging 1995-1999 vestiging 2000-2004
Duitsland Nederland
vertrek 1995-1999 ander land vertrek 2000-2004 0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
3.500
Bron: Gemeente Groesbeek, Bevolkingsbestand.
Gedurende de afgelopen 10 jaar (1 december 1994 tot 1 december 2004) hebben zich in totaal 6194 personen gevestigd in de gemeente Groesbeek. Van deze vestigers is 80% afkomstig uit een andere gemeente in Nederland, 4% uit Duitsland en 16% uit een groot aantal andere landen zoals de Nederlandse Antillen, Verenigde Staten, België, Indonesië, Groot-Brittannië en China. Het aandeel personen gevestigd vanuit Duitsland is niet toegenomen: zowel in de periode 1995-1999 als in de periode 2000-2004 bedroeg dat 4%. In dezelfde periode zijn 6368 personen vertrokken vanuit Groesbeek. Van hen is 87% vertrokken naar een andere gemeente in Nederland, 6% naar Duitsland en 7% naar andere landen. Bij het vertrek is wel een belangrijk verschil tussen de twee periodes. In de jaren 1995-1999 verhuisde 3% van de vertrekkers naar Duitsland; tussen 2000 en 2004 betrof het 8%. Dat het aantal personen dat emigreerde naar Duitsland is toegenomen blijkt ook uit onderstaande grafiek. In de jaren 1995 tot en met 1997 verhuisden jaarlijks minder dan 10 personen naar Duitsland; in de jaren 1998 tot en met 2000 ruim 20 en in de jaren 2001 tot en met 2003 ongeveer 70 per jaar. Het laatste jaar was het aantal vertrekkers naar Duitsland weer lager: ongeveer 40. Onder de vertrekkers bevindt zich ook een aantal mensen dat in Duitsland was geboren en dus terugkeert naar hun geboorteland (gemiddeld 15%), maar het is vooral het aantal autochtone Nederlanders dat in grotere aantallen naar Duitsland is verhuisd.
Groesbeek: emigranten naar Duitsland per jaar 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004
geboren Nederland geboren Duitsland geboren ander land
0
20
40
60
80
100
Bron: Gemeente Groesbeek, Bevolkingsbestand. Elk jaar staat voor de periode van 1 december van het voorafgaande jaar tot en met 30 november van het genoemde jaar.
18
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Uiteraard hebben niet alle verhuizers zich in Kranenburg gevestigd, net zo min als de immigranten van Kranenburg allemaal uit Groesbeek afkomstig zijn. Eerder zagen we dat van de Nederlanders die zich in Kranenburg hebben gevestigd slechts 16% uit Groesbeek afkomstig is. Van de in bovenstaande grafieken weergegeven verhuizers uit Groesbeek naar Duitsland is niet bekend in welke gemeente zij zich hebben gevestigd. Nederlanders in andere Duitse gemeenten Het aantal Nederlanders dat zich in Kranenburg heeft gevestigd kan worden vergeleken met de aanwas in andere Duitse gemeenten. Het bureau I&O Research uit Enschede heeft onlangs een uitgebreid onderzoek gedaan naar Nederlanders in het hele Nederlands-Duitse grensgebied. Onder meer werd het aantal Nederlanders in de grensregio in kaart gebracht. Dit betreft het gebied waarin gemeenten liggen waarvan bekend was dat er veel Nederlanders wonen: globaal een gebied met een breedte van ongeveer 20 tot 25 kilometer van de grens. Ook dit onderzoek laat zien dat vanaf 2000 sprake is van een forse groei van het aantal Nederlanders in Duitsland. Tot en met 1999 was het aantal Nederlanders in de Duitse grensregio stabiel rond de 14.000. Eind 2004 woonden er 22.000 Nederlanders in het gebied. Vooral in 2002 was sprake van een forse toename (16%). In de overige jaren sinds 2001 schommelt de jaarlijkse toename rond de 10%. Overigens zal – bij gelijkblijvende absolute aantallen - de groei ten opzichte van vorig jaar iets afnemen naarmate de basispopulatie (het aantal Nederlanders dat zich al in Duitsland heeft gevestigd) groter wordt.
Aantal Nederlanders in de Duitse grensregio, 1995-2007
Nederlanders in Duitse grensregio, 1995-2007 1995
Procentuele groei Nederlanders t.o.v. vorig jaar 2000
1996 1997
2001
1998 1999
2002
2000 2001
2003
2002 2004
2003 2004
0%
2005
5%
10%
15%
20%
25%
2006 2007 feitelijk 0
5.000
10.000
15.000
20.000
25.000
prognose
30.000
Bron: I&O Research: Wonen in Duitsland (2005).
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
19
De cijfers zijn ook per gemeente beschikbaar. Alle gemeenten waar meer dan 300 Nederlanders wonen zijn weergegeven in onderstaande figuur. Het grootste aantal Nederlanders woont in Emmerich. In de top 15 staat Kleve op een tweede plaats met 2133 inwoners. Kranenburg neemt inmiddels de vierde plaats in met 1763 Nederlandse inwoners. De recente aanwas (sinds 2000) is niet in elke gemeente even groot. Het aantal Nederlanders dat zich de afgelopen 4 jaar heeft gevestigd is het grootst in de gemeenten Bad Bentheim (958) en Kranenburg (924). In Kranenburg is het aantal Nederlanders in deze periode meer dan verdubbeld.
Aantal Nederlanders per Duitse gemeente in de grensregio, 2000 en 2004 Emmerich Kleve Gronau Kranenburg Emlichheim 2000
Uelsen Goch
toename 2000-2004
Bad Bentheim Nordhorn Bocholt Neuenhaus Ahaus Isselburg Bedburg Rees 0
500
1.000
1.500
2.000
2.500
3.000
Bron: I&O Research: Wonen in Duitsland (2005). Weergegeven zijn alleen gemeenten in de grensstreek met meer dan 300 Nederlandse bewoners.
In het kader van hetzelfde onderzoeksrapport werd ook gesproken met makelaars over de verwachte toekomstige ontwikkeling. Zij geven aan dat de vraag naar woningen in Duitsland sinds begin 2004 ongeveer een derde lager is dan een paar jaar eerder (2000, 2001). Dat heeft onder meer te maken met algemene ontwikkelingen in de economie en woningmarkt waardoor mensen iets minder snel verhuizen. Verder bereiden potentiële verhuizers zich steeds beter voor op een mogelijke emigratie naar Duitsland en maken ze een grondige analyse van voor- en nadelen. Het prijsvoordeel is echter nog steeds groot, zodat het financieel aantrekkelijk blijft een woning in Duitsland te kopen. De makelaars verwachten daarom dat de vraag naar Duitse woningen niet substantieel zal afnemen. (Bron: Wonen in Duitsland; I&O Research, Enschede, 2005) Uiteraard is de feitelijke toekomstige ontwikkeling van het aantal Nederlanders in de gemeente Kranenburg mede afhankelijk van de bouwplannen in die gemeente en, indirect, van die in andere Duitse en Nederlandse gemeenten. Verhuiswensen In de enquête in Groesbeek en Kranenburg is aan bewoners gevraagd of zij overwegen om binnen twee jaar te verhuizen en zo ja, naar welke gemeente en om welke reden. Het aandeel mensen dat overweegt te verhuizen wordt weergegeven in onderstaande grafiek.
20
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
‘Overweegt u om binnen twee jaar te gaan verhuizen?’ Groesbeek-noord Groesbeek-zuid Breedeweg Ja, waarschijnlijk ga ik verhuizen
De Horst
Ik twijfel daarover Kranenburg Duitsers
Nee, ik heb geen verhuisplannen
Kranenburg Nederl. Groesbeek totaal Kranenburg totaal 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Van de bewoners van Groesbeek zegt 8% waarschijnlijk binnen twee jaar te gaan verhuizen en nog eens 6% twijfelt daarover. In De Horst is het aandeel potentiële verhuizers duidelijk lager dan in de andere delen van Groesbeek die elkaar verder niet veel ontlopen. Van de inwoners van Kranenburg zegt 6% waarschijnlijk binnen twee jaar te gaan verhuizen en 5% twijfelt nog. Onder de Nederlanders in Kranenburg lijkt het aantal verhuizers iets hoger, maar het verschil is niet significant en het aandeel potentiële verhuizers is zeker niet hoger dan onder inwoners van Groesbeek. Van de mensen die overwegen te verhuizen is gevraagd naar welke plaats men zou willen verhuizen. De cijfers worden in onderstaande grafiek weergegeven, maar gezien de kleine aantallen moeten ze wel zeer voorzichtig worden geïnterpreteerd.
‘Indien u overweegt te verhuizen, naar welke plaats dan?’ Groesbeek
Duitsers Kranenburg
in Groesbeek Nijmegen Gennep/MookMidd./Heumen
Nederlanders Kranenburg
in Kranenburg
in Kranenburg
Kleve
Kleve
elders Duitsland
elders Duitsland
Nederland
Nederland
ander land
ander land
weet ik nog niet
weet ik nog niet
elders Nederland Duitsland ander land weet ik nog niet 0%
20%
40%
60%
0%
20%
40%
60%
0%
20%
40%
60%
Men kon meer antwoorden geven. Omdat slechts een klein aantal mensen overweegt te verhuizen en dus de vraag heeft ingevuld zijn de percentages slechts indicatief.
