nieuwsbrief #2 december 2015
Zingende Rotterdamse kinderen op de trappen van het stadhuis, begin december
ZINGEN MET DE KLAS!
Zingen is niet alleen een belangrijk doel op zichzelf, het is ook een voedingsbodem voor alle andere vormen van muziek maken. Daarnaast is aangetoond dat actieve muziekbeoefening leidt tot betere leerprestaties. School is natuurlijk een uitstekende plek om hiermee te beginnen. Daarom heeft Rotterdam besloten het zingen op de basisschool op de kaart te zetten en ZangExpress in de arm te nemen om dat te realiseren. De Bergse Zonnebloem doet mee. Cathrien: ZangExpress maakt het voor ons als leerkrachten eenvoudiger om samen met de kinderen te zingen, omdat zowel de tekst als de melodie op de website te vinden zijn. Ook bevordert zingen met de kinderen de sfeer in de groep. Laura: Het doel van ZangExpress is naar mijn idee om op een gemakkelijke manier lekker te zingen met de klas. Zingen is goed voor heel veel dingen. Zo helpt het om te ontspannen, geeft het een fijn groepsgevoel en soms leer je er ook nog wat van!
In het kader hiervan deden een aantal leerkrachten mee met de zogenoemde Zangmakerstrainingen. Cathrien van Beresteijn (onderbouw) en Laura Benneheij (bovenbouw) volgden beiden de training en werken in de klas nu ook met de liedjes en het lesmateriaal waar zij gebruik van mogen maken. Ik sprak hen beiden om hun eerste ervaringen met ons te delen. Kun je kort uitleggen wat in jouw ogen het belangrijkste doel van de ZangExpress is?
> lees verder op de volgende pagina
1
> vervolg voorpagina
we gaan eten. Ik merk dat de kinderen alerter zijn als je iets zingt en ze onthouden dingen ook sneller als het in een liedje verwerkt zit. Laura: Ik heb de methode eigenlijk nog te kort gebruikt om daar iets over te kunnen zeggen, al merk ik wel dat een liedje als ‘dansen op de tafel’ heel goed helpt bij het instuderen van tafelsommen.
Je hebt kort geleden een training van de ZangExpress gevolgd. Wat was de belangrijkste boodschap die jij die dag mee naar huis hebt genomen? Cathrien: Het samen zingen met collega’s gaf een gevoel van saamhorigheid en er kwamen ongekende talenten boven. Dit kan natuurlijk ook in je klas gebeuren. Laura: Zingen is heel persoonlijk en kan daardoor als spannend worden ervaren. Toch is het iets wat iedereen kan. Er zijn leerkrachten die het zingen liever bewaren voor thuis onder de douche. ZangExpress motiveert en helpt hen een leuke muziekles geven. Ik denk dat de drempel voor veel leerkrachten nu minder groot is geworden. In mijn ogen was de voornaamste boodschap van de training: juffen en meesters, ga zingen met de klas!
Wat vinden leerlingen leuk aan de ZangExpress? Cathrien: Ik heb nu drie keer gebruik gemaakt van ZangExpress in de klas en de kinderen doen actief mee met de liedjes. De kleuters kunnen de tekst nog niet zelf lezen maar er zitten vaak plaatjes bij en als ik de tekst meezing, zingen de kinderen ook gemakkelijk mee. Ik heb afgelopen week met de kinderen het liedje ‘kon ik maar voor een dag Sinterklaasje zijn’ aangeleerd en al vrij snel konden veel kinderen het meezingen. Toen we daarna aan het werk gingen, hoorde ik aan diverse tafels kinderen het liedje nog zingen. Laura: Dat het even wat anders is. Het is gezellig, vrolijk en het swingt!
