Kruistocht in Spanje De Spaanse Burgeroorlog als ideologisch conflict
Werkstuk voor "Moderniteit, antimoderniteit, postmoderniteit" Docent: E. Jonker Januari 2004 Marian Hellema e-mail:
[email protected] Dit stuk wordt verspreid onder de Creative Commons Licentie CC-BY-NC. Zie http://creativecommons.org/licenses/by-nc/4.0/
1
Inhoudsopgave De Republikeinse kruistocht..................................................................................................4 De Nationalistische kruistocht...............................................................................................7 Vergruizing........................................................................................................................... 10 Literatuur.............................................................................................................................. 12
2
Kruistocht in Spanje: de Spaanse Burgeroorlog als ideologisch conflict Wie zich verdiept in de Spaanse Burgeroorlog stuit al snel op het verbazingwekkende fenomeen dat er tienduizenden buitenlandse vrijwilligers in deze oorlog meevochten. Het overgrote deel van hen vocht aan de Republikeinse kant. Hun deelname hing samen met de ideologische betekenis die internationaal aan het Spaanse conflict werd gehecht. In de jaren dertig was er in Europa een sterke polarisatie ontstaan tussen enerzijds het communisme en anderzijds het fascisme. De parlementaire democratie was in de ogen van velen in diskrediet geraakt: er was grote verdeeldheid vanwege partijpolitieke belangen en er kwam geen goed antwoord op de economische crisis. Een groeiende groep mensen zag alleen nog maar een uitweg in de vorm van revolutionaire veranderingen. Zowel het communisme als het fascisme wonnen hierdoor veel aanhang. Mussolini en Hitler verwierven grote binnenlandse macht en vertoonden ook internationaal expansiedrang. De internationale gemeenschap reageerde aanvankelijk nogal lauw op de groei van het fascisme en het nazisme. De communisten waren lange tijd vooral bezig met de strijd tegen de sociaal-democratie en onderkenden pas in 1935 het fascisme als primaire vijand. Zij gingen samenwerken met socialisten en sociaaldemocraten in een Volkfront tegen het fascisme. De internationale politieke arena polariseerde hierdoor steeds meer tot de tegenstelling tussen het communisme en het fascisme1. De Spaanse Burgeroorlog werd gezien als het strijdperk waarin communisme en fascisme tegenover elkaar stonden. Van een vrij geïsoleerd, achteraf land werd Spanje ineens het brandpunt van de internationale politiek. Hoewel internationaal een non-interventiepolitiek was afgesproken, werd het Nationalistische kamp militair gesteund door Duitsland en Italië, terwijl de Republikeinen hulp kregen van de Sovjet-Unie. Maar behalve als een militair conflict werd de oorlog vooral ook in sterk ideologische termen beschouwd. Voor links was het de laatste kans om het fascisme een halt toe te roepen en voor rechts ging het om het redden van de christelijke beschaving die bedreigd werd door revolutionaire krachten. Zowel aan Nationalistische als aan Republikeinse zijde zag men de strijd in termen van een kruistocht van het Goede tegen het Kwade (waarbij goed en kwaad natuurlijk voor beide partijen tegengesteld waren).
1
H.W. von der Dunk, De verdwijnende hemel. Over de cultuur van Europa in de twintigste eeuw,
deel II (Amsterdam 2000) 125, 127; Peter Monteath, Writing the good fight. Political Commitment in the international literature of the Spanish Civil War (Westport 1994) 6-7.
