MENSEN GEVRAAGD!
Jacob Willemsz. de WET,de Oudere ( ca. 1610, Haarlem –1675, Haarlem): de roeping van Petrus en Andreas
Meditatie ds. Gerard Rinsma zondag 25 januari 2015 derde na epifanie: roeping van de leerlingen Profetenlezing: 1 Samuel 3:3-10 Evangelielezing: Marcus 1:14-21
Marcus 1 14-20 15 website
1
Het is nu bijna veertien jaar geleden, - mijn vader lag op zijn sterfbed – dat ik bij mijn ouders thuis was om hem mee te verzorgen. Maar het was moeilijk om met hem over het naderend afscheid te praten. Maar plotseling hoorde ik hem mijn naam noemen, mij roepen. Op de manier zoals alleen hij dat kon. Met die Friese intonatie. En toen ik zo mijn naam hoorde, antwoordde ik met dezelfde woorden, als waarmee Samuël de oude Eli antwoordde: U hebt mij geroepen, Heer? Mijn vader begreep het onmiddellijk en zei: de Heer roept. Nog niet. Nu we over de roeping van Samuël lezen, komt dat weer boven. De Heer roept. Nog niet. Het was de enige keer, dat hij er zich over uitliet. Hij was er nog niet aan toe. Nog niet klaar voor. En zo hoor ik het vaker, als mensen het eind van hun leven voelen naderen. Ze wachten tot de Heer hen roept. En soms duurt dat wachten lang, heel erg lang. Maar dan valt op, dat zowel in het Oude als het Nieuwe testament het niet om mensen gaat, die aan het eind van hun leven staan, maar juist aan het begin ervan. Zoals Samuël. Of mensen, die midden in het leven staan. Simon en Andreas, Johannes en Jakobus. Ze worden niet aan het eind van hun leven geroepen, maar aan het begin of er juist midden in het leven. En steeds opnieuw ben ik verrast door hun reactie. Want zo lezen we: Meteen laten ze de netten los en volgen hem. Uit vrije wil. Dat laatste staat er niet, maar wordt wel verondersteld. Jezus gebruikt geen geestelijke of morele dwang.1 Hij ronselt niet en manipuleert 1
E. Schillebeeckx, Jezus, het verhaal van een levende, pg. 181 Maar dit leerling-zijn van Jezus gaat terug op een roeping van Jezus en het is leerrijk te zien hoe de leerlingen later de dwingende kracht van deze roeping zeggen te hebben ervaren. In zijn geschematiseerd, algemeen roe-
Marcus 1 14-20 15 website
2
evenmin. Dat is het verschil met hedendaagse sekteleiders, die mensen in een fuik laten zwemmen. Als ze hun werk opgegeven hebben, hun bezittingen hebben verkocht, hun vrouw en kinderen achtergelaten, alle schepen achter zich hebben verbrand, dan is er bijna geen weg meer terug. Dan is het bijna onmogelijk om te zeggen: ik heb me vergist. Vorig jaar was ik rond deze tijd bij de baptistengemeente in Drachten; samen met een collega uit Cammingaburen. En we hoorden de voorganger spreken over het volgen van Jezus. En naarmate de preek vorderde, voelden we ons steeds ongemakkelijker worden. Want het ging ook over het volgen van Jezus. En de voorganger zei: als je vandaag hier bent en je voelt je niet op je gemak - we hopen van niet - dan ligt het aan ons en nooit aan de man die we zeggen te volgen. Bij hem is iedereen op zijn gemak. En vervolgens ging hij verder: als we Jezus niet volgen, dan worden we een farizeer. Gaan we met het vingertje wijzen. Maar we zijn allemaal ziek. We hebben allemaal Jezus nodig. En daarom is de belangrijke vraag: Volg ik Jezus? Zit ik in het proces van volgen? 2
pingsverhaal der twaalf, zegt Mc.: „Hij stelde er twaalf aan om Hem te vergezellen en door Hem uitgezonden te worden om te prediken, met de macht de duivels uit te drijven" (Mc. 3,13-15). Tevoren was er al sprake van „Jezus en zijn leerlingen" (3,15), van de roeping van de allereerste vier leerlingen (1,16-20) en tenslotte van de roeping van Levi de tollenaar (2,14). Hier word duidelijk een onderscheid gemaakt tussen de roeping der leerlingen en het aanstellen van „de Twaalf onder hen. 2
