Nieuwsbrief november-december 2015
Inhoud 1. Voorwoord 2. Tuin winterklaar maken 3. Verstandig bemesten 4. Groenbemesters , hoe werkt dat nou precies? 5. Groenbemesters 2, Tuin-uitjes 6. De gemakkelijke moestuin, wat is dat? 7. Wat staat er in de zadengids van Zaadhandel Van der Wal Biologisch 8. Wat te doen in de tuin in november en december! 9. Tuinieren en gezondheid in de media 10. Kerstkaart
Voorwoord Afgelopen jaar was voor de vereniging een welbewogen jaar. De bezetting van het bestuur was laag, maar met alle vrijwilligers hebben we toch wat mooie dingen kunnen doen. Op de Wiers zijn er weer paaltjes met nummers bij de tuinen, dit najaar was er een spetterend oogstfeest en de gemeente is eindelijk overstag. Het was een mooi en leerzaam jaar, maar het is nog niet voorbij. Inmiddels is de maand November aangebroken. Afgelopen maand hebben we vreemd weer gehad. Er is weinig regen gevallen en het was warmer dan normaal in Oktober. Toch haalt iedereen zijn laatste oogst binnen, hierna is het echt op. Dat betekent echter niet dat we stil hoeven te zitten. We kunnen onze tuinen winter klaar maken zodat we volgend jaar bruisend kunnen beginnen. Heb je er al over nagedacht? In deze nieuwsbrief lees je er alles over. Ook het gebruik van mest en groenbemesters komt aan bod. En de zadengidsen komen er weer aan!
Wil je ook een stukje in de volgende nieuwsbrief van januari/februari 2016 schrijven? Bijvoorbeeld over je tuin, over wat je graag kweekt of een lekker recept is ook altijd welkom! Stuur het dan door voor 25 december a.s. naar onderstaand mailadres Colofon Redactie: email:
[email protected] Eindredactie: PR ATV Ons Belang (Diënty Hazenbrink en Janny Holzapfel) Website: www.onsbelang-nieuwegein.nl https://www.facebook.com/#!/TuindersverenigingOnsBelang
jaargang 6 – nummer 5
1
Nieuwsbrief november-december 2015
We hebben al een klein staartje van de winter een paar weken geleden, dit jaar wel bijzonder vroeg al ’s nachts temperaturen onder nul. We moeten dus snel onze tuin gaan beschermen om het zo goed mogelijk door de winter heen te krijgen. Begin met zoveel mogelijk te oogsten zoals sluitkolen, pastinaak, selderijknollen en winterwortels. Andere groenten zoals boerenkool, spruiten, palmkool, prei, veldsla en winterpostelein kunnen de hele winter op een beschutte plaats blijven staan. Bescherm vorstgevoelige planten zoals artisjok, kruiden zoals tijm, lavendel en rozemarijn, leifruit, stamrozen, planten in potten (zet deze eventueel in de kas) tegen de weersinvloeden met een gazen korf met stro, jutezakken, fleecedeken of rietmat gevuld met stro en blad of een glazen cloche (zie hiernaast). Heb je groenbemesters gezaaid dan kan je deze laten afsterven om de bodem te laten bedekken en later in de grond werken zodat de resten hun stoffen kunnen afgeven aan de grond en volgend jaar aan je planten. Het is nu te laat om groenbemesters te zaaien maar je kan er al over nadenken voor volgend jaar. Kijk op de pagina’s 4 en 5 van deze nieuwsbrief voor een overzicht welke groentebemester op welke grond kunnen, hoe ze passen in de vruchtwisseling en wat ze afgeven en doen voor de structuur van de grond. Zorg ervoor dat alle resten van planten (behalve die met ziektes en tomaten- en aardappelloof) op de composthoop komen (http://onsbelang-nieuwegein.nl/wpcontent/uploads/2014/11/nieuwsbrief-novemberdecember2014.pdf) ruim onkruidresten die je niet op de tuin wil en doe het op de composthoop! Traditioneel wordt de kleigrond op de Wiers gespit om in het