Inhoud
1
Voor wie is deze brochure?
2
Wat zijn personenauto’s en motorrijwielen?
2.1 2.2 2.3 2.4 3
Wat is een personenauto? Wat is een kampeerauto? Wat is een motorrijwiel? Eisen voor bestelauto’s 5
Hoe doet u aangifte van BPM?
Berekening van BPM
11
11
Nettocatalogusprijs bepalen 12 BPM-tarief toepassen 14 Berekening BPM voor gebruikte personenauto’s of gebruikte motorrijwielen 15
Bijzondere situaties
6.1 6.2 7
8
10
Algemeen 10 Speciale regeling voor ondernemers
5.1 5.2 5.3
6
5 5
Wanneer krijgt u ook te maken met douanerechten en BTW? 8
4.1 4.2 5
4
5
Wanneer moet u zelf aangifte van BPM doen?
3.1.
4
4
17
Vrijstelling van BPM Teruggaaf van BPM
Heeft u nog vragen?
17 18
18
Bijlagen RDW-keuringsstations
3
en BPM-aangiftepunten
19
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Voor wie is deze brochure?
1
In deze brochure staat informatie voor iedereen die zelf aangifte moet doen voor de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm). bpm is een belasting die eenmalig moet worden betaald door degene die als eerste een personenauto of motorrijwiel op zijn naam laat registreren. Koopt u in Nederland een nieuwe personenauto of een nieuw motorrijwiel, dan worden de aangifte voor en de betaling van de bpm via de officiële importeur verzorgd. Als u zelf een personenauto of een motorrijwiel uit het buitenland haalt, als u een bestelauto ombouwt tot personenauto of als u in Nederland rijdt met een personenauto of motorrijwiel met een buitenlands kenteken, moet u zelf aangifte doen van bpm. Haalt u zelf een personenauto of motorrijwiel uit het buitenland, dan kunt u naast bpm te maken krijgen met de heffing van douanerechten en btw. Wanneer u hiermee te maken krijgt, leest u ook in deze brochure.
Wat zijn personenauto’s en motorrijwielen?
2
bpm is verschuldigd voor personenauto’s en motorrijwielen. Voor bestelauto’s die niet aan bepaalde eisen voldoen, is ook bpm verschuldigd. Hierna leest u wat onder een personenauto en een motorrijwiel wordt verstaan en aan welke eisen een bestelauto moet voldoen.
4
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
2.1
Wat is een personenauto? Een personenauto is een motorrijtuig op drie of meer wielen met inbegrip van kampeerauto’s, maar met uitzondering van: – autobussen en bestelauto’s; – motorrijtuigen die niet zijn ingericht voor het vervoer van personen, met een toegestane maximum massa van meer dan 3500 kg (vrachtauto’s). Let op! Kampeerauto’s en omgebouwde bestelauto’s worden als personenauto aangemerkt.
2.2
Wat is een kampeerauto? Een kampeerauto is een motorrijtuig dat voorzieningen bevat voor de overnachting, het verblijf en de verzorging van personen. Motorrijtuigen moeten aan bepaalde eisen voldoen om als kampeerauto te worden aangemerkt. Voor informatie over die eisen kunt u bellen met de BelastingTelefoon Douane 0800 - 0143.
2.3
Wat is een motorrijwiel? Een motorrijwiel is een motorrijtuig op twee wielen, eventueel voorzien van een zijspan. Trikes en quads worden ook als motorrijwiel aangemerkt. Bromfietsen zijn voor de bpm geen motorrijwielen.
2.4
Eisen voor bestelauto’s Als een bestelauto niet aan bepaalde eisen voldoet, wordt deze voor de bpm als een personenauto beschouwd. Deze situatie doet zich met name voor als een bestelauto wordt omgebouwd, bijvoorbeeld als een bank in de laadruimte wordt geplaatst. Hierna staat aan welke algemene en specifieke eisen een bestelauto moet voldoen.
Algemene eisen
– De laadruimte moet zijn voorzien van een vaste, vlakke laadvloer die over de hele breedte en lengte van de laadruimte is aangebracht. – In de laadruimte mogen geen zitplaatsen aanwezig zijn. Specifieke eisen
Per type bestelauto zijn er specifieke eisen voor de afmetingen van de laadruimte en de cabine. In de tabel hierna staat een overzicht.
