ING Globale Woning- en Gezinsverzekering Algemene voorwaarden
Bel SchaAdsseis?t’Line ING u op 24 24
6 00
02 550 0
GWG-N-03-2014
@#
INLEIDING
II. DE BIJZONDERE VOORWAARDEN Samen met het verzekeringsvoorstel, indien er één is, beschrijven deze:
DE VERZEKERINGSPOLIS Deze verzekeringspolis is een overeenkomst die in gemeenschappelijk overleg tussen de verzekeringnemer en de maatschappij wordt gesloten. Ze bestaat uit twee onlosmakelijk verbonden delen, met name:
– de identificatiegegevens van de verzekeringnemer;
I. DE ALGEMENE VOORWAARDEN
– de door hem gekozen waarborgen;
Deze bevatten in hoofdzaak de beschrijving van de door de maatschappij gedekte waarborgen
– de te betalen premies.
– het verzekerde risico; – zijn verklaringen (onder meer het gebruik van het risico); – de verzekerde kapitalen;
Deze voorwaarden zijn identiek voor alle verzekerden. Hoewel de bijzondere voorwaarden naar de algemene voorwaarden verwijzen, kunnen ze ervan afwijken en ze vervangen, om de polis aan de persoonlijke situatie van de verzekeringnemer aan te passen.
1
I. TOEPASSINGSGEBIED EN VOORWERP VAN DE WONINGVERZEKERING
III. VERPLICHTINGEN VAN DE VERZEKERDE Het recht van de verzekerde op een vergoeding bij een schadegeval wordt afhankelijk gemaakt van bepaalde verplichtingen en handelingen inzake aangifte, preventie en bescherming, zodat de doeltreffende toepassing van de overeenkomst mogelijk is.
Volgende vragen worden beantwoord in dit hoofdstuk: – Wie zijn de partijen bij de verzekering? – Wat is het doel van de woningverzekering ? – Welke zijn de verzekerde goederen?
IV. REGELING VAN DE SCHADEGEVALLEN
– Welke zijn de te verzekeren bedragen gebouw en inhoud?
Hier worden de verbintenissen van de verzekeraar tegenover de verzekerde beschreven, met name de berekeningswijze van de vergoeding, de minimumvergoeding, de betalingstermijn, de expertise... alsook de wettelijke of algemene grenzen zoals de vrijstelling die ten laste is van de verzekerde.
II. AANGEBODEN WAARBORGEN EN UITSLUITINGEN Alle waarborgen die de maatschappij wil verzekeren, alsook de beperkingen, worden opgesomd en om-schreven.
V. VERLOOP VAN DE OVEREENKOMST
A. De basiswaarborgen van de woningverzekering
In dit gedeelte wordt beschreven hoe de overeenkomst tot stand komt en hoe en wanneer de verzekeringnemer de overeenkomst kan opzeggen.
Alle basiswaarborgen zijn van toepassing, tenzij de bijzondere voorwaarden vermelden dat dit niet zo is.
VI. VARIA
B. De waarborgen in optie mits betaling van eenz bijpremie
VII. WOORDENLIJST De woordenlijst bevat de definitie van bepaalde technische termen of van woorden die op verschillende manieren kunnen worden geïnterpreteerd.
Dit zijn waarborgen die de verzekeringnemer al dan niet kan onderschrijven indien er basiswaarborgen werden onderschreven. De bijzondere voorwaarden vermelden uitdrukkelijk welke optionele waarborgen de verzekeringnemer heeft gekozen.
VIII. VERPLICHTE VERMELDINGEN INZAKE ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERING
Voor elke waarborg bepaalt de maatschappij welke dekking ze biedt, en welke niet, dat wil zeggen de “uitsluitingen”. Deze worden aangevuld door:
Dit onderdeel omvat de belangrijkste artikels uit de wet van 10 april 1971 op de arbeidsongevallen alsook de wettelijk verplichte voorwaarden, termijnen en modaliteiten om de waarborg Huispersoneel te beëindigen.
C. Algemene uitsluitingen Dit zijn de uitsluitingen die zowel gelden voor de basiswaarborgen van de woningverzekering als voor de waarborgen in optie (met uitsluiting van de waarborg Huispersoneel).
2
INHOUD I. TOEPASSINGSGEBIED EN VOORWERP VAN DE WONINGVERZEKERING 4
III. VERPLICHTINGEN VAN DE VERZEKERDE
37
1. Verplichtingen van de verzekeringnemer betreffende de verzekerde risico’s
37
1. Partijen bij de verzekering
4
2. Verplichtingen in het geval van verscheidene verzekeringnemers 38
2. Het doel van de woningverzekering
4
3. Verplichting tot premiebetaling
3. De verzekerde goederen
4
4. De te verzekeren bedragen gebouw en inhoud 6
4. Verplichtingen van de verzekerde betreffende de schadegevallen 38
II. AANGEBODEN WAARBORGEN
7
IV. REGELING VAN DE SCHADEGEVALLEN
41
A. Basiswaarborgen van de woningverzekering
7
1. Brand en aanverwante risico’s
7
1. Bepalingen eigen aan de basiswaarborgen en aan de waarborg Diefstal en vandalisme
41
2. Elektriciteitsschade
9
43
38
3. Glas- en sanitairschade
10
4. Storm, hagel, sneeuw- of ijsdruk
11
2. Bepalingen eigen aan de basiswaarborgen, aan de waarborgen Diefstal en vandalisme, Gestald(e) voertuig(en) en Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin
5. Waterschade
13
3. Bepalingen eigen aan alle waarborgen
43
6. Stookolieschade
15
7. Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Woning
16
V. VERLOOP VAN DE OVEREENKOMST
44
8. Natuurrampen
17
9 Aanslagen en arbeidsconflicten
19
10. Terrorisme
20
1. Op welk ogenblik gaat de waarborg in en voor welke duur?
44
11. Verzekerde aansprakelijkheden
21
2. De automatische aanpassing (indexering)
44
12. Aanvullende waarborgen
22
3. Wat gebeurt er bij overdracht van het verzekerde goed?
44
13. Bijkomende waarborgen
23
14. Bijstand
25
4. Wijziging van de voorwaarden en van het tarief
44
B. Waarborgen in optie
26
1. Diefstal en vandalisme
26
5. Wanneer en hoe kunnen de partijen de overeenkomst opzeggen?
45
2. Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin
28
3. Rechtsbijstand Woning en Gezin
30
VI. VARIA
46
33
1. Woonplaats en briefwisseling
46
35
2. Opmerkingen, vragen of klachten
46
36
3. Bevoegde rechtbanken
46
VII. WOORDENLIJST
47
4. Huispersoneel 5. Gestald(e) voertuig(en) C. Algemene uitsluitingen
VIII. VERPLICHTE VERMELDINGEN INZAKE ARBEIDSONGEVALLENVERZEKERING 50
3
1. Wanneer en hoe kunnen de partijen de overeenkomst opzeggen?
50
2. De wet op de arbeidsongevallen
50
Uittreksels uit de arbeidsongevallenwet
51
I. TOEPASSINGSGEBIED EN VOORWERP VAN DE WONINGVERZEKERING
3. De verzekerde goederen De verzekerde goederen omvatten: het gebouw, de inhoud, de inrichtingen en verfraaiingen.
Gebouw
1. Partijen bij de verzekering
Het geheel van al dan niet gescheiden constructies gelegen op het adres dat vermeld is in de bijzondere voorwaarden: • Het hoofdgebouw voor privégebruik als woning of voor vrije tijd, eventueel gedeeltelijk bestemd als kantoor (voor administratieve activiteiten zonder productie en of opslag) of voor de uitoefening van een vrij beroep (ander dan dat van apotheker). Alsook het hoofdgebouw dat uitsluitend wordt gebruikt als kantoor of kabinet voor de uitoefening van een vrij beroep (ander dan dat van apotheker). De aanhorigheden, dit wil zeggen de delen van het gebouw die via een binnendeur in verbinding staan met het hoofdgebouw, veranda’s inbegrepen, worden als een deel van het hoofdgebouw beschouwd. Het gebouw moet in goede staat van onderhoud zijn. De draagconstructie (het geraamte) van het gebouw, uitgezonderd vloeren en dakconstructie, moet bestaan uit harde en onbrandbare materialen. De buitenmuren van het gebouw moeten tevens voor minstens 75% opgetrokken zijn uit harde en onbrandbare materialen zoals natuursteen, zandsteen, baksteen, beton of metaal. Indien de draagconstructie van het gebouw opgetrokken zou zijn uit hout (prefab, massieve houtbouw, houtskeletbouw en dergelijke) of indien de buitenmuren van het gebouw voor meer dan 25% opgetrokken zijn uit hout of andere brandbare materialen, dan dient dit uitdrukkelijk gemeld te worden door de verzekeringnemer. Dergelijke constructies kunnen aanvaard worden mits voorafgaandelijk akkoord van de verzekeraar en mits betaling van een bijpremie. • De bijgebouwen, dit wil zeggen de constructies die op hetzelfde adres gelegen zijn als het hoofdgebouw maar die, al dan niet alleenstaand, er niet via een binnendeur mee in verbinding staan. Deze gebouwen mogen in gelijk welke materialen gebouwd zijn, tenzij zij dienen voor de uitoefening van een vrij beroep. In dat geval moet de draagconstructie (het geraamte) van het bijgebouw, uitgezonderd vloeren en dakconstructie, bestaan uit harde en onbrandbare materialen. De buitenmuren van het gebouw moeten tevens voor minstens 75% opgetrokken zijn uit harde en onbrandbare materialen zoals natuursteen, zandsteen, baksteen, beton of metaal zoals natuursteen, zandsteen, baksteen, beton of metaal. De bijgebouwen moeten tevens steeds in goede staat van onderhoud zijn. • De funderingen. • De goederen die blijvend aan het gebouw werden bevestigd en niet kunnen worden weggenomen zonder de betrokken goederen of het gebouw te beschadigen inclusief de inrichting bestemd voor het aangegeven vrij beroep.
De verzekeringnemer De verzekeringnemer is de natuurlijke persoon of rechtspersoon die de overeenkomst met de verzekeringsmaatschappij sluit.
De verzekerde De verzekerde is: 1. de verzekeringnemer; 2. de bij hem inwonende personen; de hoedanigheid van verzekerde blijft verworven voor de kinderen die, in het kader van hun studies, niet onder hetzelfde dak als de verzekerde verblijven; 3. hun personeel, hun mandatarissen en vennoten in de uitoefening van hun functie; 4. de toevallige gasten (enkel voor hun persoonlijke goederen); 5. elke andere in de bijzondere voorwaarden aangewezen persoon. Deze omschrijving van de verzekerde is van toepassing op de basiswaarborgen en op de waarborgen Diefstal en vandalisme en Gestald(e) voertuig(en). Een specifieke omschrijving van de verzekerde voor de waarborgen Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin, Rechtsbijstand Woning en Gezin en Huispersoneel wordt respectievelijk in punt II.B.2, punt II.B.3. en punt II.B.4. gegeven.
De maatschappij De maatschappij is de verzekeringsmaatschappij ING Non-Life Belgium nv (Sint-Michielswarande 70, 1040 Brussel, België, toegelaten onder nr. 2551).
De derde De derde is elke andere persoon dan de verzekerde of de maatschappij tenzij anders bepaald in de algemene voorwaarden.
2. Het doel van de woningverzekering Volgens de bewoordingen en binnen de perken van de overeenkomst is het doel de verzekerde te vergoeden voor de materiële schade aan zijn verzekerde goederen.
4
Inrichtingen en verfraaiingen
• De
binnenplaatsen, ingangen, serres, omheiningen, ingebouwde zwembaden, afsluitingen (zelfs in de vorm van beplantingen).
•
De zonnepanelen vastgemaakt aan of geïntegreerd in het hoofdgebouw of in het bijgebouw in harde materialen en de zonnepanelen verankerd in de tuin van het verzekerde gebouw op voorwaarde dat de zonnepanelen gemonteerd en verankerd werden volgens de voorschriften van de fabrikant. Zonnepanelen op een plat dak zonder verankering of voldoende ballast vallen buiten de dekking.
• De • •
Alle installaties die niet van het gebouw kunnen worden losgemaakt zonder te worden beschadigd of zonder het gebouw of een deel ervan te beschadigen zoals ingerichte keukens, geïnstalleerde badkamers, aansluitingen, leidingen, tellers, verf, behangpapier, houtwerk, verlaagde plafonds, diverse bekledingen van muren, vloeren of plafonds... •
– op zijn kosten uitgevoerd zijn en niet ter vervanging dienden, of
domotica-installatie.
e aangevoerde materialen die bestemd zijn om in het D gebouw verwerkt te worden.
– van een huurder verworven zijn. •
e garages en maximum 3 garages gelegen eender D waar in België en waarvan verzekerde eigenaar of huurder is en die vermeld worden in de bijzondere voorwaarden.
– van een vorige huurder verworven zijn, zonder dat zij ondertussen eigendom zijn geworden van de verhuurder.
De volgende goederen die aan de verzekerde toebehoren of toevertrouwd zijn en die zich in het gebouw of in de bijhorende tuin bevinden. De inboedel, dit wil zeggen:
De verhuizing
– de meubels en alle andere roerende voorwerpen die zich normaal in het gebouw bevinden, linnen, elektrische toestellen, enz.;
In België Als de verzekeringnemer verhuist naar een nieuwe hoofdverblijfplaats in België brengt hij de maatschappij zo snel mogelijk op de hoogte van:
– het tuingereedschap;
- de kenmerken van het nieuwe gebouw;
– de goederen van de gasten;
- zijn hoedanigheid als eigenaar of huurder.
– alle waarden tot maximaal 1.511 euro;
• Indien de verzekeringnemer niet langer eigenaar of huurder is van een door de polis gedekt gebouw en hij naar een ander gebouw in België verhuist, eindigen de waarborgen voor het eerste gebouw diezelfde dag en worden zij op hetzelfde ogenblik overgedragen op het nieuwe gebouw.
