>
Inleiding In 2009 is het 50 jaar geleden dat het enorme gasveld bij Slochteren werd ontdekt, het zogenaamde Groningen Gasveld. De betekenis van het aardgas voor ons land is zo groot dat er een venster van de canon van Nederland aan gewijd is. De invoering van de canon valt samen met het 50 jarig jubileum van het Groningen gasveld. Onder de naam G50 wordt uitgebreid stil gestaan bij de speciale gebeurtenis. De educatieve activiteiten van G50 sluiten aan op de canon van Nederland. Met nadruk wordt gesproken van activiteiten en niet van lessen. Dat alles onder het credo is: Ter lering en vermaak.
Toelichting De activiteiten zijn zeer gevarieerd. Op interactieve en uitdagende wijze worden leerlingen bewust gemaakt van het belang van aardgas en energie in het verleden, het heden en de toekomst. In het educatieve aanbod vindt u een webquest. Deze is anders van opzet dan u misschien gewend bent. Leerlingen hoeven niet het hele web over te surfen. De antwoorden zijn binnen de website te vinden. Wij hebben het web voor u en de leerlingen afgezocht. Met het oplossen van de webquest kan een bijzondere prijs gewonnen worden: een dagje uit met een bus voor de hele klas. Stuur de spreuk voor 1 juni naar
[email protected] Bij de activiteiten worden suggesties gedaan voor variaties. Bijvoorbeeld: de webquest kan op verschillende manieren gedaan worden. Beschikt u over een digibord dan is een klassikale aanpak mogelijk. Is dat niet het geval dan kunnen de leerlingen alleen of in groepjes de webquest doen. Het is aan u om de mogelijkheden te kiezen die passen binnen uw school. Op de website is ook een knop speciaal voor kinderen (THUIS). Onder die knop vinden ze niet alleen informatie over aardgas en energie, maar ook proefjes die ze thuis kunnen doen. Kunt u de leerlingen attent maken op die mogelijkheid?
Uitstapjes
De educatieve activiteiten zijn onderdeel van
In Slochteren is er heleboel te beleven in het kader van G50. In het koetshuis van de Fraeylemaborg is een educatieve tentoonstelling ingericht. In de directe omgeving van de borg is ook nog een ontdekroute uitgezet. Wanneer uw klas op school de webquest heeft gedaan, zijn de leerlingen goed voorbereid op het bezoek. De leerlingen hebben de nodige voorkennis, dat verdiept de kennis over het Nederlands aardgas. Vanzelfsprekend is de Fraeylemaborg zelf ook te bezoeken.
het jubileumprogramma G50 - 50 jaar Groningen-gasveld
vervolg pagina >
vervolg inleiding Voor een compleet overzicht hou het nog te verschijnen programmaboekje en de websites www.groningengas50.nl en www.slochterengeeftgas.nl in de gaten.
Projectcollecties. Biblionet heeft voor leerlingen van het basis- en speciaal onderwijs collecties samengesteld over veelgevraagde thema’s, ook over energie. De projectcollectie bevat verhalende en informatieve boeken, cd’s, cd-roms en/of dvd’s. U kunt de projectcollectie aanvragen bij: www.mijneigenbibliotheek.nl Wij wensen u veel plezier tot met de uitvoering van de activiteiten.
Een interview, hoe doe je dat? > Wereldoriëntatie en taal > 100 minuten
LESBESCHRIJVING > Om meer te weten te komen over de betekenis van de invoering van het aardgas in het dagelijks leven gaan de leerlingen in groepjes interviews afnemen met een opa, oma of een ander ouder iemand. Het liefst iemand in de buurt van school. De leerlingen bereiden in de eerste les het interview voor. Voordat de leerlingen een interview kunnen afnemen, moeten ze eerst meer van het onderwerp afweten. Het is niet mogelijk dat elke leerling een filmpje maakt (het kost te veel tijd.) Jammer maar niet ernstig, ook met 4 of 5 filmpjes kan het doel van de lessen gehaald worden. DOELEN VAN DE LES De leerlingen leren een interview af te nemen. De leerlingen ontdekken dat de komst van het aardgas grote veranderingen in het dagelijks leven te weeg heeft gebracht. ORGANISATIE Klassikale instructie en vervolgens het interview uitwerken in kleine groepjes.
