EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 11.12.2002 C(2002)4819fin
Betreft:
Steunmaatregel N 638/2002 - Nederland Tijdelijke inzamelingsregeling CFK en halonen
Excellentie, 1.
PROCEDURE EN DOEL
Na informele discussie heeft Nederland de maatregel aangemeld bij schrijven van 23 september 2002, dat op 1 oktober 2002 geregistreerd werd onder nummer A/37103. Nederland was van oordeel dat de maatregel verenigbaar is met de gemeenschappelijke markt op grond van artikel 86, lid 2, aangezien de bijdragen slechts een gedeeltelijke tegemoetkoming zijn in de kosten van een dienst van algemeen economisch belang. 2.
BESCHRIJVING VAN DE STEUNMAATREGEL
Doelstelling De emissie van CFK en halonen heeft schadelijke gevolgen voor de ozonlaag. Het is zowel communautair als nationaal beleid om de uitstoot van die gassen te vermijden en te beperken. De aangemelde regeling strekt tot uitvoering van artikel 16, leden 1 en 5, van Verordening (EG) nr. 2037/2000 van 29 juni 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen1. CFK en halonen zijn te vinden in brandblussers, koelapparatuur enz. Effectieve controle op een wet die ondernemingen verplicht de gassen op eigen kosten in te leveren is onmogelijk, omdat een onderneming gemakkelijk kan beweren dat de gassen per ongeluk
1
Verordening (EG) nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen, artikel 4, lid 4, punt v), PB L 244 van 29.9.2000, blz. 1. Deze verordening werd gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2038/2000 en Verordening (EG) nr. 2039/2000 van 28 september 2000.
Zijne excellentie de Heer J.N.G. de Hoop Scheffer Minister van Buitenlandse Zaken Bezuidenhoutseweg 67 Postbus 20061 NL – 2500 EB ´s-GRAVENHAGE Wetstraat 200, B-1049 Brussel - België Telefoon: directe lijn (+32-2)299.11.11. Telex: COMEU B 21877. Telegramadres: COMEUR Brussel.
vrijkwamen. Daarom willen de Nederlandse autoriteiten de kosten verlagen door een subsidie toe te kennen aan gecertificeerde en daartoe aangewezen inzamelaars die belast worden met de inzameling en vernietiging2. De regeling zal gelden voor brandblus- en koelinstallaties die in het bezit zijn van ondernemingen - niet van particulieren. Er bestaat al een inzamelingsregeling voor CFK (koelkasten) in particulier bezit. Particulieren in Nederland hebben geen halonen in bezit. Opzet van de regeling en betrokken partijen De ontdoener is de onderneming die een met halonen of CFK gevulde brandblus- of koelinstallatie bezit. De regeling verplicht hem om vóór 1 januari 2004 zijn gassen voor verwerking aan te bieden. Hij dient het gas inzamelklaar te laten maken door de lokale installateur, die het gas opslaat tot de inzamelaar het bij hem ophaalt. Vervolgens biedt de inzamelaar het gas aan een verwerker aan om het gas verder te verwerken of te vernietigen3. De totale kostprijs van de inzameling en verwerking/vernietiging bedraagt zo'n 10 EUR per kilogram gas. Dit wordt in de eerste plaats gefinancierd door de ontdoener van het gas: volgens de regeling moeten inzamelaars 5 EUR berekenen. In de regeling krijgen de inzamelaars voor hun reële kosten tot 5 EUR per kilogram CFK of halon, te verminderen met de 5 EUR die zij de ontdoeners berekenen. Welke kosten in aanmerking komen, wordt in de regeling in detail aangegeven. De kosten omvatten eveneens een genormeerde vergoeding aan de installateur voor het inzamelklaar maken van gassen, van (bedragen inclusief BTW): 1,50 EUR per kilogram CFK afkomstig uit een koelinstallatie, 1,25 EUR per kilogram halon afkomstig uit een brandblusser, en 0,25 EUR per kilogram halon afkomstig uit een brandblusinstallatie. Volgens de regeling moeten de inzamelaars deze vergoeding betalen. De Nederlandse autoriteiten hebben een lijst van gecertificeerde inzamelaars opgesteld op basis van een open tenderprocedure4. Er wordt alleen subsidie betaald aan ontdoeners die een aangewezen inzamelaar inschakelen. De publieke opdracht van de door de Staatssecretaris aangewezen inzamelaars bestaat erin, binnen een kort tijdsbestek een landsdekkend inzamel- en opslagtraject klaar te hebben teneinde zoveel mogelijk CFK en halonen te kunnen verwijderen zonder schadelijke gevolgen voor het milieu, meer specifiek de ozonlaag. Alle bedrijven in alle sectoren van de economie op het hele nationale grondgebied dienen hun bedrijfsmatig in gebruik zijnde CFK en halonen te
2
De Commissie heeft het risico erkend van het illegale 'afblazen' van halonen. In de mededeling van de Commissie 'Strategy for the management and elimination of the use of halons in the EC’ staat: "Destruction or stockpiling of halons does not in itself offer any financial benefit or incentive to the owner of halons whose most cost-effective (but illegal) option is to vent halons to the atmosphere. Therefore, the Member States should consider applying one or more economic instruments in order to minimise the risks of owners venting halons illegally."