Wieger Sikkema Serie “Volgen” Thema: ‘Stappen Zetten’ preek Bethel Drachten 2 febr. 2014 http://mediaspeler.bethel.nl/2014/02/serie-volgen/ Sommigen zitten en luisteren, eerst informatie opdoen. stap gezet om vanmorgen hier te zijn vragen te stellen of gewoon te luisteren De volgende fase is die van het bootje lenen; mag het ietsje meer kosten, mag het even ongemakkelijk worden; zou je het aandurven om een cursus te volgen wat het christelijk geloof inhoudt. Mag het even ongemakkelijk worden, fasen van vissen: bekende dingen, net even iets anders. Net even anders doen op Jezus’ manier. Het is niet een rabbi, het is de Heer die het mij van mij vraagt. Dan zul je zien dat Jezus met zijn goedheid en macht gaat gebruiken om te vermeniggvuldigen in jouw leven. Als God zo tot je spreekt: zet die stap: Wat is mijn volgende stap in het volgen van mijn heer. En je hebt geen idee wat er allemaal op het spel staat en de vraag van Jezus om die stap te zetten, want dioen maakt het verschil in jet leven van God. Als God ons vraagt ene stap te zetten. Er is in jouw hart en het is niet nodig dat ik het probeer te ontrafelen. wantje weet het er is iets in jouw hart, dat zegt: dat is mijn volgende stap, die God vraagt om te zetten. En je zult er nooit spijt van hebben. Maar als je die niet zet, zul je het nooit weten wat God in jouw leven of in het leven van jouw
Marcus 1 14-20 15 website
3
En de voorganger ging verder: hij nodigde ons uit om babystapjes te zetten. Maar waar die stapjes op uit zouden lopen, werd aan het eind duidelijk. Want de voorganger onderscheidde vier fases in het volgen van Jezus. Maar aan het eind van de vierde fase - de fase van het verlaten van de netten – dan , zo hield de voorganger ons voor – dan hebben we geleerd om te gehoorzamen. Dan wordt het tijd om de spelletjes achter ons te laten, omdat we inmiddels weten en gezien hebben dat God te vertrouwen is. Dan is de tijd aangebroken om te zeggen: wat het leven ook brengt, waar we ook door heen gaan: Heer, uw wil in heel mijn leven, ik buig mijn knieën en wat u vraagt, zal ik doen. Het heeft me een hele tijd gekost om te ontdekken, waardoor ik me zo ongemakkelijk begon te voelen. Was het, omdat ik me vergeleken voelde met een farizeer?3 Nee, het was, zo ontdekte ik twee weken terug, omdat er van mij een totale onderwerping werd gevraagd. Heer, uw wil in heel mijn leven, ik buig mijn knieën en wat u vraagt, zal ik doen. Er werd over navolging gepreekt, maar er werd in feite onderwerping gevraagd. Blinde gehoorzaamheid. En aan wie? Aan God? Welke dan? Want wat is dan nog het verschil met een jihadstrijder, die in Nederland ook verschillende fases van radicalisering is doorgegaan.4 Van een moslimjon-
vrienden had willen doen. Neem die stap en je weet welke omdat het leeft in jouw hart. Je zult nooit spijt hebben. gebed: Laten we stil worden. U vraagt ons allemaal om de volgende stap te zetten. U zegt: zet hem nou maar, je krijgt er geen spijt van. Tot het moment dat we de netten durven verlaten en durven zeggen: uw wil in heel mijn leven en wat u vraagt Jezus op voorhand: ja, ja, ja. Behoed voor farizeesschap, hoogmoed, het beter weten, gericht zijn op goed geloven en goed gedragen, help ons gericht te zijn op volgen stap voor stap. 3
Behoed voor farizeesschap, hoogmoed, het beter weten, gericht zijn op goed geloven en goed gedragen, help ons gericht te zijn op volgen stap voor stap. 4
Trouw: − 26/08/14, 17:00 Bibi van Ginkel specialist internationaal recht, terrorisme-expert Instituut Clingendael: Stel verheerlijking moord op Foley niet strafbaar Onderzoek toont aan dat de weg van radicalisering diverse fasen kent. Zo bestaat er een fase waarin sympathie getoond wordt voor (terroristisch) geweld dat gebruikt wordt tegen bijvoorbeeld een gepercipieerde onderdruk-