5
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Specifieke eisen voor bestelauto’s Grote bestelauto (grote bestelbus, verhuisbus en dergelijke)
Laadruimte (blok*)
Zijruiten Tussenschot Aanvullende eis
– ten minste 200 cm lang – ten minste 130 cm hoog over een breedte van ten minste 20 cm en een lengte van ten minste 200 cm – toegestaan in de laadruimte – niet nodig – voor het meten van de laadruimte: de bestuurdersstoel staat in de fabrieksmatige achterste stand, de rugleuning mag rechtop staan
Bestelauto met verhoogd dak (combi’s, kleine bestelauto’s en dergelijke)
Dak laadruimte Zijruiten Laadruimte (blok*) Tussenschot
– ten minste 25 cm hoger dan de bovenkant van de portieropening (dagopening) aan de bestuurders- en bijrijderszijde – één zijruit aan de rechterzijde van de laadruimte is toegestaan – ten minste 125 cm lang – ten minste 98 cm hoog over een breedte van ten minste 20 cm – tussen laadruimte en bestuurdersgedeelte: ten minste 30 cm hoog over de volle breedte
Middelgrote bestelauto zonder verhoogd dak (ruimtewagens, minibusjes, terreinauto’s en dergelijke)
Dak laadruimte Zijruiten Laadruimte (blok*)
Tussenschot
– minder dan 25 cm hoger dan de bovenkant van de portieropening (dagopening) aan de bestuurders- en bijrijderszijde – één zijruit aan de rechterzijde van de laadruimte is toegestaan – ten minste 125 cm lang – ten minste 98 cm hoog over een breedte van ten minste 20 cm en over een lengte van ten minste 125 cm – tussen laadruimte en bestuurdersgedeelte over de volle breedte en ten minste dezelfde hoogte als de bestuurderscabine – vast raam in tussenschot is toegestaan (maximaal 40 cm hoog)
Bestelauto met open laadbak enkele cabine en Xtrcab (1,5 cabine)
Open laadbak Tussenschot
Aanvullende eis
6
– ten minste 125 cm lang en 20 cm breed – is de achterwand van de cabine – niet meer dan 115 cm achter het achterste punt van het stuur – vast raam in tussenschot is toegestaan (maximaal 40 cm hoog) – er mogen geen klapstoeltjes of banken achter de voorste rij zittingen zijn aangebracht
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Bestelauto met open laadbak enkele cabine en Xtrcab (1,5 cabine) (vervolg)
Aanvullende eis (vervolg)
– als een open laadbak wordt overkapt, dan moet de auto voldoen aan de eisen voor een bestelauto met gesloten laadruimte. Een afdekzeil of een plat deksel is toegestaan
Bestelauto met dubbele cabine (met gesloten laadruimte of open laadbak)
Hoogte cabine
Cabine
Tussenschot
Laadbak of laadruimte
Blok* (bij gesloten laadruimte) Zijruiten
de hoogte van de cabine bij een dubbele cabine is de grootste verticale afstand tussen vloer en dak van de cabine, gemeten over een breedte van 20 cm. – er is slechts één extra rij zitplaatsen geplaatst – cabine lager dan 130 cm: de overgebleven laadruimte moet ook ten minste twee maal de lengte van de cabine hebben. Bij de bestelauto met een dubbele cabine is de lengte van de cabine de afstand tussen het achterste punt van het stuur en het schot tussen de cabine en de laadruimte – achterwand van de cabine, en geplaatst direct achter de achterbank – over de volle breedte – ten minste dezelfde hoogte als de cabine – vast raam in tussenschot is toegestaan (maximaal 40 cm hoog) – ten minste 150 cm lang en bovendien ten minste 2/3 van de lengte die de laadruimte zou hebben zonder de extra zitruimte. De oorspronkelijke laadruimte begint bij een fictief schot, welke is geplaatst op een afstand van 115 cm achter het achterste punt van het stuur – ten minste 40% van de lengte is vóór het hart van de achterste as geplaatst – laadruimte ten minste 130 cm hoog over een breedte van ten minste 20 cm en over een lengte van ten minste 150 cm – tenminste 130 cm hoog over een breedte van tenminste 20 cm en over een lengte van tenminste 150 cm – één zijruit aan de rechterzijde van de laadruimte is toegestaan
* Hiermee wordt een denkbeeldig blok bedoeld. De laadruimte van de bestelauto moet in ieder geval een blok met de genoemde afmetingen kunnen bevatten. Als de laadruimte van een bestelauto te klein is om het denkbeeldige blok te kunnen bevatten kan de laadruimte worden aangepast. Bij aanpassingen in lengte en hoogte moet dan steeds minimaal de blokmaat worden aangehouden. Bij aanpassingen in de breedte dient steeds de in redelijkheid grootst mogelijke breedte te worden aangehouden. Het volstaat dus bijvoorbeeld niet om een verhoging van 20 cm breed op het dak te construeren.
