Inhoudsopgave Inleiding
5
Hoofdstukken Hoofdstuk 1
Samenvatting
7
Hoofdstuk 2
Van perspectiefnota 2009 naar begroting 2009
9
Hoofdstuk 3
Nieuwbouw van het zwembad
17
Hoofdstuk 4
Gevolgen voor begroting 2009 en het meerjarenperspectief
21
Hoofdstuk 5
Niet verwerkte zaken
25
Hoofdstuk 6
Dekking resterend tekort 2007
27
Hoofdstuk 7
Reservepositie
29
Hoofdstuk 8
Programmabegroting van baten en lasten
33
Hoofdstuk 9
Besluit
35
Programma 1
Bestuur
37
Programma 2
Veiligheid
45
Programma 3
Lokale economie
51
Programma 4
Wonen
55
Programma 5
Buitenruimte
61
Programma 6
Welzijn en zorg
67
Programma 7
Cultuur, recreatie en sport
77
Programma 8
Onderwijs
83
Programma 9
Algemene dekking en onvoorzien
89
Paragraaf 1
Bedrijfsvoering
91
Paragraaf 2
Financiering
95
Paragraaf 3
Grondbeleid
105
Paragraaf 4
Lokale heffingen
107
Paragraaf 5
Onderhoud kapitaalgoederen
111
Paragraaf 6
Verbonden partijen
115
Paragraaf 7
Weerstandsvermogen
121
Programma's
Paragrafen
Bijlagen Bijlage 1
Investeringsprogramma en toelichting
Bijlage 2
Staat van personeel
Bijlage 3
Staat van reserves en voorzieningen
Bijlage 4
Staat van activa
Bijlage 5
Staat van geldleningen
Bijlage 6
Overzicht incidentele mutaties in begroting
Bijlage 7
Subsidieverdeelstaat
Bijlage 8
Planning p en c cyclus voor 2009
Bijlage 9
De berekening van de algemene uitkering
Bijlage 10
Alblasserdam in cijfers
Bijlage 11
Analyse verschil begroting 2008 en 2009
2
Raadsvoorstel Vergadering
: 12 november 2008
Nummer
: Raad 2008/064
Datum voorstel
: 7 oktober 2008
Portefeuillehouder
: J.M. Dekker 078 69 21 311
Primaathouder
Onderwerp
[email protected]@alblasserd am.nl
: A. Buizert 078 69 21 226
[email protected]@alblasserda m.nl
: Begroting 2009 en meerjarenperspectief 2010 - 2012
Voorstel:
1. de begroting 2009 en het meerjarenperspectief 2010 – 2012 vast te stellen; 2. in te stemmen met de voorgestelde maatregelen zoals aangegeven in hoofdstuk 4 ten einde de begroting 2009 en het meerjarenperspectief 2010 – 2012 te laten sluiten met een positief saldo; 3. het benodigde krediet van de met een * aangeduide vervangingsinvesteringen in het investeringsplan 2008 – 2012, zoals opgenomen onder bijlage 1 , beschikbaar te stellen; e 4. de bijgevoegde 1 begrotingswijziging vast te stellen met daarin verwerkt de onder de punten 2 en 3 aangegeven mutaties; 5. bevestiging van de genoemde risico’s in de paragraaf weerstandsvermogen.
Met vriendelijke groet, burgemeester en wethouders
secretaris
burgemeester
3
4
Inleiding In de perspectiefnota 2009, vastgesteld op 9 juli 2008, zijn diverse uitgangspunten geformuleerd die als basis dienen voor de opstelling van de begroting 2009 en het meerjarenperspectief voor de periode van 2010 tot en met 2012. Na de samenvatting in hoofdstuk 1 wordt u in hoofdstuk 2 uitgebreid geïnformeerd over zaken die in deze begroting zijn verwerkt. De verschillende onderdelen worden van een toelichting voorzien. Hierbij zijn forse tegenvallers te melden, die hoe moeilijk het ook is, moeten worden geaccepteerd om uiteindelijk een gezonde basis te creëren voor de verdere vormgeving van het beleid van de gemeente Alblasserdam. Een belangrijk onderwerp voor de gemeente Alblasserdam is de nieuwbouw van het zwembad. Daarom hebben we er in deze begroting een afzonderlijk hoofdstuk 3 aan gewijd. Hierin schetsen we de mogelijkheid om ruimte te creëren om in 2014 over de middelen te kunnen beschikken om de daaruit voortvloeiende lasten te kunnen dekken. Hierbij houden we de twee varianten aan die dit jaar al meerdere keren zijn gebruikt. Al deze maatregelen en aanpassingen hebben forse consequenties voor onze begroting en het meerjarenperspectief. Ondanks de forse groei van de algemene uitkering uit het gemeentefonds sluit de begroting en het meerjarenperspectief zonder aanvullende maatregelen met een tekort. We presenteren u daarom ook een pakket aan maatregelen in hoofdstuk 4 om tot een sluitende begroting en meerjarenperspectief te komen. Nog niet met alle zaken is in deze begroting rekening gehouden, omdat soms nog nader onderzoek en/of besluitvorming nodig is. Het gaat dan in het bijzonder om de instandhouding van de openbare ruimten, inclusief onze gemeentelijke gebouwen. Met de Nota Openbare ruimte in het vizier willen we eerst met elkaar daarover de discussie aangaan. In hoofdstuk 5 vindt u hierover informatie. Ook andere zaken worden hier genoemd. Bij de behandeling van de perspectiefnota 2009 is besloten om een deel van het tekort van 2007 te parkeren en bij de begroting 2009 een dekkingsplan te presenteren. Dit dekkingsplan treft u aan in hoofdstuk 6. Daarnaast hebben we u separaat de nota reserves en voorzieningen gestuurd, die u in samenhang hiermee dient te beschouwen. In hoofdstuk 7 gaan we nader in op onze reservepositie en de afzonderlijke omvang van de nieuwe clusters, zoals voorgesteld in de al genoemde nota reserves en voorzieningen. In de afzonderlijke programma’s vindt u onze voornemens terug bij de verschillende beleidsonderdelen. We hebben geprobeerd alle informatie kort en bondig te vermelden en de hoofdstukken af te sluiten met concrete actiepunten waarop u ons kunt aanspreken.
5
De gebruikelijke en verplichte paragrafen volgen op de programma’s. Ook deze onderdelen behoren tot de begroting en bevatten belangrijke informatie over onder andere onze bedrijfsvoering, kapitaalgoederen en grondexploitatie. Tenslotte verwijzen we u graag naar de bijlagen. We hebben ervoor gekozen om met name de reserves en voorzieningen en de staat van activa in detail toe te voegen om u zoveel mogelijk inzicht te geven. Tevens is een overzicht van de meest recente statistische kernen onderzoeksgegevens over Alblasserdam opgenomen.
6
Hoofdstuk 1 • Samenvatting Met de aanbieding van de begroting 2009 en het meerjarenperspectief 2010 - 2012 bieden we u een actueel inzicht in onze financiële situatie. Eerder dit jaar bent u via de jaarrekening 2007 en de perspectiefnota 2009 geïnformeerd over ons huishoudboekje. Met inachtneming van de vastgestelde uitgangspunten in en de besluitvorming over de perspectiefnota 2009 is de begroting 2009 en het meerjarenperspectief samengesteld. Het college biedt u een sluitend geheel aan, met een veelheid aan mutaties, voorstellen om inkomsten te verhogen en kosten te besparen. In het meerjarenperspectief 2010 - 2012 is zelfs ruimte. En daarbij is reeds rekening gehouden met een reservering van € 200.000 ten gunste van de algemene reserve, geen onderuitputting geraamd van de algemene uitkering (behoedzaamheidsreserve) én er is jaarlijks oplopende ruimte voor het zwembad opgenomen. U wordt daarover uitgebreid geïnformeerd in de volgende hoofdstukken. Het perspectief ziet er als volgt uit:
Saldo na bestemming
2009
2010
2011
2012
€ 4.000
€ 43.000
€ 51.000
€ 170.000
Dit saldo is zoals wordt genoemd na bestemming, waarmee wordt bedoeld dat hierin stortingen en onttrekkingen aan de reserves zijn begrepen. Als we deze elimineren ontstaat het volgende beeld:
Saldo na bestemming
2009
2010
2011
2012
€ 4.000
€ 43.000
€ 51.000
€ 170.000
Totaal stortingen in reserves
€ 3.666.000
€ 825.000
€ 875.000
€ 951.000
Totaal onttrekkingen aan
€ 2.757.000
€ 1.107.000
€ 888.000
€ 719.000
€ 913.000
-€ 239.000
€ 38.000
€ 402.000
reserves Saldo voor bestemming
De jaarschijf 2009 springt er positief uit omdat daarin de winsten zijn opgenomen van Noord en Landzicht en realisatie Randweg van in totaal € 1.159.000. Voorts worden bovenstaande saldi beïnvloed door onttrekkingen uit de reserve riolering om kostendekkende tarieven te realiseren en onttrekkingen ter dekking van kapitaallasten uit bewust daarvoor gevormde reserves. Met andere woorden in zijn totaliteit wordt de exploitatie sluitend gemaakt met een onttrekking aan reserves. In het meerjarenbeeld verandert dit na 2011.
7
De stortingen en onttrekkingen betreffen: 2009
2010
2011
2012
Reserve Landvast
€ 35.000
€ 35.000
€ 35.000
€ 35.000
Reserve nieuw zwembad
€ 50.000
€ 100.000
€ 150.000
€ 200.000
€ 839.000
€ 200.000
€ 200.000
€ 200.000
€ 45.000
€ 45.000
€ 45.000
€ 45.000
Stortingen
Algemene reserve Reserve afkoopsommen onderhoud graven Reserve riolering
€ 26.208
Bespaarde rente
€ 444.663
€ 444.663
€ 444.663
€ 444.663
Winsten in de reserve grondexploitatie
€ 1.159.000
-
-
-
Storting in de reserve Landvast vanuit
€ 1.094.000
-
-
-
€ 3.666.000
€ 825.000
€ 875.500
€ 951.000
Reserve dekking kapitaallasten
€ 745.461
€ 738.305
€ 728.817
€ 719.329
Reserve riolering
€ 859.816
€ 310.505
€ 101.485
€ 58.000
€ 58.000
€ 58.000
€ 1.094.000
-
-
-
€ 2.757.000
€ 1.107.000
€ 888.000
€ 719.000
reserve grondexploitatie Totaal stortingen Onttrekkingen
Reserve onderhoud afkoop graven Onttrekking aan reserve grondexploitatie voor reserve Landvast Totaal onttrekkingen
Uit dit laatste overzicht blijkt dat vanaf 2011 de exploitatie geen onttrekkingen aan reserves nodig heeft om tot een sluitend geheel te komen. Dit geeft een beduidend sterkere exploitatie waardoor de reservepositie daadwerkelijk versterkt kan worden en niet meer ingeteerd wordt op de reserves.
8
Hoofdstuk 2 • Van perspectiefnota 2009 tot begroting 2009 Op 9 juli 2008 is de perspectiefnota 2009 vastgesteld en thans ligt de begroting 2009 voor u. Startpunt was de laatste stand van onze financiële situatie zoals in de perspectiefnota 2009 is opgenomen in tabel 3 op pagina 14. De daarin genoemde prioritaire wensen zijn in de begroting 2009 verwerkt en er is uiteraard rekening gehouden met de vastgestelde uitgangspunten, zoals verwoord in hoofdstuk 10 van de perspectiefnota 2009 in tabel 10 op pagina 31. Tabel 3 uit de Perspectiefnota 2009
Ruimte nieuw
2008
2009
2010
2011
2012
€ 401.000
€ 116.000
€ 216.000
€ 189.000
€ 196.000
- € 5.000
- € 32.800
- € 32.800
- € 32.800
- € 32.800
- € 25.000
- € 25.000
Pm
Pm
- € 30.000
- € 30.000
- € 30.000
- € 30.000
- € 10.000
- € 10.000
- € 10.000
- € 10.000
€ 18.000
€ 118.000
€ 116.000
€ 123.000
beleid (tabel 2) Invulling prioritaire wensen: Werkbudget lokale educatieve agenda Voortzetting inzet SUS-wachters Hulp risicogezinnen
- € 34.000
Invoering sluitende zorgstructuur Saldo
€ 362.000
na honorering prioritaire wensen Vervolgens is/zijn: a. alle budgetten en geraamde opbrengsten doorgelicht; b. met de vastgestelde begrotingswijzigingen tot de raad van 1 oktober 2008 rekening gehouden; c. een inflatiecorrectie van 2,75% in 2009 verwerkt; d. de ontwikkeling van de algemene uitkering op basis van de septembercirculaire verwerkt; e. een meerjarig perspectief gemaakt op basis van constante prijzen; f. een ozb-stijging van 5% alleen over 2009 gehanteerd; g. stortingen gedaan in de algemene reserve zoals in de perspectiefnota 2009 vermeld; h. met de nota van reserves en voorzieningen rekening gehouden; i. het investeringsplan zoals in bijlage 1 (met alle vervangingsinvesteringen) budgettair verwerkt; j. voor de Beukelmanschool rekening gehouden met een extra jaarlijks budget van € 55.000; k. de verbouw van het zwembad én een toekomstige reservering voor nieuwbouw in 2014 verwerkt;
9
l. een sterk lagere rente-inkomst bij de bespaarde rente en hogere rentekosten in verband met de financiering van ons financieringstekort in onze begroting vanaf 2009 verwerkt; m. een vast bedrag van € 65.000 voor eenmalig onvoorziene zaken en andere noemenswaardige zaken opgenomen. a. doorlichting van alle budgetten en geraamde opbrengsten Een belangrijke stap in het begrotingsproces is het feit dat de huidige budgetten in de begroting 2008 aan een nader onderzoek zijn onderworpen. Hierbij zijn veel budgetten en opbrengsten beoordeeld op de actuele waarde daarvan. Is het budget toereikend, welke kosten worden erop verantwoord, komen alle geraamde opbrengsten binnen. Aan de hand van dit soort vragen is de begroting doorgenomen. Dit is een intensieve operatie geweest omdat we in sommige gevallen aanliepen tegen ontbrekende kennis van de historie van de totstandkoming van budgetten en verantwoorde kosten en opbrengsten. Niettemin zijn we erin geslaagd veel zaken helder te krijgen en een meer optimaal beeld te presenteren van onze budgettaire situatie. Hierbij zijn geen keuzen gemaakt in de zin van meer en of minder maar is het budget zoveel mogelijk aangepast aan de werkelijkheid die uit de financiële administratie naar voren kwam. Wel heeft het in sommige gevallen geleid tot een volgende opdracht om nader onderzoek te doen naar de soms grote verschillen die aan het licht kwamen. In die gevallen zijn de ramingen in de begroting altijd gebaseerd op de werkelijkheid zodat daarin geen risico gelopen wordt. Eerder kan het leiden tot een financiële meevaller als later mocht blijken dat het budget te hoog of de opbrengst te laag is ingeschat. Het zou te ver strekken om hiermee te stellen dat we alle zaken hebben kunnen optimaliseren. Daarvoor is de tijd toch iets te kort gebleken, maar we weten dat er een enorme positieve slag is gemaakt in de verbetering van het inzichtelijk maken van onze financiële positie. We verwachten geen grote afwijkingen meer dan alleen zaken die tot de normale bedrijfsvoering behoren en zich in elke organisatie in de loop van het jaar kunnen voordoen. De mutaties die uit deze operatie naar voren zijn gekomen zijn in de begroting 2009 verwerkt, maar hebben ook nog consequenties voor het jaar 2008. In de tweede bestuursrapportage wordt u uitgebreider geïnformeerd over allerlei mutaties in de budgettaire sfeer. Niet alle mutaties overigens hebben een structurele doorwerking in 2009 en verdere jaren. Dit onderzoek heeft geresulteerd in aanpassingen van de ramingen zoals in de tabel hieronder staat aangegeven. 2009
2010
2011
2012
Baten
-€ 200.000
-€ 113.000
-€ 142.000
-€ 113.000
Lasten
-€ 94.000
-€ 152.000
-€ 154.000
-€ 125.000
-€ 294.000
-€ 265.000
-€ 296.000
-€ 238.000
Nadelig
De belangrijkste mutaties die hoger zijn dan € 10.000 worden hieronder kort toegelicht. De bedragen gelden niet in alle gevallen voor de jaarschijf 2009 en kunnen in de jaren fluctueren.
10
Programma
Omschrijving
Voordelig
Nadelig
Baten 3 4
Een halvering van de geraamde pachtopbrengst
€ 41.000
Vervallen detacheringbijdrage personeel
€ 23.000
bij volkshuisvesting 8
Minder eigen bijdrage bij leerlingenvervoer
€ 15.000
door een andere gemeente 9 9
Lager dividend van BNG en ROM/D
€ 20.000
Vervallen onttrekking aan reserve leges
€ 88.000
bouwvergunningen (alleen jaarschijf 2009 en in 2011 een bedrag van € 29.000) Lasten 1 2
Twee verkiezingen
€ 21.000
Tijdelijke huur tot 2011 van aanbouw
€ 20.000
aan brandweerkazerne 5
Openbare verlichting vanaf 2010 vanwege
€ 10.000
een niet te realiseren besparing in combinatie met huidige aanpassing budget 5
Een verplicht hogere bijdrage aan de GR Souburgh
€ 16.000
op basis van de begroting 2009 (oplopend tot € 57.000 in 2012) 6
Bij het onderdeel asielzoekers was per saldo
€ 63.000
een voordelig resultaat geraamd 9
Bij ondersteunende diensten is het budget
€ 10.000
niet toereikend Diversen
Kleine aanpassingen van budgetten
€ 35.000
b. begrotingswijzigingen tot de raad van 1 oktober 2008 zijn verwerkt In het jaar 2008 zijn 18 begrotingswijzigingen door uw raad vastgesteld. Met de hieruit eventueel voortvloeiende lasten voor 2009 en volgende jaren is rekening gehouden. We noemen: •
het voorbereidingskrediet voor de bouw van de brandweergarage;
•
extra krediet voor de bouw van Landvast;
•
de aanschaf van twee brandweerauto’s;
•
aanschaf van nieuw kassasysteem t.b.v. gemeentewinkel.
c. inflatiecorrectie van 2,75% In de perspectiefnota 2009 is een stelpost opgenomen voor verhoging van het tot dan toe gehanteerde percentage van 1,5% naar het nu gehanteerde 2,75%. Deze verhoging is in de begroting 2009 verwerkt op de daarvoor voor in aanmerking komende posten. Op basis van de huidige berichten kan dit als te laag worden aangemerkt omdat momenteel meer een percentage wordt gebruikt van 3,25 tot 3,5. Wij houden vast aan het vastgestelde
11
uitgangspunt en verwachten van de organisatie dat de beschikbare budgetten kritisch zullen worden gevolgd en dat binnen de budgetten de opdrachten kunnen worden uitgevoerd. Een ophoging naar 3,25% kost ongeveer € 55.000 extra. Bij de loonkosten loopt de vigerende CAO op 1 juni 2009 af. Vanaf dat moment is rekening gehouden met een stijging van 2,75% én de loonkosten zijn geraamd op het maximum van de loonschaal op basis van een aanwezige formatie van 104 fte. Bij de bezuiniging op de bedrijfsvoering komen we hierop nog terug. d. de ontwikkeling van de algemene uitkering Recent is de septembercirculaire van het ministerie van Binnenlandse Zaken ontvangen met daarin de laatste ontwikkeling van het gemeentefonds. Een belangrijk punt is het zogenoemde accres van het gemeentefonds. Dit accres wordt bepaald naarmate de netto-rijksuitgaven (bepaalde zaken worden niet meegeteld) stijgen of dalen ten opzichte van de vorige meting. In de rijksbegroting 2009 is een fors aantal rijksintensiveringen opgenomen waardoor het genoemde accres behoorlijk toeneemt. Voor onze gemeente betekent dit voor 2009 een toename van de algemene uitkering van € 546.000 inclusief de aframing van de behoedzaamheidreserve. Algemene uitkering na septembercirculaire 2008
Begroting 2008
2009
2010
2011
2012
Algemene uitkering
€ 13.444.000
€ 13.683.000
€ 13.967.000
€ 13.967.000
Toename woningen
€ 102.500
€ 127.200
€ 131.000
€ 131.000
€ 93.000
€ 93.000
€ 93.000
€ 93.000
€ 13.639.500
€ 13.903.200
€ 14.191.000
€ 14.191.000
Behoedzaamheidreserve
Totaal
mei circulaire 2008
Algemene uitkering
€ 14.084.467
€ 14.330.157
€ 14.510.376
€ 14.510.376
in perspectiefnota
Toename woningen
€ 102.500
€ 127.200
€ 131.000
€ 131.000
€ 93.000
€ 93.000
€ 93.000
€ 93.000
€ 14.279.967
€ 14.550.357
€ 14.734.376
€ 14.734.376
Algemene uitkering
€ 14.724.015
€ 14.841.995
€ 14.864.881
€ 15.059.386
Toename woningen
€ 102.500
€ 127.200
€ 131.000
€ 131.000
€0
€0
€0
€0
€ 14.826.515
€ 14.969.195
€ 14.995.881
€ 15.190.386
€ 546.548
€ 418.838
€ 261.505
€ 456.010
Behoedzaamheidreserve
Totaal
In sept.circ. 2008 in begroting 2009
Behoedzaamheidreserve
Totaal
Hogere algemene uitkering in sept t.o.v. de mei circulaire
Vanzelfsprekend is met deze stijging rekening gehouden in de begroting. Dit geeft de mogelijkheid zaken te realiseren dan wel de voorgestelde bezuinigingen te beperken.
12
In de algemene uitkering wordt rekening gehouden met een zogenoemde behoedzaamheidreserve. Dit betreft een inhouding op de algemene uitkering ter voorkoming van terugbetaling als in werkelijkheid de stijging van de rijksuitgaven sterk tegenvallen. Het is praktijk geworden dat deze uitkering op 50% wordt geraamd wat neerkomt op een bedrag van ongeveer € 95.000. In de begroting van 2009 is deze uitkering op pm geraamd en géén rekening gehouden met alsnog een uitkering van het rijk vanuit de gevormde reserve. Hiermee wordt extra voorzichtigheid ingebouwd in het financiële beleid. De ervaring leert ook dat voorgenomen intensiveringen trager verlopen dan verwacht. Deze vertragingen leiden dan tot minder uitgaven van het rijk en restitutie onzerzijds. De ontwikkelingen worden kritisch gevolgd. Bij de meicirculaire in 2009 worden we geïnformeerd over het verloop van de bestedingen van het rijk en de consequenties voor het accres. In de bijlage zijn de berekeningen van de algemene uitkering over de jaren 2009 tot en met 2012 opgenomen. In de verhoging van de algemene uitkering is een aantal taakmutaties opgenomen die in veel gevallen leiden tot uitgaven. Hiermee is in de begroting rekening gehouden, zodat deze niet tot extra lasten hoeven te leiden. Deze middelen worden aan het programma toegevoegd als daarvoor voorstellen zijn gedaan aan het college. In totaal gaat dit om een bedrag van bijna € 120.000. Een belangrijke wijziging in de systematiek van ramen betreft de WMO-uitkering. Deze is vanaf 2009 niet meer geraamd in programma 6 maar in het programma 9, als onderdeel van de algemene uitkering. Vanaf 2010 staat deze wel op pm aangegeven omdat het formele uitgangspunt van het rijk is om vanaf dat moment de financieringswijze te bezien. In de meerjarenbegroting zijn vanaf dat moment de ramingen constant gehouden. e. een meerjarig perspectief vanaf 2010 op basis van constante prijzen In de afgelopen jaren is in het meerjarig perspectief rekening gehouden wordt met een verwacht inflatieniveau. Zowel de uitgaven als de inkomsten muteerden met de aangenomen percentages. Het is niet goed voorspelbaar op welk niveau de inflatie in 2010 zich zal bewegen. Omdat ook de algemene uitkering een scenario geeft van constante prijzen is deze systematiek toegepast. Hiermee wordt voorkomen dat in de meerjarige ramingen verschillen ontstaan, doordat voor allerlei posten verschillende regimes gelden. Hierbij kan gedacht worden aan de specifieke uitkeringen van het rijk, onze eigen loonkostenontwikkeling, ons belastingbeleid, bijdragen aan diverse gemeenschappelijke regelingen. Met de nu gehanteerde systematiek kan exacter aangeven worden welke consequenties het eigen beleid voor de financiële huishouding heeft en de effecten van eventuele belastingverhogingen. In de begroting 2009 is wel rekening gehouden met een stijging.
13
f. een ozb-stijging van 5% over 2009 In de begroting 2008 was voor de jaarschijf 2009 rekening gehouden met een ozb-stijging van 5%. In de perspectiefnota 2009 is dit wederom aan de orde geweest en gehandhaafd. In de nu voorliggende begroting 2009 is deze stijging daadwerkelijk verwerkt. Voor de jaarschijf 2010 is géén verhoging meegenomen in de begroting 2009, zoals afgesproken bij de behandeling van de perspectiefnota 2009. Wel verwijzen we u naar de voorstellen later in deze aanbiedingsbrief. g. stortingen in de algemene reserve In de perspectiefnota 2009 hebben we u een schema laten zien op pagina 25 hoe een mogelijk verloop van de algemene reserve er zou uitzien op basis van de gemaakte afspraken. Hierop is geamendeerd door de verhoging van 2008 te verminderen met de vervallen afschrijving van WZC over 2008 en deze te gebruiken voor het tekort van 2007. Daarnaast stond een storting vanuit de reserve riolering opgenomen van € 750.000. Berekeningen tot nog toe hebben aangetoond dat een storting van € 400.000 vooralsnog het maximum is. Daarom is met dit laatste bedrag rekening gehouden. In de jaarschijf 2009 is daarom een totale toename van de algemene reserve voorzien van: Storting vervallen afschrijving WZC
€ 250.000
Extra storting zoals gemeld in perspectiefnota 2009
€ 189.000
Storting vanuit de reserve riolering
€ 400.000
Totale stortingen in de algemene reserve in 2009
€ 839.000
Vanaf de jaarschijf 2010 wordt jaarlijks rekening gehouden met een storting in de algemene reserve van € 200.000. h. de nota van reserves en voorzieningen is verwerkt Separaat heeft u een nieuwe nota van reserves en voorzieningen ter vaststelling ontvangen. De strekking van die nota is een sanering van de reserves en voorzieningen om in ieder geval het tekort van 2007 te kunnen afdekken. Op de dekking van dit tekort komen we afzonderlijk terug in hoofdstuk 6. In de bijlage 3 ziet u een opsomming van de thans aanwezige reserves en voorzieningen en welke mutaties dit voor de begroting 2009 geeft. In de geraamde beginstand per 1 januari 2009 is rekening gehouden met de verwerking van het tekort van 2007. Een belangrijk gevolg van de sanering van onze vermogenspositie betreffen de rentekosten en –opbrengsten. Deze veroorzaken een behoorlijk nadelig effect op onze begroting 2009 en volgende jaren. In onderdeel l. van dit hoofdstuk komen we hier afzonderlijk op terug. i. het investeringsplan is budgettair verwerkt. In bijlage 1 is het investeringsplan 2009 - 2012 opgenomen. Met de hieruit voortvloeiende lasten is rekening gehouden in onze begroting voor 2009 de volgende jaren. Dit betreffen alle bekende investeringen, zoals deze ook in het plan van 2008 voorkwamen én alle vervangingsinvesteringen die voor die jaren verwacht worden. Investeringen voor het zwembad,
14
sporthal en op het gebied van onderwijs zijn hieruit geëlimineerd, zoals al gemeld in de perspectiefnota. Op het zwembad komen we afzonderlijk terug in hoofdstuk 3. De stelpost staat in tegenstelling tot voorgaande jaren niet op het desbetreffende programma geraamd maar is in één totaalbedrag in programma 9 opgenomen. Bij beschikbaarstelling van het desbetreffende krediet zullen de lasten verschuiven naar het van toepassing zijnde programma. In de jaarschijf 2009 staan een aantal vervangingsinvesteringen opgenomen. We stellen u voor om de hiervoor benodigde kredieten bij de vaststelling van de begroting 2009 beschikbaar te stellen zodat deze vervangingen in de loop van het jaar 2009 kunnen plaatsvinden. Er zal niet automatisch tot vervanging worden overgegaan. Telkens zal afzonderlijk worden beoordeeld of vervanging noodzakelijk is en mogelijk eenmalige besparingen geeft. j. extra reservering voor de Beukelmanschool en verzelfstandiging onderwijs In de begroting 2009 is vanaf 2010 rekening gehouden met een verhoogde bijdrage voor de uitbreiding/verplaatsing van deze school van € 55.000 jaarlijks. Dit bedrag staat afzonderlijk vermeld in het investeringsplan. Ter voorbereiding op de verzelfstandiging van het openbaar onderwijs is extern advies onontbeerlijk. Hiervoor is in de begroting 2009 éénmalig een bedrag van € 20.000 geraamd. k. de ontwikkeling van het zwembad Hierop komen we in hoofdstuk 3 afzonderlijk terug. l. rente-verandering vanaf 2009 In de totale renteberekeningsystematiek dient rekening gehouden te worden met twee zaken. Ten eerste betreft dit de gewijzigde reserves en voorzieningenstand ten opzichte van de begroting voor 2008 in samenhang met de nota reserves en voorzieningen. Deze zaken hebben sterk met elkaar te maken. Het totale volume aan reserves en voorzieningen is ten opzichte van de begroting 2008 niet sterk veranderd. Wel is een belangrijke verandering de mate waarin de middelen van de bespaarde rente ten gunste dan wel ten laste van de exploitatie worden gebracht. In de begroting 2008 bedroeg dit per saldo € 486.000 en dat is in 2009 teruggebracht tot € 325.000. Deze vermindering van baten van € 161.000 komt vooral door de noodzakelijke toevoeging van de rente aan de reserves ter dekking van de kapitaallasten om de reserves van voldoende omvang te laten zijn om gedurende de periode van afschrijving de totale kapitaallasten te kunnen dekken. Daarnaast hebben we in de genoemde nota ook genoemd dat we de aanwezige reserves mobiel houden door de rente daarvan ten gunste te laten komen van de reserves. Hierdoor volgt er geen last voor de exploitatie bij aanwending van de desbetreffende reserves. Ten tweede is in de begroting 2008 rekening gehouden met lagere rentepercentages voor het aantrekken van kort geld ter dekking van ons financieringstekort. Wij zijn uitgegaan van 5% over het gehele financieringstekort van ca. € 12 miljoen. Ten opzichte van 2008 geeft dit eveneens een nadeel van € 160.000 in onze begroting.
15
m. stelpost eenmalig onvoorziene zaken van € 65.000 en andere noemenswaardige zaken Jaarlijks wordt in de begroting vanaf 2009 rekening gehouden met een vast bedrag aan onvoorziene zaken van € 65.000. Hieruit kunnen uitsluitend eenmalige zaken worden gedekt die bij de begroting 2009 niet of moeilijk waren te voorzien. In de prognose voor de woningbouw zijn we zeer terughoudend gebleven in de groei van het aantal woningen. Uitsluitend voor de jaarschijf 2009 is rekening gehouden met een toename van het aantal woningen op basis van recent bijgestelde prognoses. Vanaf 2010 houden we nauwelijks rekening met een stijging. We zijn wel van mening dat op dit onderdeel nader inzicht moet worden verschaft, mede in relatie tot de grondexploitaties en de te ontvangen bijdragen vanuit de regio. De bijdragen aan de gemeenschappelijke regelingen zoals de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden, de regio Zuid-Holland-Zuid en SVHW zijn in de begroting opgenomen op basis van de door deze organen vastgestelde begrotingen. Inmiddels is vanuit de GRD gemeld dat de aanbesteding van de huishoudelijke hulp in het kader van de WMO ons beschikbaar budget sterk onder druk zet en dat een gerede kans bestaat dat de beschikbare middelen ontoereikend zullen zijn. In onze begroting is hiermee nog geen rekening gehouden.