Marcus 1 14-20 15 website
4
gere, die zich geminacht voelt en vernederd en door filmpjes en intentefora zich in een fundamentalistische uitleg van de Koran verdiept en gaandeweg tot het besluit komt dat het volgen van de profeet inhoudt dat hij zich moet melden aan het front in Syrie.5 Wat is het verschil met een moslim, die zegt: Ik ben iemand die zich heeft overgegeven aan zijn schepper, Allah. Iemand die de Profeet volgt en leeft naar de Koran en de soenna."6 "We moeten de islam in zijn geheel accepteren, niet aanpassen aan de tijdgeest. De sharia hoort erbij, de jihad en de islamitische staat ook. De Profeet is het voorbeeld. Dertien jaar heeft hij vreedzame dawa gedaan in Mekka, toen is hij uitgeweken naar Medina, waar hij de islamitische staat opgericht heeft. Dat moet ook ons doel zijn.7Wat is het verschil met de ker. Daarbij wordt dit geweld gerechtvaardigd gevonden. En er is een fase waarin personen zelf ook de morele verplichting voelen geweld te gebruiken. Het is daarom van belang te beseffen dat voor iedere fase een andere aanpak noodzakelijk en het meest effectief is. Enkel repressieve en punitieve maatregelen zijn niet voldoende. Ze kunnen zelfs, wanneer ze op het verkeerde moment gebruikt worden, averechts werken. Het strafrecht is een laatste redmiddel in een democratische samenleving om de maatschappij te beschermen. 5 NRC 23 december 2014 Jihadist uit Maastricht (19) omgekomen in Syrië door Eva de Valk BINNENLANDBUITENLAND Een 19-jarige Maastrichtse jongen die zich bij Islamitische Staat (IS) had aangesloten, is vorige week omgekomen in Syrië. Dat meldt omroep L1. De jongen was in september naar Syrië vertrokken. Afgelopen vrijdag zou hij ernstig gewond zijn geraakt door een mortiergranaat bij de strijd om een militaire vliegbasis nabij de stad Deir al-Zour. Zijn familie heeft te horen gekregen dat hij is overgebracht naar het ziekenhuis en na een operatie is overleden. Hij zou in Raqqa, de hoofdstad van het door IS uitgeroepen kalifaat, zijn begraven. Vorige maand was een andere Maastrichtse Syriëganger in het nieuws; de 19-jarige Aïcha. Zij keerde vorige maand terug naar Nederland. Na een week in voorarrest te hebben gezeten is Aïcha voorwaardelijk vrijgelaten. Ze wordt nog wel verdacht van deelname aan een terroristische organisatie. 6 Hanne Obbink Trouw, 22 januari 2015 Radicale moslim: 'Sharia en jihad horen erbij' Gewoon moslim", noemt hij zichzelf. Zijn eigen YouTube-channel heet SalafiMedia, maar salafist noemt hij zich liever niet. " 7 "Hier en nu, met moslims als minderheid in Europa, ben ik voorstander van dawa. Net als de Profeet in Mekka, toen hij nog geen militaire macht had om zich te verdedigen tegen ongelovigen. Maar er is ook een tweede methode, de jihad. Die kan defensief en expansief zijn. Als je aangevallen wordt, moet je je verdedigen. Maar als je macht hebt, zul je ook legers uitzenden om moslims elders te helpen. Stel dat in Europa moslims onderdrukt worden, dan willen we dat tegengaan. In de islam is onderdrukking niet toegestaan, ook niet van ongelovigen door andere ongelovigen." Als iemand de Profeet beledigt, is het islamitisch gezien toegestaan hem onschadelijk te maken, als die tenminste niet gek of onwetend of dronken is Moeten landen van ongelovigen veroverd worden? "Veroveren klinkt negatief, zo moet je het islamitisch gezien niet noemen. Het is voor een goed doel. Wij hebben de opdracht gekregen van Allah om de mensheid te bevrijden uit ongeloof, uit slavernij - slavernij van je begeerte, van een ander mens, van een afgodsbeeld. Soms is jammer genoeg geweld nodig. Want de ongelovige machten werpen barrières op, omdat de islam clasht met hun belangen."