7
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Wanneer moet u zelf aangifte van BPM doen?
3
Als u in Nederland een nieuwe personenauto of een nieuw motorrijwiel koopt, dan worden de aangifte voor en de betaling van bpm via de officiële importeur verzorgd. In bepaalde situaties moet u echter zelf de aangifte voor en betaling van de bpm regelen. Het gaat om de volgende situaties: – U koopt een personenauto of motorrijwiel in het buitenland en u laat het motorrijtuig zelf in Nederland registreren bij de rdw Centrum voor voertuigtechniek en informatie. In dit geval moet u eerst de aangifte voor en de betaling van de bpm regelen, voordat het motorrijtuig geregistreerd kan worden. – U bouwt een bestelauto om tot personenauto. U moet dan eerst de aangifte voor en de betaling van de bpm regelen, voordat u met de personenauto gebruik mag maken van de openbare weg in Nederland. In de meeste gevallen moet u het motorrijtuig ook als personenauto laten registreren bij de rdw. – U heeft een personenauto of motorrijwiel met een buitenlands kenteken en u woont zelf in Nederland. Als u met dit motorrijtuig gebruik wilt maken van de openbare weg in Nederland, moet u eerst de aangifte voor en de betaling van de bpm regelen. In de meeste gevallen moet u het motorrijtuig ook in Nederland laten registreren bij de rdw. Hoe u aangifte voor de bpm doet, kunt u lezen in hoofdstuk 4.
3.1
Wanneer krijgt u ook te maken met douanerechten en BTW? Als u zelf een personenauto of motorrijwiel koopt in het buitenland moet u niet alleen aangifte voor de bpm doen, maar kunt u ook te maken krijgen met douanerechten en btw. Van belang is dan waar u het motorrijtuig koopt: in een eu-land of daarbuiten.
8
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
U koopt een personenauto of motorrijwiel buiten de EU
Als u een personenauto of motorrijwiel buiten de eu koopt, moet u aangifte doen voor de douanerechten en voor de btw bij de Belastingdienst/Douane. Dat doet u op het moment dat het motorrijtuig in Nederland wordt ingevoerd. Om aangifte te doen, heeft u het formulier ‘Enig Document’ nodig. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de BelastingTelefoon Douane (0800 - 0143). U koopt een personenauto of motorrijwiel in een EU-land
Als u een personenauto of motorrijwiel in een eu-land koopt, hoeft u geen douanerechten te betalen. btw moet u als particulier alleen betalen als het gaat om een nieuwe personenauto of een nieuw motorrijwiel. Voor de btw is een motorrijtuig nieuw als hiermee op het moment van verwerving minder dan 6000 km is gereden of als het motorrijtuig niet meer dan zes maanden voor het moment van verwerving voor het eerst in gebruik werd genomen. De btw geeft u aan bij de Belastingdienst/Douane. Voorbeeld
Een auto die 7000 kilometer heeft gereden en vijf maanden geleden in gebruik is genomen, wordt voor de BTW als een nieuwe auto beschouwd. Dat betekent dat u omzetbelasting moet betalen als u zo’n personenauto in Nederland importeert.