Een interview, hoe doe je dat? Inleiding Een klassengesprek moet duidelijk maken wat het afnemen van een interview inhoudt. De volgende vragen kunnen worden gesteld: - Wat is een interview? - Wie heeft wel eens een interview gelezen of gezien? - Wie is zelf wel eens geïnterviewd? De leerkracht speelt met een leerling een rollenspel. De leerkracht is de interviewer en de leerling de geïnterviewde. De leerkracht legt uit wat de bedoeling is van het interview. Hij maakt duidelijk dat hij informatie wil hebben, bijvoorbeeld over de hobby’s van de leerling. Maar eerst worden er vragen bedacht. - Wat wil je weten? Wat is de hoofdvraag? - Bedenk open vragen - Bedenk dus vragen die beginnen met ‘hoe’, ‘wat’, ‘waar’, ‘waardoor’ of ‘wanneer’ en ‘waarom’. Dan volgt het rollenspel/interview: 1. Hij stelt zichzelf voor door de geïnterviewde een hand te geven. Hij vertelt dat hij komt voor een interview en legt uit waarom hij juist bij deze persoon wil interviewen. 2. Hij geeft aan dat het interview gaat beginnen. Hij stelt zijn vragen rustig en kijkt de geïnterviewde hierbij aan. Hij gaat in op de antwoorden en kijkt niet alleen op de vragenlijst. 3. Aan het eind van het interview bedankt hij de geïnterviewde. Na afloop van het rollenspel bespreekt de leerkracht het interview.
Kern
Materiaal • Bord • Pen en papier Tijdsduur • Inleiding (10 min) • Kern (20 min) • Afsluiting (10 min)
De educatieve activiteiten zijn onderdeel van het jubileumprogramma G50 - 50 jaar Groningen-gasveld
De leerlingen bedenken vragen. Uitgangspunt bij het bedenken van vragen, is het dagelijks leven nu in vergelijking met dat van eind jaren vijftig, begin jaren zestig. Startpunt is het heden. Leerlingen bedenken eerst waar zij aardgas voor gebruiken (verwarming, koken, elektriciteit, douchen). Hoe deed men al die dingen voordat er aardgas was? Met andere woorden: wat heeft de komst van het gas veranderd in de Nederlandse huishoudens? De leerlingen schrijven vragen op die ze willen gaan stellen. Wanneer de leerlingen hun eigen opa en/of oma interviewen mag het ook persoonlijk worden: “Hoe was dat voor u oma, toen de kolenkachel wegging? Hoe ging het stoken van een kolenkachel precies in zijn werk? Moest u erg wennen aan het nieuwe fornuis? Wat veranderde er allemaal in huis?”. De leerlingen maken binnen hun groepje ook een taakverdeling: wie stelt de vragen? Wie bedient de camera? Wie is de regisseur? vervolg pagina >
vervolg interview
Afsluiting De leerkracht bespreekt de resultaten. Hij geeft feedback. Na de bespreking van de resultaten kunnen leerlingen eventueel nog vragen toevoegen aan hun vragenlijst. Ook is het handig te vertellen dat tijdens het interview ook vragen gesteld mogen worden die niet op het lijstje staan. Vragen die in loop van het gesprek opkomen.