Ik las op de website van de ZangExpress dat onderzoek heeft aangetoond dat muziekbeoefening de intelligentie stimuleert en bijdraagt aan betere prestaties. Wat zijn jouw ervaringen? Beklijft de stof inderdaad beter wanneer leerlingen gebruikmaken van actieve muziekbeoefening tijdens de les? Of in het geval van kleuters, kunnen ze sneller of beter nieuwe dingen leren wanneer er gebruik wordt gemaakt van muziekbeoefening? Cathrien: De kleuters hebben geen gêne om te zingen en zodra ze een liedje horen, proberen ze meteen mee te doen. In de klas gebruiken wij ook regelmatig liedjes bij het opruimen en voordat
De eerste ervaringen met de ZangExpress zijn dus erg positief; de leerkrachten vinden het zowel nuttig als plezierig om zingen als ‘instrument’ te gebruiken in hun lessen. Voor informatie over de ZangExpress kijk hier: http://www.zangexpress.nl/pages-service-menu/informatievoor-ouders-en-verzorgers Door: Rosanne Oomkens
GEB0REN
CYNTHIA VAN EEKELEN Ik ben Cynthia van Eekelen en ik ben 20 jaar oud. Op dit moment zit ik in het 3e jaar en doe ik de opleiding onderwijsassistent. Ik loop stage bij groep 1/2D bij juf Hilde op maandag en dinsdag en vanaf februari ook op de donderdag en vrijdag. Ik loop stage vanaf september tot en met eind mei. Ik heb al veel leuke dingen met de kinderen gedaan en ik hoop nog veel leuke ervaringen op deze school te hebben. Ik woon in een klein dorpje vlakbij Rotterdam. In mijn vrije tijd vind ik het leuk om films en series te kijken of gezellig te winkelen in de stad met een vriendin. Verder vind ik reizen heel erg leuk.
Op 31 Oktober is Rowen geboren. Rowen is de dochter van Juf Mascha en haar man Robert. Veel geluk voor en met Rowen! 2
Efe, Ella en Kasper hebben elke dag dictee
'ALS HET LEUK IS, ONTHOUD JE HET BETER'
In de vorige nieuwsbrief vertelde Juf Laura Benneheij van groep 7 dat ze het tien keer zo leuk vindt om taalles te geven sinds de invoering van de taalmethode (S)taal. Haar leerlingen Efe, Ella en Kasper zijn het met haar eens. Ze spraken met de Nieuwsbrief van de Bergse Zonnebloem op een dinsdagochtend, met alle (S)taal-boeken voor zich. Kasper: ‘Het is echt heel leuk. Ik vind het leuk dat je mag samenwerken.’ Ella: ‘We doen veel meer op het smartboard.’ Efe: ‘Ik vond de duimbladen die we vroeger hadden heel vervelend. Het deed pijn aan je hand, en als je weer eens wat fout had, moest je extra dingen doen.’ In je hoofd stampen De Duimbladen waren misschien niet ieders favoriet, maar (S)taal is echt niet veel minder werk voor de kids van groep 7. Zo is er elke dag een dictee, met lange, moeilijke zinnen die Laura maar één keer voorleest en waar ze dus heel goed naar moeten luisteren om ze goed op te kunnen schrijven. De zinnen zijn pittig. Ella zegt, deels uit haar hoofd: ‘De boer zette zijn eerste boerderij op een terp zodat hij droog bleef bij overstromingen.’ En: ‘Er rennen exact tweeëndertig sterke honden voor de houten slee.’
