Mini Word-cursus Paginanummers Opmaakprofielen Inhoudsopgave
Inhoudsopgave Inhoudsopgave __________________________________________________ 2 Inleiding _______________________________________________________ 3 Paginanummering ________________________________________________ 4 Kopteksten en voetteksten _________________________________________ 5 Opmaakprofielen _________________________________________________ 6 Opmaakprofielen toepassen _________________________________________________ 6 Opmaakprofielen wijzigen ___________________________________________________ 7 Automatische inhoudsopgave _______________________________________ 9 Inhoudsopgave maken _____________________________________________________ 9 Inhoudsopgave bijwerken __________________________________________________ 10 Sneltoetsen ____________________________________________________ 11
Minicursus Word – november 2005
2
Inleiding Deze mini-cursus gaat over een aantal Word-aardigheden die je nodig hebt om een werkstuk te kunnen maken. Ze hebben allemaal met elkaar te maken. Wanneer je de hoofdstukken in de juiste volgorde toepast, moet het lukken. Deze mini-cursus is geschreven voor Word XP en Word 2003. In Word 2000 en Word 97 gaat alleen het werken met opmaakprofielen iets anders.
Minicursus Word – november 2005
3
Paginanummering Je werkstuk bevat paginanummers. Maar de kaft niet! Op de eerste pagina moet dus geen nummer staan. In Word gaat dat zo: •
Klik in de menubalk op Invoegen en klik daarna op Paginanummers.
•
Je krijgt nu het venster paginanummers te zien. Verwijder het vinkje bij nummer op de eerste pagina en klik op OK. Op iedere pagina staat nu rechtsonder een nummer, behalve op pagina 1.
Minicursus Word – november 2005
4
Kopteksten en voetteksten Je kunt je werkstuk voorzien van een voettekst. Dit is een regel tekst onder of bovenaan iedere bladzijde. Zorg ervoor dat je eerst het hoofdstuk Paginanummering hebt gedaan. •
Zorg ervoor dat je eerst paginanummers hebt aangemaakt!
•
Klik in de menubalk op Beeld en klik daarna op Koptekst en voettekst.
Er gebeuren nu drie dingen: • De werkbalk Koptekst en voettekst zal verschijnen; • Ook wordt de tekst op je pagina grijs; • De cursor knippert in het vak Koptekst. •
•
knop om van de Klik op deze koptekst naar de voettekst te springen. Wanneer boven het vak de tekst Voettekst eerste pagina ziet staan, moet je op deze
• •
knop klikken.
Typ nu je eigen tekst in het vak. Klik op de knop Sluiten van de werkbalk om weer terug te keren naar de gewone tekst.
Minicursus Word – november 2005
5
Opmaakprofielen Opmaakprofielen toepassen Het werken met opmaakprofielen is heel handig in Word. Opmaakprofielen zorgen ervoor dat je de tekst heel snel het juiste lettertype kunt geven. Maar ze helpen ook bij het maken van een automatische inhoudsopgave! Opmaakprofielen werken het best wanneer je je houdt aan de volgende regel: Typ eerst alle tekst en ga daarna de tekst pas opmaken. Je werkstuk is, net als deze cursus, verdeeld in hoofdstukken. De titel van het hoofdstuk noemen we een Kop. Geef deze titels het opmaakprofiel Kop 1. •
Selecteer de titel van je hoofdstuk. Dit kun je eenvoudig doen door ongeveer 1 cm vóór de tekst te gaan staan. De cursor verandert in een pijl naar rechts. Wanneer je nu klikt, selecteer je in één keer de hele regel.
•
Na het selecteren van het kopje, klik je in de werkbalk op het keuzevak achter het woord Standaard en kies je Kop 1. Je hoofdstuktitel krijgt nu een andere opmaak.
•
Geef op dezelfde manier alle hoofdstuktitels van je werkstuk opmaakprofiel Kop 1.
Minicursus Word – november 2005
6
Opmaakprofielen wijzigen Door de opmaakprofielen aan te passen, kun je de tekst en de kopjes in één keer helemaal aanpassen naar je eigen wensen! We beginnen met de titels. •
Selecteer de titel van je hoofdstuk.