– alle juwelen tot maximaal 7.000 euro. • Het materieel: enkel het materieel dat aanwezig is in functie van de uitoefening van het aangegeven vrij beroep. •
Voor de verzekerde-huurder de inrichting en verfraaiingen worden als inhoud beschouwd wanneer zij – op zijn kosten uitgevoerd zijn en niet ter vervanging dienden, of
Inhoud
•
Voor de verzekerde-eigenaar: de inrichting en verfraaiingen worden als gebouw beschouwd wanneer zij
De koopwaar die aanwezig is in functie van de uitoefening van het aangegeven vrij beroep voor een maximumbedrag van 9.452 euro.
• De
Deze overdracht gebeurt zonder kosten en voor een duur van 60 dagen, te rekenen vanaf de datum van verhuizing.
huis- en neerhofdieren.
Na deze 60 dagen houden de waarborgen automatisch op te bestaan, zonder verdere kennisgeving.
Uitgesloten goederen met betrekking tot het gebouw en de inhoud
• Indien de verzekeringnemer eigenaar of huurder blijft van een door de polis gedekt gebouw nadat hij naar een nieuw gebouw in België is verhuisd, zijn de waarborgen gedurende 60 dagen gelijktijdig van toepassing op de twee gebouwen, zonder premieverhoging. Na deze termijn blijven de waarborgen slechts voor het nieuwe gebouw verworven. Deze termijn wordt teruggebracht tot 30 dagen voor de waarborg Diefstal en vandalisme.
De maatschappij dekt niet: – motorrijtuigen met een cilinderinhoud van meer dan 50 cc of waarvan de snelheid 45 km/uur kan overschrijden, met inbegrip van motorboten en jet-ski’s, en motorrijtuigen die aan de verplichte motorrijtuigenverzekering onderworpen zijn, tenzij anders bepaald in de bijzondere voorwaarden; – caravans (ook residentiële);
Naar het buitenland Bij verplaatsing van het risico naar het buitenland houdt de dekking op.
– huisdieren bestemd voor de fokkerij of de verkoop.
5
4. De te verzekeren bedragen gebouw en inhoud
beschadigde voorwerpen, wat hun aantal ook zij, vergoed. Voor elk voorwerp afzonderlijk kan de vergoeding evenwel niet hoger liggen dan de limiet per voorwerp waarvoor de verzekeringnemer heeft geopteerd, behalve in de gevallen waar specifieke limieten worden gehanteerd. De maatschappij staat echter toe dat de gekozen limiet voor twee voorwerpen wordt verdubbeld (= jokers). Deze voorwerpen worden na het schadegeval door de verzekerde aangeduid. Voor collecties geldt een specifieke limiet die, per collectie, gelijk is aan 5 maal de limiet per voorwerp waarvoor de verzekeringnemer heeft geopteerd.
• Indien de verzekeringnemer de aanwijzingen van het evaluatiesysteem dat hem door de maatschappij is voorgelegd nauwgezet heeft opgevolgd, dan zal het evenredigheidsbeginsel niet van toepassing zijn, Wanneer bij schade blijkt dat de verzekeringnemer het evaluatiesysteem niet correct heeft opgevolgd, zal de evenredigheid worden toegepast. Onder de volgende voorwaarden ziet de maatschappij echter af van de toepassing van de evenredigheidsregel: – voor het gebouw:
•
indien
het verschil tussen de premie met betrekking tot het aangegeven aantal plaatsen en bouwtype niet meer bedraagt dan 10% ten opzichte van de premie die aangerekend dient te worden met betrekking tot het werkelijk aantal plaatsen en bouwtype;
•
indien het verzekerde kapitaal inzake huurgevaar vastgesteld werd op basis van 20x de jaarlijkse huurprijs verhoogd met lasten in het geval van gedeeltelijke huurder. De lasten dienen niet de verbruikskosten te omvatten voor water, verwarming en elektriciteit.
de verzekeringnemer zelf het verzekerde bedrag voor de inhoud heeft bepaald, zal hij gedekt zijn ten belope van maximaal dit bedrag. Dit betekent echter niet dat de maatschappij de volledige schade zal vergoeden wanneer deze groter is dan het verzekerde bedrag zoals door de verzekeringnemer opgegeven. De onderverzekering zal echter niet toegepast worden indien de ontoereikendheid van het verzekerde bedrag niet meer bedraagt dan 10% van het bedrag dat verzekerd had moeten zijn.
Om toereikend te zijn moeten de verzekerde bedragen in overeenstemming zijn met de specificaties zoals beschreven in het hoofdstuk IV Regeling van de schadegevallen onder Raming van de schade.
– voor de inhoud:
• indien
• indien
de verzekeringnemer kiest voor een limiet per voorwerp dan worden alle vernietigde of
6
II. AANGEBODEN WAARBORGEN
Is eveneens gewaarborgd: – de plotselinge verzakking van de oprit van het verzekerde risico door motorvoertuigen die niet werden toevertrouwd aan de verzekerde en eigendom zijn van derden. De verzakking door regelmatig gebruik blijft echter uitgesloten;
A. Basiswaarborgen van de woningverzekering
– schade veroorzaakt door de val van bomen;
1. Brand en aanverwante risico’s
– de botsing met dieren: de schade veroorzaakt door het uitbreken of niet in bedwang houden van dieren die niet werden toevertrouwd aan de verzekerde en eigendom zijn van derden.
De maatschappij dekt:
Brand De materiële schade die voortvloeit uit de verbranding met vlammen buiten een normale vuurhaard, waardoor er ontvlamming ontstaat die zich kan uitbreiden.
Onroerende inbraakschade en vandalisme Schade veroorzaakt aan het verzekerde gebouw, met inbegrip van diefstal van onderdelen van het gebouw, bij diefstal of poging tot diefstal (onroerende inbraakschade), of als gevolg van een dwaze en onredelijke daad (vandalisme).
Ontploffing en implosie De materiële schade die veroorzaakt wordt door een ontploffing of implosie. Ook indien de oorzaak van deze schade geen rechtstreeks verband heeft met de verzekerde goederen, komt de maatschappij tussen. Schade veroorzaakt door de ontploffing van springstoffen, op voorwaarde dat de aanwezigheid ervan op die plaatsen niet voortvloeit uit een beroepsbezigheid, is eveneens gedekt.
Rook en roet, zonder voorafgaande brand De materiële schade door rook en roet ten gevolge van een plotselinge en gebrekkige werking: – van een verwarmingstoestel of open haard aangesloten op een schoorsteen;
Blikseminslag
– van een keukentoestel hierin inbegrepen de materiële schade door rook en roet ingevolge een keukenpot of -pan langdurig en door een vergetelheid achtergelaten op het kookvuur.
De schade die voortvloeit uit de rechtstreekse inslag van de bliksem op het gebouw of de verzekerde inhoud. Elektrocutie van de verzekerde dieren door bliksem is hierin inbegrepen.
Materiële gevolgschade
Botsing of val
De schade die het rechtstreekse gevolg is van een hierboven vermeld schadegeval in het gebouw of in de omgeving ervan, en die veroorzaakt wordt door:
De door de verzekerde goederen (inclusief tuinbeplantingen) opgelopen schade veroorzaakt door val of botsing van lucht- en ruimtevaartuigen, landvoertuigen met inbegrip van kranen en hijstoestellen (met inbegrip van onderdelen of voorwerpen die eraf of eruit vallen of daarbij weggeslingerd of omvergeworpen worden) op voorwaarde dat ze geen eigendom zijn van of niet werden toevertrouwd aan een verzekerde.
– rook, warmte, bijtende dampen, gas of water; – instorting; – atmosferische neerslag, wanneer deze in het vooraf beschadigde, verzekerde gebouw binnendringt voordat de verzekerde binnen een redelijke termijn de nodige beschermingsmaatregelen heeft kunnen treffen; – g isting en zelfontbranding gevolgd door brand of ontploffing.
7
Uitsluitingen
Bij onroerende inbraakschade of vandalisme
De maatschappij dekt nooit:
– schade aan een gebouw dat nooit bewoond werd of niet meer bewoond is gedurende meer dan 90 nachten, waarvan ten hoogste 60 achtereenvolgend, in de loop van 12 maanden vóór het schadegeval. De termijn van 12 maanden begint pas te lopen vanaf de bewoning van het gebouw (dit wil zeggen vanaf de datum dat de verzekerde er effectief verblijft);
Bij brand – de gehele of gedeeltelijke vernieling van in of op een vuurhaard geworpen of gelegde voorwerpen; – schade zonder ontvlamming, zoals schroei- en zengschade aan linnen, kledingstukken... (bijvoorbeeld door een strijkijzer of een sigaret...); – schade door gewone oververhitting of door de nabijheid van of de aanraking met een licht- of warmtebron;
– schade aan een gebouw dat in aanbouw, verbouwing of afbraak is, tenzij dit gebouw bewoond blijft tijdens de verbouwings- of herstellingswerken;
– uitwasemingen, wegspringen of vallen van brandstoffen zonder dat er ontvlamming ontstaat;
– schade aan een gebouw dat niet afgesloten, bedekt of normaal gesloten is;
– de schade aan gebouwen of delen van gebouwen die bouwvallig zijn of bestemd zijn voor afbraak.
– schade aan een verlaten gebouw;
Bij ontploffing of implosie
– schade aan de inhoud die zich buiten het gebouw bevindt;
– schade door scheuren of barsten van toestellen of ketels door oververhitting of slijtage;
– schade toegebracht door of met medeplichtigheid van:
– schade voortvloeiend uit het breken, te wijten aan de door warmte of vorst veroorzaakte uitzetting van het water, – schade die te wijten is aan de middelpuntvliedende kracht, aan mechanische uitwerkingen of aan machinebreuk; – schade veroorzaakt door schokgolven te wijten aan de snelheid van gelijk welk toestel.
8
• een
• enig
• de huurder of de personen die bij hem inwonen.
verzekerde, een bloedverwant in opgaande of dalende lijn, alsook hun echtgeno(o)t(e)n; persoon die buiten diens diensturen voor een verzekerde werkt;
2. Elektriciteitsschade
Uitsluitingen
De maatschappij dekt:
De maatschappij dekt nooit:
De inwerking van elektriciteit
– toestellen die wijzigingen hebben ondergaan waardoor de door de fabrikant vastgestelde kenmerken zijn veranderd;
De schade veroorzaakt aan de verzekerde goederen door inwerking van elektriciteit in welke vorm dan ook en ongeacht de oorzaak (inductie, onrechtstreekse gevolgen van de bliksem) zoals:
– schade voortvloeiend uit een fabricagefout of uit de herstelling die onder de garantie van de fabrikant, verkoper of hersteller valt;
– elektriciteitsmeters; – elektrische leidingen;
– schade veroorzaakt door bouw-, verbouwings-, of afbraakwerken aan het verzekerde gebouw;
– toestellen of onderdelen van toestellen die elektrische energie produceren of gebruiken;
– schade te wijten aan slijtage, machinebreuk of een andere mechanische oorzaak.
– elektrische en elektronische toestellen, elektrische installaties (computers, televisietoestellen (inclusief televisietoestellen met LED, LCD en plasma schermen)...). De maatschappij neemt de kosten voor haar rekening voor het opsporen van het defect in de elektrische installatie dat aan de basis ligt van een gedekt schadegeval, en voor de daaropvolgende herstellingswerkzaamheden. De vergoedingsmodaliteiten van de elektrische en elektronische toestellen worden beschreven in hoofdstuk IV Regeling van de schadegevallen.
Materiële gevolgschade Schade die het rechtstreekse gevolg is van elektrische schade zoals hierboven vastgesteld: – rookschade. – bedorven voedingswaren in een diepvriezer en een koelkast voor privégebruik.
9
3. Glas- en sanitairschade
Sanitair
De maatschappij dekt:
Schade door het breken of barsten van het sanitair (gootsteen, badkuip...).
Glas, vitrokeramische en inductiekookplaten
Materiële gevolgschade
De maatschappij vergoedt de kosten voor de vervanging van de ruiten, alsook de kosten voor de herstelling en herinrichting van de ruimten waarin de ruiten zich bevinden.
Kosten of schade die rechtstreeks voortvloeien uit glas- of sanitairschade: – schade aan omlijstingen, drempels en steunen; – schade aan de verzekerde goederen door het wegspringen van glasscherven of scherven van het sanitair;
• wanneer het gebouw verzekerd is Schade door het breken of barsten van de ruiten “die onroerend zijn door bestemming”, dit wil zeggen:
– de herstellingskosten van opschriften, versieringen, gravures, schilderingen op glas.
– ruiten van deuren of vensters; – ramen bestaande uit kunstglas;
Uitsluitingen
– aan muren bevestigde spiegels en ruiten; – doorzichtige of doorschijnende veranda’s, koepels, panelen, luifels van glas of hard synthetisch materiaal;
De maatschappij dekt nooit:
– serres voor privégebruik, tot 2.174 euro per serre (met inbegrip van de inhoud);
– schade aan glazen vaatwerk;
– schade aan optisch glas; – schade aan natuursteen; – schade aan ruiten die nog niet in een omlijsting vastgezet of nog niet op een steun bevestigd zijn;
- aan de overkapping van een ingebouwd zwembad tot 2.174 euro.
– krassen, inbrandingen (door bijvoorbeeld gensters tijdens het lassen), afschilferingen en emailscherven;
– de schade door het ondoorzichtig worden van isolerende beglazing van het verzekerde risico veroorzaakt door condensatie en dit na uitputting van de waarborg verleend door de leverancier of fabrikant. Elke aangetaste ruit dient beschouwd te worden als een afzonderlijk schadegeval;
– schade veroorzaakt door bouw-, verbouwings- of afbraakwerken aan het verzekerde gebouw; – schade aan glas of sanitair bij het uitvoeren van werkzaamheden, met uitzondering van schoonmaak zonder het te verplaatsen;
– het breken van sanitair (gootsteen, badkuip, douche, toilet). De kostprijs en de plaatsingskosten van het toestel zijn eveneens gewaarborgd.