3
Om de ideologische overwegingen rondom de Spaanse Burgeroorlog te leren kennen, vormen literaire werken uit de periode zelf een belangrijke bron. Er verschenen al tijdens de burgeroorlog veel romans, gedichten en journalistiek werk, waarin vaak het ideologische standpunt van de auteurs duidelijk wordt. Naar deze literatuur is naderhand het nodige onderzoek gedaan, met name naar werk uit landen als Spanje, Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland en de VS. Schrijvers en intellectuelen waren in de jaren dertig in overgrote meerderheid links georiënteerd. Bij veel van hen leefde de gedachte dat een intellectueel zich niet afzijdig mocht houden van de maatschappij, maar partij moest kiezen. Schrijven was daarbij een wapen om zich uit te spreken, maar de ideale geëngageerde intellectueel ging nog verder en stelde daden. De Spaanse Burgeroorlog bood schrijvers de mogelijkheid om dat ideaal te verwezenlijken door mee te gaan vechten. In de woorden van de Amerikaanse journaliste Martha Gellhorn: "A writer must be a man of action now. (…) If you should survive such action, what you have to say about it afterwards is the truth, it is necessary and real, and it will last"2. Er ging dan ook een opmerkelijk aantal buitenlandse intellectuelen, schrijvers, dichters en journalisten als vrijwilliger naar Spanje om mee te vechten. Zij kozen vrijwel allemaal de kant van de Republikeinen, waardoor het linkse standpunt in de literatuur uit deze periode beter vertegenwoordigd is dan het rechtse. In de literatuur uit Spanje zelf daarentegen is het Nationalistische standpunt wel goed vertegenwoordigd.
De Republikeinse kruistocht In totaal hebben naar schatting 40.000 buitenlandse vrijwilligers meegevochten aan de Republikeinse kant. De meeste van hen sloten zich aan bij de door de Komintern georganiseerde Internationale Brigades. Ongeveer 80% van de vrijwilligers was afkomstig uit de arbeidersklasse en was lid of sympathisant van de communistische partij. De meesten van hen waren door de partij in hun eigen land geworven en naar Spanje gestuurd3. De ideologische motieven die hen dreven, zijn niet eenvoudig te achterhalen, maar aangenomen mag worden dat zij achter de lijn van de communistische partijen stonden en het fascisme wilden bestrijden. Veel van hen waren arbeiders die te maken hadden met werkloosheid en de gevolgen van de economische crisis. De slechte vooruitzichten thuis en avonturisme hebben hen in veel gevallen ook gemotiveerd om naar Spanje te gaan. De intellectuelen aan de Republikeinse zijde waren numeriek een kleine groep temidden van alle vrijwilligers, maar zij waren wel de meest spraakmakende groep. 2
Geciteerd uit Frederick R. Benson, Writers in Arms. The literary impact of the Spanish Civil War
(Londen, New York 1967) 55. 3
Hugh Thomas, The Spanish Civil War (Harmondsworth herdruk Penguin 1990, derde herziene
editie 1977, eerste editie 1961) 452-455, 982-985.
4
Ideologisch gezien was het Republikeinse kamp een bonte verzameling van democraten, communisten, anarchisten, syndicalisten en humanitair bewogenen. Wat hen bond was het antifascisme, het gevoel dat het fascisme een halt moest worden toegeroepen. Het idee leefde dat het fascisme zich met de opkomst van Mussolini en Hitler snel verspreidde en dat het nu ook Spanje zou veroveren. Dit gaf een groot gevoel van urgentie: tot nog toe was er door de westerse democratieën weinig gedaan om het fascisme tegen te houden en nu was er in Spanje een laatste kans om te voorkomen dat het heel Europa zou gaan domineren. De Spaanse Burgeroorlog gaf ook hoop, omdat er eindelijk verzet was tegen het opkomend fascisme. De Britse schrijver George Orwell, die meevocht in de marxistische POUM-militie, verwoordde dit in zijn Homage to Catalonia (1938) als volgt: "When the fighting broke out on 18 July it is probable that every anti-Fascist in Europe felt a thrill of hope. For here at last, apparently, was democracy standing up to Fascism. For years past the so-called democratic countries had been surrendering to Fascism at every step. (…) But when Franco tried to overthrow a mildly Left-wing Government the Spanish people, against all expectation, had risen against him. It seemed - possibly it was - the turning of the tide" 4. Velen aan de Republikeinse kant zagen de strijd als een conflict tussen het fascisme en de democratie. Zij zagen Franco's opstand als ondemocratisch, omdat hij een via verkiezingen aan de macht gekomen regering aan de kant zette. De Republiek moest tegen een dergelijke dictator worden verdedigd. Hierbij klonken vaak geluiden uit de liberale Verlichtingstraditie door. Franco vormde in deze optiek een bedreiging voor democratie, vrijheid, gelijkheid, vooruitgang en rede. De Spaanse bevolking moest worden bevrijd van tirannie, van een ondemocratisch bewind en van de autoritaire kerk 5. De uit Duitsland gevluchte communist Gustav Regler verwoordde in zijn boek The Great Crusade (1940)6 de redenen om Franco te bevechten als volgt: "Why? So that people may be free. So that man can speak out what his reason tells him. So that together men may seek the truth" 7. Franco vertegenwoordigde daarbij de reactionaire, autoritaire krachten en had als bondgenoten de oude, feodale machten van kerk, grootgrondbezitters en leger. De Republiek daarentegen stond voor vooruitgang en antifeodalisme. Een aantal Spaanstalige romans bijvoorbeeld bezong de boeren die het land in bezit hadden genomen en keerde zich tegen de grootgrondbezitters en tegen de kerk8. Voor communisten lag de zaak iets ingewikkelder. Voor hen stond vanuit de marxistische leer altijd het streven naar een internationale revolutie voorop, om de dictatuur 4
George Orwell, Homage to Catalonia (Harmondsworth pocketeditie 1978, eerste druk 1938) 48.