Van de Nederlanders in Groesbeek die overwegen te verhuizen overweegt het merendeel in Groesbeek te blijven of beschouwt Groesbeek in ieder geval als een van de mogelijkheden. In Kranenburg is de groep die een andere woning in de gemeente zoekt veel kleiner: zowel onder Nederlanders als onder Duitsers ongeveer een kwart. Onder de Nederlanders die overwegen te verhuizen twijfelt een relatief grote groep over terugkeer naar Nederland (grotendeels in de regio Nijmegen); ook van de Duitsers denkt een deel aan Nederland.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
21
Voor een beter inzicht in de verhuisredenen is ook gevraagd naar de reden van de mogelijke verhuizing. In de meeste gevallen spelen persoonlijke omstandigheden een rol zoals verandering in gezinssituatie, werk, studie of gezondheidssituatie. Kleinere groepen bewoners willen een groter of juist kleiner huis of willen goedkoper wonen. Opvallend is dat van de (kleine) groep bewoners die overweegt naar Duitsland te verhuizen niemand als reden aangeeft dat ze goedkoper willen wonen; wel noemt een aantal van hen ‘een groter huis’. De Nederlanders in Kranenburg die overwegen naar Nederland te verhuizen dragen daarvoor vooral persoonlijke omstandigheden aan.
‘Indien u overweegt te verhuizen, om welke reden dan?’ Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Nederlanders Kranenburg
persoonlijke omstandigheden
persoonlijke omstandigheden
persoonlijke omstandigheden
groter huis
groter huis
groter huis
goedkoper wonen
goedkoper wonen
goedkoper wonen
kleiner wonen
kleiner wonen
kleiner wonen
anders
anders
anders
0%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
Men kon meer antwoorden geven. Omdat slechts een klein aantal mensen overweegt te verhuizen en dus de vraag heeft ingevuld zijn de percentages slechts indicatief.
In het onderzoek van I&O Research werden groepsgesprekken gevoerd met Nederlandse bewoners in Duitse gemeenten. Daarin werd onder meer gevraagd of de deelnemers verwachten nog lang in Duitsland te blijven wonen. Dit zijn de meeste mensen inderdaad van plan: “Het beeld dat overheerst is dat van enthousiaste en tevreden Nederlanders die het erg prettig vinden om in Duitsland te wonen, blij zijn met hun omgeving en buurt (en de buurt met hen!) en zeker niet van plan zijn om terug te gaan naar Nederland”. Slechts een klein aantal personen is de afgelopen jaren teruggekeerd, maar dat was om heel persoonlijke redenen zoals ziekte, scheiding of werkloosheid. Over de lange termijn zijn sommige deelnemers minder zeker, in verband met onbekendheid met Duitse ouderdomsvoorzieningen en voor enkele bewoners de wens later dichter bij de (klein)kinderen te wonen.
Conclusies • Rond het jaar 2000 was sprake van een duidelijke trendbreuk in de verhuisstromen van Nederland naar Duitsland. Het aantal Nederlanders dat in de Duitse grensstreek ging wonen nam aanzienlijk toe. Kranenburg is een van de twee gemeenten langs de gehele Nederlandse grens met de sterkste toename van het aantal Nederlandse bewoners. Een groot deel van hen is afkomstig uit de regio Groesbeek/Nijmegen. • Voor de komende jaren wordt een voortzetting van deze trend verwacht. Anderzijds zal geen sprake zijn van aanzienlijke verhuisstromen in omgekeerde richting (‘spijtoptanten’). Hoe de migratiestromen zich verder ontwikkelen is uiteraard wel afhankelijk van de hoeveelheid nieuwbouw die kan worden gerealiseerd in Kranenburg en in andere gemeenten.
22
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
HOOFDSTUK 3
Sociale binding: grenzen vervagen? De afgelopen jaren zijn dus steeds meer Nederlanders over de grens gaan wonen. Ook voor bewoners die niet verhuisden zijn er dingen veranderd zoals het steeds verder ‘vervagen’ van de grenzen en de invoering van de euro als gemeenschappelijke munt. In dit hoofdstuk bekijken we de gevolgen van deze ontwikkelingen voor de sociale binding tussen Nederland en Duitsland in het algemeen, en tussen Groesbeek en Kranenburg in het bijzonder. Ook wordt beschreven hoe veel mensen de grens oversteken en voor welke doelen. Het grootste deel van dit hoofdstuk is gebaseerd op de enquête in Groesbeek en Kranenburg. We bekijken onder meer grensoverschrijdingen voor sociale contacten, de plaatsen waar men boodschappen doet en waar men werkt of een opleiding volgt. We beginnen echter met een korte algemene beschrijving van integratie van Nederlanders in Duitsland. Nederlanders in Duitsland In het kader van het eerder genoemde onderzoek van I&O Research werd met groepen bewoners gesproken over de praktijk van het wonen over de grens. Wonen in Duitsland werd vooral geassocieerd met ruimte en rust, maar ook de Duitse mentaliteit werd (in positieve zin) regelmatig genoemd. Veel van de nieuwe bewoners zijn positief over de betrokkenheid in de buurt (‘Nachbarschaft’) en willen zeker moeite doen om te integreren in de Duitse samenleving. Zij ervaren dat ze snel worden opgenomen in de nieuwe buurt maar ervaren de taal in het begin toch als lastig. Wel wordt opgemerkt dat integratie in Duitsland wordt geremd door de nabijheid van Nederland. Mensen werken nog in Nederland, hebben daar familie, kinderen gaan er soms naar school en men winkelt soms in Nederland. Uit een inventarisatie door het Grafschaft Bentheim (Uelsen, Emlichheim en Bad Bentheim) in het schooljaar 2003/2004 bleek dat van de 570 Nederlandse kinderen van 6-16 jaar 57% naar een Duitse school ging. Er waren wel verschillen tussen gemeenten: in gemeenten waar een relatief groot deel van de Nederlanders pas kort in Duitsland woont gaan nog veel Nederlandse kinderen naar een Nederlandse school. In Bad Bentheim bijvoorbeeld geldt dat voor tweederde van de Nederlandse kinderen. Sociale contacten In de rest van dit hoofdstuk bespreken we de feitelijke grensoverschrijdingen door inwoners van Groesbeek en Kranenburg. In de grafiek op de volgende bladzijde wordt weergegeven hoeveel procent van de bevolking in de 14 dagen voorafgaand aan het invullen van de enquête minstens eenmaal de grens is overgestoken voor het bezoeken van familie en vrienden, voor sporten of verenigingsbezoek of voor school (eigen opleiding of het wegbrengen van de kinderen). Daarbij wordt gepercenteerd op alle inwoners, dus ook mensen die zelden of nooit de grens oversteken. De cijfers geven hiermee een indicatie van het aantal mensen dat sociale contacten onderhoudt over de grens.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
23
Van de inwoners van Groesbeek-noord en –zuid en Breedeweg bezocht ongeveer 15% familie of vrienden over de grens, terwijl ongeveer 4% de grens overstak voor sport of vereniging. In De Horst liggen die cijfers hoger: 25% bezocht familie of vrienden over de grens en 8% stak de grens over voor sport of vereniging. De binding met Duitsland lijkt in De Horst dus iets groter te zijn. Voor de Duitsers in Kranenburg zijn de cijfers ongeveer vergelijkbaar met Groesbeek. Nederlandse bewoners van Kranenburg onderhouden hun sociale contacten in veel sterkere mate over de grens: 66% bezocht familie of vrienden in Nederland en 26% stak de grens over voor sport of vereniging. Daarnaast is 13% van de bewoners de grens overgestoken om naar school te gaan of de kinderen daar naar toe te brengen: zij zitten dus in Nederland op school.
Aandeel bewoners dat afgelopen 14 dagen de grens passeerde voor … Groesbeek-Noord
Groesbeek-Zuid
Groesbeek De Horst
familie/vrienden
familie/vrienden
familie/vrienden
sport/verenig.
sport/verenig.
sport/verenig.
school
school
school
0%
20%
40%
60%
80%
0%
Groesbeek Breedeweg
20%
40%
60%
80%
Duitsers Kranenburg
0%
familie/vrienden
familie/vrienden
sport/verenig.
sport/verenig.
sport/verenig.
school
school
school
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
40%
60%
80%
Nederlanders Kranenburg
familie/vrienden
0%
20%
0%
20%
40%
60%
80%
Inkopen In de enquête waren ook twee vragen opgenomen over de kooporiëntatie van bewoners van Groesbeek en Kranenburg. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen dagelijkse boodschappen (zoals etenswaren en huishoudartikelen) en niet dagelijkse boodschappen (zoals kleding, cadeaus, CD’s of hobbyartikelen). Om te beginnen bekijken we de plaatsen waar men over het algemeen de dagelijkse boodschappen doet. Binnen Groesbeek is er nauwelijks verschil tussen de bewoners van de vier onderscheiden gebieden. Wel zijn er aanzienlijke verschillen tussen inwoners van Groesbeek, Duitsers in Kranenburg en Nederlanders in Kranenburg. Inwoners van Groesbeek doen hun dagelijkse boodschappen voornamelijk in Groesbeek zelf (inclusief Breedeweg). Voor 89% is Groesbeek de plaats die men het meest bezoekt voor dagelijkse boodschappen en slechts 4% doet dagelijkse boodschappen alleen in andere plaatsen. Ongeveer een kwart van de bewoners doet de dagelijkse boodschappen wel eens in Kranenburg, een even grote groep in Nijmegen en nog eens een op de drie in een andere gemeente in Nederland. Tot slot doet 11% de boodschappen wel eens in Kleve en 3% elders in Duitsland. De Duitse inwoners van de gemeente Kranenburg doen hun dagelijkse boodschappen ook vooral binnen de gemeentegrenzen. Voor 60% is Kranenburg de plaats die men het meest bezoekt en 20% gaat liever naar Nütterden, terwijl 12% een voorkeur heeft voor de winkels in Kleve. Van de Duitsers doet 13% de dagelijkse boodschappen ook wel eens in Groesbeek, 6% in Nijmegen en 11% in een andere Nederlandse gemeente. Nederlandse inwoners van Kranenburg doen de dagelijkse boodschappen ook voornamelijk in Kranenburg, maar zijn daarnaast iets sterker georiënteerd op Nederland en minder op Nütterden en Kleve. In totaal 49% van de Nederlanders in Kranenburg doet de dagelijkse boodschappen wel eens in Groesbeek, 35% in Nijmegen en 47% in andere Nederlandse gemeenten.