– schade aan onderdelen van het sanitair (kranen, leidingen...);
• wanneer de inhoud verzekerd is
– de kosten voor herstelling of herinrichting van de ruimten waarin het sanitair is geïnstalleerd (schilderwerk, betegeling...).
Schade door het breken of barsten van “roerende” ruiten, dit wil zeggen: – glas van kasten of tafels; – verplaatsbare ruiten en spiegels; – glas van aquariums.
10
4. Storm, hagel, sneeuwof ijsdruk
Sneeuw- of ijsdruk
De maatschappij dekt:
– het gewicht van de sneeuw of het ijs;
Storm
– het neervallen, verglijden of verschuiven van een samengepakte hoeveelheid sneeuw of ijs.
Materiële schade veroorzaakt aan de verzekerde goederen door:
Materiële schade veroorzaakt aan de verzekerde goederen. Het moet gaan om de rechtstreekse inwerking van de wind die volgens de metingen van het dichtstbijzijnde station van het KMI (Koninklijk Meteorologisch Instituut) een snelheid van 80 km/u bereikt, of een kracht van die aard heeft dat hij in een straal van 10 km rond het verzekerde gebouw een aantal, in de zin van de algemene voorwaarden verzekerbare gebouwen of andere goederen met een gelijkaardige weerstand, vernielt of beschadigt.
De waarborg strekt zich uit tot de schade veroorzaakt: – aan de serres voor privégebruik, tot 2.174 euro per serre (met inbegrip van de inhoud); – aan de overkapping van een ingebouwd zwembad tot 2.174 euro per overkapping.
Materiële gevolgschade Materiële schade die rechtstreeks voortvloeit uit een hierboven vermeld schadegeval (zie de drie voorgaande punten) en die veroorzaakt wordt door:
De waarborg strekt zich uit tot de schade veroorzaakt:
– b innendringen van sneeuw, regen, ijs of hagel in het verzekerde gebouw voordat de verzekerde, binnen een redelijke termijn, de nodige beschermingsmaatregelen heeft kunnen treffen;
– aan de serres voor privégebruik, tot 2.174 euro per serre (met inbegrip van de inhoud); – aan de overkapping van een ingebouwd zwembad tot 2.174 euro.
– b otsing van goederen die door wind, sneeuw of hagel opgetild, omvergeworpen of weggeslingerd worden;
Hagel
– instortingen.
Materiële schade veroorzaakt aan de verzekerde goederen door de inslag van hagel. De waarborg strekt zich uit tot de schade veroorzaakt: – aan de serres voor privégebruik, tot 2.174 euro per serre (met inbegrip van de inhoud); – aan de overkapping van een ingebouwd zwembad tot 2.174 euro.
11
Uitsluitingen
– aan goederen die aan de buitenkant van het verzekerde gebouw bevestigd zijn: antennes, stokken, palen, masten, buitenverlichtingsinstallaties, tenten en zeilen met uitzondering van gemotoriseerde en geïntegreerde zonnetenten deel uitmakend van het dak van een veranda, dakgoten, kroonlijsten met inbegrip van hun bekleding, afvoerpijpen, schade aan metselwerk door het wegrukken van deze installaties, rolluiken en slagluiken, gevelbekleding, zonnepanelen, eender welke afsluiting inclusief aangeplante afsluitingen waarbij voorzien zal worden in herbeplanting in volle grond met jonge planten;
De maatschappij dekt nooit de schade: – aan het verzekerde gebouw dat slecht onderhouden is, noch aan de inhoud ervan; – aan het verzekerde gebouw en de inhoud ervan dat het voorwerp uitmaakt van herstellings-, verbouwings-, onderhouds-, bouw- of afbraakwerkzaamheden, indien dit gebouw tijdens deze werken niet volledig gesloten en/of bedekt is of desgevallend slechts voorzien is van een voorlopige bedekking. Het verzekerde gebouw dat tijdens de verbouwing of herstelling bewoond blijft, is echter wel verzekerd, alsook de inhoud ervan;
– aan de inhoud die zich buiten het verzekerde gebouw bevindt behoudens tuinmeubelen en buitenspeeltuigen beperkt tot een maximum van 543 euro;
– aan gebouwen of delen van gebouwen die bouwvallig zijn of bestemd zijn voor afbraak; – aan bijgebouwen van het gebouw die gemakkelijk kunnen worden verplaatst of gedemonteerd (pergola’s, tuinhuizen en carports uitgezonderd) of waarvan de dakbedekking voor meer dan 20 % van de totale dakoppervlakte bestaat uit materialen waarvan het gewicht per m2 lager is dan 6 kg (met uitzondering van kunstleien en kunstpannen, riet en roofing) en de inhoud ervan;
– aan de inhoud wanneer het gebouw, waarin zich deze inhoud bevindt, niet vooraf beschadigd is; – die rechtstreeks of onrechtstreeks voortvloeit uit een overstroming of het overlopen of het opstuwen van de openbare riolering (onder voorbehoud van de bepalingen vermeld in het punt II.A.8 Natuurrampen).
12
5. Waterschade
– De schade veroorzaakt door infiltratie via siliconenvoegen van bad of douche en via de voegen van tegels voor zover er tijdig en efficiënt ingegrepen werd met betrekking tot de herstelling van de oorzaak. Enkel de gevolgschade is gewaarborgd. De schade aan de tegels blijft echter steeds uitgesloten.
De maatschappij dekt:
De schade veroorzaakt door hydraulische installaties De materiële schade aan de verzekerde goederen die rechtstreeks voortvloeit uit het wegvloeien van water door breken, barsten, lekken of overlopen van waterinstallaties in het gebouw of in naburige gebouwen.
De schade veroorzaakt door automatische blustoestellen en blusinstallaties De schade veroorzaakt aan de verzekerde goederen door lekken, breken, barsten, ontregelen of leeglopen van de automatische brandblustoestellen of -installaties in het gebouw en de naburige gebouwen.
De waterschade veroorzaakt door atmosferische neerslag De materiële schade aan de verzekerde goederen door:
De bijkomende kosten
– het binnendringen van regen, sneeuw of hagel door het dak van het gebouw of via het dak van de naburige gebouwen;
De maatschappij neemt de kosten voor haar rekening die voortvloeien uit: - de opzoekkosten en breekwerken bij een vermoeden van een lek in de ingebouwde of ondergrondse leiding zelfs wanneer er nog geen materiële schade wordt vastgesteld mits voorafgaande toestemming van de maatschappij;
– het binnendringen van regen, sneeuw of hagel door het breken, barsten of overlopen van de dakgoten of afvoerleidingen van het gebouw of de naburige gebouwen.
De waterschade door aquariums
– het opsporen van de leiding die aan de oorsprong ligt van een gedekt schadegeval, zelfs wanneer die ingebouwd werd of ondergronds is aangebracht;
De schade veroorzaakt door overlopen, lekken, breken of barsten van aquariums in het gebouw en de naburige gebouwen.
– het herstellen of vervangen van het gedeelte van de leiding (met inbegrip van de radiatoren) dat aan de oorsprong ligt van het schadegeval, ook de herstelling van de zinken bekleding (niet de vernieuwing) van daklijsten en dakgoten is gewaarborgd;
De waterschade veroorzaakt door waterbedden De schade veroorzaakt door lekken of barsten van waterbedden in het gebouw en de naburige gebouwen.
– de daaropvolgende herstellingswerkzaamheden. Bijkomend vergoedt de maatschappij na een gedekt schadegeval het verlies van water beperkt tot een maximum van 543 euro.
De schade veroorzaakt door huishoudtoestellen en sanitair – De schade veroorzaakt door het wegstromen van water uit huishoudtoestellen en sanitaire installaties (met inbegrip van leidingen, afvoerleidingen, septische putten en regenputten) in het gebouw en de naburige gebouwen.
13
Uitsluitingen De maatschappij dekt nooit: – bouw-, afbraak-, verbouwings-, herstellings- of onderhoudswerkzaamheden aan het verzekerde gebouw, of de gevolgen van die werkzaamheden, tenzij de verzekerde bewijst dat het schadegeval geen verband houdt met deze werkzaamheden;
Wat de verzekerde goederen betreft – de schade aan boilers, ketels, tanks, septische putten en regenputten, die aan de oorsprong van het schadegeval ligt; – de schade aan het dak en de uitwendige dichtheidsbekleding die de oorzaak zijn van het schadegeval;
– zwembaden en bijbehorende leidingen; – door bevriezing van hydraulische installaties en toestellen. De gevolgschade (namelijk andere schade door bevriezing en ontdooiing dan deze aan hydraulische installaties en toestellen) wordt echter wel ten laste genomen indien er door verzekerde voldoende maatregelen getroffen werden om deze installaties en toestellen van vorst te vrijwaren:
– de schade aan de inhoud van aquariums; – de schade aan binnenplaatsen en tuinen.
Wat de omstandigheden van het schadegeval betreft Schade veroorzaakt, zelfs in geval van onweer en onder voorbehoud van de bepalingen vermeld in punt II.A.8 Natuurrampen, door:
• leidingen
• bij
– verstopping, terugstroming of niet-afvoering van de openbare rioleringen, – ondergrondse waterinsijpeling zoals grondwater en oppervlaktewater; – de omgevende vochtigheid (condensatie) met inbegrip van de behandeling van schimmels (huiszwam, ...), behalve wanneer zij het rechtstreekse gevolg is van een gedekte waterschade die bovendien vakkundig is hersteld. De tegemoetkoming is beperkt tot 15.127 euro per schadegeval; – de roest of corrosie van de ingebouwde leidingen; deze schade is evenwel gedekt indien het een eerste schadegeval betreft;
14
in niet verwarmde lokalen of leidingen die in opbouw tegen de binnenzijde van een buitengevel gemonteerd werden, dienen voldoende geïsoleerd te worden; en niet bewoning ’s nachts gedurende 8 opeenvolgende dagen in de periode tussen 1 december en 1 maart, zal verzekerde de hoofdkraan van de waterleiding dienen dicht te draaien en de leidingen dienen te ledigen. Indien het verzekerde gebouw verhuurd wordt, rust deze verplichting op de huurder en komen wij wel tussen ten voordele van de eigenaar en behouden wij onze rechten ten opzichte van de huurder, zelfs bij een afstand van verhaal.
6. Stookolieschade
Uitsluitingen :
De maatschappij dekt:
De maatschappij dekt nooit:
De schade veroorzaakt door stookolie of een andere vloeibare brandstof
– d e herstellingskosten en vervanging van tanks en leidingen die aan de oorsprong van het schadegeval liggen;
De materiële schade veroorzaakt door stookolie of een andere vloeibare brandstof aan de verzekerde goederen door het lekken, breken, barsten of overlopen van de verwarmingsinstallaties of -leidingen of van de tanks in het gebouw en de naburige gebouwen.
– d e schade veroorzaakt tijdens werken van welke aard ook aan de bodem, de centrale verwarmingsinstallatie en de stookolietank en de daarop aangesloten leidingen;
De maatschappij dekt bijkomend:
– d e schade aan de ondergrond van de terreinen waarop het verzekerde gebouw zich bevindt tenzij de schade veroorzaakt werd door het lekken van een dubbelwandige ondergrondse tank met een inhoud van maximaal 20.000 liter en die voldoet aan de wettelijke normen en regelgeving inzake controle, onderhoud en plaatsing;
– d e historische vervuiling van de ondergrond;
De schade veroorzaakt door stookolie of een andere vloeibare brandstof aan de verzekerde goederen door het lekken van een dubbelwandige ondergrondse tank met een inhoud van maximaal 2.000 liter en die voldoet aan de wettelijke normen en regelgeving inzake controle, onderhoud en plaatsing. In dat geval worden vergoed:
– d e schade veroorzaakt tijdens levering van stookolie of een andere vloeibare brandstof.
– het verlies aan stookolie tot maximaal 1.500 euro; – de kosten voor opsporing van het lek en herstel in oorspronkelijke toestand van opritten, terrassen, verhardingen (met uitsluiting van tuinaanleg in de ruimste zin) die opengebroken dienden te worden om het lek te herstellen; – de kosten voor onderzoek in het kader van een bodemsaneringsproject door een erkend bodemsaneringdeskundige; – de kosten voor de sanering van ondergrond van de terreinen waarop het verzekerde gebouw zich bevindt tot maximaal 12.500 euro.
15
7. Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Woning
– de schade veroorzaakt door: – het gebouw of deel van het gebouw buiten het hoofdverblijf dat bewoond wordt door verzekerde studenten in het kader van hun studies;
De maatschappij dekt:
– het gebouw of de delen van het gebouw die dienst doen als tweede verblijf van de verzekerde;
• tot maximaal: – 23.898.562,03 euro voor de gevolgen van lichamelijke letsels;
– de garages voor het privégebruik van de verzekerden.
– 2.050.000 euro voor de gevolgen van materiële schade.
• De
aansprakelijkheid van de verzekerde krachtens artikel 544 van het Burgerlijk Wetboek wegens burenhinder, op voorwaarde dat de schade voortvloeit uit een voor de verzekerde plotselinge en onvoorziene gebeurtenis.
• de aansprakelijkheid van de verzekerde krachtens de artikelen 1382 tot 1386bis van het Burgerlijk Wetboek voor schade veroorzaakt aan derden door het verzekerde gebouw en de bijhorende aangrenzende terreinen tenzij anders bepaald in de bijzondere voorwaarden.