5
Benson, Writers in Arms 32-35.
6
Dit boek is oorspronkelijk in het Engels uitgekomen. De Duitse titel luidt Das große Beispiel.
7
Geciteerd uit Benson, Writers in Arms 249.
8
Gareth Thomas, The novel of the Spanish Civil War (Cambridge etc. 1990) 104-105, 116 e.v.
5
van het proletariaat te vestigen. Zij waren geen voorstanders van democratie, omdat zij dat zagen als een maatschappijvorm van de bourgeoisie, de klassenvijand. De Volksfrontstrategie leidde echter ook in de Spaanse Burgeroorlog tot samenwerking met de sociaal-democraten om het fascisme te overwinnen. Hier werd voor de communisten het motto: eerst de oorlog winnen, dan de revolutie. Dat leidde tot het opmerkelijke verschijnsel dat de communisten zich in Spanje soms tegen revolutionaire acties van de anarcho-syndicalisten keerden, omdat die niet strookten met de tactiek. Door hun samenwerking met de sociaal-democraten plaatsten de communisten zich dus in de lijn van de verdedigers van vrijheid, beschaving en democratie. Voor veel niet-communisten werden zij daardoor aanvaardbaar als bondgenoot, ondanks berichten over de terreur die Stalin binnen de Sovjet-Unie uitoefende9. In de woorden van de (toen nog) communistische schrijver Arthur Koestler: "The communists, with the mighty Soviet Union behind them, seemed the only force capable of resisting the onrush of the primitive horde with its swastika totem"10. In de communistische propaganda werd de strijd voor de democratie sterk benadrukt en werden de wreedheden die de Nationalisten begingen breed uitgemeten11. Vooral het bombardement van Guernica door Duitse vliegtuigen kreeg internationaal veel aandacht en wekte veel afschuw. Vanwege humanitaire overwegingen groeide hierdoor de sympathie voor het Republikeinse kamp, ook bij mensen die beslist geen communist waren. In tegenstelling tot de communisten stelden de anarcho-syndicalisten de revolutie voorop. Voor hen gold: alleen via de revolutie kan de oorlog worden gewonnen. In de chaotische situatie na de verkiezingen in het voorjaar van 1936 waren er in Catalonië en Andalusië allerlei revolutionaire bestuursraden van arbeiders en boeren ontstaan. De verdediging van deze revolutie stond voor hen voorop. George Orwell maakte deze revolutionaire situatie eind 1936 in Barcelona mee. Hij werd zo getroffen door deze benadering van zijn ideaal van een egalitaire maatschappij dat hij zich spontaan als vrijwilliger voor het front meldde12. Voor velen aan de Republikeinse kant was de oorlog veel meer dan een conflict tussen concrete tegenstanders. Het ging in hun ogen om een conflict op wereldschaal tussen goed en kwaad. De Amerikaanse schrijver en journalist Ernest Hemingway liet de hoofdpersoon uit zijn roman For whom the bell tolls (1940) zeggen: "you fought (…) for all the poor in the world, against all tyranny, for all the things that you believed in and for the new world that
9
Dunk, De verdwijnende hemel 128, 133; Monteath, Writing the good fight 9, 11; Benson, Writers
in Arms 14-15, 77. 10
Geciteerd uit Benson, Writers in Arms 74.