16
Hoofdstuk 3 • Nieuwbouw van het zwembad In de afgelopen periode is meermalen gesproken over de ontwikkeling van nieuwbouw van een zwembad, al of niet in combinatie met een sporthal én met verschillende varianten. In ieder geval is toegezegd om bij de begroting van 2009 met voorstellen te komen over de manier waarop de gemeente kan toegroeien naar een situatie waarin een nieuw zwembad in 2013 of 2014 te realiseren zou zijn. Overeenkomstig de nota Grondbeleid wordt hierbij afgezien van elke vorm van mogelijke winstbestemmingen vanuit grondexploitaties. In de nu voorliggende begroting is met drie belangrijke zaken rekening gehouden: 1. de lasten van het krediet van de verbouw van € 595.000 zijn verwerkt; 2. de in eerdere begrotingen extra geraamde opbrengst vanaf 2010 van € 150.000 is geëlimineerd; 3. ruimtescheppende maatregelen te nemen om nieuwbouw in 2013 of 2014 mogelijk te maken. De punten 1 en 2 hoeven verder geen nadere toelichting. Uiteraard wel punt 3. Uiteindelijk gaat het erom dat we in 2014 de extra lasten die voortvloeien uit een nieuwbouwcomplex vanuit de exploitatie kunnen dragen. Concreet betekent dit dat de kapitaallasten van de totale investering, extra exploitatielasten en hogere opbrengsten als gevolg van hogere tarieven en meer bezoek kunnen worden opgevangen door daarvoor structureel aanwezige ruimte, eventueel aangevuld met extra middelen vanuit een belastingverhoging. Voor de berekening van de toekomstige lasten en baten van een nieuw zwembad baseren we ons op de uitgangspunten, zoals gesteld in eerdere rapportages. We laten hierbij ook de twee varianten zien. In het investeringsvolume is rekening gehouden met een marge van 10% bovenop de gehanteerde bedragen in genoemd rapport. De kapitaallasten zijn voor beide varianten gebaseerd op een gemiddelde afschrijvingsduur van 25 jaar met een rentepercentage van 5 en er wordt rekening gehouden met extra exploitatielasten. De prijzen worden zowel voor de lasten als in de baten constant gehouden. In de jaarlijkse begroting vanaf 2010 zullen we uiteraard wel met een inflatiestijging rekening houden. We stellen ons voor dat dit overzicht in latere begrotingen blijft terugkomen om op die manier ontwikkelingen direct te kunnen melden en om er zeker van te zijn dat uiteindelijk de benodigde middelen er in 2014 zullen zijn. Dit levert in de lastensfeer voor beide varianten 2+ en 1 badbassin het volgende beeld op: Variant 2+
1 badbassin
Inv.volume € 8,6 milj.
Inv.volume € 7,4 milj.
Lasten
Kapitaallasten Extra exploitatielasten Totaal lasten
2013
2014 e.v.
2013
2014 e.v.
€ 386.000
€ 772.000
€ 332.000
€ 663.000
€0
€ 143.000
€ 0
€ 54.000
€ 386.000
€ 915.000
€ 332.000
€ 717.000
17
Bij de baten houden we rekening met vier extra bronnen, te weten: 1. In het jaar 2013 vindt de laatste afschrijving plaats van het thans beschikbaar gestelde krediet van de verbouw van € 595.000. Deze middelen van € 125.000 kunnen in 2014 direct worden ingezet ter dekking van de bovengenoemde lasten. 2. Rapportages geven aan op basis van ander onderzoek dat rekening gehouden mag worden met extra inkomsten door toename van bezoekers en mogelijk hogere tarieven. Dit varieert van € 161.000 tot € 211.000. 3. Genoemde bedragen zijn absoluut niet toereikend om de totale lasten van welke variant ook op te vangen. Daarom houden we in de begroting 2009 rekening met een storting in een afzonderlijke reserve nieuwbouw zwembad van € 50.000 die vervolgens jaarlijks oploopt met € 50.000. Ook hiermee is in het meerjarenperspectief rekening gehouden. Dit betekent concreet dat we vanaf 2014 een jaarlijks beschikbaar bedrag in de exploitatie hebben van € 300.000 dat vanaf dat moment kan dienen als dekking voor lasten. 4. Voor de periode 2009 tot en met 2012 worden deze middelen van respectievelijk € 50.000, € 100.000, € 150.000 en € 200.000 in een reserve gestort. De reserve bedraagt dan ultimo 2012 € 500.000. Deze reserve kan dan vervolgens worden ingezet als dekking voor de investering. In het jaar 2013 hebben we de afgezonderde middelen van € 250.000 al nodig voor rentekosten over de bouw. Schematisch ziet dit er als volgt uit: Baten
Variant 2+
1 badbassin
2013
2014 e.v.
2013
2014 e.v.
1. Vrijvallende kapitaallasten
€0
€ 125.000
€0
€ 125.000
2. Extra inkomsten door meer
€0
€ 211.000
€0
€ 161.000
€ 250.000
€ 300.000
€ 250.000
€ 300.000
€ 22.500
€ 45.000
€ 22.500
€ 45.000
€ 272.500
€ 681.000
€ 272.500
631.000
bezoekers/hogere tarieven 3. Ruimtescheppende middelen 4. Middelen van gespaarde ruimtescheppende middelen (3) Totaal baten
Als we vervolgens de lasten confronteren met de aanwezige middelen levert dit het volgende beeld op. Het is mogelijk om het dan te overbrugbare tekort te compenseren met een extra ozb-verhoging, zoals aangeven met de desbetreffende percentages of met extra bezuinigingen. Voor de goede orde, melden we wel dat daarmee in de begroting geen rekening is gehouden.
18
Variant 2+
1 badbassin
2013
2014 e.v.
2013
2014 e.v.
Totaal lasten
€ 386.000
€ 915.000
€ 332.000
€ 717.000
Totaal baten
€ 272.500
€ 681.000
€ 272.500
€ 631.000
Tekort
€ 113.500
€ 234.000
€ 59.500
€ 86.000
3,25%
6,69%
1,69%
2,47%
OZB-stijging
De ozb-stijging zou in de variant 2+ dus in twee etappes plaatsvinden, namelijk in 2013 een verhoging van 3,25% en vervolgens in 2014 nogmaals een verhoging van 3,44%. Bij het 1 badbassin volstaat een verhoging van afgerond 1,69% in 2013 en vervolgens 0,78% in 2014. Met dit overzicht geven we inzicht in de financiële ontwikkeling voor de bouw van een nieuw zwembad in twee varianten. Het is een eenvoudig model, maar het geeft in essentie aan op welke wijze we de middelen op termijn kunnen creëren. Tevens is geen rekening gehouden met inflatoire ontwikkelingen. Elk te hanteren percentage is onzeker én bij zowel de lasten als de baten zien we hier van af. (Bij de vrijvallende kapitaallasten is dit niet van toepassing, waardoor totaal per saldo iets meer nadelig kan uitpakken). Het is mogelijk om met de jaarlijkse stortingen te variëren. Deze kan op een hoger niveau worden vastgesteld, waardoor meer ruimte wordt gecreëerd en minder eventuele belastingverhoging noodzakelijk is. Daartegenover staat dat dit een grotere druk legt op de begrotingen naar 2013 en 2014. Het is nog wel goed op te merken dat ons meerjarenperspectief niet verder gaat dan 2012. De jaren 2013 en 2014 vallen buiten de planperiode. In het bovenstaande model wordt wel een stijging van het jaarlijkse bedrag doorgetrokken. De verhogingen in deze laatste jaarschijven dienen bij een gelijkblijvende begroting van 2012 wel van extra dekking te worden voorzien. Mogelijk is het saldo van 2012 daarvoor inzetbaar. Wij menen dat hiermee een nieuw zwembad binnen handbereik ligt, al vraagt dat wel offers van onze gemeente. Immers, met deze extra middelen kunnen geen andere zaken worden gedaan, naast de toch noodzakelijke ozb-verhoging die in beide varianten in meer en mindere mate voorkomt. Met de in 2009 opgenomen storting van € 50.000 en elk jaar later verhoogd met € 50.000 hebben we het startsein gegeven met het daadwerkelijk realiseren van een nieuw zwembad.
19
20
Hoofdstuk 4 • Gevolgen voor begroting 2009 en het meerjarenperspectief Met de mutaties zoals vermeld in hoofdstuk 1 en 2 sluit onze begroting 2009 en het meerjarenperspectief met de volgende nadelige reeks:
Nadelig saldo
2009
2010
2011
2012
- € 169.000
- € 456.000
- € 443.000
- € 324.000
In de perspectiefnota 2009 hebben we u op pagina 14 een andere reeks getoond. Dit heeft vanzelfsprekend te maken met de veelheid aan mutaties die zijn doorgevoerd. Deze veelheid heeft ertoe geleid dat er geen aansluiting mogelijk is tussen deze twee reeksen. Het is daarom noodzakelijk om alle bovenstaande mutaties van onuitstelbaar tot zeer wenselijk te laten volgen door aanvullende maatregelen teneinde een sluitende begroting 2009 en meerjarenperspectief te kunnen bieden. In het zoeken naar oplossingen is een scheiding gemaakt tussen opbrengstverhogende maatregelen en kostenbesparende dan wel bezuinigingsmaatregelen. In totaliteit leveren onderstaande voorstellen een extra bedrag op van € 173.000 in 2009 tot bijna € 500.000 vanaf 2010. Met deze maatregelen kunnen we de aangeboden begroting 2009 uitvoeren.
Kostenbesparingen/bezuinigingen Opbrengst verhogende
2009
2010
2011
2012
€ 128.000
€ 342.000
€ 337.000
€ 337.000
€ 45.000
€ 157.000
€ 157.000
€ 157.000
€ 173.000
€ 499.000
€ 494.000
€ 494.000
maatregelen Totaal extra middelen
Met het instemmen met de maatregelen tot deze genoemde bedragen levert de uiteindelijke begroting een klein positief saldo op dat oploopt naar € 134.000 in 2012 en dit ziet er dan als volgt uit:
Nadelig saldo Totaal extra middelen Saldo begroting
2009
2010
2011
2012
- € 169.000
- € 456.000
- € 443.000
- € 324.000
€ 173.000
€ 499.000
€ 494.000
€ 494.000
€ 4.000
€ 43.000
€ 51.000
€ 170.000
na maatregelen
21
We stellen u de volgende maatregelen voor: I. Kostenbesparingen/bezuinigingen a. Er bestaat de mogelijkheid om na de verkiezingen in 2010 het college qua omvang te beperken. Dit kan op meerdere manieren. Hiertoe zijn mogelijkheden, mede in het licht van de recente overdracht aan de GR Drechtsteden en de bestuurlijke workload ten behoeve van het lokale bestuur. Vooralsnog hanteren we een besparing van één volledige fte. Vanaf 2011 geeft dat een besparing van € 85.000 en voor 2010 hiervan de helft. Hierbij is geen rekening gehouden met eventuele wachtgeldverplichtingen. Ook een voorziening op dit terrein is niet aanwezig. b. In de begroting is rekening gehouden met advieskosten aan het college van € 14.000. We achten het mogelijk dit bedrag fors te verminderen. Dit levert een extra bedrag op van € 10.000 structureel vanaf 2009. c. Voor de actualisatie van bestemmingsplannen staat in het meerjarenperspectief een bedrag van € 50.000 jaarlijks. Mede gelet op de reeds eerder extra beschikbaar gestelde middelen achten we het mogelijk dat dit structureel jaarlijkse bedrag naar beneden kan worden bijgesteld. Dit levert een besparing op van € 20.000 in 2010 en vanaf 2011 een bedrag van € 30.000. d. De mogelijkheid bestaat om de fonteinen aan de Van Eesterensingel te sluiten. Dit levert vanaf 2009 een jaarlijkse besparing op van € 18.000. Voor het schoonmaken blijft een bedrag beschikbaar. e. Het stopzetten van de kinderboerderij van gemeentewege levert vanaf 2010 jaarlijks een besparing op van € 44.000. f. Vanaf 2010 zullen diverse welzijnsinstellingen samengaan én zal een nieuwe subsidieverordening gaan gelden. Met het totale volume en optredende efficiencyvoordelen verwachten hierbij een bedrag vanaf 2010 van € 50.000 te kunnen besparen. g. De extra middelen voor de Beukelmanschool van € 55.000 kunnen worden verschoven naar een jaar later en dat levert eenmalig een voordeel op in 2010 van € 55.000. h. Op het gebied van de bedrijfsvoering in zijn volle omvang zien we mogelijkheden om € 100.000 structureel vanaf 2009 te besparen. Het gaat hierbij vooral om de afschaffing van extra budgetten van inhuur. We achten het mogelijk dat uitsluitend inhuur ingeval van vacatures wordt ingezet én tot het maximale bedrag dat in de begroting door de vacatures vrijvalt. In relatie met de raming van alle personeelslasten op het maximumniveau achten we dit zeer aanvaardbaar. II. Opbrengstverhogende maatregelen a. Een forse verhoging van de leges in het kader van de APV tot 25% levert op basis van de huidige raming van € 30.000 een extra bedrag op van € 7.500 vanaf 2009 structureel. b. In de begroting 2009 is reeds een stijging van 5% voorzien van de ozb. Hierbij is inbegrepen een stijging van de inflatie van 1,5%. Aangezien de inflatie hoger uitvalt, stellen we voor de ozb in 2009 extra te verhogen met 1,25%, zijnde het verschil tussen het inflatiepercentage. Dit levert voor 2009 een extra bedrag op van € 37.500. Met het oog op de extra benodigde middelen voor onder andere het zwembad, de extra kosten voor de Beukelman-
22
school en de hogere bijdrage voor de bibliotheek stellen we voor om voor het jaar 2010 de ozb extra te verhogen met 5%, dat levert een extra bedrag op van € 150.000. Andere mogelijkheden voor opbrengstverhogende maatregelen zijn de invoering van betaald parkeren, de invoering van een eigen bijdrage voor medische adviezen voor de afgifte van parkeerkaarten en verhoging van de bouwleges. Deze stellen we niet concreet aan u voor, maar we geven de mogelijkheid daarvoor aan en we horen graag uw zienswijze. Afrondend Met deze voorstellen kunnen we in het meerjarenperspectief rekening houden met een batig saldo. Gelet op onze financiële positie en de genoemde zaken in hoofdstuk 5 hechten we eraan om deze ruimte thans niet te benutten en als buffer te hanteren voor de komende tijd. De economische omstandigheden zijn onzeker en niemand weet hoe de toekomst zich zal ontwikkelen.
23
24
Hoofdstuk 5 • Niet verwerkte zaken In de begroting 2009 zijn veel zaken opgenomen en afgedekt. Maar er zijn zaken die op korte of langere termijn op onze weg komen, waarvoor nog geen afzonderlijke middelen beschikbaar zijn. Het gaat om de volgende zaken: 1. Voorzieningen openbare ruimte In het kader van de verbetering van de bedrijfsvoering hebben we ons voorgenomen om het beheer van de openbare ruimte in kaart te brengen en te bezien in hoeverre de beheerplannen voor de eerstvolgende tien jaar kunnen worden uitgevoerd met daarvoor aanwezige middelen. Het gaat hierbij om de plannen van openbare verlichting, openbaar groen, wegenonderhoud, riolering, speelvoorzieningen en openbare gebouwen. Een eerste inventarisatie van onze verwachte uitgaven in het kader van de openbare ruimte heeft uitgewezen dat we op termijn een fors bedrag tekort komen. Vooralsnog kiezen we ervoor om binnen de aanwezige budgetten het onderhoud uit voeren. Bovendien speelt dit niet acuut, aangezien bij een gelijkblijvend niveau eerst in 2014 een probleem zou ontstaan bij een evenwichtig uitgavenpatroon. Dit heeft te maken met de aanwezigheid van een voorzieningenpot van € 4,7 miljoen per 1 januari 2008. Bij de behandeling van de aangekondigde Nota Openbare Ruimte en de beheerplannen zal aan de orde moeten komen of het beschikbare budget leidend is en dus het onderhoudsniveau daarop moet worden aangepast, danwel dat er op termijn extra middelen moeten worden vrijgemaakt. 2. Verzelfstandiging openbaar onderwijs Met de te verwachten verzelfstandiging van het openbaar onderwijs tussen nu en 2011 kan aan de scheidende scholen een zogenoemde bruidschat meegegeven worden voor de kosten van administratie en bestuur. De hoogte van de uitkering is wettelijk bepaald. Overigens zijn we dit niet verplicht. Er dient rekening mee te worden gehouden dat deze uitkering niet uitgesmeerd kan worden over meerdere jaren, maar dat de last hiervan ineens ten laste van de exploitatie in dat jaar dient te worden gebracht. 3. Handhaving gemelde wensen in perspectiefnota 2009 In de perspectiefnota 2009 hebben we u gemeld dat er vier geprioriteerde wensen zullen worden gehonoreerd en deze zijn thans ook in de begroting 2009 verwerkt. De overige wensen in de perspectiefnota 2009 blijven staan. We komen daarop terug bij de perspectiefnota 2010. 4. Uitbreiding begraafplaats In het investeringsplan is een bedrag opgenomen voor de uitbreiding van de algemene begraafplaats. In de berekening is er tot nog toe van uitgegaan dat de lasten van deze investering zullen worden goedgemaakt door aanwending van een groot deel van de reserve afkoop onderhoud graven, tariefsverhoging dan wel door middelen binnen dit product.
25
Dat betekent concreet dat met geen budgettaire ruimte rekening is gehouden als mocht blijken dat de genoemde dekkingsmiddelen met name de tariefsverhoging en de middelen binnen het product niet haalbaar zijn dan wel ontoereikend zijn. 5. Woonwagenstandplaatsen In de perspectiefnota is in bijlage H een investeringsbedrag opgenomen voor de realisatie van nieuwe standplaatsen. In de begroting van 2009 is met dergelijke lasten, inclusief kosten van de projectleiding, geen rekening gehouden. Mogelijk wordt dit beleid vormgegeven in exploitatieplannen, waardoor kosten en opbrengsten daarin worden verevend.
26
Hoofdstuk 6 • Dekking resterend tekort 2007 In de perspectiefnota 2009 is een deel van het tekort van 2007 gedekt. Vervolgens is besloten om het resterende tekort van € 918.800 van dekkingsmiddelen te voorzien, nadat de reserves en voorzieningen in zijn totaliteit zijn beoordeeld. Inmiddels heeft dit plaatsgevonden. Dit heeft geresulteerd in een nieuwe nota reserves en voorzieningen. Het resterend tekort bedraagt € 918.800, ter dekking waarvan het onderstaande voorstel wordt gedaan. We merken hierbij nadrukkelijk op dat we geen keuzen maken op basis van vrijblijvendheid maar dat het noodzaak is om vanuit de aanwezige middelen het tekort op te vangen. De ruimte om daarin te variëren is zeer beperkt, gelet op ander noodzakelijke zaken. Wel zijn de voorzieningen voor de instandhouding van onze openbare ruimte ontzien. We verwijzen naar wat hierover is opgemerkt in hoofdstuk 5. Naam cluster
Bedrag
Algemene reserve
€ 15.650
Egalisatie-reserves
€ 253.993
Reserves ter dekking kapitaallasten
€ 121.922
Bestemmingsreserves
€ 385.964
Voorzieningen door derden
€ 29.386
beklemde middelen e
Jaarschijf 2008 (zie ook 2 burap)
€ 111.884
Totaal
€ 918.800
Ter toelichting op deze aanwendingen Algemene reserve Dit betreft de toe te voegen rente in 2008, die we direct ook hiervoor willen aanwenden. Hierdoor is het saldo echt € 0 en starten we in overeenstemming met de perspectiefnota met een saldo van € 0 per 1 januari 2008. Egalisatiereserves In de nota reserves en voorzieningen zullen bij het cluster 2 uiteindelijk twee egalisatiereserves resteren. De overige achten we niet noodzakelijk. Hierdoor kunnen deze middelen ook vrij vallen. Dit betreffen: Gladheidbestrijding
€ 54.214
Egalisatiereserve rente
- 199.779
Totaal
€ 253.993
27
Schommelingen die zich binnen deze taakvelden zullen voordoen, moeten worden opgevangen binnen het geheel van de exploitatie en bij incidentele nadelen dient de algemene reserve en de post onvoorziene uitgaven als buffer. Dit vraagt binnen de p en c cyclus belangrijke bewaking om tijdig te kunnen ingrijpen als de omstandigheden dit vragen. Reserves ter dekking van kapitaallasten Dit betreft de al genoemde reserve voor het nieuwe zwembad. Met de besluitvorming over de renovatie is deze reserve voor dit moment niet nodig en valt zeker niet binnen dit cluster. Daarom menen wij om deze gelden thans aan te wenden voor het rekeningsaldo 2007. Het is denkbaar om dit saldo ook als beginkapitaal te storten in de reserve voor het nieuwe zwembad als bestemmingsreserve. Gelet op de urgentie gaat onze voorkeur uit naar de aanwending voor het rekeningsaldo 2007. Bestemmingsreserves Uit dit onderdeel komt een totaalbedrag van € 385.964. Van drie belangrijke onderdelen is al een toelichting gegeven bij het desbetreffende cluster in de nota reserves en voorzieningen. Daarnaast zijn allerlei kleine bestemmingsreserves aangewend waarvan niet concreet te achterhalen is waarvoor deze uiteindelijk dienen. Van een bestemming op korte termijn is eveneens geen sprake, zodat we niet verwachten dat de exploitatie onder druk komt te staan. Reserve baliefunctie
€ 12.694
Reserve prioriteiten collegeprogramma
€ 38.791
Reserve wijkbeheer
€ 10.460
Planschadeclaims (gedeeltelijk)
€ 100.000
Hondenpoepbeleid
€ 171
Actualisatie bestemmingsplannen
€ 26.594
Huisvesting Willem de Zwijgercollege
€ 1.574
Inburgering allochtone vrouwen
€ 36.608
Invoering WMO
€ 38.817
Stimulering vrijwilligerswerk
€ 7.931
Fonds culturele raad
€ 3.833
Voorziening brandweer
€ 111.639
Totaal
€
385.964
Voorzieningen door derden beklemde middelen Het gaat hierbij om twee regelingen die inmiddels zijn afgerekend en deze resterende middelen kunnen vrijvallen tot een totaalbedrag van € 29.386. Met bovengenoemde zaken hebben een bedrag van € 807.000 kunnen wegwerken vanuit bestaande reserves en voorzieningen. Het resterend bedrag van € 111.884 nemen we mee in de tweede bestuursrapportage 2008, die daartoe de ruimte biedt.
28
Hoofdstuk 7 • Reservepositie Met verwerking van het tekort vanuit 2007 en de nieuwe nota reserves en voorzieningen ontstaat een naar ons idee overzichtelijk geheel van onze vermogenspositie. In bijlage 3 kunt u de afzonderlijke clusters en zelfs op detailniveau bezien hoe de reserves en voorzieningen zich ontwikkelen in 2009. We geven hier kort een overzicht per cluster van de ontwikkeling daarvan in 2009. In het algemeen kan worden gesteld dat de beschikbare reserves zeer beperkt zijn. Het totaal sluit op € 16,5 miljoen ultimo 2009 en oogt solide. Cluster
Stand ultimo 2009
1
Algemene reserve
€ 1.102
2
Reserves en voorzieningen grondexploitatie
€ 1.392
3
Egalisatiereserves
4
Reserves ter dekking kapitaallasten
5
Bestemmingsreserves
6
Voorzieningen ter afdekking risico's/verliezen
7
Voorzieningen op basis van beheerplannen
8
Voorzieningen onderwijs
€ 275 € 7.497 € 888 € 329 € 4.898 € 110
Totaal
€ 16.490
Hierbij wordt het volgende opgemerkt: 2/6/7 € 6,6 miljoen bestaat uit voorzieningen, namelijk beheerplannen, € 4,9 miljoen, debiteuren € 0,3 miljoen en voor € 1,4 miljoen verliesgevende grondexploitaties; 3. de reserve riolering van € 0,3 miljoen is noodzakelijk ter egalisatie van de rioleringskosten; 4. € 7,5 miljoen heeft betrekking op reserves ter dekking van kapitaallasten en is daarom niet aanwendbaar zonder consequenties voor de exploitatie; 5. de afkoopsommen van onderhoud graven tot € 0,6 miljoen zullen worden ingezet voor de aankomende uitbreiding van de begraafplaats; 8. de middelen voor onderwijs van € 0,1 miljoen als een afzonderlijk geheel dienen te worden beschouwd en niet vrijelijk inzetbaar zijn. Dit betekent uiteindelijk dat er een bedrag resteert aan reserves van ongeveer € 1,4 miljoen. Dit vraagt de komende tijd onze bijzondere aandacht en met de versterking van de algemene reserve zijn we hiermee goed op weg. Daarnaast ligt het besluit vast in de nota grondbeleid, zodat ook toekomstige winsten gebruikt kunnen worden ter versterking van onze reservepositie.
29
Algemene reserve De toename van het cluster bestaat uit de volgende elementen: Storting vervallen afschrijving WZC
€ 250.000
Extra storting zoals gemeld in perspectiefnota 2009
€ 189.000
Storting vanuit de reserve riolering
€ 400.000
Totale stortingen in de algemene reserve in 2009
€ 839.000
In de beginstand is rekening gehouden met voorlopige positieve uitkomst van de jaarschijf 2008 van € 250.000, waarmee de verwachte eindstand ultimo 2009 uitkomt op een bedrag van € 1,1 miljoen. Hiermee is bijna de gestelde grens van het weerstandsvermogen bereikt. Bij tegenvallende resultaten in 2008 kan dit lager uitvallen. Grondexploitatie De verwachte beginstand per 1 januari 2009 is gebaseerd op de uitgangspunten in de perspectiefnota 2009. Dit betekent dat we ervan uitgaan dat de daar genoemde af te sluiten complexen met de genoemde bedragen wordt gerealiseerd. Vervolgens betreffen de mutaties in 2009 de toevoegingen in 2009, de eveneens volgens de perspectiefnota 2009 af te sluiten complexen. Deze geraamde winsten betreffen Noord en landzicht voor € 607.812 en realisatie randweg voor € 551.250. De onttrekking betreft de noodzakelijke storting ten gunste van Landvast met dien verstande dat dit echter nooit meer kan zijn dan er in de reserve beschikbaar is of in dit geval dus € 1.093.686. In de perspectiefnota staat immers € 1.850.000 genoemd. De verwachting is echter wel dat de ontwikkeling van de algemene reserve grondexploitatie zich sterker zal ontwikkelen dan hier staat aangegeven. Gelet op het tijdstip is het niet meer mogelijk hiermee al rekening te houden. In de jaarrekening 2008 zal dit uiteraard wel worden verwerkt. Overeenkomstig de perspectiefnota 2009 is de reserve toekomstige ontwikkeling benut voor de voeding van de algemene reserve grondexploitatie. Hierdoor zijn er thans geen middelen in geraamd al zullen de verkopen in 2008 weer voor enige stortingen zorgdragen. Begin 2009 verschijnt een notitie hoe om te gaan met deze reserve en de wijze van voeding. De voorziening verliesgevende complexen hoort hier formeel niet thuis, omdat deze direct in mindering dient te worden gebracht op de voorraden. Dit zal op die wijze ook verwerkt worden in de jaarrekening. Bij de begroting is dit minder bezwaarlijk én achten we het voor de overzichtelijkheid wenselijk. Egalisatiereserves Hier resten uitsluitend de reserve riolering en afvalstoffenheffing. Op dit moment wordt er gewerkt aan een notitie over de riolering, waarmee het GRP wordt geactualiseerd en rekening wordt gehouden met gewijzigde voorschriften op dit terrein. Dit kan betekenen dat hiervoor een opsplitsing moet plaatsvinden van deze reserve. De begrote onttrekking heeft te maken met een egalisatie van de exploitatie met € 459.000 en een storting ten gunste van de algemene reserve van € 400.000.
30
Reserves ter dekking van kapitaallasten Dit cluster groeit behoorlijk in 2009, mede door de noodzakelijke storting vanuit de grondexploitatie ter dekking van de kapitaallasten van Landzicht. Echter, deze middelen zijn noodzakelijk voor de exploitatie. Bestemmingsreserves Dit cluster is behoorlijk teruggebracht en met het zicht op de voorstellen over de uitbreiding van de begraafplaats zal er vanuit dit cluster een forse onttrekking plaatsvinden, waarmee dit cluster sterk terugloopt. Voorzieningen afdekking risico’s / verliezen Dit cluster bevat voornamelijk een verplichte opname voor dubieuze debiteuren die uiteindelijk bij de rekening hier niet zichtbaar zal zijn vanwege de voorschriften. Deze voorziening wordt direct in mindering gebracht op de post debiteuren. Bij de jaarrekening vindt een beoordeling plaats van de omvang van deze voorziening. Vooralsnog wordt deze post op het nivo van ultimo 2007 gehandhaafd. Bij de rekening 2008 zal wederom een beoordeling plaatsvinden. Voorzieningen beheerplannen In dit cluster zijn alle middelen opgenomen die ter afdekking dienen voor de verwachte toekomstige verplichtingen op het gebied van het beheer van de openbare ruimten, inclusief het beheer van onze gebouwen. Het jaarlijkse bedrag aan stortingen inclusief de beginstand van 1 januari i.c. € 4,9 miljoen dient op termijn (10 jaar) voldoende te zijn om het geplande beheer volgens de plannen te kunnen uitvoeren. Eerder bent u geïnformeerd over de ontwikkeling van deze middelen en de nota openbare ruimte. Voorzieningen onderwijs Dit cluster geeft de aanwezige middelen ten behoeve van het onderwijs aan. De in enig jaar niet uitgegeven ontvangen middelen van het rijk worden hierin gestort en mogelijke meeruitgaven aan onttrokken.
31
32
Hoofdstuk 8 • Programma van baten en lasten Het totale programma van baten en lasten ziet er als volgt uit: 2009
2010
2011
2012
Bestuur
Lasten Baten Saldo
2.558 -258 2.301
2.587 -258 2.329
2.560 -258 2.302
2.533 -258 2.275
Veiligheid
Lasten Baten Saldo
2.205 -34 2.171
2.196 -34 2.162
2.155 -34 2.121
2.111 -34 2.077
Locale economie
Lasten Baten Saldo
84 -30 54
84 -30 54
84 -30 54
84 -30 54
Wonen
Lasten Baten Saldo
6.658 -7.167 -509
5.105 -4.491 614
3.762 -3.088 674
2.778 -2.069 709
Buitenruimte
Lasten Baten Saldo
9.743 -4.461 5.282
9.773 -4.601 5.172
10.112 -5.202 4.910
9.234 -4.491 4.743
Welzijn en zorg
Lasten Baten Saldo
11.687 -5.748 5.940
11.645 -5.748 5.898
11.647 -5.748 5.900
11.646 -5.748 5.899
Lasten Baten Saldo
3.831 -799 3.032
3.809 -755 3.054
3.808 -754 3.054
3.792 -754 3.038
Onderwijs
Lasten Baten Saldo
5.178 -2.922 2.256
5.298 -2.879 2.418
5.280 -2.880 2.401
5.268 -2.879 2.389
Algemene dekking
Lasten Baten Saldo
4.006 -24.363 -20.357
1.563 -22.809 -21.245
1.755 -22.727 -20.972
1.997 -22.856 -20.859
Totaal
Lasten Baten
45.951 -45.782 169
42.060 -41.604 456
41.164 -40.720 443
39.442 -39.119 324
Cultuur recreatie en sport
Nadelig saldo
33
Onderstaand zijn de incidentele baten en lasten per programma opgenomen: Baten Programma
2009
2010
2011
2012 Toelichting
4
€ 1.159.062
Winsten in de grondexploitatie
9
€ 2.756.963
€ 1.106.810
€ 888.302
€ 719.329 Onttrekkingen aan reserves
Totaal
€ 3.916.025
€ 1.106.810
€ 888.302
€ 719.329
2009
2010
2011
Lasten Programma
2012 Toelichting Eenmalige kosten
4
€ 36.450
8
€ 20.000
bestemmingsplan Souburgh Onderzoek verzelfstandiging
€ 15.000
onderwijs € 25.000
Verhuizing Palet Voorzieningen voor
€ 25.000
€ 24.500
9
€ 3.666.411
€ 824.663
€ 874.663
€ 950.871 Stortingen in reserves
Totaal
€ 3.762.861
€ 874.163
€ 874.663
€ 950.871
-€ 153.164
-€ 232.647
-€ 13.639
€ 231.542
Per saldo
Nokkenwiel
34
Hoofdstuk 9 • Besluit Ten slotte ronden we de aanbiedingsbrief af met ons voorstel aan de gemeenteraad dat als volgt luidt: a. de begroting 2009 en het meerjarenperspectief 2010 - 2012 vast te stellen; b. in te stemmen met de voorgestelde maatregelen zoals aangegeven in hoofdstuk 4 ten einde de begroting 2009 en het meerjarenperspectief 2010 - 2012 te laten sluiten met een positief saldo; c. het benodigde krediet van de met een * aangeduide vervangingsinvesteringen in het investeringsplan 2008 – 2012, zoals opgenomen onder bijlage 1, beschikbaar te stellen; e
d. de bijgevoegde 1 begrotingswijziging vast te stellen met daarin verwerkt de onder de punten b en c aangegeven mutaties; e. bevestiging van de genoemde risico’s in de paragraaf weerstandsvermogen.