Uitsluitingen
Daarin begrepen zijn:
De maatschappij dekt niet:
– de liften en goederenliften waarvoor een onderhoudscontract is afgesloten dat van kracht is ten tijde van het schadegeval, en die aan de periodieke controle van een erkende instelling onderworpen zijn;
– de schade aan de gemeenschappelijke delen van het aangeduide gebouw in de veronderstelling dat de mede-eigenaars collectief aansprakelijk zijn; – de schade veroorzaakt door het verzekerde gebouw gedurende de opbouw, afbraakwerken, wederopbouw of de aanpassingswerken eraan;
– de belemmering van de voetpaden behorend tot het gebouw en het niet ruimen van sneeuw, ijs en ijzel;
– de schade veroorzaakt door de uitoefening van een beroep;
– de verzekerde inhoud. • indien de overeenkomst betrekking heeft op het hoofdverblijf van de verzekerde of indien de waarborg Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin werd onderschreven, de aansprakelijkheid van de verzekerde krachtens de artikelen 1382 tot 1386bis van het Burgerlijk Wetboek voor schade veroorzaakt aan derden.
– de schade veroorzaakt door motorrijtuigen; – de schade aan de inhoud en dieren die de verzekerde in bewaking heeft; – de materiële schade door vuur, brand, ontploffing of rook als gevolg van vuur of brand, ontstaan in of overgeslagen van het gebouw waarvan de verzekerde eigenaar of huurder is;
De waarborg dekt dan : – de schade veroorzaakt door het gebouw dat dienst doet als hoofdverblijf, met inbegrip van:
– de geldboeten en kosten van strafvervolging;
– de delen bestemd voor de uitoefening van een vrij beroep of een kantooractiviteit;
– de terreinen met een totale oppervlakte van meer dan 5 hectare;
– de delen die verhuurd of kosteloos in gebruik gegeven zijn aan derden, wanneer het gebouw bovendien één of twee appartementen omvat (garages inbegrepen).
– schade die voortvloeit uit terrorisme (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk II.A.10 Terrorisme).
16
8. Natuurrampen
de initiële aardbeving en haar naschokken die optreden binnen 72 uur, alsook de verzekerde gevaren die er rechtstreeks uit voortvloeien.
Deze waarborg is van toepassing tenzij de bijzondere voorwaarden vermelden dat de dekking Natuurrampen van het Tariferingsbureau van toepassing is. De onderstaande waarborgen worden dan vervangen door de “Algemene voorwaarden van het Tariferingsbureau 2010” zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 14 december 2009. Een specifieke vrijstelling is in dit geval van toepassing. Per schadegeval zal een geïndexeerde vrijstelling van 1.173,83 euro tegen de index der consumptieprijzen 230,61 (maart 2012- basis 1981=100) afgetrokken worden.
Een aardverschuiving of grondverzakking Een beweging van een belangrijke massa van de bodemlaag die goederen vernielt of beschadigt, die geheel of gedeeltelijk te wijten is aan een natuurlijk fenomeen anders dan een overstroming of een aardbeving. De grondverzakking of -verschuiving en elke beweging van de grond die hierop volgt binnen een tijdspanne van 72 uur worden beschouwd als één gebeurtenis. Het binnenstromen van water door atmosferische neerslag van uitzonderlijke intensiteit die niet of onvoldoende kan opgevangen en afgevoerd worden door de openbare rioleringen of iedere andere afvoerinstallatie.
De maatschappij dekt de materiële schade aan de verzekerde goederen die voortvloeit uit:
De maatschappij vergoedt bijkomend de kosten voor: - het heraanleggen van de tuin en zijn beplantingen (gelijksoortige jonge beplanting) wanneer die zijn veroorzaakt door reddingsoperaties of een hierboven gedekt schadegeval.
Een overstroming Elk buiten de oevers treden van waterlopen, kanalen, meren, vijvers of zeeën die het gevolg is van atmosferische neerslag, smelten van sneeuw of ijs, een dijkbreuk of een vloedgolf. Alsook het afvloeien van water wegens onvoldoende absorptie door de grond ten gevolge van atmosferische neerslag. Worden beschouwd als één gebeurtenis: de initiële overloop van een waterloop, kanaal, meer, vijver of zee en elke overloop die optreedt binnen 168 uur na het zakken van het waterpeil te weten de terugkeer binnen zijn gewone limieten van de waterloop, kanaal, meer, vijver of zee, alsook de verzekerde gevaren die er rechtstreeks uit voortvloeien.
- het heraanleggen van de bodembedekking (steenslag, dolomiet, boomschors en alle andere bodembedekkers die weggespoeld worden) tot 3.809 euro. Als de verzekerde goederen zelf niet werden beschadigd, beperken wij onze tegemoetkoming tot 3.809 euro.
Vaststelling van een natuurramp Metingen uitgevoerd door bevoegde openbare instellingen of bij ontstentenis door private instellingen die over de nodige wetenschappelijke bevoegdheden beschikken, mogen gebruikt worden voor de vaststelling van een natuurramp.
Het overlopen of opstuwen van de openbare riolen Veroorzaakt door het wassen van het water of door atmosferische neerslag, een storm, het smelten van sneeuw of ijs of een overstroming.
Vergoedingsgrens
Een aardbeving
De maatschappij beperkt het totaal van de uitgaven ten laste tot het laagste bedrag voorzien in Artikel 68-8 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst. Wanneer de limieten, voorgeschreven door artikel 34-3, derde lid van de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen, overschreden zouden worden, wordt de vergoeding verschuldigd uit hoofde van elk verzekeringscontract evenredig verminderd.
Elke aardbeving van natuurlijke oorsprong, geregistreerd met een magnitude van minstens vier graden op de schaal van Richter, of die tegen dit gevaar verzekerbare goederen gelegen in een straal van 10 km van het aangeduide gebouw vernietigt, breekt of beschadigt. Evenals de overstromingen, het overlopen of het opstuwen van de openbare riolen, de aardverschuivingen of -verzakkingen die eruit voortvloeien. Worden beschouwd als één gebeurtenis:
17
Uitsluitingen
- de schade aan vervoerde goederen en aan landvoertuigen en lucht-, zee-, meer- en riviervaartuigen;
De maatschappij dekt niet: - de schade aan voorwerpen die zich buiten een gebouw bevinden, behalve als ze er voorgoed aan vastgemaakt zijn;
- de schade aan de niet-binnengehaalde oogsten, de levende veestapel buiten het gebouw, de bodem, de teelten en de bosaanplantingen;
- de schade aan constructies die gemakkelijk verplaatsbaar of uiteen te nemen of die bouwvallig of in afbraak zijn, en hun eventuele inhoud, behalve indien deze constructies als hoofdverblijf van de verzekerde dienen;
- diefstal, vandalisme, roerende en onroerende beschadigingen gepleegd bij een diefstal of poging tot diefstal, en daden van kwaadwilligheid die mogelijk gemaakt of vergemakkelijkt werden door een verzekerd schadegeval;
- de schade aan goederen waarvan de herstelling van de schade wordt georganiseerd door bijzondere wetten of door internationale overeenkomsten;
– schade die voortvloeit uit terrorisme (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk II.A.10 Terrorisme).
18
9. Aanslagen en arbeidsconflicten
Arbeidsconflicten
De maatschappij dekt met een maximum van 1.214.758,06 euro:
De materiële schade die rechtstreeks aan de verzekerde goederen wordt veroorzaakt door elke collectieve betwisting, in welke vorm ook, in het kader van arbeidsverhoudingen, met inbegrip van:
Aanslagen
•
Staking: de door een groep werknemers, ambtenaren of zelfstandigen beraamde stillegging van het werk.
De materiële schade rechtstreeks aan de verzekerde goederen veroorzaakt door alle vormen van oproer, volksbeweging, daden van terrorisme of sabotage: •
•
Lock-out: de voorlopige sluiting van een onderne-
•
ming waartoe beslist is om het personeel tot een vergelijk te dwingen in een arbeidsconflict.
Oproer: gewelddadige manifestatie - zelfs als ze niet beraamd is - van een groep personen, die met opgehitste gemoederen plaatsvindt en gekenmerkt wordt door ongeregeldheden of onwettige daden. Oproer omvat eveneens verzet tegen de organen die met de handhaving van de openbare orde belast zijn, zonder dat een dergelijke beweging noodzakelijk tot doel heeft de gevestigde openbare macht omver te werpen.
Door de overheid genomen vrijwaringsmaatregelen De materiële schade die voortvloeit uit maatregelen die door de bevoegde instanties worden genomen om de verzekerde goederen te vrijwaren en te beschermen.
Volksbeweging: gewelddadige manifestatie - zelfs als ze niet beraamd is - van een groep personen die, zonder dat er opstand is tegen de gevestigde orde, toch plaatsvindt met opgehitste gemoederen en gekenmerkt wordt door ongeregeldheden of onwettige daden.
Specifieke schorsingsmogelijkheid van de waarborg Overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 24/12/92 kan de maatschappij de waarborg schorsen wanneer zij daarvoor, door een algemene maatregel, de toestemming heeft van het ministerie van Economische Zaken, op grond van een met redenen omkleed besluit. De schorsing gaat dan zeven dagen na de betekening ervan in.
19
10. Terrorisme
Uitbetalingregel Overeenkomstig voornoemde wet van 1 april 2007, beslist het Comité of een gebeurtenis beantwoordt aan de definitie van terrorisme. Opdat het bedrag genoemd in dit artikel niet zou worden overschreden, bepaalt dit Comité, ten laatste 6 maanden na de gebeurtenis, het percentage van de schadevergoeding dat door ING Non-Life Belgium nv ingevolge de gebeurtenis dient te worden vergoed. Het Comité kan dat percentage herzien. Ten laatste op 31 december van het derde jaar volgend op het jaar van de gebeurtenis, neemt het Comité een definitieve beslissing omtrent het uit te betalen percentage van schadevergoeding.
Onder terrorisme wordt verstaan: een clandestien georganiseerde actie of dreiging van actie met ideologische, politieke, etnische of religieuze bedoelingen, individueel of door een groep uitgevoerd, waarbij geweld wordt gepleegd op personen of de economische waarde van een materieel of immaterieel goed geheel of gedeeltelijk wordt vernield, ofwel om indruk te maken op het publiek, een klimaat van onveiligheid te scheppen of de overheid onder druk te zetten, ofwel om het verkeer of de normale werking van een dienst of een onderneming te belemmeren.
De verzekerde of de begunstigde(n) kan tegenover ING Non-Life Belgium nv pas aanspraak maken op de schadevergoeding nadat het Comité het percentage heeft vastgesteld.
Lidmaatschap ING Non-Life Belgium nv dekt de schade veroorzaakt door terrorisme. ING Non-Life Belgium nv is hiertoe lid van de vzw TRIP (Terrorism Reinsurance and Insurance Pool).
ING Non-Life Belgium nv betaalt het verzekerde bedrag uit overeenkomstig het percentage vastgesteld door het Comité.
Overeenkomstig de wet van 1 april 2007 betreffende de verzekering tegen schade veroorzaakt door terrorisme die in werking getreden is op 1 mei 2008, wordt de uitvoering van alle verbintenissen van alle verzekeringsondernemingen die lid zijn van de vzw, beperkt tot 1 miljard euro per kalenderjaar voor de schade veroorzaakt door alle gebeurtenissen erkend als terrorisme voorgevallen tijdens dat kalenderjaar. Dit bedrag wordt elk jaar aangepast op 1 januari volgens de ontwikkeling van het indexcijfer der consumptieprijzen, met als basis het indexcijfer van december 2005. Ingeval van wettelijke of reglementaire wijziging van dit basisbedrag, zal het gewijzigde bedrag automatisch van toepassing zijn vanaf de eerstvolgende vervaldag na de wijziging, tenzij de wetgever uitdrukkelijk in een andere overgangsregel voorziet.
Indien het Comité het percentage verlaagt, zal de verlaging van de schadevergoeding niet gelden voor de reeds uitgekeerde schadevergoedingen, noch voor de nog uit te keren schadevergoedingen waarvoor ING Non-Life Belgium nv reeds een beslissing aan de verzekerde of de begunstigde(n) heeft meegedeeld. Indien het Comité het percentage verhoogt, geldt de verhoging van de schadevergoeding voor alle aangegeven schade gevallen voortvloeiend uit de gebeurtenis erkend als terrorisme.
Uitsluitingen
Indien het totaal van de berekende of geraamde schadevergoedingen groter is dan het bedrag genoemd in de vorige alinea, wordt een evenredigheidsregel toegepast: de uit te keren schadevergoedingen worden beperkt ten belope van de verhouding van het bedrag genoemd in de vorige alinea of de nog beschikbare middelen voor dat kalenderjaar ten opzichte van de uit te keren schadevergoedingen toegerekend aan dat kalenderjaar.
De maatschappij dekt nooit de schade veroorzaakt door wapens of tuigen die bestemd zijn om te ontploffen door de structuurwijziging van de atoomkern.
20
11. Verzekerde aansprakelijkheden
• de materiële schade die door de huurder opgelopen wordt als gevolg van een constructiefout of een gebrekkig onderhoud van het gebouw;
De polis kan worden onderschreven zowel door de eigenaar van een gebouw als door de huurder ervan. Binnen de perken van de gedekte schadegevallen worden de aansprakelijkheidsverhoudingen van beiden als volgt gedekt:
• de door de huurder opgelopen huurderving en bedrijfsschade waarvoor de eigenaar aansprakelijk wordt gesteld krachtens artikel 1721 van het Burgerlijk Wetboek. De maatschappij dekt de aansprakelijkheid tegenover derden en buren voor de hen berokkende materiële schade door het overslaan van een schadegeval “vuur, brand,ontploffing en rook op goederen die hen toebehoren, waarvoor de verzekerde aansprakelijk is krachtens de artikelen 1382 tot 1386bis en artikel 544 van het Burgerlijk Wetboek. Deze waarborg geldt eveneens indien de eigenaar voorziet in een afstand van verhaal tegenover de huurder of gebruiker en u in uw hoedanigheid als huurder of gebruiker van een (deel van een) gebouw enkel de inhoud verzekerd heeft en uw aansprakelijkheid betrokken is. Deze waarborg wordt toegestaan tot 2.050.000 euro per schadegeval. Hij omvat eveneens de door derden en buren opgelopen huurderving en bedrijfsschade.