3
Wat CFK betreft, kan de inzamelaar de verwerking uitbesteden aan een verwerker in of buiten Nederland. Vindt hij geen dergelijke verwerkers, of accepteren die het gas niet, dan moet hij het gas eerst voor vernietiging aanbieden in Nederland, en als dat niet lukt, buiten Nederland. Dit is in overeenstemming met de EU-regels inzake afvalbeheer (Verordening nr. 259/93). Halonen kunnen alleen voor vernietiging worden aangeboden en, bij gebreke van binnenlandse capaciteit, enkel buiten Nederland.
4
Met het oog op controle moeten ondernemingen in Nederland een vaste vertegenwoordiger hebben. Dit geldt niet als discriminerend. Meerdere van de aangewezen ondernemingen hebben hun (belangrijkste) vestiging buiten Nederland. 2
kunnen inleveren bij een aangewezen inzamelaar. De middelen, procedures en technologieën die moeten worden gebruikt bij het verwerken of vernietigen van de gassen, zijn duidelijk omschreven. De inzamelaars zijn uitdrukkelijk aangewezen bij openbaar besluit van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. De voorwaarde voor de toewijzing van de opdracht zijn precies en helder omschreven in de betrokken juridische documenten, in casu de regeling. De regeling is bekendgemaakt in de Staatscourant, evenals de aanwijzing van elk van de aangewezen inzamelaars. Nederland zorgt voor effectief toezicht op de naleving van de openbaredienstverplichtingen door strikte controle op de uitkering van de vergoedingen, ondersteund door onafhankelijk accountantsonderzoek. Een vergoeding zal alleen worden uitgekeerd op basis van daadwerkelijk en aantoonbaar ingezamelde en verwerkte/vernietigde hoeveelheden CFK en halonen. De inzamelaars zullen, conform Richtlijn 2000/52, een gescheiden boekhouding voeren voor de verschillende diensten. Dit is als voorwaarde opgenomen in de regeling. Het voorziene budget bedraagt in totaal ongeveer 20 miljoen EUR, plus 3 miljoen EUR voor uitvoeringskosten. De regeling geldt enkel voor aanvragen die vóór 1 januari 2004 zijn ingediend. De eigenlijke verwerking of vernietiging moet vóór 1 januari 2006 hebben plaatsgevonden. 3.
BEOORDELING 3.1. Ondernemingen die CFK- of halonen bedrijfsmatig in gebruik hebben (ontdoeners)
bevattende
apparatuur
Ontdoeners kunnen zich tegen een lager tarief van hun gas ontdoen. Nederland heeft voor de verdeling van halonen en CFK de volgende schattingen verstrekt. Cluster
Aantal bedrijven
Bedrijven Gemiddeld aantal Hoeveelheid met CFKkoelinstallaties per CFK (kg) installaties bedrijf Teelt groente 3.618 289 3.4 93.624 Verwerking groente 115 9 8.7 19.512 Vlees, vis 1.346 109 5.2 76.099 Zuivel 855 68 6.9 24.848 Dranken 57 5 12.3 5.992 Groothandel 8.049 644 4.1 215.24 Detailhandel 25.116 2.009 4.3 208.040 Horeca 37.471 2.998 5.1 39.448 Transport 12.222 978 5.4 64.112 Grote utiliteit 301 24 16.3 14.536 Utiliteitsgebouwen 44.889 3.591 4.5 149.576 Chemie 2.323 186 9.6 50.615 Drukkerijen 735 59 6.8 4.264 Koel- en vries 279 22 6.1 48.464 Overig 263.071 21.046 2.8 193.480 TOTAAL CFK 399.429 31.954 3.5 1.206.992 Bron: Schattingen gedaan met gegevens uit het Nederlands Onderzoek Koude Stromen 1999.