Marcus 1 14-20 15 website
5
boodschap van de voorganger in Bethel: Heer, uw wil in heel mijn leven, ik buig mijn knieën en wat u vraagt, zal ik doen. Ja, ik zet misschien de zaak op scherp. Maar ik wil dan ook dat een ding duidelijk wordt. Ook de bijbel leent zich heel goed om totale onderwerping van mensen te vragen. De passages, die over het volgen van Jezus gaan zoals vanmorgen, over mensen, die alles laten liggen en zich onderwerpen aan zijn gezag, kunnen gemakkelijk misbruikt worden. Als ze een op een worden naar nu worden vertaald en als een eis, als een dwingend voorbeeld ons worden opgelegd. Om je helemaal uit te leveren. Aleid Schilder schreef in haar boek: spiritueel misbruik: mensen die in een sekte belanden, zijn vaak zoekende. Naar antwoorden of hulp die zij in kerken en de reguliere hulpverlening niet vinden. Goeroes en paragnosten bieden meestal een totaalpakket van heil en heling. Zeker wanneer iemand zich kwetsbaar voelt en hulp zoekt, is het heerlijk te worden opgevangen in een groep die aanvankelijk een warme deken om je keen wikkelt. Men verwelkomt je met open armen, neemt je op in een soort familie. Maar later wordt de warme deken verstik-
Vindt u onthoofdingen daarvoor toegestaan? "De Islamitische Staat in Irak en Syrië zie ik niet als het ideaal. Die onthoofdingen hebben weinig met de islam te maken. De islam heeft regels over krijgsgevangenen. Je kunt ze vrij laten of gevangen zetten. Of vermoorden, als de vijand hetzelfde doet. Maar de manier waarop IS dat doet en aan de hele wereld laat zien, kan contraproductief zijn. Komt dat de islam als geheel ten goede? Of leidt het alleen maar tot meer haat en vijandschap?" Keurt u die onthoofdingen af omdat ze slecht zijn of omdat ze slecht uitpakken? "Goede vraag. Maar ik zie geen wezenlijk verschil tussen iemand vermoorden met een mes of met een droneaanval. Een drone-aanval is een soort onthoofding, maar dan in honderd stukken." Kunnen mensen met geweld tot geloof gebracht worden? "Dat niet. In de Koran staat: er is geen dwang in religie. Geloven is een kwestie van het hart. Met gewapende strijd kan je wel het geloof beschermen of voorkomen dat je aangevallen wordt. Wij worden al honderden jaren aangevallen, dat is een feit. Dus wat doe je dan? Je maakt je vijanden onschadelijk. Niet dat je alle ongelovigen moet vermoorden, dat zegt de islam niet. Het liefst hebben we dat alle ongeloof verdwijnt." Ook door een aanslag als die op Charlie Hebdo? "Als iemand de Profeet beledigt, is het islamitisch gezien toegestaan hem onschadelijk te maken, als die tenminste niet gek of onwetend of dronken is. De mensen van Charlie Hebdo wisten wat ze deden, ze zijn gewaarschuwd. Ze hadden het kunnen voorkomen. Het is heel simpel: als je niet spot met de Profeet, zal het niet gebeuren."
Marcus 1 14-20 15 website
6
kend en de familie een gevangenis. 8 Maar om te testen, uit te vinden, na te gaan of een genezer of groepsleider wel of niet is te vertrouwen, zo zegt Schilder, is het allerbelangrijkste dat je eigen vrije wil intact wordt gelaten, dat er geen dwang wordt uitgeoefend. Dat je je eigen verantwoordelijkheid behoudt.9 8
Aleid Schilder Door de glazen deur pg. 304 over haar boek Spiritueel misbruik. Het idee om hierover een boek te schrijven werd concreet tijdens een weekend in 1999, waarin ik een groep begeleidde van ex-sekteleden of `naaststaanden' van geliefden die in een sekte zaten. De verhalen waren schokkend, en werden gevolgd door die van anderen, men bekend werd dat ik aan dit boek was begonnen. Het werd mij steeds duidelijker dat deze sektarische problematiek in Nederland niet meevalt, wat vaak wordt gezegd. Het zijn geen grote, bekende sekten, zoals in Amerika en Japan — hoewel die hier ook hun tentakels hebben maar meestal kleine groepjes, in gewone huizen of een afgelegen boerderij. Ik heb een aantal ex-leden geïnterviewd en twee moeders, wier kinderen gelukkig zijn ontkomen aan de gevaarlijke groep waar zij