voorjaar kapot gevroren kluiten klei makkelijker te bewerken. Op zandgrond zoals op het Klaphek kan je dat het beste in het voorjaar doen. Steeds meer onderzoeken tonen aan dat dit niet goed is voor het bodemleven wat jaar in jaar uit een enorme klap krijgt. Organismen die alleen in diepere lagen leven worden aan het oppervlak gebracht en gaan dood. Zonder bodemleven geen goede grond. Zie hierover het uitgebreide artikel op onze website http://onsbelang-nieuwegein.nl/?page_id=1823. Onze bodem bestaat uit belangrijke organismen die samen een natuurlijke kringloop vormen, ze nemen natuurlijk afval tot zich, verteren het en geven het vrij in de vorm van makkelijk op te nemen mest voor onze planten. Kies je toch voor spitten zorg dan dat de structuur van de grond na het spitten verbeterd wordt door ongeveer een 2 cm dikke compostlaag aan te brengen! Maar als je niet kan of wilt spitten, wat zijn dan de alternatieven? Er zijn meerdere manieren om met ongespitte grond om te gaan. Je kan bijvoorbeeld mulchen (bedekken van de grond) met houtsnippers, hennepstrooisel, stro, dikke laag compost en afgevallen blad, hierdoor wordt de grond beschermd voor lage temperaturen, regen en sneeuw waardoor je erosie (het wegspoelen van voedingsstoffen) tegen gaat. Met bemesten kan je beter wachten tot in het voorjaar. Zie voor Verstandig Bemesten het uitgebreide artikel op pagina 3. Neem de tijd om plannen te maken voor volgend jaar, de zaadcatalogi te bekijken (let op de brief die binnenkort komt met de bestellijsten van de zaadhandels Garant en Van der Wal Bio waarmee je met korting zaden en dergelijke kan bestellen – zie artikel van de nieuwe zaden op pagina 7) en je tuin in te delen. Hieronder wat interessante links naar website over het winterklaar maken van je tuin, zelf gereedschap repareren, alles over mulchen e.d. http://deboon.blogspot.nl/2014/02/zelf-tuingereedschap-repareren.html http://www.l1.nl/nieuws/298933-tips-van-peters-visser-om-moestuin-winterklaar-temaken?utm_source=feedburner&utm_medium=twitter&utm_campaign=Feed%3A+l1%2Fnieuws+%28L1 %29 http://www.mooiwatplantendoen.nl/tweede-leven-voor-al-die-prachtige-bladeren http://blog.natuurlijkemoestuin.be/echt-bijna-alles-overmulchen/?awt_l=IWTls&awt_m=3VcNR9DoBaV11AX
jaargang 6 – nummer 5
2
Nieuwsbrief november-december 2015
Al is het nog niet de tijd om te bemesten, maar nu het rustig is in de moestuin kan je eens je gedachten laten gaan over het volgende artikel over bemesten van de moestuin! Onlangs zijn er resultaten van een grootschalig onderzoek wat bij de Universiteit van Gent werd gedaan over het bemesten van onze tuinen. Het resultaat was opvallend want er is vastgesteld dat moestuiniers dol zijn op bemesten, ja zelfs overbemesten. Hobbytuinders moeten er bewust van worden gemaakt dat ze daardoor bijdragen aan waterverontreiniging door uitspoeling van voedingsstoffen (vooral stikstof en fosfor). Als gevolg van de uitputting van bodems raakt kunstmest uit de gratie en wordt er op dierlijke mest ingezet. Na dat grote ondernemingen 50 jaar geld verdiend hebben met bodembederf (via kunstmest), moet nu een omslag worden gemaakt door hetzelfde resultaat met organische meststoffen. Elk gerenommeerd merk heeft tegenwoordig ook een organische lijn en vaak ook een biologische lijn. Vijftig jaar bodembederf!!! Het wordt zonder blikken of blozen toegegeven en nu de kunstmestvoorraden uitgeput raken en daardoor steeds duurder worden schakelen we gewoon over op (verwerkte) koeienpoep en –urine. Na 50 jaar