Mits melding hiervan in de bijzondere voorwaarden dekt de maatschappij de aansprakelijkheid tegenover de eigenaar, wanneer de verzekerde huurder is. Deze waarborg, “huurdersaansprakelijkheid” genoemd, dekt: • de materiële schade veroorzaakt aan het door de verzekerde gehuurde gebouw of een deel ervan; • de door de eigenaar opgelopen huurderving waarvoor de huurder aansprakelijk wordt gesteld krachtens de artikelen 1302 en 1732 tot 1735 van het Burgerlijk Wetboek. De maatschappij dekt de aansprakelijkheid tegenover de huurder, wanneer de verzekerde eigenaar is. Deze waarborg, “verhaal van huurders” genoemd, dekt:
21
12. Aanvullende waarborgen
De objectieve aansprakelijkheid voor brand en ontploffing (wet 30 juli 1979) is niet gewaarborgd.
Indien het verzekerde gebouw de hoofdverblijfplaats is dan gelden de onderschreven waarborgen tevens in de hieronder beschreven situaties. De omvang van de waarborg is beperkt tot de hieronder beschreven bedragen en modaliteiten.
De huur of gebruik van een studentenkamer De maatschappij dekt de huurdersaansprakelijkheid van de verzekeringnemer en de gewoonlijk bij hem inwonende personen en het verhaal van buren en derden die voortvloeien uit schade die het gevolg is van een schadegeval dat gedekt is door de basiswaarborgen en die toegebracht wordt aan het gebouw in Europa waarin hij een kamer huurt of betrekt in het kader van zijn studies.
De huur of gebruik van een vakantieverblijf Als vakantieverblijf wordt beschouwd een tijdelijke verblijfplaats in seizoensverhuur gebruikt voor recreatieve doeleinden hierin inbegrepen een hotelkamer (kosteloze bewoning wordt gelijkgesteld met huur). Gebouwen die voor permanente bewoning worden gebruikt vallen niet onder deze definitie.
De maatschappij dekt eveneens de schade aan de inhoud die zich in dit gebouw bevindt en die het gevolg is van een schadegeval dat gedekt is door de basiswaarborgen en door de waarborg Diefstal en vandalisme.
De maatschappij dekt de huurdersaansprakelijkheid van de verzekeringnemer en de gewoonlijk bij hem inwonende personen en het verhaal van buren en derden die voortvloeien uit schade als gevolg van een gedekt schadegeval dat veroorzaakt wordt aan elk gebouw dat hij huurt of betrekt over de hele wereld, zo ook aan de inhoud die hem ter beschikking wordt gesteld,gedurende ten hoogste 180 dagen per jaar, voor vakantie, vrije tijd, privé- of zakenreizen. De omvang van de waarborg strekt zich uit tot de verzekerde bedragen.
Het kan zowel gaan om gebouwen die aan de definitie in deze algemene voorwaarden beantwoorden als om gebouwen die daar niet aan beantwoorden. De dekking wordt verleend binnen de perken van de onderschreven waarborgen tot maximaal 75.645 euro voor de huurdersaansprakelijkheid en de inhoud, en tot 15.127 euro voor de waarborg Diefstal en vandalisme. Zij geldt slechts indien de overeenkomst het hoofdverblijf van de verzekerde dekt, of indien de waarborg Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin werd onderschreven.
De huur of gebruik van een feestof vergaderzaal
De tijdelijke overbrenging
De maatschappij dekt de huurdersaansprakelijkheid van de verzekeringnemer en de gewoonlijk bij hem inwonende personen en het verhaal van buren en derden die voortvloeien uit schade die het gevolg is van een schadegeval dat gedekt is door de basiswaarborgen en die toegebracht wordt aan lokalen gelegen in Europa en gebruikt ter gelegenheid van feestelijkheden of vergaderingen in de privésfeer van de verzekerde zoals feestzalen, vergaderzalen en gehuurde feesttenten.
Binnen de perken van de onderschreven basiswaarborgen en tot maximaal het bedrag van de verzekerde inhoud, dekt de maatschappij de verzekerde inhoud die tijdelijk in een door de verzekerde gehuurd of betrokken gebouw waar ook ter wereld wordt overgebracht en op voorwaarde dat de overbrenging 180 dagen per jaar niet overschrijdt en dat de schade zich voordoet tijdens de periode dat de verzekerde er effectief verblijft.
De dekking wordt verleend binnen de perken van de onderschreven waarborgen en tot maximaal de verzekerde bedragen.
22
13. Bijkomende waarborgen
• De kosten van voorlopige huisvesting: wanneer het bewoonde gedeelte van het hoofdgebouw onbewoonbaar is geworden als gevolg van een gedekt schadegeval, neemt de maatschappij de kosten van voorlopige huisvesting van de verzekerden ten laste. Deze kosten worden vergoed tijdens de heropbouw- of herstellingswerkzaamheden, zonder de duur van onbewoonbaarheid van het getroffen gebouw te overschrijden, met een maximumtermijn van 3 maanden vanaf het schadegeval.
De maatschappij dekt alle hierna vermelde kosten wanneer die rechtstreeks voortvloeien uit een gedekt schadegeval, met uitzondering van de waarborgen Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin, Rechtsbijstand Woning en Gezin, Huispersoneel en Gestald(e) voertuig (en). Het gaat om verantwoorde of bewezen kosten, met uitzondering van de onrechtstreekse verliezen. Ze zijn in voorkomend geval begrensd zoals vastgesteld in de betreffende rubrieken.
• D e kosten van voorlopige afsluiting of afscherming: de kosten gemaakt om het gebouw ontoegankelijk te maken en, indien nodig en mits toestemming van de verzekeraar, de kosten van bewaking door een bewaker.
De maatschappij eist dat deze kosten redelijk zijn en dat de verzekerde, indien mogelijk, deze kosten slechts maakt nadat de maatschappij haar akkoord heeft gegeven.
• Het honorarium van een expert: bij een schadegeval kan de verzekerde zijn eigen expert aanstellen, onafhankelijk van degene die door de verzekeraar is gekozen, om de door een schadegeval aan de verzekerde goederen veroorzaakte schade te ramen. In dat geval vergoedt de maatschappij de honoraria die de verzekerde werkelijk heeft betaald.
Bij heropbouw van het verzekerde gebouw • De
kosten van opruiming en afbraak: de kosten die nodig zijn voor de heropbouw of de herstelling van de beschadigde verzekerde goederen.
• De
kosten van herstelling van binnenplaatsen en tuinen: deze kosten omvatten de herbeplanting in volle grond met jonge planten.
•
Deze vergoeding is echter beperkt tot het percentage van het bedrag van de schade aan het verzekerde goed, als volgt bepaald:
e onbruikbaarheid van het gebouw gedurende de D normale duur van wederopbouw. Deze waarborg omvat:
Bedrag van de schade
– de huurderving: indien de verzekerde eigenaar het verzekerde gebouw ten tijde van het schadegeval werkelijk verhuurde, vergoedt de maatschappij hem de gederfde huur, inclusief lasten. – de gebruiksderving: bij de derving van het gebruik als woning van het verzekerde gebouw door de bewonende eigenaar vergoedt de maatschappij de gebruiksderving berekend op de huurwaarde.
Zelfs indien het verzekerde gebouw niet wordt heropgebouwd (behalve na schade door een natuurramp zoals vermeld in punt II.A.8 Natuurrampen) • De
reddings- en bewaringskosten:
– kosten gemaakt om te voorkomen dat de schade zich uitbreidt of groter wordt;
e kosten voor het overbrengen van de inhoud d door de verzekerde (benzinekosten, kosten voor het huren van een bedrijfsvoertuig...) of door een beroepsverhuizer;
•
de kosten van het opslaan van de inhoud (bijvoorbeeld in een meubelbewaarplaats) gedurende de tijd die nodig is voor de heropbouw, maar maximaal 1 jaar vanaf de dag van het schadegeval.
5 % op schade gebouw en inhoud met een minimum van 250 euro
Tot 75.000 euro, inclusief BTW
4 % op schade gebouw en inhoud met een minimum van 750 euro
Tot 150.000 euro, inclusief BTW
3 % op schade gebouw en inhoud met een minimum van 3.000 euro
> 150.000 euro, inclusief BTW
2,5 % op schade gebouw en inhoud met een minimum 4.500 euro en een maximum van 15.000 euro
Daarbij houdt de maatschappij rekening met de vergoeding, inclusief alle eventuele taksen. De vergoedingen die aan andere personen dan de verzekerde worden betaald, worden niet meegerekend, omdat zij uit zijn aansprakelijkheid voortvloeien.
– kosten gemaakt om de verzekerde goederen (gebouw en/of inhoud) aan de gevolgen van het schadegeval te onttrekken. Daaronder vallen: •
Barema
Tot 15.000 euro, inclusief BTW
• Het
voorschot van een som van 7.567 euro: het kan gebeuren dat de verzekerde niet onmiddellijk voldoende financiële middelen heeft om de eerste dringende uitgaven te doen die noodzakelijk zijn als gevolg van een gedekt schadegeval. De maatschappij kan dan, tegen rechtvaardiging, een voorschot toestaan tot een maximumbedrag van 7.567 euro.
Dit voorschot zal worden afgetrokken van de eindbetaling van de vergoeding die voor het schadegeval verschuldigd is.
• De
kosten voor het terugbrengen van de verzekerde inhoud: de transport- en verhuiskosten van de verzekerde inhoud die na een schadegeval elders in veiligheid is gebracht.
23
De kosten van onrechtstreekse verliezen:
Uitsluitingen
De maatschappij vergoedt steeds de kosten, forfaitair en zonder verrechtvaardiging, gemaakt door de verzekerde, zoals telefoon-, porto- en verplaatsingskosten, in overeenstemming met de verliezen of schade van de verzekerde die niet vastgesteld zouden zijn in een andere afdeling van het contract, onder meer uitkeringen aan redders, tijdverlies, winstderving...
In het kader van de basiswaarborgen dekt de maatschappij nooit: – de kosten waarvoor de verzekerde niet de nodige bewijsstukken (originele facturen, treinkaartjes of vliegtuigtickets, ontvangstbewijzen van voorschotten) of bewijselementen (huurovereenkomst, honorariumnota’s) levert, met uitzondering van de kosten van onrechtstreekse verliezen;
En dit ten belope van 5% van de contractueel verschuldigde vergoeding voortvloeiend uit een gedekt schadegeval met een maximum van 2.457 euro.
– de cumulatie, voor eenzelfde periode, van de waarborg “kosten van voorlopige huisvesting” en de waarborg “huurderving”; – bedrijfsschade wegens stopzetting of vertraging van een beroepsbezigheid; – de kosten van onrechtstreekse verliezen bij diefstal, vandalisme, onroerende inbraakschade, bijstand, burgerrechtelijke aansprakelijkheid woning, verzekerde aansprakelijkheden, aanvullende waarborgen en bijkomende waarborgen; – schade die voortvloeit uit terrorisme (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk II.A.10 Terrorisme).
24
14. Bijstand
– het reserveren van kamers in een hotel dicht bij de woonplaats van de verzekerde;
Zodra zich een door dit contract gedekt schadegeval voordoet, moet de verzekerde, om de onderstaande bijstand te kunnen genieten contact opnemen met ING Home Assistance via:
– het vervoer naar dit hotel, indien de verzekerde dit niet met eigen middelen kan doen; – de voorlopige huisvesting van de verzekerde tijdens een periode van ten hoogste 3 maanden vanaf het moment van het schadegeval.
ING Assist’Line op het nummer 02/550 06 00
• Afscherming
en/of bewaking van de woning
Een telefonische inlichtingendienst houdt zich 24 uur op 24 ter beschikking van de verzekerde voor nuttig en praktisch advies. Deze dienst is ook uitgerust om de volgende gegevens mee te delen:
Indien het beschadigde gebouw ontoegankelijk moet worden gemaakt en/of worden bewaakt om de goederen die ter plaatse zijn gebleven te beschermen, laat ING Home Assistance ze door een gespecialiseerde onderneming afschermen. Zij organiseert eveneens de bewaring en de bewaking van de plaats gedurende maximaal 48 uur.
• de verschillende ziekenhuiscentra en ambulancediensten
•
Onmiddellijke telefonische bijstand
in de nabijheid van de woonplaats van de verzekerde; • de
apothekers en artsen met een wachtdienst;
• de
betrokken overheidsdiensten;
– hetzij zijn minderjarige kinderen;
diensten en vakmensen met een wachtdienst of een dienst voor pechverhelping, zoals loodgieterij, schrijnwerkerij, elektriciteit, herstelling van televisietoestellen, slotenmakerij, glazenmakerij...
• de
– hetzij een volwassen verzekerde die hulpbehoevend is als gevolg van zijn gezondheidstoestand; – hetzij de dieren van de verzekerde,
Snelle bijstand thuis • Herstelling
neemt ING Home Assistance de opvang van deze verzekerden ten laste gedurende maximaal 3 dagen en tot een forfaitair bedrag van 60 euro per dag en per verzekerde.
van materiële schade
Gaat het om een schadegeval betreffende één van de door het verzekeringscontract verzekerde waarborgen dat op minder dan 5.000 euro geraamd wordt, dan kan de verzekerde vragen dat deze schade snel wordt hersteld. ING Home Assistance stuurt dan een afgevaardigde naar de woonplaats van de verzekerde. Deze afgevaardigde komt zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen 48 uur.