24
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Waar doet men dagelijkse boodschappen? Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Groesbeek
Nederlanders Kranenburg
Groesbeek
Groesbeek
Nijmegen
Nijmegen
Nijmegen
elders Nederland
elders Nederland
elders Nederland
Kranenburg
Kranenburg
Kranenburg
Nütterden
Nütterden
Nütterden
Kleve
Kleve
Kleve
elders Duitsland
elders Duitsland
elders Duitsland
0%
25%
50%
75%
100%
0%
25%
50%
75%
meest bezocht
100%
0%
25%
50%
75%
100%
verder nog genoemd
De meest bezochte plaats kon slechts eenmaal worden genoemd. Daarnaast kon men maximaal vier andere plaatsen noemen.
De plaatsen waar men de niet-dagelijkse boodschappen meestal doet worden weergegeven in onderstaande grafiek. Inwoners van Groesbeek doen hun niet-dagelijkse boodschappen in de eerste plaats in Nijmegen: 34% doet daar in de eerste plaats de niet-dagelijkse boodschappen en nog eens 29% doet dat wel eens. Verder doet 38% deze boodschappen wel eens in Groesbeek zelf, 7% in Arnhem en 28% in een andere gemeente in Nederland. In Duitsland worden met name Kleve (46%) en Kranenburg (26%) wel voor dit doel bezocht. Duitse bewoners van Kranenburg doen hun niet-dagelijkse boodschappen vooral in Kleve: 49% kiest het vaakst voor deze gemeente en 23% heeft een voorkeur voor Nijmegen. Opvallend is dat Kranerburg zelf minder door de Duitse bewoners wordt genoemd dan door inwoners uit Groesbeek. Behalve Kleve en Nijmegen bezoeken zij ook een groot aantal andere plaatsen in Duitsland, zoals Oberhausen, Goch, Bocholt, Krefeld, Düsseldorf en Keulen. Ruim 10% doet de niet-dagelijkse boodschappen wel eens in Groesbeek. De Nederlandse inwoners van Kranenburg zijn voor de niet-dagelijkse boodschappen vooral op Nijmegen en Kleve georiënteerd: beide plaatsen worden door driekwart van de Nederlanders wel eens voor dit doel bezocht. Een kwart doet deze boodschappen wel eens in Groesbeek.
Waar doet men niet-dagelijkse boodschappen? Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Nederlanders Kranenburg
Groesbeek
Groesbeek
Groesbeek
Nijmegen
Nijmegen
Nijmegen
Arnhem
Arnhem
Arnhem
elders Nederland
elders Nederland
elders Nederland
Kranenburg/Nütt.
Kranenburg/Nütt.
Kranenburg/Nütt.
Kleve
Kleve
Kleve
elders Duitsland
elders Duitsland
elders Duitsland
0%
25%
50%
75%
100%
0%
25%
meest bezocht
50%
75%
100%
0%
25%
50%
75%
100%
verder nog genoemd
De meest bezochte plaats kon slechts eenmaal worden genoemd. Daarnaast kon men maximaal vier andere plaatsen noemen.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
25
Werk Tot slot werd aan de respondenten gevraagd naar hun dagbesteding en de plaats waar zij werken of een opleiding volgen. De dagbesteding van Duitsers in Kranenburg en inwoners van Groesbeek wijkt niet veel van elkaar af: ruim de helft werkt, 5% volgt een opleiding, een even grote groep is werkzoekend of arbeidsongeschikt, ongeveer een kwart is gepensioneerd en ruim 10% werkt in de eigen huishouden, soms in combinatie met vrijwilligerswerk. Het beeld van de Nederlanders in Kranenburg wijkt daar sterk van af. De arbeidsparticipatie is zowel onder mannen als vrouwen veel hoger: gemiddeld 82% heeft werk. Het aantal gepensioneerden is juist veel lager. Uiteraard worden deze cijfers sterk beïnvloed door de kenmerken van deze Nederlandse bevolkingsgroep: deze omvat weinig 65-plussers en heeft zich voor een groot deel de afgelopen jaren gevestigd in een koopwoning.
Dagbesteding Groesbeek
Duitsers Kranenburg
werk
Nederlanders Kranenburg
werk
werk
opleiding
opleiding
opleiding
werkzoekend/ arbeidsongeschikt
werkzoekend/ arbeidsongeschikt
werkzoekend/ arbeidsongeschikt
gepensioneerd
gepensioneerd
gepensioneerd
werk in eigen huishouding
werk in eigen huishouding
werk in eigen huishouding
0%
25%
50%
75%
100%
0%
25%
50%
75%
0%
100%
25%
50%
75%
100%
Werk is inclusief combinatie part-time werk en werk in huishouding. Opleiding is inclusief combinatie werk en opleiding.
Aan de mensen die werken en/of een opleiding volgen werd gevraagd waar ze dat doen. De cijfers worden hieronder weergegeven. Van de werkende en studerende inwoners van Groesbeek doet 31% dat in Groesbeek zelf, 38% in Nijmegen en 29% elders in Nederland. Ongeveer 2% werkt of studeert in Duitsland, merendeels in de gemeente Kranenburg. Van de Duitse inwoners van Kranenburg werkt of studeert 26% in Kranenburg, 47% in Kleve en 25% in een andere Duitse plaats. Ook van deze groep werkt of studeert ongeveer 2% over de grens, voornamelijk in Nijmegen.
Waar werkt men of volgt men een opleiding?
Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Nederlanders Kranenburg
gem.Groesbeek
gem.Groesbeek
gem.Groesbeek
Nijmegen
Nijmegen
Nijmegen
elders Nederland
elders Nederland
elders Nederland
gem.Kranenburg
gem.Kranenburg
gem.Kranenburg
Kleve
Kleve
Kleve
elders Duitsland
elders Duitsland
elders Duitsland
0%
26
20%
40%
60%
0%
20%
40%
60%
0%
20%
40%
60%
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
De Nederlandse inwoners van Kranenburg werken of studeren voornamelijk in Nederland: 35% in Nijmegen, 7% in Groesbeek en 42% in andere Nederlandse gemeenten. Slechts 17% van de Nederlandse bewoners werkt of studeert in Duitsland, waarvan de helft in Kranenburg. Ontwikkeling Om ontwikkelingen in (de frequentie van) het grensverkeer goed te kunnen beoordelen zou dezelfde enquête eigenlijk ook een aantal jaren geleden moeten zijn afgenomen. Dat is echter niet gebeurd. Toch is het wel mogelijk om iets te zeggen over deze ontwikkelingen. In de enquête werd namelijk gevraagd of men tegenwoordig vaker de grens oversteekt dan ongeveer vijf jaar geleden. Van de inwoners van Groesbeek zegt 34% dat ze nu vaker de grens oversteken dan vijf jaar geleden; 13% gaat juist minder vaak. Het aantal inwoners dat vaker de grens oversteekt is dus ongeveer 2½ keer zo groot als het aantal inwoners dat minder vaak de grens oversteekt. Anders ligt dat bij de Duitse bewoners van Kranenburg. Van hen steekt 23% vaker de grens over dan vijf jaar geleden, maar een vrijwel even grote groep zegt minder vaak de grens over te steken. Van de Nederlanders in Kranenburg zegt 64% vaker de grens over te steken dan vijf jaar geleden en 5% minder vaak.
Gaat men vaker de grens over dan ongeveer 5 jaar geleden? Groesbeek <5 jaar wonend Groesbeek >5 jaar wonend
Groesbeek-noord Groesbeek-zuid Breedeweg De Horst
Kranenburg Duits. <5 jaar wonend Kranenburg Duits. >5 jaar wonend
Kranenburg Duitsers Kranenburg Nederl.