3
Sector Computercentra en archieven Luchtvaart Scheepvaart Defensie Voorraden en overige Handblussers TOTAAL HALONEN Bron: onderzoek KPMG, 1999.
Hoeveelheid halon 1301 (kg) 800.000 – 860.000 29.000 60.000 – 80.000 100.000 100.000 Nvt 1.089.000 – 1.169.000
Hoeveelheid halon 1211 (kg) Nvt Nvt Nvt 90.000 83.000 1.200.000 – 1.300.000 1.373.000 – 1.473.000
Aangetekend zij dat in bovenstaande tabellen de categorieën "utiliteitsgebouwen", "computercentra en archieven", "voorraden en overige" en "handblussers" telkens een ruim aantal sectoren uit de hele economie bestrijken. De Nederlandse autoriteiten hebben over dit punt evenwel geen nadere gegevens verstrekt. Uit de tabellen blijkt dat er zekere concentraties van de gassen bestaan in bepaalde sectoren. Zo wordt geschat dat de vijf sectoren met de grootste hoeveelheden CFK 49% van de totale relevante hoeveelheid bezitten. De resterende hoeveelheid is echter verspreid over veel andere sectoren. Enige concentraties van halon worden gevonden bij drie bepaalde sectoren, hetgeen verklaard kan worden uit het feit dat halon bevattende apparatuur met name gebruikt werd in situaties waar waardevolle zaken zoals computers of archiefmateriaal worden bewaard en in ruimtes waar mensen niet gemakkelijk weg kunnen. Deze situaties kunnen zich echter op een algemene wijze voordoen in de gehele economie. Aangezien meer gedetailleerde informatie omtrent de verspreiding van de gassen ontbreekt, kan de Commissie niet bepalen of de maatregel de ontdoeners op een selectieve wijze bevoordeelt of niet. Indien dit het geval is vormt de maatregel staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, - in hun voordeel. 3.2. Inzamelaars en installateurs De vergoedingen worden door de Staat toegekend, het budget van de regeling wordt rechtstreeks gefinancierd uit de begroting van het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. Zonder de openbare-dienstverplichtingen in aanmerking te nemen, lijdt het geen twijfel dat de vergoedingen een economisch en financieel voordeel opleveren voor de inzamelaars, die concurreren met andere ondernemingen uit deze sector welke niet genoemd zijn in de aan de regeling gehechte lijst. Derhalve moeten deze bijdragen worden beschouwd als concurrentieverstorend in de zin van artikel 87, lid 1, van het EGVerdrag, of houden ze het risico op concurrentieverstoring in. Het feit dat er een open en transparante tender heeft plaatsgevonden om deze ondernemingen aan te wijzen, dat alle ondernemingen die een verzoek tot aanwijzing hebben gedaan, als zodanig zijn aangewezen, en dat ondernemingen die op de lijst willen worden opgenomen, zulks nog steeds kunnen doen en op de lijst zullen worden opgenomen op dezelfde voorwaarden als de ondernemingen die al op de lijst staan, doet geen afbreuk aan het selectieve karakter van de voordelen uit de regeling. De bijdragen versterken de positie van de aangewezen inzamelaars ten opzichte van andere ondernemingen die concurreren in het intracommunautaire handelsverkeer. Derhalve moet dit handelsverkeer geacht worden ongunstig beïnvloed te zijn door die steun, en kan de steun dus oorzaak zijn van een verstoring van het handelsverkeer tussen lidstaten.