miskleunen moeten boeren en tuinders opnieuw geleerd worden hoe heilzaam organische stof in de bodem kan zijn omdat een hele generatie er niet meer mee is opgegroeid. Of die koeienpoep gezond is vraagt men zich niet eens af. Weet jij wat gezonde koeienpoep is? De ideale koeienvlaai wordt gevormd door een mestbrij die een ietsje bijeen blijft, licht ploppend klinkt bij het landen en uitwaaiert op de grond. De vlaai is zo'n 2, 3 cm dik. Als er een laars op wordt gezet, zuigt de mest niet aan bij het optillen van de laars en er blijft geen laarsprofiel in de mest achter. De mest glanst en er zijn geen onverteerde deeltjes in de vlaai te zien (of te voelen). Dit is de mest van een gezonde koe, die haar rantsoen goed verteert. Dunnere of dikkere mest wijst op ziekte of voedingsproblemen. Als je in de komende periode stalmest krijgt aangeboden dan doe je er goed aan om deze op te slaan en niet te gebruiken. Verse stalmest veroorzaakt verbranding van planten(wortels) en het trekt ongewenste insecten aan. Laat de mest 1-2 jaar tot rust komen en ga het dan pas gebruiken. Je kunt mest met compost die op de wachthoop ligt met elkaar mengen. Het zorgt voor meer lucht in de hoop en daardoor voor een betere vertering van compost. Compost bevat meestal veel bladgroen en minder houtig materiaal. Bladgroen verteert sneller dan houtig materiaal. Toch zijn beide materialen nodig voor een evenwichtige opbouw. Bladgroen bevat namelijk stikstof en houtig materiaal koolstof. Als je je compost zeeft blijft er vaak houtig materiaal in de zeef over. Stort het terug op de composthoop, dat mag er een jaartje langer over doen. In deze tijd van het jaar zal er veel bladafval naar de composthoop verhuizen. Van eikenblad is bekend dat het slecht verteert, meng het met mate door de compost. Gebruik het als bodembedekking van je tuinpaden en leg het onder je bessenstruiken die toch al een lagere pH-waarde nodig hebben. Het houd de grond eronder vochtig en beschermt tegen onkruid. Op zandgrond zullen meststoffen snel uitspoelen. Ga zeker in het najaar geen mest onderwerken. De mest zal wegvloeien naar het oppervlaktewater en in het voorjaar kun je opnieuw met bemesten gaan beginnen. Bedenk dat een goede bodemstructuur primair is en daarom werk je met compost. Mest gebruik je niet voor de bodem maar het voedt planten. Die planten zijn er nu meestal niet meer. Plantenresten hoef je niet altijd naar de composthoop te brengen. Zeker niet in deze tijd van het jaar. Natuurlijk, er is op zich niets mis mee, maar waarom vandaag heen sjouwen en ‘morgen’ terugbrengen? Die plantenresten willen ook best wel op de plaats waar je ze uittrekt composteren. Wellicht niet in enkele maanden tijd, en zeker niet bij afnemende temperaturen. Maar bedenk hoezeer je het bodemleven er een plezier mee doet. Al dat gekrioel draagt ook bij aan verbetering van de bodemstructuur. Bijkomend voordeel is dat, als de bodem er goed mee bedekt wordt, er geen onkruidgroei meer plaats vindt. Zo kan de grond heel goed de winter doorkomen. Wat aan het begin van het volgend tuinseizoen niet is verteerd kan alsnog naar de composthoop. In de agrarische wereld wordt ook gecomposteerd en http://www.akkerwijzer.nl is er heel eerlijk in: “wie regelmatig compost aanvoert bouwt niet alleen organische stof op, maar maakt de grond op lange termijn zelfs rijker dan met dierlijke mest. Wel profiteert het gewas direct van de mineralen in de mest. Na 20 jaar mineraliseert er echter meer stikstof uit de compost dan vanuit de mest”.