Kranenburg Nederl. <5 jaar wonend Kranenburg Nederl. >5 jaar wonend
Groesbeek totaal Kranenburg totaal 0%
25% vaker
50%
75%
100%
ongeveer even vaak
0%
25%
50%
75%
100%
minder vaak
Deze antwoorden zijn beter te interpreteren indien onderscheid wordt gemaakt tussen bewoners die korter en langer dan 5 jaar in de huidige gemeente wonen. Van bewoners die pas korter dan 5 jaar in de huidige gemeente wonen steekt een grote meerderheid vaker de grens over dan voor die verhuizing: 70% van de nieuwe inwoners van Groesbeek, 62% van de nieuwe Duitsers in Kranenburg en 85% van de nieuwe Nederlanders in Kranenburg. Tegenover mensen die zich pas onlangs in de twee gemeenten hebben gevestigd staan ook mensen die de gemeenten verlaten. Deze laatste groep heeft natuurlijk niet deelgenomen aan de enquête, terwijl een deel van hen juist minder vaak de grens zal passeren (namelijk indien zij nu verder landinwaarts wonen). Voorzover de aantallen vestigers en vertrekkers in evenwicht zijn is de toename van het grensoverschrijdend verkeer bij vestigers waarschijnlijk min of meer weg te strepen tegen de afname bij vertrekkers. Dat gaat globaal op voor inwoners van Groesbeek en Duitsers in Kranenburg. Heel anders ligt dat bij de groep Nederlanders die korter dan vijf jaar in Kranenburg woont. We zagen al dat dit een relatief grote groep is, waar bovendien nauwelijks vertrekkers tegenover staan. Het overgrote merendeel van hen steekt vaker de grens over dan vijf jaar geleden. Bovendien betreft het een groep die sowieso vaak de grens passeert. Wat dit betekent voor het aantal grenspassages zal blijken in het volgende hoofdstuk.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
27
Als we kijken naar mensen die langer dan 5 jaar in de gemeente wonen lijkt sprake te zijn van een toename bij Nederlanders in Groesbeek en in Kranenburg. Onder deze twee groepen is althans het aantal inwoners dat vaker de grens oversteekt dan 5 jaar geleden duidelijk groter dan het aantal dat minder vaak de grens oversteekt. Voor de Duitsers in Kranenburg die er al langer wonen lijkt er niet veel te zijn veranderd: de twee groepen (meer of minder vaak de grens over) houden elkaar in evenwicht. In alle groepen zijn het overigens vooral inwoners van 65 jaar en ouder die minder vaak de grens oversteken. Taal Tot slot van dit hoofdstuk volgt nog een laatste wetenswaardigheid op gebied van integratie. Inwoners van Groesbeek en de Duitse inwoners van Kranenburg ontvingen de vragenlijst van dit onderzoek (met begeleidende brief) in het Nederlands respectievelijk Duits. Nederlandse inwoners van Kranenburg kregen van hun gemeente een Duitstalige brief met daarbij twee versies van de enquête: in het Nederlands en in het Duits. Zij konden kiezen in welke taal ze de vragenlijst zouden invullen. Een meerderheid van 62% koos ervoor om de enquête in het Nederlands in te vullen en terug te sturen, terwijl 38% de vragenlijst in het Duits heeft ingevuld. Van de Nederlanders die korter dan 5 jaar in Kranenburg wonen koos 70% voor de Nederlandse vragenlijst. Van de Nederlanders die langer in Kranenburg wonen koos nog maar 42% voor de Nederlandse versie.
Conclusies • Over het algemeen lijken Nederlanders in Duitsland wel hun best te doen om te integreren in de Duitse samenleving. Desondanks is nog steeds sprake van een sterke binding aan Nederland. De arbeidsparticipatie onder deze groep is erg hoog en 83% van de mensen die werken of studeren doen dat in Nederland. Ook voor familiebezoek en (in mindere mate) sportverenigingen steken zij regelmatig de grens over. • Afgezien van deze migranten gaan ook Nederlanders in Groesbeek (die er al langer dan 5 jaar wonen) vaker de grens over dan 5 jaar geleden. Deze groep bezoekt Duitsland vooral om te winkelen, en in mindere mate voor familiebezoek en werk. Dat men vaker familie en vrienden over de grens bezoekt ligt voor de hand gezien de toename van het aantal Nederlanders dat over de grens woont. • Duitsers in Kranenburg gaan niet of nauwelijks vaker de grens over dan vijf jaar geleden. De toename van het (lokale) grensverkeer komt dus vooral voor rekening van Nederlanders in zowel Groesbeek als Kranenburg.
28
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
HOOFDSTUK 4
Grensoverschrijdingen De sociale binding over de grens is dus toegenomen, met name onder Nederlanders in Groesbeek en Kranenburg. In dit hoofdstuk beschrijven we hoe vaak zij feitelijk de grens overschrijden om het buurland te bezoeken. Daarbij is gevraagd naar grensoverschrijdingen voor bezoek of op doorreis. In het laatste geval betreft het mensen die elders in hun woonland moeten zijn maar door het buurland reizen omdat dat korter is (bijvoorbeeld van Groesbeek naar de Achterhoek via Kleve en Emmerich). Later zal blijken dat in ieder geval een deel van de respondenten uit Groesbeek ook de route naar Nijmegen via de Wylerbaan en de N325 als zodanig hebben beschouwd: ook daarbij wordt immers over Duits grondgebied gereden (een traject in Wyler van ongeveer een kilometer pal achter de grenslijn). Voor inwoners van Kranenburg ligt het niet erg voor de hand door Nederland te reizen als ze op weg zijn naar een andere plaats in Duitsland. Frequentie van grensoverschrijdingen Van de inwoners van Groesbeek zegt 4% dagelijks de grens over te steken, 13% enkele keren per week en 24% ongeveer eens per week. Een op de drie inwoners passeert de grens hooguit enkele keren per jaar. In De Horst ligt de frequentie duidelijk hoger dan in andere delen van de gemeente. De Duitse inwoners van Kranenburg zeggen minder vaak de grens te passeren: 1% doet dat dagelijks en 6% enkele keren per week. Bijna de helft van hen zegt hooguit enkele keren per jaar in Nederland te komen. Totaal anders ligt dat voor de Nederlanders in Kranenburg: van hen zegt 65% dagelijks de grens te passeren en nog eens 21% enkele keren per week. Minder dan 10% van de Nederlandse bewoners in Kranenburg zegt hooguit eens per maand naar Nederland te komen. Overigens is het zo dat mannen iets vaker de grens passeren dan vrouwen. Inwoners van 65 jaar en ouder passeren aanzienlijk minder vaak de grens dan inwoners jonger dan 65.
Hoe vaak komt u gemiddeld over de grens (in Duitsland / Nederland) Groesbeek-noord Groesbeek-zuid dagelijks
Breedeweg
enkele keren per week
De Horst
ongeveer 1x per week Kranenburg Duitsers ongeveer 1x per maand
Kranenburg Nederl.
enkele keren per jaar Groesbeek totaal
jaarlijks of minder
Kranenburg totaal 0%
20%
40%
60%
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
80%
100%
29
Behalve het gemiddelde aantal bezoeken is ook gevraagd hoe vaak men ‘de afgelopen 14 dagen’ het buurland bezocht. De inwoners van Groesbeek bezochten gemiddeld 2,44 keer Duitsland (bewoners van De Horst vaker), Duitse bewoners van Kranenburg gingen gemiddeld 1,66 keer naar Nederland en Nederlandse bewoners van Kranenburg gemiddeld 12,26 keer. Ook bij deze vraag blijkt dat de inwoners van De Horst vaker de grens passeren dan inwoners van de andere delen van Groesbeek. Bij weergave van het aantal bezoeken tellen heen- en terugreis samen als één bezoek.
Aantal bezoeken aan het buurland (per 14 dagen) Gemiddeld afgelopen 14 dagen (totaal) Groesbeek-Noord Groesbeek-Zuid Breedeweg De Horst Duitsers Kranenburg Nederlanders Kranenburg Groesbeek totaal Kranenburg totaal
Schatting, excl. Wyler/N325
Totaal aantal bezoeken excl. Wyler/N325
2,60 2,13 2,10 3,92
2,25 1,65 1,65 3,17
12.600 10.700 4.100 4.100
1,66 12,26
1,66 12,26
10.700 20.900
2,44 3,88
1,99 3,88
31.500 31.600
Uit de door respondent opgegeven bestemmingen blijkt dat de inwoners soms via Wyler naar de N325 rijden en dan verder richting Beek/Nijmegen. Bij deze route rijden zij inderdaad gedurende ongeveer een kilometer over Duits grondgebied, vlak achter de grens. Voor dit onderzoek zijn echter vooral de passages richting Kranenburg van belang. Daarom is bekeken hoe groot het aandeel is van deze grenspassanten vanuit Groesbeek richting Beek. Daartoe worden gerekend alle reizen met een bestemming in Nederland (uitgezonderd de Achterhoek en Twente) via de grensovergangen N325-B9 en/of de Wylerbaan (bij het lottokantoor). Deze reizen maken ongeveer 10% van het totaal aantal opgegeven grensoverschrijdingen uit (voor de inwoners van Groesbeek; in Kranenburg is deze vertekening niet van toepassing). In bovenstaande tabel wordt het gemiddeld aantal bezoeken aan het buurland inclusief en exclusief de passages door Wyler naar de N325 aangegeven. De laatste kolom toont het totaal aantal bezoeken, dus omgerekend naar de totale bevolking. Het betreft alleen bezoeken door inwoners van de gemeente Groesbeek vanaf 16 jaar (exclusief Berg en Dal en Heilig Landstichting) en inwoners van Kranenburg vanaf 18 jaar. Het gaat hierbij om het aantal bezoeken van personen (dus niet van voertuigen). In totaal werd de grens ongeveer 63.000 keer gepasseerd door de genoemde personen, ofwel ongeveer 31.500 keer per week (in beide richtingen). Omdat zij in sommige gevallen met anderen (partner, kinderen, vriend of collega) de grens passeerden is het totaal aantal passerende voertuigen kleiner, maar daar staat tegenover dat kinderen jonger dan 18 jaar niet in het onderzoek zijn betrokken. Er zijn overigens ook verschillen naar andere kenmerken van de bevolking. Inwoners van 16 tot 65 jaar steken ongeveer twee keer zo vaak de grens over als inwoners van 65 jaar en ouder. Mannen komen bijna anderhalf keer zo vaak in het buurland als vrouwen, met uitzondering van Nederlandse inwoners van Kranenburg. Huishoudens met twee ouders en kinderen komen het vaakst over de grens; nog thuiswonende kinderen en eenoudergezinnen juist het minst vaak. Onder Duitse inwoners van Kranenburg zijn er nauwelijks verschillen naar gezinssituatie.