Alblasserdam, 12 november 2008 De raad voornoemd,
griffier,
voorzitter,
35
36
Programma 1 • Bestuur 1.1 Gegevens Het programma Bestuur gaat over de visie van de gemeente Alblasserdam op haar dienstverlening aan burgers, bedrijven en maatschappelijke partners, over de bestuurlijke samenwerking in Drechtsteden- en Zuid-Holland-Zuid-verband en over de kwaliteit van het bestuur. Binnen dit programma zijn voor 2009 5 thema’s benoemd: • lokale visie dienstverlening die erop gericht is om de gemeentelijke dienstverlening •
aan haar klanten te verbeteren; regionale samenwerking die de effectiviteit van beleid vergroot, efficiency-voordelen voor de bedrijfsvoering oplevert, de invloedsfeer bij andere overheden of partners vergroot, externe geldstromen genereert en lokale organisatorische kwetsbaarheden opvangt 1
•
(of een combinatie van deze voordelen) ; eigentijdse communicatie: actief, strategisch georiënteerd, met inzet van eigen
•
communicatiemiddelen, zowel intern als extern gericht; transparante en betrokken bestuurstijl;
•
verdere bestendiging bestuurskracht.
Commissie Het primaat van het programma ligt bij de commissie Bestuur. Portefeuillehouders Burgemeester L.M. Huizer
Bedrijfsvoering, Bestuurkracht, Burgerzaken
Wethouder S.J.Veerman
(Internationale en) regionale samenwerking
Wethouder J.M. Dekker
Communicatie en voorlichtingsbeleid
Bestuurlijke kaders • Collegeprogramma 2006 - 2010 • Visie op dienstverlening 2008 - 2010 • Visiedocument omgevingsvergunning 2008 • Projectplan Wabo 2008 • Meerjarenprogramma Drechtsteden 2007 - 2010 • Gemeenschappelijke regeling Drechtsteden (update 2007) • Gemeenschappelijke regeling Regio Zuid-Holland-Zuid (2005) • Alblasserdam, brug naar de Alblasserwaard in de netwerkstad Drechtsteden (2007) • Alblasserdam, brug naar de Alblasserwaard in de netwerkstad Drechtsteden en wat dit betekent voor de taken waarop de raad zelfstandig wil sturen (2008) • Samenwerkingsovereenkomst Alblasserdam-Sered (2007)
1
De specifieke taken die in regionaal verband worden aangepakt zijn onderdeel van de betreffende programma’s..
37
2.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam Dienstverlening De publieke dienstverlening binnen de eigen gemeentelijke organisatie vormt een belangrijk agendapunt voor Alblasserdam. Mede onder invloed van de landelijke overheid stellen gemeenten (waaronder ook Alblasserdam) een toekomstbeeld centraal, waarin zij voor burgers, bedrijven, instellingen en verenigingen de toegangspoort worden voor overheidsproducten en -diensten. Dit houdt in dat ook binnen de gemeente Alblasserdam een Klant Contact Centrum wordt gevormd. Hier kunnen klanten terecht voor (op termijn) alle producten en diensten van de Nederlandse overheid en de daarmee samenhangende producten en diensten van ketenpartners. Door de landelijke overheid is aan gemeenten de verplichting opgelegd, om uiterlijk in 2015 vanuit de behoefte en de logica van haar klanten 80% van deze eerste klantcontacten direct af te handelen. Deze verplichting heeft geleid tot diverse landelijke en lokale ontwikkelingen op het terrein van dienstverlening. Alblasserdam heeft deze landelijke en lokale ontwikkelingen vertaald in een lokale visie op haar publieke dienstverlening. In algemene zin vormt de persoonlijke en individuele relatie tussen de klant en de gemeentelijk bestuurder / ambtenaar de rode draad in de visie op dienstverlening. De klant moet de mogelijkheid hebben te kiezen voor de contactvorm die de klant het prettigst, of meest zinvol vindt. Hiermee kiest Alblasserdam voor een twee-sporenbeleid: er is altijd mogelijkheid voor persoonlijk (mens tot mens) contact, ondanks het gegeven dat voor een toenemend aantal zaken en producten ook virtueel contact mogelijk is. Regionale ontwikkelingen Vertrekpunt van het thema regionale ontwikkelingen is de notitie Alblasserdam, brug naar de Alblasserwaard in de netwerkstad Drechtsteden (eind 2007). In deze notitie is een duidelijke keuze gemaakt voor de deelname in de netwerkstad Drechtsteden en is vastgelegd dat Alblasserdam de dienstverlening en het voorzieningenniveau op de beste manier voor de inwoners waarborgt als de gemeente: • Zelfbewust deelneemt in Drechtsteden; • Investeert in de eigen identiteit en deze inbrengt in Drechtsteden; • Oog heeft voor de kwetsbaarheid en deze aanvult met regionale expertise; • Open staat voor actieve inhoudelijke samenwerking met de directe buurgemeenten. In 2008 heeft de raad vanuit het idee van 'de identiteit van Alblasserdam in zijn bestuurlijke omgeving' zich uitgesproken over de mate en aard van sturing door de raad. Daarin onderscheid de raad (A) de zelfstandige sturing op (voor Alblasserdam) prioritaire onderwerpen, (B) de sturing op relevante thema's die ondergebracht zijn of kunnen worden in regionaal verband (sturing Drechtraad) en (C) de 'going concern' zaken die minder prioritair zijn en waarvan de voortgangsinformatie ten behoeve van de sturing van de raad in hoofdzaak kan plaatsvinden in de reguliere sturingscyclus. Deze indeling zal ook in 2009 richtinggevend zijn voor de agendering in de (lokale) raad, voor de inzet in de regio én voor het aanbod van sturingsinformatie aan de raad vanuit bestuur en ambtelijke organisatie.
38
Sinds 2008 is de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden (GRD) verder uitgebreid met het Onderzoekcentrum Drechtsteden (januari) Gemeentebelastingen Drechtsteden (juli, Alblasserdam doet hieraan niet mee) en het Servicecentrum Drechtsteden (april). Het SCD levert diensten op het gebied van Financiën, Informatisering, Automatisering, Documentaire Informatievoorziening, Communicatie, Inkoop, Personeel en Organisatie, Facilitaire zaken en Juridische zaken. De verwachting is dat de bestuurlijke samenwerking zich in 2009 verder zal intensiveren. De intensivering van organisatorische samenwerking tussen de ‘noordelijke Drechtsteden’ betreft samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening, brandweer(organisatie) en rampenbestrijding. In Drechtstedenverband is de vorming van een regionale projectleiderspool in 2009 een serieuze ontwikkeling. Diverse projecten zijn zodanig complex van aard dat de aanwezige lokale expertise ontoereikend is. Bovendien overschrijdt de impact van de projecten vaak de lokale grenzen. Bij beperkte lokale capaciteit kan op de pool worden teruggevallen. Tevens zorgt de pool ervoor dat opgedane kennis over lokale en regionale projecten binnen de regio beschikbaar blijft. Om de regio een kwaliteitsimpuls te geven is het adagium om sterker te maken wat sterk en kenmerkend voor de regio Drechtsteden is. Dit in de overtuiging dat hierdoor de totale kwaliteit van de regio wordt verhoogd. Drie sterke regionale en karakteristieke pieken worden uitgewerkt: maritieme technologie/water, innovatie en binnenvaart; unieke (landschappen in de) omgeving; en de historische binnenstad. In 2009 wordt de Piekenbenadering langs de lijn ‘inhoudelijk’ (op welke regionale pieken zetten we in), ‘organisatorisch’ (hoe organiseren we de inzet) en ‘financieel’ verder afgerond. Ook voor Alblasserdam is dit belangrijk als onderdeel van ‘Samen Stad aan het Water’. Als gevolg van de vergaande samenwerking in de Drechtsteden zal de wijze waarop de organisaties daadwerkelijk voor elkaar en met elkaar samenwerken in 2009 bijzondere aandacht vragen. Het gaat daarbij over het beleggen van verantwoordelijkheden en rolneming, zowel binnen de Alblasserdamse organisatie (het organiseren van de zogenaamde ‘contramal’) als bij de (uitvoerende) dochters van de Drechtsteden en Zuid Holland-Zuid zoals het Service Centrum Drechtsteden, Sociale Dienst Drechtsteden, de Milieudienst Zuid Holland-Zuid enzovoort. Communicatie Alblasserdam heeft in de loop van 2008 geformuleerd dat de gemeente behoefte heeft aan een eigentijds communicatiebeleid: actief, strategisch georiënteerd, met inzet van eigen communicatiemiddelen, zowel intern als extern gericht. Actief betekent dat Alblasserdam niet wacht tot inwoners, journalisten of medewerkers vragen stellen, maar zelf initiatief toont. Strategisch georiënteerd betekent dat het communicatiebeleid past binnen de bestuursstijl en de prioriteiten van de gemeente. Eigen communicatiemiddelen zijn nodig omdat die ons de gelegenheid bieden zonder tussenkomst rechtstreeks te communiceren met de inwoners. Internet biedt de gelegenheid vierentwintig uur per dag, zeven dagen per week de meest actuele informatie bij de inwoners thuis te bezorgen.
39
De gemeentepagina geeft één keer per week een overzicht van alle nieuwsfeiten voor inwoners die liever van papier lezen. Bestuurskracht In het voorjaar van 2007 was er sprake van een bestuurscrisis waardoor de bestuurskracht van de gemeente zwaar in het geding was. De adviezen uit het rapport Corporaal over deze situatie zijn door de raad overgenomen én uitgevoerd. Er hebben ingrijpende bestuurlijke en ambtelijke veranderingen plaatsgevonden. Halverwege 2008 is zowel bestuurlijk als ambtelijk geconcludeerd dat de gemeente bestuurlijk en ambtelijk weer ‘op koers’ ligt; uiteraard met inachtneming van de daarbij genoemde aandachtspunten.
1.3 Wat willen we bereiken? Dienstverlening Het uitgangspunt van de lokale visie op dienstverlening, is dat de gemeente Alblasserdam haar klanten centraal stelt, samenwerkt met (keten)partners en meetbare resultaten boekt. De gemeente Alblasserdam moet een klantgerichte, transparante en efficiënte organisatie zijn voor diegenen die van haar dienstverlening gebruikmaken. Dit uitgangspunt is vertaald in tien concrete doelstellingen voor de periode 2008 -2010:
1
Kern van de doelstellingen
Wat willen we bereiken?
functionele (en persoonlijke)
De publieksbalie een prominente rol laten vervullen
klantcontacten
in het streven om de klant direct bij het ‘goede’ loket te ontvangen.
2
kwaliteit van de dienstverlening
Met ondermeer behulp van goed werkende
beoordeeld met minimaal een 7+
automatiseringssystemen een impuls geven aan de kwaliteit van de dienstverlening.
3
zoeken van verregaande
Uitgangspunt is dat de burger aan de publieksbalie
samenwerking
in de gemeentewinkel van Alblasserdam voor vragen en verzoeken terecht kan. Aanvullend wordt daar waar nodig wordt voor afhandeling gebruikgemaakt van (back-office)voorzieningen binnen de Drechtsteden.
4
voldoen aan wettelijke
Alblasserdam is een betrouwbare gemeente;
voorschriften
is op orde ten aanzien van wet- en regelgeving en op 01/01/2010 Wabo-proof.
5
6
Enkelvoudige registratie en
In 2010 gebruikt 70% van de burgers een digitaal
meervoudig gebruik van
burgerservicenummer als toegangscode voor
burgergegevens.
gemeentelijke dienstverlening.
Beschikken over een Klantcontact
In 2010 is een KCC operationeel waarin alle
centrum (KCC)
informatievragen van klanten binnenkomen en voor 80% worden afgehandeld.
7
Persoonlijke internetpagina
In 2012 kunnen burgers via een persoonlijke
40
internetpagina 70% van de producten/diensten aanvragen en de levering volgen, ontvangen en betalen. Accounthouderschap
8
In 2010 is per product bepaald en bekend welke functionarissen de rol van accounthouder gaan vervullen.
Digitalisering werkprocessen
9
In 2010 moeten de belangrijkste werkprocessen voor klanten digitaal beschikbaar zijn. Tot 2012 vindt doorontwikkeling plaats.
Kwaliteitsnormen
10
In 2010 wordt de kwaliteit zoals is beschreven in de kwaliteitsnormen in 95% van de gevallen gerealiseerd.
Regionale samenwerking Alblasserdam doet zowel ambtelijk als bestuurlijk van harte mee aan de Drechtstedensamenwerking in de overtuiging dat voor de inwoners de voordelen van schaalvergroting zoals hogere effectiviteit van beleid, efficiencyvoordelen voor bedrijfsvoering en vermindering organisatorische kwetsbaarheid niet ten koste gaan van de voordelen van kleinschaligheid zoals behoud van eigenheid, nabijheid van bestuur, maatwerk. Ook samenwerking met buurgemeenten Nieuw-Lekkerland (voor wat dijkproblematiek en Werelderfgoed betreft) en Graafstroom (Souburgh) is aan de orde. Het Ontwikkelingsprogramma Drechtsteden is erop gericht om geldstromen op gang te brengen die het mogelijk maken de benodigde kwaliteitssprong voor de regio als totaal te maken door in te zetten op sterke regionale en karakteristieke pieken. Communicatie Positieve beeldvorming over Alblasserdam, in eerste instantie onder de inwoners van de gemeente, vervolgens binnen de regio Drechtsteden en tenslotte ook buiten de regio: Alblasserdam als een professioneel bestuurde en georganiseerde gemeente met een sociaal hart. Bestuurstijl De gemeente Alblasserdam wil een bestuursstijl die transparant en betrokken is. Dit uit zich in openheid, eenheid van optreden, integraal besturen, het houden aan afspraken, het elkaar direct aanspreken hierop, verantwoordelijkheid nemen en afleggen. Bestuurders weten wat er leeft onder de bevolking, bij bedrijven en verenigingen en belangenorganisatie. Dit vindt ook zijn vertaling in de werkwijze van de medewerkers. Bestuurskracht Bestuurskracht raakt de gehele bestuurlijke organisatie, dus gemeenteraad, college en ambtelijke organisatie. Voor Alblasserdam betekent bestuurskracht in ieder geval goed samenspel binnen de bestuurlijke organisatie en met de omgeving zodat Alblasserdam: •
het vermogen heeft om beleidsopgaven op te lossen in lokaal of regionaal verband;
41
• •
wettelijke taken kan uitvoeren; overige dienstverlening aan burgers, bedrijven en instellingen kan verzorgen volgens de lokale dienstverleningsfilosofie;
•
alle ambities kan waarmaken die veder nog in het collegeprogramma worden genoemd (of in de toekomst benoemd zullen worden)
En dit allemaal onder de voorwaarde dat er sprake is van gezonde bedrijfsvoering.
1.4 Wat gaan we daarom concreet doen? Dienstverlening In algemene zin gaan we de dienstverlening vanuit de logica van de klant organiseren. Hierbij zijn onder andere de volgende actiepunten voor 2009 geformuleerd:
1
Kern van de doelstellingen
Wat gaan we concreet doen?
functionele (en persoonlijke)
• Spreekuur voor collegeleden
klantcontacten 2
kwaliteit van de dienstverlening
•
Uitbreiding van producten in het E-loket.
beoordeeld met minimaal een 7+
•
Doorontwikkelen website.
•
Tot waar mogelijk ontwikkelen van klaar-terwijl-uwacht producten.
•
25% minder administratieve lasten voor klanten door vereenvoudiging en beperking van regelgeving. Alblasserdam neemt daarvoor deel aan het landelijke traject administratieve lastenverlichting.
•
Uitvoering geven aan de adviezen van het landelijke traject ‘gemeente heeft antwoord@)’, waaronder voorbereidingen treffen voor de invoering van het toekomstige centrale telefoonnummer 14-078.
3
Zoeken van verregaande
•
Start (periodieke) meting Klanttevredenheid
•
Opstellen heldere vragen- en klachtenprocedure.
•
Deelnemen aan de regionale discussie
samenwerking
(publieks)dienstverlening en in beeld brengen van de consequenties voor Alblasserdam.
4
voldoen aan wettelijke
•
voorschriften 5
Enkelvoudige registratie en
Voorbereiden van de toekomstige invoering van de Wabo (‘omgevingsvergunning’).
•
meervoudig gebruik van
Invoeren en promoten van het gebruik van het digitaal burgerservicenummer.
burgergegevens. 6
Beschikken over een Klantcontact
•
centrum (KCC)
Start ontwikkelen van werkwijzen en procedures t.b.v. het KCC (in Drechtstedenverband).
•
Scholing medewerkers (2010 en verder)
42
7
Persoonlijke internetpagina
•
Invoeren en promoten van het gebruik van de persoonlijke internetpagina (2010 en verder)
8
Accounthouderschap
• Ontwikkelen van een werkwijze voor accounthouderschap en de betreffende functionarissen scholen. • Ontwikkelen werkwijze back-office Publiekszaken. • Beschrijving van werkprocessen
9
Digitalisering werkprocessen
• Werkprocessen digitaal ontsluiten. • Invoering nieuw digitaal systeem voor BWT (in regio verband)
10
Kwaliteitsnormen
• Dienstverlening op basis van de vastgestelde kwaliteitsnormen en kwaliteit periodiek toetsen en meten. • Formuleren en vaststellen van behandeltermijnen en deze nakomen.
(Regionale) samenwerking Daar waar mogelijk incorporeren van bovenlokale doelstellingen binnen gemeentelijke plannen/taakvelden om geldstromen te genereren voor de realisatie van gemeentelijke en regionale doelen en om (project)subsidies te verwerven. Deelname aan Ontwikkelingsprogramma Drechtsteden (Piekenbenadering). Om de Alblasserdamse organisatie verder toegerust te maken voor het functioneren in netwerkverband Drechtsteden wordt begin 2009 de inrichting van lokale contramallen waarin opdrachtgeverschaps- en controltaken zijn belegd, afgerond. Daar waar de capaciteit het toelaat en passend binnen de uitgangspunten van de notitie 'Alblasserdam, brug naar de Alblasserwaard in de netwerkstad Drechtsteden' actief deelnemen aan regionale bestuurlijke en aan ambtelijke overleggen (bijvoorbeeld het platform dienstverlening). In 2009 zal een delegatie van raad, college, ambtelijk apparaat en maatschappelijke betrokkenen een bezoek brengen aan jumelagestad Sered. Communicatie Het regelmatig verspreiden van persberichten en gebruiken van andere middelen op het gebied van persbeleid, zoals een persconferentie en persgesprekken met het college als geheel en met afzonderlijke wethouders. De internetsite is het belangrijkste eigen communicatiemiddel. In 2009 wordt de site nog aantrekkelijker gemaakt door teksten te voorzien van goede illustraties, door meer gebruik te maken van interactieve mogelijkheden en door te starten met de omvorming van de website naar het concept “gemeente heeft antwoord©” . Bestuurstijl • Minimaal 2x per jaar worden wijkschouwen gehouden met de gehele raad en het college.
43
• Minimaal 1x per 2 maanden bezoekt het college een bedrijf of belangenorganisatie actief los van ingeplande activiteiten. Daarnaast zullen bijeenkomsten van de Ondernemerskring Alblasserdam worden bijgewoond. • Het college legt in maart 2010 (eindstand) verantwoording af in een goed leesbare bondige rapportage over de bereikte resultaten met als basis het collegeprogramma 2006 - 2010. Bestuurskracht Voortzetting van de reeds ingezette lijn ten behoeve van de versterking van de bestuurskracht en van de verbetering van de bedrijfsvoering.
1.5 Wat mag het kosten? Bedragen x €1.000
Programma Bestuur rekening begroting 2007 2008
begroting 2009
mutaties meerjarenraming 2010 2011 2012
Bestuursorganen Bestuursondersteuning B & W Burgerzaken Baten secretarieleges Burgerzaken Bestuurlijke samenwerking Bestuursondersteuning raad
1.193 674 489 -189 615 178
953 852 464 -184 480 181
1.013 297 567 -184 472 136
1.013 315 583 -184 466 136
1.013 315 561 -184 460 136
1.013 315 540 -184 454 136
Totaal programma Bestuur
2.960
2.745
2.301
2.329
2.302
2.275
44
Programma 2 • Veiligheid
2.1 Gegevens Het programma Veiligheid omvat in hoofdlijnen openbare orde en veiligheid (politie, brandweer en rampenbestrijding) en is gericht op het voorkomen en bestrijden van onveilige situaties, het voorkomen van en het laten afnemen van vormen van criminaliteit en overlast en het toezicht en de handhaving op de naleving van regels. Tot het programma behoren ook de (wettelijke taken op het gebied van) brandweerzorg en de rampenbestrijding. Het programma Veiligheid is niet specifiek van één afdeling of bureau. Het heeft dwarsverbanden binnen alle organisatieonderdelen maar kent daarnaast ook veel dwarsverbanden met diverse beleidsterreinen en samenwerkingspartners zowel binnen de overheid als buiten de overheid. Commissie Het primaat van het programma ligt bij de commissie Bestuur. Portefeuillehouders Burgemeester L.M. Huizer
Openbare orde en veiligheid
Wethouder A.L. Cardon
Jeugd
Wethouder S.J. Veerman
Bouwregelgeving, ruimtelijke ordening en milieu
Wethouder J.M. Dekker
Verkeer
Bestuurlijke kaders • Integraal Veiligheidsplan (2005, in 2009 actualiseren) • Veiligheidsscan Alblasserdam (2008) • Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) (jaarlijks geactualiseerd) • Brandweerbeleidsplan (2005, update in 2008) • Brandbeveiligingsverordening (2002, in 2009 actualiseren) • Organisatieplan samenwerking Brandweer Drechtsteden Noord (verwacht in 2009 of 2010) • Integrale handhavingsnota (2007, uitwerken en implementeren)
2.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam Hoewel veiligheid van oudsher een belangrijke taak is van de overheid kan zij de veiligheid van mensen en goederen nooit volledig garanderen. Niet alleen omdat het bij veiligheid gaat om complexe vraagstukken, maar ook omdat het vaak gaat om gedrag van mensen. Het veiliger maken in en van ons dorp is dan ook een opgave waar gemeentebestuur, burgers, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties samen de schouders onder moeten zetten De gemeente Alblasserdam is zich bewust van haar rol als regisseur van veiligheid en probeert geleidelijk invulling te geven aan die regiefunctie. Het programma Veiligheid sluit waar mogelijk zoveel als kan aan bij landelijke en / of regionale veiligheidsthema’s. Belangrijke input hierbij
45
zijn politiegegevens. Deze gegevens vormen de basis voor analyse van ontwikkelingen op het terrein van overlast, geweld, diefstal, verkeersproblematiek enzovoort. Het gemeentelijk integraal veiligheidsbeleid wordt in een aantal thema’s verder uitgewerkt. Deze thema’s zijn: 1. Veilige woon- en leefomgeving 2. Bedrijvigheid en veiligheid 3. Jeugd en veiligheid 4. Fysieke veiligheid 5. Integriteit en veiligheid 1. Veilige woon- en leefomgeving Een veilige woon- en leefomgeving bundelt de veiligheidsthema’s die direct met de alledaagse kwaliteit van wonen en leven te maken hebben. Hoe veilig voelen de inwoners van Alblasserdam zich en hoe kunnen we dat met elkaar nog meer verbeteren. 2. Bedrijvigheid en veiligheid Bedrijvigheid en veiligheid betreft thema’s die te maken hebben met de sociale onveiligheid rondom bijvoorbeeld winkelcentra en bedrijventerreinen. 3. Jeugd en veiligheid Jeugd en veiligheid gaat over de veiligheidsproblemen die specifiek met jeugd te maken hebben. Het gaat daarbij zowel om 12-minners als om oudere jeugd. Thema’s zijn ondermeer overlast, alcohol en drugsgebruik onder jongeren en veiligheid in en rondom de school. 4. Fysieke veiligheid Het thema fysieke veiligheid bevat de vormen van veiligheid die samenhangen met gevaarlijke stoffen, verkeer, gebouwen en natuur. Thema’s zijn verkeersveiligheid, externe veiligheid, brandveiligheid en natuurrampen. Een belangrijke maatregel op dit veld betreft de voorbereiding op rampenbestrijding. 5. Integriteit en veiligheid Het veld integriteit en veiligheid bundelt de bedreigingen rond radicalisering en terrorisme, georganiseerde criminaliteit en bestuurlijke integriteit. Gelet op de aandachtspunten binnen onze gemeente wordt er geen prioriteit gegeven aan bijvoorbeeld de aanpak van terrorisme.
2.3 Wat willen we bereiken? In algemene zin willen we door middel van intensieve samenwerking komen tot een optimale woon- en leefomgeving en zorg voor openbare orde en veiligheid. De gemeente beschermt samen met instellingen en burgers het leven, de gezondheid en goederen van burgers in de openbare ruimte. De gemeente doet dat onder andere door samen met de inwoners te werken aan een veilige leefomgeving.
46
1. Veilige woon- en leefomgeving Hierbij is niet de feitelijke veiligheid in het geding, maar gaat het om het gevoel van veiligheid dat de inwoners ervaren. Alblasserdam is niet onveilig. Gevoelens van onveiligheid worden vooral veroorzaakt door invloeden van buitenaf (krant, t.v.). 2. Bedrijvigheid en veiligheid De sociale veiligheid op bedrijfsterreinen is een onderdeel dat in Alblasserdam weinig aandacht vraagt. De fysieke veiligheid op deze terreinen is vanwege aanwezigheid van actoren die de fysieke veiligheid beïnvloeden meer aandachtspunt voor de gebruikers van deze terreinen dan voor de gemeente. De gemeentelijke bemoeienis waar het fysieke veiligheid betreft wordt voor zover mogelijk vooraf meegnomen bij vergunningverlening (o.a. bouw- en milieuvergunningen). 3. Jeugd en veiligheid De nadruk binnen dit onderdeel ligt op samenwerking tussen politie, jongerenwerk en gemeente. De aanpak richt zich voornamelijk op hinderlijke en overlastgevende jeugdgroepen. 4. Fysieke veiligheid De rampenbestrijding en crisisbeheersing moet op orde zijn. Specifiek wordt gestreefd naar het verbeteren van de brandweerzorg en de ontwikkeling van veiligheidsregio’s. De brandweer moet aan wettelijk vastgestelde kwaliteitseisen voldoen. 5. Integriteit en veiligheid Bestuurlijke integriteit mag niet ter discussie staan. Een open en transparante besluitvorming zonder willekeur is hiervan onderdeel. Betrouwbaarheid en eerlijkheid zijn sleutelbegrippen.
2.4 Wat gaan we daarom concreet doen? In algemene zin gaan we door op de weg die we eerdere hebben ingezet. Op onderdelen zijn natuurlijk altijd aanpassingen en verbeteringen wenselijk en noodzakelijk. 1. Veilige woon- en leefomgeving Het veiligheidsgevoel is een subjectief begrip en kan of moet worden ondersteund door een goed communicatiebeleid. Positieve communicatie (bijvoorbeeld aan de hand van de jaarcijfers van de politie) kan wellicht de negatieve gevoelens wegnemen. Het project SUS-wachten is in 2008 gestart. De eerste resultaten zijn bemoedigend en het project zal in 2009 worden voortgezet. Het instituut buurtagent werkt mee om zichtbaar aanwezig te zijn op die locaties en op die momenten die wenslijk zijn vanuit het streven om het veiligheidsgevoel te vergroten. Inzet van BOA’s en toezichthouders wordt waar mogelijk afgestemd op situaties en voorvallen die vragen om extra aandacht.
47
2. Bedrijvigheid en veiligheid Activiteiten op dit terrein vinden hoofdzakelijk plaats op basis van het piep-systeem. 3. Jeugd en veiligheid De komende periode wordt een aanzet worden gemaakt om te komen tot verdere uitvoering gegeven door het opstellen van een actieplan. Om alcoholgebruik door jongeren die nog geen 16 jaar zijn terug te dringen, begint de politie Zuid-Holland Zuid in de Veiligheidssociëteit in het najaar 2008 een campagne c.q. gezamenlijke actie tegen alcoholgebruik bij jongeren. Met de ketenpartners (GGD, politie en scholen) wordt samengewerkt om het drankmisbruik onder tieners te verminderen. De politie wil op scholen voorlichting geven aan ouders om hen bewust te maken van de destructieve werking van alcohol op jonge tieners. 4. Fysieke veiligheid In (sub) regionaal verband wordt gewerkt aan verbeteringen ten aanzien van de rampenbestrijding en crisisbeheersing. Ook wordt in de komende periode ingezet op het verbeteren van de brandweerzorg en de ontwikkeling van veiligheidsregio’s. Om de gemeentelijke brandweer te kunnen laten voldoen aan wettelijk vastgestelde kwaliteitseisen wordt in samenwerking met buurgemeenten een actieplan opgesteld. In Drechtsteden Noord werken Papendrecht, Sliedrecht en Alblasserdam samen. De intentie van de drie gemeenten is om te komen tot één gezamenlijke brandweer-organisatie binnen de regio Zuid-Holland Zuid. Onderzoek of ook andere organisatieonderdelen binnen het taakgebied Veiligheid binnen de nieuwe organisatie moeten c.q. kunnen worden ondergebracht zijn onderwerp van studie. Landelijk worden de voorschriften voor brandveilig gebruik van bouwwerken geüniformeerd in het Gebruiksbesluit. Na inwerkingtreding in 2009 zal het Gebruiksbesluit geïmplementeerd worden en zal verder uitvoering aan het besluit gegeven worden. De gemeenteraad heeft in 2008 groen licht gegeven voor de verdere planvorming en realisatie van één centrale brandweerkazerne in het dorp. In 2009 hopen we de eerste paal voor de nieuwe kazerne te kunnen slaan. 5. Integriteit en veiligheid Aanspreken en aangesproken worden moet nog meer aandacht krijgen in het komende jaar. Duidelijk vertellen wat kan maar ook wat niet kan en vooral uitleggen waarom wel of niet willen we nog duidelijker doen.