Let op! Als u ondernemer bent, maakt het niet uit of u een nieuw of gebruikt motorrijtuig in een ander eu-land koopt. In beide gevallen moet u de btw aangeven via uw periodieke aangifte Omzetbelasting.
9
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Hoe doet u aangifte van BPM?
4
Hierna kunt u lezen hoe u aangifte voor de bpm moet doen. Ondernemers die regelmatig kentekens aanvragen kunnen in aanmerking komen voor een speciale regeling. Deze regeling is beschreven in paragraaf 4.2.
4.1
Algemeen Als u aangifte voor de bpm moet doen, dan is de procedure als volgt: – U laat de personenauto of het motorrijwiel keuren op een rdwkeuringsstation. – Na keuring bij de rdw doet u aangifte bij een bpm-aangiftepunt van de Belastingdienst/Douane. – Nadat u de bpm heeft betaald, stuurt de rdw u het kentekenbewijs.
Keuring bij de RDW
Voordat u aangifte doet, moet u de personenauto of het motorrijwiel op een rdw-keuringsstation laten keuren. U kunt voor de keuring een afspraak maken met het keuringsstation van de rdw in uw regio via telefoonnummer 0900 - 0739. Achter in deze bochure vindt u een overzicht van alle rdw-keuringsstations. Neem naar de keuring in ieder geval mee: – de personenauto of het motorrijwiel; – een geldig identiteitsbewijs, bijvoorbeeld een rijbewijs of een paspoort; – een bewijs van de herkomst van het motorrijtuig (bijvoorbeeld het buitenlands kentekenbewijs); – een conformiteitsverklaring wanneer uw auto of motor geen Europese typegoedkeuring heeft; – een certificaat van overeenstemming wanneer voor uw auto of motor een Europese typegoedkeuring is afgegeven. Nadat de personenauto of het motorrijwiel is goedgekeurd, doet u aangifte bij een bpm-aangiftepunt van de Belastingdienst/Douane. Aangifte doen bij een BPM-aangiftepunt
Een bpm-aangiftepunt is gevestigd op hetzelfde adres als het rdwkeuringsstation. Achter in deze brochure vindt u een overzicht van alle bpm-aangiftepunten. Bij het bpm-aangiftepunt wordt het te betalen bedrag 10
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
aan bpm vastgesteld. Nadat u dit bedrag heeft betaald, stuurt de rdw u het kentekenbewijs toe. Houd ook rekening met het volgende: – U moet zelf de kentekenplaten voor het motorrijtuig laten maken. – U bent verplicht voor uw motorrijtuig een wettelijke aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten. – Op het moment dat het kenteken op uw naam is geregistreerd, heeft u ook aangifte gedaan voor de motorrijtuigenbelasting. U krijgt hiervan automatisch bericht.
4.2
Speciale regeling voor ondernemers Als u ondernemer bent, kunt u een vergunning aanvragen om de bpm achteraf per tijdvak te mogen betalen. Om voor een bpm-vergunning in aanmerking te komen moet u: – regelmatig kentekens aanvragen; – zekerheid stellen (bijvoorbeeld een bankgarantie); – aan bepaalde administratieve verplichtingen voldoen; – in het bezit zijn van een rdw-vergunning. Een bpm-vergunning kunt u aanvragen bij het kantoor van de Belastingdienst waaronder u valt. Bij dat kantoor kunt u ook nadere informatie krijgen over de voorwaarden voor een bpm-vergunning.
Berekening van BPM
5
De bpm wordt berekend over de nettocatalogusprijs van een personenauto of motorrijwiel. Op de nettocatalogusprijs past u het bpm-tarief toe. De uitkomst wordt het bruto bpm-bedrag genoemd. Voor gebruikte personenauto’s of motorrijwielen geldt een lager bpm-bedrag. Voor gebruikte personenauto’s en motorrijwielen geldt een kortingsregeling. U kunt het bruto bpm-bedrag verminderen met een kortingspercentage dat afhankelijk is van de gebruiksperiode van het motorrijtuig. Zie voor informatie paragraaf 5.3. 11
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
5.1
Nettocatalogusprijs bepalen Uitgangspunt voor de berekening van bpm is de nettocatalogusprijs van de personenauto of het motorrijwiel. De nettocatalogusprijs is de catalogusprijs verminderd met de btw. De catalogusprijs is de geadviseerde verkoopprijs die in Nederland geldt, op de datum waarop het motorrijtuig voor het eerst in gebruik is genomen. Dat is de verkoopprijs inclusief de waarde van de opties en accessoires. De catalogusprijs wordt vastgesteld door de fabrikant of de importeur van het motorrijtuig. Informatie over de catalogusprijs kunt u krijgen bij de importeur, een dealer, de Bovag, de rai of de anwb. Let op! Importeurs vermelden in hun prijslijsten veelal de consumentenprijs. Dat is de catalogusprijs plus de bpm en dus niet hetzelfde als de catalogusprijs.