30
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Ontwikkeling van het aantal bezoeken In het vorige hoofdstuk zagen we dat inwoners van Groesbeek (die al langer dan vijf jaar in de gemeente wonen) wat vaker de grens overgaan dan vijf jaar geleden. Er zijn althans meer mensen die vaker de grens overgaan dan mensen die minder vaak de grens passeren. Dat betekent zeer waarschijnlijk dat het aantal bezoeken aan het buurland door deze groep is toegenomen, maar op basis van de enquête is het niet mogelijk deze toename exact te kwantificeren. Voor Duitsers in Kranenburg (die er langer dan vijf jaar wonen) is er niet veel veranderd. In beide bevolkingsgroepen is er ook een – relatief kleine – groep die korter dan vijf jaar in hun gemeente wonen. Zij gaan wel vaker de grens over dan vijf jaar geleden, maar daar staat tegenover dat er ook ongeveer evenveel bewoners zijn vertrokken naar andere gemeenten. Die laatste groep zal waarschijnlijk minder vaak de grens passeren. Anders ligt het bij de nieuwe Nederlanders in Kranenburg. Van alle Nederlanders in Kranenburg woont 71% korter dan 5 jaar in die gemeente, zoals we eerder zagen. Het betreft hier een geheel nieuwe aanwas waar nauwelijks vertrekkers tegenover staan. De afgelopen vijf jaar hebben zich ongeveer 1200 Nederlanders in Kranenburg gevestigd (vanaf 18 jaar). Deze groep is nog sterk gericht op Nederland en steekt gemiddeld 12,5 keer per week de grens over (in beide richtingen). Daarmee is de groep nieuwe Nederlanders verantwoordelijk voor ongeveer 15.000 bezoeken over de grens per 14 dagen. Deze extra verkeersstroom betreft een kwart van het totaal aantal grensoverschrijdingen door inwoners van Kranenburg en Groesbeek (excl.Wyler/N325). Tot slot is er de groep Nederlanders die al langer dan 5 jaar in Kranenburg wonen. Ook in deze groep zijn er meer mensen die vaker de grens passeren dan mensen die minder vaak de grens oversteken. Al met al is er duidelijk sprake van een toename van het grensoverschrijdend verkeer, vooral voor rekening van nieuwe Nederlanders in Kranenburg maar ook voor rekening van andere Nederlanders (zowel in Groesbeek als zij die al langer dan vijf jaar in Kranenburg wonen).
In de rest van deze paragraaf worden andere kenmerken van bezoeken aan het buurland beschreven, zoals vervoermiddel, bestemming, doel en gebruikte grensovergang. De passages vanuit Groesbeek via Wyler naar de N325 (in westelijke richting) worden daarbij verder buiten beschouwing gelaten. Vervoermiddel Het overgrote merendeel van de grensoverschrijdingen wordt gemaakt per auto: 93%. Bij 5% van de passages werd de fiets gebruikt, bij 1% de bus en bij de andere oversteken een ander vervoermiddel zoals bestelbus, vrachtauto, motor, paard of lopend. Vanuit De Horst wordt relatief vaker de fiets gebruikt (11% van de passages). Tot slot gebruiken Duitse inwoners van Kranenburg iets vaker de bus dan de andere inwoners. Bij deze cijfers moet worden opgemerkt dat het onderzoek in de winterperiode heeft plaatsgevonden (vanaf begin december). Doel van de reis In de grafiek op de volgende bladzijde wordt weergegeven wat het doel was van de bezoeken aan het buurland. In het vorige hoofdstuk is al aangegeven hoeveel inwoners de grens minstens eenmaal zijn gepasseerd voor een aantal specifieke doelen. In dit hoofdstuk wordt geteld hoeveel van het totaal aantal grensoverschrijdingen is gericht op een bepaald doel. De percentages worden dus weergegeven in procenten van het aantal bezoeken. Respondenten kunnen vaker zijn meegeteld (als ze vaker de grens passeerden) of helemaal niet (als ze in de periode niet de grens overgingen). Omdat er soms meer redenen zijn voor een bezoek (bijvoorbeeld werk en winkelen) tellen de percentages op tot meer dan 100%.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
31
De inwoners van Groesbeek steken de grens vooral over om te winkelen: bij 57% van de passages was dat een motief. Bij ruim een vijfde deel van de passages werden familie of vrienden bezocht en bij een even groot aantal passages was men onderweg naar of voor het werk. Kleinere groepen respondenten waren op weg naar sport of vereniging, recreatie (dagtripjes, vakantie, uitgaan enz.) of om andere redenen. Ongeveer 2% van de passages betreft een doorreis over Duits grondgebied, bijvoorbeeld naar de Achterhoek en Twente. Overigens passeren inwoners van Groesbeek-Noord en –Zuid vaker de grens voor het werk dan inwoners van De Horst en Breedeweg. Voor inwoners van De Horst is bezoeken van familie en vrienden relatief vaker het reisdoel, terwijl bij de inwoners van Breedeweg winkelbezoek een relatief belangrijk doel is. Het beeld van de Duitsers in Kranenburg lijkt veel op dat van de inwoners van Groesbeek. Deze Kranenburgers passeren de grens relatief iets vaker om te winkelen of voor school/studie en iets minder vaak voor werk en familie- of vriendenbezoek. De verschillen met Groesbeek zijn echter beperkt. De Nederlanders in Kranenburg daarentegen passeren de grens vooral voor het werk: ruim 50% van de grenspassages. Winkelen en familie- of vriendenbezoek zijn het doel van bijna een kwart van de grenspassages. Ongeveer 13% is op weg naar school (voor zichzelf of de kinderen) en 9% naar sport of een vereniging.
Reden van het bezoek aan het buurland (in % van het aantal bezoeken)
Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Nederlanders Kranenburg
werk
werk
werk
winkelen/benz.
winkelen/benz.
winkelen/benz.
familie/vrienden
familie/vrienden
familie/vrienden
sport/verenig.
sport/verenig.
sport/verenig.
recreatie/vak.
recreatie/vak.
recreatie/vak.
school
school
school
anders
anders
anders
doorreis
doorreis
doorreis
0%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
Bestemming Behalve naar het doel van de reis werd ook gevraagd naar de bestemming. Van de inwoners van Groesbeek was ruim 50% op weg naar Kranenburg en 28% naar Kleve. Een kleiner aantal bezoeken (18%) was gericht op een andere plaats in Duitsland en bij 6% was men onderweg naar een plaats in Nederland, voornamelijk in de Achterhoek of de regio rond Millingen aan den Rijn. Van het aantal bezoeken van Duitsers in Groesbeek was bij 30% de gemeente Groesbeek de bestemming en in 23% Nijmegen. Een kleine groep van 3% was onderweg naar de Achterhoek, Twente of de regio Millingen en 44% reisde naar een andere plaats in Nederland. De reisdoelen van de Nederlanders in Kranenburg wijken hier niet heel veel van af, maar zij zijn in sterkere mate gericht op Nijmegen: 32% van het aantal bezoeken.
32
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Bestemming van het bezoek aan het buurland (in % van het aantal bezoeken) Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Nederlanders Kranenburg
Kranenburg
Groesbeek
Groesbeek
Kleve
Nijmegen
Nijmegen
overig Duitsland
Achterhoek/Twente of Millingen e.o.
Achterhoek/Twente of Millingen e.o.
Achterhoek/Twente of Millingen e.o.
overig Nederland
overig Nederland
0%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
De cijfers over bezoeken worden steeds weergegeven in procenten van het totaal aantal bezoeken. Een persoon kan dus meerdere keren zijn geteld. In het algemeen worden frequente bezoeken (bijvoorbeeld voor school of werk) dus vaker geteld dan incidentele bezoeken. Uitsluitend bij de bestemming van de reis worden de cijfers ook nog op een andere manier weergegeven, namelijk in procenten van het aantal personen dat gedurende “de afgelopen 14 dagen” minstens eenmaal de grens is gepasseerd. Deze cijfers worden weergegeven in onderstaande grafieken. Van de inwoners van Groesbeek die de afgelopen twee weken het buurland bezochten is 73% minstens eenmaal in Kranenburg geweest. Van de Duitse inwoners van Kranenburg die Nederland bezochten is 39% in Groesbeek geweest en van de Nederlanders in Kranenburg was dat 51%.