lid van waren. Hoewel ik al wel het een en ander wist van sektarische ellende, hebben deze verhalen me zeer geschokt. Het was soms pure horror. Niet alleen werden de leden financieel kaalgeplukt, vaak werden ze fysiek mishandeld, soms seksueel misbruikt — maar het meest afschuwwekkend waren de manieren waarop de leider hen psychisch wist te manipuleren. Op manieren die bijna niet zijn te geloven, omdat de goeroes of genezers wel degelijk enige bovennatuurlijke gaven hebben. Maar er bestaan in die onzichtbare wereld ook duistere krachten. En er zijn op aarde mensen die hun gaven op een griezelige, ziekmakende manier gebruiken. Het is niet mijn bedoeling in dit boek de daders aan het kruis te nagelen. Tenslotte bestaat elke relatie uit twee partijen en is een dader niet mogelijk zonder slachtoffer. Wel heeft eerstgenoemde meer macht, en is daardoor, evenals bij therapeuten, zijn of haar verantwoordelijkheid groter. {…} Wat ik vooral beoog is te verhelderen hoe sektarische mechanismen werken, hoe sluipend het meestal begint. Bij een onschuldige behandeling door een natuurgenezer of een consult bij een paragnost. Ook veel van deze hulpverleners zijn zich aanvankelijk werkelijk van geen kwaad bewust. Ze bedoelen het goed, maar kunnen de macht, die hen wordt toegekend, niet hanteren. Het is ook begrijpelijk: wie iets zegt over een cliënt, wat hij niet kan weten, krijgt bewondering en er volgen meer bezoeken. Zo groeit de macht bij de een, de afhankelijkheid bij de ander. De bewondering, soms bijna aanbidding door de hulpvrager, werkt dit proces verder in de hand. Een probleem is ook dat veel spirituele genezers en dergelijke wel degelijk bovennatuurlijke gaven hebben, maar te weinig oog voor hun eigen emoties van machtswellust en het genieten van de bewondering. In mijn termen: er is zeker een lijntje naar boven, maar dat naar binnen raakt vervuild. En dat betreft dan nog slechts de individueel werkende paragnosten en genezers. Hoewel ook die relaties al kunnen leiden tot psychische problemen bij de hulpvrager, zelfs tot psychoses. Binnen sekten gebeuren dingen die, zoals ik al aangaf, gruwelijker zijn. Tot en met suïcide en moord aan toe. Uiteraard hebben degenen die in mijn bock aan het woord komen, het overleefd, maar ze hebben er vaak wel jarenlang psychische of psychiatrische schade aan overgehouden. {…} Mensen die in een sekte belanden, zijn vaak zoekende. Naar antwoorden of hulp die zij in kerken en de reguliere hulpverlening niet vinden. Goeroes en paragnosten bieden meestal een totaalpakket van Neil en heling. Zeker wanner iemand zich kwetsbaar voelt en hulp zoekt, is het heerlijk te worden opgevangen in een groep die aanvankelijk een warme deken om je keen wikkelt. Men verwelkomt je met open armen, neemt je op in een soort familie. Maar later wordt de warme deken verstikkend en de familie een gevangenis. 9
Aleid Schilder Door de glazen deur pg. 306 Ik geef ook simpele criteria om na te gan of een genezer of groepsleider wel of niet is te vertrouwen. Het belangrijkste is dat je eigen vrije wil intact wordt gelaten, dat er geen dwang wordt uitgeoefend. Dat je je eigen verantwoordelijkheid behoudt. Dreigen, bijvoorbeeld dat er erge dingen zullen gebeuren als je de groep verlaat of de consulten bij een genezer stopt, is al een teken van het aantasten van die vrije wil. Maar gevlei is ook riskant, want verleidelijk om te willen geloven. Dit kan gebeuren doordat je te horen krijgt dat je spiritueel heel ver bent ontwikkeld, dat je met enige begeleiding of door onderricht te volgen zelf ook een groot genezer zult worden. Bij een paragnost of zogenaamde goeroe die geen kritiek wil Koren is mijn advies ook: wegwezen. Dit kun je uitproberen door op te merken dat je het ergens niet mee eens bent, ook al verzin je het. Sommige leiders raken zelfs al geïrriteerd als je gewone vragen stelt. Het lijkt op de kerkelijke leer van vroeger: niet vragen, gewoon aannemen wat er wordt beweerd.