4
Derhalve vormt de maatregel - de aan inzamelaars opgelegde openbaredienstverplichtingen buiten beschouwing gelaten - staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag. Vergoeding van de kosten voor de openbare dienst Volgens recente rechtspraak van het Hof van Justitie hangt het feit of financiering ter vergoeding van openbare-dienstverplichtingen al dan niet als steun wordt aangemerkt, af van de vraag of de financiering al dan niet verder gaat dan de netto extra kosten van de openbare-dienstverplichting5. In een dergelijk geval zou de inzamelaars geen reëel voordeel worden toegekend ten opzichte van hun concurrenten, en zouden de maatregelen derhalve ook geen staatssteun vormen in de zin van artikel 87, lid 1. Ten einde na te gaan of zulks in deze zaak van toepassing is, heeft de Commissie onderzocht6: – of de gasinzameling een dienst van algemeen economisch belang is, en of deze dienst duidelijk als zodanig door de lidstaat werd omschreven (definitie); – of de inzamelaars ook officieel door de Nederlandse autoriteiten werden belast met de levering van die dienst (toewijzing), en – of de financiering niet verder gaat dan de nettokosten van de openbare dienst, waarbij ook rekening wordt gehouden met andere rechtstreekse of indirecte inkomsten afkomstig van het vervullen van de openbare dienst. Definitie De publieke opdracht van de door de Staatssecretaris aangewezen inzamelaars bestaat erin, binnen een kort tijdsbestek een landsdekkend inzamel- en opslagtraject klaar te hebben teneinde zoveel mogelijk CFK en halonen te kunnen verwijderen zonder schadelijke gevolgen voor het milieu, meer specifiek de ozonlaag. Alle bedrijven in alle sectoren van de economie op het hele nationale grondgebied dienen hun bedrijfsmatig in gebruik zijnde CFK en halonen te kunnen inleveren bij een aangewezen inzamelaar. De inzamelaars zijn verplicht het hun aangeboden gas te accepteren. Er worden subsidies verleend voor de specifieke activiteit van het inzamelen en vernietigen van halonen en CFK volgens de in de regeling beschreven voorwaarden. De middelen, procedures en technologieën die moeten worden gebruikt bij het verwerken of vernietigen van de gassen, zijn duidelijk omschreven. De regeling is slechts een tijdelijke maatregel voor het tijdelijke probleem van het uit gebruik nemen van deze gassen. De Commissie merkt op dat met deze dienst een algemeen en publiek belang wordt gediend. De grondslag ervan is terug te voeren op de doelstelling uit het milieubeleid om de ozonlaag te beschermen7. De regeling is niet van toepassing op bij particulieren ingezameld gas, maar dit valt te verklaren door het feit dat er al een systeem voorhanden is voor CFK in particulier bezit en dat particulieren naar verwachting geen halonen in
5
In zaak C-53/00, Ferring, punt 27 (nog niet bekendgemaakt in de Jurispr.).
6
Mededeling van de Commissie "Diensten van algemeen belang in Europa", PB C 17 van 19.1.2001, blz. 4.
7
In zaak C 209/98, Sydhavnen, heeft het Hof verklaard dat "het beheer van bepaalde afvalstoffen een dienst van algemeen economisch belang kan vormen, in het bijzonder wanneer die dienst bedoeld is om een milieuprobleem op te lossen" (punt 75). 5
bezit hebben. De dienst van de gasinzameling heeft een economisch karakter, aangezien het een markt betreft met meerdere spelers die concurreren bij het aanbieden van deze diensten. Daarom komt de Commissie tot de conclusie dat het inzamelen van CFK en halonen volgens het opzet van deze regeling kan worden beschouwd als legitieme dienst van algemeen economisch belang in de zin van artikel 86, lid 2, van het EG-Verdrag. Toewijzing De inzamelaars zijn uitdrukkelijk aangewezen bij openbaar besluit van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer. De voorwaarden voor de toewijzing van de opdracht zijn precies en helder omschreven in de betrokken juridische documenten, in casu de regeling. De regeling is bekendgemaakt in de Staatscourant, evenals de aanwijzing van elk van de aangewezen inzamelaars. Nederland zorgt voor effectief toezicht op de naleving van de openbaredienstverplichtingen door strikte controle op de uitkering van de vergoedingen, ondersteund door onafhankelijk accountantsonderzoek. Een vergoeding zal alleen uitgekeerd worden op basis van daadwerkelijk en aantoonbaar ingezamelde en verwerkte/vernietigde hoeveelheden CFK en halonen. De inzamelaars zullen, conform Richtlijn 2000/52, een gescheiden boekhouding voeren voor de verschillende diensten. Dit is als voorwaarde opgenomen in de regeling. Op basis van het voorgaande is de Commissie van oordeel dat de dienst van algemeen economisch belang op passende wijze is toegewezen en dat op afdoende wijze voorzien is in daadwerkelijk toezicht. Evenredigheid Wat de evenredigheid van de financiering