Bestemming van het bezoek aan het buurland (in % van het aantal personen dat minstens eenmaal het buurland bezocht in de onderzoeksperiode) Groesbeek
Duitsers Kranenburg
Nederlanders Kranenburg
Kranenburg
Groesbeek
Kleve
Nijmegen
Nijmegen
overig Duitsland
Achterhoek/Twente of Millingen e.o.
Achterhoek/Twente of Millingen e.o.
Achterhoek/Twente of Millingen e.o.
overig Nederland
overig Nederland
0%
20%
40%
60%
80%
Groesbeek
0%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
Welke grensovergangen passeert men? De respondenten hebben ook aangegeven welke grensovergangen zij hebben gebruikt. In onderstaand overzicht worden alle grensovergangen genoemd met tussen haakjes het aandeel van de grensoverschrijdingen waarbij deze grens werd gebruikt door inwoners van Kranenburg en Groesbeek samen: • Nieuwe Rijksweg (N325) – Bundesstraße (B9), de hoofdweg van Kleve naar Nijmegen: 22% • Wylerbaan of Oude Klevesebaan – Nimweger Straße (K44) bij het lottokantoor Wyler: 48% • Cranenburgsestraat – Hettsteeg/Postweg (niet per auto toegankelijk): 4% • Ketelstraat – Grafwegenerstraße (onverharde weg): 7% • Bredeweg – Grafwegen: 11% • Kleefseweg (N291) – Reichswald (B504/B484) tussen Gennep en Grunewald: 7% • Enkele grensovergangen aan de noordkant tussen Zyfflich en Millingen aan den Rijn: 1% • Andere grensovergangen zoals de A77 (NL) – A57 (D) bij Boxmeer, de A67 – A40 bij Venlo en de N316 – B220 bij Emmerich: 3%
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
33
Opgemerkt moet worden dat van de mensen die zeggen de grensovergang Cranenburgsestraat te zijn gepasseerd ongeveer een kwart zegt daarbij de auto te hebben gebruikt (1% van alle grensoverschrijdingen); driekwart ging per fiets of soms per motor of lopend. Deze grensovergang kan echter niet per auto worden gebruikt. De percentages worden weergegeven in procenten van het aantal bezoeken; ze kunnen optellen tot meer dan 100% indien meerdere grensovergangen werden gebruikt (voor de heen- en terugreis). Niet geheel verwonderlijk zijn er grote verschillen tussen groepen respondenten: • Van de inwoners van Groesbeek-Noord kiest 83% voor de Wylerbaan en 7% voor de Nieuwe Rijksweg. De Ketelsteeg, Bredeweg en Kleefseweg worden nauwelijks gebruikt. • Inwoners van Groesbeek-Zuid gebruiken ook voornamelijk de Wylerbaan (63%), maar gebruiken ook iets vaker de Ketelsteeg (14%) en Bredeweg (10%). • Inwoners van De Horst gebruiken ongeveer net zo vaak de Wylerbaan als de Ketelstraat (ongeveer 40%) en 17% gebruikt de Cranenburgsestraat (vooral fietsend). Zij gebruiken zelden de Bredeweg of Kleefseweg. • Inwoners van Breedeweg gebruiken bij 61% van de bezoeken de overgang Bredeweg en in 24% van de gevallen de Wylerbaan. De Ketelstraat en Kleefseweg worden in ongeveer 6% gebruikt. • De Duitse inwoners van Kranenburg gebruiken de Nieuwe Rijksweg en de Wylerbaan elk bij ongeveer 30% van de bezoeken en de Kleefseweg bij 24%. De andere grensovergangen worden in ongeveer 3% van de gevallen gebruikt. Eenzelfde aandeel gebruikt grensovergangen aan de noordkant van Wyler richting Millingen aan de Rijn. • De Nederlandse inwoners van Kranenburg tot slot gebruiken vooral de Nieuwe Rijksweg en de Wylerbaan (beiden bijna 40%), maar gebruiken ook de Ketelstraat en vooral de Bredeweg iets vaker dan de Duitsers in Kranenburg. Zij gebruiken zelden de Kleefseweg richting Gennep.
Gekozen grensovergang (in % van het aantal grensoverschrijdingen) Groesbeek-Noord
Groesbeek-Zuid
Groesbeek De Horst
Nw Rijksweg
Nw Rijksweg
Nw Rijksweg
Wylerbaan
Wylerbaan
Wylerbaan
Cranenburgsestr
Cranenburgsestr
Cranenburgsestr
Ketelstraat
Ketelstraat
Ketelstraat
Bredeweg
Bredeweg
Bredeweg
Kleefseweg
Kleefseweg
Kleefseweg
Millingen
Millingen
Millingen
anders
anders
anders
0%
20%
40%
60%
80%
0%
Groesbeek Breedeweg Nw Rijksweg
20%
40%
60%
80%
Duitsers Kranenburg Nw Rijksweg
0%
Wylerbaan
Wylerbaan
Cranenburgsestr
Cranenburgsestr
Ketelstraat
Ketelstraat
Ketelstraat
Bredeweg
Bredeweg
Bredeweg
Kleefseweg
Kleefseweg
Kleefseweg
Millingen
Millingen
Millingen
anders
anders
anders
34
40%
60%
80%
0%
60%
80%
Nw Rijksweg
Wylerbaan
20%
40%
Nederlanders Kranenburg
Cranenburgsestr
0%
20%
20%
40%
60%
80%
0%
20%
40%
60%
80%
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Conclusies • Zowel in Groesbeek als Kranenburg steken vier van de tien inwoners minstens eenmaal per week de grens over. Van de Nederlanders in Kranenburg is dat echter ruim 90%. Ook bewoners van de Horst passeren vaker dan gemiddeld de grens. • Inwoners van Groesbeek en Kranenburg vanaf 16 resp. 18 jaar brengen per week ongeveer 31.500 bezoeken over de grens. Dat aantal is duidelijk hoger dan ongeveer vijf jaar geleden. De toename wordt vooral veroorzaakt door de groep Nederlanders die de afgelopen 5 jaar in Kranenburg is komen wonen. De nieuwe verkeersstroom door deze groep maakt ongeveer een kwart uit van het totale aantal grensoverschrijdingen door inwoners van de twee gemeenten. • Ongeveer de helft van het aantal grensoverschrijdingen door bewoners van Groesbeek en Kranenburg verloopt via de Wylerbaan (bij het lottokantoor in Wyler).
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
35
36
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
HOOFDSTUK 5
Potentieel gebruik Cranenburgsestraat In de loop van de afgelopen vijf jaar is de intensiteit van het grensverkeer dus sterk toegenomen, vooral als gevolg van het grote aantal Nederlanders dat in Kranenburg is gaan wonen. Tegen die achtergrond is het denkbaar dat de grensovergang Cranenburgsestraat, die nu niet is opengesteld voor autoverkeer, of een andere grensovergang, opnieuw wordt opengesteld. Om de belangstelling te peilen voor een eventuele extra openstelling werd gevraagd of men een andere grensovergang zou gebruiken indien alle overgangen open zouden zijn voor alle verkeer. Hierbij werd niet naar een specifieke grensovergang gevraagd. De vraag werd niet gesteld aan respondenten die eigenlijk nooit de grens passeren (6% van alle bewoners). Van de andere respondenten heeft ongeveer 10% deze vraag niet beantwoord, waarbij de reden niet helemaal duidelijk is. Het betreft echter vooral mensen die relatief weinig de grens oversteken. Dat betekent waarschijnlijk dat een openstelling voor deze groep niet veel zou veranderen. Als alle grensovergangen open zouden zijn, zou 30% van de inwoners van Groesbeek meestal en nog eens 12% af en toe een andere grensovergang gebruiken. Van de inwoners van De Horst zou 55% meestal een andere grensovergang gebruiken en in Groesbeek-zuid ligt dat aandeel op 35%. Voor de inwoners van Breedeweg zou er minder veranderen: slechts 14% zou meestal een andere grens gaan gebruiken. Ook voor de meeste inwoners van Kranenburg zou er minder veranderen: van de Duitsers zou dan 6% meestal een andere grensovergang gebruiken en van de Nederlanders 15%. In beide groepen zou daarnaast nog een iets grotere groep soms een andere overgang gaan gebruiken.