Hakwoorden Een ander groot verschil met de taallessen van eerder zijn de icoontjes – ‘de plaatjes’ - waar (S) taal gebruik van maakt. Kasper: ‘Je hebt bijvoorbeeld een plaatje van een militair en dat is dan een militair-woord. Dat zijn dus woorden die eindigen op AIR, zoals meubilair’. Efe, Ella en Kasper vinden de filmpjes die erbij horen ook leuk. Ella: ‘Er was een filmpje van een militair die achter een rotsblok dook toen er een blaadje uit de lucht kwam vallen.’ Efe: ‘Als het leuk is, onthoud je het beter.’ Woorden en gezegdes over familie (S)taal werkt met thema’s. De kinderen van groep 7 hebben zich als eerste beziggehouden met strips. Daarna draaiden alle taallessen om het thema ‘licht’. En nu staat ‘familie’ centraal. De schrijfster van dit stukje is onder de indruk. 3
Want de kinderen leren woorden als partner, telg, aangetrouwd, zwager en stamboom. ‘Je ziet een woord en dan moet je in het boek aankruisen wat het betekent,’ legt Kasper uit. De drie laten in hun boek zien dat er ook heel veel spreekwoorden en gezegdes zijn over het onderwerp familie. ‘Een kind van eigen vlees en bloed’ bijvoorbeeld of ‘Kind noch kraai hebben’ en ‘Het hemd is nader dan de rok.’ Iets leuks En het leuke is, zo vertellen ze, als het thema bijna klaar is, mogen ze nog iets leuks doen. Een strip tekenen bijvoorbeeld aan het einde van het thema strips. Dat was logisch. Na het thema licht maakten ze een muurkrant. En nu hebben ze allemaal een verhaal geschreven. Over iets wat ze mee hebben gemaakt met hun familie natuurlijk! Door Astrid van der Werf
WE ZIJN BIJNA ‘THUIS’!
De verhuisdatum naar de Elektroweg staat definitief vast. Woensdagmiddag 17 februari worden de verhuisdozen ingepakt en 18 februari staat de verhuiswagen klaar om alle spullen van de Hildegardisstraat en de Prinses Margrietstraat naar de Elektroweg te brengen. De kinderen hebben daardoor een extra lange voorjaarsvakantie. Zij zijn vanaf donderdag 18 t/m maandag 29 februari vrij. Dinsdag 1 maart starten de lessen.
4
MEREL WIL SOMS BUITEN COMFORTZONE ZIJN
Juf Merel Zwart begint het nieuwe jaar goed. Ze is per 1 januari 2016 benoemd als directeur van obs De Meridiaan in Rotterdam Prins Alexander. Merel werkte sinds 2009 als locatie-directeur op de Bergse Zonnebloem en vanaf het schooljaar 2014-2015 als leerkracht. ‘Ik kan de tools en ervaring die ik heb opgedaan inzetten op een nieuwe school, waar een leuke, uitdagende taak ligt om die verder te laten groeien en ontwikkelen.’
Na zeven jaar Bergse Zonnebloem is Juf Merel toe aan een andere uitdaging. Hoewel ze het directe werken met de leerlingen erg leuk vindt, mist ze hierin het – zoals ze zelf zegt – ‘buiten je comfortzone treden’.
Als het gaat om de Bergse Zonnebloem overheersen de leuke herinneringen. Ze heeft een hele leuke tijd gehad hier met haar leerlingen, hun ouders en haar collega’s. ‘Zeker omdat er openheid naar elkaar is geweest en we altijd met en van elkaar konden leren. En dat is toch echt iets waardevols.’
Zeker is dat de vijf jaar als directeur haar, door het begeleiden van leerkrachten op onderwijskundig en pedagogisch gebied, veel voldoening en plezier hebben gegeven. ‘Het is echt jammer om halverwege een schooljaar de groep te verlaten, maar deze mogelijkheid kon ik niet laten liggen,’ vertelt ze. Ze gaat als directeur werken waarbij ze zich onder andere meer gaat bezighouden met de inhoudelijke kant van onderwijs en het ontwikkelen van een visie voor de lange termijn. En hoe je deze twee zaken gezamenlijk met een team leerkrachten vorm geeft. Dat is waar haar ambitie ligt.
Wij bedanken Merel voor al het werk hier en wensen haar alle goeds en veel werkplezier in haar nieuwe baan. Door: Anita Boorsma
5
MOGEN WE ONS EVEN VOORSTELLEN?
Aangenaam. Wij zijn de oudercommissie van de Bergse Zonnebloem.