jaargang 6 – nummer 5
3
Nieuwsbrief november-december 2015
Groenbemesters zijn gewassen die we telen, niet voor consumptie, maar voor hun bodemverbeterende en mesttoevoegende eigenschappen. Het zijn gewassen die we direct onder kunnen spitten, laten afsterven voor bedekking of kunnen oogsten en dan de composthoop ermee kunnen vullen. Je kan kiezen uit verschillende groenbemesters met hun eigen eigenschappen en voor- en nadelen: Kruisbloemigen: dit is de minst gunstigste groep groenbemesters omdat het familie is van de kool en afhankelijk van de soort meer of minder gevoelig is voor knolvoet (veroorzaakt door een schimmel die de wortel misvormd tot knolletjes). Deze soort moet dus echt mee in de vierjarige vruchtwisseling waardoor het lastiger te gebruiken is. Uit welke soorten kan je kiezen: Bladkool: geschikt voor de nateelt. Maakt veel blad waardoor de grond goed bedekt wordt. Gebruikt veel voeding uit de grond en zeer gevoelig voor knolvoet. Gele mosterd: groeit zeer snel, zowel als hoofd- als nateelt te gebruiken. Kan zich flink uitzaaien dus bloemen verwijderen zodra er zaadvorming is. Bevriest in de winter en laat een rulle grond achter. Zeer gevoelig voor knolvoet. Raap: geschikt voor de nateelt (voor half september zaaien). Gebruikt veel voeding uit de bodem en gevoelig voor knolvoet. Bladrammenas: geschikt voor de nateelt, bevriest snel en zorgt voor redelijke bedekking. Waardplant (gastheer) voor het bieten cyste-aaltje dus mee laten gaan in de vruchtwisseling. Nauwelijks gevoelig voor knolvoet. Vlinderbloemigen: vangen stikstof uit de lucht en slaan het op in bolletjes aan hun wortels. Ze bedekken de grond redelijk goed en wortelen diep waardoor ze mineralen uit diepere lagen grond naar het oppervlakte halen. Leveren weinig organisch materiaal. Ze zijn familie van de peulvruchten en moeten dus meedraaien in de vruchtwisseling. Niet zo strikt als de kruisbloemigen maar zaaien 1 of 2 jaar geen vlinderbloemigen na de peulvruchten. Zaai geen vlinderbloemigen op stukken waar je het jaar erop wortelgroenten wil kweken want dit geeft veel blad en weinig knol. Uit welke soorten kan je kiezen: Gele lupine: eenjarig en geschikte voor zanderige zure gronden. Legt goed stikstof vast, maar groeit traag. Alexandrijnse klaver: geschikt als hoofd- en nateelt. Bevriest in de winter, wortelt niet diep maar geeft voldoende stikstof af. Incarnaat klaver: wortelt ondiep en geeft minder stikstof af. Groeit snel en daardoor geschikt voor nateelt. Rode klaver: vaste plant en alleen geschikt als hoofdteelt. Grotere plant en daardoor meer bedekking. Witte klaver: vaste plant en alleen geschikt als hoofdteelt. Bevriest niet en heeft de neiging in het voorjaar gewoon weer door te groeien. Wel heel goede stikstofbinder. Serradella: levert minder stikstof, bedekt de grond niet volledig maar maakt zeer lange penwortels die goed zijn voor de drainage van de grond. Alleen geschikt als hoofdteelt. Veldboon: familie van de tuinboon, geeft veel stikstof af maar bedekt de grond niet genoeg. Wikke: bedekt de grond niet goed, bevriest snel maar geeft goed stikstof af.
