Liefde voor de vijanden is buitengewoon vanzelfsprekend Bert de Ruiter, januari 2015
Ik ben net vier weken met vakantie geweest en toen ik terug kwam, leek het wel of de wereld in brand stond: 1) een passagiersvliegtuig neergeschoten in Ukraine; 2) uitbraak Ebola-virus in Afrika; 3) bomaanslagen in Israel en Gaza; 4) IS terreurdaden in Syrië en Irak; 5)vliegveld van hoofdstad Libië in brand gestoken; 6)terroristische aanslagen in Frankrijk, Nigeria enz enz. Ondertussen zijn er nog tal van andere oorlogsgebieden in de wereld, waar mensen vluchten om in veiligheid te komen. Zuid-Soedan, Centraal Afrikaanse Republiek etc. Ik realiseerde me dat wat de wereld nodig heeft, vredestichters zijn. "Zalig zijn de vredestichters" zei Jezus, maar waar zijn ze? Toen Jezus geboren werd, zongen de engelen "Vrede op aarde" , maar de geboorte van dat kind leidde tot de kindermoord door Herodus. "Ik geef u mijn vrede", heeft Jezus tegen Zijn discipelen gezegdd, maar al in de Bijbel zien we ruzies en onenigheid tussen christenen en dat is helaas tot op de dag van vandaag doorgegaan. We leven is de verwachting dat er een tijd van vrede zal komen, een tijd waarop God daadwerkelijk op aarde zal regeren; wanneer hij de tranen van onze ogen zal halen, en er geen rouw, verdriet, pijn, onderdrukking, oorlog en honger meer zal zijn. Maar hoelang duurt dat nog? Wanneer komt Jezus terug? We weten het niet. Wat we wél weten is dat wij, mensen die ons volgelingen van Jezus noemen, geroepen zijn om Hem na te volgen in alles wat we doen en laten. Hij heeft ons Zijn Geest gegeven, en die Geest wil de gezindheid van Jezus in ons leven tot ontwikkeling brengen. Wat was die gezindheid, met name als het gaat om onrecht, mishandeling, vervolging, kwaadsprekerij, uitgescholden? Er is Jezus veel onrecht aangedaan door mensen voor wie Hij Zijn leven wilde geven. Hij werd belasterd; de mensen zeiden dat hij door een boze geest bezeten was; zijn motieven werden in twijfel getrokken, Hem werd godslasterlijk gedrag verweten; als baby moest hij vluchten voor zijn leven; als volwassene werd hij verlaten, verraden en verloochend door zijn beste vrienden. Hij werd onschuldig voor de rechter gebracht; in de rechtbank waren valse getuigen; Hoewel de rechter oordeelde dat Hij onschuldig was, werd Hij toch veroordeeld tot een vreselijke dood aan het kruis. Jezus heeft in zijn leven veel onrecht en moeilijkheden ervaren. Hij weet wat het is om 1
uitgelachen, uitgescholden, afgewezen, verraden te worden. Hij weet wat het is om voor je leven te vluchten. Hij weet wat het is om vrienden en familieleden te verliezen (denk aan de moord van zijn neef Johannes de Doper. Hoe ging Hij met al deze verschrikkelijke dingen om? We zien hier iets van als Hij aan het kruis hangt en terwijl Hij pijn verduurt bidt Hij "Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen." Petrus schrijft later over Hem dat als Hij gescholden werd, Hij niet terugschold en als Hij leed, hij niet dreigde. Hij liet het over zich heen komen, hoewel Hij een groot leger engelen op de been had kunnen brengen. Hij de Almachtige, liet zich vernederen, zonder vorm van protest. Hij roept ons om Zijn navolgers te zijn. Hoe kunnen wij ertoe komen om in een wereld voor haat en onrecht, oorlog, misdaad, geweld, liefdevol en genadig, vergevingsgezind te zijn in plaats van wraakzuchtig, vriendelijk in plaats van onaardig en vol haat? Om bij onrecht, het recht niet in eigen hand te nemen, maar het aan God over te laten. Om als de ander mij op de wang slaat, de ander toe te keren, om als iemand iets van mij afpakt, hem nog meer te geven? Is zo'n houding niet naief? Zo komt de misdadiger ermee weg. Hoe gaan wij om met mensen die ons haten, die kwaad van ons spreken, die ons pijn doen, die mensen die ons lief zijn vermoorden, die ons doodzwijgen? Dat kunnen gemeenteleden zijn, vrienden van vroeger, familieleden of mensen uit dezelfde straat of hetzelfde dorp, klasgenoten? Ik heb het antwoord op deze vraag gevonden in het boek Spreuken en wel Spreuken 25: 21, 22: Als iemand die u haat, honger lijdt, geef hem brood te eten, en als hij dorstig is, geef hem water te drinken, want zo zult u vurige kolen op zijn hoofd hopen, en de HERE zal het u vergelden. (25: 21, 22)
2