Zou u een andere grensovergang gaan gebruiken als ze allemaal open zijn? Groesbeek-noord Groesbeek-zuid meestal andere grens
Breedeweg
af en toe andere grens
De Horst
zou niets veranderen Kranenburg Duitsers niet ingevuld
Kranenburg Nederl. Groesbeek totaal Kranenburg totaal 0%
20%
40%
60%
80%
100%
Inwoners die nooit de grens oversteken worden niet weergegeven
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
37
De bewoners konden ook aangeven welke grensovergang zij dan zouden gebruiken. Van de mensen die (meestal of af en toe) een andere grens zou gaan gebruiken noemde 5% meer dan een grens. De Cranenburgsestraat werd verreweg het meest genoemd, namelijk door 88% van de respondenten die een andere grens zouden gaan gebruiken. Daarnaast zegt 10% dat ze de Ketelstraat (vaker) zouden gebruiken en 4% de Bredeweg. Nog enkele respondenten noemen andere grensovergangen. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat de Cranenburgsestraat de enige overgang is die nu niet is opengesteld voor alle verkeer en strikt genomen dus de enige overgang is die aan de vraagstelling voldoet. Wanneer beide vragen worden gecombineerd blijkt dat bij een extra grensopenstelling 64% van de inwoners van De Horst, 36% van alle inwoners van Groesbeek en 14% van de inwoners van Kranenburg soms of meestal gebruik zou maken van de overgang Cranenburgsestraat. Ongeveer 25 respondenten plaatsen overigens ongevraagd extra mededelingen op het vragenformulier waarin ongenoegen werd geuit over de sluiting van deze grensovergang. Sommigen voegden daaraan toe dat ze sinds de sluiting van deze grensovergang nauwelijks nog naar Duitsland gaan. Enkele anderen schreven juist dat deze grensovergang gesloten moet blijven. Hoe vaak zou men een nieuwe grensovergang passeren? Het is niet gemakkelijk aan te geven hoe vaak een eventueel extra opengestelde grensovergang zal worden gepasseerd. Het feitelijk gebruik zal onder meer afhangen van de toegankelijkheid en het wegprofiel van de betreffende route. Voor bewoners is het dan ook moeilijk tevoren exact in te schatten hoe vaak men een nu nog niet bestaande route zou gaan gebruiken. Daarom is alleen in algemene termen gevraagd of men deze ‘meestal’ of ‘soms’ zou gebruiken. Ondanks al deze essentiële kanttekeningen is toch een poging gedaan om een schatting te maken van het aantal grensoverschrijdingen op de overgang Cranenburgsestraat. Binnen elk van de zes onderscheiden groepen wordt aangegeven hoeveel procent van hen verwacht de grensovergang meestal, af en toe of niet te gaan gebruiken. Dit aandeel is geëxtrapoleerd naar de totale volwassen bevolking in de groep. Vervolgens is van elke subgroep vastgesteld hoe vaak zij momenteel de grens passeren. Tot slot is vastgesteld hoeveel van de passages via de Cranenburgsestraat zou plaatsvinden indien deze geopend zou zijn. Daarbij is uitgegaan van een zeer globale berekening: meestal is in de berekening opgevat als 80% en af en toe als 20% van het huidige aantal grensoverschrijdingen. De berekening wordt weergegeven in de tabel hieronder. Gebied
Subgroep (zou u de grens AlAantal grensoverWaarvan men voortaan Totaal tena-Hettsteeg gebruiken?) schrijdingen van deze Cranenburgsestraat via Cra. antwoord % abs. groep per 14 dagen zou nemen str.in % 80% van 4360 = 3490 1090 x 4,00 = 4360 Groesbeek-noord meestal 19% 1090 20% van 1310 = 260 460 x 2,85 = 1310 af en toe 8% 460 30% 0% van 7000 = 0 4070 x 1,72 = 7000 anders* 73% 4070 80% van 4940 = 3950 1930 x 2,56 = 4940 Groesbeek-zuid meestal 30% 1930 20% van 1180 = 240 630 x 1,88 = 1180 af en toe 10% 630 39% 0% van 4580 = 0 3950 x 1,16 = 4580 anders* 61% 3950 80% van 500 = 400 250 x 1,99 = 500 Breedeweg meestal 10% 250 20% van 510 = 100 250 x 2,02 = 510 af en toe 10% 250 12% 0% van 3130 = 0 1970 x 1,59 = 3130 anders* 80% 1970 80% van 2600 = 2080 670 x 3,88 = 2600 De Horst meestal 52% 670 20% van 330 = 70 140 x 2,33 = 330 af en toe 11% 140 52% 0% van 1180 = 0 480 x 2,45 = 1180 anders* 37% 480 80% van 1260 = 1010 270 x 4,66 = 1260 Kranenburg meestal 4% 270 20% van 730 = 150 320 x 2,28 = 730 Duitsers af en toe 5% 320 11% 0% van 9670 = 0 5790 x 1,51 = 8740 anders* 91% 5790 80% van 3600 = 2890 220 x 16,38 = 3600 Kranenburg meestal 13% 220 20% van 3270 = 650 260 x 12,57 = 3270 Nederlanders af en toe 15% 260 17% 1220 x 11,46 = 13980 0% van 13980 = 0 anders* 72% 1220 * Anders betreft de optelling van de bewoners: - die meestal of af en toe een andere grensovergang zouden nemen maar Cranenburgsestraat niet noemen - voor wie er niets zou veranderen als alle grensovergangen open waren - die de vraag niet hebben ingevuld - die niet of nauwelijks de grens oversteken
} } } } } }
38
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Alle groepen samen brengen 63.000 bezoeken per twee weken aan het buurland. De zeer globale berekening laat zien dat hiervan mogelijk ongeveer 15.000 zou verlopen via de overgang Cranenburgsestraat indien deze was geopend. Dat is ongeveer een kwart van het totale aantal grensoverschrijdingen door de bewoners van deze twee gemeenten. Het aantal mensen dat mogelijk de (opnieuw) opengestelde grens zou passeren wordt, afgezet tegen het totaal aantal grensoverschrijdingen, ook weergegeven in de figuur hieronder. De totale lengte van de staven toont het aantal bezoeken aan het buurland (per twee weken) dat deze groep nu brengt. De donkere staaf toont het aandeel daarvan dat mogelijk via de grensovergang Cranenburgsestraat zou voeren als deze was geopend. Relatief gezien is de belangstelling voor de extra grensovergang het grootst in De Horst: in ruim de helft van de gevallen zou men de nieuwe grens gebruiken. In Groesbeek is dat tussen de 30 en 40% en in Breedeweg 12% (zie ook de rechterkolom in de tabel). Vanuit Kranenburg is de belangstelling minder groot dan vanuit Groesbeek. Dat is logisch, omdat de grens vooral interessant is voor een deel van het verkeer vanuit de gemeente Groesbeek naar Duitsland en vice versa, terwijl Kranenburgers ook vaak onderweg zijn naar andere gemeenten zoals Nijmegen. In absolute zin nemen de bewoners van De Horst een bescheidener rol in. Het dorp telt immers slechts een beperkt aantal inwoners. Zowel door inwoners uit Groesbeek-noord als uit Groesbeekzuid als door Nederlanders in Kranenburg zal de grensovergang vaker worden gebruikt dat door de inwoners van De Horst. Uitgaande van deze zeer globale berekening zullen de bewoners van De Horst slechts ongeveer 15% van het totale grensverkeer via de grensovergang Cranenburgsestraat voor hun rekening nemen.
Indicatie potentieel gebruik Cranenburgsestraat, absoluut en relatief
Groesbeek-noord Groesbeek-zuid Breedeweg via Cranenburgsestraat
De Horst
via andere grens Kranenburg Duitsers Kranenburg Nederl. 0
2500
5000
7500
10000
12500
15000
17500
20000
22500
Nogmaals moet worden benadrukt dat de cijfers in dit hoofdstuk alleen als een zeer grove indicatie mogen worden geïnterpreteerd. De resultaten zijn gebaseerd op een enkele vraag (in combinatie met andere antwoorden), voor respondenten is het moeilijk toekomstig gedrag goed in te schatten en de feitelijke intensiteit is sterk afhankelijk van de uiteindelijke ontsluiting.
Conclusies • Indien alle grenzen open zouden zijn, zou 30% van de inwoners van Groesbeek meestal een andere grensovergang gebruiken en 12% soms. Van de Duitsers in Kranenburg zou 6% meestal een andere grens gebruiken en van de Nederlanders 15%. • Een zeer indicatieve berekening van het potentiële gebruik laat zien dat een heropende grensovergang Cranenburgsestraat mogelijk een kwart van het totaal aantal grenspassages zou kunnen verwachten wat betreft de bewoners van Groesbeek en Kranenburg. Vooral de inwoners van De Horst zouden voor deze grens kiezen, maar ze maken slechts een klein deel van het totaal aantal potentiële grenspassanten uit.
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
39
Bijlage: de vragenlijst Op de volgende pagina’s is de vragenlijst afgedrukt. Weergegeven is de versie die in Groesbeek werd gebruikt. De versie voor Kranenburg was identiek, met uitzondering van de landaanduidingen en plaatsnamen. Uiteraard was de versie voor Kranenburg (ook) in het Duits vertaald. Duitsers in Kranenburg kregen de Duitse vertaling; Nederlanders in Kranenburg kregen de Duitstalige en Nederlandstalige editie van de Kranenburgse vragenlijst toegezonden.
40
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
Bewonersenquête Groesbeek / Kranenburg (editie Groesbeek)
Wonen 1. In welke plaats of wijk woont u? 1 Groesbeek-kern (ten noorden van de spoorlijn) 2 Groesbeek-kern (ten zuiden van de spoorlijn) 3 De Horst en omgeving Breedeweg en omgeving 4 2.
Hoe lang woont u al in de gemeente Groesbeek? 1 Mijn hele leven ga door naar vraag 4 2 Meer dan 20 jaar 3 10 – 20 jaar 4 5 – 10 jaar 5 2 – 5 jaar 6 Korter dan 2 jaar
3.