48
2.4 Wat mag het kosten? Bedragen x €1.000
Programma Veiligheid begroting mutaties meerjarenraming 2009 2010 2011 2012
rekening 2007
begroting 2008
Gemeentelijke brandweer Rampenbestrijding Regionale brandweer Overige beschermende maatregelen Milieubeheer handhaving Bouw-, woning- en welstandstoezicht, handhaving
1.056 163 103 287 136
883 82 155 357 91
1.055 98 163 398 118
1.046 98 163 398 118
1.030 98 163 373 118
986 98 163 373 118
174
323
340
340
340
340
Totaal programma Veiligheid
1.919
1.891
2.171
2.162
49
2.121 2.077
50
Programma 3 • Lokale Economie
3.1 Gegevens Het programma lokale economie richt zich voornamelijk op bedrijvigheid, handel, toerisme en als afgeleide daarvan het bevorderen van werkgelegenheid binnen onze gemeentegrenzen. Commissie Commissie Bestuur Portefeuillehouders Wethouder A.L. Cardon
Werkgelegenheid
Wethouder S.J. Veerman
Toerisme
Wethouder J.M. Dekker
Economie
Bestuurlijke kaders • Structuurvisie Detailhandel Alblasserdam • Marktverordening Alblasserdam 2000 • Verordening Winkeltijdenwet • Toeristische visie op hoofdlijnen 2006
3.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam Herstructurering Haven Zuid Het toeristisch/recreatief profiel van Alblasserdam krijgt vooral gestalte door middel van het in ontwikkeling nemen van Haven-zuid en onze participatie op regionale schaal. De locatie Haven-zuid vormt de verbindende schakel tussen een drietal iconen (Biesboschcentrum, Dordtse binnenstad en werelderfgoed Kinderdijk). Het “aan elkaar knopen” van deze iconen is de grondgedachte achter het concept van het Drechtstedenproject “Hollands Glorie”. Met die gedachte werd gewerkt aan het idee om samen met het inrichten van een transferium op Haven-zuid hier ook een Royal House of Holland te realiseren (bezoekerscentrum voor oude ambachten etc. in een authentieke Hollandse entourage). Inmiddels is de vraag aan de orde of ook niet moet worden nagedacht over het verbreden en versterken van het Hollands Glorieconcept. Een goed toeristisch/recreatief product draagt immers bij aan het versterken van de vrijetijdseconomie door toename van de bestedingen en groei van het aantal arbeidsplaatsen. Tegen de achtergrond van het versterken van het totaalproduct en het vergroten van de kwaliteiten en potenties van het gebied zijn daarbij in beeld zaken als samenwerking, ontwikkelen van knooppunten en transferia, optimaliseren van het vervoer over water en het ontwikkelen van de scheepvaart en baggerindustrie als icoon tot een toeristische attractie. Met dergelijke initiatieven, die verder moeten worden doordacht en uitgewerkt, is de regionale economie uiteraard bijzonder gebaat. Hiermee wordt tevens de recreatieve mogelijkheden
51
voor de eigen inwoners vergroot en is er een spin-off te verwachten naar de Alblasserdamse detailhandel en horeca. Het zal duidelijk zijn dat dergelijke ambities een enorme uitdaging zijn voor een verdere en hechtere regionale samenwerking. Tenslotte mag bij dit al niet onvermeld blijven het Werelderfgoed Kinderdijk. Het gaat goed met het werelderfgoed. Aan plannen en ambities geen gebrek. Onlangs is de stichting met een visie op het entreegebied naar buiten gekomen. Daarbij gaat het om zaken als het verbeteren van de parkeer- en aanmeermogelijkheden. Belangrijk is ook het realiseren van een 'molenplein' een plek voor attracties en commercieel getinte voorzieningen. Een verdere doorontwikkeling wordt nagestreefd - niet op de laatste plaats vanwege het streven om meer toeristen naar het gebied te krijgen en daardoor te zorgen voor meer inkomsten, zodat de stichting mettertijd financieel 'selfsupporting' zal kunnen zijn. Detailhandel en ambulante handel De planning is dat de vestiging van de Lidel-supermarkt in het project Makadokop eind 2009 is gerealiseerd. Wij verwachten dat de realisatie van een aantal projecten een positief effect zal hebben op de detailhandel. Wij denken daarbij aan de uitvoering van onze woningbouwplannen, maar ook aan de Voorzieningen Driehoek en de toeristische ontwikkeling van Haven-Zuid. Landelijk zien we een teruglopende bezettingsgraad van weekmarkten. De maandagmarkt in Alblasserdam blijft echter redelijk op peil. Er zijn 36 vaste marktplaatsen en nog drie vrije standwerkplaatsen. Bedreigingen zijn de concurrentie van de grote winkelketens. Een aandachtspunt voor het aantrekkelijk houden van de weekmarkt is de kwaliteit van de buitenruimte en de nabijheid van parkeervoorzieningen.
3.3 Wat willen we bereiken? • Minimale leegstand, detailhandel en bedrijventerreinen; • Versterken detailhandel en contacten bedrijfsleven; • Verminderen lokale regels; • Actieve begeleiding naar werk.
3.4 Wat gaan we daarom concreet doen? Bedrijven Uitvoering van de overeenkomst op tussen de gemeente en het Parkmanagement Alblasserdam (PMA) d.d. 12 maart 2008. Deze overeenkomst houdt onder andere in dat PMA een aantrekkelijk pakket aan diensten biedt aan bedrijven waardoor het vestigingsklimaat op de Alblasserdamse bedrijventerreinen aantrekkelijk wordt gemaakt. De bedrijfscontactfunctionaris is 5 dagen per week bereikbaar voor bedrijven en voor de gemeente.
52
Reeds dit jaar wordt gestart met bijeenkomsten tussen ondernemers, PMA en gemeente. Het doel van deze bijeenkomst is om elkaar te informeren over plannen en ontwikkelingen, en ervaringen daarbij uit te wisselen. Overleg Bedrijven en Detailhandel De gemeente is vertegenwoordigd bij de overleggen met de Ondernemerskring Alblasserdam (OKA) door een collegelid of de bedrijfscontactfunctionaris. In 2009 zal er weer een OKA worden gehouden. Jaarlijks voert het college overleg met de winkeliersverenigingen. Verminderen lokale regels PMA voert samen met de gemeente een project uit gericht op het verlichten van de administratieve lasten. De startbijeenkomst is in oktober. De oplevering van het project in 2009. Actieve begeleiding naar werk Bij de bedrijfsbezoeken en contacten met PMA wordt inzet gevraagd om Alblasserdamse werkzoekenden te begeleiden naar werk, maar ook om Drechtwerkers in dienst te nemen. Ambulante handel • Op grond van de marktverordening en de APV wijzen we standplaatsen toe ten behoeve van de ambulante handel. • In 2009 vernieuwen wij de elektriciteitsvoorzieningen van de weekmarkt. Toerisme •
Voor dit onderdeel is er een tekort aan ambtelijke capaciteit om een minimale invulling van
toerisme als economisch activiteit in Alblasserdam mogelijk te maken. Binnen het project Haven-Zuid worden de Alblasserdamse ambities opgepakt. •
Het ontwikkelen van het project Haven-Zuid.
•
Een actieve rol in regioverband bij het ontwikkelen van het toeristisch recreatieve producten, die van belang zijn voor Alblasserdam.
53
3.2 Wat mag het kosten? Bedragen x €1.000
Programma Lokale economie mutaties meerjarenraming rekening begroting begroting 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Handel en ambacht WWB, Drechtwerk,
59 1.670
42
54
54
54
54
Totaal programma Lokale economie
1.729
42
54
54
54
54
54
Programma 4 • Wonen
4.1 Gegevens Het programma Wonen omvat, kort beschouwd, vier grote taakvelden die hun weerslag hebben hoe er in Alblasserdam gewoond, gewerkt en gerecreëerd wordt. Binnen het programma hebben wij het dan over ruimtelijke ordening, stedelijke vernieuwing, volkshuisvesting en grondexploitatie. Commissie Commissie Grondgebied Portefeuillehouders Burgemeester L.M. Huizer
grondexploitaties
Wethouder S.J. Veerman
ruimtelijke ontwikkeling, volkshuisvesting, nieuwe ontwikkellocaties
Bestuurlijke kaders • Woonvisie Alblasserdam (1999) • Structuurvisie Dijk (1999) • Prestatieafspraken Lange Termijn Drechtsteden • De bestemmingsplannen • Inrichtingsvisie 'groene verbinding tussen het rood' • Regionale woonvisie Drechtsteden 'Spetterend wonen in de Drechtsteden' (2004) • Bouwverordening • Huisvestingsverordening (2002) • Welstandsnota • Ruimtelijke toekomstvisie 'Dorp met karakter, nu en in de toekomst' (2005) • Regionaal Meerjaren OntwikkelingsProgramma (MOP) Dordrecht/Drechtsteden 2005-2009 • Ruimtelijke visie Drechtsteden, de nota Ruimte Geven (2007) • Realisatiestrategie Ruimte geven (2008))
4.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam Gewerkt wordt binnen vastgestelde bestuurlijke kaders. Onder invloed van veranderende wetgeving maar ook landelijke, regionale en maatschappelijke ontwikkelingen zal een aantal van deze kaders bijgesteld moeten worden. Ook zullen er nieuwe kaders worden toegevoegd. Het programma Wonen beweegt zich binnen een maatschappelijk kader waarbij de volgende zaken van invloed (zullen) zijn: • Veranderende wet- en regelgeving waarbij er meer taken en bevoegdheden bij de gemeenten komen te liggen. Dit heeft geleid tot samenwerking in Drechtstedenverband.
55
• Invloed van economie en marktwerking. De arbeidsmarkt staat onder druk en ook de bouwstoffenmarkt fluctueert. Projecten lopen hierdoor soms onverwachte vertraging op. Plannen worden noodzakelijkerwijs bijgesteld of kunnen geen doorgang vinden; • Een selectieve uitstroom van huishoudens met een hoger inkomen; • Een toenemende vergrijzing die voor een veranderende vraag zorgt; • Een behoefte aan duurzaam en levensloopgeschikt bouwen; • Een consument/burger die meer zeggenschap en keuzevrijheid wenst en ook weet wat zijn rechten zijn.
4.3 Wat willen we bereiken? Naar taakveld ligt het komende jaar de nadruk op: • Ruimtelijke ordening: Verder uitvoering van de Wet ruimtelijke ordening; Actualisering en digitalisering (inclusief digitale ontsluiting) van het bestemmingsplannenbestand; Opstellen van een ruimtelijke structuurvisie voor heel Alblasserdam. • Stedelijke vernieuwing: (Her)ontwikkeling van diverse locaties en het afronden van in gang gezette projecten; Opstellen van integraal accommodatiebeleid; • Volkshuisvesting: Realisatie van het in regionaal verband afgesproken woningbouwprogramma; • Uitvoering beleidsnotitie woonwagens. • Grondexploitatie: Uitwerken Nota Grondbeleid. Meer specifiek naar product. Bestemmings- en structuurplannen De Wet ruimtelijke ordening zoals per 1 juli 2008 in werking getreden, heeft grote gevolgen voor de praktijk. Dit leidt tot de volgende acties: • Opleidingstrajecten; • Opstellen ontheffingenbeleid; • Aanpassing grondbeleid en exploitatieverordening; • Aanpassing inspraakverordening; • Opstellen interne procesbeschrijvingen en uitschrijven procedures (incl. bezwaar/beroep); • Doorzetten actualisering bestemmingsplannen; • Voorbereiding opstellen structuurvisie; • Voorbereiding digitalisering ruimtelijke plannen; • Communicatie richting burgers en bedrijven. Meer dan voorheen worden actuele regelingen verwacht ook qua techniek. Goede voorbeelden daarvan zijn digitale bestemmingsplannen en de raadpleegbaarheid van de Welstandsnota. Het actualiseringsproces van de bestemmingsplannen wordt daarom doorgezet. In 2009
56
worden de plannen Kom, Werkgebied en Dijklint ter vaststelling aan u voorgelegd. Daarnaast wordt gewerkt aan bestemmingsplannen die specifiek voor projecten zijn opgesteld. Waterhoven-Oost (Lange Steeg) dient in 2009 gereed te zijn voor vaststelling. In 2009 zal een herstelplan voor het plan landelijk gebied ter vaststelling worden aangeboden. Genoemd wordt ook het bestemmingsplan dat er in voorziet dat de geluidszone Aan de Noord wordt verkleind om lucht te krijgen op het bedrijventerrein Polder het Nieuwland. Het digitaliseringsproces zal in 2009 tot uitvoering moeten komen. In regionaal verband wordt hier aan gewerkt (IPA-project). Doordat de bestemmingsplannen actueel zijn en worden, is de noodzaak tot het voeren van projectbesluitprocedures sterk verminderd. Er zal dan ook terughoudend worden omgegaan met nieuwe verzoeken om projectbesluiten te nemen. De ruimtelijke toekomstvisie 'Dorp met karakter, nu en in de toekomst' wordt in 2009 gebruikt als één van de bouwstenen voor de (verplichte) Structuurvisie Alblasserdam. In 2009 zal de Structuurvisie worden opgesteld en vormgegeven. Woningbouw De Woonvisie Alblasserdam, de regionale Woonvisie Drechtsteden en de regionale Prestatie Afspraken voor de Lange Termijn (PALT) vormen het uitgangspunt van beleid. Voor de sociale bouwopgave (huur en koop) staat de samenwerking met onder meer de corporatie Westwaard Wonen voorop. Ook met de corporatie Mooiland /Vitalis zijn prestatieafspraken gemaakt. Speerpunten van het volkshuisvestingsbeleid zijn onverminderd: Het in regionaal verband creëren van een levensloopgeschikte woningvoorraad; Het verbeteren van de doorstroming en de mogelijkheden van een wooncarrière binnen Alblasserdam; Het bouwen van voldoende woningen voor alle doelgroepen, waarbij senioren op zich voorrang hebben op starters. Door het specifiek labelen van huurwoningen voor starters (tot 23 jaar) en door het bouwen van nieuwe dure huur-/koopwoningen kan de doorstroming op gang komen, zodat er woningen vrij komen voor starters; Realiseren van 28 goedkope koopwoningen voor starters na 2010 (Driehoek Scheldeplein/Rijnstraat fase 2); Twee miva-woningen gerealiseerd in 2005 in de Elzenhof en twee miva-woningen gerealiseerd in 2008 in de Van Eesterensingel. Er wordt terughoudend omgegaan met verdere uitbreiding van het aantal Mivawoningen; In de periode na 2006 te streven naar het in aanbouw nemen van een substantieel hoger aantal dan 100 extra huurwoningen voor senioren; Uitvoering het plan De Wielen-Scheldehof in 2009; Starten met oplossen huisvestingsproblematiek woonwagencentrum Staalindustrieweg; In 2009 vindt een herijking plaats van de Woonvisie Alblasserdam;. Realisatie van ASVZ-woningen bij de Vinkenpolderweg (2009/2010).
57
In 2009 zijn er 103 koop- en 98 huurappartementen in aanbouw. (Deel)project
Aantal koopappartementen
De Hellingen, Alblasserwerf
Aantal huurappartementen
100
Makadokop
3
Voormalige Fiatgarage
22
10
Cortgene Haven
31
Nieuwe Scheldehof
45
Totaal
113
98
De stand van zaken van de (prestatie)afspraken in het collegeprogramma 2006-2010 zijn gemonitord in de perspectiefnota 2009. De prestatie van 170 sociale sociale huur- en koopwoningen voor 1-1-2010 wordt gehaald, het aantal ligt op 163. Echter, de afspraak om 600 duurdere huur-en koopwoningen voor 1-1-2010 te realiseren wordt niet gehaald. De planning voor 2006-2010 is naar beneden bijgesteld van 600 naar 358 woningen. De verklaring ligt in het feit dat in 2007 een aantal woningbouwprojecten, welke tot nu toe altijd in de risicosfeer waren benoemd, definitief is doorgeschoven naar de volgende periode (na 2010). Het betreft de projecten Mercon Kloos, deel Verolme en een groot deel van Lange Steeg. De vertragingen zijn veroorzaakt door planwijzigingen en de daarmee gemoeid gaande proceduretijd. Stads- en dorpsvernieuwing In de zomer van 2007 heeft er een zogenaamde midtermreview plaatsgevonden, waarbij bekeken is in hoeverre de diverse projecten op schema lagen en het halen van de afgesproken prestaties vóór 1-1-2010 nog realistisch leek. Hierbij is een aantal aan Alblasserdam toegezegde bedragen komen te vervallen wegens het niet of niet tijdig doorgaan van projecten. Er is echter ook een (precies even groot) bedrag opnieuw toegewezen. Het gaat om het herstel van een eerder afgesproken korting op project Kinderdijk (Scheldeplein), alsmede een bedrag voor het project geluidssanering Dijklint. Dit laatste project levert tevens een positieve bijdrage aan het project Mercon-Kloos. Aan deze (voorwaardelijke) bedragen zijn opnieuw prestaties verbonden, die nog steeds vóór 1-1-2010 gerealiseerd dienen te zijn. Bij geluidssanering Dijklint gaat het om het beter isoleren van circa 55 woningen langs het Dijklint. Deze datum zorgt voor de nodige druk om de projecten gerealiseerd te krijgen. Een integraal accommodatiebeleid (exclusief sportaccommodaties) zal begin 2009 ter vaststelling worden aangeboden. Na vaststelling van een startnotitie zal er in 2009 gewerkt gaan worden aan een ruimtelijke visie op Souburgh e.o.. Samenwerking met de buurgemeente Graafstroom is in deze essentieel. Woonwagencentra De nota Toekomst woonwagenlocaties Alblasserdam is aan de raad aangeboden. Belangrijkste punt hierin is de uiteindelijke opheffing van de woonfunctie op de huidige locatie Staalindustrieweg. Ter vervanging worden vier locaties van vier standplaatsen / vrije kavels voorgesteld. In 2009 wordt gewerkt aan de planontwikkeling van twee van deze nieuwe locaties. Tevens zal gestart worden met handhaving van de wet- en regelgeving op het woongedeelte. Voor
58
de bedrijfsfunctie wordt met de ondernemers gewerkt aan een plan om een herverkaveling te realiseren. Uiteindelijk moet de herverkaveling per 1 janaurari 2011 gerealiseerd zijn. Grondexploitaties De gemeenteraad heeft in juli 2008 de Kadernota Grondbeleid vastgesteld. Uitgangspunt hierbij is dat de gemeente een facilitair grondbeleid voert onder het motto 'facilitair grondbeleid tenzij….'. Per project/beleidslijn zal nog wel worden beoordeeld of actief grondbeleid een optie is. Een belangrijk instrument van het facilitair grondbeleid is de op 1 juli 2008 inwerking getreden grondexploitatiewet (onderdeel van de nieuwe wet Ruimtelijke Ordening). Uitgangspunt van deze wet is de verplichting tot kostenverhaal bij particuliere grondexploitatie. Afspraken hierover zullen zo veel mogelijk in privaatrechtelijke overeenkomsten worden vastgelegd. Indien dit niet mogelijk is, dient het publiekrechtelijke traject gevolgd te worden.
4.4 Wat gaan we daarom concreet doen? Uit het voorstaande kunnen voor 2009 de volgende acties worden gedestilleerd. Bestemmings- en structuurplannen 1. Vaststelling bestemmingsplannen Centrum, Kom, Werkgebied en Dijklint; 2. Vaststelling bestemmingsplan Waterhoven-Oost (Lange Steeg); 3. Vaststelling plan zone Aan de Noord; 4. Opstellen Structuurvisie Alblasserdam; 5. Opstellen visie sportpark Souburgh e.o. (samen met Graafstroom); 6. Digitalisering bestemmingsplannen; 7. Aanpassing welstandsnota. Woningbouw 1. Vertaling van de Woonvisie Alblasserdam en het woningmarktonderzoek in aansluiting op het regionale woningbouwprogramma voor de projecten Oude Mavo, LTS en Oude Wipmolen. 2. Uitvoering en afronding projecten van Eesterensingel, Groene Zoom, Makadokop, De Wielen-Scheldehof en Cortgene-Haven. 3. In aanbouw nemen van extra huurwoningen voor ouderen in de periode tot en met 2010 (Scheldehof, Makadokop, Cortgene Haven, Groene Zoom en van Eesterensingel). 4. In 2009 vindt een herijking plaats van de woonvisie Alblasserdam; 5. Start realisatie van ASVZ-woningen bij de Vinkenpolderweg. Stads- en dorpsvernieuwing 1. Vaststellen integraal accommodatiebeleid 2. Na vaststelling startnotitie starten met opstellen Visie Souburgh e.o. (in samenwerking met de gemeente Graafstroom).
59
Woonwagencentra 1. Planontwikkeling meenemen in nieuwe woningbouwlocaties. Grondexploitaties 1. Uitwerking Nota Grondbeleid 2. Herverkaveling bedrijfsdeel woonwagencentrum Staalindustrieweg
4.5 Wat mag het kosten? Bedragen x €1.000
Programma Wonen rekening begroting begroting 2007 2008 2009 Bestemmings- en structuurplannen Woningexploitatie/woningbouw door de WSA Stads- en dorpsvernieuwing Bouw-, woning- en welstandstoezicht, excl. handhaving Woonruimteverdeling Garanties voor woningbouwfinanciering Overige aangelegenheden betreffende volkshuisvesting Woonwagencentra Regionale taken volkshuisvesting Bouwvergunningen Grondexploitaties Overige financiële middelen
Totaal programma Wonen
60
mutaties meerjarenraming 2010 2011 2012
285 0 105
206 0 127
344 0 70
308 0 70
308 0 70
308 0 70
908 -1 -2
596 10 0
715 38 0
715 38 0
715 38 0
715 38 0
2 53 -469 -1.991 296 4
0 47 90 -1.125 -5.365 -45
0 53 60 -735 -1.159 105
0 53 60 -735 0 105
0 53 60 -675 0 105
0 53 60 -640 0 105
-810
-5.458
-509
614
674
709
Programma 5 • Buitenruimte
5.1 Gegevens Het programma omschrijft het dagelijks beheer van wegen, riolering, watergangen, kunstwerken, groen en begraafplaats alsmede het milieubeheer, de afvalverwijdering, verkeer en vervoer aan de hand van beheerplannen of beleidskaders. Het onderhoud/vervanging van de kapitaalgoederen is beschreven in de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen. Commissie Commissie Grondgebied Portefeuillehouders Wethouder S.J. Veerman
Milieu
Wethouder J.M. Dekker
Buitenruimte, Buurtbeheer
Bestuurlijke kaders • Groenstructuurplan (1995) • Speelruimteplan( 2003) • Hondenpoepbeleid (2006) • Wegengebruiksplan (2004) • Gemeentelijk Rioleringsplan (2008) • Nota aanbestedingsbeleid (2008) • Nota Bewonersparticipatie bij reconstructies (2006) • Gemeentelijk Waterplan (2006) • Lokaal milieu uitvoeringsplan 2008-2013 • Plan van aanpak dijklint met plan van aanpak luchtkwaliteit (2006) • Bomenbeleid en kapvergunningenbeleid (2008)
5.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam De gemeente heeft de openbare ruimte in beheer en onderhoud. In begin 2009 wordt met de Nota Openbare Ruimte 2009 een keuze gemaakt op welk niveau de beeldkwaliteit komt te liggen. Het gevolg van deze keuze is enerzijds een beter sturing van de beschikbare middelen en anderzijds betrokkenheid vanuit de bewoners door met hen de beeldkwaliteit te laten vaststellen. • De groenbeleving speelt een grote rol bij het welbevinden van de inwoners in hun leefomgeving. • De aansluitingen van nieuwe plannen op het bestaande wegennet. • De massabeperking van de Oude Torenbrug. • De verkeersproblematiek rond (nieuwe) scholen.
61
• De afvalinzameling in relatie tot de landelijke doelstellingen. • De inrichting van 30-kilometergebieden. • De ontsluiting van Alblasserdam bij een grootschalige evacuatie. • De verkeersafwikkeling, verkeersveiligheid en leefbaarheid van het dijklint en de overige infrastructuur • Het betrekken van schoolpleinen bij het speelruimteplan • De verkeers- , lucht en geluidsproblematiek op het dijklint en de luchtproblematiek op de verdere wegenstructuur • Het industrielawaai op het regionale industrieterrein aan de Noord heeft net als op veel andere industrieterreinen de grenzen van de wet bereikt. Dit leidt ertoe dat er geen vergunningen Wet milieubeheer verleend kunnen worden. In Drechtstedenverband is een plan van aanpak vastgesteld om dit probleem op te lossen. Hieraan wordt verder uitvoering gegeven, zij het vertraagd in verband met structureel capaciteitsgebrek wat betreft geluidsdeskundigen bij de milieudienst • De zorgen over de ontwikkeling van schade door vandalisme in de buitenruimte
5.3 Wat willen we bereiken? De buitenruimte De kwaliteit (beleving) van de buitenruimte wordt bepaald door een samengesteld beeld van wegen, groen, kunstwerken (bv. bruggen), riolering (zichtbare deel), openbare verlichting, straatmeubilair, water en reiniging. In 2007 is afgesproken deze beleving op een constant niveau te houden. De nota Openbare Ruimte is een manier om dit niveau te meten, op elk willekeurig moment. Een onderdeel van de nota is het koppelen van de kosten aan een gekozen niveau. Door deze kosten daarna te koppelen aan de arealen kan bepaald worden in welke mate er financiële middelen zijn om het gekozen niveau te bereiken of te behouden. Jammer genoeg kan niet alles worden afgedekt met deze nota. Zo zijn het milieu (bv. geluid en luchtkwaliteit), riolering (niet zichtbare deel), verkeer en afvalinzameling onderwerpen die hun eigen criteria nodig hebben. Milieu Op het gebied van milieu is de hoofddoelstelling het realiseren van de streefbeelden milieukwaliteit in 2014 door het uitvoeren van de activiteiten die zijn verwoord in het Lokaal Milieu Uitvoerings Programma (LMUP) 2009 – 2014 op het gebied van energie, water en bodem. In (sub)regionaal verband zal de gemeente zich samen met de Milieudienst Zuid-Holland Zuid, naast de gemandateerde taken Wet milieubeheer, wijden aan het inhoud geven aan de Europese richtlijn omgevingslawaai door het oplossen van de knelpunten, die zichtbaar zijn geworden bij het opstellen van de geluidskaart, uitvoeren van het plan van aanpak zonebeheer van de industrieterreinen, het plan van aanpak luchtkwaliteit en het plan van aanpak externe veiligheid. Geluidszonering is een groot probleem en stagneert de verder ontwikkeling van de bedrijfsterreinen. In het kader van het zonebeheer is extra aandacht nodig van provincie
62
en regionale milieudienst om de geluidsruimte efficiënter en eerlijker te verdelen. Hiervoor zijn ook planologische maatregelen noodzakelijk. Verder zullen gemeente en Milieudienst Zuid-Holland Zuid zich samen met de Drechtsteden gemeenten en de provincie Zuid-Holland o.a. bezig zijn met de uitvoeringssamenwerking provincie - regio, natuur - en milieueducatie, de monitor milieu - en leefomgevingkwaliteit. Er wordt verder continue pro actief geparticipeerd bij de uitvoering van het Drechtsteden programma Verkeer en Milieu: regionaal programma luchtkwaliteit. Riolering In 2008 is het nieuwe Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP 2009-2013) geschreven. In het GRP zijn de wijzigingen door de nieuwe Wet verankering en bekostiging gemeentelijk watertaken meegenomen. Belangrijke onderdelen in deze nieuwe wet betreffen de zorgplicht voor huishoudelijk afvalwater, hemelwater en het voorkomen van (grond-)wateroverlast. Via de rioolheffing zullen de kosten van de nieuwe taken bij de burger in rekening worden gebracht. Verkeer Met de uitvoering van het asfaltbestek 2008 wordt in oktober een aanvang gemaakt met het uniformeren van de wegaansluitingen en het maken van oversteekplaatsen voor langzaam verkeer op het Dijklint. Tevens is in het bestek een uitbreiding van het aantal parkeerplaatsen ter hoogte van West Kinderdijk opgenomen. In 2008 is gestart met het opmaken van een eerste voorontwerp voor het fiets- wandelpad ‘op de dijk’. In mei heeft GS het fietsplan 2008 vastgesteld. Hierin is het fiets- wandelpad (fp. 268) opgenomen. Ondertussen is de provincie akkoord met uitbreiding van het fp 268 tot aan de Veerdam in Kinderdijk. In samenspraak met gemeente Nieuw-Lekkerland maakt Alblasserdam het voorontwerp gereed en stelt een plan van aanpak op. Na de zomer wordt de rapportage naar het openstellen van de Oude Torenweg (voor alle verkeer) verwacht. De presentatie aan het college is gepland in september en de presentatie aan de Raad is gepland in het najaar. De aanleg van een transferium op het terrein van Haven Zuid is onderdeel van een groot project. Op dit punt is er nog geen nieuwe informatie te melden. Afvalinzameling Ook in 2009 blijven de Landelijk AfvalbeheerPlan (LAP) doelstellingen maatgevend. Het scheiden van afval blijft een punt van aandacht.
5.4 Wat gaan we daarom concreet doen? Herzien of realiseren van beleidskaders • Nota Openbare Ruimte 2009 • Groenstructuurplan 2009 • Lokaal Milieu uitvoeringsplan 2009-2014
63
Buitenruimte Parallel aan de Nota Openbare Ruimte 2009 zullen er technische inspecties worden uitgevoerd. Deze technische inspecties zijn noodzakelijk om de beheerplannen jaarlijks bij te stellen. Deze beheerplannen worden per beheerproduct geschreven en daarna samengevoegd tot één integraal beheerplan voor de Openbare Ruimte. De beheerplannen moeten dan ook los gezien worden van de Nota Openbare Ruimte. De Nota gaat over de beleving (uiterlijk) en de beheerplannen meer over de toestand (innerlijke). In de paragraaf Onderhoud Kapitaalgoederen komen de beheerplannen verder aan de orde. Het Groenstructuurplan 1995 (groenvisie en grondbeleid) zal worden herzien. Milieu In 2009 zullen op het gebied van milieu, leefomgevingkwaliteit en duurzaamheid de activiteiten uit het milieu werkprogramma voor dat jaar worden uitgevoerd. Dit werkprogramma is onderdeel van het milieu uitvoeringsprogramma 2009-2014, dat in november 2008 aan de raad ter behandeling wordt aangeboden. Onderverdeeld naar woon-, werk- en landelijk gebied zijn daarvoor streefbeelden geformuleerd. De activiteiten moeten een bijdrage leveren aan het verwerkelijken van de streefbeelden op het gebied van: ecologie/groen: herziening groenstructuurplan (afval)water: uitvoeren van maatregelen uit het gemeentelijke waterplan, uitvoeren van het nieuwe gemeentelijke rioleringplan mobiliteit, geluid en lucht: gebruiken en beheren van de verkeersmilieukaart, uitvoeren wegengebruiksplan, versneld uitvoeren geluidssanering wegverkeerslawaai A-lijst, gebruiken en beheren van de geluidskaarten, uitvoeren van de deelprojectplannen dijklint. Bodem: Afronden eerste fase werkvoorraad werkvoorraad Historisch Bodem Bestand (HBB)); Deze eerste fase bestaat uit het uitvoeren van historisch onderzoek op 17 potentieel spoedeisende locaties. Externe Veiligheid: in lokaal en regionaal verband uitvoeren van het programma externe veiligheid. Lucht: monitoren luchtkwaliteit, uitvoeren van maatregelen uit plan van aanpak luchtkwaliteit Afval: zwerfvuil uitvoeren afgesproken maatregelen. Inzet van Drechtwerk, inzet van plantsoenenmedewerkers (ruimen troep gelijk op) en het op ad hoc basis bestrijden van overlast door zwerfvuil, op aangeven van burgers, schoonmaakactie van de basisscholen, ieder najaar. Begraafplaats Het opknappen van algemene graven zal worden voortgezet, waarbij de handhaving van het plaatsen van attributen en beplanting verder zal worden voortgezet. Het ruimen van algemene en eigen graven zal eveneens in 2009 doorgaan. Een herziene verordening en een geautomatiseerd administratief systeem zijn dan ook onmisbaar.. Deze zullen in 2008/2009 worden gerealiseerd om een beter bedrijfsvoering te waarborgen.
64
Plantage (Dierenweide) In 2008 is gebleken dat het aantrekken van vrijwilligers een onmogelijk manier was om een bezuiniging van uren te realiseren. Het ontbreken van de noodzakelijke vrijwilligers, maar ook het ontbreken van sanitaire voorzieningen en de verplichte aanwezigheid van een vakbekwaam persoon werkten niet positief op de taakstellende bezuiniging. In 2008/2009 zal worden gekeken in hoeverre de bedrijfsvoering kan veranderen, waarmee de bezuiniging wel te realiseren is.