jaargang 6 – nummer 5
4
Nieuwsbrief november-december 2015
Grassen: zijn erg positief omdat ze geen verwanten hebben onder de groenten, bedekken de grond goed, leveren veel organisch materiaal. Nadeel – ze gebruiken relatief veel grondstoffen, maar houden ze ook weer vast samen met veel vocht. Gras-groenbemester moet altijd ondergespit worden. Engels raaigras: sterk en snelgroeiend. Levert niet veel stikstof, levert veel organisch materiaal en bevriest niet snel. Rogge: kan als hoofd- en nateelt. Kan tot half oktober gezaaid worden dus goed geschikt voor de late nateelt. Pas in het voorjaar onderspitten daardoor zeer geschikt voor zanderige grond. Levert weinig stikstof maar wel veel organisch materiaal en bedekt de grond goed. Westerwolds raaigras: bedekt de grond zeer goed met frisgroen blad. Wel lastig onder te spitten omdat ze relatief dikke vlezige wortels hebben. Sterft in het vroege voorjaar af dus dan beter en makkelijker spitten. Dus geschikt voor zandgrond. Levert niet veel stikstof maar wel veel organisch materiaal en kan tot half september gezaaid worden. Overigen: niet verwant aan groenten dus kunnen overal ingezet worden en hoeven niet mee in de vruchtwisseling. Sommige soorten zijn niet alleen nuttig maar ook mooi door hun bloemen. Bernagie-Komkommerkruid: kan tot eind augustus gezaaid worden. Geschikt voor kleigrond want hebben veel vocht nodig. Groeit snel maar bedekt niet volledig, bevriest snel. Prachtige bloemen maar zaad verwijderen om uitzaaien tegen te gaan. Boekweit: heeft amper voedingsstoffen nodig om te groeien, dus ook zeer geschikt voor zandgrond. Gevoelig voor vorst, bijenplant. Phacelia: bijenplant met mooie lilapaarse bloemen. Groeit snel en bedekt goed, geschikt als hoofdteelt. 60 dagen na het zaaien sterft de plant langzaam af en geeft voeding terug aan de grond. Spurrie: vooral geschikt voor zandgrond, snelgroeiend en goed bestand tegen droogte. Bedekt redelijk, sterk vorstgevoelig. Dat zijn dan de officiele groenbemesters maar overtollige andijvie of sla kan je ook heel goed onderspitten om organisch materiaal te verkrijgen. Verder zijn afrikanen, goudsbloem (kijk uit voor het zaad) en oost-indische kers ook geschikt hiervoor. Een interessant artikel over een bodemdokter die woestijngrond tot leven wekt - ! http://www.oneworld.nl/food/dezebodemdokter-wekt-woestijngrond-tot-leven
TUIN-UITJES
Wintermoments with Flowers – Brugge (België) – 20 t/m 29 november 2015 – www.oudsintjan.eu Winterfestival Tuinen van Appeltern te Appeltern – 27 t/m 29 november 2015 – www.appeltern.nl Heerlijk Groen beurs te Boskoop – 28 en 29 november 2015 – www.heerlijk-groen.nl
jaargang 6 – nummer 5
5
Nieuwsbrief november-december 2015
De laatste tijd hoor je steeds meer over “de makkelijke moestuin” (MM). Wat is dat nou precies? En is het echt veel handiger dan het gangbare moestuinieren? Eigenlijk wordt onder de makkelijke moestuin ook de vierkante meter tuin genoemd die sinds een aantal jaar een groot succes is want meer dan een bak van hout, goede aarde en groentezaad heb je niet nodig. Je moestuiniert dus niet in de blote grond maar in een grote bak zonder bodem die je op willekeurig welke bodem kan zetten. Doordat steeds meer mensen hun eigen groenten e.d. willen kweken maar ook vaak niet veel tijd hebben worden er oplossingen gezocht die minder tijd vergen en waardoor je toch verse groenten en fruit kan hebben. De bakken die in de handel zijn, zijn inderdaad een vierkante meter met 16 aparte vakjes voor 1 plant. Je kan speciale grond