Suggesties Voordat het interview afgenomen kan worden, zijn er afspraken met de grootouders of buurtgenoten gemaakt. Ook is gevraagd oude spullen en of foto’s op te zoeken en klaar te leggen voor het interview. Het interview kan op verschillende > manieren worden afgenomen. - Leerlingen maken een video-opname - Leerlingen schrijven alles op (en maken foto’s) - Leerlingen maken een geluidsopname (en maken foto’s) Het interview vastleggen met een videocamera is het mooist. De leerlingen hebben bovendien een opname van hun opa en oma, een mooi persoonlijk document voor later. LESBESCHRIJVING De leerlingen houden een interview met opa, oma of bejaarde buurtgenoot thuis . DOELEN VAN DE LES • De leerlingen leren in de praktijk een interview af te nemen en vast te leggen. • De leerlingen leren hoe het dagelijkse leven is veranderd door de komst van het aardgas. ORGANISATIE Leerlingen werken in dezelfde groepjes als de vorige les. Materiaal • Lijst met vragen, schrift of notitieblok, pen • Digitaal fototoestel met videomogelijkheid • Digitale videocamera Tijdsduur • 1 uur
Het mooiste is het interview af te nemen op locatie, bij iemand thuis, in een oud huis met authentieke elementen. Per groepje wordt beslist wie er geïnterviewd gaat worden en wie de afspraak maakt. Bij het maken van de afspraak vragen of er oude foto’s over het dagelijks leven van ‘vroeger’ zijn. Zijn er nog attributen uit die jaren? (tobbe, kachel, kolenkit, lavet, etc.)
Het interview, zo doe je dat! Inleiding Leerkracht wijst de leerlingen op het doel van het interview. Denk aan opnamen van spulletjes in huis, foto’s, etc. Kern De leerlingen nemen het interview op locatie af, het liefst met spullen uit de jaren 50-60 in de buurt. Zij stellen hun vragen aan de hand van de opgestelde vragenlijst. Gaat iets niet goed, stel de vraag opnieuw. Ook maken de leerlingen aparte opnames van het huis, foto’s, spullen etc.
Afsluiting De opnamen worden in de computer geladen. De ruwe opnamen worden bekeken. Wat zijn de veranderingen in het dagelijkse leven? Eventueel worden de ruwe opnames gemonteerd. Op de website www.cinekidstudio.nl kunnen snel en eenvoudig filmpjes worden gemonteerd. De interessantste stukjes worden achter elkaar gezet, het interview wordt met opnamen van spullen, foto’s afgewisseld. Vanaf 1 mei krijgen deze filmpjes een plek op de site. Voor meer informatie over het plaatsen van de filmpjes:
[email protected]
Tips/suggesties/ extra lessuggesties De opdracht kan onder schooltijd uitgevoerd worden, maar ook in het weekend wanneer kinderen bij hun opa of oma op bezoek gaan.
Educatieve Excursies >
Naast de educatieve activiteiten > die hier aangeboden worden, willen wij scholen ook wijzen op andere onderdelen van het jubileumprogramma. Zo kan met de klas een bezoek worden gebracht aan de expositie over het aardgas in de Fraeylemaborg in Slochteren. Hieronder staat een overzicht van activiteiten die interessant zijn voor kinderen en scholieren om (in hun zomervakantie) te bezoeken. Voor het complete programma en meer informatie over alle activiteiten in het kader van G50 zijn kijk op: www.groningengas50.nl en www.slochterengeeftgas.nl.
Educatieve Excursies Expositie in het Koetshuis van de Fraeylemaborg In het koetshuis van het statige Landgoed Fraeylemaborg is van 17 juni tot 1 november 2009 een boeiende tentoonstelling te zien over het verleden, het heden en de toekomst van het Groningse aardgas. De eerste boring bij Kolham, de overgang van kolenkachels naar gasfornuizen en de belangrijke rol van het aardgas in de overgang naar duurzame energiebronnen; al deze verhalen worden door audiovisuele presentaties verteld in een herkenbare huiskameromgeving. Aan een keukentafel uit de jaren vijftig wordt het nieuws van de gasvondst besproken, in de woonkamer worden de gevolgen ervan voor het dagelijkse leven zichtbaar en in de studeerkamer wordt nagedacht over de rol van het aardgas en andere, duurzame bronnen van energie. De expositie is geschikt voor kinderen vanaf 10 jaar. De expositie in het koetshuis van de Fraeylemaborg is gratis toegankelijk voor scholen. Een reservering is wel nodig. Een bezoek aan de tentoonstelling kan prima gecombineerd worden met andere educatieve activiteiten op het borgterrein. Zo kunnen kinderen in het uitgestrekte bospark op het landgoed het sprokkelpad volgen. Gewapend met een sleutel en een verrekijker om de nek, een vragenlijst en een plattegrond vinden kinderen overal in het park kokers met daarin opdrachten. De sleutel past op de kokers en zo kunnen de antwoorden op de vragen bij elkaar worden gesprokkeld. Kinderen komen dan ook langs zeven prachtige glazen kunstwerken die ook in het kader van G50 in het bospark zijn geplaatst. Ook is het mogelijk om een spannende speurtocht te doen in de borg zelf.