5.5 Wat mag het kosten? Bedragen x €1.000
Programma Buitenruimte rekening begroting 2007 2008
begroting 2009
Wegen, straten en pleinen Verkeersmaatregelen te land Openbaar vervoer Parkeren Waterkering, afwatering en landinrichting Openbaar groen Afvalverwijdering en –verwerking Riolering en waterzuivering Milieubeheer excl. handhaving Begraafplaats Baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing Baten rioolrechten
2.479 295 38 14 654 1.155 1.763 1.739 323 -99
2.424 360 36 9 308 1.245 1.829 1.872 271 -2
-1.721 -1.504
-1.802 -1.584
-1.901 -1.883 -1.881 -1.877 -1.705 -1.864 -2.067 -2.246
Totaal programma Buitenruimte
5.135
4.966
5.282
65
2.723 276 42 27 332 1.342 1.901 1.935 310 0
meerjarenraming 2010 2011 2012 2.730 282 42 27 332 1.368 1.883 1.944 310 1
5.172
2.670 271 42 27 328 1.390 1.881 1.938 310 1
4.910
2.616 270 50 27 328 1.397 1.877 1.990 310 0
4.743
66
Programma 6 • Welzijn en zorg 6.1 Gegevens In algemene zin worden in dit programma doelen en acties geformuleerd ten aanzien van het welzijn van en de zorg voor de burgers van Alblasserdam. Meer concreet omvat dit programma de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), sociale zaken, het maatschappelijk werk, het jeugd- en jongerenwerk, het ouderenwerk, het gehandicaptenbeleid, het opbouwwerk (ROWA), het minimabeleid, het integratie- en diversiteitbeleid en volksgezondheid. Commissie Commissie Samenleving Portefeuillehouder Wethouder A.L Cardon
Integraal Jeugdbeleid, Sociale Dienst Drechtsteden, Drechtwerk, Integraal WMO-beleid, Gezondheidszorg
Bestuurlijke kaders •
Beleidsplan ‘Samen bouwen aan de Wmo’ (2008)
•
Beleidsplan ‘Maatschappelijke zorg’ gemeente Dordrecht inzake prestatievelden 7,8,9 WMO (2008)
•
Nota Lokaal gezondheidsbeleid (2007)
•
Nota Inburgering Alblasserdam (Drechtsteden)
•
Beleidskader Bijzondere Bijstand (Drechtsteden)
•
Beleidskaders Wet werk en bijstand (Drechtsteden)
6.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam Trend is dat er steeds meer regionale beleidskaders komen (Wmo, SDD) en dat de lokale activiteiten daarop afgestemd worden. Knelpunt is de financiering van de ontwikkelingen in de jeugd(gezondheids)zorg.
6.3 Wat willen we bereiken? Algemeen: in ieder geval collegeprogramma 2006 - 2010 Wet maatschappelijke ondersteuning Stand van zaken In juni 2008 is het vierjarig beleidsplan ‘Samen bouwen aan de Wmo’ vastgesteld. Er is een start gemaakt met het uitzetten van de acties die voortvloeien uit het beleidsplan. Regionaal draaien er pilotprojecten mantelzorgondersteuning. Centrumgemeente Dordrecht heeft een beleidsplan ‘Maatschappelijke zorg’ opgesteld voor prestatievelden 7, 8, en 9.
67
Doelstelling De gemeente Alblasserdam wil dat iedereen, jong of oud, met of zonder beperking, zo lang mogelijk volwaardig aan de samenleving kan blijven deelnemen. Alblasserdam heeft daarom gekozen voor de volgende doelstellingen: 1. Het stimuleren van actief burgerschap 2. Kwetsbare jongeren en ouderen krijgen extra aandacht en ondersteuning 3. Het organiseren van een breed Wmo-loket 4. Het extra ondersteunen van mantelzorgers 5. Extra aandacht voor huiselijk geweld 6. Het bestrijden van overgewicht, alcohol en drugsgebruik en het verminderen van psychosociale problemen; hierbij zijn jongeren de belangrijkste groep. Bij deze doelstellingen vormt preventie een belangrijk onderdeel; door vroegtijdig te signaleren, te informeren en mensen te betrekken, kunnen burgers actief blijven meedoen aan de samenleving en wordt voorkomen dat mensen een beroep moeten doen op (duurdere vormen van) ondersteuning en zorg. Nieuwe ontwikkelingen Er komen steeds meer taken vanuit de AWBZ naar de Wmo, niet altijd zijn hieraan extra middelen vanuit het rijk verbonden. In 2009 moet er een besluit genomen worden over de besteding van de mantelzorgmiddelen. Het Wmo-loket in het gemeentehuis is niet meer alleen bereikbaar voor het aanvragen van producten van de SDD, maar geeft informatie over alle prestatievelden. In 2009 wordt de nieuwe aanbestedingsronde voor huishoudelijke hulp in gang gezet. Wmo-adviesraad Het jaar 2008 heeft voor de Wmo-adviesraad vooral in het teken gestaan van de ontwikkeling van Wmo-beleidsplan. De Wmo-adviesraad is nauw betrokken geweest bij het totstandkomen van het beleidsplan. De raad heeft een aantal publieksbijeenkomsten georganiseerd om te horen hoe burgers over de plannen dachten. In het uiteindelijke advies naar het college hebben zij gebruik kunnen maken van deze ervaringen. De Wmo-adviesraad zal zich in 2009 richten op de advisering over de nota’s die voortvloeien uit het Wmo-beleidsplan. Daarnaast kan de raad een belangrijke rol spelen in het bevorderen van de civil society en het stimuleren van burgerinitiatief. Maatschappelijk werk Stand van zaken Het maatschappelijk werk wordt uitgevoerd door Rivas en bestaat uit Algemeen Maatschappelijk Werk, Jeugd Maatschappelijk Werk, Schoolmaatschappelijk Werk en de 24-uurs crisisdienst.
68
Doelstelling Maatschappelijke ondersteuning bij (dreigende) psychosociale problemen. Met Rivas worden dusdanige prestatieafspraken gemaakt dat overschrijdingen worden teruggebracht. Volksgezondheid Stand van zaken In 2008 heeft de GGD Zuid-Holland Zuid uitvoeringsprogramma’s opgesteld die aansluiten bij de drie thema’s uit de lokale nota’s volksgezondheid: Psychosociale problematiek, Binnenmilieu en Overgewicht. Doelstelling Overgewicht 1. In 2011 zijn overgewicht en obesitas bij volwassenen, gemeten naar de gezondheidsmonitor 2006, niet verder toegenomen. 2. Overgewicht en obesitas bij jeugdigen in de leeftijd 0 – 19 jaar zijn in 2011 niet verder toegenomen t.o.v. de onderzoeksgegevens schooljaar 2005/2006. Psychosociale problematiek 1. De ervaren gezondheid en de psychische ongezondheid van Alblasserdamse inwoners zijn in 2011 verbeterd ten opzichte van de gezondheidsmonitor 2006. Vooral gericht op mensen met een lage sociaal economische status en ouderen. 2. De psychosociale problematiek bij jeugdigen is in 2011 verminderd ten opzichte van de onderzoeksgegevens jeugdgezondheid 2006. 3. De gemiddelde leeftijd van het eerste alcoholgebruik is verhoogd en het aantal nuttigingmomenten en het gemiddelde aantal glazen alcohol per keer door jeugdigen zijn verlaagd ten opzichte van de onderzoeksgegevens schooljaar 2005/2006. Binnenmilieu onderwijsgebouwen In 2011 heeft 50 procent van de schoolgebouwen in Alblasserdam een CO2 gehalte tussen de 1000 en 1200 ppm. Nieuwe ontwikkelingen In samenwerking met de GGD wordt gewerkt aan de uitvoering van het lokaal gezondheidsbeleid. Mogelijkheden voor de integrale jeugdgezondheidszorg worden regionaal onderzocht, dit dient in samenhang te gebeuren met de ontwikkeling van het Centrum voor Jeugd & Gezin. Sociale werkvoorziening Stand van zaken Sinds 2007 hebben alle tot de gemeenschappelijke regeling Drechtwerk behorende gemeenten een bestedingsconvenant met de GR Drechtwerk afgesloten. Doel van dit convenant is een gegarandeerde afname van diensten en plaatsing van personen. In 2008 heeft een onderzoek door de gezamenlijke rekenkamers plaatsgevonden en is een Toekomstvisie ontwikkeld. Zowel de rekenkamers als Price Waterhouse Coopers hebben deze
69
toekomstvisie beoordeeld. De conclusies van deze beoordelingen zijn met een reactie van het college aan de raad voorgelegd. Deze opvattingen zullen de basis gaan vormen voor het door de directie van Drechtwerk op te stellen ondernemersplan. Doelstelling De primaire doelstelling van de gemeente Alblasserdam bestaat er uit dat WSW geïndiceerden zoveel mogelijk in Alblasserdam aan het werk kunnen. De werkwijze van Drechtwerk zal hier op afgestemd moeten worden. Het bedrijf Drechtwerk zal vanuit bedrijfsmatig perspectief beoordeeld worden. Het nog op te stellen ondernemersplan zal daarop dan ook kritisch bekeken worden. Nieuwe ontwikkelingen De gemeentelijke betrokkenheid bij Drechtwerk zal worden vergroot. Verder zal actieve informatieverstrekking richting gemeentebesturen intensiever worden. SDD Stand van zaken De SDD is anderhalf jaar naar haar oprichting goed op stoom. Toch is het nodig investeringen te plegen in de organisatie en het beleid. Het kwaliteitsverbeterplan is onder de naam Project Eén van start gegaan en moet zichtbare verbeteringen opleveren voor de dienstverlening aan de klanten van het SDD, het Human Resource Management en de interne communicatie. De ingezette bestandsdaling van de WWB stagneert landelijk. Ook in de Drechtsteden is er sprake van een verhoogde instroom, hetgeen te verklaren is door de effecten vanuit de Generaal Pardonregeling en de instroom vanuit de (verkorte) WWW-regeling. Doelstelling De SDD is de regionale uitvoeringsorganisatie van de Drechtsteden voor o.a. de uitvoering van de WWB, Wet inburgering en de Wmo voor wat betreft individuele voorzieningen (prestatieveld 6). De SDD heeft voor 2008 de volgende 10 doelstellingen geformuleerd: 1. De ontwikkeling van het WWB-klantenbestand is 3% gunstiger dan het landelijk gemiddelde. 2. Minimaal 35 % van het aantal mensen dat instroomt, stroomt uit naar werk door de verdere verfijning van onze reïntegratie-instrumenten. 3. 75 % van de WWB-klanten zonder ontheffing of vrijstelling zit op een traject of krijgt binnen twee maanden na melding bij ons een voorziening aangeboden. 4. De huidige budgetten voor minimabeleid komen volledig terecht bij de aangewezen doelgroepen. 5. In 2008 doen we aan 400 personen een aanbod voor een inburgeringcursus. 6. Van de in behandeling genomen aanvragen voor schuldbemiddeling leidt 50% tot een schuldregeling, minnelijk of wettelijk. 7. Van de uitgevoerde fraudeonderzoeken leidt minstens 55% tot beëindiging of wijziging van de uitkering.
70
8. 80% van de aanvragen wordt binnen 20 werkdagen afgehandeld. (dit geldt voor aanvragen WWB levensonderhoud, bijzondere bijstand en WMO individuele voorzieningen). 9. Er wordt gestreefd naar minimaal een 7 wanneer het gaat om de tevredenheid van klanten over de dienstverlening. 10. De uitgaven voldoen aan de rechtmatigheidnormen van het Rijk. Nieuwe ontwikkelingen Op 1 september jl. heeft de bestuurscommissie SDD ingestemd met het neerleggen van een tweetal claims op middelen uit de Algemene Uitkering. Het betreft de schuldhulpverlening en het minimabeleid. Schuldhulpverlening De afdeling Budgetadvies en schuldbemiddeling van de Sociale Dienst Drechtsteden biedt 2
ondersteuning aan mensen met problemen op het leefgebied financiën volgens de NVVK richtlijnen. Door de toenemende complexiteit van de problemen sloot het aanbod niet langer aan: aan de voorkant was de drempel te hoog waardoor een (te) grote groep mensen geen toegang had tot de hulpverlening en aan de achterkant is het vangnet niet sluitend waardoor uitstroom belemmerd werd. Minimabeleid: Om maximaal gebruik te maken van het aanbod binnen het minimabeleid wordt binnen Alblasserdam het minibeleid intensief gepromoot door bijvoorbeeld voorlichtingen te organiseren bij doelgroepen zoals ouderenbonden, Diaconie etc. In Nederland groeien ongeveer 381.000 kinderen op in gezinnen met een laag inkomen. Kinderen hebben daarop zelf weinig invloed. Hun geringe maatschappelijke participatie betekent een slechte start op de maatschappelijke ladder. Daarom heeft het kabinet besloten voor 2008 en 2009 € 40 miljoen beschikbaar te stellen, en vanaf 2010 de algemene bijdrage in het Gemeentefonds structureel te verhogen. Het programma van de SDD 'Kinderen doen mee' is gericht op het vergroten van de maatschappelijke participatie van arme kinderen. Het accent ligt daarbij op het leveren in nature van een bijdrage voor de vaste kosten van internet,en het versterken van de bestaande SMS voorziening. Door laagdrempelige intermediairs te benaderen probeert de SDD ook kinderen in sociaal geïsoleerde gezinnen te bereiken. Jongerenwerk Stand van zaken Vanuit de breedtesportimpuls is er aandacht voor de jeugd. Een van de gevolgen van de breedtesportimpuls is het zogenaamde A-kidz. Dit is een samenwerking tussen het jongerenwerk, sportcentrum Blokweer en de breedtesportconsulent. A-kidz staat voor sportieve vakantieactiviteiten in vrijwel alle schoolvakanties. Uitgezonderd is de zomervakantie, want dan zorgt Jeugdland voor activiteiten. De vakantieactiviteiten worden georganiseerd in sportcentrum Blokweer in de herfst-, kerst-, voorjaars- en meivakantie. Voor een gezonde 2
'leefgebied' sluit aan bij de indeling die gehanteerd wordt in de Maatschappelijke Zorg: OGGZ = WMO prestatieveld 7,8,9: is gericht op de groep mensen met problemen op twee of meer leefgebieden (huisvesting, financiën, sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, lichamelijk functioneren, praktisch functioneren, dagbesteding)
71
deelnemen van onze jeugd en ouderen blijven wij de sport in Alblasserdam een warm hart toedragen. Voor het stimuleren van het meedoen op de arbeidsmarkt wordt gebruik gemaakt van de instrumenten van de SDD, zoals route 23. Vanuit het college zien wij toe op een actieve rol van de SDD naar de bestaande en mogelijke cliënten. Een belangrijke ontwikkeling van de laatste tijd is het Centrum voor Jeugd en Gezin. In het regeringsprogramma “Alle kansen voor alle kinderen” van minister Rouvoet neemt dit Centrum een prominente plaats in. Aan het einde van deze kabinetsperiode, in 2011, zal er in vrijwel elke gemeente een Centrum voor Jeugd en Gezin staan. Juist op het punt van de vroegtijdige signalering en een goede verwijzing naar de juiste instanties moeten de Centra voor Jeugd en Gezin een belangrijke functie gaan vervullen. Daar kunnen aanstaande ouders, ouders met kinderen en ook de jongeren zelf terecht met vragen en problemen op het gebied van gezondheid, opgroeien en opvoeden. Concreet houdt dat in dat zo’n centrum zich richt op de doelgroep van kinderen en jongeren van negen maanden tot 23 jaar en hun ouders. Beoogde samenwerkingspartners zijn onder andere: 1. de jeugdgezondheidszorg, oftewel de consultatiebureaus en de GGD; 2. de functies van het preventief jeugdbeleid uit de Wet maatschappelijke ondersteuning, dus: informatie en advies, toeleiding naar de hulp, licht pedagogische hulp, coördinatie van de zorg. Onder die functies vallen ook gezinscoaching en opvoedingsondersteuning; 3. een voorpost van het Bureau Jeugdzorg, dat wil zeggen iemand die de relatie kan leggen tussen het Centrum voor Jeugd en Gezin en het Bureau Jeugdzorg; 4. een relatie met het onderwijsveld. Momenteel wordt onderzocht op welke wijze (delen van) een Centrum voor Jeugd en Gezin Drechtstedelijk of subregionaal kan worden georganiseerd en plaatselijk kan worden ingekleurd. Voor Alblasserdam zien wij de Alblashof als de fysieke component van de netwerkorganisatie van het jeugdmaatschappelijk en schoolmaatschappelijk werk, het consultatiebureau, de verloskundigen, het jeugdwerk, het onderwijs, de jeugdgezondheidszorg etc. Deze netwerkorganisatie zal meer dan voorheen op een integrale wijze vorm moeten geven aan prestatieveld 2 van de Wmo. In dit prestatieveld krijgt de gemeente de opdracht om de volgende 5 functies uit te voeren: •
informatie;
•
advies;
•
doorverwijzen;
•
pedagogische hulp;
•
coördinatie van zorg op lokaal niveau.
Deze vijf functies zijn straks onderdeel van het Centrum voor Jeugd en Gezin. Het Centrum voor Jeugd en Gezin bestaat dan uit drie onderdelen: 1. De fysieke laagdrempelige toegang voor de doelgroep 0-25 jarigen (functies: informatie, advies en doorverwijzen).; 2. Een integrale vroegtijdige aanpak van problemen in de vorm van gebiedsgerichte netwerkoverleggen voor 0-12 jarigen en zorgteams breed voor de doelgroep 12+ en zorgcoördinatie (functies: pedagogische hulp en coördinatie van zorg op lokaal niveau); 3. (keten)regie (samenhang tussen de vijf functies opgedeeld in een basisaanbod en een gericht aanbod).
72
Een andere belangrijke ontwikkeling is de invoering van de Digitale Verwijsindex. Deze is voorzien in februari 2009. Dit is een eenvoudig internetinstrument waarmee professionals (onderwijs, consultatiebureau, jongerenwerk, politie, maatschappelijk werk, etc) kunnen aangeven dat zij zich zorgen maken over een kind. Indien meerdere professionals een signaal aan het systeem geven zorgt het systeem, via e-mails, dat alle signaalgevers van elkaar te weten komen dat ze een signaal hebben afgegeven met het verzoek contact met elkaar op te nemen Doelstelling Het jeugd- en jongerenwerk heeft betrekking op de in een gemeente wonende jeugdigen – en in voorkomende gevallen hun ouders – bij wie sprake is van een verhoogd risico als het gaat om ontwikkelingsachterstand of uitval zoals schooluitval of criminaliteit, maar voor wie zorg op grond van de Wet op de jeugdzorg niet nodig is dan wel voorkomen kan worden. Dit beleidsterrein geldt als aanvulling op in andere wetgeving vastgelegde taken, zoals de Wcpv (volksgezondheid in de brede zin des woord) en de Leerplichtwet. Het doel van de inzet op jeugd is dat de jongeren op een gezonde en normale wijze hun tocht naar volwassenheid volbrengen. Basis blijft naast preventie, het AAA-beleid Alternatieven aanbieden en anders aanpakken. Deze aanpak blijkt nog steeds een groot succes. Inzet is behoud van algemene voorzieningen zoals sportclubs en het continueren van de inzet van jongerenwerkers. Speciale aandacht krijgen reeds bestaand, al dan niet tijdelijke, accommodaties waarin de jongeren kunnen vertoeven. Verder blijft inzet op Drechtsteden-niveau van belang voor een goede regionale afstemming van het beleid. Nieuwe ontwikkelingen In het najaar van 2008 verschijnt de startnotitie jeugdbeleid die gevolgd wordt door een nieuwe nota jeugdbeleid. Daarnaast zal er vorm gegeven worden aan het Centrum voor Jeugd en Gezin. Tot slot wordt er hard gewerkt om begin 2009 van start te gaan met een Zorg Advies Team (ZAT). Een ZAT is een intensieve samenwerkingsvorm tussen onderwijs, politie, zorginstellingen en gemeente om zo snel mogelijk problemen bij jongeren te onderkennen en deze aan te pakken. Een belangrijke ontwikkeling die op ons afkomt is dat de gelden van de Provincie, die via de Drechtsteden werden verdeeld, niet alleen zijn toegenomen maar ook veel sterker dan voorheen op jeugdzorg zijn gelabeld. Alblasserdam kan naar alle waarschijnlijkheid met dit geld extra zorgtrajecten in gaan kopen voor jongeren.
6.4 Wat gaan we daarom concreet doen? Wet maatschappelijke ondersteuning •
Wmo-loket verder ontwikkelen en positioneren
•
Formuleren beleid mantelzorg- en vrijwilligersondersteuning
•
Mogelijkheden brede welzijnsorganisatie onderzoeken
•
Herzien subsidiebeleid (zie programma 7)
•
Deelname benchmark Wmo
73
•
Betrekken Wmo-adviesraad bij verdere uitwerking beleid
•
Samenwerking met Drechtsteden (SDD en regiegroep Wmo Drechtsteden)
Maatschappelijk werk •
Prestatieafspraken maken
Volksgezondheid •
Uitvoering programma’s Psychosociale problematiek, Binnenmilieu en Overgewicht samen met GGD.
•
Regionale afstemming (Zuid-Holland Zuid)
Sociale werkvoorziening •
Uitvoering geven aan het bestedingsconvenant GR Drechtwerk
•
Actieve informatieverstrekking over stand van zaken bij Drechtwerk
•
Kritische bedrijfsmatigheids toets op het ondernemersplan van Drechtwerk (ter uitvoering van motie van juli 2008)
SDD •
Nieuwe aanbesteding Huishoudelijke hulp
•
Deelname klanttevredenheidsonderzoek
•
Uitwisseling kennis en informatie regionaal en lokaal
•
De SDD het extra minimabeleid “Kinderen doen mee” laten uitvoeren.
•
De SDD het stabilisatietraject in het kader van de schuldhulpverlening laten uitvoeren.
Jongerenwerk •
Opstellen jeugdbeleid; startnotitie najaar 2008 en vaststelling nota begin 2009
•
Opzetten Centrum voor Jeugd en Gezin
•
Invoeren Digitale Verwijsindex
•
Invoeren Zorg Advies Team
•
Uitvoeren feesten Luilak en Oud en Nieuw
•
Continueren AAA beleid
•
Continueren Drechtsteden samenwerking
74
6.5 Wat mag het kosten Bedragen x €1.000
Programma Welzijn & zorg rekening 2007 ISD WWB-inkomen Werkgelegenheid Wet IOAW Wet IOAZ Gemeentelijk minimabeleid Algemeen maatschappelijk werk Buro Sociaal Raadslieden Ouderenwerk Verzorginscentra voor ouderen Indicatiestelling, Maaltijden Thuis en minimabeleid ROWA Aasielzoekers/vluchtelingen en nieuwkomers Huishoudelijke hulp Jeugd- en jongerenwerk Tehuizen de Alblashof Voorzieningen gehandicapten Basisgezondheidszorg Schooltandverzorging Overige gezondheidszorg Jeugdgezondheidszorg, uniform deel Jeugdgezondheidszorg, maatwerkdeel
Totaal programma Welzijn & zorg
75
begroting begroting 2008 2009
meerjarenraming 2010 2011 2012
320 145 40 258 11
868 262 0 0 325 128 41 260 13
927 264 0 0 177 180 48 259 14
923 227 0 0 177 180 48 259 14
923 227 0 0 177 180 48 259 14
923 227 0 0 177 180 48 259 14
7 300 150 -16 170 54 1020 295 1 46 0 11
9 287 -63 58 265 33 988 272 1 59 0 20
13 335 11 1.988 254 48 1.024 318 1 14 46 20
13 335 11 1.988 254 47 1.024 318 1 14 46 20
13 335 11 1.988 254 46 1.024 318 1 17 46 20
13 335 11 1.988 254 45 1.024 318 1 17 46 20
2.812
3.826
5.940
5.898
5.900
5.899
76
Programma 7 • Cultuur, recreatie en Sport 7.1 Gegevens In algemene zin worden in dit programma doelen en acties geformuleerd op het gebied van cultuur, recreatie en sport als vrije tijdsbesteding. Het gaat hierbij om (sport)accommodaties, bibliotheek, sport, zwembad en cultuurhistorie. Ook het subsidiebeleid en de subsidieverordening passen hierin. Commissie Commissie Samenleving Portefeuillehouders Wethouder A.L. Cardon
Sport, Cultuur, Monumentenbeleid
Wethouder S.J. Veerman
Werelderfgoed, nieuwe accommodaties
Bestuurlijke kaders • Beleidsplan ‘Samen bouwen aan de Wmo’ (2008) • Startnotitie subsidiebeleid (2008) • Startnotitie sportnota (2008) • Convenant Werelderfgoed Kinderdijk (2006) • Breedtesportimpuls (2003) • BOS-impuls (2006) • Monumentenlijst Alblasserdam (2002)
7.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam Ondanks de breedte van het programma (van cultuurhistorie tot sport) geldt voor vrijwel alle onderdelen in het algemeen dat realisatie afhankelijk is van subsidies. Om het sturingsmiddel subsidie optimaal in te kunnen zetten is het nodig om de huidige subsidieverordening te herzien. Meer in het bijzonder zal per activiteit gezocht worden naar raakvlakken en aanknopingpunten bij andere beleidterreinen. Hierdoor kan onderlinge versterking optreden. Sportaccommodaties in relatie tot onderwijsaccommodaties en het relateren van activiteiten aan de prestatievelden van de WMO zijn daar voorbeelden van. De financiële positie van de gemeente brengt een zekere terughoudendheid met zich mee als het gaat om grote investeringen in de gebouwen. Private initiatieven zullen daarom worden aangemoedigd en waar mogelijk zal ook de publiek private samenwerking gezocht worden.
77
7.3 Wat willen we bereiken? Subsidies Uitgangspunt bij de subsidieverdeelstaat 2009 was dat de financiële positie van onze gemeente geen mogelijkheid geeft om meer financiële ruimte te bieden dan een inflatiecorrectie. Een van de acties van het beleidskader Wmo is de aanpassing van de subsidieverordening en het subsidiebeleid. Het kader hiervoor heeft u op 1 oktober 2008 vastgesteld. In de eerste helft van 2009 is de definitieve besluitvorming gepland. We willen voor het subsidiejaar 2010 beschikken over een nieuwe subsidieverordening en subsidiebeleid dat onderscheid maakt tussen de subsidies voor de grotere instellingen en de overige (waarderings)subsidies. Voor de grotere instellingen gaan we uit van het systeem van budgetsubsidiëring. Door het invoeren van budgetsubsidiëring willen we de doeltreffendheid (relatie tussen geleverde prestaties en de beleidsdoelen van de gemeente) en doelmatigheid (relatie tussen de geleverde prestaties en de inzet van middelen) van het subsidiebeleid versterken. Hiervoor moeten meetbare beleidsdoelen worden geformuleerd, die worden vertaald in resultaten die behaald moeten worden met de gesubsidieerde activiteiten. Wij willen met deze aanpassingen bereiken dat er met de grote subsidieontvangers prestatieafspraken worden gemaakt die zijn gerelateerd aan de doelen uit het Wmo-beleid. Daarnaast willen we de procedure tot subsidieverlening efficiënter maken (planning en control). Hiermee moet worden voldaan aan eisen van doel- en rechtmatigheid. Vooral voor de ‘kleinere’ lokale subsidieontvangers willen we het proces van subsidieaanvragen vereenvoudigen en verkorten, hierbij valt te denken aan de waarderingssubsidies, het manifestatiefonds of subsidies voor een bijzondere gebeurtenis (bijv. jubileum). (Sport)accommodaties Een onderzoek naar uitbreiding c.q. herschikking van de accommodaties is gaande en leidt naar verwachting begin 2009 tot een accommodatienota. Deze nota zal inzicht geven in de keuzes die gemaakt zijn in te accommoderen activiteiten, alsmede een samenhangend voorstel voor de oplossing van de bestaande vraagstukken in relatie tot de mogelijkheden. De accommodaties die specifiek met sport te maken hebben, zullen we meenemen in de sportnota, die wij in de eerste helft van 2009 aan de raad ter vaststelling voorleggen, als vervolg op het kader dat op 1 oktober jl. door de raad is vastgesteld. De overige accomodaties komen in een aparte nota. Overigens zal blijken dat hierbij een stevige relatie met de onderwijsaccommodaties is vast te stellen. Ten aanzien van de sportaccommodaties geldt dat met het verdwijnen van het gymnastieklokaal aan de IJsselstraat en op termijn dat aan de Esdoornlaan het tekort aan overdekte accommodatiecapaciteit nog groter wordt. Vervangende ruimte is dan noodzakelijk. De vraag naar sportaccommodaties neemt, mede onder invloed van succesvolle programma’s op het gebied van de breedtesport en BOS impuls, in de toekomst alleen maar toe. In de op te stellen sportnota zal aan het huisvestingsaspect dan ook aandacht besteed moeten worden. Voor het onderdeel onderwijs- en sportaccommodaties gelden de ambities van de vorming van brede scholen volgens de A- en B- variant nog onverkort en zal spreiding en combinatiegebruik voorgesteld worden in de lijn met het masterplan zoals dat door de gezamenlijke schoolbesturen en gemeente is opgesteld. Als voorbeeld hiervan kan genoemd worden
78
het multifunctionele centrum (inclusief sportruimte) in wijk Kinderdijk, waarvan de bouw in volle gang is en naar verwachting in 2010 gereed zal zijn voor gebruik. Bibliotheek Het bestuur van de bibliotheek heeft een aantal jaren geleden deelgenomen aan het fusieproces gericht op de totstandkoming van een ZHZ bibliotheek. Met de bibliotheken van Dordrecht, Zwijndrecht en Ridderkerk, heeft Alblasserdam uiteindelijk afgehaakt en is samen met de besturen van deze bibliotheken een afzonderlijk fusieproces ingegaan. Het fusieproces van de bibliotheken Dordrecht, Ridderkerk, Alblasserdam en Zwijndrecht (DRAZ) zal in 2009 naar verwachting worden afgerond. Voor de kosten van dit fusieproces is een aanvraag ingediend bij de provincie. Een vergoeding van € 50.000,-- is inmiddels toegezegd en het Alblasserdamse aandeel in de kosten bedraagt € 11.000,--. Het bibliotheekgebouw (eigendom van het bibliotheekbestuur, waarvoor door de gemeente een aparte stichtingskostenvergoeding wordt verleend) blijft buiten de fusie en zal door de gefuseerde bibliotheek worden gehuurd. In 2009 zal overleg plaats gaan vinden over de wijze waarop de subsidierelatie met de gefuseerde bibliotheek vorm zal krijgen. Alle DRAZ gemeenten (= Dordrecht, Ridderkerk, Alblasserdam en Zwijndrecht) hebben gezamenlijk voorwaarden gedefinieerd waaraan door de gefuseerde bibliotheken moet worden voldaan als subsidievoorwaarden. Sportacitiveiten In de gemeente Alblasserdam loopt op dit moment zowel een Breedtesportimpuls als een BOS (Buurt-Onderwijs-Sport)impuls. Beide zijn sportstimuleringsprojecten met het oog op veiligheid, gezondheid, jeugd, onderwijs en ouderen. De Breedtesportimpuls is erop gericht om de deelname aan sport te verbreden met bijzondere aandacht voor de positie van de jeugd en de ouderen en ook om de verenigingen ondersteuning te bieden. Een en ander is tot stand gekomen met alle sportverenigingen en andere maatschappelijke organisaties zoals het jongerenwerk, het ouderenwerk, de kinderopvang, de gehandicaptenadviesraad en het onderwijs. In verband met het aflopen van bovengenoemde regelingen in respectievelijk 2009 en 2010 willen wij deze impulsen verankeren in de vorm van sportnota. Hierbij zoeken wij vooral aansluiting bij het door u op 11 juni 2008 vastgestelde beleidskader Wmo, maar ook bij het lokale onderwijsbeleid (LEA) en jeugdbeleid. Het kader voor deze nota heeft u vastgesteld in de raadsvergadering van 1 oktober 2008. Bij de Perspectiefnota 2010 komen wij hierop terug. Zwembad Blokweer Op 1 oktober jl. hebt u op basis van het rapport 'Noodzakelijke aanpassingen zwembad Blokweer' ingestemd met het verlengen van de levensduur van het zwembad Blokweer voor een periode van vijf jaren. Tevens stelde u ten behoeve van de te treffen technische maatregelen aan gebouw en installaties een krediet beschikbaar van € 595.000. De daaruit voortvloeiende kapitaallasten vormen een onderdeel van de begroting. Een van de belangrijkste en financieel zwaarwegende onderdelen van de te treffen maatregelen is het aanbrengen van zgn. overloopvoorzieningen i.c. een bufferkelder. Na het realiseren ervan
79
voldoen we geheel aan de vereisten in het kader van de Wet Hygiëne en Veiligheid Badinrichtingen en Zwemgelegenheden. Volgens planning moeten alle maatregelen uiterlijk per 1 februari 2009 gerealiseerd zijn. Gelet op de tot 1 maart 2009 geldende provinciale ontheffing is genoemde planning voor ons dan ook dwingend. Ondanks de gang van zaken rondom de beoogde nieuwbouw van het zwembad zijn wij voornemens om het onderzoek naar de mogelijkheden tot het verzelfstandigen van het zwembad voort te zetten. Daarbij zullen wij gebruik maken van een reeds bestaande rapportage en zal tevens bezien worden of er samenwerkingsmogelijkheden zijn binnen het Drechtstedenverband. Uiterlijk medio 2009 hopen wij u van onze bevindingen op de hoogte te stellen. Dat daarbij een relatie moet worden gelegd met de toekomst van het zwembad op langere termijn (dus na 2014) voor de hand liggend. Cultuurhistorie In 2007 vormde een drukbezochte informatie-avond van de monumentencommissie het sein voor de daadwerkelijke start van het traject tot aanwijzing van panden als gemeentelijk monument. Bestuurlijk is hierbij gekozen voor vrijwilligheid: aanwijzing met medewerking van de betrokken eigenaren. Nog in 2008 willen wij op basis daarvan een aantal objecten aanwijzen. De activiteit zal ook de komende jaren een vervolg krijgen, waarbij eigenaren vanwege het verkrijgen van draagvlak opnieuw zullen worden benaderd. In 2007 is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg in werking getreden. Gemeenten hebben daarbij tot taak gekregen om beleid met betrekking tot archeologie te maken. Het opstellen van een nota archeologiebeleid/beleidskader is daarom dringend gewenst, maar achten wij financieel nog niet inpasbaar. Wij blijven hieraan aandacht schenken.