hiervoor kopen en je kan zelfs aparte zadenpakketten kopen met voor ieder vakje een eigen groente, bloemen e.d. De produkten die hiervoor gemaakt zijn, zijn vaak wel flink prijzig. Het nadeel is dat je veel bakken nodig hebt om een lange periode van je moestuin te eten. Grote planten hebben al snel veel te weinig ruimte (25 cm is niet veel voor een flinke krop andijvie). Vaste planten zoals rabarber kan al helemaal niet dus je bent beperkter dan in een gewone moestuin. Het grootste voordeel is dat je om te oefenen in je eigen achtertuin een makkelijk te onderhouden tuintje hebt. Maar wil je meer dan zal je het toch wat grootser aan moeten pakken. Wat zijn de voor- en nadelen van op deze manier te tuinieren: Nadelen zijn: veel werk is om het aan te leggen en te onderhouden (hout moet toch behandeld worden) je hebt veel materialen nodig , zowel steen als hout is duur in de aanschaf opvullen met goede aarde, voor het beste resultaat is een combinatie van 1/3 turfmolm, 1/3 compost en 1/3 vermiculiet (mineraal die vocht en voeding vasthoudt, duur en moeilijk te krijgen) na een regenbui is de grond vaak flink gezakt en moet je meer toevoegen vaak meer moeten bemesten i.v.m. uitspoelen mest je kan niet elk jaar dezelfde grond gebruiken, je zal het moeten vervangen of blijven aanvullen de grond droogt sneller uit waardoor je meer moet sproeien niet zomaar verplaatsbaar Voordelen zijn: spitten is niet nodig nauwelijks onkruid dus meer tijd voor de leuke dingen in de tuin genoeg ruimte voor kleinere soorten groenten, kruiden e.d. slakken en ander kruipend ongedierte geven het vaak op voordat ze bij je plantjes zijn je kan het overal neerzetten, ook op een balkon goede drainage
strobaaltuin
Het is ook mogelijk om van andere materialen een verhoogde moestuin te maken, zie onderstaande foto’s:
Kies zelf welke manier van tuinieren voor jou werkt en geniet van je moestuin!
jaargang 6 – nummer 5
6
Nieuwsbrief november-december 2015
Vanaf dit jaar krijgen we geen bestellijsten meer van Zaadhandel de Bolster. Daarvoor in de plaats komt de biologische zadengids van Zaadhandel van der Wal. Begin december zullen alle leden hier informatie over krijgen. Doordat we eerder deze gids nog niet hebben gekregen kan er moeilijk worden aangegeven wat er nieuw is. Daarom komt hier een kleine opsomming van bijzondere rassen, kijk ook eens op www.biologischzaad.nl. Andijvie Bubikopf-2 Snelgroeiende rechtopgaande krop geschikt voor de hoofd- en de nateelt en redelijk bestand tegen vorst. Oogstbaar van juni tot december. Courgette Cocozille von Tripoli Lange smalle groen gestreepte vruchten. Het vruchtvlees heeft een fijne structuur. Geschikt voor koken en inmaken.
Komkommer Marketmore Een prachtige donkergroene veldkomkommer (buitenteelt) met goede teeltresultaten. Heerlijke vruchten.
Broccoli Purple Sprouting Early Een tweejarig ras, je zaait het in juli/augustus en je oogst van de herfst tot de vroege zomer heerlijke broccoli. Goed winterhard.
Paksoi Taitsoi-Choi De bekende paksoi in baby formaat. Een fijnere kwaliteit met kortere stelen en fijn rond blad. Het kan in een rozet groeien waardoor er meer blad ontstaat.
Palmkool Nero di Toscana De bij menigeen al bekende palmkool is een zachtere variant dan onze boerenkool. Door deze zachtheid is hij beter te gebruiken in soep, stampot en roerbakken. Oogsten vanaf de onderkant en dan groeit de bladeren vanuit het hart weer verder. Gevoelig voor witte vlieg.
Suikermais Damaun Deze mais is dubbelzoet van smaak. Een middelgroot tot groot ras.