Een grote groep actieve ouders die samen met het docententeam enthousiast de vele activiteiten in een schooljaar organiseert, zoals Sinterklaas, kerstborrel, avondvierdaagse, voorleesontbijt, sportdag, projectweek, schoolreis, slotfeest. We zijn niet helemaal compleet op deze foto, er missen drie leden, te weten: Rabiye, Wimfred en Heike. De leden die er wel op staan zijn (v.l.n.r.): Bart, Kitty, Marieke, Rosanne, Daniëlle, Sylke, Arianne, Sandra, Raymond en Else-Marike. OC-hulpouderpoule Regelmatig hoor ik van ouders dat ze graag actief willen zijn en willen meehelpen bij bepaalde activiteiten en klussen. Een manier is via de inteken-
lijsten of oproepen van de leerkrachten. Een andere manier is door je op te geven voor de OC-hulpouderpoule. Stuur hiervoor een berichtje naar
[email protected] met je naam, telefoonnummer en de naam en groepsnummer van je kind(eren) en dan voeg ik je toe aan de lijst. Of spreek een van ons even aan op het schoolplein. Ouderbijdrage Ben je nog vergeten de ouderbijdrage te betalen? Doe dat dan alsnog alsjeblieft. Het geeft ons meer armslag om de dingen op een leuke manier te organiseren voor onze kinderen. Namens de oudercommisie, Kitty van Suchtelen
6
Wil je ook actief helpen bij activiteiten? Stuur hiervoor een berichtje naar
[email protected] met je naam, telefoonnummer en de naam en groepsnummer van je kind(eren) en dan voeg ik je toe aan de lijst.
‘T HEERLIJK OCHTENDJE WAS GEKOMEN
7
VLT
‘HAJIME’ Eenmaal allemaal omgekleed in een wit pak, begint de judoles met een spelletje: de wolf en een heleboel geiten. ten/liggen/doorgaan terwijl zitten de opdracht is, vind ik vervelend en storend) en voedt daarmee ook nog op tijdens de judoles.
In een mum van tijd rent een groep kinderen over de blauwe judomatten die in het midden van het speellokaal op de Hildegardisstraat op de grond liggen. Een kind kruipt op handen en voeten er tussendoor en probeert de staande kinderen om te trekken. Eenmaal af, ben je zelf ook een wolf.
Computergreep en Apengreep Vanaf groep 4 worden er echte grepen geleerd: ‘de Computergreep, de Apengreep en de Botengreep’. In de lagere groepen nog vooral de basisbeginselen van deze grepen, in de hogere groepen volgt een uitbreiding en de Japanse benaming. In de eerste les in groep 4 oefenen de kinderen vooral met vallen. Judorol voorover en achterover. Daarna volgen balans en omgooi spelletjes op de knieën. Zodra dat lukt, leren ze staande grepen. In de groepen 1/2/3 is het vooral veel stoeien op de knieën: de een houdt een bal met beide handen vast, terwijl de andere deze probeert af te pakken.
Live-instructie en oefenen Na de opwarming roept Dyon een kind bij zich en doet een greep voor. Rustig uitleggend bouwt hij de greep op om, zodra de proefpersoon stevig vast ligt, ‘Hajime’ (begin of start) te roepen, waarna de proefpersoon mag proberen los te komen. Wat natuurlijk niet lukt. Onderwijl weer een heleboel grapjes makend waar de kinderen hard om moeten lachen. Na deze ‘live’ instructie mogen de kinderen in groepjes van twee de zojuist getoonde greep oefenen. Dyon loopt ondertussen rond en kijkt of de kinderen de greep op de juiste wijze uitvoeren. Af en toe corrigeert hij of laat hij nogmaals zien hoe het moet. Ook let hij goed op dat er op de juiste wijze wordt gevallen, zodat de kinderen zich geen pijn doen.