7.4 Wat gaan we daarom concreet doen? Subsidies • Nieuwe subsidieverordening en -beleid ter vaststelling aanbieden 1
ste
helft 2009
• Formuleren SMART-doelen per beleidsveld • Prestatieafspraken maken met grote subsidieontvangers eerste helft 2009 • Aanvraagprocedure vereenvoudigen door het gebruiken van standaard aanvraagformulieren. • Werken volgens nieuwe subsidieverordening en eventueel toepassen van overgangsregeling 2009 / 2010. Overige accommodaties • Het ter vaststelling aan de raad aanbieden van de nota accommodatiebeleid in de eerste raadsvergadering van 2009.
80
Bibliotheek • Het voortzetten van het overleg met de overige deelnemende gemeenten (Dordrecht, Ridderkerk en Zwijndrecht) om te waarborgen dat de producten van de gefuseerde bibliotheek aansluiten bij de voorwaarden om tot subsidieverstrekking te komen door de betrokken gemeenten. • Het toetsen van het fusieresultaat aan de in 2008 door de betrokken gemeenten geformuleerde criteria voor de vorming van een basisbibliotheek. Sport • Het ter vaststelling aan de raad aanbieden van de sportnota in de eerste helft van 2009. Zwembad Blokweer • Opknappen zwembad Blokweer voor een periode van tenminste 5 jaren en deze werkzaamheden te realiseren voor 1 februari 2009. • Voldoen aan de provinciale vereisten • Het voorleggen van besluitvorming ten aanzien van een (eventuele) verzelfstandiging van het zwembad uiterlijk medio 2009. Cultuurhistorie • Het traject tot aanwijzen van panden als gemeentelijk monument krijgt in 2009 een vervolg.
7.5 Wat mag het kosten? Bedragen x €1.000
Programma Cultuur, recreatie en sport rekening begroting begroting meerjarenraming 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Openbare bibliotheek Vormings- en ontwikkelingswerk Sport Zwembad Sporthal Groene sportvelden en terreinen Kunst Oudheidkunde en musea Natuurbescherming Maatschappelijke leefbaarheid Overige recreatieve voorzieningen
450 70 911
1 1 131 1.317
Totaal programma Cultuur, recreatie en sport
81
3.121
455 84 985 99 6 146 107 772
2.655
503 76 477 496 112 160 21 152 0 82 952
502 76 477 528 111 165 21 148 0 81 945
502 76 477 522 109 184 21 143 0 81 938
502 76 477 517 96 194 21 143 0 81 931
3.032 3.054 3.054 3.038
82
Programma 8 • Onderwijs 8.1 Gegevens In algemene zin worden in dit programma doelen en acties geformuleerd ten aanzien van de wijze waarop het gemeentebestuur invulling geeft aan zijn onderwijstaken. Meer concreet omvat het programma het lokale onderwijsbeleid en het openbaar basisonderwijs. Onder het lokale onderwijsbeleid vallen onder andere onderwijsachterstandenbeleid, de brede school, zorg in en om het onderwijs. Deze onderwerpen maken deel uit van de Lokale Educatieve Agenda (LEA), een beleidsplan voor de komende jaren dat wordt opgesteld en uitgevoerd in samenwerking met gemeente, schoolbesturen, directie kinderopvang en evt. andere partners. Het opstellen en vaststellen van de LEA zal plaatsvinden door middel van een startnotitie en vervolgens een beleidsplan. Daarnaast vallen leerlingenvervoer en huisvesting onder het programma onderwijs. Onder openbaar basisonderwijs valt de hoedanigheid van bevoegd gezag. Commissie Commissie Samenleving Portefeuillehouders Wethouder A.L. Cardon
Onderwijs
Wethouder S.J. Veerman
Onderwijshuisvesting
Bestuurlijke kaders • Huisvestingsverordening 2008 • Onderwijsachterstandenbeleid 2006 - 2010 • BOS impuls 2006 - 2010 • Verordening kinderopvang en peuterspeelzalen Alblasserdam • Bureau Leerplicht (Drechtsteden) • Verzelfstandiging/ bestuurlijke fusie openbaar onderwijs • Lokale educatieve agenda • Masterplan brede scholen Alblasserdam 2006 • Wet inburgering WI (Drechtsteden 2007) • Wet educatie beroepsonderwijs WEB (Drechtsteden 2008)
8.2 Ontwikkeling van het programma, toegespitst op Alblasserdam •
Verzelfstandiging bestuur openbaar onderwijs
•
Veranderende bestuurlijke verhoudingen
•
Verstrengeling van onderwijs en opvoeding
83
8.3 Wat willen we bereiken? 1. Lokaal onderwijsbeleid - LEA Met het beëindigen van de GOA-periode in 2006 is het begrip “lokale educatieve agenda” geïntroduceerd bij gemeenten en schoolbesturen, als richtinggevend voor een vernieuwd lokaal onderwijsbeleid. De gemeentelijke taken in het onderwijsachterstandenbeleid zijn sinds 2006 verminderd terwijl er tegelijkertijd nieuwe ontwikkelingen ontstonden op andere lokale beleidsterreinen (o.a. WMO, operatie JONG). Met de LEA wordt een doorstart gemaakt in het lokale beleid waarbij gemeenten, schoolbesturen, peuterspeelzalen, kinderopvang en andere lokale partijen als maatschappelijke beleidspartners met elkaar omgaan. Gezamenlijk wordt een lokale agenda opgesteld en komt men tot een verantwoordelijkheids- en rolverdeling over diverse thema’s. Dergelijke thema’s zijn voor- en vroegschoolse educatie, vroegsignalering, schoolmaatschappelijk werk, veiligheid, brede scholen. Uit deze thema’s moet op lokaal niveau een keuze worden gemaakt, immers niet alle thema’s zijn voor Alblasserdam relevant en niet alles heeft prioriteit. In december 2008 wordt aan de raad een startnotitie LEA aangeboden, die de kaders vaststelt voor het lokale educatieve beleid. Vanuit bestaande en nieuwe beleidsontwikkelingen zijn de volgende thema’s voor Alblasserdam in ieder geval van belang: Onderwijsachterstanden Voor de uitvoering van het onderwijsachterstandenbeleid ontvangt de gemeente rijksvergoeding. Deze wordt ingezet voor de voor- en vroegschoolse educatie, waarbij in de peuterspeelzalen van WASKO gewerkt wordt met het ontwikkelingsstimuleringsprogramma Piramide. Tevens wordt op het consultatiebureau, de peuterspeelzalen, de kinderopvang, de bibliotheek en de onderbouw van de basisscholen gewerkt met het leesbevorderingsprogramma Boekenpret. In 2006 is een onderwijsachterstandenplan opgesteld voor de periode 2006-2010, waarin de uitvoeringsafspraken voor alle betrokken partners genoemd zijn. Brede scholen In de jaren ‘90 zijn de opvattingen over de functie van basisscholen gaan veranderen. Volgens deze opvatting dienen scholen meer te worden dan alleen een onderwijsinstituut. Door samenwerking met sociale en maatschappelijke instellingen, kinderopvang en sportverenigingen, kan het aanbod voor kinderen in het basisonderwijs worden verbreed. Uit experimenten in met name de grote steden (Rotterdam en Groningen) is het concept van brede scholen ontstaan. Inmiddels is “de brede school” een containerbegrip geworden, waardoor het belangrijk is om tot een eigen, lokale definiëring te komen. Alblasserdamse situatie Ook in Alblasserdam worden activiteiten ontplooid om te komen tot een breder aanbod voor scholen. Voor de voorbereidende fase is in 2005 een subsidie ontvangen vanuit het Europees Sociaal Fonds (ESF). Mede hierdoor hebben schoolbesturen via een convenant het initiatief genomen om nieuwe ontwikkelingen, waaronder de brede school, in gezamenlijkheid tegemoet te treden. De ESF-subsidie heeft een impuls gegeven aan het ontwikkelen van dag-
84
arrangementen, waarbij kinderen o.a. de mogelijkheid krijgen om deel te nemen aan naschoolse activiteiten. Na de voorbereidende fase in 2005-2006 zijn voor de ontwikkelingsfase twee subsidieaanvragen ingediend en toegekend. Voor de ontwikkeling en uitvoering van dagarrangementen is voor 2006-2008 een bedrag toegekend van ongeveer € 200.00. Met deze subsidie is een structureel overleg tot stand gekomen tussen de belangrijkste partners (gemeente, schoolbesturen, directie kinderopvang) waar inhoud en vorm van de brede scholen in Alblasserdam verder vorm krijgt. Parallel aan deze ontwikkelfase is dankzij de subsidie ook gestart met de uitvoeringsfase. In 2007-2008 heeft een groot deel van de basisschoolleerlingen deelgenomen aan naschoolse activiteiten (dans, schilderen, computerlessen, schaken enz.), soms gecombineerd met activiteiten onder schooltijd (muziek en dramatische expressie). Voor de stimulering van de sportcomponent in de brede school is voor 2006-2010 een subsidie toegekend van € 215.000,-. (BOS; Buurt-Onderwijs-Sport). Met deze subsidie worden onder andere naschoolse sportactiviteiten aangeboden aan de leerlingen. Het bestuurlijk (gemeentelijk en school) streven is dat elke basisschool samenwerkt met de kinderopvang en ten minste één andere organisatie (zgn A-varianten). Daar waar mogelijkheden zijn en het zinvol is kan deze A-variant uitgebreid worden met meer Wmo gerelateerde activiteiten waardoor een B-variant van de brede school ontstaat. Het multifunctionele centrum in wijk Kinderdijk is een voorbeeld van zo’n B-variant. Zorg in en rondom het onderwijs Vanaf 2011 moet elk schoolbestuur passend onderwijs kunnen bieden aan de leerlingen van haar school/scholen. Passend onderwijs is de ontwikkeling die het voor elke leerling mogelijk gaat maken optimaal gebruik te maken van de onderwijsvoorzieningen en alle ondersteuning die daarbij geboden kan worden. Dat zal gerealiseerd moeten worden door scholen op basis van een zorgplichtbepaling. Met die zorgplicht krijgt elk bestuur de opdracht om voor elke aangemelde of toegelaten leerling een passend onderwijsaanbod te bieden. Daarvoor zullen besturen in regionaal verband moeten gaan samenwerken. Want alleen samen is in elke regio een dekkend aanbod te realiseren waarmee elke leerling het onderwijs en de ondersteuning kan krijgen dat nodig is. Partijen als schoolbesturen, samenwerkingsverbanden, gemeenten, instellingen voor maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg zullen met elkaar in gesprek moeten komen en blijven, onder andere voor de vorming van Zorgadviesteams (ZAT). Naast bovengenoemde onderwerpen worden, in overleg met de andere LEA-partners, onderwerpen als schoolmaatschappelijke werk, veiligheid in de school en combinatiefuncties. Onderwerpen die niet zozeer tot de LEA behoren maar wel tot de gemeentelijke taak m.b.t. onderwijs zijn: 2. Leerlingenvervoer Leerlingenvervoer is een open einde regeling. De kosten voor het leerlingenvervoer dienen beheersbaar te blijven. Ook in 2009 wordt verder gewerkt aan deze beheersbaarheid. In Drechtstedenverband wordt onderzoek gedaan naar gezamenlijke aanbesteding en de opzet van een gezamenlijk indicatieloket. Desondanks moeten we wel rekening blijven houden
85
met aanmerkelijke kosten op dit onderdeel, vanwege een autonome, landelijke stijging van het aantal leerlingen dat van aangepast vervoer gebruikmaakt 3. Openbaar onderwijs Eind 2005 kwam een abrupt einde aan de bestuurlijke fusie tussen het openbare basisonderwijs van Sliedrecht en het openbare basisonderwijs van Alblasserdam. Sinds die tijd ligt het bestuur van de Alblasserdamse scholen voor basisonderwijs weer bij ons college. Een situatie die we sinds 1992 niet meer kenden. In verband hiermee maakt de onderwijsbegroting van de openbare scholen weer integraal onderdeel uit van de gemeentebegroting. De onderwijsbegroting speelt zich met uitzondering van de kosten voor administratie, beheer en bestuur (ABB) af binnen de vergoeding van het ministerie van onderwijs. Samen met de scholen wordt uitvoering gegeven aan het destijds opgestelde onderzoeksrapport door de schoolbegeleidingsdienst Zeeland. Uit de eerste rapportage (januari 2008) bleek dat een voornemen bestond tot verzelfstandiging per 1-1-2009. Kortgeleden is een tweede rapportage opgesteld waaruit blijkt dat verzelfstandiging per 1-1-2010 realistischer is. In de periode september 2008 tot en met september 2009 zal de voorbereiding op deze verzelfstandiging uitgewerkt moeten worden. Besluitvorming kan dan in de periode oktober 2009 tot december 2010 plaatsvinden. In de begroting 2009 is met deze begeleidingskosten, die naar verwachting € 20.000,-- zullen bedragen rekening gehouden. 4. Huisvesting Vanuit de verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur voor de huisvesting van de scholen kiezen wij voor een stevige investering in de onderwijshuisvesting. Hierbij gaan wij uit van spreiding voor onderwijsvoorzieningen en aanvullende voorzieningen op basis van de volgende uitgangspunten: 1. De spreiding betreft zowel voorzieningen als denominaties. 2. De spreiding van de voorzieningen vindt evenwichtig plaats over de wijken Kinderdijk, Centrum en Dam Noord – Oost. 3. De spreiding vindt plaats niet alleen op basis van de demografische gegevens van dit moment maar ook op de demografische gegevens zoals die over 10 á 15 jaar vermoedelijk zullen gelden 4. De spreiding heeft betrekking op onderwijs, kinderopvang, sportvoorzieningen en Wmo-voorzieningen 5. Voor de inhoudelijke vormgeving wordt uitgegaan van de ‘4-lagenstructuur’ in volgorde van belangrijkheid Onderwijs Kinderopvang Sport Overige Wmo - functies / maatschappelijke benutting 6. De spreiding van de aanvullende voorzieningen vindt plaats over bestaande en nieuwe onderwijsvoorzieningen
86
Op deze wijze wordt vanuit de samenwerking tussen gemeente, schoolbesturen, directie kinderopvang en eventuele andere partners de inhoud gedefinieerd die gestalte krijgt in de huisvesting. Dit leidt tot de vorming van brede scholen. 5. WEB en WI De Wet Educatie Beroepsonderwijs wordt vanaf 2007 uitgevoerd door de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden. Onder WEB vallen de door de overheid gefinancierde cursus- en onderwijsactiviteiten die niet tot het reguliere basisonderwijs, beroepsonderwijs of voortgezet onderwijs behoren. Concreet gaat het om funderende educatie (basiskennis en vaardigheden), voortgezet algemeen volwassenenonderwijs, Nederlands als tweede taal, vormingswerk e.d. De Wet Inburgering wordt uitgevoerd door de SDD, deze dienst is hiermee verantwoordelijk voor het educatieve deel dat bij inburgering hoort.
8.4 Wat gaan we daarom concreet doen? 1. Lokale educatieve agenda (LEA) Opstellen startnotitie raad en als vervolg daarop het lokale educatieve beleid opstellen en uitvoeren. Parallel daaraan wordt aandacht besteed aan de reeds in gang gezette ontwikkelingen: Onderwijsachterstanden Uitvoeren van het onderwijsachterstandenplan (met name voor- en vroegschoolse educatie) Brede school •
Uitvoeren van het Masterplan brede scholen Alblasserdam
•
Verdere uitwerking van brede scholen via de lokale educatieve agenda
Zorg in en rondom het onderwijs •
Uitvoering wettelijke verplichtingen t.a.v. passend onderwijs, met name vorming ZAT
•
Verdere uitwerking van zorg in en om het onderwijs via de lokale educatieve agenda
2. Leerlingenvervoer •
Uitvoering verordening leerlingenvervoer
•
Onderzoek in Drechtstedenverband naar kostenbesparende maatregelen
•
Communicatie met alle betrokkenen: ouders, scholen, vervoerder
3. Openbaar Onderwijs •
Uitvoeren van het plan van aanpak Verzelfstandiging bestuur Openbaar Onderwijs
87
4. Huisvesting •
Huisvestingsverordening aanpassen en uitvoeren
•
Voorbereiden en uitvoeren project nieuwbouw Het Palet
•
Voorbereiden en uitvoeren project nieuwbouw ’t Nokkenwiel in MFC wijk Kinderdijk
•
Voorbereiden project nieuwbouw Ds. J. Beukelmanschool.
7.5 Wat mag het kosten? Bedragen x € 1.000
Programma Onderwijs rekening begroting begroting 2007 2008 2009 Openbaar onderwijs Openbaar onderwijs, onderwijshuisvesting Bijzonder basisonderwijs Bijzonder basisonderwijs onderwijshuisvesting Openbaar voortgezet onderwijs, onderwijshuisvesting Gemeenschappelijke lasten van het onderwijs Gymlokalen Kinderopvang
Totaal programma Onderwijs
88
mutaties meerjarenraming 2010 2011 2012
466 180 256 489
463 273 279 564
191 170 250 514
171 374 250 507
170 379 250 501
170 378 250 494
979 1.055 51
270 697 35
24 1.017 40 49
20 1.007 40 49
14 997 40 49
14 994 40 49
3.476
2.581
2.256
2.418
2.401
2.389
Programma 9 • Algemene dekking en onvoorzien 9.1 Gegevens Dit programma heeft betrekking op alle algemene inkomsten van de gemeente en de stortingen en onttrekkingen aan reserves. In andere onderdelen van de begroting komen deze zaken afzonderlijk terug. Commissie Commissie Bestuur Portefeuillehouder Wethouder J.M. Dekker
Financiën
Dit programma is niet een programma zoals door de raad gedefinieerd bij het opstellen van de programma’s. Dit programma is een verzameling van een aantal onderdelen. De voornaamste posten die hieronder vallen zijn de algemene uitkering en de opbrengsten uit de OZB. Tevens worden de onttrekkingen uit en de toevoegingen aan reserves op dit programma verantwoord. Het streven om te komen tot een begroting die structureel over de begrotingsperiode in evenwicht is. Ook het verder opbouwen van het weerstandsvermogen is hiervan onderdeel. Het belastingbeleid vormt een belangrijke exponent om extra inkomsten te genereren. Een verdere uitwerking van dit programma heeft niet plaatsgevonden omdat de meeste onderdelen zijn terug te vinden in de paragrafen (in de paragraaf lokale heffingen en weerstandsvermogen). Ook in de aanbiedingsbrief in verschillende hoofdstukken wordt op onderdelen van dit programma teruggegrepen. Van de ontwikkeling van de algemene uitkering is voor alle jaren een bijlage bijgevoegd. Met deze bedragen is in de begroting rekening gehouden. In de ozb is voor de jaarschijf 2009 rekening gehouden met een verhoging van de ozb met 5%. Dit is overeenkomstig eerdere besluitvorming. Met de voorstellen, zoals verwoord in hoofdstuk 4 is hiermee nog geen rekening gehouden. In het meerjarenperspectief is geen rekening gehouden met een verhoging. Dit heeft vooral te maken met het uitgangspunt dat in het meerjarenperspectief met constante prijzen is gerekend. Voor de algemene uitkering zijn we afhankelijk van het rijksbeleid. In de begroting is rekening gehouden met de septembercirculaire 2008. Hierdoor laat de uitkering een forse stijging zien. In dit programma is een post onvoorzien opgenomen van € 65.000 om incidentele tegenvallers in loop van het jaar op te vangen. Tenslotte komen in dit programma de stortingen in en onttrekkingen aan de reserves terug. In de samenvatting en hoofdstuk 7 van de aanbiedingsbrief wordt hier afzonderlijk op ingegaan, waarnaar we kortheidshalve verwijzen.
89
9.2 Wat mag het kosten? Bedragen x €1.000
Programma Algemene dekking rekening 2007 Nutsbedrijven Financiering kort Beleggingen Bespaarde rente Algemene uitkering Algemene baten en lasten WOZ-adminsitratie Baten onroerende- zaakbelasting gebruikers Baten onroerende- zaakbelasting eigenaren Baten hondenbelasting Baten precariobelasting Lasten heffing en invordering gemeentelijke belastingen Lastenverlichting rijk Saldo van kostenplaatsen Saldo van baten en lasten Mutaties reserves
Totaal programma Algemene dekking
begroting begroting 2008 2009
-818 -271 -233 -870
-518 -286 -68 -614
-12.437 347
-13.005 -89
-374
-604
-2.287 -59 -39
-2.518 -57 -26
32
49
mutaties meerjarenraming 2010 2011 2012
-518 -90 -48 -770
-518 -518 -518 0 0 0 -48 -48 -48 -770 -770 -770 -16.628 16.725 16.771 16.976 100 497 639 805 95 95 95 95 -655
-676
-698
-721
-2.709 -2.777 -2.845 -2.916 -66 -66 -66 -66 -26 -26 -26 -26 49 0
51 0
51 0
51 0
0 909
0 -282
0 -14
0 232
250 -1.242
4.498
-18.001
-13.239
90
-20.357 21.245 20.972 20.859
Paragraaf 1 • Bedrijfsvoering Om de dienstverlening van de gemeente en de in deze begroting opgenomen programma’s volgens afspraak uit te kunnen voeren, dient de bedrijfsvoering op orde te zijn. Het gemeentebestuur en de inwoners moeten kunnen vertrouwen op een ambtelijke organisatie die efficiënt, effectief en rechtmatig opereert. Voor de bedrijfsvoering in 2009 zijn twee ontwikkelingen van belang: • regionalisering: de verdere uitwerking van Service Centrum Drechtsteden (SCD) dat met ingang van 1 april 2008 is gestart; • de bestendiging van bedrijfsvoeringsaspecten van de bestuurskracht van Alblasserdam waaraan het plan van aanpak verbetering bedrijfsvoering ook een bijdrage levert. Daarom richt Alblasserdam zich, op het vlak van bedrijfsvoering, in het komende jaar met name op: • Vormgeving en invulling opdrachtgeverschap richting SCD; • Het verder versterken van de planning- en controlcyclus: plan van aanpak bedrijfsvoering; • Het ontwikkelen van Human Resource Management (= HRM); • Het investeren in de (e-)dienstverlening (zie ook programma bestuur); • Het doorontwikkelen van ICT en informatisering. SCD Bijna alle bedrijfsvoeringsonderdelen zijn per 1 april 2008 ondergebracht binnen het SCD van de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden. Het SCD levert diensten op het gebied van Financiën, Informatisering, Automatisering, Documentaire Informatievoorziening, Communicatie, Inkoop, Personeel en Organisatie, Facilitaire zaken en Juridische zaken. Bij deze wijze van organisatie is het voeren van regie, op zodanige wijze dat de opdrachtgevers- en eigenaarrol goed tot zijn recht komt, onmisbaar. Het versterken en de borging van het opdrachtgeverschap in 2009 staat om deze reden dan ook prominent op de agenda. Plan van aanpak verbetering Bedrijfsvoering in 2009 In het voorjaar van 2008 is het plan van aanpak verbetering bedrijfsvoering opgesteld. In 2008 zijn veel verbeteringen tot stand gekomen zoals de vaststelling van de nota grondbeleid, de herijking van de planning en controlcyclus, de nota reserves en voorzieningen, invoering regeling voor budgethouderschap en de doorlichting van de beheersplannen openbare ruimte. Deze opgaande lijn dient in 2009 te worden voortgezet. Voor het jaar 2009 is de inzet om met de jaarrekening 2009 aan de wettelijke eis van rechtmatigheid te voldoen. Vanaf 2005 geldt de eis van de zogenoemde rechtmatigheidverklaring bij de jaarrekening van de accountant. Tot en met de jaarrekening 2007 is het de gemeente niet gelukt om een dergelijke verklaring te krijgen. Dit in tegenstelling tot vele andere gemeenten. Het vraagt een brede inzet van de organisatie om hieraan te voldoen.
91
In het plan van aanpak bedrijfsvoering staan in 2009 de volgende projecten opgenomen: • Uitvoeren interne controle en het maken van procesbeschrijvingen (looptijd juni 2008 tot juni 2009) mede in het licht van de rechtmatigheid; e
• Invoering verplichtingenadministratie (2 kwartaal 2009); • Optimalisatie urenadministratie (vanaf 1 januari 2009). Tenslotte wordt op twee momenten in het jaar de financiële positie van de gemeente, zowel terugblikkend als vooruitkijkend, voorgelegd: een Jaarrekening 2008 (juni) en een eerste bestuursrapportage 2009 die geïntegreerd is in de Perspectiefnota 2010 (juni) en in de maand november een tweede bestuursrapportage 2009 en de meerjarenprogrammabegroting 2010 - 2013. Organisatieontwikkeling Voor 2009 zijn geen ingrijpende structuurveranderingen ingepland. De reeds in 2007 en 2008 gevormde afdelingen zullen zich verder gaan ‘zetten’. Op onderdelen kunnen nog wel regionale ontwikkelingen van invloed zijn, bijvoorbeeld in het domein van de dienstverlening (zie ook programma bestuur). Verder is de verwachting dat de bestuurlijke samenwerking zich in 2009 zal intensiveren waaronder de organisatorische samenwerking tussen de noordelijke Drechtsteden. Deze samenwerking richt zich op het gebied van ruimtelijke ordening, brandweer(organisatie), rampenbestrijding en de invulling van de contramalfunctie SCD. Een andere opgave voor 2009 is het verder werken aan de professionaliteit en kwaliteit van het management en de medewerkers. Het gaat hierbij om stimuleren van transparantie, resultaatgerichte samenwerking (onder meer in projectmatig werken) en juiste rolneming. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van coachingstrajecten en opleidingen. Ook binnen functioneringsgesprekken zullen dit punten van aandacht zijn. Formatie Op 1 januari 2008 bestond de personeelsformatie van de gemeente Alblasserdam uit 125,0 formatie-eenheden (fte). Sinds de vorming van het SCD (1 april 2008) bestaat de personeelsformatie uit 104,52 te. Deze formatie geldt ook als uitgangspunt in de begroting 2009. Het gemiddelde ziekteverzuimpercentage over het jaar 2007 bedroeg 3,9%. Voor 2008 is dit percentage nog niet berekend. Voor 2009 streven wij ernaar om het ziekteverzuimpercentage op hetzelfde ‘lage’ niveau van 2007 te houden. Tenslotte zal eind 2009 in Alblasserdam - net als bij vele andere organisaties in Drechtstedenverband - het principe van ‘functiefamilies’ worden geïntroduceerd. Dit betekent dat de functies in functiefamilies worden gebundeld met generieke functiebeschrijvingen. Human Resource Programma 2009-2010 (HRM) Een van de doelstellingen in Drechtstedenverband is om in 2009 vanuit een gedeelde HRMvisie een gemeenschappelijk HRM-programma uit te voeren waarin voor de regio de volgende HRM-thema’s zijn geprioriteerd:
92
1. Een transparant functiehuis als input voor loopbaan en mobiliteit; 2. Ontwikkelen van arbeidsmarktbeleid en verbeteren van werving & selectie, inclusief het vormgeven van traineeships, gericht op het aantrekken en behouden van goed gekwalificeerde medewerkers; 3. Versterken personeelsgesprekken, zodat iedere medewerker weet wat er van hem wordt verwacht en welke ontwikkeling daarbij nodig is; 4. Het verbeteren van resultaten en prestaties o.a. door houding en gedrag (invoering Competentiemanagement); 5. Versterken van Leiderschap; 6. Intensiveren van Opleiding en Ontwikkeling t.b.v. doorstroom en mobiliteit; 7. Bevorderen van een gezond werkklimaat. Regionale (en lokale) besluitvorming omtrent de HRM-visie en het onderliggende programma is eind 2008 / begin 2009 voorzien. Zodra het HRM-programma een feit is, vindt lokale doorvertaling voor Alblasserdam plaats. Juridische kwaliteitszorg Als gevolg van de regionalisering in Drechtsteden wordt eind 2008 bij de concernstaf juridische control ingevoerd die zich richt op het opdrachtgeverschap voor producten en uitvoerende werkzaamheden van het Juridisch kenniscentrum van het SCD en op de bewaking van de kwaliteit van de geleverde producten of diensten. Verder wordt gestart met invoering van juridische kwaliteitszorg: in het 3e kwartaal van 2009 wordt de nota verbonden partijen aan de raad aangeboden. De eventuele hierop gebaseerde vervolgacties zullen eind 2009 / begin 2010 worden ingevoerd. Informatisering en automatisering In 2008 heeft de raad ingestemd met deelname aan het IP&A deelprogramma IB ‘integratie en vernieuwing regionale ICT- infrastructuur’ en met het IP&A deelprogramma II ‘Regionale Informatievoorziening’. De hiermee gepaard gaande kosten zijn in deze meerjarenprogrammabegroting verwerkt. Door deelname aan het IP&A programma heeft Alblasserdam in 2008 een aantal wettelijk uit te voeren projecten opgestart die ook doorlopen in 2009 en verder. Het gaat om projecten als 3
4
de WKPB (invoeringsdatum 1-7-2009), de WABO (1-1-2010), meerjarige invoering 5
6
7
Basisregistraties , de nWRO (1-7-2009) en de WION (1-10-2009). Vooral de invoering van de Basisregistraties heeft ingrijpende gevolgen voor de gemeenten. Dat komt onder andere omdat alle elektronische systemen de opgeslagen informatie moeten 3
WKPB: Wet Kenbaarheid Publiekrechtelijke Beperkingen
4
WABO: Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht 5 Basisregistraties hebben tot doel dat de burger slechts eenmalig bepaalde gegevens hoeft op te geven bij zijn contact met de overheid. In alle contacten daarna worden deze basisregistraties als uitgangspunt gebruikt. Om dit te bewerkstelligen zullen deze registraties centraal beheerd gaan worden en worden alle overheidsorganisaties wettelijk verplicht gesteld gebruik te maken van deze registraties. 6
nWRO: nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening
7
WION: Wet Informatie uitwisseling Ondergrondse Netten
93
kunnen uitwisselen, binnen de gemeentelijke organisatie, maar ook op landelijk niveau. De gemeentelijke informatievoorziening staat voor een complexe vernieuwingsslag, met een vergaande in- en externe integratie van de gegevenshuishouding en met omvangrijke - en onderling samenhangende - invoeringstrajecten. Ook zullen in 2009 de regionale lopende projecten in Alblasserdam worden ingevoerd: • het digitaliseren van werkprocessen (doorlopend); • inrichting van de internetsite op het concept de gemeente heeft Antwoord © (start in 2009); • uitrol van de uniforme werkplek (vierde kwartaal 2009); • organisatiebrede dossiervorming via Mozaïek-mappen (eerste kwartaal 2009); • ondersteuning van de huisstijl (tweede kwartaal 2009); • standaardisering van een Geografisch Informatie Systeem (derde kwartaal 2009). De twee eerstgenoemde punten hebben een nadrukkelijke relatie met de visie op dienstverlening en hebben het karakter van een doorlopende ontwikkeling. Naast genoemde IP&A projecten zijn er ook nog lokale ICT projecten in 2009 voorzien, welke voortkomen uit het verder professionaliseren en doorontwikkelen van bestaande applicaties maar ook uit de diverse afdelingsplannen. Het betreft onder andere: • verbetering begraafplaatsapplicatie (1e kwartaal 2009); • digitalisering van de aktes Burgerlijke Stand (eerste kwartaal 2009); • invoering applicaties voor afdeling Buitenruimte/realisatie (eerste kwartaal 2009); • voorbereiden GBA-audit 2010 (4e kwartaal 2009); • Ontwikkeling lokaal ICT Beleid voor ‘het werken onder informatie-architectuur’ en ‘informatiebeveiliging’ (derde kwartaal 2009). Om bovenstaande projecten te beheren en beheersen is in de concernstaf een ICT-control functie ingericht om de verbinding tussen vakafdelingen, het IP&A programma en lokale ICT beleid te borgen. Tenslotte zal in 2009 worden gestart met de ontwikkeling van lokaal ICT beleid.