Waar woonde u voordat u naar de gemeente Groesbeek verhuisde? 1 Gemeente Nijmegen 2 Gemeente Gennep Gemeente Mook en Middelaar 3 Gemeente Malden 4 Andere gemeente in Nederland, namelijk ……………………………………………………… 5 Ik woonde in Duitsland, in de gemeente ……………………………………………………… 6 Ik woonde in een ander land, namelijk ……………………………………………………… 7
4.
Overweegt u om binnen twee jaar te gaan verhuizen? 1 Ja, waarschijnlijk ga ik verhuizen Ik twijfel daarover 2 Nee, ik heb geen verhuisplannen ga door naar vraag 7 3
5.
Naar welke plaats zou u willen verhuizen? (U kunt meer antwoorden aankruisen) 1 Binnen de gemeente Groesbeek Naar de gemeente Nijmegen 2 Naar de gemeente Gennep 3 Naar de gemeente Mook en Middelaar 4 Naar de gemeente Malden 5 Naar andere gemeente in Nederland, namelijk ……………………………………………………… 6 Naar Duitsland, naar de gemeente ……………………………………………………… 7 Naar een ander land, namelijk ……………………………………………………… 8 Dat weet ik nog niet 9
6.
Wat is de reden dat u overweegt om te verhuizen? (U kunt meer antwoorden aankruisen) 1 Persoonlijke omstandigheden (bv. samenwonen, gezinsuitbreiding, leeftijd, gezondheid) Kwaliteit/onderhoud van mijn woning 2 Ik wil een groter huis 3 Ik wil goedkoper wonen 4 Vervelende buren of buurtbewoners 5 Mijn straat/buurt bevalt me niet 6 De plaats/land waar ik woon bevalt me niet 7 Anders, namelijk …………………………………………………………………………………………………………………………… 8
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
41
Oversteken van de grens met Duitsland De volgende vragen gaan over bezoek aan Duitsland. Indien u nooit de grens over gaat, hoeft u alleen vraag 7 en 11 in te vullen en kunt u de vragen 8 t/m 10 overslaan. 7. Hoe vaak komt u gemiddeld in Duitsland (voor bezoek of op doorreis)? 1 Dagelijks 2 Enkele malen per week 3 Ongeveer eens per week Ongeveer eens per maand 4 Enkele keren per jaar 5 Eens per jaar of minder 6 7 Eigenlijk nooit ga verder naar vraag 11 8.
Hoe vaak heeft u de afgelopen 14 dagen de grens overgestoken van Nederland naar Duitsland? (elk bezoek aan Duitsland – dus heenreis en terugreis samen – telt dus als één keer) ____ keer
9.
Wilt u in het schema op de volgende bladzijde van elke keer dat u de afgelopen 14 dagen de grens naar Duitsland bent overgestoken noteren: 1) welke plaats u heeft bezocht?
(schrijf de plaatsnaam of plaatsnamen op)
2) welk vervoermiddel u heeft gebruikt?
(noteer het vervoermiddel: auto, bus, fiets enz.)
3) welke grensovergang u bent gepasseerd? (noteer letter van grensovergang, zie hieronder) 4) wat het doel was van uw bezoek?
(kruis een of meer redenen aan)
Indien u bij een bezoek meer plaatsen heeft bezocht (bijvoorbeeld boodschappen in Kranenburg en werk in Kleef) vult u twee plaatsnamen in op dezelfde regel. Plaatsen waar u alleen doorheen gereden bent hoeft u niet te noteren. Overzicht grensovergangen Noteer de letter van de grensovergang in de derde kolom van het schema op de volgende bladzijde. Gebruikte u een andere grensovergang, vul deze dan in bij g of h en noteer die letter in het schema. Van noord naar zuid: a)
Nieuwe Rijksweg (N325) – Bundesstraße 9 (B9) (hoofdweg Nijmegen-Beek-Kleef)
b)
Wylerbaan of Oude Kleefsebaan - Nimweger Straße (K44) (bij het Lottokantoor in Wyler) (van Groesbeek/Nijmegen naar Kranenburg/Wyler)
c)
Cranenburgsestraat – Hettsteeg of Postweg (grensovergang Altena-Hettsteeg) (alleen lopen/fiets/motor)
d)
Ketelstraat – Grafwegenerstraße (van De Horst naar Kranenburg/Frasselt) (onverharde weg)
e)
Bredeweg – Grafwegen (van Breedeweg naar Grafwegen/Kranenburg)
f)
Kleefseweg (N291) – Reichswald (504/484) (grensovergang Grunewald) (van Gennep/Ottersum naar Kleef/Kranenburg)
g)
Anders namelijk: straat/wegnummer ……………………………………………………………………………………………………… van (plaats in Nederland) ………………………………………… naar (plaats in Duitsland) …………………………………
h)
Anders namelijk: straat/wegnummer ……………………………………………………………………………………………………… van (plaats in Nederland) ………………………………………… naar (plaats in Duitsland) …………………………………
42
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies
1. Bestemming (plaatsnaam)
2. Vervoermiddel
3. Grensovergang letter:
a) b) c) d) e) f) g) h) i) j)
4. Doel van het bezoek aan Duitsland (meer antwoorden mogelijk) voor mijn winkelen, familie/ sport of anders werk benzine vrienden vereniging (1) (3) (4) enz (2) (5) namelijk:
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
……………………………………………
………………………
……
……………………………
Indien u meer dan tien keer de grens bent overgestoken, hoeft u slechts 10 bezoeken te noteren.
10. Stel dat alle genoemde grensovergangen open zouden zijn voor alle verkeer. Zou u dan een andere grensovergang gaan gebruiken? Zo ja, vul dan de letter in van de grensovergang in de voorgaande vraag. 1 Nee, dat zou niets veranderen 2 Ja, ik zou dan meestal een andere grensovergang gebruiken, namelijk …… 3 Ik zou dan af en toe een andere grensovergang gebruiken, namelijk ……
11.
Gaat u tegenwoordig vaker de Duitse grens over dan ongeveer vijf jaar geleden? Vaker Ongeveer even vaak 2 Minder vaak 3 1
Winkelen 12. Welke plaatsen bezoekt u wel eens om boodschappen te doen of te winkelen? Maak onderscheid tussen dagelijkse boodschappen (zoals etenswaren en huishoudartikelen) en nietdagelijkse boodschappen (zoals kleding, cadeaus, CD’s, of hobbyartikelen). Noteer in elke rij maximaal vijf plaatsen in Nederland of Duitsland die u wel eens bezoekt voor dit soort boodschappen. Begin met de plaats die u het meest bezoekt. Dat kan ook uw eigen woonplaats zijn.
Dagelijkse boodschappen doe ik in:
Niet-dagelijkse boodschappen doe ik in:
1.
………………………………………………………
1.
………………………………………………………
2.
………………………………………………………
2.
………………………………………………………
3.
………………………………………………………
3.
………………………………………………………
4.
………………………………………………………
4.
………………………………………………………
5.
………………………………………………………
5.
………………………………………………………
Onderzoek Verplaatsingsgedrag Groesbeek - Kranenburg
43
Vragen over uzelf Tot slot volgen enkele algemene vragen over u en uw huishouden. 13. Wat is uw geslacht? 1 Vrouw 2 Man
14. Wat is uw leeftijd? __ __ jaar
15. Wat is uw huidige gezinssituatie? 1 Ik woon alleen 2 Ik woon bij mijn ouders Twee volwassenen, geen thuiswonende kinderen 3 Twee volwassenen met een of meer thuiswonende kinderen 4 Eén volwassene met een of meer thuiswonende kinderen 5 Anders, namelijk ………………………………………………………………………………………………………………… 6
16. Welke situatie is op u het meest van toepassing? 1 Ik werk beantwoord vraag 17 Ik ben scholier / student (volg volledig dagonderwijs) beantwoord vraag 17 2 Ik ben (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt einde vragenlijst 3 Ik ben werkzoekend einde vragenlijst 4 Ik ben gepensioneerd / met de VUT / ontvang AOW einde vragenlijst 5 Ik werk in de eigen huishouding (huisman/huisvrouw) einde vragenlijst 6 Anders, namelijk ………………………………………………………………………………………………………………………… 7
17. Waar werkt u of volgt u een opleiding? 1 In de gemeente Groesbeek 2 In Nijmegen 3 In een andere gemeente in Nederland, namelijk ………………………………………… 4 In Duitsland, namelijk in de gemeente/plaats ……………………………………… Anders, namelijk ……………………………………………………………… 5
Heel hartelijk bedankt voor uw medewerking!
Anonimiteit gegarandeerd U kunt erop rekenen dat deze vragenlijst zorgvuldig en volledig anoniem wordt verwerkt. Onderaan deze enquête vindt u een deelnemerscode. Via deze code weten de onderzoekers wie de enquête hebben teruggestuurd. Dat is nodig voor het verloten van de zweefvluchten. Ook worden de codes gebruikt om eventueel een herinneringsbrief te verzenden. Welke naam bij welke code hoort is alleen bekend bij de onderzoekers en de codes worden niet voor andere doelen gebruikt.
44
Oostveen Beleidsonderzoek en Advies