Expositie 50 jaar Groningen-gasveld Openingstijden: 17 juni tot 1 november, dinsdag t/m vrijdag van 10-17 uur. Zaterdag, zondag en feestdagen van 13 - 17 uur. Expositie is gratis toegankelijk voor scholen. De speurtocht in de borg en het sprokkelpad in het bospark kosten ieder € 2,-. Voor alle activiteiten moet gereserveerd worden bij de Fraeylemaborg:
De educatieve activiteiten zijn onderdeel van
Landgoed Fraeylemaborg Hoofdweg 30 9621 AL Slochteren Tel: 0598 421568 E-mail:
[email protected]
het jubileumprogramma G50 - 50 jaar Groningen-gasveld
vervolg pagina >
vervolg educatieve excursies
Terug naar de ‘fifties’ en een sprong naar de toekomst onder één dak Speciaal voor G50 zijn in Kolham twee woningen opnieuw ingericht. De ene helft van het huis laat de jaren 50 herleven compleet met kolenkachel en zand, zeep en soda. Na de ervaring van het huishouden vóór het aardgas wordt in de andere woning een blik op de toekomst gericht. Hier wordt stilgestaan bij het huishouden van de toekomst, wanneer aardgas niet langer de belangrijkste energiebron is.
Kolenkachel
Voor kinderen die in de vakantie wat leuks met hun ouders of opa en oma willen doen is een bezoek aan het huis zeker de moeite waard, helemaal als ze op school educatieve lessen over aardgas en energie gekregen hebben of nog krijgen. De woning is te vinden aan de Eikenlaan 5-7 in Kolham. De toegang is gratis. Openingstijden: 20 juni tot en met 12 september 2009, van woensdagmiddag t/m zondagmiddag van 13 - 17 uur. Informatie: Aleid Stonebrink,Tel: 050-4041673, e-mail:
[email protected]
Culturele activiteiten Deze zomer vinden in de gemeente Slochteren in het kader van G50 tientallen culturele activiteiten plaats, variërend van een old- en newtimertocht, tot een theatervoorstelling, tot een stranddisco. Op 20 juni gaat het jubileum groots van start met een muziek- en theaterspektakel. Veel van deze zomeractiviteiten sluiten aan bij het thema energie en aardgas en zijn leuk en interessant voor kinderen om te bezoeken. Vrijwel alle activiteiten zijn gratis toegankelijk. Voor een compleet overzicht hou het nog te verschijnen programmaboekje en de websites www.groningengas50.nl en www.slochterengeeftgas.nl in de gaten.