Marcus 1 14-20 15 website
7
Daarom zegt Jezus in het Johannes-evangelie tegen zijn leerlingen: Ik noem jullie geen slaven meer, want een slaaf weet niet wat zijn meester doet; vrienden noem ik jullie, omdat ik alles wat ik van de Vader heb gehoord, aan jullie bekendgemaakt heb.10 En biedt hij op een eerder moment zijn volgelingen alle vrijheid om hem te verlaten. Als blijkt dat veel van zijn aanvankelijke volgelingen zich terug trekken en niet langer met Hem mee gaan, vraagt hij hen op de man af: Willen jullie soms ook weggaan?’ 11 Die ruimte, die vrijheid lijkt in het Marcus evangelie veel minder vanzelfsprekend. Jezus zei tegen hen: ‘Kom, volg mij! Ik zal van jullie vissers van mensen maken.’ Maar of het in werkelijkheid ook zo gegaan is, betwijfel ik. We hebben te maken met een literaire verdichting, beschrijving van een proces van maanden, van jaren. Dat wordt al duidelijk om dat al die roepingsverhalen dezelfde structuur hebben. 12 Maar ook is er
Gebrek aan humor is eveneens verdacht. Humor is relativerend, en iemand die absolute enige waarheden verkondigt, kan daar niet tegen. Dit raakt direct aan een ander punt: neem nooit aan dat iemand de, dus enige, waarheid in pacht heeft. De fysieke beschadigingen zijn meestal redelijk snel te genezen. Bij de psychische kan het jaren en jaren Buren, ook omdat men er aanvankelijk uit schaamte niet over durft te praten. 'Hoe heeft mij dit kunnen overkomen?' Daarom heb ik voor dit bock mensen geïnterviewd die goed zijn ontwikkeld, zowel emotioneel, sociaal als intellectueel, om aan te geven dat het werkelijk iedereen kan overkomen. Het zijn geen kneusjes, geen onnozele goedgelovigen die in een dergelijke val belanden. 10 Joh. 15:5 11 Joh. 6:67 12 pg. 183: De roeping door Jezus wordt in de evangeliën duidelijk volgens een stereotype schema voorgesteld: (a) Jezus gaat voorbij (Mc. 1,16.19; 2,14); — (b) ziet iemand (Mc. 1,16.19; Joh. 1,47); — (c) nadere bepaling van het beroep van deze man (Mc. 1,16.19; 2,14; Lc. 5,2), — (d) de roeping (Mc. 1,17-20; 2,14; Joh. 1,37); — (e) het alles verlaten (Mc. 1,18.20; behalve in Mc. 2,14, maar wel in Lc. 5,11.28), — (f) de geroepene gaat Jezus achterna (Mc. 1,18.20; 2,14; Lc. 5,11) 156. Er is dus onmiskenbaar van een literaire constructie sprake, en niet van een onmiddellijk historisch „direct rapport" van een roepingsgebeuren. We hebben te maken met oorspronkelijk zelfstandige overleveringseenheden, beginnend met „voorbijgaande, zag hij iemand" en afgesloten met „hij stond op en volgde hem". Centraal in deze literaire eenheid is het middenvers; Jezus roept iemand. De roeping impliceert het prijsgeven van eigen beroep, van eigen haard, familie en bezit. In tegenstelling tot de uitzending der leerlingen, waardoor zij anderen moeten beleren, is deze fundamentele, eerste roeping een uitnodiging om zelf bij Jezus „in de leer te gaan". Mt. 9,13 heeft hierbij (in tegenstelling tot Mc.) een opvallende inlas: „gaat heen en leert ...", d.i. „leer van Mij" (zie Mt. 11,29; in tegenstelling tot Mt. 28,19, waar zij anderen moeten leren leerling te zijn). Jezus' woorden zijn een didaché, een instructie, voor de christelijke gemeente. Jezus is de leraar der gemeente.