betreft, dient te worden voorkomen dat de financiering verder gaat dan de nettokosten van de openbare-dienstverplichting, en derhalve niet het risico insluit op kruissubsidiëring van de niet tot de openbare dienst behorende activiteiten van de inzamelaars. In onderhavige zaak werden de inzamelaars geselecteerd op basis van een open en transparante tenderprocedure. Bovendien wordt in de regeling door de Staat alleen een vergoeding toegekend voor een beperkt stel, helder omschreven kosten die rechtstreeks met de dienst verband houden, en waarvan het bedrag dat de ontdoeners in rekening werd gebracht, in mindering werd gebracht. Bij de berekening wordt ook rekening gehouden met de restwaarde van deze investeringen en de mogelijkheid tot alternatief gebruik nadat deze regeling is beëindigd. Bij een beoordeling vooraf, zoals bij de huidige aanmelding, verkeert de Commissie niet in een positie om na te gaan of er sprake is van een correct gevoerde gescheiden boekhouding, maar de regeling bevat wel passende bepalingen die kruissubsidiëring en misbruik van de vergoedingen moeten voorkomen, en mechanismen om te controleren dat de steun correct wordt gebruikt, conform de wettelijke bepalingen. Gelet op het bovenstaande komt de Commissie tot de slotsom dat de vergoeding voor de inzameling en verwerking/vernietiging van CFK en halonen geen maatregel lijkt te vormen die onevenredig is aan de voor de inzamelaars aan de openbare dienst verbonden
6
nettokosten - en dus geen reëel voordeel vormt. Bijgevolg vormt de maatregel geen staatssteun in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag. Om de hierboven aangegeven redenen, en in het licht van de recente jurisprudentie, is de Commissie van oordeel dat dergelijke vergoeding geen steun vormt ten faveure van de inzamelaars. Niettemin doet de Commissie ook opmerken dat, zelfs indien de maatregel als staatssteun werd aangemerkt, hij verenigbaar zou zijn op grond van artikel 86, lid 2, van het EG-Verdrag. Deze regeling is immers van toepassing op maatregelen die essentieel zijn voor de vervulling en voortzetting van een opdracht van algemeen economisch belang. De Commissie is dan ook van oordeel dat in de onderhavige zaak voldaan is aan alle voorwaarden om artikel 86, lid 2, van het EG-Verdrag toe te passen. De vergoedingen van 1,5 EUR, 1,25 EUR en 0,25 EUR voor de installateurs vallen niet los te zien van de dienst van de gasinzameling. Zij maken immers een geïntegreerd deel uit van de dienst aan de ontdoeners van halonen en CFK die, zoals eerder uiteengezet, kan worden beschouwd als legitieme dienst van algemeen economisch belang in de zin van artikel 86, lid 2, van het EG-Verdrag. De vergoedingen zijn vastgesteld op basis van onafhankelijk onderzoek. Bijgevolg concludeert de Commissie dat deze betalingen geen staatssteun vormen en dat zij, zelfs indien de maatregel als staatssteun werd aangemerkt, verenigbaar zouden zijn op grond van artikel 86, lid 2, van het EG-Verdrag. 3.3. Verenigbaarheid van eventuele steun ten faveure van ontdoeners De Commissie heeft beoordeeld of de maatregel verenigbaar is met de gemeenschappelijke markt voor het geval dat deze staatssteun vormt in de zin van Artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag, ten gunste van de ontdoeners. Doel van de maatregel is de bescherming van de ozonlaag, door het voorkomen van illegaal 'afblazen' van schadelijke gassen. De Commissie heeft de maatregel dan ook getoetst aan de communautaire kaderregeling inzake staatssteun ten behoeve van het milieu8 (hierna "het milieusteunkader" te noemen). De steun vormt exploitatiesteun waarvoor in deel E.3.1 van het milieusteunkader regels zijn vastgesteld. De steun blijkt absoluut noodzakelijk om het illegaal 'afblazen' van halonen en gassen te voorkomen. Effectief toezicht op heel de economie is niet mogelijk. De Commissie heeft zelf de noodzaak erkend van maatregelen die moeten garanderen dat gassen veilig uit gebruik worden genomen9. De Commissie is van mening dat de ondernemingen in de regel zelf de kosten van verwerking van industrieel afval moeten betalen, overeenkomstig het beginsel "de vervuiler betaalt". Exploitatiesteun kan evenwel noodzakelijk blijken ingeval nationale normen worden vastgesteld die verder gaan dan de toepasselijke communautaire normen. De toepassing van het beginsel "de vervuiler betaalt" is in deze zaak niet zo duidelijk. In de eerste plaats kan de vervuiler niet (alleen) de ontdoener zijn, maar eerder de producent die de apparatuur destijds verkocht. De desbetreffende communautaire en nationale regelgeving is mettertijd gewijzigd. Oorspronkelijk waren de schadelijke milieu-effecten van de gassen niet bekend, en was er geen verbod om de apparatuur te verkopen. In dit
8
PB C 37 van 3.2.2001, blz. 3.