94
Paragraaf 2 • Financiering De uitvoering van de gemeentelijke financieringsfunctie dient plaats te vinden binnen de kaders zoals gesteld in de Wet financiering decentrale overheden (Wet fido). In deze wet staan vooral transparantie en risicobeheersing centraal. De transparantie komt daarbij tot uitdrukking in voorschriften voor een verplicht Treasury Statuut alsmede een treasury- c.q. financieringsparagraaf in begroting en rekening. De risicobeheersing binnen de Wet fido richt zich op renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Het begrip treasury kan worden gedefinieerd als het besturen en beheersen, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Meer concreet gaat het om financiering van het beleid tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden, het te allen tijde zorgen voor voldoende liquide middelen, waarbij een tijdelijk overschot tegen een zo hoog mogelijk rendement wordt belegd, en het daarbij afdekken van met name rente- en kredietrisico’s. Treasury onderscheidt zich van de reguliere control door de focus op feitelijke kasstromen in plaats van te redeneren in termen van baten en lasten. Benadrukt wordt dat de doelstelling van de treasuryfunctie van de gemeente Alblasserdam is dat deze uitsluitend de publieke taak dient en dat een prudent beleid gevoerd wordt binnen de kaders die zijn gesteld in de Wet fido.
3.1 Interne ontwikkelingen Met ingang van april 2008 heeft de gemeente de advisering over en de uitvoering van haar financieringsbeleid overgedragen aan het Servicecentrum Drechtsteden. Eén van de treasuryspeerpunten voor 2009 zal bestaan uit het realiseren van een integrale gemeentelijke liquiditeitenplanning. Op basis van een dergelijke planning kunnen betere financieringsbeslissingen worden genomen. Het maken van een liquiditeitenplanning zal een co-productie zijn van gemeente en Servicecentrum waarbij de broninformatie door de gemeente wordt aangeleverd, welke daarna door het Servicecentrum in een schema wordt verwerkt en actueel gehouden.
3.2 Externe ontwikkelingen Wettelijk kader Van de Wet fido, welke dateert uit 2001, is in 2006 een evaluatie gestart. Deze evaluatie is begin 2008 afgerond. Het zal naar verwachting echter nog tot eind 2008 duren voordat het wetstraject is afgerond. De geactualiseerde Wet fido zal dan ook naar verwachting per 1 januari 2009 van kracht worden. Omdat de Wet fido in grote lijnen goed bleek te functioneren zullen de aanpassingen beperkt zijn. Naast enkele andere wijzigingen springen de volgende zaken het meest in het oog: • Het verbod om voortaan nog hypotheken of garanties te verstrekken aan personeel en politieke ambtsdragers;
95
• Een gewijzigde berekening van de renterisiconorm; het renterisico wordt voortaan gerelateerd aan het begrotingstotaal; • Het toezicht in het kader van de wet wordt vereenvoudigd en zal worden ingebed in het reguliere begrotingstoezicht. Als onderdeel hiervan zal de plicht tot het per kwartaal inzenden van een rapportage inzake de kasgeldlimiet vervallen; • Een gewijzigde definitie van het begrip begrotingstotaal. Economische omgeving De uitoefening van de financieringsfunctie is afhankelijk van de rente-ontwikkeling. De renteontwikkeling is op zijn beurt een afspiegeling van het economische klimaat en de verwachtingen daarvoor. Op dit moment staan enkele belangrijke economische signalen op oranje. Bijvoorbeeld, de economische groei lijkt, in internationaal perspectief, af te vlakken en er is sprake van hoge inflatie. De oplopende prijsniveaus dragen vervolgens weer bij aan een afnemend consumentenvertrouwen. Daarnaast is de internationale financiële wereld in de ban van de kredietcrisis. Deze crisis heeft een sterk verhogend effect gehad op de korte rente door de hogere risico-opslag die geldverstrekkers hanteren. Mede onder invloed van deze zaken was er ten tijde van de opstelling van deze begroting sprake van een situatie waarbij de korte rente hoger is dan de lange rente (inverse rentestructuur). Het Servicecentrum houdt rentestanden, -ontwikkelingen en –verwachtingen nauwlettend in de gaten en maakt daarbij gebruik van verschillende informatiekanalen. Voor inzicht in de actuele markttarieven heeft het Servicecentrum toegang tot BNG Marktinformatie en Reuters (internationaal financieel persbureau). Daarnaast maakt het Servicecentrum via open bronnen gebruik van marktvisies van grootbanken. Aldus wordt voor het komen jaar de volgende ontwikkeling verwacht, waarbij benadrukt moet worden dat dit een momentopname is die dagelijks wijzigt. Tabel 1 Renteverwachting Actueel ten tijde van opstelling begroting 2009
Gemiddelde verwachting grootbanken van stand over 1 jaar
Toe-/afname
Korte rente (3-maands Euribor)
4,96%
4,35%
-0,61%
Lange rente (10-jaars IRS)
4,63%
4,87%
0,24%
Spread
-0,33%
0,52%
0,85%
Omschrijving
Zoals uit bovenstaande tabel blijkt verwachten grootbanken binnen de termijn van één jaar een herstel naar een normale rentestructuur. De korte rente zal naar verwachting dalen als gevolg van een afnemende risico-opslag. De verwachte aanhoudende hoge inflatie is daarentegen de drijvende kracht achter de voorziene toename van de lange rente.
96
3.3 Financieringspositie Financiering activa De activa van de gemeente Alblasserdam zullen per begin 2009 naar verwachting als volgt gefinancierd zijn: Tabel 2 Financieringspositie per 1-1-2009 Bedragen * € 1 miljoen Omschrijving
Bedrag per 1-1-2009
Totale boekwaarde investeringen Investeringen Vaste financieringsmiddelen: Reserves en voorzieningen Langlopende leningen
€ €
€ €
60,8 2,0
€
49,8
€
13,0
15,7 34,1
Financieringstekort
Interne rente Voor de interne doorberekening van de rentekosten naar de investeringen hanteert de gemeente Alblasserdam een percentage van 5%. De gemeente hanteert hierbij met ingang van 2009 op basis van de nota reserves en voorzieningen geen egalisatie meer.
3.4 Leningenportefeuille Opgenomen langlopende leningen Onderstaande tabel geeft inzicht in het verwachte verloop van de leningportefeuille in 2009: Tabel 3 Mutaties leningenportefeuille OG 2009 Bedragen * € 1.000,-
Omschrijving
Bedrag
Stand per 1 januari 2009 Nieuwe leningen Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Rente-aanpassing (oud percentage) Rente-aanpassing (nieuw percentage)
€ € € € € €
34.145 3.500 5.548 -
Stand per 31 december 2009
€
43.193
97
Gemiddeld percentage
De behoefte om eventueel aanvullende langlopende financiering op te nemen blijkt uit een liquiditeitenplanning. Zie hiervoor verder onder Kasbeheer. Uitzettingen Onder uitzettingen worden verstrekte langlopende geldleningen en beleggingen verstaan. De gemeente Alblasserdam heeft de volgende uitzettingen: Tabel 4 Mutaties uitzettingen 2009 Bedragen * € 1.000,-
Omschrijving Verstrekte geldleningen: Stand per 1 januari 2009 Nieuwe leningen Reguliere aflossingen Vervroegde aflossingen Rente-aanpassing (oud percentage) Rente-aanpassing (nieuw percentage) Stand per 31 december 2009
Gemiddeld percentage
Bedrag
€ €
12.268 2.228-
€
10.040
Beleggingen: Stand per 1 januari 2009 Afloop/expiratie Herbeleggingen Nieuwe beleggingen Stand per 31 december 2009
€
-
Totaal uitzettingen per 31 december 2009
€
10.040
3.5 Risicobeheersing Zoals eerder benoemd vormt risicobeheersing één van de pijlers van de Wet fido. In de navolgende onderdelen wordt ingegaan de risicoaspecten die verbonden zijn aan de uitvoering van de gemeentelijke treasuryfunctie. In beginsel kunnen deze worden onderscheiden in renterisico’s, kredietrisico’s, koersrisico’s en valutarisico’s. Voor gemeente Alblasserdam is de laatste niet van toepassing. Daarnaast kan een informatierisico worden benoemd, te weten het risico dat relevante informatie niet tijdig of volledig bij de treasuryafdeling onder aandacht wordt gebracht. Renterisico Renterisico’s worden binnen de Wet fido onderscheiden in het renterisico van de vlottende schuld en het renterisico van de vaste schuld. Voor beide heeft de wet een eigen norm ontwikkeld:
98
Kasgeldlimiet Met de kasgeldlimiet is in de Wet fido een norm gesteld voor het maximum bedrag waarop de gemeente haar financiële bedrijfsvoering met kortlopende middelen (looptijd < 1 jaar) mag financieren. Deze norm bedraagt 8,5 % van het begrotingstotaal aan lasten vóór bestemming, dus met uitzondering van stortingen in reserves. Indien hierbij de kasgeldlimiet bij herhaling wordt overschreden dient er geconsolideerd te worden ofwel moet één en ander worden omgezet in een langlopende lening. Voor 2009 kan de kasgeldlimiet voor de gemeente Alblasserdam als volgt worden bepaald: Tabel 5 Berekening kasgeldlimiet 2009
Bedragen * € 1.000,Berekening kasgeldlimiet 2009: Begrotingstotaal
€
Relevant percentage Kasgeldlimiet
63.651 8,5%
€
5.410
We verwachten in 2009 binnen de kasgeldlimiet te opereren. Renterisiconorm De Wet fido definieert vaste schuld als opgenomen geldleningen met een rentetypische looptijd groter of gelijk aan 1 jaar. Van renterisico is sprake indien er onzekerheid bestaat rond toekomstige renteniveaus. Deze situatie doet zich op de volgende momenten voor: • bij variabel rentende leningen; • indien een toekomstige financieringsbehoefte nog niet afgedekt is; • bij naderende rente-aanpassingen van leningen. Het doel van de renterisiconorm is om overmatige afhankelijkheid van het renteniveau in één bepaald jaar te voorkomen, één en ander ter bescherming van de gemeentelijke financiële positie. Met deze norm bevordert de Wet fido een solide financieringswijze bij openbare lichamen. De wet beoogt hiermee een bijdrage te leveren aan de uitstekende kredietwaardigheid van openbare lichamen op de kapitaalmarkt. Op basis van de nog geldende Wet fido bedraagt de renterisiconorm 20% van de verwachte stand van de vaste schuld per 1 januari van het begrotingsjaar. De redenering achter deze norm is als volgt: de Wet fido acht het renterisico aanvaardbaar in de tijd gespreid indien in een bepaald jaar niet meer dan 20% van per 1 januari geldende restschuld van opgenomen leningen aan renteaanpassing onderhevig is. Op grond van de huidige Wet fido kan de volgende beoordeling van de renterisiconorm worden gemaakt:
99
Tabel 6 Renterisiconorm 2009
Bedragen * € 1.000,Omschrijving
Bedrag
1a Renteherziening vaste schuld OG 1b Renteherziening vaste schuld UG 2 Netto rente-herziening vaste schuld (1a -1b)
€ € €
-
3a Nieuw aangetrokken vaste schuld 3b Nieuw verstrekte lange leningen 4 Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a - 3b)
€
3.500
€
3.500
€ € €
5.548 3.500 3.500
€ €
34.146 20% 6.829
€ € €
6.829 3.500 3.329
5 Betaalde aflossingen 6 Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 7 Renterisico op vaste schuld (2 + 6) Renterisiconorm: 8 Stand vaste schuld per 1 januari 9 Percentage cf. ministeriële regeling 10 Renterisiconorm (8 * 9): Toets renterisiconorm: 10 Renterisiconorm 7 Renterisico op vaste schuld 11 Ruimte (+) / Overschrijding (-); (10 - 7)
Uit voorgaande opstelling blijkt dat de gemeente Alblasserdam in 2009 voldoet aan de renterisiconorm. In meerjarenperspectief verwacht de gemeente geen overschrijding van deze norm. De nog vast te stellen geactualiseerde Wet fido relateert het renterisico voortaan aan het begrotingstotaal c.q. budgettaire risico. Voor de gemeente Alblasserdam zou deze nieuwe berekening als volgt luiden: Tabel 7 Renterisiconorm 2009 cf. nieuwe berekeningswijze
Bedragen * € 1.000,Omschrijving
Bedrag
Renterisiconorm: Begrotingstotaal Percentage regeling Renterisiconorm:
€
Toetsing renterisico aan norm: Renteherziening Aflossingen Renterisico: Renterisiconorm: Ruimte / Overschrijding (-)
100
€
63.651 20% 12.730
€ € € € €
5.548 5.548 12.730 7.182
Gespiegeld aan de toekomstige berekeningwijze zal gemeente Alblasserdam eveneens voldoen aan de renterisiconorm. Kredietrisico Kredietrisicobeheersing richt zich op de kredietwaardigheid (en dus risicoprofiel) van de tegenpartijen bij financiële transacties. Kredietrisico’s kunnen zich op twee manieren manifesteren. Ten eerste is er het risico dat wordt gelopen uit hoofde van door de gemeente verstrekte leningen en uitgezette beleggingen. Daarnaast is een kredietrisico verbonden aan gemeentelijke borgstellingen. Kredietrisico op leningen en beleggingen Het kredietrisico wordt door de Wet fido beperkt door minimale eisen te stellen aan de kredietwaardigheid van tegenpartijen en de verplichte hoofdsomgarantie bij beleggingen. De hiervoor in tabel 4 gespecificeerde uitzettingen kunnen als volgt worden gerubriceerd naar risicocategorie: Tabel 8 Specificatie uitzettingen naar risicocategorie
Bedragen * € 1.000,Verwachte stand per Specificatie leningen en beleggingen naar risicogroep: Gemeenten / Provincies Overheidsbanken Woningcorporaties met garantie WSW Semi-overheidsinstellingen Financiële instellingen (A en hoger) Overige toegestane instellingen volgens Treasurystatuut Niet-toegestane instellingen volgens Treasurystatuut Totaal
1-1-2009
% per eind 2009
31-12-2009
€ € € € €
412 11.856 -
€ € € € €
353 9.687 -
3,5% 0,0% 96,5% 0,0% 0,0%
€
-
€
-
0,0%
€ €
12.268
€ €
10.040
0,0% 100,0%
Kredietrisico ten aanzien van borgstellingen (gemeentegaranties) Borgstellingen kunnen op twee manieren voorkomen: • directe borgstelling en • achtervang. Bij directe borgstellingen staat de gemeente jegens geldgevers borg voor de betaling van rente en aflossing op langlopende geldleningen die door lokale organisaties, instellingen of verenigingen zijn aangetrokken die veelal activiteiten verzorgen welke in het verlengde liggen van de gemeentelijke publieke taak. Achtervang houdt in dat de gemeente, al dan niet samen met het Rijk, een rol speelt in de zekerheidsstructuur van een waarborgfonds, bijvoorbeeld de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Door deze structuur kunnen instellingen die bij een waarborgfonds zijn aangesloten tegen de laagste rente lenen. Mede vanwege de strenge toelatingscriteria
101
en periodieke toetsing door het fonds loopt de gemeente hierbij een veel lager risico dan bij directe borgstellingen. De verwachting van de ontwikkeling van de borgstellingen van Alblasserdam gedurende 2009 luidt als volgt: Tabel 9
Specificatie borgstellingen per categorie
Bedragen * € 1.000,Verwachte stand per Specificatie gemeentelijke borgstellingen naar categorie: Directe borgstellingen Instellingen Verenigingen Verbonden partijen Overigen
Achtervang WSW (woningcorporaties) WEW (particulier woningbezit) Totaal
1-1-2009
31-12-2009
% per eind 2009
€ € € € Subtotaal €
3.479 161 5.000 1.514 10.154
€ € € € €
3.479 161 5.000 1.514 10.154
9,6% 0,4% 13,8% 4,2% 27,9%
€ €
26.702 -
€ €
26.189 -
72,1% 0,0%
€
36.856
€
36.343
100,0%
Kasbeheer Met ingang van 1 april 2008 vindt het betalingsverkeer van Alblasserdam volledig plaats vanuit het Servicecentrum Drechtsteden. Dit betreft het beheer van het gemeentelijke rekeningstelsel, het coördineren van bevoegdheden en het verrichten van feitelijke betalingen. De gemeente was, is en blijft daarbij overigens eigenaar van de betreffende bank- en girorekeningen. De Bank Nederlandse Gemeenten is huisbankier van de gemeente Alblasserdam. Daarnaast heeft de gemeente betalingsverkeerrelaties met ABN AMRO Bank en Postbank. Vanuit het centrale beheer verzorgt het Servicecentrum ook de saldoregulatie. Dit betekent dat tekorten of overschotten in rekening courant vanuit het Servicecentrum worden aangevuld respectievelijk uitgezet. Deze saldoregulatie vindt veelal plaats door het opnemen van kasgeldleningen of het uitzetten van deposito’s op de geldmarkt. Het netwerk van het Servicecentrum op de geld- en kapitaalmarkt waarborgt dat deze transacties tegen de meest gunstige voorwaarden worden aangegaan. Een hulpmiddel bij de saldoregulatie is de liquiditeitenplanning. Vanuit het Servicecentrum zal deze planning, in een meerjarige vorm, worden geactualiseerd. Op grond van het beeld dat daar uit naar voren komt zal worden bezien of aanvullende financiering moet worden opgenomen en voor welke termijn die behoefte zal gelden.
102
Informatievoorziening Periodiek zal vanuit de gemeente overleg worden gevoerd met het Servicecentrum Drechtsteden over de uitvoering van de treasuryfunctie. Voor zover relevant zullen door het Servicecentrum rapportages worden opgeleverd voor in- of extern gebruik.
103
104
Paragraaf 3 • Grondbeleid Kadernota grondbeleid De gemeenteraad heeft in juli 2008 de Kadernota Grondbeleid vastgesteld. In deze Kadernota wordt de volgende definitie gehanteerd van grondbeleid: 'het inzetten van het beschikbare grondbeleidsinstrumentarium met als doel een maatschappelijk gewenst ruimtegebruik te bevorderen, evenals de bevordering van een rechtvaardige verdeling van kosten en opbrengsten binnen de door de gemeente geformuleerde doelstellingen op het ruimtelijke en sectorale beleidsveld'. Keuze voor facilitair grondbeleid In de Kadernota is gekozen voor het voeren van een facilitair grondbeleid onder het motto 'facilitair grondbeleid tenzij….'. Per project/beleidslijn zal nog wel beoordeeld worden of actief grondbeleid een optie is. Dit kan omdat de gemeente de doelstellingen/ambities van een project/beleidslijn zo belangrijk vindt dat volledige regie is gewenst, maar kan ook een financieel motief in zich dragen. De grondexploitatiewet Een belangrijk instrument van het facilitair grondbeleid is de op 1 juli 2008 inwerking getreden grondexploitatiewet (onderdeel van de nieuwe wet Ruimtelijke Ordening). Uitgangspunt van deze wet is de verplichting tot kostenverhaal bij particuliere grondexploitatie. Afspraken hierover zullen zo veel mogelijk in privaatrechtelijke overeenkomsten worden vastgelegd. Indien dit niet mogelijk is, is de gemeente verplicht het publiekrechtelijke traject te volgen. Financiën en grondbeleid Het is de bedoeling om binnen de gemeente een aparte grondbedrijfsfunctie op te zetten. Op deze wijze worden de resultaten en de risico’s van de projecten (grondexploitaties) beter gescheiden van de algemene middelen (begroting) en het algemene weerstandvermogen. Enkele spelregels die daarbij gehanteerd zullen worden: • het opbouwen van een eigen weerstandsvermogen dat bestaat uit een bestemmingsreserve 'plankosten grondexploitatie' en een algemene reserve 'Grondexploitatie'. • Winsten worden bij aftsluiting van de grondexploitatie genomen. • Voorzieningen voor een geprognosticeerd tekort op de grondexploitatie moet worden getroffen bij de eerste vaststelling in de raad. • Eventuele winsten vanuit de grondbedrijfsfunctie vallen pas vrij aan de algemene middelen als de voorziening en reserves binnen de grondexploitatie op peil zijn. • Verevening van rendabele en onrendabele locaties vindt plaats via de algemene reserve 'Grondexploitatie'. De omvang van de reserves is nader uitgewerkt in de nota reserves en voorzieningen.
105
Nader uit te werken onderwerpen In de Kadernota zijn niet alle aspecten van grondbeleid uitgewerkt. De komende jaren zullen onder andere de volgende onderwerpen uitgewerkt moeten worden: • een notitie grondprijsbeleid • een notitie bovenwijkse voorzieningen • Europese regelgeving (aanbesteding en staatssteun) • beleid rondom snippergroen en overige reststroken.
106
Paragraaf 4 • Lokale heffingen De paragraaf lokale heffingen heeft betrekking op zowel de heffingen waarvan de besteding is gebonden als waarvan de besteding ongebonden is. De lokale heffingen vormen een belangrijk onderdeel van de inkomsten van gemeenten en zijn daarom een integraal onderdeel van het beleid. Een overzicht van de lokale heffingen is daarom van belang voor de raad. Een aanduiding van de lokale lastendruk is van belang voor de integrale afweging tussen beleid en inkomsten. Een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid maakt het beeld van de lokale lasten compleet. In deze paragraaf informeren wij u over de uitgangspunten en het doel van de verschillende gemeentelijke heffingen. Uitgangspunten en doelstellingen De belangrijkste (gemeentelijke woonlasten) zijn de onroerende-zaakbelastingen, de afvalstoffenheffing en de rioolrechten. Daarnaast wordt nog een aantal andere belastingen en heffingen geheven zoals hondenbelasting, begraafrechten en precariobelasting. De heffing en invordering van genoemde belastingen en heffingen wordt verzorgd door het Samenwerkingsverband Vastgoedinformatie Heffing en Waardebepaling (SVHW) te Klaaswaal. De heffing en invordering van de leges zoals de bouwleges wordt door de gemeente zelf verzorgd. De diverse opbrengsten zijn gebaseerd op het meest actuele aantal belastbare eenheden, rekeninghoudend met geschatte mutaties in woningbouw, economische waarde, inwoners, enzovoort. Onroerende-zaakbelasting (OZB) Onder de naam ‘onroerende-zaakbelastingen’ wordt belasting geheven van de eigenaren van alle woningen en eigenaren en gebruikers van bedrijfspanden, overige gebouwen en bouwgrond. Deze belastingen worden geheven over de waarde van de onroerende zaak. De tarieven voor de onroerende-zaakbelastingen (OZB) zijn mede afhankelijk van de op grond van de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) getaxeerde waarden. Met ingang van 1 januari 2008 vindt de WOZ-waardering jaarlijks plaats. De periode tussen de peildatum en de aanvang van het tijdvak wordt tegelijkertijd verkort van 2 jaar naar 1 jaar. In het jaar 2008 zal er een nieuw WOZ-tijdvak worden toegepast met waardepeildatum 1 januari 2007. In deze meerjarenbegroting 2008-2011 is voor de jaren 2008 en 2009 gerekend met een tariefstijging van 5%. Per 1 januari 2008 is de limitering op de OZB tarieven door de tweede Kamer geschrapt. Met ingang van 1 januari 2009 wordt de onroerende-zaakbelasting berekend naar een percentage van de waarde van de onroerende zaak. Hiermee vervalt de inmiddels bekend geraakte tarief per € 2.500 WOZ-waarde. Per belasting wordt derhalve nu een percentage vastgesteld. Op basis van de ontvangen uitgangspunten van SVHW levert dit voor onze gemeente met ingang van 1 januari 2009 de volgende tarieven op:
107
Tarief in 2008
Tarief in 2009
(oud)
(nieuw)
Eigenaren woningen
€ 2,48
0,1026%
Eigenaren niet-woningen
€ 5,49
0,2221%
Gebruikers niet-woningen
€ 4,32
0,1683%
Ter voorkoming van afrondingsverschillen hanteren we vooralsnog een tarief tot 4 decimalen. Afvalstoffenheffing De afvalstoffenheffing is een belasting met een retribuatief karakter, dat wil zeggen dat de baten de lasten niet mogen overstijgen. Iedere woning binnen de gemeente wordt aangeslagen voor deze belasting. Het wel of niet gebruikmaken van de gemeentelijke ophaaldienst is hiervoor niet relevant. Het beleid van de gemeente is er op gericht om te streven naar kostendekkendheid voor de afvalstoffenheffing. Bij het aantal eenheden is uitgegaan van de opgaven van SVHW voor 2009. In de het tarief van 2009 is rekening gehouden met de kostenstijging van 2,75%. De overige stijging heeft te maken met toegenomen kosten en een verrekening met voorgaande jaren. In de raadsvergadering van 1 oktober 2008 is besloten om vanaf 1 januari 2009 een verschillend tarief in rekening te brengen bij éénpersoonshuishoudens en méérpersoonshuishoudens. Dit betekent voor de tariefstelling in 2009 het volgende: Tarieven
2008
Eenheden
2009
2009 Tarief per eenheid (m.i.v. 2009 vervallen)
€ 254,17
Tarief éénpersoonshuishouden
€ 212,00 *
1931
€ 228,08
Tarief méérpersoonshuishouden
€ 265,80 *
5419
€ 283,36
Totaal aantal eenheden
7350
* Deze tarieven golden als berekeningsbasis voor de besluitvorming én voor de berekening. Rioolrechten Het beleid van de gemeente is er op gericht om te streven naar kostendekkendheid van de rioolrechten. De rioolrechten, gebaseerd op het gemeentelijk rioleringsplan (GRP), zijn in principe kostendekkend. In deze begroting 2009 is rekeninggehouden met een afgesproken gefaseerde tariefstijging van 6,5% en een vrijval van € 400.000 van de egalisatiereserve ten gunste van de algemene reservepositie. Hierbij is qua eenheden uitgegaan van de opgaven van SVHW, ook in het meerjarenperspectief. Met deze onttrekking én de geplande tariefstijging sluit de egalisatiereserve in 2011 met een te kort van € 105.000, terwijl een kostendekkendtarief de bedoeling is. Aangezien momenteel een nieuw GRP wordt voorbereid met gewijzigde
108
wetgeving op het gebied van de verantwoording van de totale kosten handhaven we voor dit moment de geplande stijgingslijn. Zodra meer bekend is over de uitkomsten zullen we u separaat hierover informeren. Tarieven Per gebruiker Per gebruiker per m3
2008
2009
2010
2011
2012
€ 179,24
€ 190,89
€ 203,30
€ 216,51
€ 230,58
€ 0,13
€ 0,14
€ 0,15
€ 0,16
€ 0,17
Voor de berekening van kostendekkende tarieven wordt de compensabele BTW meegenomen als kostencomponent. Hierdoor ontstaat een administratieve overdekking. De BTW wordt in de begroting buiten de budgetten gelaten, terwijl de tarieven worden gebaseerd op de budgetten inclusief de BTW. De overdekking is noodzakelijk om de korting voor de compensabele BTW in de algemene uitkering te kunnen compenseren. Begrafenisrechten Voor de begrafenisrechten is voor 2009 een verhoging van 2,75% doorgevoerd. Uitgangspunt is een kostendekkendheid van tarieven. In afwachting van de afronding van het onderzoek naar de uitbreiding of naar de nieuwbouw van de begraafplaats (inclusief aula) dient nog nader te worden gekeken naar de opbouw van de tarieven van de begraafplaats. De verwachting is dat hier in eind 2008 of begin 2009 een nadere invulling aan kan worden gegeven. Secretarie- en bouwleges In de begroting 2009 is een verhoging van 2,75% verwerkt. Hondenbelasting Voor het jaar 2008 bedraagt het tarief € 75,38. Rekening houdend met een verhoging van 2,75% wordt het nieuwe tarief in 2009 € 77,45. In de begroting 2009 wordt hiermee rekening gehouden. Precariorechten De precariotarieven voor 2009 zullen met 2,75% ten opzichte van 2008 worden verhoogd. Kwijtschelding De norm van de kwijtschelding is op 100% van de bijstandsnorm gesteld. Jaarlijks worden ongeveer 350 aanvragen om kwijtschelding ingediend. Het percentage toegewezen kwijtschelding bedraagt gemiddeld 80% en heeft voornamelijk betrekking op het onderdeel afvalstoffenheffing, waarmee in de raming rekening wordt gehouden.
109
Ontwikkeling lastendruk Het is ons voor dit moment niet gelukt om alle lasten voor de burger én de lastdruk in nabij gelegen gemeente in kaart te brengen. We zeggen u toe dat we hier in de raadsvergadering van december op terugkomen, als de tarieven moeten worden vastgesteld voor 2009. Overigens verwachten we gelet op de voortgezette lijn van voorgaande jaren daarin geen schokkende veranderingen.