11
Benson, Writers in Arms 15-16.
12
Orwell, Homage to Catalonia 8.
6
you had been educated into"13. Velen hadden de neiging om er een haast metafysische betekenis aan te hechten. Net als bij de Nationalisten werd de oorlog bij de Republikeinen soms in termen van een kruistocht gezien. Regler bijvoorbeeld schreef in The Great Crusade: "A holy war must be fought, and it involved the whole world, for the lie [of fascism] was flooding across the frontiers"14.
De Nationalistische kruistocht De ideologische betekenis die het Nationalistische kamp aan de Spaanse Burgeroorlog verleende is op het eerste oog minder duidelijk te zien dan bij het Republikeinse kamp. Er waren nauwelijks vrijwilligers die aan Nationalistische zijde meevochten; wel waren er grote groepen Duitsers en Italianen die door Hitler en Mussolini waren gestuurd en Marokkanen die dienst hadden in het leger van Franco. Schrijvers of intellectuelen buiten Spanje hadden vrijwel geen sympathie voor de Nationalisten. In Groot-Brittannië werd in 1937 een enquête gehouden onder 148 schrijvers. Van hen kozen er slechts vijf de kant van Franco, zestien bleven neutraal en de overige 127 verklaarden zich voor de Republikeinse kant15. Eén van de schrijvers die sympathiseerde met Franco was de rooms-katholieke, conservatieve Evelyn Waugh, die echter niet van plan was zich daadwerkelijk voor de Nationalistische zaak in te zetten: "If I were a Spaniard I should be fighting for General Franco. As an Englishman I am not in the predicament of choosing between two evils. I am not a Fascist nor shall I become one unless it were the only alternative to Marxism. It is mischievous to suggest that such a choice is imminent"16. Van intellectuelen buiten Spanje kon Franco dus weinig steun verwachten; wel was er steun in de rechts-conservatieve pers in verschillende landen en van schrijvers binnen Spanje. Het Nationalistische kamp was ideologisch gezien geen eenheid. De steun voor Franco kwam van verschillende kanten, uit katholieke, conservatieve en fascistische hoek. De individuele motieven om voor de Nationalisten te kiezen, waren zeer divers, maar de sympathisanten hadden één ding gemeen: hun afkeer van het communisme. Veel katholieken zagen de Republiek als communistisch, barbaars en een bedreiging van de christelijke beschaving. De strijd van Franco werd voorgesteld als een kruistocht die het christelijke, beschaafde Spanje van de ondergang zou moeten redden. De Spaanse 13
Geciteerd uit Benson, Writers in Arms 273.
14
Geciteerd uit Benson, Writers in Arms 247.
15
Katharine Bail Hoskins, Today the struggle. Literature and politics in England during the
Spanish Civil War (Austin 1969) 18; Thomas, The Spanish Civil War 347. stelt het aantal schrijvers dat zich voor de Republiek uitsprak op honderd. 16
Geciteerd in Monteath, Writing the good fight 40.