Suikerwortel Skirrit Knolgewas van de suikerwortelplant bestaat uit clusters van lange zeer zoete wortels met witte kern. Een vergeten herfst- en wintergroente. Eenvoudig te kweken. Tweejarig gewas. De plant kan 150 cm hoog worden. Vooral geschikt voor zandgronden of diepgewerkte kleigrond met veel compost. Pompoen Table Ace Groene bewaarpompoen met geel opvallend zoet vruchtvlees met een nootachtige smaak. Erg lang houdbaar. Radijs Giant of Sicily Grote (5 cm) ronde helder rode radijs met een zachte smaak. Een Heirloom (Heirloom betekend dat dit ras een rijke familiegeschiedenis heeft en wordt door natuurlijke bestuiving verkregen) ras uit Sicilië. Snelgroeiend.
Eikenbladsla Cocarde Niet kropvormende eikenbladsla. De bladeren groeien rechtopstaand in een rozet vanuit het hart. Hardschillige bonen Turtle Bean (stamboon) Kleine glimmende zwarte boon met een vleesachtige stevige textuur en smaakt naar champignons. Wordt veel gebruikt in de Mexicaanse keuken. Heeft een hoog gehalte van anti-oxidanten. Kan bijna niet wachten voor we weer kunnen beginnen!
jaargang 6 – nummer 5
7
Nieuwsbrief november-december 2015
Je kan nog tot in december de lentebloeiende bloembollen planten. Week bolletjes van winterakoniet en bosanemoon een nachtje in water voordat je ze plant. Herfst- en winterbloeiende cyclamen kan je heel goed onder fruitbomen planten. Ze nemen geen voeding omdat het plantje veel oppervlakkiger zijn wortels heeft en de plant kan goed tegen droogte. Maak een schuilplaats voor de dieren die overwinteren in je tuin – zie vorige nieuwsbrief. Je kan nu nog veldsla zaaien onder glas Oogsten: andijvie, bieten, bloemkool, boerenkool, broccoli, palmkool, pastinaak, rrei, rode kool, rammenas, savooie kool, schorseneren, spitskool, spruiten, spinazie, Winterwortel, veldsla, witlof en witte kool Begin langzamerhand te bedenken wat je wil met je tuin voor volgend jaar Maak je tuin winterklaar. Maak de dakgoten schoon van je huisje. Plaats de komende maanden een tuinhuis; herfst en winter zijn daar de beste perioden voor. Knoflook kan in november nog worden geplant Oogst de spruiten van onder af en plaats er een stok bij om ze overeind te houden. Oogst de laatste bieten en wortelen en bewaar ze in vochtig zand als je ze niet gelijk op kan eten. Check de appelvoorraad en verwijder aangetaste vruchten. Vanaf half november kan je nieuwe fruitbomen planten Vruchten die gesnoeid kunnen: blauwe bes, bramen, zomerframboos, wijnbes, kweepeer, vijgenboom, passievrucht, tayberry, vlier en druif Haal verdroogde vruchten van de fruitbomen om verspreiding van ziekte te voorkomen. Snoeien zomerbloeiende en overige heesters Planten van bladverliezende bomen en sierheesters. Vaste planten bedekken met compost. Vorstgevoelige heesters en planten extra toedekken met een dikke laag blad. Maak een koele, vorstvrije ruimte vrij zodat je planten in pot snel binnen kunt zetten als het gaat vriezen.