Werken aan grove motoriek Je ziet het aan de kinderen en je merkt het aan de leerkracht die enorm veel lol heeft in het bijbrengen van judo, dit is een leuke les. Er hangt een ontspannen sfeer en vanaf het moment dat de eerste kinderen de zaal binnenkomen, tot aan dat de laatste de zaal weer verlaat, maakt Dyon de ene grappige opmerking na de andere. Dit is kenmerkend voor de manier waarop Dyon les geeft: ‘op vrolijke, grappige wijze werken aan grove motoriek (balans, bewegen, vallen) en dan ook nog bezig zijn met sport, in dit geval judo’. En dat werkt, zoals ik kan zien, erg goed. Door: Kitty van Suchtelen
Verschil tussen helpen en storen Als de kinderen zich bezeren tijdens de les, krijgen ze humorvolle laconieke aandacht. Althans, zo lijkt het, want ondertussen houdt Dyon echt wel goed in de gaten of de verwonding ernstig is of, zoals in de meeste gevallen, eigenlijk wel meevalt. Als een van de kinderen door een uitleg heen praat, legt Dyon het verschil uit tussen helpen (laten zien wat je kunt verbeteren) en storen (pra-
8
TEKENKAMPIOENEN!
Tijdens het project ‘Raar, maar waar’ is er onder de groepen 1 tot en met 4 een kleur- en tekenwedstrijd gehouden. De winnaars waren tijdens de vorige nieuwsbrief nog niet bekend, maar nu wel. Het zijn Elena uit groep 1d(lb), Femke uit groep 2a (rb), Imre uit groep 3a (lb)en Lino uit groep 4a (rb). De prijs? De eer om in de nieuwsbrief te staan!
9
VLT
STADSNATUURLES ‘Je kunt lichter tekenen en dan weer wat donkerder’ bocht in het handvat’, en laat zien hoe je een snoeischaar gebruikt: ‘hier leg je de tak op... dan vouwt het mes er omheen… en dan… knip je zo een dikke tak doormidden’. Ondertussen krijgen de kinderen ook tips bij het tekenen: ‘losse pols bij het tekenen’, ‘je kunt lichter tekenen en dan weer wat donkerder, dunner en dan weer dikker’.
Vrijdagochtend half 9, juf Hieke Pars staat klaar om de kinderen van groep 4a te ontvangen voor hun derde stadsnatuurles. Op de grote werktafel in het midden van de ruimte liggen een kleine snoeischaar en een joekel van een takkenschaar. Verspreid door het ‘technieklokaal’ ligt een mooie herfstverzameling met onder andere hulzen van kastanjes en beukennootjes, dennenappels, droge kleurige bladeren en takken. Allemaal verzameld in de stad, veelal door de kinderen zelf.
Verwondering en waardering Als de kinderen klaar zijn met tekenen, mogen ze allemaal hun tekening omhoog houden om hem aan de anderen te laten zien. Elk kind krijgt een persoonlijke reactie van Hieke. Altijd positief, met verwondering en waardering. Ze kijkt daarbij goed naar wat een kind kan en binnen de tekening heeft gedaan met het materiaal. Zoals ze zelf zegt: ‘Ik geef beeldende kunst, geen tekenles’. En passant leren de kinderen ook wat over exposeren: ‘Kijk, deze is aan beide kanten betekend, dan kan die tekening dus niet aan de muur. Je kunt hem dan aan een touwtje ‘los’ in de ruimte hangen, zodat je beide kanten goed kunt bekijken’.