•
ING Home Assistance neemt de extra kosten van de verzekerde om naar huis terug te keren ten laste. Indien hij al over retourtickets beschikte, behoudt ING Home Assistance zich het recht voor om aan de begunstigden te vragen de niet-gebruikte vervoerbewijzen te geven.
Redding en bewaring van de verzekerde goederen Indien het verzekerde gebouw wordt beschadigd, neemt ING Home Assistance de bewarende maatregelen die onmiddellijk moeten worden getroffen, indien de verzekerde daartoe niet in staat is. Met name indien het verzekerde gebouw onbewoonbaar is geworden, regelt ING Home Assistance de verhuizing en de opslag van de inhoud gedurende de tijd die nodig is voor de heropbouw.
• Voorlopige
Repatriëring Indien de verzekeringnemer van het contract en/of zijn echtgeno(o)t(e) zich op het ogenblik van het schadegeval in het buitenland bevindt en indien zijn aanwezigheid noodzakelijk is, stelt ING Home Assistance een treinkaartje 1ste klasse of, voor trajecten van meer dan 5 uur trein, een vliegtuigticket economy class ter beschikking om naar de beschadigde, door de verzekering gedekte woning in België terug te keren.
Nadat hij de schade heeft vastgesteld, stelt hij de verzekerde voor ze te herstellen in het kader van wat door het contract wordt gedekt. Indien de verzekerde dit voorstel aanvaardt, wordt de schade zo spoedig mogelijk hersteld, binnen de termijn die tussen hen is overeengekomen. •
Opvang van de volgende verzekerden
Indien het beschadigd gebouw onbewoonbaar is geworden en indien de verzekerde niet kan zorgen voor:
Ingeval de begunstigde verplicht is om ter plaatse terug te keren om zijn motorrijtuig te gaan halen, neemt ING Home Assistance tegen dezelfde voorwaarden een enkel ticket ten laste.
Uitsluitingen
huisvesting van de bewoners
De maatschappij dekt nooit de schade die voortvloeit uit terrorisme (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk II.A.10 Terrorisme).
Indien het beschadigde gebouw onbewoonbaar is geworden, zorgt ING Home Assistance voor:
25
B. Waarborgen in optie
Diefstal in het verzekerde gebouw
1. Diefstal en vandalisme
De verdwijning, vernieling of beschadiging van de verzekerde inhoud als gevolg van diefstal of poging tot diefstal in het gebouw dat regelmatig wordt bewoond, gepleegd:
Opdat de waarborg Diefstal uitwerking zou hebben, moeten de buitendeuren van het hoofd- en de bijgebouwen voorzien zijn van veiligheidssloten en moet het hoofdgebouw regelmatig bewoond zijn. Bij afwezigheid moeten alle buitendeuren van het gebouw afgesloten worden. Ook alle vensterdeuren, vensters, poorten en andere openingen in het gebouw moeten op correcte wijze gesloten worden. Men moet verantwoord omgaan met de huissleutels (bijvoorbeeld niet onder de mat of in de brievenbus leggen bij afwezigheid), de sloten onmiddellijk laten vervangen in geval van verlies of diefstal van de sleutels. De eventueel vereiste alarmsystemen moeten in goede staat van werking gehouden worden en gebruikt worden bij afwezigheid.
• hetzij
met inbraak in het gebouw;
• hetzij
met inklimming;
• hetzij
met gebruik van valse, gestolen of verloren sleutels (indien de sloten onmiddellijk werden vervangen na de diefstal of het verlies van de sleutels);
• hetzij
met geweldpleging op, of bedreiging van een verzekerde;
• hetzij
door een persoon:
– die heimelijk in dit gebouw is binnengedrongen; – die gemachtigd is zich erin te bevinden; – die er zich heeft laten insluiten.
Diefstal buiten het verzekerde gebouw
Wij vestigen uw aandacht op het belang van deze preventieverplichtingen. Indien de niet-naleving ervan tot het overkomen van het schadegeval heeft bijgedragen, zullen wij onze tegemoetkoming weigeren.
Diefstal of poging tot diefstal, uitsluitend gepleegd in één van de vier onderstaande gevallen: • Diefstal
van de tijdelijk overgebrachte inhoud (zie punt II.A.12 De tijdelijke overbrenging), gepleegd in de hierboven vermelde omstandigheden.
De maatschappij waarborgt de inhoud ten belope van: – hetzij 10 maal de gekozen limiet per voorwerp;
• Diefstal
van de inhoud in geval van huur van een studentenkamer (zie punt II.A.12 De studentenkamer), gepleegd in de hierboven vermelde omstandigheden.
– hetzij 50 of 100% van het door de verzekeringnemer bepaalde kapitaal “inhoud”. De goederen zijn verzekerd binnen de volgende perken:
•
iefstal van de inhoud die als gevolg van verhuizing in D België wordt overgebracht (zie punt I.3 De verhuizing), gepleegd in de hierboven vermelde omstandigheden.
•
iefstal op de persoon van een verzekerde waar ook D ter wereld, uitsluitend wanneer hij gepleegd wordt met geweld of bedreiging en tot maximaal 2.718 euro.
• per voorwerp: – hetzij de gekozen limiet per voorwerp; – hetzij 9.452 euro per voorwerp wanneer de verzekeringnemer het verzekerde bedrag voor de inhoud zelf heeft bepaald;
• D iefstal van stookolie uit een ondergrondse tank op voorwaarde dat de vulpijp vergrendeld wordt door middel van een hangslot en tot maximaal 1.500 euro.
• per collectie geldt een specifieke limiet die gelijk is aan 5 maal de gekozen limiet per voorwerp; • 7.000 euro voor alle juwelen; • 1.511 euro voor alle waarden;
Materiële gevolgschade
• 9.452 euro voor alle koopwaar;
Schade aan de verzekerde inhoud die rechtstreeks voortvloeit uit diefstal of poging tot diefstal van die inhoud, en die veroorzaakt is door:
• 15.127 euro voor alle goederen in een studentenkamer; • 18.912 euro voor alle tijdelijk overgebrachte goederen;
•
• 2.457 euro voor alle goederen per kelder, zolder of garage in appartementsgebouwen;
inbraak – in het verzekerde gebouw; – in meubelen om hun inhoud te stelen.
• 2.457 euro voor alle goederen per garage en per bijgebouw die los staan van of niet rechtstreeks in verbinding staan met het hoofdgebouw;
•
beschadiging door dieven.
Bijkomend vergoed de maatschappij de kosten voor het vervangen van een slot: indien het verlies of de diefstal van de sleutels van de buitendeur van het verzekerde gebouw voortvloeien uit een gedekt schadegeval neemt de maatschappij de verplaatsingskosten en de vervanging van het slot door een slotenmaker ten laste.
• 2.457 euro voor alle goederen die gestolen zijn door iemand die gemachtigd is zich in het gebouw te bevinden.
Vandalisme Beschadiging van de verzekerde inhoud als gevolg van een dwaze en onredelijke daad.
26
Uitsluitingen De maatschappij dekt nooit Diefstal en vandalisme: – gepleegd in een gebouw (deel van het gebouw) dat niet regelmatig bewoond is;
– van goederen die zich buiten bevinden behoudens tuinmeubelen en buitenspeeltuigen beperkt tot een maximum van 1.087 euro;
– gepleegd in een leegstaand gebouw bedoeld als kantoor of kabinet losstaand van een woning;
– in de gemeenschappelijke delen van een appartementsgebouw;
– gepleegd in een gebouw dat in aanbouw, verbouwing of afbraak is;
– in kelders, zolders of garages wanneer de verzekerde in een appartementsgebouw verblijft, of in garages of bijgebouwen die los staan van of niet rechtstreeks in verbinding staan met het hoofdgebouw wanneer die lokalen niet gesloten zijn door middel van een veiligheidsslot;
– gepleegd in het hoofdgebouw en de bijgebouwen die niet afgesloten, volledig dicht en bedekt zijn; – gepleegd door of met medeplichtigheid van een verzekerde, een bloedverwant in opgaande of dalende lijn, alsook hun echtgeno(o)t(e)n;
– van dieren; – van aangevoerde materialen;
– gepleegd door het personeel, de lasthebbers, de vennoten van de verzekerde of personen die belast zijn met de opvang van de kinderen of dieren, wanneer de diefstal wordt gepleegd buiten de diensturen, zonder inbraak of geweld;
– van motorvoertuigen, caravans, aanhangwagens, evenals hun toebehoren en hun inhoud.
27
2. Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin
Bovendien zijn de algemene bepalingen die in dit contract voorkomen in hoofdstuk III Verplichtingen van de verzekerde, V Verloop van de overeenkomst, VI Varia en VII Woordenlijst eveneens van toepassing op deze waarborg.
Voor de toepassing van deze waarborg wordt verstaan onder: •
Verzekerde materies:
verzekerde:
Over de hele wereld, overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 12/01/1984, dekt de maatschappij:
1. de verzekeringnemer, op voorwaarde dat hij zijn hoofdverblijf in België heeft;
• de geldelijke gevolgen van:
2. de bij hem inwonende personen. De hoedanigheid van verzekerde blijft verworven voor de kinderen die, in het kader van hun studies, niet onder hetzelfde dak als de verzekerde verblijven;
– lichamelijke letsels, – materiële schade, veroorzaakt aan een derde door een verzekerde, uitsluitend in het kader van zijn privéleven.
3. tot aan hun meerderjarigheid, de kinderen van de verzekeringnemer of van zijn samenwonende echtgeno(o)t(e) of samenwonende partner, als zij niet meer bij hen inwonen;
• tot maximaal: – 23.898.562,03 euro voor de gevolgen van lichamelijke letsels;
4. na hun meerderjarigheid, de kinderen van de verzekeringnemer of van zijn samenwonende echt-geno(o) t(e) of samenwonende partner die niet meer bij hen inwonen en als volgende drie voorwaarden zijn voldaan:
– 4.779.712,41 euro voor de gevolgen van materiële schade. Deze waarborg geldt wanneer de verzekerde aansprakelijk wordt gesteld krachtens de artikelen 1382 tot 1386bis van het Burgerlijk Wetboek en krachtens gelijkaardige bepalingen van buitenlands recht.
– niet of niet langer dan één jaar gehuwd of samenwonend zijn,
Deze aansprakelijkheid wordt de extracontractuele burgerrechtelijke aansprakelijkheid genoemd.
– geen kinderen of niet langer dan één jaar kinderen hebben,
Bij uitbreiding dekt de maatschappij de schade aan een derde:
– geen professionele activiteit of niet langer dan één jaar een professionele activiteit uitvoeren;
– door een verzekerde die, zonder dat hij daarvoor de vereiste leeftijd heeft, een motorrijtuig bestuurt, buiten medeweten van de eigenaar of houder van het voertuig en buiten medeweten van zijn ouders of de personen onder wiens hoede hij staat;
5. huispersoneel en gezinshelpers in de uitoefening van hun functie, in privédienst van een verzekerde, voor zover deze niet de hoedanigheid van derde hebben; 6. personen die, niet beroepshalve, op de kinderen of de dieren van een verzekerde passen, tijdens de duur van die opvang, voor zover deze niet de hoedanigheid van derde hebben;
– door een verzekerde die schade berokkent aan een passagier die hij heeft meegenomen op zijn bromfiets (dit wanneer de autoverzekeraar die als eerste schadeloosstelling heeft verleend, de terugbetaling eist).
7. minderjarige kinderen van een derde die, niet beroepshalve, onder de hoede van een verzekerde staan, tijdens de duur van die opvang, voor zover deze niet de hoedanigheid van derde hebben. •
• door huisdieren: – hierin inbegrepen waakhonden van het verzekerde gebouw, ezels, pony’s, shetlandpony’s of maximum 5 rijpaarden waarvan de verzekerde, als liefhebber (voor zover ze niet voor beroeps- of winstdoeleinden worden gehouden) eigenaar is of die hij onder zijn bewaking heeft.
derde:
Worden als “derde” aanzien en vallen dus niet onder de omschrijving van de verzekerde: alle andere personen dan diegenen in de punten 1, 2, 3 en 4. Degenen die in de punten 5 tot en met 7 worden vermeld, kunnen desgevallend ook de hoedanigheid van derde hebben.
• door een daad van vrijwillige hulpverlening: – de maatschappij vergoedt de lichamelijke en materiële schade die een derde heeft geleden zelfs indien de verzekerde tegenover deze derde niet aansprakelijk is bij een niet beroepsmatige vrijwillige poging om de goederen of de persoon van een verzekerde te redden bij schade of bij een ernstige dreiging dat een schadegeval zich zou voordoen. De waarborg is beperkt tot een bedrag van 25.000 euro naar evenredigheid van de door hen geleden schade te verdelen tussen alle vrijwillige hulpverleners. De maatschappij komt enkel tussen wanneer de derde geen compensatie kan bekomen van een andere openbare of privéinstelling.
• privéleven: alle feiten, daden of nalatigheden, met uitsluiting van deze die uit de uitoefening van een beroepsbezigheid voortvloeien. De maatschappij dekt ook de burgerlijke aansprakelijkheid van de verzekerde als vrijwilliger (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk VII Woordenlijst) in overeenstemming met de wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van de vrijwilligers.
28
Verhaal in geval van opzet:
Uitsluitingen
De maatschappij heeft het recht om verhaal uit te oefenen op de verzekerde die minderjarig was op het ogenblik van het opzettelijk schadegeval. Dit verhaal heeft betrekking op de netto-uitgaven van de verzekeraar.
De maatschappij dekt nooit: • schade
die voortvloeit uit één van de volgende gevallen van grove schuld, gepleegd door een verzekerde die de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt:
Indien de netto-uitgaven niet hoger zijn dan 11.000 euro, kan de maatschappij het verhaal integraal uitoefenen. Zijn de netto-uitgaven hoger dan 11.000 euro, dan wordt dit bedrag verhoogd met de helft van het gedeelte dat het bedrag van 11.000 euro overschrijdt. In een dergelijk geval beperkt het verhaal zich tot maximaal 31.000 euro.