7
bisschoppen hadden deze gedachte geïntroduceerd in een open brief waarin ze de oorlog een gerechtvaardigde kruistocht noemden tegen de internationale communistische samenzwering van de Komintern17. Wat veel katholieken bijzonder had geschokt waren de Republikeinse moorden op bisschoppen, verkrachtingen van nonnen en vernielingen van kerken. Berichten hierover kregen veel aandacht in de internationale pers en werden in de Nationalistische propaganda dankbaar gebruikt18. Overigens kozen niet alle katholieken de kant van de Nationalisten. De officiële rooms-katholieke kerken in Groot-Brittannië, Frankrijk en de VS steunden Franco, maar er waren ook veel individuele katholieken die de kant van de Republiek kozen. Met name in Frankrijk leidde dit tot een grote controverse binnen de rooms-katholieke kerk. Katholieken die zich tegen de Nationalisten keerden, deden dat vaak uit afschuw over de gruwelen die het leger van Franco aanrichtte 19. De Franse conservatief-katholieke schrijver Georges Bernanos bijvoorbeeld sympathiseerde in eerste instantie met de fascistische Falange, maar koos partij voor de Republiekeinen toen hij op Majorca van nabij meemaakte hoe de Nationalisten de bevolking terroriseerden. Zijn ervaringen heeft hij beschreven in Les grands cimetières sous la lune (1937)20. Conservatieven zagen de Republiek vooral als het rode gevaar dat Spanje bedreigde en dat tot een internationale communistische revolutie zou kunnen leiden. Franco zou de orde, eenheid en hiërarchie in Spanje herstellen21. Een dergelijk verlangen naar orde, herstel van tradities en bestrijding van chaos speelde onder meer bij de generaals uit Franco's leger een belangrijke rol. Bij anderen uitte het verlangen naar orde zich soms ook in de vorm van een terugverlangen naar het glorieuze Spaanse verleden of naar een ideaalbeeld van een preindustrieel agrarisch verleden, toen Spanje nog harmonisch en vredig was en nog niet in de ban van het materialisme22. Ideeën over het communistische gevaar waren soms verbonden met antisemitisme. Twee katholieke Britse journalisten schreven bijvoorbeeld: "Spain was the victim of a vast Communist plot, inspired and controlled by the continental Freemasons, largely Jewish (…) to establish a world domination for the Comintern" 23. Naast conservatief-katholieke motieven om Franco te steunen, waren er ook uitgesproken fascistische ideeën in het spel. In veel Spaanse romans uit deze periode worden oorlog, geweld en strijd verheerlijkt en sterven jeugdige helden een waardige dood als offer voor hun vaderland. Er ontstond een leiderschapscultus rondom de leider van de Falange, 17
Thomas, The novel 74.
18
Benson, Writers in Arms 27-29; Hoskins, Today the struggle 23.
19
Hoskins, Today the struggle 23-24.
20
Benson, Writers in Arms 93-98.
21
Benson, Writers in Arms 25.
22
Thomas, The novel 81.
23
Geciteerd in Monteath, Writing the good fight 41.
8
José Antonio Primo de Rivera, en na diens dood rondom Franco24. Ook speelden revolutionaire ideeën over een nieuwe orde een belangrijke rol. In de Spaanse literatuur werden fascistische elementen vaak verbonden met rooms-katholieke beelden. De oorlog werd bijvoorbeeld afgeschilderd als een lijden dat noodzakelijk was om de Spaanse ziel te zuiveren. De dood van Primo de Rivera werd vergeleken met de kruisiging van Christus, terwijl Franco, zoals eerder vermeld, gezien werd als leider van een kruistocht om het Kwaad te overwinnen25. In landen als Groot-Brittannië, Frankrijk en de VS vindt men niet veel aanhangers van de Nationalisten met uitgesproken fascistische ideeën. Een uitzondering is Roy Campbell, een uit Zuid-Afrika afkomstige Britse schrijver die bij het uitbreken van de burgeroorlog in Spanje woonde. Hij heeft zelf beweerd dat hij aan de Nationalistische kant heeft meegevochten, maar dat wordt betwijfeld26. Hij wijdde een lang gedicht aan de Spaanse Burgeroorlog, getiteld Flowering Rifle (1939), waarin hij blijk geeft van antibolsjewieke, antisemitische, antidemocratische en antimoderne opvattingen. Volgens hem waren de problemen in Europa met de Reformatie begonnen, waarna corrumperende ideeën als die van Darwin, Marx en Freud waren ontwikkeld. Het bolsjewisme was daar de grootste uitwas van en dit werd beheerst door het internationale jodendom. In Spanje had dit geleid tot de moderne, democratische staat van de Republiek die de ware Spanjaard bedreigde27. Ook aan de Nationalistische kant was er een sterke neiging om de oorlog niet in zijn concrete realiteit te beschrijven, maar op een hoger plan, als een strijd tussen Goed en Kwaad. De Spaanse dichter José María Pemán (die veel propagandawerk voor Franco deed) schreef bijvoorbeeld een gedicht over de oorlog als de strijd tussen het Beest en de Engel, Poema de la Bestia y el Angel (1938). In zijn inleiding hierop schreef hij dat hij niet de feiten en anekdotes over de oorlog wilde beschrijven, maar de apocalyptische betekenis ervan. Daarbij stond het Beest voor de materiële wereld en het Kwaad, terwijl de Engel de spirituele wereld en het Goede vertegenwoordigde28. Hij verwoordde tevens het idee van de geëngageerde kunstenaar. Kunst moest volgens Pemán direct betrekking hebben op het leven en had tot taak om mensen te mobiliseren: "To this alliance [i.e., of life and art] the raw and energetic realism of war challenges us fatefully. Everything is now mobilised and to this mobilisation Poetry also has been called. (…) Poetry in action" 29.
