Inspectierapport
Tomtiedom (BSO) Rhijngeesterstraatweg 33 2342AP OEGSTGEEST Registratienummer 859639174
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Hollands Midden Oegstgeest 24-09-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 02-11-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................5 Inspectie-items................................................................................................................7 Gegevens voorziening.......................................................................................................9 Gegevens toezicht............................................................................................................9 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 10
2 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Omdat de kwaliteit van de opvang van kinderen in de eerste levensjaren van grote invloed is op de ontwikkeling van kinderen, stelt de Rijksoverheid kwaliteitseisen aan kindercentra, gastouderbureaus, gastouders en peuterspeelzalen op het gebied van: de pedagogische praktijk en het pedagogisch beleid, voorschoolse educatie, personeel, groepsgrootte en inzet van voldoende personeel, de opvang in vaste groepen, veiligheid en gezondheid, accommodatie en inrichting, de behandeling van klachten en ouderrecht. Voor een uitgebreidere uitleg over het inspectieproces en de verantwoordelijkheden voor het toezicht en de handhaving op de kwaliteit, verwijzen wij naar www.rijksoverheid.nl. Risicogestuurd toezicht: Het rapport dat voor u ligt is tot stand gekomen aan de hand van onderzoek op basis van risicogestuurd toezicht. Om meer maatwerk bij het toezicht in de kinderopvang mogelijk te maken werken de GGD'en in Nederland bij de inspectie volgens een model voor risicogestuurd toezicht. Dat betekent dat er intensiever geïnspecteerd zal worden waar nodig en minder intensief waar gebleken is dat dit kan. Bij risicogestuurd toezicht ligt de nadruk vooral op die zaken die het meest direct bijdragen aan de kwaliteit van de kinderopvang. Het risicogestuurd toezicht houdt derhalve in dat er een onderzoek plaatsvindt naar kernzaken. Dit onderzoek zal echter worden uitgebreid indien er tijdens de vorige inspectie sprake was van overtredingen, of indien hier aanleiding toe is, bijvoorbeeld bij een signaal. Indien deze overtredingen, die niet al onder de kernzaken vallen, gedragsgerelateerd van karakter zijn, zullen deze in het risicogestuurde onderzoek ook beoordeeld worden. Binnen het raamwerk van het risicogestuurd toezicht, geeft het rapport per geïnspecteerd onderdeel een omschrijving van de observaties en bevindingen tijdens het inspectiebezoek. Indien een onderdeel uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterzalen niet voldeed, dan wordt dit onderdeel specifiek bij het betreffende inspectiedomein genoemd. Op de laatste pagina’s van het rapport staat een overzicht van alle inspectieonderdelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen die door toezichthouder zijn meegenomen in dit inspectiebezoek Beschouwing Buitenschoolse opvang Tomtiedom is een locatie met 1 groep en biedt opvang aan maximaal 20 kinderen in de leeftijd van 4 – 13 jaar. Buitenschoolse opvang Tomtiedom voldoet niet geheel aan de getoetste voorwaarden. Op de volgende voorwaarden is een afwijking geconstateerd: Domein Personeel en groepen * Opvang in groepen * Beroepskracht-kindratio Zie voor verdere toelichting het betreffende domein in het inspectierapport. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk Het oordeel van de toezichthouder is tot stand gekomen door een veelheid aan waarnemingen tijdens de observatie. Tijdens de observaties van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk 4-12 jaar. Onderstaande beschrijvingen zijn aan dit instrument ontleend en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Bij het beoordelen van de observaties is uitgegaan van vier basiscompetenties vanuit de Wet Kinderopvang, waaraan de pedagogische praktijk minimaal moet voldoen, namelijk emotionele competentie, persoonlijke competentie, sociale competentie en overdracht van normen en waarden. Emotionele veiligheid De beroepskrachten communiceren met de kinderen. De beroepskrachten zijn respectvol en vriendelijk naar de kinderen en stellen zich belangstellend en ondersteunend op. Zij zijn gericht op de kinderen en voeren veel gesprekjes met hen. Daarbij sluiten zij op passende wijze aan op de signalen van hen. De sfeer in de groep is open en ontspannen. Persoonlijke competentie De beroepskrachten ondersteunen en stimuleren de ontwikkeling van (individuele) kinderen De beroepskrachten sluiten aan op de wensen en ideeën van een kind bij het uitvoeren van activiteiten. De kinderen hebben de mogelijkheid tot vrij spel of zij kunnen meedoen met een georganiseerde activiteit. De beroepskrachten helpen een kind bij contacten met andere kinderen als dit nodig is. Zij geven op passende wijze steun Sociale competentie De kinderen zijn deel van de groep De beroepskrachten zetten zich in voor een positieve sfeer. Zij zijn behulpzaam en hebben aandacht en zorg voor alle kinderen. Zij moedigen gesprekjes tussen henzelf en de kinderen aan. Normen en waarden Afspraken, regels en omgangsvormen zijn herkenbaar aanwezig en worden toegepast De beroepskrachten hanteren de groepsregels op eenduidige en consequente wijze. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Directeur) Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties (Locatiebezoek) Huisregels/groepsregels (Huisregels PB33) Pedagogisch werkplan (Pedagogisch werkplan Kinderopvang Tomtiedom, locatie PB33, maart 2014)