– staat van dronkenschap, alcoholintoxicatie van meer dan 1,5 g/liter bloed, soortelijke toestand veroorzaakt door het gebruik van andere producten dan alcoholhoudende dranken; – weddenschappen of uitdagingen;
Onder netto-uitgaven van de maatschappij wordt verstaan de door hem uitbetaalde schadevergoedingen in hoofdsom en de gerechtskosten en interesten, verminderd met de bedragen die hij heeft kunnen recupereren.
– misdaden of opzettelijke wanbedrijven; • schade
die voortvloeit uit de burgerrechtelijke aansprakelijkheid waarvoor een wettelijke verzekeringsplicht bestaat, zoals de burgerlijke aansprakelijkheid voor motorrijtuigen en die voor de beoefening van jacht;
• boeten
en kosten van strafvervolging;
• schade
die voortvloeit uit het gebruik van:
– zeilboten van meer dan 300 kg en/of motorboten van meer dan 10 DIN PK; – luchtvaartuigen; • schade
veroorzaakt aan goederen of aan dieren die de verzekerde onder zijn bewaking heeft;
• schade
veroorzaakt door andere dan huisdieren;
• schade
veroorzaakt door onroerende goederen, gebouwen of een deel van een gebouw, alsook de inhoud ervan. De waarborg blijft echter verworven voor de schade die expliciet kadert in de waarborg Burgerrechte lijke Aansprakelijkheid Woning en voor de schade die valt onder punt II.A.12 De huur of gebruik van een vakantieverblijf;
• schade
die voortvloeit uit de extracontractuele burgerrechtelijke aansprakelijkheid van een verzekerde, in de hoedanigheid van leider, aangestelde of organisator van jeugd- of gelijkgestelde bewegingen, en veroorzaakt door personen voor wie hij moet instaan;
• schade
die voortvloeit uit terrorisme (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk II.A.10 Terrorime);
• schade
die voorvloeit uit de uitoefening van een beroepsbezigheid. Deze schade valt onder de beroepsaansprakelijkheid;
• schade
in het kader van de uitvoering van een (al dan niet geschreven) contract tussen een verzekerde en een derde, dit wil zeggen schade die uit de contractuele aansprakelijkheid voortvloeit.
29
3. Rechtsbijstand Woning en Gezin
• derde: Worden als “derde” aanzien en vallen dus niet onder de omschrijving van de verzekerde: alle andere personen dan diegenen in de punten 1, 2, 3 en 4. Degenen die in de punten 5 tot en met 7 worden vermeld, kunnen desgevallend ook de hoedanigheid van derde hebben.
De maatschappij zet de nodige stappen om een minnelijke, gerechtelijke of buitengerechtelijke regeling te bekomen. Haar doelstelling is immers de belangen van de verzekeringnemer te verdedigen. Zij komt daarbij tussen binnen de perken van de polisvoorwaarden, zoals hierna beschreven.
Wanneer verscheidene verzekerden bij éénzelfde schadegeval zijn betrokken, dient de verzekerde die het contract heeft ondertekend, de voorrang vast te stellen die aan elk van hen moet worden gegeven binnen de beperking van de gedekte bedragen.
De maatschappij probeert eerst zelf de door de verzekerde opgelopen schade minnelijk te regelen. Mocht dat niet mogelijk zijn, dan kan hij, in geval van een verantwoorde gerechtelijke procedure, een advocaat aanstellen.
• schadegeval
Hierna geeft de maatschappij een overzicht van de waarborg Rechtsbijstand. Gelieve nota te nemen dat de algemene bepaling in hoofdstuk III Verplichtingen van de verzekerde, V Verloop van de overeenkomst, VI Varia en VII Woordenlijst eveneens van toepassing zijn op deze waarborg.
Met betrekking tot de waarborg Rechtsbijstand Woning en Gezin wordt onder schadegeval verstaan: het voorkomen van een feit (daarin inbegrepen de schadelijke gevolgen ervan) dat gewaarborgd is binnen deze voorwaarden. Inzake deze waarborg, vormen éénzelfde schadegeval:
Voor de uitwerking van deze waarborg wordt verstaan onder:
– alle burgerlijke of strafrechtelijke vervolgingen voortvloeiend uit éénzelfde schadegeval;
• verzekerde:
– alle minnelijke of gerechtelijke verhaalsprocedures voortvloeiend uit éénzelfde schadeverwekkend feit.
1. de verzekeringnemer, op voorwaarde dat hij zijn hoofdverblijf in België heeft;
Verzekerde materies
2. de bij hem inwonende personen. De hoedanigheid van verzekerde blijft verworven voor de kinderen die, in het kader van hun studies, niet onder hetzelfde dak als de verzekerde verblijven;
• strafrechtelijke verdediging: Wanneer de verzekerde, enkel in het kader van zijn privéleven, voor de politie of correctionele rechtbanken aansprakelijk wordt gesteld wegens:
3. tot aan hun meerderjarigheid, de kinderen van de verzekeringnemer of van zijn samenwonende echtgeno(o)t(e) of samenwonende partner, als zij niet meer bij hen inwonen;
– doding of verwondingen wegens onvoorzichtigheid op de persoon van een derde; – overtreding van strafwetten, zelfs indien er in dit geval geen schade is veroorzaakt aan een derde.
4. na hun meerderjarigheid, de kinderen van de verzekeringnemer of van zijn samenwonende echtgeno(o) t(e) of samenwonende partner die niet meer bij hen inwonen en als volgende drie voorwaarden zijn voldaan:
De maatschappij komt niet tussen voor misdaden of gecorrectionaliseerde misdaden. Voor alle andere opzettelijke inbreuken wordt onze dekking slechts verleend voor zover de gerechtelijke beslissing in kracht van gewijsde de verzekerde vrijspreekt.
– niet of niet langer dan één jaar gehuwd of samenwonend zijn,
• burgerrechtelijke verdediging:
– geen kinderen of niet langer dan één jaar kinderen hebben,
Wanneer de verzekerde voor de burgerlijke rechtbanken wordt vervolgd door een derde wegens een daad die hij in het kader van zijn privéleven heeft begaan en die wordt gedekt door de waarborgen Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Woning en Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin vermeld in deze polis.
– geen professionele activiteit of niet langer dan één jaar een professionele activiteit uitvoeren; 5. huispersoneel en gezinshelpers in de uitoefening van hun functie, in privédienst van een verzekerde, voor zover deze niet de hoedanigheid van derde hebben;
Binnen de waarborg Rechtsbijstand, komt de maatschappij alleen tussen in de mate dat de verzekerde uiteenlopende belangen heeft met onze maatschappij.
6. personen die, niet beroepshalve, op de kinderen of de dieren van een verzekerde passen, tijdens de duur van die opvang, voor zover deze niet de hoedanigheid van derde hebben;
• burgerlijk verhaal: Wanneer de verzekerde, in het kader van zijn privéleven, lichamelijke letsels en/of materiële schade oploopt veroorzaakt door een derde en de verzekerde deze schade wil verhalen op basis van de extra-contractuele burgerlijke aansprakelijkheid.
7. minderjarige kinderen van een derde die, niet beroepshalve, onder de hoede van een verzekerde staan, tijdens de duur van die opvang, voor zover deze niet de hoedanigheid van derde hebben.
30
Verzekerde prestaties
Eveneens wordt dekking verleend aan de vordering op basis van artikel 544 van het Burgerlijk Wetboek wegens burenhinder, op voorwaarde dat de schade voortvloeit uit een gebeurtenis die de verzekerde plotseling en onvoorzien overkomt.
Indien de schade groter is dan 190 euro komt de maatschappij tussen in de gedekte schadegevallen die de verzekerde wereldwijd treffen tot: • 9.009 euro per schadegeval:
Let op: in overeenstemming met het vergoedingsbeginsel moeten de kosten gerecupereerd ten laste van derden en de rechtsplegingsvergoeding terugbetaald worden aan de maatschappij.
– De kosten van de strafrechtelijke verdediging; – De kosten van de burgerrechtelijke verdediging; – De kosten van burgerlijk verhaal;
• insolventie van de aansprakelijke derden
– De kosten van de tegenpartij indien de verzekerde gerechtelijk gehouden is deze terug te betalen conform de wet van 21 april 2007 betreffende de verhaalbaarheid van de kosten en erelonen van advocaten;
De maatschappij waarborgt de betaling van de vergoeding die ten laste van een derde wordt gelegd wanneer de verzekerde in het kader van zijn privéleven lichamelijke letsels en/of materiële schade oploopt, veroorzaakt door een aansprakelijke derde die geïdentificeerd is maar na onderzoek of langs gerechtelijke weg als onvermogend wordt erkend. De maatschappij zal deze vergoeding slechts aan de verzekerde betalen indien deze derde niet verzekerd is of indien zijn verzekeraar zijn weigering tot schadeloosstelling verantwoord heeft.
– De insolventie van de aansprakelijke derden; – De burgerlijke of strafrechtelijke borgstelling. • 1.790 euro per schadegeval: – De reiskosten van een verzekerde. • De
maatschappij dekt de gerechts- of onderzoekskosten, de honoraria of kosten van de expert, de advocaat, de gerechtsdeurwaarder, de pleitbezorger die in der minne of voor het gerecht zijn gemaakt.
• burgerlijke of strafrechtelijke borgstelling Het kan gebeuren dat een verzekerde aangehouden wordt door de overheid van een ander land of dat zijn goederen door deze overheid verbeurd worden verklaard. De overheid kan dan voor de vrijlating van de verzekerde of de teruggave van zijn goederen eisen:
• Binnen
de perken van de waarborgen, betaalt de maatschappij ook de rechtsplegingsvergoedingen, waartoe de verzekerde veroordeeld zou kunnen zijn. Indien de verzekerde daarentegen een rechtsplegingsvergoeding zou bekomen, komt dit bedrag samen met de andere gerecupereerde bedragen toe aan de verzekeraar, gelet op het vergoedingsbeginsel.
– ofwel een borgstelling, zijnde: de betaling van een bepaalde som als borgtocht, – ofwel een persoonlijke borg, zijnde: de interventie van een derde die zich borg stelt voor de goede uitvoering van de verbintenissen die de buitenlandse overheid de verzekerde oplegt.
Regeling van de schadegevallen Voor het slagen van een minnelijke, gerechtelijke of buitengerechtelijke regeling van het schadegeval, is het noodzakelijk dat de verzekerde alle nuttige documenten, zoals onder meer ingebrekestellingen, dagvaardingen, exploten van gerechtsdeurwaarder, onmiddellijk overmaakt aan de maatschappij.
Wanneer de aanhouding van een verzekerde of de verbeurdverklaring van zijn goederen uit een door dit contract gedekt schadegeval voortvloeit, zal de maatschappij: – haar persoonlijke borg geven; – of, indien zij niet wordt aanvaard door de buitenlandse overheid, de borgstelling als voorschot betalen.
• In geval van minnelijke schikking: De maatschappij vervult, in overleg met de verzekerde, alle handelingen om de zaak van de verzekerde zo voordelig mogelijk in der minne te regelen. Ze zal geen voorstel tot schikking aanvaarden zonder instemming van de verzekerde.
De verzekerde verbindt zich ertoe het zo betaalde bedrag binnen de 3 maanden na zijn vrijlating of na de teruggave van de goederen aan de maatschappij terug te betalen. Indien de borgstelling evenwel vóór deze termijn door de buitenlandse overheid wordt teruggegeven, moet de verzekerde ze onmiddellijk aan de maatschappij terugbetalen.
• In geval van verantwoorde gerechtelijke procedure De verzekerde heeft de vrije keuze van: – een expert (of tegenexpert) indien zijn inschakeling verantwoord is;
• reiskosten De maatschappij komt tussen in de kosten die de verzekerde maakt voor vervoer (trein, vliegtuig, …) en verblijf (bijvoorbeeld in een hotel) wanneer hij als beklaagde voor een buitenlandse rechtbank moet verschijnen. Deze kosten moeten weloverwogen zijn. Ze worden slechts ten laste genomen voor zover ze het bedrag overschrijden van de kosten die hij zonder deze verschijning had moeten dragen. De maatschappij zal de verzekerde vragen bewijsstukken van deze kosten voor te leggen.
– een advocaat of enig andere persoon met de vereiste bekwaamheden, krachtens de wet die van toepassing is inzake rechtspleging, om hem te verdedigen, te vertegenwoordigen of zijn belangen te dienen. Tenzij bij hoogdringendheid, moet hij de maatschappij daarvan vooraf op de hoogte brengen. De verzekerde kan beslissen: – een expert of een advocaat te kiezen van buiten het land waar de zaak moet worden behandeld;
31
– in de loop van de procedure van expert of advocaat te veranderen, maar dan zal hijzelf de bijkomende kosten en honoraria die daaruit voortvloeien moeten dragen. De bijkomende kosten en honoraria van deze expert of advocaat zullen evenwel door de maatschappij worden gedekt, indien zij voortvloeien uit omstandigheden die onafhankelijk zijn van de wil van de verzekerde.
Uitsluitingen De maatschappij dekt nooit:
• Bij een meningsverschil of belangenconflict
– geschillen in verband met een (al dan niet geschreven) contract dit wil zeggen. voortvloeiend uit de contractuele aansprakelijkheid en onder meer uit de beroepsaansprakelijkheid. Zo bestaat geen dekking voor alle geschillen met betrekking tot dit contract;
De maatschappij deelt aan de verzekerde haar standpunt mee, alsook haar weigering om zijn stelling te volgen. De verzekerde kan dan de advocaat raadplegen van zijn keuze.
– de kosten en honoraria betreffende een geschil waarvan het feit dat de schade verwekte bij het sluiten van het contract bekend was;
Als de advocaat de stelling van de verzekerde bevestigt, zal de maatschappij de kosten en honoraria van deze raadpleging ten laste nemen, alsook deze betreffende de procedure die daaruit voortvloeit, ongeacht de afloop ervan.