24
Thomas, The novel 68-73.
25
Thomas, The novel 70-71.
26
Hoskins, Today the struggle 43-44.
27
Hoskins, Today the struggle 47-50; Monteath, Writing the good fight 44-51.
28
Monteath, Writing the good fight 43-44, 54-56.
29
Geciteerd uit Monteath, Writing the good fight 55.
9
Vergruizing Al met al blijft het opmerkelijk dat de Spaanse Burgeroorlog internationaal zo veel ideologische bevlogenheid opriep en dat er zo veel buitenlanders vrijwillig mee gingen vechten. Volgens de ideologische leuzen was de Spaanse Burgeroorlog een conflict tussen twee duidelijk te onderscheiden tegenpolen, tussen goed en kwaad. Bij nadere beschouwing 'vergruist' het beeld, om de historicus Jan Romein te parafraseren. Beide kampen bleken bepaald geen eenheid te zijn en bestonden uit ideologisch zeer diverse groepen. Iedereen zag vanuit zijn eigen ideologie een andere strijd: communisme versus fascisme, democratie versus dictatuur, beschaving versus barbaarsheid, christendom versus immoraliteit, orde versus chaos, vooruitgang versus reactie. Veel deelnemers aan de strijd raakten gedesillusioneerd, omdat ondanks de hooggespannen idealen de schema's van goed en kwaad niet bleken te kloppen. Net als andere oorlogen bleek deze oorlog een gruwelijke aangelegenheid waarin beide partijen veel slachtoffers maakten en waarin beide partijen in hun propaganda de eigen wandaden verzwegen en leugens over de tegenpartij verspreidden. Aan Nationalistische zijde werden met name de Falangisten teleurgesteld door het uitblijven van de nieuwe orde. Aan de Republikeinse kant betrof de desillusie uiteraard het uiteindelijke verlies van de strijd, maar ook de interne strijd binnen het linkse kamp en het onderdrukken van de revolutie30. George Orwell heeft die desillusie beschreven. Hij maakte van nabij mee hoe de communisten in mei 1937 tijdens gevechten in de straten van Barcelona de overige linkse milities uitschakelden, waarna deze groeperingen verboden werden en hun leden gevangengenomen of geëxecuteerd. Orwell was vooral teleurgesteld over de verraderlijke rol van de communisten, die daarmee de revolutie (die door de anarchisten en syndicalisten in gang was gezet) om zeep hadden geholpen31. In de geschiedschrijving over de Spaanse Burgeroorlog wordt over het algemeen meer aandacht besteed aan de ideologische bevlogenheid van de Republikeinen dan aan die van de Nationalisten. Het is de vraag hoe dat komt. Het beeld dat we van het ideologische conflict in de Spaanse Burgeroorlog hebben, is in hoge mate gebaseerd op literair en journalistiek werk van intellectuelen. Zij domineerden niet alleen de publieke opinie destijds in belangrijke mate, maar bepalen ook voor een groot deel het beeld van de historicus achteraf. Daardoor dreigt een wat eenzijdig beeld te ontstaan, omdat die intellectuelen vrijwel zonder uitzondering links waren. Informatie over literatuur uit het Nationalistische kamp is veel moeilijker te vinden dan aan de Republikeinse kant. Dat komt voor een deel uiteraard doordat er vanuit Nationalistisch standpunt ook daadwerkelijk minder literatuur is geschreven, maar het kan ook te maken hebben met het feit dat 'links' zich van oudsher altijd 30
Thomas, The novel 142, 157-158.