Marcus 1 14-20 15 website
8
een duidelijke gelijkenis met de roepingsverhalen uit het Oude Testament. Als verteld wordt hoe de profeet Elia Elisa aantref bij het ploegen. Ze waren aan het werk met twaalf span ossen; Elisa liep achter het twaalfde span. Elia liep op hem af en gooide zijn mantel over hem heen. Meteen liet Elisa zijn ossen in de steek en rende achter Elia aan. ‘Laat mij afscheid nemen van mijn vader en moeder,’ zei hij, ‘dan zal ik met u meegaan.’ 13 Het antwoord van Elia is veelzeggend: ‘Doe wat je wilt, ik dwing je nergens toe.’14 Zo roept ook Jezus zijn leerlingen, als Elia, als profeet, die als het ware opvolgers zoekt. En zoals Elisa terug ging, zijn ossen slachtte, het vlees braadde op het hout van hun juk en het zijn knechten aanbood om daarna met Elia mee te gaan, zo laten Petrus en Jacobus, Andreas en Johannes hun netten achter om Jezus te volgen. Er ligt meer in die roepingsverhalen. Bekering tot Israëls God — van een heiden tot het jodendom — was het in het late jodendom een daad die feitelijk een maatschappelijke breuk tot gevolg had: met eigen bezit, haard en gezin, en dit was een traditioneel bekerings-topos geworden onder de diaspora-joden. Zich bekeren viel feitelijk samen met prijsgave van alle bezit, met gehaat warden, vader en moeder, man of vrouw, broeder en zuster, en have en goed moeten verlaten. Daaruit ontstond dan de „topos" van bekering (ook als deze maatschappelijke breuk niet gegeven was). Voorwaarden tot en begeleidende verschijnselen van een bekering zijn: alles weggeven, gezin en haard verlaten, om Jahwe, Israëls God na te volgen. Catechetisch werd dit onder de Grieks sprekende joden in verband gebracht met Gods bevel aan Abraham alles te verlaten om op stap te gaan naar het onbekende, het beloofde land (Gen. 12,1-9). Dit goddelijk bevel werd in het late jodendom vaak geduid als een „bekeringsvisioen" 13
E. Schillebeeckx, Jezus, het verhaal van een levende, pg. 183 Van belang is vooral de roeping en de wijze waarop het nieuwe testament deze voorstelt. Jezus komt voorbij, als zij aan hun dagelijks werk bezig zijn, en zegt: „Komt, volgt Mij" (Mc. 1,17; 1,20; 2,14). Telkens verlaten zij terstond hun werk „en volgden Hem" (1,18; 1,20; 2,14). De analogie met de roeping van Elisa door de profeet Elia is frappant. Met twaalf koppel ossen was Elisa aan het ploegen, toen de grote profeet Elia daar voorbijkwam. Deze (hem roepend om zijn profetentaak over te nemen) wierp hem zijn (profeten)mantel toe. Elisa liet de ossen in de steek, liep Elia achterna en zei: Laat mij eerst afscheid nemen van mijn vader en moeder; dan zal ik u volgen. Hij antwoordde hem: Ga maar weer terug; heb ik je soms tot iets verplicht? Hierop ging Elisa naar de ossen terug, nam zijn koppel, slachtte ze, kookte het vlees op het hout van de jukken en gaf het aan het werkvolk te eten. Dan vertrok hij en werd zijn dienaar" (1 Kon. 19,19-21). Ook Amos, de vroegere veehoeder, zegt van zijn kant: „Jahwe heeft mij achter mijn beesten weggehaald en het is Jahwe die mij gezegd heeft: Trek als profeet naar mijn volk Israël" (Am. 7.15). Geen enkel excuus volstaat om zulk een roeping niet prompt op te volgen; men laat alles achter en volgt de roepende. Wie uitstel vraagt, wordt weggezonden. „Een Schriftgeleerde trad op Hem toe en zei: Meester, ik zal u volgen, waar Gij ook heen gaat ... Een andere van zijn leerlingen zei tot Hem: Neer, laat me eerst teruggaan om mijn moeder te begraven. Jezus zei: volg Mij; laat de doden hun doden begraven" (Mt.8,19,21-22; zie Luc 9,57-60) 14 1 Kon. 19:19-21
Marcus 1 14-20 15 website
9
En waarom? 15 Om vissers van mensen te worden, zegt Marcus, naar de profetie van Jeremia: Zie, Ik ontbied vele vissers, luidt het woord des HEREN, die hen zullen opvissen.16 En redden uit de netten van verstikkende regels, van de zware lasten, die hun godsdienst hen oplegde, voeg ik er aan toe. Want dat was Jezus’ missie, dat was, is zijn evangelie. Om te geloven en te vertrouwen dat God geen onderwerping eist, maar ons zijn vriendschap aanbiedt.17 Dat was de missie van Paulus, die als geen ander onder de lasten van de wet geeft geworsteld. Die daarom in een van zijn brieven schreef: Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen.18 En zou dat mensen niet hebben aangetrokken, in beweging hebben gezet? 15