Extra voorzieningen (opties en accessoires)
De waarde van extra voorzieningen, zoals airconditioning, elektrisch bedienbare ruiten en centrale deurvergrendeling maakt deel uit van de catalogusprijs en dus ook van de berekeningsgrondslag voor de bpm, de nettocatalogusprijs. De waarde van een aantal speciaal aangewezen voorzieningen worden voor de berekening van de bpm buiten beschouwing gelaten. Het gaat om voorzieningen die de veiligheid bevorderen of een gunstig effect hebben op het milieu. In de hierna opgenomen tabel vindt u een overzicht van de voorzieningen waarvan de waarde buiten beschouwing wordt gelaten. Voor de meeste voorzieningen is een vast bedrag vastgesteld. De in de tabel opgenomen bedragen zijn exclusief btw en worden dus volledig op de nettocatalogusprijs in mindering gebracht. De lijst wordt periodiek aangepast. De vermindering wordt bepaald op het moment van registratie van het voertuig volgens de op dat moment geldende lijst. Meer informatie over extra voorzieningen kunt u krijgen bij de BelastingTelefoon voor ondernemers 0800 - 0443 en de BelastingTelefoon Douane 0800 - 0143.
12
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Van BPM vrijgestelde voorzieningen • voor personenauto’s hoofdbeschermingsysteem bij zijaanrijdingen automatisch bandenspanningcontrolesysteem whiplash beschermingsysteem standkachel navigatiesysteem*
tegen een bedrag van E 485 E 350 E 225 per stoel E 675 E 1.250
*Dit systeem mag niet te programmeren zijn tijdens het rijden • voor motorrijwielen antiblokkeersysteem remsysteem met automatische verdeling van de remkracht over de wielen
automatisch uitschakelsysteem bij stationaire motor hellingshoeksensor • voor personenauto’s en motorrijwielen aardgasinstallatie LPG-installatie boordcomputer met brandstofverbruikindicator voor het momentane verbruik cruisecontrol econometer
tegen een bedrag van E 1.125 E 900 (of E 450 als ook een antiblokkeersysteem aanwezig is) E 350 E 275 tegen een bedrag van werkelijke waarde werkelijke waarde E 150 E 225 E 50
Gebruikte personenauto of gebruikt motorrijwiel
Als u de bpm moet berekenen voor een gebruikte personenauto of een gebruikt motorrijwiel, moet u uitgaan van de catalogusprijs die in Nederland gold op het moment dat het motorrijtuig voor het eerst in gebruik werd genomen. De rdw bepaalt dit tijdstip bij de keuring van de personenauto of het motorrijwiel aan de hand van de gegevens die over het motorrijtuig bekend zijn. Als dit tijdstip niet bepaald kan worden, geldt de laatste dag van het jaar waarin de personenauto of het motorrijwiel is vervaardigd. Als de catalogusprijs niet bekend is, wordt de prijs door vergelijking bepaald. Tot personenauto omgebouwde bestelauto
Als u de bpm moet berekenen van een tot personenauto omgebouwde bestelauto, moet u niet uitgaan van de catalogusprijs van de bestelauto. Het gaat in dit geval om de catalogusprijs die in Nederland gold voor de uitvoering als personenauto op het moment dat de bestelauto destijds voor het eerst in gebruik werd genomen.