•
Klik in het menu op de optie Opmaak en klik daarna op Stijlen en opmaak…. Rechts verschijnt nu het
Taakvenster.
•
In het taakvenster is Kop 1 al geselecteerd. Dat komt omdat ik deze kop zojuist heb aangewezen in de tekst. Word ‘snapt’ nu dat je met dit opmaakprofiel iets wilt doen.
•
Ga met je muisaanwijzer naar Kop 1 in het Taakvenster. Er verschijnt een pijltje. Klik op dit pijltje en er zal een menu verschijnen. Klik in dit menu op Wijzigen…
•
•
Het venster Opmaakprofiel wijzigen zal verschijnen.
Minicursus Word – november 2005
7
•
Kies nu je eigen… o lettergrootte o lettertype
•
Zet een vinkje bij Automatisch bijwerken.
•
Klik op OK
Let op: alle Hoofdstuktitels hebben in één keer je nieuwe lettertype gekregen.
• •
•
Ga in het taakvenster met je muisaanwijzer naar Standaard. Er verschijnt een pijltje. Klik op dit pijltje en er zal een menu verschijnen. Klik in dit menu op Wijzigen…
Het venster Opmaakprofiel wijzigen zal verschijnen.
•
Kies nu je eigen… o lettergrootte o lettertype
•
Je kunt hier ook dde regelafstand op anderhalf zetten.
•
Klik op OK
Minicursus Word – november 2005
8
Automatische inhoudsopgave Wie werkt met kopjes, kan heel snel een mooie inhoudsopgave laten maken door Word. Het handigst is om dit pas te doen wanneer je alle hoofdstukken getypt hebt.
Inhoudsopgave maken •
Je moet natuurlijk eerst de plek aanwijzen waar de inhoudsopgave moet komen. Klik in de lege regel waar de inhoudsopgave moet komen.
•
Klik in het menu op de optie Invoegen. Wijs het woord Verwijzing aan en klik daarna op Index en inhoudsopgave…. Het venste Index en inhoudsopgave zal verschijnen.
• •
•
Klik nu eerst op het tabblad Inhoudsopgave. Klik daarna op OK.
Je hebt nu een prachtige inhoudsopgave.
Minicursus Word – november 2005
9
Inhoudsopgave bijwerken Het kan zijn dat je na het maken van de inhoudsopgave nog een hoofdstuk wilt toevoegen of verwijderen. Of je voegt nog plaatjes toe, waardoor de paginanummering wijzigt. Om je automatische inhoudsopgave bij te werken, doe je het volgende: •
Klik links naast de inhoudsopgave en druk daarna op de toets F9. Het venster Inhoudsopgave bijwerken verschijnt.
•
Klik op de optie In zijn geheel bijwerken en daarna op OK.
Minicursus Word – november 2005
10
Sneltoetsen Soms is het handiger en sneller om dingen met het toetsenbord te doen. Hieronder een aantal sneltoetsen die goed van pas kunnen komen. toetsencombinatie Ctrl+B Ctrl+I Ctrl+U
betekenis vetgedrukt schuin onderstreept
Home End Ctrl+Home Ctrl+End Ctrl+ENTER
naar het begin van de regel naar het einde van de regel naar het begin van het document naar het einde van het document een nieuwe pagina beginnen
Alt+F4
Word afsluiten
Alt+
een menu openen
onderstreepte letter
Ctrl+S Ctrl+P
Opslaan Printen
Ctrl+L Ctrl+E Ctrl+R
alinea links uitlijnen alinea in het midden uitlijnen alinea rechts uitlijnen
Ctrl+Z Ctrl+X Ctrl+C Ctrl+V
laatste actie ongedaan maken geselecteerde tekst knippen geselecteerde tekst kopiëren geselecteerde tekst plakken
Minicursus Word – november 2005
opmerkingen
Druk daarna op de onderstreepte letter in het menu om de juiste optie te kiezen.
11