1. Liefde voor onze vijanden is een gebod In dit vers vinden we een aansporing om onze vijanden lief te hebben. Deze vijanden kunnen allerlei mensen zijn, die kwade bedoelingen met ons hebben. Liefde is dus niet alleen een gevoel, maar ook een besluit, een zaak van het verstand. God geeft ons de opdracht anderen lief te hebben. Altijd wanneer God ons een opdracht geeft, geeft Hij ook de middelen om de opdracht uit te voeren (zoals een moeder een kind vraagt naar de winkel te gaan en hem/haar dan geld geeft om af te rekenen). God's opdracht om mensen lief te hebben is mogelijk omdat God Zijn liefde in ons hart heeft uitgestort (toen de Heilige Geest in ons kwam). In de Bijbel worden we aangespoord tot liefde, liefde voor God, liefde voor de medemens, liefde voor de vreemdelingen en liefde voor je vijand. De opdracht om lief te hebben geldt niet alleen voor aardige, vriendelijke en behulpzame vrienden. Dat is gemakkelijk, dat is normaal. De opdracht om lief te hebben geldt ook voor niet zulke aardige mensen. De opdracht geldt zelfs voor onze vijanden. In ons vers wordt gesproken over iemand die 'u' , haat. Niet iemand die ons land of volk haat, maar iemand die mij persoonlijk haat. 2. Liefde voor onze vijanden is een kenmerk van een volgeling van Jezus Wanneer Jezus in Zijn onderwijs over deze dingen spreekt zegt Hij: 39 Ik zeg u echter dat u geen weerstand moet bieden aan de boze; maar wie u op de rechterwang slaat, keer hem ook de andere toe; 40 en als iemand u voor het gerecht wil dagen en uw onderkleding nemen, geef hem dan ook het bovenkleed; 41 en wie u zal dwingen één mijl te gaan, ga er twee met hem. 42 Geef aan hem die iets van u vraagt, en keer u niet af van hem die van u lenen wil. 43 U hebt gehoord dat er gezegd is: U moet uw naaste liefhebben en uw vijand moet u haten. 44 Maar Ik zeg u: Heb uw vijanden lief; zegen hen die u vervloeken; doe goed aan hen die u haten; en bid voor hen die u beledigen en u vervolgen; 45 zodat u kinderen zult zijn van uw Vader, Die in de hemelen is, want Hij laat Zijn zon opgaan over slechte en goede mensen, en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. 46 Want als u hen liefhebt die u liefhebben, wat voor loon hebt u dan? Doen ook de tollenaars niet hetzelfde? 47 En als u alleen uw broeders groet, wat doet u meer dan anderen? Doen ook de tollenaars niet zo? 48 Weest u dan volmaakt, zoals uw Vader, Die in de hemelen is, volmaakt is. Mattheus 5: 43-47
Een belangrijk kenmerk van een volgeling van Jezus is dus liefde voor zijn of haar vijanden. Vriendelijkheid voor hen die ons kwaad doen; bidden voor hen die ons vervolgen; hen zegenen die ons vervloeken. 3
3. Liefde voor vijanden uit zich in concrete daden Uit de geciteerde woorden van Jezus blijkt ook de liefde voor onze vijanden zich niet beperkt tot intenties. Het uit zich in concrete daden. Goed doen, vriendelijk zijn. Bidden Jezus spreekt over bidden. Bidden voor mensen die ons iets hebben aangedaan. Niet bidden dat God hun straft, maar bidden dat God hen vergeeft Groeten Jezus noemt ook 'groeten' , dat betekent niet langs hen heen lopen bij bijeenkomsten of op feestjes etc. Zegenen Hen het goede toewensen. Eten en drinken geven In onze tekst wordt gesproken over het je bekommeren om het lot van je vijand. In zijn of haar levensbehoeften voorzien. Zorgen dat hij of zij in leven kan blijven. Hem/haar helpen in de nood In Exodus 23: 4, 5 wordt liefde voor de vijand toegepast op een verdwaald dier of een dier dat onder een te zware last dreigt te bezwijken. 4. Liefde voor de vijanden blijft niet zonder gevolgen Uit onze tekst blijkt dat als we onze vijanden liefhebben zoals God bedoelt, dit een geweldig uitwerking heeft. In de tekst wordt gezegd dat als je iemand die iets verkeerds of slechts heeft gedaan niet straft, maar juist heel vriendelijk voor hem bent, je als het ware vurige kolen op zijn/haar hoofd stapelt. Bijvoorbeeld: 'De docent wist zeker dat de leerlinge het werkstuk helemaal had gekopieerd, maar hij stapelde wat vurige kolen op haar hoofd door het werkstuk eerst de hemel in te prijzen.' De gedachte achter deze uitdrukking is dat als iemand echt gloeiende kolen op zijn hoofd zou krijgen, hij die onmiddellijk van zijn hoofd zou schudden. De onterechte lof of vriendelijkheid moet ook zo werken. Degene die onverdiend zo vriendelijk wordt behandeld, moet zich namelijk zó schuldig gaan voelen dat hij toegeeft dat hij fout zat, om zo zijn schuldgevoel te verminderen. Om het 4