Gezocht: persoonlijke verhalen over 50 jaar aardgas in Slochteren! Over 50 jaar aardgaswinning in Slochteren zijn veel verhalen te vertellen. Verhalen van boeren die ineens met gasbuizen op hun land geconfronteerd werden, odes aan de eerst zo gehate, maar later gekoesterde fakkeltorens, nostalgische getuigenissen over het huishouden van vóór het aardgas en verrassende ideeën over het leven na het aardgas. Met het project Gas in Beeld – verhalen uit Slochteren worden van 22 tot en met 27 juni verhalen verzameld en gemonteerd. Dit gebeurt in een paviljoen op het terrein van de Fraeylemaborg. Hier worden de verhalen verteld, vastgelegd en bewerkt. De beelden worden gecombineerd en afgewisseld met bestaan historisch beeldmateriaal over 50 jaar aardgas. De resultaten van de interviews zijn zichtbaar op een enorm beeldscherm. Bij dezen wordt dus iedereen uitgenodigd om met ouders, opa’s en oma’s, kinderen en kleinkinderen naar het paviljoen op het landgoed van de Fraeylemaborg te komen en daar hun verhalen te vertellen. Meer informatie over het project is vanaf 1 mei te vinden op www.gasinbeeld.nl
Oriëntatie op jezelf en de wereld, natuur en techniek > Alle beetjes helpen > 60 minuten
LESBESCHRIJVING > Klassikaal wordt er gesproken over energiegebruik en in het bijzonder over energiezuinige apparaten. Leerlingen leren bijvoorbeeld dat een spaarlamp minder energie gebruikt dan een gloeilamp. Kan de school ook maatregelen nemen om energie te besparen? Leerlingen gaan in groepjes met het opdrachtformulier op onderzoek uit in school. Er rollen adviezen voor school uit, die ook bruikbaar zijn voor thuis. Kan je thuis ook maatregelen nemen om energie te besparen! DOELEN • De leerlingen leren bewust om te gaan met energie en beseffen dat je zelf ook een bijdrage kan leveren. ORGANISATIE De inleiding is klassikaal, de opdracht wordt in groepjes uitgevoerd. Materiaal • Het opdrachtformulier en een pen. • Digibord. Tijdsduur • Inleiding (15 min.) • Kern (30 min.) • Afsluiting (15 min.)
Alle beetjes helpen Inleiding: In een kringgesprek worden allerlei zaken over energiegebruik besproken. Wie doet thuis al aan energiebesparing? Hebben jullie thuis dubbelglas? (er ontsnapt veel minder warmte, het is comfortabeler.) Gebruiken jullie thuis spaarlampen? (Spaarlampen maken vooral licht, terwijl gloeilampen vooral warmte produceren.) Heb je wel eens het energielabel op een apparaat gezien? Zie plaatje op de volgende bladzijde. (Op veel apparaten staan ze. Groen is energiezuinig en rood is energieverspillend.) Kom je met de auto of op de fiets naar school? Doe je altijd het licht uit op de wc? Staat de televisie ’s nachts op stand-by? (apparaten op stand-by verbruiken nog wel stroom.) Hoe lang sta je onder de douche? Scholen moeten ook bewust met energie om gaan. Doen ze dat ook? Gebruiken ze spaarlampen of tl-buizen? Dat gaan de leerlingen onderzoeken.
Kern: De leerlingen gaan in groepjes op onderzoek uit. Ze gaan op pad met de vragenlijst en een pen.
Afsluiting: De uitkomsten en de adviezen worden besproken. Welke adviezen zijn toepasbaar? Gaat de school ook met de adviezen aan de slag? Welk energielabel krijgt je school, rood, oranje of groen? Hoe is de situatie bij de leerlingen thuis? Zijn er adviezen die de leerlingen in hun thuissituatie kunnen benutten?
Suggesties De leerlingen kunnen met hun groepje elk een onderdeel van school onderzoeken, 1 groepje gaat de lerarenkamer onder de loep nemen, terwijl een ander groepje de gangen en de toiletten onderzoekt. Het is handig dat de conciërge op de hoogte is, hij kan de kinderen helpen.
De educatieve activiteiten zijn onderdeel van het jubileumprogramma G50 - 50 jaar Groningen-gasveld
vervolg pagina >
vervolg alle beetjes helpen Afbeelding 1. Energielabel zoals dat op steeds meer apparaten terug te vinden is. Koelkasten en wasmachines zijn voorzien van dit energielabel, zelfs huizen hebben tegenwoordig een energielabel. Groen is energiezuinig, rood is energie verspillend.