110
Paragraaf 5 • Onderhoud kapitaalgoederen Het onderhoud van de kapitaalgoederen bestaat uit het dagelijks beheren, maar ook het grotere onderhoud. In het programma 5 Buitenruimte is met name het dagelijkse beheer aan de hand van de Nota Openbare Ruimte 2009 en het GRP 2009 aan de orde geweest. In deze paragraaf wordt nu in gegaan op het onderhoud aan de hand van de beheerplannen en van andere wijzigingen in de Openbare ruimte die direct of indirect gevolgen hebben voor het onderhoud van de kapitaal goederen. De gegevens die gebruikt zijn voor de beheerplannen komen uit de jaarlijkse technische inspecties van deze goederen. De opbouw van deze paragraaf is tweeledig. Als eerste komen de gezamenlijke (integrale) onderdelen aan de orde gevolgd door specifieke onderwerpen per beheerproduct. Financiële middelen in de begroting 2009 en het meerjarenperspectief In onderstaande tabel staan de voorgenomen bestedingen vermeld voor de desbetreffende onderdelen: (bedragen x € 1.000) 2009
2010
2011
2012
Wegen straten en pleinen
2.438
2.445
2.386
2.337
Riolering
1.934
1.944
1.938
1.989
Openbaar groen
1.342
1.368
1.390
1.396
Speelterreinen
136
136
136
136
Afwatering
332
331
328
328
Onderhoud gebouwen *
527
527
527
527
Openbare verlichting
284
283
282
277
2.707
5.463
1.618
969
9.700
12.497
8.605
7.959
Exploitatie-uitgaven:
Voorgenomen investeringen op alle onderdelen Totaal
* Betreft stortingen en onttrekkingen aan voorziening Integraal Integraal betekent een samenvoeging van diverse beheerproducten om een zo efficiënt mogelijk gebruik te maken van de beschikbare middelen. Er zijn keuzes gemaakt om zo veel mogelijk werk met werk te maken. In 2009 worden de volgende onderdelen integraal aangepakt. Rembrandtlaan/Vondellaan : Het gebied wordt in zijn geheel aangepakt. De weg zal worden uitgevoerd als 50 km weg met veilige oversteekplaatsen en snelheidsbeperkende maatregelen. De riolering zal in 2008 zijn uitgevoerd, waardoor zetting van de wegconstructie tot een minimum wordt teruggebracht. Zo wordt ook de openbare verlichting vervangen, waarbij gelet wordt op de onderhoudskosten en energiezuinige lampen met een lange levensduur. Verder
111
worden in overleg met het waterschap twee grote duikers geplaatst, die een betere doorstroming mogelijk maken. Op de speelplek aan de Jacob Catsstraat worden enkele kleine aanpassingen uitgevoerd. Tevens wordt het groen in deze omgeving opgepakt. Dijklint: Niet alleen de verkeerstechnische zaken worden hier opgepakt maar ook de openbare verlichting wordt vervangen. Uitbreiding begraafplaats: Het afronden van de ontwerpfase en opstarten van de bestemmingsplanprocedure (behandelen in de gemeenteraad in december 2008). Daarnaast het voorbereiden van het bouwrijp maken van de uitbreidingslocatie, aanbesteden en starten met het uitvoeren. Dit houdt in het verplaatsen van het rioolgemaal, slopen opstallen, omleggen kabels en leidingen, aanbrengen een voorbelasting. Aan het eind van het jaar kan worden begonnen met de eerste voorbereidingen van het gebruiksklaar maken. In het bestuurlijk overleg van 4 maart 2008 met het Waterschap is hierover gesproken en in 2009 zal worden onderzocht tegen welke voorwaarden het eindgemaal en persleidingen in aanmerking komen voor overdracht van de gemeente naar het waterschap. Rietgors: De straten in de omgeving van de rietgors zullen met licht ophoogmateriaal worden opgehoogd, waarbij tevens een riool wordt vervangen. Tevens zullen de speelplekken aan de Rietgors en Patrijsstraat worden heringericht Herinrichting Parkhuis te Kinderdijk: Het afronden van de laatste fase. Dit houdt in de inrichting van het voormalige scoutingterrein en griend. Tevens worden enkele kleine houten bruggetjes aangelegd om deze gebieden voor het publiek toegankelijk te maken. Daarnaast is met Weizigt Natuur- en Milieucentrum een doe – en ontdekpad voor kinderen ontwikkeld. Dit ontdekpad is ontwikkeld op basis van eerder gemaakte educatieve route (folder en informatiepanelen). In 2009 wordt dit ontdekpad verder geïmplementeerd in samenwerking met afdeling welzijn. Het volledige project wordt in 2009 afgerond en komt het park in beheer en onderhoud bij de cluster plantsoenen. Alle beheergroepen en -maatregelen met kosten moeten worden verwerkt in het groeninformatiesysteem (MI2). Watergangen In 2008 zijn nog enkele baggerwerkzaamheden uitgevoerd. Het overdragen van het beheer en onderhoud aan het Waterschap van de nog nader te bepalen watergangen zal in 2009 worden gerealiseerd. Na deze overdracht zal er een nieuw onderhoudsplan, waarvan baggeren een onderdeel is, worden gemaakt. Riolering In 2009 concentreren de rioolvervangingen zich in de omgeving van de Lekstraat en de Kastanjelaan. Om zettingen van de ondergrond te voorkomen zal tijdens de reconstructie gebruik gemaakt worden van lichte ophoogmaterialen. Civieltechnische kunstwerken De oude sluis op de Dam was tot nu toe niet opgenomen in de meerjarenplanning van onderhoud kunstwerken. Zeker gelet op de historische waarde is voldoende onderhoud hier noodzakelijk om een achteruitgang te voorkomen. In 2007 is al een inventarisatie gemaakt van de benodigde onderhoudswerkzaamheden. In 2009 zal het onderhoud uitgevoerd worden.
112
In de voorziening Kunstwerken is een reservering opgenomen voor toekomstig groot onderhoud aan de Oude Torenbrug in 2010 (conserveren stalen onderbouw en vervangen slijtlagen op voet- en fietspaden). Onderhoud aan civieltechnische kunstwerken wordt o.m. bepaald met behulp van een beheerprogramma en een extern adviesbureau. De kosten hiervan zijn gerelateerd aan de beschikbare budgetten vrij hoog. In 2009 zal een versobering van deze werkwijze doorgevoerd worden door het cyclisch inplannen van onderhoud aan duikers en bruggen. De inspecties kunnen voor een groot deel worden uitgevoerd door de eigen buitendienst. Alleen voor gespecialiseerd werk worden nog derden ingehuurd. In het kader van het waarborgen van een goede doorstroming van de watergangen worden duikers in principe eenmaal in de 5 jaar schoongemaakt en gereinigd. Openbare verlichting Sinds 1 januari 2008 is het bestek 'Instandhouding Openbare Verlichting Regio Grote Rivieren' in werking. In een samenwerkingsverband van 14 regionale gemeenten is hierbij het dagelijks onderhoud aan de openbare verlichting openbaar aanbesteed en in uitvoering. Voor de controle op de uitvoering en de administratieve afwikkeling van het onderhoud is het 'OV- Bureau Grote Rivieren' in de loop van 2008 in werking getreden. In de loop van 2009 zal het OV-buro ook het administratieve deel van de beheertaken voor de 14 gemeenten uit gaan voeren. Om de in het verleden opgelopen achterstand in vervangingen in te lopen en om een bijdrage te leveren aan nieuwe projecten is enkele jaren geleden het Structuurplan Openbare Verlichting vastgesteld. Vorig jaar is als vervolg hierop het meerjarenplan opgesteld. Waar mogelijk wordt bij vervangingen een combinatie gezocht met geplande reconstructies van wegen en rioleringen. De vervangingen volgens dit plan liggen goed op schema. Bij de keuze van materialen wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met lage onderhoudsen energiekosten en een lange levensduur van bijv. lampen en armaturen. Dit betekend dat in principe standaardmateriaal wordt toegepast. Speelvoorzieningen Het opstarten herinrichting speelplaats Roemer Visscherstraat en Anjerstraat in overleg met de ROWA en buurtbewoners (kinderen!). Het in beheer krijgen van de nieuwe speelterreintjes in de nieuwbouwwijk Verolme. Gebouwenbeheer De basis voor het onderhoud van de gemeentelijke gebouwen is het gebouwenbeheerplan en het gebouwenbeheersysteem. De staat van onderhoud van de gebouwen is in 2008 door herinspectie geactualiseerd. Het vastgoed is onderverdeeld in gebouwen voor primaire functie zoals; gemeentehuis, buitendiensten en gemalen; de gebouwen met onderwijsfunctie en de gebouwen met welzijnsfunctie. Het culturele centrum Landvast zal in 2009 in het beheerplan worden opgenomen. In het meerjaren onderhoudsplan (MOP) is, gelet op de beschikbare middelen, het niveau of conditie op minimaal vastgelegd. Gebouwen met dit onderhoudsniveau verkeren in een
113
redelijke onderhoudstoestand. Echter op de langere termijn is door verouderingsprocessen kans op achterstallig onderhoud. Het bestaande beleid van 2008 wordt voortgezet in 2009. Het planmatig onderhoud voor 2008 is volgens het beheerplan (MOP) uitgevoerd. Door de uitkomsten van afzonderlijke onderzoeken of inventarisaties van: asbesttoepassingen, bacteriebesmetting (legionella) in waterleidingen en waterinstallaties, keuring elektra-installaties volgens de NEN 3140, is in het dagelijkse beheer veel aandacht voor veiligheid voor de gebruikers. De verwachting is dat door voortschrijdende wetgeving met handhaving, voor o.a. milieu, energieprestatiecertificaat, binnenklimaat, dakveiligheid (veilig werken op hoogte boven 2,5 m1), brandveiligheid, toegankelijkheid, nieuwe normen voor o.a. installaties, de kosten van beheer en onderhoud zullen stijgen. In het kader van verantwoordelijkheid, vanuit de rol van werkgever/ eigenaar komen er nog arbo- en veiligheidseisen bij. Bij schoolgebouwen valt deze primaire verantwoordelijkheid van arbo en zaken met betrekking tot het interieur bij het bevoegde gezag, het schoolbestuur. Uitgangspunt is de gebouwen op een verantwoorde en duurzame manier te beheren en te onderhouden. In dit licht zijn er voorwaarden geschapen om ook op langere termijn de gemeentelijke gebouwen veilig te kunnen gebruiken en is het gebruik afgestemd op de functie die er in wordt uitgeoefend. De buitendienst Plantsoenen wordt samengevoegd met de buitendienst ATO op de locatie Cornelis Smitstraat. De milieustraat en opslag van bestrating e.d. is gepland aan de Kabelbaan en onder de Grote Beer.
114
Paragraaf 6 • Verbonden partijen De paragraaf verbonden partijen is om twee redenen van belang voor de raad. De eerste reden is dat verbonden partijen vaak beleid uitvoeren dat de gemeente in principe ook zelf kan (blijven) doen. De gemeente blijft zelf verantwoordelijk voor het realiseren van de beoogde doelstelling van de programma’s. De raad heeft bij de programma’s nog steeds de kaderstellende en controlerende taak. Kernvragen zijn dan of de doelstellingen van de verbonden partijen nog steeds corresponderen met die van de gemeente en of de doelstellingen van de gemeente via de verbonden partijen te realiseren zijn. De tweede reden betreft de kosten en de financiële risico’s die de gemeente met verbonden partijen kan lopen en de daaruit voortvloeiende budgettaire gevolgen. Door de paragraaf verbonden partijen heeft de raad zicht op het totaalbeeld en is het mogelijk kaders te stellen. In de 'Financiële verordening gemeente Alblasserdam', zijn nadere bepalingen en voorschriften met betrekking tot de verbonden partijen opgenomen. Zo wordt gesteld dat het college tenminste eenmaal in de vier jaar een nota verbonden partijen aan de raad aanbiedt, waarin van elke partij wordt weergegeven het openbaar belang, het financieel resultaat en het belang en de zeggenschap van de gemeente. Ook moet deze nota de kaders voor het beleid met betrekking tot deze partijen bevatten. In de betrokken paragraaf van de begroting kan dan worden ingegaan op nieuwe partijen, wijzigingen en beëindigingen. Tot op heden is geen algemeen beleid vastgesteld met betrekking tot de verbonden partijen; beslissingen om taken via een verbonden partij uit te voeren zijn steeds op basis van een individueel besluit genomen. In de financiële verordening van de gemeente Alblasserdam was voorgesteld om in 2005 een nota verbonden partijen aan te bieden. In de afgelopen jaren heeft de prioriteit niet bij het opstellen van een dergelijke nota gelegen. In de bestuurlijke planning voor 2009 is e
deze nota weer opgenomen (3 kwartaal 2009, zie ook paragraaf bedrijfsvoering). Begripsomschrijving Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Financieel belang: een aan de verbonden partij ter beschikking gesteld bedrag dat niet verhaalbaar is indien de verbonden partij failliet gaat, dan wel het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Bestuurlijk belang: zeggenschap hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur hetzij uit hoofde van stemrecht. Dit betekent dat deelnemingen in NV’s, BV’s, VOF’s, commanditaire vennootschappen en gemeenschappelijke regelingen verbonden partijen zijn. Ook stichtingen en verenigingen kunnen er onder vallen als de gemeente een zetel in het bestuur heeft en financiële risico’s loopt. Stichtingen en verenigingen die subsidie krijgen, maar waarbij geen sprake is van andere financiële verplichtingen met een juridische afdwingbaarheid, worden niet beschouwd als een verbonden partij.
115
Is er sprake van een morele verplichting tot betaling in geval van een probleem bij een stichting of vereniging dan zal dit in de paragraaf weerstandsvermogen moeten worden opgenomen. Heeft de gemeente wel een aanzienlijk bestuurlijk, maar geen financieel belang dan is er eveneens geen sprake van een verbonden partij. Dan wordt volstaan met vermelding van dit bestuurlijke belang bij het betreffende programma of bij een gericht belang bij het betreffende product. Wijzigingen en ontwikkelingen Sinds 2008 is de Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden (GRD) verder uitgebreid met het Onderzoekcentrum Drechtsteden (januari) Gemeentebelastingen Drechtsteden (juli, Alblasserdam doet hieraan niet mee) en het Servicecentrum Drechtsteden (april) bijgekomen. Het SCD levert diensten op het gebied van Financiën, Informatisering, Automatisering, Documentaire Informatievoorziening, Communicatie, Inkoop, Personeel en Organisatie, Facilitaire zaken en Juridische zaken. Van zowel de Stichting Jongerenhuisvesting Alblasserdam als de Stichting Open Jongerenwerk Alblasserdam kan worden vermeld dat de formele notariële opheffing in 2008 heeft plaatsgevonden. Overzicht verbonden partijen Hieronder volgt een overzicht van de verbonden partijen, waarbij kort de doelstelling van de verbonden partij in relatie met het programma is weergegeven en de gemeentelijke bijdrage voor 2009 in beeld is gebracht. (BV = bestuurlijke vertegenwoordiging).
Verbonden partij
Doelstelling in relatie met programma
I. Bestuur 1. Regio Zuid-Holland Zuid: bestuursdienst
Bestuurlijke basis om binnen de regio de diverse taken te kunnen uitvoeren. Aan de GR nemen een 20-tal gemeenten deel. Bijdrage 2008 € 59.700 Bijdrage 2009 € 63.200 BV: 1 collegelid + 1 raadslid (raadsledenplatform)
2. Gemeenschappelijke Regeling Drechtsteden
Bestuurlijke basis om binnen de regio Drechtsteden diverse taken te kunnen uitvoeren. Binnen deze regio nemen 6 gemeenten deel. Naast taakgerichte bijdragen wordt tevens een bedrag per inwoner in rekening gebracht. Aandeel gemeente Alblasserdam ( obv 18.400 inw.): 6,83% Bijdrage 2008 € 171.000. Bijdrage 2009 € 179.000
116
Verbonden partij
Doelstelling in relatie met programma
BV: 1 collegelid (DSB), 5 raadsleden (Drechtraad) 3. Samenwerking Vastgoedinformatie Heffing en Waardebepaling (SVHW)
Op een zo efficiënt en goedkoop mogelijk wijze zorgen voor de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen en heffingen. Bij het samenwerkingsverband zijn 22 gemeenten, de GR Regionale Afvalstoffen Dienst (RAD) en 1 waterschap aangesloten. Aandeel gemeente Alblasserdam: 1,3% obv bijdrage in kosten Bijdrage 2008: € 73.000 Bijdrage 2009 € 173.000 BV: 1 collegelid
II. Veiligheid 4. Regio Zuid-Holland Zuid: regionale brandweer en rampenbestrijding
Uitvoering van brandweertaken voorzover die niet door de eigen vrijwillige brandweer zijn uit te voeren. Bijdrage 2008:
€ 155.200
Bijdrage 2009
€ 160.900
BV: zie onder punt 1 III. Locale economie 5. Oasen NV (voormalig Hydron Zuid-Holland)
De gemeente bezit van oudsher van uit eerdere organisatievormen aandelen. Aantal aandelen in bezit: 18 (2,4% van totaal). BV: 1 collegelid
6. Regionaal OntwikkelingMaatschappijDrechtsteden (ROM-D)
Ontwikkeling, uitgifte en revitalisering van bedrijfsterreinen. Aan de regeling nemen 6 gemeenten en de provincie deel. Omvang van de aandelen in bezit: 5,3%. BV: 1 collegelid
IV. Wonen Geen verbonden partijen. V. Buitenruimte 7. GR. Regio Zuid-Holland Zuid: milieudienst
Zij zorgen voor uitvoering van de milieutaken van de deelnemende gemeenten op zowel de taakvelden handhaving als vergunningverlening e.d. Bijdrage 2008 handhaving:
€
overige taken:
€ 195.000
Bijdrage 2009
117
91.000
Verbonden partij
Doelstelling in relatie met programma handhaving:
€
overige taken:
€ 195.000
91.000
BV: zie 1. 8. Gemeenschappelijke regeling vuilverbranding Dordrecht (GEVUDO)
Zorgdragen voor het verwerken van ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen. In 2005 heeft de gemeente via de Gevudo een contract afgesloten met HVC Alkmaar voor de verdere afvalverwerking. De kosten hiervan zijn opgenomen in de bedragen die door Netwerk N.V. in rekening worden gebracht. BV: 1 collegelid
9. Netwerk N.V.
Zorgdragen voor het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen
In 2005 omgezet van een Gemeenschappelijke
en bedrijfsafval alsmede schoonhouden openbare ruimte,
Regeling naar een marktgerichte organisatie.
gladheidbestrijding. Het aantal deelnemende gemeente bedraagt 4. 2008
2009
afvalverwerking en –inzameling € 1.636.000
€ 1.660.540
onderhoud openbare ruimte
€
€
ongediertebestrijding
€
7.000
€
7.105
gladheidbestrijding
€
94.000
€
95.410
97.000
98.455
Aandelen: circa 8% van het totaal. BV: 1 collegelid VI. Welzijn en zorg 10. GR. Regio Zuid-Holland Zuid: centrale post ambulancevervoer 11. VVE Alblashof
Uitvoering van het ambulancevervoer. BV: zie 1 De vereniging van eigenaren heeft tot doel het exploiteren en beheren van het zorgcentrum Alblashof. Bijdrage 2008: € 60.000 als bijdrage in de exploitatie. Bijdrage 2009: € 60.900 BV: 1 collegelid
12. GR. Drechtwerk
Uitvoering geven aan de Wet sociale werkvoorziening namens 10 deelnemende gemeenten. Financiële bijdrage in exploitatietekort naar ratio van deelname Bijdrage 2008 € 157.000 Bijdrage 2009:€ 159.355 BV: 1 collegelid
118
Verbonden partij
Doelstelling in relatie met programma
13. GR Drechtsteden – Sociale Dienst Drechtsteden
Uitvoering van de taken sociale zekerheid, waaronder de WWB, de Wvg en de WI en de uitvoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Bijdrage 2008: € 2.811.700,Bijdrage 2009: € 2.853.876,BV: 1 collegelid (Bestuurcommissie)
14. Regio Zuid-Holland Zuid: gemeenschappelijke gezondheidsdienst (GGD)
Zorgdragen voor gezondheidszaken, te verdelen naar basisgezondheidszorg en jeugdgezondheidszorg. Bijdrage 2008: € 272.200 Bijdrage 2009: € 303.970 BV: zie onder punt 1
VII. Cultuur, recreatie en sport 15. Gemeenschappelijke regeling Sportpark Souburgh
Beheer en instandhouding van gemeentelijke sportvelden voor zover gelegen binnen de grenzen van het Sportpark Souburgh. Aan de GR neemt ook de gemeente Graafstroom deel. Aandeel gemeente Alblasserdam: 90% in het exploitatietekort Bijdrage 2008: € 248.000 idem Bijdrage 2009: € 251.720 BV: 1 collegelid en 2 raadsleden hebben zitting in het bestuur
16. Muziekschool Alblasserwaard en Vijfheerenlanden
Bieden van een mogelijkheid tot het volgen van muziekonderwijs. Subsidietoekenning op basis van subsidieverdeelstaat. Bijdrage 2008: € 35.500 Bijdrage 2009: € 36.033 BV: 1 raadslid heeft zitting in het bestuur
VIII. Onderwijs 17. Logopedische dienst
Zorgen voor logopedie op de scholen. Bijdrage 2008: € 44.000 Bijdrage 2009: € 44.660 BV: 1 collegelid
IX. Algemene Dekking 18. ENECO NV
Eneco heeft tot doel het op veilige en betrouwbare wijze leveren van energie. De gemeente bezit van oudsher vanuit eerdere organisatievormen aandelen. Het bezit van deze aandelen levert jaarlijks een dividenduitkering op. Aantal aandelen in bezit: 22.495 (0,45% van totaal). BV: 1 collegelid
119
Verbonden partij 19. Bank Nederlandse Gemeenten
Doelstelling in relatie met programma Draagt bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger met gespecialiseerde financiële dienstverlening. De gemeente Alblasserdam heeft 9.477 aandelen in haar bezit waarover jaarlijks dividend wordt uitgekeerd. BV: 1 collegelid
20. Huisvuilcentrale Alkmaar (HVC)
De door Netwerk N.V. ingezamelde huisvuil wordt ter verdere verwerking aangeboden aan HVC. De gemeente heeft via de GR GEVUDO aandelen in het bezit waarover dividend wordt uitgekeerd. BV: 1 collegelid in GR GEVEDU
120
Paragraaf 7 • Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen van de gemeente is het vermogen om niet structurele financiële tegenvallers te kunnen opvangen waardoor de taken kunnen worden voortgezet. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen of verzekeringen voor zijn afgesloten. Het weerstandsvermogen is van belang voor het bepalen van de gezondheid van de financiële positie van de gemeente voor het begrotingsjaar en voor de meerjarenraming. In de nota reserves en voorzieningen gaan we afzonderlijk in op het weerstandsvermogen.
7.1 Beleid Het weerstandsvermogen kan zich laten omschrijven door het noodzakelijk vermogen in een organisatie om tegenvallers te kunnen opvangen zonder dat de continuïteit in gevaar komt. Ten opzichte van de voorgaande beleid is een belangrijk verschil dat we in de kadernota grondbeleid een afzondering hebben gemaakt ten aanzien van de reserves van de grondexploitatie. Deze activiteit wordt van een afzonderlijke risicoprofiel voorzien, dat afgezet wordt tegen de omvang van de algemene reserve grondexploitaties. In de nota reserves en voorzieningen is aangegeven om als buffer in een bodem afspreken van € 1.250.000. We moeten constateren dat dit in ieder geval redelijk in lijn is met het hiervoor geldende niveau. Met andere woorden als weerstandsvermogen kunnen we het cluster algemene reserve betitelen, waarmee ingewikkelde berekeningen niet noodzakelijk zijn. Ook deze aangelegenheid leent er zich voor om allerlei berekeningen te maken, gebaseerd op theoretische modellen, die ongetwijfeld een kern van waarheid zullen bevatten. Anderzijds moeten we stellen dat hierin altijd arbitraire zaken een rol blijven spelen en dat de waarheid in die zin niet bestaat. Daarnaast is de post voor onvoorziene uitgaven aanwezig om in het lopende jaar incidenteel tegenvallers op te vangen. Daarom beperken we ons door het cluster 1 aan te duiden als ons weerstandsvermogen, aangevuld met de post voor onvoorziene uitgaven. Dat geeft qua omvang in ieder geval duidelijkheid en voorziet erin dat direct zichtbaar hoe onze vermogensthermometer er voorstaat. Qua verloop voor de komende jaren ziet dit er als volgt uit: Ultimo 2009
Ultimo 2010
Ultimo 2011
Ultimo 2012
€ 1.101.000
€ 1.301.000
€ 1.501.000
€ 1.701.000
€ 65.000
€ 65.000
€ 65.000
€ 65.000
Totaal
€ 1.166.000
€ 1.366.000
€ 1.566.000
€ 1.766.000
Vastgestelde norm
€ 1.250.000
€ 1.250.000
€ 1.250.000
€ 1.250.000
Ruimte onder norm
- € 84.000
€ 116.000
€ 316.000
€ 516.000
Omvang cluster 1 * Onvoorziene uitgaven
121
* Hier is rekening gehouden met de jaarlijkse storting in de algemene reserve, zoals verwerkt in de begroting 2009. Met de nota grondbeleid is vastgesteld om een afzonderlijk weerstandsvermogen en weerstandsnorm te hanteren voor de grondexploitaties. In de nota reserves en voorzieningen is aangegeven om als norm hiervoor de aanwezige risico’s binnen de grondexploitaties aan te houden na aftrek van de afdekking van de verliesgevende exploitaties. Jaarlijks vindt actualisering plaats van de exploitaties, zoals laatstelijk bij de jaarrekening 2007 is gebeurd. Bij de eerstvolgende actualisatie zullen we hiermee rekening houden. In de perspectiefnota 2009 is rekening gehouden met een risicobedrag van € 622.500, dat ook reeds in mindering is gebracht op de reserve. In volgende exercities zal dit risico afzonderlijk in de reserve grondexploitatie aanwezig blijven. Het bedrag kan uiteraard fluctueren.
7.2 Risico’s In de begroting zijn de bekende lasten en baten opgenomen. Naast de gangbare begrotingsposten spelen voor het beoordelen van de totale financiële positie van de gemeente ook zaken een rol die direct uit de begroting blijken of ontwikkelingen die de budgetten onder grote druk kunnen zetten. Onderstaand is een niet-limitatieve opsomming gemaakt van de risico’s die de gemeente loopt op korte en op lange termijn. De begroting 2009 en het meerjarenperspectief is met grote zorg samengesteld en zo nauwkeurig mogelijk hebben we van alle bekende lasten en baten de raming opgenomen. Dat neemt niet weg dat er ontwikkelingen op ons af komen, die we niet hebben voorzien en waarvoor niet expliciet een raming is opgenomen dan wel waarvoor het niet mogelijk is een raming op te nemen vanwege de omvang dan wel over het al of niet het gevolg hebben van een risico. We noemen hierbij de volgende zaken: Openbaar bestuur Het college wordt aan het begin van een zittingsperiode van de raad gekozen voor 4 jaar. De mogelijkheid bestaat dat of door eerder vertrek dan wel bij beëindiging van het wethouderschap na vier jaar de gemeente te maken krijgt met wachtgeldverplichtingen. Hiermee is in de begroting van 2009 geen rekening gehouden. Grondexploitatie In de doorlopende exploitatieplannen blijft een risico bestaan dat niet direct financieel is afgedekt. Weliswaar wordt in de weerstandsnorm rekening gehouden met een risico dat in een grondexploitatie kan ontstaan. Echter in de gevolgen van het niet doorgaan van plannen of verder uitstel van plannen is niet voorzien. De geprognosticeerde inkomsten (leges, OZB, algemene uitkering) waarmee in de begroting rekening wordt gehouden kunnen door uitstel of afstel uiteraard tegenvallen en zodoende een financieel tekort veroorzaken.
122
Ontwikkeling algemene uitkering gemeentefonds De uitkering uit het gemeentefonds is de belangrijkste inkomstenbron van de gemeente. Rijksbeleid kan ertoe leiden dat deze inkomstenbron in de toekomst minder zal bedragen dan nu voorzien. EMU-saldo De ontwikkeling van het EMU-tekort boven de 3,0% norm wordt o.a. veroorzaakt door de omslag van overschotten naar tekorten bij de diverse gemeenten sinds 2001. De minister van Financiën is gemachtigd om in te grijpen in de gemeentelijke financiën om het tekort onder de norm te houden. Dit kan gebeuren door bijvoorbeeld gemeenten te verbieden actief te zijn in het aankopen van grond en een (tijdelijke) stop te zetten op investeringen. Verdere bezuinigingen op het gemeentefonds zouden eerder een verslechtering op het EMU-saldo veroorzaken. Het risico dat hierbij wordt gelopen is momenteel niet nader te kwantificeren. Gemeenschappelijke regelingen De gemeente participeert in diverse gemeenschappelijke regelingen. Sommige daarvan hebben een reserve om tegenvallende resultaten op te vangen. Gelet op het verplichtende karakter tot bijdragen aan de GR’s kan het voorkomen dat hun positie zodanig dat er extra middelen moeten worden uitgekeerd. De mogelijkheid bestaat dat bij opheffing of wijziging van een GR onzerzijds (wachtgeld) verplichtingen ontstaan, waarvoor wij een bijdrage verschuldigd zijn. In onze begroting is hierin niet voorzen. Winst en dividenduitkeringen ondernemingen Van een aantal bedrijven ontvangt de gemeente winst-/dividenduitkeringen. De volgende bedragen zijn opgenomen in de begroting 2009: • Eneco
€ 450.000
• BNG
€ 18.000
• Huisvuilcentrale Alkmaar
€ 22.000
• Netwerk NV.
€ 40.000
In de begroting zijn deze ramingen gebaseerd op realisatiecijfers uit het verleden en door de bedrijven verstrekte informatie. De uitkeringen zijn echter afhankelijk van de winstmarges die daadwerkelijk worden gerealiseerd. Schadeclaims onrechtmatige overheidsdaad en productverantwoordelijkheid De gemeente wordt steeds vaker geconfronteerd met schadeclaims. Ook landelijk is de claimbewustheid de afgelopen jaren fors toegenomen. De gemeente is verzekerd voor wettelijke aansprakelijkheid. De maximale dekking per geval bedraagt € 2.500.000 (het eigen risico bedraagt € 2.500). Gemeentegaranties De gemeente neemt deel aan het Waarborgfonds eigen woningen, waarbij als de afkoopsom ontoereikend is de gemeenten en het Rijk voor het zogenaamde obligo kunnen worden aangesproken. Het maximale risico dat onze gemeente hierbij loopt bedraagt € 32.000.
123
Ten behoeve van enkele instellingen (o.a. Woningstichting, De Alblashof, bibliotheek, sportverenigingen, De Wipmolen) zijn geldleningen verstrekt dan wel garanties afgegeven. Bij het niet nakomen van betalingsverplichtingen kan de gemeente hiervoor worden aangesproken. Totale garantstelling is circa € 25 miljoen. Het risicoprofiel is echter laag en behoeft niet via het weerstandsvermogen te worden afgedekt. Vinkenwaard Hornbach heeft op Vinkenwaard-Zuid buitenruimte in gebruik genomen als verkoopruimte. Gelet op onder meer de negatieve REO-advisering wordt geen vrijstellingsprocedure opgestart. Inzake de Hornbach Bouwmarkt zijn aansprakelijkstellingen van andere ondernemers ontvangen. De afwikkeling van de gehele gang van zaken rond de Hornbach-vestiging kan financiële consequenties hebben voor de gemeente Alblasserdam. In mei 2008 heeft genoemde onderneming de gemeente gedagvaard voor gederfde winst over de periode dat de winkel later is geopend. Deze is gecalculeerd op ruim € 18 miljoen. Gelet op de hoogte van het bedrag en onze middelen is het vrijwel niet mogelijk om hiermee op enigerlei wijze rekening mee te houden. Inflatieontwikkeling loon- en prijsstijging Indien CAO-onderhandelingen of het algemene prijspeil hogere (of lagere) ontwikkelingen geven, kan dit doorwerken in de lopende begroting. Op 1 juni 2009 loopt de huidige CAO af. Er is rekening gehouden met een stijging van 2,75%. Rente-ontwikkeling De huidige marktrente van kort en lang geld (looptijd korter respectievelijk langer dan 1 jaar) is gevoelsmatig laag. Voor nieuwe investeringen is voor 2009 5,0% gecalculeerd. Openeind financiering De gemeente voert een aantal regelingen uit op basis van eigen beleidsvrijheid. Zo valt het mogelijke toekomstige beroep op de Wet Voorziening Gehandicapten, het leerlingenvervoer, de bijstand en de WMO lastig te prognosticeren. Om de begroting niet onnodig te belasten, is er zo reëel mogelijk geraamd en is er geen extra buffer in het budget meegenomen.
124