Kunstenaarsoog Stadsnatuurles is een inspirerende combinatie van beeldende kunst- en natuurles. Aan de hand van attributen die uit de natuur komen of daarmee te maken hebben, leren de kinderen over de natuur in de stad en ook extra goed te kijken naar dingen, met een ‘kunstenaarsoog’. Waar in groep 6 juist heel erg de nadruk op tekst wordt gelegd, omvat de Stadsnatuurles in groep 4 vooral het bekijken en tekenen. Tekst en taal wordt enkel aangestipt. Een dikke tak doorknippen Vorige keer hebben de kinderen de takkenschaar getekend, deze les gaan ze aan de slag met de snoeischaar. Terwijl de kinderen zich met hun potlood in de hand over hun tekenvel buigen, pakt Hieke de snoeischaar op en laat hem goed zien. Ze benoemt de specifieke onderdelen: ‘het mes’, ‘de veer’ en ‘kijk naar die mooie
Hieke sluit deze Stadsnatuurles af met de opmerking: ‘Neem volgende keer een takje mee, dan kunnen we een tekenpen maken. Kijk in je straat, kijk onder bomen…’. Door: Kitty van Suchtelen
10
MARLON DE REUVER ‘Het leukste aan groep 3 vind ik dat je de kinderen enorm ziet groeien.’ 1. Wat vind je het leukst aan de leeftijdscategorie van de ´derdegroepers´? Het leukste aan groep 3 vind ik dat je de kinderen enorm ziet groeien. Ze komen als oudste kleuters binnen en aan het einde van groep 3 zijn ze echt kleuter ´af´. Tegen de kerstvakantie kunnen de meeste kinderen al lezen en zie je hoe gestructureerd kinderen in groep 3 al kunnen werken. 2. Wat is je achtergrond? Ons gezin bestaat uit mijn vader, moeder en ik heb een broer. Ik ben geboren in Rotterdam en woon nu in Papendrecht samen met mijn vriend. Ik heb altijd geroepen dat ik juffrouw wilde worden. Nadat ik de opleiding SWP4-activiteitenbegeleiding had afgerond, ben ik aan de PABO begonnen. Marlon de Reuver (27) staat sinds 12 november op donderdag en vrijdag voor groep 3a. De Nieuwsbrief stelde haar een aantal vragen over haar achtergrond en haar ervaringen tot nu toe in groep 3a. Marlon houdt van een uitdaging, heeft een brede interesse en speelt in haar vrije tijd graag korfbal.
3. Wat zijn je hobby’s? Sinds mijn vierde zit ik op korfbal. Tot mijn 23ste in Dordrecht en nu speel ik in Ridderkerk bij de club Ten Donck. Ik train twee keer in de week en op zondag hebben wij een wedstrijd. Op woensdagavond volg ik sinds september een cursus gebarentaal. Verder ga
COLOFON Redactie Astrid van der Werf Anita Boorsma Annemieke Adelmund Claudia Kammer Jane van Bostelen Karen Joos Kitty van Suchtelen Rosanne Oomkens Sandra Nascimento Ellen Dijkstra Opmaak Jordi Schipper
ik graag op stap met vrienden en vriendinnen, winkelen, reizen en ik lees heel wat af, vooral in de vakanties! 4. Heb je hiervoor al op een andere school gewerkt? Na mijn opleiding kon ik aan de slag bij de Kralingsche School. Daar heb ik een half jaar twee dagen gewerkt in groep 3 en een dag in groep 5. Ik kreeg de kans op school Mühring te Dordrecht,twee keer een instroomklas op te starten. Daarna heb ik een fulltime zwangerschapsverlof kunnen vervangen op ‘t Kofschip in Papendrecht. Begin oktober jl. kwam ik via een invalpool op obs De Kas in Gouda. Daar werk ik nu op de maandag in groep 8 en op dinsdag en woensdag in groep 6. 5. Als jij voor een dag Minister van Onderwijs en Cultuur was, wat zou jij dan als eerste veranderen aan ons onderwijssysteem? Ik wil maar één ding en dat is dat beginnende leerkrachten sneller aan een vaste baan kunnen komen :). Door: Sandra Nascimento
NIEUWE KINDEREN Groep 1/2A
Daltonschool De Bergse Zonnebloem
Secran Imamoglu Guusje van Meenen Quint Macco Ibrahim Ben Addi
Groepen 1/2 Prinses Margrietlaan 6 3051 AT Rotterdam 010-4181977
Groep 1/2b Raven Groenewegen Vera Miltenburg
Groepen 3/4/5/6/7/8 Hildegardisstraat 8, 3036 NW Rotterdam 010-4660400
[email protected] www.bergsezonnebloem.nl
Groep 1/2C Tucho Agema Lily Swainsbury Tessa Peereboom Groep 1/2D Eva Nagtegaal
L!
WELKOM BIJ ONS OP SCHOO
11