Grondige schoonmaak geven aan allerlei tuinmateriaal. Nestkastjes schoonmaken en ophangen. Oogsten: witlof, spruiten, boerenkool, prei, rode kool, winterkool, veldsla en palmkool Indeling van de moestuin maken voor het nieuwe jaar Zaad bestellen Binnen zaaien: kiemgroenten Deze maand kunt u de druif snoeien. Knip de zijtakken boven het derde oog af De volgende vruchten kunnen gesnoeid worden: aalbes, aardbeiboom, appelboom (liefst na half december), herfstframboos, jostaberry, kiwi, kiwibes, kruisbes, kweepeer, moerbei, wijnbes en zwarte bes Druif, braam en kiwi bemesten met beendermeel, uiterlijk vóór half januari. Druif, kiwi en braam terugsnoeien; het knipsel gebruiken als winterstek.
jaargang 6 – nummer 5
8
Nieuwsbrief november-december 2015
'Bodem rond boomgaard vol landbouwgif' De teelt van appels en peren veroorzaakt flinke vervuiling van de bodem en het oppervlaktewater rond boomgaarden met pesticiden. Bovendien is dat landbouwgif schadelijk voor bijen en andere nuttige insecten. Dat stelt Greenpeace zondag na onderzoek bij negen boomgaarden. In totaal zijn op de dertig bodem-, water- en appelmonsters 197 sporen van 54 verschillende soorten bestrijdingsmiddelen gevonden. Het oppervlaktewater was duidelijk het meest vervuild. Van de 48 bestrijdingsmiddelen die in watermonsters werden aangetroffen, zijn 21 zeer giftig voor in het water levende organismen. Ruim 70 procent van de bodem- en watermonsters bevatte pesticiden die niet zijn toegestaan in de EU of in de fruitteelt. Greenpeace zegt dat het overduidelijk is dat fruitteelt veel bijdraagt aan milieuvervuiling. Zo worden appelbomen tot wel dertig keer bespoten per seizoen. Het laboratorium heeft ook appels getest die zijn ingekocht bij filialen van Albert Heijn, Plus, Aldi, Dirk van den Broek en Jumbo. Deze appels bevatten een gemiddelde van 3,7 pesticidenresiduen per monster. Bespoten "Dit rapport toont aan dat de fruitteelt veel bijdraagt aan milieuvervuiling," zegt Kees Kodde, campagneleider Landbouw bij Greenpeace. "Appelbomen worden tot wel 30 keer toe bespoten per seizoen. Supermarkten hebben veel invloed op telers en kunnen die invloed gebruiken om de milieuvervuiling terug te dringen. Tot nu toe hebben supermarkten voornamelijk hun eigen straatje schoongeveegd."De pesticiden worden van de appels afgewassen voordat ze de winkel bereiken of de middelen worden eerder in het seizoen gespoten zodat de appel in het schap minder gif bevat. "Telers worden uitsluitend afgerekend op hoeveel residuen (restanten) er overblijven op het eindproduct, maar niet op hoeveel milieu- en watervervuiling ze veroorzaken. Supermarkten zouden een veel bredere ketenverantwoordelijkheid moeten nemen en boeren moeten ondersteunen in hun overstap naar ecologische landbouw." Supermarkten De milieuorganisatie roept supermarkten die het fruit aankopen op meer oog te hebben voor de milieu- en watervervuiling en boeren te helpen om over te stappen naar ecologische landbouw. Verder moet de regering er iets aan doen, zodat de normen voor waterkwaliteit niet meer worden overschreden. Daarnaast is de afzet van pesticiden per hectare in Nederland het hoogst in Europa. Het rapport beschrijft ook gifvrije oplossingen. Ecologische boeren en tuinders laten in de praktijk zien dat ook zonder middelen gezonde appels geproduceerd worden. Zij doen dit onder meer door de inzet van natuurlijke plaagbestrijders, meer nuttige natuur op en om de fruitboomgaarden en door het gebruik van appelbomen die door slimme gentechvrije veredeling beter bestand zijn tegen ziekten en plagen. Door: ANP
jaargang 6 – nummer 5
9
Nieuwsbrief november-december 2015
Vond je het leuk om deze nieuwsbrief te lezen? Laat het ons horen! Zou je wel eens wat willen lezen over een bepaald tuin onderwerp? Geef het dan door voor 25 december a.s. want rond 1 januari komt de volgende nieuwsbrief weer uit. Mail naar
[email protected]
jaargang 6 – nummer 5
10