13
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
De rdw bepaalt dit tijdstip bij de keuring van het motorrijtuig aan de hand van de gegevens die over het motorrijtuig bekend zijn. Als het tijdstip niet bepaald kan worden, geldt de laatste dag van het jaar waarin de bestelauto is vervaardigd. Als de catalogusprijs niet bekend is, wordt de prijs door vergelijking bepaald. Kampeerauto
U berekent de bpm over de catalogusprijs van een gesloten bestelauto wanneer die auto: – is ingericht als kampeerauto; – is omgebouwd tot kampeerauto. U berekent de bpm over de catalogusprijs van de overeenkomstige gesloten bestelauto wanneer een chassiscabine is omgebouwd tot kampeerauto. Wijkt de voor de inrichting als of de ombouw tot kampeerauto gebruikte bestelauto af van leverbare bestelauto’s, dan gaat u voor de catalogusprijsuit van de gesloten bestelauto die zoveel mogelijk met de kampeerauto vergelijkbaar is. Hierbij houdt u achtereenvolgens rekening met: – het merk en het type van de gebruikte auto of chassis-cabine; – het motortype (diesel, benzine, cilinderinhoud, aantal kW); – de wielbasis van de kampeerauto. In alle gevallen is de hoogte niet van belang en kunt u uitgaan van de laagste uitvoering. Heeft de kampeerauto een andere wielbasis dan de vergelijkbare bestelauto of chassiscabine, dan gaat u voor de catalogusprijs uit van de bestelauto met de meest vergelijkbare wielbasis, gemeten in centimeters. Ligt de wielbasis van uw kampeerauto tussen die van vergelijkbare bestelauto’s of chassiscabines in dan kiest u die waarvan de netto catalogusprijs voor u het gunstigst is.
5.2
BPM-tarief
toepassen
Nadat u de nettocatalogusprijs heeft bepaald, moet u hierop het bpmtarief toepassen. Het bpm-tarief bestaat uit een percentage en een verminderingsbedrag of een vermeerderingsbedrag. In de tabel staat een overzicht van de percentages en de verminderings- en vermeerderingsbedragen.
14
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Type vervoermiddel
% van de netto
Verminderings Vermeerderings
catalogusprijs
bedrag
Personenauto’s (geen dieselmotor)
45,2
E 1.540
Personenauto’s met een dieselmotor
45,2
Motorrijwiel met een nettocatalogusprijs van maximaal E 2.133
10,2
E0
Motorrijwiel met een nettocatalogusprijs van meer dan E 2.133
20,7
E 224
bedrag
E 328
U berekent de bpm als volgt: bpm = (nettocatalogusprijs x percentage) – verminderingsbedrag. of bpm = (nettocatalogusprijs x percentage) + vermeerderingsbedrag. De uitkomst is het bruto bpm-bedrag.
5.3
Berekening BPM voor gebruikte personenauto’s of gebruikte motorrijwielen Voor gebruikte personenauto’s of gebruikte motorrijwielen mag u een lager bpm-bedrag berekenen volgens een van de hierna toegelichte methoden. U kunt zelf een methode kiezen.