9
Zie voetnoot 2. 7
verband is het niet onbelangrijk vast te stellen dat in Verordening 2037/00 niet rechtstreeks verwezen wordt naar het beginsel "de vervuiler betaalt". Volgens artikel 16, lid 5, nemen de lidstaten "maatregelen om de terugwinning (...) te bevorderen en stellen" zij "de gebruikers, koelingtechnici en overige betrokkenen verantwoordelijk voor de naleving". Dit strookt ook met de mededeling van de Commissie die aan de verordening voorafging. Gelet op het bovenstaande gaat de verplichting die in de regeling wordt opgelegd aan alle ontdoeners om de gassen voor vernietiging aan te bieden - het aspect "steun" buiten beschouwing gelaten - verder dan de toepasselijke communautaire regels. In feite is het zo dat in de verplichte bijdrage van 5 EUR per kilogram ingezameld gas, die minstens 50% van de kosten dekt en verschuldigd is door de ontdoeners, de gedeelde verantwoordelijkheid op dat punt zijn weerspiegeling vindt. De steun is niet-degressief, aangezien het een vaste bijdrage over de hele periode betreft, die mettertijd niet wordt verlaagd. De duur van de regeling blijft evenwel beperkt tot minder dan vijf jaar en de verplichte bijdrage van 5 EUR per kilogram zorgt ervoor dat de intensiteit niet hoger ligt dan 50% van de extra kosten. Op grond van bovenstaande overweging komt de Commissie tot de conclusie dat regeling voldoet aan de criteria uit deel E.3.1 van het milieusteunkader. 4.
CONCLUSIE
Indien de op grond van de regeling verstrekte bijdragen steun vormen in de zin van artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag ten faveure van ontdoeners, is deze steun verenigbaar met de gemeenschappelijke markt overeenkomstig artikel 87, lid 3, onder c), onder verwijzing naar deel E.3.1 van de communautaire kaderregeling inzake staatssteun ten behoeve van het milieu. De regeling vormt geen steun ten faveure van inzamelaars of installateurs. Derhalve besluit de Commissie geen bezwaar te maken tegen de aangemelde regeling.
8
Ingeval deze brief vertrouwelijke gegevens mocht bevatten die niet mogen worden bekendgemaakt, wordt U verzocht de Commissie daarvan binnen vijftien werkdagen vanaf de ontvangst van dit schrijven in kennis te stellen. Ontvangt de Commissie binnen de vastgestelde termijn geen met redenen omkleed verzoek, dan neemt zij aan dat U instemt met mededeling aan derden en bekendmaking van de volledige tekst van dit schrijven in de authentieke taal op Internet: http://europa.eu.int/comm/secretariat_general/sgb/state_aids. Dit verzoek dient bij aangetekend schrijven of bij faxbericht te worden gericht aan: Europese Commissie Directoraat-generaal Concurrentie Griffie Staatssteun B-1049 BRUSSEL Faxnummer: (+32) 2 296 12 42 Met bijzondere hoogachting, Voor de Commissie
Mario MONTI Lid van de Commissie
9