E. Schillebeeckx, Jezus, het verhaal van een levende, pg. 185:Het eigene van de navolging van Jezus ligt dus niet in het alles verlaten om een „meester-leerling"-verhouding te realiseren, in de zin van A. Schulz, maar ook niet louter, zoals M. Hengel stel, als het zich bekennen tot Jezus (hoewel dit materieel juist is); wel in het feit dat dit zich bekennen tot Jezus wordt gekwalificeerd als een religieuze bekering: d.w.z. het heilsbestel van de joodse wet is daarmee ontoereikend verklaard. De metanoia, gevraagd door het komende rijk Gods, is een bekering tot Jezus, - dat is de theologische relevantie van de roeping „Jezus achterna te gaan". In deze bekering wordt de niettemin nog komende Gods heerschappij reeds een praesentische werkelijkheid. Terwijl Mc. het radicaal opgeven van bezit en Jezus achterna gaan als conditie ziet voor elke bekering tot het christendom, beperkt Mt. deze eisen tot de Twaalf, het fundament van de christelijke gemeente; hij verwerpt daarbij de aardse beloning; de beloning is zuiver eschatologisch, en is voor de Twaalf hetzelfde loon als dat voor alle Jezusgelovigen. Bovendien dient bij Mt. heel de perikoop om het gezag der Twaalf te funderen (Mt. 19,28). Mt. huldigt hierbij niet de „duplex via", een tweevoudige weg naar het eeuwig Leven, enerzijds door het onderhouden van de geboden (Mt. 19,17), anderzijds voor „de volmaakten", door alles te verkopen en Jezus te volgen (Mt. 19,21); in Mt. 19,29 geldt dit laatste immers ook voor alle christenen. Duidelijk is dat Mt. 19,29 het bekeringsverhaal gebruikt, geldend voor alwie christen wordt (Lc. 9,23 onderstreept dit golden voor terwijl in Mt. 19,17 de voor niet-christenen geldende eis wordt gesteld als voorwaarde om binnen te treden in het eeuwig leven 16 Jeremia 16:16 17 E. Schillebeeckx, Jezus, het verhaal van een levende, pg. 185:.Men kan zeggen: oud testament staat hier tegenover nieuw testament, en niet een bevoorrechte christelijke levensweg tegenover een „algemeen-christelijke" (zie Lc. 10,25-37; en in een uiteenzetting verderop over de twee hoofdgeboden", samenvatting der wet). Wat juist bij het slechts onderhouden van het tweevoudig hoofdgebod - Godsliefde en naastenliefde - ontbreekt, is de „bekering tot Jezus"; deze is de „volmaaktheid" van het nieuwe testament tegenover het oude. Zij is conditie voor het lidmaatschap van de eschatologische gemeente. In het nieuwe testament wordt door de idee van „navolging van Jezus" uitdrukkelijk gezegd, dat de wetsvervulling (hoe nodig ook als Góds gebod; zie later) niet meer volstaat voor het heil. De relatie tot Jezus is nu heilsbemiddelend; maar als eschatologische bode kent Jezus alleen de geboden van God en brengt hij geen nieuwe geboden. De geldigheid achter van de omkeer, conditie voor en implicatie van het komende Gods rijk, is verbonden met de eis tot toewending naar Jezus; voor-paschaal betekent dit, hem te erkennen als de eschatologische profeet van Godswege, die de blijde boodschap brengt: ..God gaat heersen" (Jes. 61.1-2 en 52.7). 18 Gal. 5:1
Marcus 1 14-20 15 website
10
En hen doen besluiten die nieuwe taak op zich te nemen en de oude vaarwel te zeggen? Het enige wat we met zekerheid vaststellen, is de verandering, die Jezus’ woorden, zijn persoon teweeg hebben gebracht. Zoals wind zelf niet zichtbaar is, maar merkbaar aan de bomen. Zoals liefde zelf niet zichtbaar is, maar speurbaar in het leven van mensen. Zoals vertrouwen zelf niet zichtbaar, maar voelbaar in de houding van mensen. En ook al laten wij misschien niet zo radicaal onze netten liggen, wordt ergens zichtbaar welke invloed, welk effect Zijn woorden op ons leven hebben? Waar wij niet alleen horen, maar ook gehoor geven? Maar waar het gehoor vindt en mensen zich laten gezeggen door Jezus’ boodschap, is er hoop. Niet alleen voor de kerk, maar veel meer voor de mensen, die in deze wereld zouden verdrinken, als er geen redders zouden zijn. Amen.
Marcus 1 14-20 15 website
11