Berekening op basis van de catalogusprijs
Het bruto bpm-bedrag mag u bij deze methode verminderen met een kortingspercentage. De hoogte van dat kortingspercentage is afhankelijk van de gebruiksperiode van het motorrijtuig. Daarom bepaalt u eerst hoeveel maanden of jaren het motorrijtuig is gebruikt. Daarna kunt u het juiste kortingspercentage toepassen. Gebruiksperiode bepalen
De gebruiksperiode bepaalt u als volgt: 1 Bepaal de datum waarop het voertuig voor het eerst in gebruik werd genomen (zie paragraaf 5.1). 2 Bepaal de datum waarop de personenauto of het motorrijwiel zal worden geregistreerd. Deze datum ligt 10 werkdagen na de datum waarop u de bpm voldoet. 15
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
3 Bereken hoeveel volle maanden of jaren er verstreken zijn tussen de datum van eerste ingebruikname en de registratiedatum. Bij de berekening van het kortingspercentage wordt uitgegaan van volle maanden of jaren. Een volle maand is een periode van 30 of 31 dagen (februari 28 of 29 dagen). In de tabel hierna wordt verduidelijkt wat een volle maand of een vol jaar is. Datum eerste
Registratiedatum
Gebruiksperiode
29 december 2003 31 december 2003 29 februari 2004 2 februari 2004
minder dan een maand een maand een maand een maand of meer, maar minder dan twee maanden een jaar of meer, maar minder dan twee jaar
ingebruikname
30 30 31 31
november 2003 november 2003 januari 2004 december 2003
31 januari 2003
30 april 2004
Kortingspercentage toepassen
In de tabel hierna kunt u zien met welk percentage u het bruto bpm-bedrag van een gebruikt motorrijtuig kunt verminderen. Voor auto’s en motorrijwielen van 25 jaar of ouder hoeft u geen bpm te betalen. Periode tussen datum eerste ingebruikname en
Afschrijvings-
datum van registratie
percentage
Minder dan een maand 4 Een maand of meer, maar minder dan twee maanden 7 Twee maanden of meer, maar minder dan drie maanden 10 Drie maanden of meer, maar minder dan zes maanden 15 Zes maanden of meer, maar minder dan 1 jaar 24 1 jaar of meer, maar minder dan 2 jaar 37 2 jaar of meer, maar minder dan 3 jaar 47 3 jaar of meer, maar minder dan 4 jaar 57 4 jaar of meer, maar minder dan 5 jaar 66 5 jaar of meer, maar minder dan 6 jaar 72 6 jaar of meer, maar minder dan 7 jaar 77 7 jaar of meer, maar minder dan 8 jaar 82 8 jaar of meer, maar minder dan 9 jaar 86 9 jaar of meer, maar minder dan 25 jaar 90 25 jaar of meer 100 Berekening op basis van de verkoopwaarde
Onder voorwaarden kunt u de bpm voor gebruikte personenauto’s en gebruikte motorrijwielen ook berekenen over de verkoopwaarde. Bij deze 16
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
methode gaat u uit van de werkelijke waarde van het motorrijtuig op het moment van de aangifte. U kunt de verkoopwaarde op twee manieren aantonen: – met een in de branche algemeen gebruikelijke koerslijst voor de verkoop aan particulieren in Nederland; – met een recent taxatierapport dat de waarde van het motorrijtuig vermeldt bij verkoop aan particulieren in Nederland. Let op! De berekening op basis van de verkoopwaarde kunt u alleen toepassen als een in het buitenland geregistreerde en gebruikte personenauto of motorrijwiel voor het eerst in Nederland wordt geregistreerd. Meer informatie kunt u krijgen bij de BelastingTelefoon Douane 0800-0143.
6
Bijzondere situaties
In een aantal gevallen kan vrijstelling van bpm worden verleend. Ondernemers kunnen voor bepaalde motorrijtuigen in aanmerking komen voor teruggaaf van bpm. In de volgende paragrafen is beschreven wanneer vrijstelling of teruggaaf van bpm mogelijk is.
6.1
Vrijstelling van BPM Om in aanmerking te komen voor vrijstelling van bpm moet u een verzoek indienen bij de Belastingdienst/Douane. U kunt vrijstelling krijgen als u in Nederland woont en een van de volgende situaties is van toepassing: – U heeft een personenauto of een motorrijwiel met een buitenlands kenteken en deze is door uw buitenlandse werkgever aan u ter beschikking gesteld. – U heeft een personenauto of een motorrijwiel met een buitenlands kenteken en u heeft zelf een onderneming in het buitenland. Daarnaast is onder bepaalde voorwaarden vrijstelling mogelijk als u naar Nederland verhuist.
17
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
6.2
Teruggaaf van BPM Teruggaaf van bpm kan alleen onder bepaalde voorwaarden. Alleen ondernemers komen voor teruggaaf van bpm in aanmerking. Een verzoek om teruggaaf van bpm moet u indienen bij het kantoor van de Belastingdienst waaronder u valt. Teruggaaf van bpm kan worden verleend voor bepaalde motorrijtuigen zoals politie- en brandweerauto’s, taxi’s en (dieren)ambulances. Ook bij export van motorrijtuigen die in Nederland niet zijn gebruikt, is teruggaaf mogelijk.
7
Heeft u nog vragen?