4 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag De verklaringen omtrent het gedrag van nieuwe personen tot de vorige inspectiedatum 28-10-2014 zijn gecontroleerd. Volgens opgaaf van houder zijn er na deze inspectiedatum geen nieuwe personen werkzaam bij buitenschoolse opvang Tomtiedom. Dit onderdeel is daarom niet beoordeeld. Passende beroepskwalificatie De beroepskwalificaties van nieuwe beroepskrachten tot de vorige inspectiedatum 28-10-2014 zijn gecontroleerd. Volgens opgaaf van houder zijn er na deze inspectiedatum geen nieuwe beroepskrachten werkzaam bij buitenschoolse opvang Tomtiedom. Dit onderdeel is daarom niet beoordeeld. Opvang in groepen Op de inspectiedag wordt een combi-basisgroep van 20 kinderen in de leeftijd van 3 tot 13 jaar opgevangen. Volgens de beroepskracht-kindratio mogen maximaal 16 kinderen per dagdeel in deze combi-basisgroep geplaatst worden. Hiermee wordt de maximale samengestelde basisgroepsgrootte van 3 tot 13 jaar overschreden.
Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio Op de inspectiedag wordt een combi-basisgroep van 20 kinderen in de leeftijd van 3 tot 13 jaar opgevangen. Volgens de beroepskracht-kindratio mogen maximaal 16 kinderen per dagdeel in deze combi-basisgroep geplaatst worden. Hiermee wordt de maximale samengestelde basisgroepsgrootte van 3 tot 13 jaar overschreden. 5 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Directeur) Interview anderen (Beroepskrachten) Observaties (Locatiebezoek) Presentielijsten (Week 39, 2015) Personeelsrooster (Week 39, 2015) Pedagogisch werkplan (Pedagogisch werkplan Kinderopvang Tomtiedom, locatie PB33, maart 2014)
6 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
7 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
8 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen
: Tomtiedom : http://www.tomtiedom.nl : 20
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : :
Tomtiedom Rhijngeesterstraatweg 33 2342AP OEGSTGEEST 52231607
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Hollands Midden Postbus 121 2300AC LEIDEN 088-3083460 H. van der Graaf
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Oegstgeest : Postbus 1270 : 2340BG OEGSTGEEST
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
24-09-2015 20-10-2015 30-10-2015 02-11-2015 03-11-2015 03-11-2015
: 24-11-2015
9 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
Zienswijze Inspectie rapport GGD d.d. 24-9-15 Locatie BSO PB33 Sinds juni 2015 wordt binnen kinderopvang Tomtiedom gewerkt met een 3+ groep. Deze groep kan overdag gebruik maken van de ruimte van de BSO PB33. Zo hebben ze de mogelijkheid om met uitdagender speelmateriaal te spelen en bereiden we ze voor op de overgang naar de BSO. In het begin hebben we gesproken over een combinatiegroep met PB33 in plaats van een 3+ groep. Dit zou als gevolg hebben gehad dat de groepsgrootte had moeten worden aangepast moest worden van 20 naar 16 kinderen. Het verschil van een combinatiegroep en een 3+ groep was op de werkvloer helaas niet duidelijk. Ten tijde van de inspectie bestond de groep van PB33 uit 14 kinderen van de BSO. Deze groep werd begeleid door twee vaste PB33 medewerkers. Tevens bleef die middag de 3+ groep met hun eigen medewerker in de ruimte van de BSO. Hierdoor kwam het totale aantal kinderen in de ruimte op 20, waarmee de maximale bezetting van een eventuele combinatie groep zou zijn overschreden. De medewerkers kozen er die middag voor om de 4 kinderen van 3 jaar en ouder niet terug te laten gaan naar de ruimte van het kinderdagverblijf. Dit om de structuur van de 3+ groep op dat moment niet te verstoren. In de ruimte voor het kinderdagverblijf waren op dat moment 12 kinderen aanwezig waren, begeleid door 3 medewerkers. Tijdens de pizza avond (teamvergadering) van 27 oktober 2015 is duidelijk besproken hoe de invulling is van de 3+ groep en wat hun plek is naast de BSO groep. Wij vinden het een waardevolle aanvulling om de 3+ groep mee te kunnen laten draaien met de PB33 groep. Verdere aanvulling en evaluatie in de praktijk is hiervoor nodig. Een eerste evaluatie zal eind november plaatsvinden.
10 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 24-09-2015 Tomtiedom te OEGSTGEEST