Afbeelding 2. Spaarlampen in allerlei soorten en maten. Ze verbruiken veel minder energie dan gloeilampen (tot 90 procent minder.)
Afbeelding 3. Een tl- buis, is ook energiezuinig.
Afbeelding 4. Een gloeilamp. Geeft licht, maar ook veel warmte, is daarom niet zuinig.
Achtergrondinformatie bij “alle beetjes helpen”. Sluipverbruik door stand-by knoppen. De ‘slaapstand’ of ‘stand-by’-modus verandert elektrische apparaten in stiekeme energieverbruikers. Dit sluipverbruik kost onnodig veel energie en geld. Schakel een toestel dat niet gebruikt wordt helemaal uit. Dit geldt voor laptops, computerschermen, televisietoestellen en koffiezetapparaten, maar ook de opladers van de mobiele telefoon, spelcomputer en MP3-speler hoeven niet nutteloos in het stopcontact te zitten! Het is een fabeltje dat apparaten sneller verslijten door ze steeds volledig uit te schakelen. Gloeilampen, spaarlampen, etc. Gloeilampen geven licht omdat het gloeidraadje heel warm wordt. De energie in een gloeilamp wordt voor 95% gebruikt voor de productie van warmte, een bijzonder laag rendement. Tl-buizen hebben een veel hoger rendement, 65% van de verbruikte energie wordt omgezet in zichtbaar licht. Het rendement van spaarlampen licht iets lager dan dat van tl-buizen. Het zuinigst zijn de led-lampen, zij hebben een rendement van 90%.
vervolg alle beetjes helpen
Onderzoek het energiegebruik op jouw school. Is jouw school goed bezig als het om energieverbruik gaat? Test je school op de volgende onderdelen en geef adviezen. Wie weet, kan jij je school helpen met het besparen van energie. 1. Is er overal op school dubbele beglazing aanwezig? (kijk naar de randen van het raam, daar kun je zien of het dubbelglas is.) Mijn advies is....................................................................................................... 2. Staat het koffiezetapparaat de hele dag aan? Of wordt de koffie in een thermoskan gedaan? Hoe zit het met de thee? Mijn advies is....................................................................................................... 3. Staat het kopieerapparaat dag en nacht aan?
Mijn advies is.......................................................................................................
4. Een koelkast waarvan het vriesvak vol zit met ijs vreet stroom. Kijk in het vriesvak van de koelkast. Hoeveel ijs zit er in? Staat er ook een energielabel op de koelkast? Welke kleur krijgt de koelkast?
Mijn advies is.......................................................................................................
5. Hangen er in school nog gloeilampen? Of hangen overal tl-buizen en spaarlampen?
Mijn advies is.......................................................................................................
6. Branden er lampen op plekken waar niemand is? Kijk bijvoorbeeld in de wc’s; gaan de lichten automatisch aan en uit?
Mijn advies is.......................................................................................................
7. In elk lokaal staan computers. Staan de computers en monitoren dag en nacht aan? Of staan ze op stand-by/ energiestand of zet iemand ze uit?
Mijn advies is.......................................................................................................
8. Gaat zomers het licht in de klas aan omdat de zonneschermen dicht zijn?
Mijn advies is.......................................................................................................
9. Doet jouw school mee met de dikke truiendag? (De temperatuur in de klas gaat die dag met 1 of 2 graden naar beneden, maar je trekt een lekkere warme trui aan naar school.) Is het ’s winters warm op school?
Mijn advies is.......................................................................................................
10. Zijn er nog andere punten waarop energie bespaard kan worden? Denk bijvoorbeeld aan opladers. Blijven ze na het opladen in het stopcontact?
Mijn advies is . .....................................................................................................