Heeft u na het lezen van deze brochure nog vragen, dan kunt u voor meer informatie terecht bij de: – BelastingTelefoon voor ondernemers: 0800 - 0443; – BelastingTelefoon Douane: 0800 - 0143; De BelastingTelefoon voor ondernemers en de BelastingTelefoon Douane zijn bereikbaar op maandag t/m donderdag van 08.00 -20.00 uur en op vrijdag van 08.00-17.00 uur. Vanuit het buitenland is de BelastingTelefoon Douane bereikbaar op telefoonnummer (+31) 455 743 031. Voor meer informatie over kentekenregistratie kunt u terecht bij de rdw: 0900 - 0739. U kunt de Belastingdienst ook vinden op Internet. Het adres is www.belastingdienst.nl. Op deze site treft u algemene informatie aan over de Belastingdienst en belangrijke adressen en telefoonnummers.
18
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
RDW-keuringsstations en BPMaangiftepunten Almelo Van de Broekeweg 14 7602 PH Almelo RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (0546) 54 03 00 Fax: (0546) 54 03 01 Openingstijden: 8.30 - 16.00 Amsterdam Tijnmuiden 1 1046 AK Amsterdam RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (020) 581 35 46 Fax: (020) 611 18 17 Openingstijden: 8.00 - 16.30 Arnhem Malburgseveerweg 2 6833 HK Arnhem RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (026) 323 21 21 Fax: (026) 323 26 51 Openingstijden: 8.00 - 16.30 Elsloo Businesspark Stein 160 6181 MA Elsloo RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (043) 366 71 01 Fax: (046) 437 06 69 Openingstijden: 8.30 - 16.30 Groningen Duinkerkenstraat 25 9723 BP Groningen RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (050) 406 57 15/16 Fax: (050) 313 49 80 Openingstijden: ma. t/m do. 8.30 - 16.00
19
Heerenveen Jupiter 12 8448 CD Heerenveen RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (058) 294 96 12 Fax: (0513) 62 18 93 Openingstijden: ma t/m do 8.30 - 16.30 vr 8.30 - 12.30 ’s-Hertogenbosch Hedikhuizerweg 19 5222 BC ’s-Hertogenbosch RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (040) 292 19 90 Fax: (073) 623 41 80 Openingstijden: 8.30 - 16.30 Nieuwegein Hollandhaven 11 3433 PD Nieuwegein RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (030) 602 34 04 Fax: (030) 606 46 39 Openingstijden: 8.15 - 17.00 Rijen Haansbergseweg 18 5121 LJ Rijen RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (013) 465 17 10/11 Fax: (0161) 23 07 34 Openingstijden: 8.30 - 16.30 Roosendaal Borchwerf 18 4704 RG Roosendaal RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (0168) 35 90 71/72 Fax: (0165) 39 97 26 Openingstijden: 8.30 - 17.00
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Schiedam Calandstraat 97 3125 BA Schiedam RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (010) 448 06 36/39 Fax: (010) 415 58 17 Openingstijden: 8.00 - 17.00 Veldhoven De Run 4412 5503 LR Veldhoven RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (040) 254 92 85 Fax: (040) 255 39 45 Openingstijden: 8.00 - 16.00
Zwolle Ossenkamp 2 8024 AE Zwolle RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (038) 452 86 15 Fax: (038) 452 94 47 Openingstijden: ma t/m vr 8.00 - 12.45 en 13.15 - 16.30
Venlo Stanleyweg 4 5928 LR Venlo RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (077) 324 83 70 Fax: (077) 352 17 01 Openingstijden: 8.30 - 12.30 13.00 - 16.30 Waddinxveen Coenecoop 290 2741 PL Waddinxveen RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (0180) 63 74 64/66 Fax: (0182) 63 67 54 Openingstijden: 8.30 - 12.15 12.45 - 16.30 Zwijndrecht Zoutverkopersstraat 4 3334 KJ Zwijndrecht RDW: tel. 0900-0739 BPM: Tel: (0180) 64 22 47 Fax: (078) 629 90 45 Openingstijden: ma t/m do 7.45 - 16.30
20
belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm)
Dit is een uitgave van: Belastingdienst Centrum voor proces- en productontwikkeling mei 2004