31
Orwell, Homage to Catalonia 144-172.
10 0
meer en systematischer met ideologie heeft bezig gehouden dan 'rechts'. De vraag naar de ideologische aspecten van de Spaanse Burgeroorlog zou op zichzelf dus al een vooringenomenheid voor het linkse kamp kunnen betekenen. Bij nader inzien blijkt er echter in Spanje zelf wel degelijk ook literatuur vanuit Nationalistisch standpunt te zijn geschreven. Dat die veel minder aandacht heeft gekregen, kan wellicht mede verklaard worden doordat een deel van de latere onderzoekers de Spaanse taal niet beheerst. En voorzover rechtse schrijvers over de Spaanse Burgeroorlog aandacht krijgen, wordt hun werk over het algemeen beschouwd als propagandistische literatuur van mindere kwaliteit 32. Feit blijft echter dat buiten Spanje de Nationalistisch georiënteerde literatuur verre in de minderheid was ten opzichte van de Republikeinse. Zoals altijd bij geschiedschrijving moet ook hier de vraag gesteld worden naar mogelijke vooringenomenheid bij de latere auteurs over de Spaanse Burgeroorlog. Achteraf is duidelijk dat de Nationalisten weliswaar de oorlog in Spanje gewonnen hebben en dat Franco nog decennia lang aan de macht is gebleven, maar dat op het internationale toneel de Republikeinen als het ware de morele winnaars waren. Dat gold zeker na de Tweede Wereldoorlog, toen het fascisme verslagen was. Toen veranderde overigens ook de kijk op de rol van de communisten, die tijdens de oorlog nog bondgenoten tegen het fascisme waren, maar daarna in de Koude Oorlog de nieuwe vijand werden. Daarmee werd in de westerse democratieën de interpretatie van de Spaanse Burgeroorlog vanuit liberaal, sociaaldemocratisch, humanistisch standpunt dominant. Een schrijver als Orwell, die de bedenkelijke rol van de communisten in de interne strijd in het Republikeinse kamp had geanalyseerd, was zeer populair. Voor iemand als Campbell met zijn fascistische teksten is veel minder enthousiasme. Voor zover zijn werk al besproken wordt, kost het de auteurs vaak enige moeite om toe te geven dat het, ondanks de inhoud, wel goed geschreven is 33. Al met al lijkt de Nationalistische ideologie in de geschiedschrijving om drie redenen ondervertegenwoordigd. Ten eerste omdat er meer Republikeins georiënteerde literatuur is geschreven dan Nationalistisch georiënteerde; ten tweede omdat de Nationalistische literatuur die er is (met name de Spaanstalige) minder aandacht heeft gekregen; en ten derde omdat degenen die er wel aandacht aan besteden er meestal inhoudelijk afkerig van zijn. Kennelijk is de ideologische betekenis van de Spaanse Burgeroorlog nog steeds geen neutraal onderwerp. Ook ik lees liever Orwell dan Campbell!
32
Thomas, The novel 122; Benson, Writers in Arms xxiii; Monteath, Writing the good fight xvii,
xix. 33
Hoskins, Today the struggle 45, 55; Monteath, Writing the good fight 47.
11 1
Literatuur Benson, Frederick R., Writers in Arms. The literary impact of the Spanish Civil War (Londen, New York 1967). Dunk, H.W. von der, De verdwijnende hemel. Over de cultuur van Europa in de twintigste eeuw, deel II (Amsterdam 2000). Hoskins, Katharine Bail, Today the struggle. Literature and politics in England during the Spanish Civil War (Austin 1969). Monteath, Peter, Writing the good fight. Political Commitment in the international literature of the Spanish Civil War (Westport 1994). Orwell, George, Homage to Catalonia (Harmondsworth pocketeditie 1978, eerste druk 1938). Thomas, Gareth, The novel of the Spanish Civil War (Cambridge etc. 1990). Thomas, Hugh, The Spanish Civil War (Harmondsworth herdruk Penguin 1990, derde herziene editie 1977, eerste editie 1961).
12 2