voorbeeld van hierboven af te maken: 'De leerlinge werd knalrood bij alle lof en gaf algauw toe dat ze het hele werkstuk had gekopieerd.' Het gezegde ‘vurige kolen op iemands hoofd stapelen’ krijgt verschillende verklaringen: • iemand in een positie van machteloze beschaming brengen, • iemand door onverdiend vriendschapsbetoon beschaamd maken, • iemand zo ver krijgen dat hij de vijandschap die hij tegen jou heeft, van zich afwerpt, zoals iemand die men gloeiende kolen op het hoofd stapelt, onmiddellijk die kolen zal afschudden, • je zult zijn hart vermurwen zodat hij overtuigd is van zijn ongelijk, zoals een smid het ijzer zacht maakt met gloeiende kolen, • door edelmoedig barmhartigheid te betonen, kan mende vijand doen gloeien van schaamte en spijt, • men doet de vijand aan, wat hem het pijnlijkst is, zodat hij zijn ongelijk zal aanvoelen; dit is het beste middel om hem tot ommekeer te brengen, • dit is de pijn van iemand aan wie men grootmoedigheid heeft betoond. De aktie om vurige kolen op iemands hoofd te stapelen, lijkt een daad te zijn die welgevallig is in Gods ogen. Het lijkt te wijzen op de ander tot schaamte brengen door hem zo te overweldigen met liefde en genade; op die manier overwin je het kwade door het goede. Het kwade overwinnen door het goede. Niets slechts het kwade gelaten over je laten komen, maar er iets goeds tegenover te stellen. Hoe kan een mens zo'n houding hebben? Hoe kunnen wij mensen worden die steeds meer deze houding zichtbaar maken? Liefdevol in plaats van wraakzuchtig; vriendelijk in plaats van bitter; vergevingsgezind in plaats van wraakzuchtig. Genade schenkend in plaats van veroordelend? a. Een diep besef van de soevereiniteit, rechtvaardigheid en almacht van God De laatste woorden van onze tekst zijn: "en de HERE zal het u vergelden." Deze houding van liefde voor de vijanden lijkt naief te zijn, lijkt de ander juist vrij spel te geven om door te gaan met zijn of haar haatdragend gedrag. Zelfs al zou dit kunnen (Jezus werd immers ook gekruisigd door degenen die Hij liefhad), dienen we nooit uit het oog te verliezen dat God almachtig en rechtvaardig is. 5
Enkele hoofdstukken eerder in Spreuken lezen we: "Zeg niet: Ik zal het kwaad vergelden, wacht op de HEERE, en Hij zal u verlossen." (20:22) En op verschillende plaatsen in de Bijbel wordt ons voorgehouden: "Wreekt uzelf niet, maar laat ruimte voor de toorn (van God), want er staat geschreven: Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden, zegt de HERE." (Rom. 12: 19) God is rechtvaardig en ieder mens zal voor Zijn rechterstoel verantwoording moeten afleggen. Hij zal elke zonde straffen. Hier op aarde kunnen misdadigers hun straf ontlopen, maar bij God lukt dat niet. Hij is rechtvaardig. Hij velt het Laatste Oordeel en daarom kunnen wij rusten in Zijn almachtige, rechtvaardige armen. Liefde voor de vijanden kan, vanwege het besef dat God wraak zal nemen voor het onrecht dat jou wordt aangedaan. b. Een diep besef van Gods liefde en vergevingsgezindheid voor jou Mijn houding naar de ander wordt niet bepaald door de houding of gedrag van de ander, maar uitsluitend door de houding van God naar mij. Omdat God mij barmhartig is, kan ik anderen barmhartig zijn; omdat God mij vergeven heeft, kan ik anderen vergeven; omdat God mij liefheeft, toen ik nog een vijand was, kan ik anderen liefhebben, terwijl ze nog vijanden zijn. Liefde voor onze vijanden toont dat we kinderen zijn van God; een aartje naar ons vaartje. Liefde voor de onze vijanden is hen behandelen zoals God ons behandelt. Toepassing Op de vergeving die wij van God ontvangen staat geen maat. Hoewel wij Hem herhaaldelijk kwetsen, vergeten, ongehoorzaam zijn, negeren, blijft Hij van ons houden, blijft Hij ons leven en onderhoud geven, blijf Hij voorons zorgen. Hij wil dat wij zo ook met onze medemensen omgaan, inclusief hen die ons het bloed onder de nagels halen. Op een gegeven moment vroeg Petrus aan Jezus hoevaak hij zijn broeder die tegen hem zondigde moest vergeven? Wat wat Jezus' antwoord? Tot zevenmaal 70 maal. Om te illustreren vertelde Jezus een gelijkenis (Mattheus 18:23-35) Laten we bidden dat God ons in deze wereld voor oorlog, haat en geweld tot vredestichters maakt als volgelingen van de Vredevorst. AMEN
6