Oriëntatie op jezelf en de wereld, Natuur en techniek Duurzame energie > 2 uren
BESCHRIJVING > De leerlingen gaan enkele proefjes met duurzame energie uitvoeren en denken na over (nieuwe) toepassingen van duurzame energiebronnen. DOELEN - Leerlingen leren onderzoek doen met materialen en natuurkundige verschijnselen, zoals licht, geluid, elektriciteit, kracht, magnetisme en temperatuur. - Leerlingen leren oplossingen voor technische problemen te bedenken, deze uit te voeren en te evalueren.
Inleiding -
Duurzame energie is energie waarover men onbeperkt kan beschikken. Het gebruik ervan is niet belastend voor het milieu. Een vorm van duurzame energie is bijvoorbeeld zonne-energie, een bron die nog miljarden jaren beschikbaar zal zijn. Het tegenovergestelde van duurzame brandstoffen zijn de fossiele brandstoffen. Dit zijn brandstoffen die ooit opraken bijvoorbeeld olie.
-
Een klassengesprek over het nut en de noodzaak van de zoektocht naar nieuwe energiebronnen. De fossiele brandstoffen raken ooit op. Welke alternatieven voor steenkool, aardolie en aardgas kennen de leerlingen al? Windenergie. Hoe wordt die energie benut? Wat zijn de voor- en nadelen? Proefje 2 en 8 laten 2 soorten windmolens werken. Zonne-energie. Hoe wordt die energie benut? Wat zijn de voor- en nadelen? Waterkracht. Vallend water bevat energie die kan worden omgezet in elektriciteit. . Bio-energie. Planten leggen een heleboel zonne-energie vast, per jaar vele malen meer dan de jaarlijkse energiebehoefte van de hele wereld. Voorbeelden zijn; maïs, suikerriet, grassen, algen en mest. Door vergisting ontstaat biogas. Menskracht. Veel energie wordt benut om de energie van mensen te sparen, maar waar kan de spierkracht van mensen worden benut?
-
Organisatie Leerlingen werken iIn groepjes van 4 á 5.
-
Materiaal - Alle materialen die bij de proefjes 1, 2, 6B, 8 en 9 zijn aangegeven
-
Kern Een aantal van deze energiebronnen kan in proefjes worden gedemonstreerd. Leerlingen voeren de proefjes uit en denken over de volgende vragen na: - Hoe werkt het precies? - Wat zijn de voor- en nadelen van de energiebron uit hun proef?. - Kan deze energiebron goed gebruikt worden in Nederland? - Kunnen de leerlingen nieuwe toepassingen verzinnen van hun energiebron?
De educatieve activiteiten zijn onderdeel van
Leerlingen doen in groepjes een proefje. De proefjes zijn: Windenergie: In proefjes 2 en 8 gaan de leerlingen met 2 soorten windmolens werken. Stromend water: Proef 9 demonstreert de werking van waterkracht. Bio-energie: In proef 6b wordt het vergistingsproces gedemonstreerd. Menskracht: Proef 1, fiets in de klas. Door te fietsen wek je zelf stroom op. Veel mensen gebruiken tegenwoordig fietslampjes op batterijen, niet echt duurzaam. Op welke manier kan de energie van de mens nog meer benut worden?
het jubileumprogramma G50 - 50 jaar Groningen-gasveld
vervolg pagina >
vervolg waterradproef
Afsluiting: De groepjes presenteren hun proef aan de rest van de klas en behandelen de vragen. Wat zijn de voor- en nadelen? Welke duurzame energiebronnen zijn voor Nederland heel geschikt? Zijn er meer toepassingen gevonden? Wat is het meest bruikbare idee?
Suggesties Wanneer er op school een techniekmethode aanwezig is met zonnecellen, dan kan een groepje leerlingen aan de slag met zonne-energie. Voor het beantwoorden van de vragen mogen de leerlingen ook boeken raadplegen. Energie is een thema in de projectcollectie van de openbare bibliotheek. Voor meer informatie: kijk op www.mijneigenbibliotheek.nl Ook kunnen de leerlingen op het web informatie vinden, bijvoorbeeld op www.natuurlijkenergie.nl