– de kosten en honoraria die de verzekerde gemaakt heeft voordat hij om de tegemoetkoming van de maatschappij heeft verzocht, indien ze niet verantwoord waren door de hoogdringendheid; – de kosten en honoraria betreffende een schadegeval dat meer dan een jaar na het voorvallen ervan bij de maatschappij wordt aangegeven; in die mate dat de maatschappij haar prestaties kan verminderen met het nadeel dat zij lijdt door de laattijdige aangifte;
Als de advocaat de stelling van de maatschappij bevestigt, eindigt de waarborg van de maatschappij onmiddellijk. De maatschappij zal evenwel de helft van de kosten en honoraria van deze raadpleging ten laste nemen. Indien de verzekerde, tegen het advies van de maatschappij en de advocaat in, de procedure instelt of voortzet en een beter resultaat bereikt dan hij zou hebben behaald indien hij dit advies gevolgd had, zal de maatschappij het saldo van de kosten en honoraria van de geraadpleegde advocaat en de gemaakte procedurekosten ten laste nemen.
– de kosten en honoraria betreffende geschillen waarin verzekerden van éénzelfde verzekerings polis tegenover elkaar staan; – boeten, gemeentelijke opcentiemen, dadingen met het Openbaar Ministerie en kosten van strafvervolging, voor zover het niet gaat om de rechtsplegingsvergoeding conform de Wet van 21 april 2007; – de schade die wordt opgesomd in de Uitslui tingen van de waarborgen Burgerrechte lijke Aanspra-kelijkheid Woning, Burgerrechtelijke Aanspra-kelijkheid Gezin, Huispersoneel, alsook de geschillen die eruit voortvloeien; – de schade die wordt veroorzaakt door een verzekerde in staat van dronkenschap of onder invloed van verdovende middelen, alsook de geschillen die eruit voortvloeien; – schade die voortvloeit uit terrorisme (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk II.A.10 Terrorisme); – geschillen waarmee de verzekerde geconfronteerd wordt als eigenaar, houder of bestuurder van een motorrijtuig.
32
4. Huispersoneel
overeenkomsten, verbindt de maatschappij er zich toe: • betreffende de Wettelijke Waarborgen:
Voor de uitwerking van deze waarborg wordt verstaan onder:
– in overeenstemming met de Belgische wet geving inzake arbeidsongevallen, te voorzien in de schadeloosstelling van de ongevallen van het hierboven onder de rubriek ‘verzekerde’ vermelde personeel dat in dienst is van de verzekeringnemer;
• verzekerde: Het personeel dat volgens de bepalingen van de bijzondere voorwaarden tot één van de onderstaande categorieën behoort: 1. de personen die op regelmatige basis in privédienst van de verzekeringnemer werken, nagenoeg uitsluitend voor het uitvoeren van manueel huishoudelijk werk en ook wanneer zij, in bijkomende mate, in diens woning bepaalde taken uitvoeren in het kader van zijn beroepsactiviteiten; 2. de personen in tijdelijke dienst, namelijk: – het bijkomend huispersoneel dat in dienst genomen is voor een maximumduur van één maand; – de personen die niet beroepshalve belast zijn met de oppas van de kinderen van de verzekeringnemer; – het personeel dat door de verzekeringnemer in zijn hoofdverblijf of vakantieverblijf occasioneel tewerkgesteld is gedurende maximum 7 werkdagen per jaar in het kader van een arbeidsovereenkomst, voor het onderhoud van een siertuin of voor het uitvoeren van onderhoudswerken of kleine herstellingen aan het gebouw of een gedeelte ervan dat door de verzekeringnemer als hoofd- of vakantieverblijf gebruikt wordt. Dakwerken en werken uitgevoerd op een hoogte van meer dan 5 meter zijn echter niet gedekt; voor zover de Belgische wet op de vergoeding van Arbeidsongevallen op hen van toepassing is.
– zonder uitzondering noch voorbehoud en niettegenstaande enig beding van verlies van aanspraken, het slachtoffer en diens rechthebbenden alle door de wet voorziene vergoedingen uit te betalen tot op het moment waarop de overeenkomst een einde neemt. De maatschappij dekt de verzekeringnemer niet tegen veroordelingen in het kader van de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van gemeen recht, noch tegen de betaling van boeten die, wegens het persoonlijk karakter van de straf, niet door de verzekering kunnen worden gedekt. • betreffende de Buitenwettelijke Waarborgen: – H et personeel te vergoeden dat de wettelijke waarborg niet geniet omdat er geen tewerkstelling is in het kader van een arbeidsovereenkomst (bijvoorbeeld omdat geen loon wordt betaald), maar dat wel in gelijkaardige omstandigheden is tewerkgesteld als het personeel dat de wettelijke waarborgen wel geniet. •
In geval van een arbeidsongeval of ongeval op de weg naar en van het werk waarvoor de wet niet voorziet in een schadeloosstelling doordat zij niet van toepassing is op het slachtoffer, betaalt de maatschappij de volgende vergoedingen uit: – in geval van overlijden, een kapitaal ten belope van 5 maal het jaarloon van het slachtoffer, indien hij/zij onmiddellijk overlijdt of uiterlijk drie jaar na het ongeval dat de oorzaak is van dat overlijden;
Uitsluitingen
– in geval van blijvende ongeschiktheid, een kapitaal vastgesteld in functie van de graad van arbeidsongeschiktheid en berekend op basis van 10 maal het jaarloon van het slachtoffer, bij de consolidatie en uiterlijk drie jaar na de dag van het ongeval; de graad van arbeidsongeschiktheid wordt bepaald in overeen stemming met de wettelijke toepassings modaliteiten inzake vergoeding van arbeidsongevallen;
De waarborg geldt niet voor: – de werknemers die hoofdzakelijk taken uitvoeren in het kader van de beroepsactiviteiten van hun werkgever, zelfs indien zij ook in zijn privédienst werken; – de personen die in dienst van een vennootschap of een collectiviteit werken. • maatschappij:
– in geval van tijdelijke ongeschiktheid, een dagvergoeding berekend op basis van het jaarloon, tegen het percentage van de wettelijke vergoeding en voor een periode van ten hoogste 2 jaar vanaf de dag van het ongeval;
de verzekeringsmaatschappij Allianz Belgium nv (Lakenstraat 35, B-1000 Brussel, toegelaten onder codenummer 0097) die ING Non-Life Belgium nv machtigt om deze waarborg te verlenen en de premies te innen. Daarenboven zijn ook de algemene bepalingen vermeld in deze overeenkomst onder hoofdstuk III Verplichtingen van de verzekerde, V Verloop van de overeenkomst, VI Varia, VII Woordenlijst en VIII Verplichte vermeldingen inzake arbeidsongevallenverzekering, van toepassing op deze waarborg.
– de begrafeniskosten, de kosten voor geneeskundige verzorging, medicatie en hospitalisatie, alsook de kosten voor prothesen en orthopedie, volgens het wettelijk stelsel. •
Voor zover de Belgische wet op het moment van het ongeval van toepassing is in overeenstemming met de internationale
33
eze vergoedingen zijn verschuldigd voor elk D ongeval dat recht zou geven op de wettelijke vergoedingen indien het slachtoffer aan de wettelijke vereisten voldeed, en betaalbaar aan de
personen die dat recht zouden hebben genoten. •
e maatschappij kent geen vergoedingen toe op D het gedeelte van het jaarloon dat de wettelijke maximumgrens voor het bepalen van de vergoedingen en van de rentes zou overschrijden.
•
e vergoedingen die verschuldigd zijn in geval van D overlijden en van blijvende ongeschiktheid zijn niet cumuleerbaar.
•
•
Uitsluitingen Daarenboven worden de buitenwettelijke waarborgen niet verleend: • aan • in
Indien de gevolgen van het ongeval voor een deel te wijten zijn aan of verergerd worden door een slechte gezondheidstoestand die voordien bestond, dan vergoedt de maatschappij enkel de gevolgen die dat ongeval zou hebben gehad indien het slachtoffer in goede gezondheid verkeerde.
•
wanneer het ongeval het gevolg is van:
– opzet van de verzekeringnemer, het slachtoffer of de rechthebbenden;
– één van de hierna genoemde gevallen van zware fout: dronkenschap, alcoholintoxicatie boven 1,5 g/l bloed of gelijkaardige toestand veroorzaakt door het gebruik van andere producten dan alcoholische dranken, roekeloze of kennelijk gevaarlijke daden;
Bij betwisting over het bestaan of de graad van blijvende ongeschiktheid, wordt het geschil op tegenspraak voorgelegd aan twee artsen-deskundigen. Daartoe wijst iedere partij één arts-deskundige aan. Indien beide artsen niet tot overeenstemming komen, dan doen de twee artsen een beroep op een derde arts. Deze drie deskundigen doen samen uitspraak, maar indien er geen meerderheid van stemmen is, dan is het oordeel van de derde arts doorslaggevend. De artsen-deskundigen zijn aan geen enkel vormvoorschrift gebonden.
– geestesstoornissen;
– aardbeving of een andere natuurramp;
– deelname aan een staking en daaruit voortvloeiende gewelddaden; – oorlog of oproer, met inbegrip van burgeroorlog en alle gewelddaden met een collectieve drijfveer, al dan niet gepaard gaand met opstand tegen het gezag;
Indien één der partijen geen arts-deskundige aanwijst of indien de twee artsen-deskundigen niet tot overeen stemming komen omtrent de keuze van de derde, dan gebeurt de aanwijzing op verzoek van de meest gerede partij, door de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg van de Belgische woonplaats van het slachtoffer of, bij gebrek daaraan, van de Belgische woonplaats van de verzekeringnemer. Iedere partij neemt de erelonen en kosten van haar eigen arts voor haar rekening, en de helft van die van de derde arts. •
zelfstandigen;
geval van zelfmoord;
e dekking wordt verleend op voorwaarde dat D het slachtoffer of zijn rechthebbenden afstand doen van elke aansprakelijkheidsvordering tegen de verzekeringnemer.
De buitenwettelijke waarborgen eindigen ten aanzien van personen die 70 jaar geworden zijn, na afloop van het jaar waarin zij die leeftijd hebben bereikt. De bepalingen van het Koninklijk Besluit nr. 530 van 31 maart 1987 (B.S. van 16.04.1987), alsook de uitvoeringsbesluiten ervan, zijn niet van toepassing op de buitenwettelijke waarborgen.
34
– terrorisme (voor een definitie van dit begrip, zie het hoofdstuk II.A.10 Terrorisme);
– ziektetoestand of gebrekkigheid;
– elk feit of opeenvolging van feiten met dezelfde oorzaak waardoor schade ontstaat, mits dat feit of die opeenvolging van feiten of enige daardoor veroorzaakte schade voorkomt uit of het gevolg is van radioactieve eigenschappen of een combinatie van radioactieve eigenschappen met giftige, explosieve of andere gevaarlijke eigenschappen van splijtstoffen of radioactieve producten of afvalstoffen, alsook de schade die rechtstreeks of onrechtstreeks veroorzaakt wordt door enige ioniserende stralingsbron.
5. Gestald(e) voertuig(en)
Uitsluitingen
De maatschappij dekt het/de voertuig(en) vermeld in de bijzondere voorwaarden, dat/die gestald is/zijn in het gebouw of geparkeerd in de onmiddellijke omgeving ervan, tegen:
De maatschappij dekt nooit de schade: – die onder een basiswaarborg van de woningverzekering valt die hierboven niet vermeld is; – door diefstal;
– brand, ontploffing, rook of roet (afkomstig van het gebouw);
– aan voertuigen die geen eigendom zijn van één van de verzekerden.
– blikseminslag; – aanslagen en arbeidsconflicten; onder de voorwaarden vastgelegd in de basiswaarborgen van de woningverzekering. Deze waarborg geldt voor de motorrijtuigen met drie of meer wielen, motorfietsen, trekcaravans, motorboten en jetski’s. De schade wordt vergoed tegen handelswaarde tot maximaal 19.044 euro / 38.089 euro per voertuig (naargelang de gekozen optie), zonder toepassing van de evenredigheidsregel.
35
C. Algemene uitsluitingen
• Bronnen
van ioniserende stralingen, kernbrandstof, straling van enig radioactief product of afval.
De maatschappij dekt nooit de schade die rechtstreeks of onrechtstreeks voortvloeit uit één van de onderstaande gebeurtenissen: • Oorlog
• Opzet
van een verzekerde, behalve indien de dader jonger is dan 16 jaar zoals bepaald onder de waarborg Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin of indien dit het werk is van iemand waarvoor hij verantwoordelijk is en die buiten zijn medeweten heeft gehandeld. Dit geldt ook indien de verzekerde medeplichtig is.
inclusief burgeroorlog.
Opeising, verbeurdverklaring van de verzekerde goederen, volledige of gedeeltelijke inbezit neming door één of andere overheid.
• Natuurrampen
zoals overstroming, het overlopen of opstuwen van de openbare riolen, aardbeving, een aardverschuiving of grondverzakking, onder voorbehoud van de bepalingen vermeld in punt II.A.8 Natuurrampen.
Krijgswet en staat van beleg. • Gebruik
van wapens of tuigen die bestemd zijn om te ontploffen door wijziging van de atoomkern.
36
III. VERPLICHTINGEN VAN DE VERZEKERDE
de ontvangst van het voorstel, kan de maatschappij de overeenkomst opzeggen binnen de 15 dagen. – ofwel de overeenkomst opzeggen indien zij bewijst dat zij in geen geval het risico zou hebben verzekerd. De opzegging zal dan plaatshebben binnen de maand waarin zij van deze gegevens kennis heeft genomen.
1. Verplichtingen van de verzekeringnemer betreffende de verzekerde risico’s
De maatschappij kan zich achteraf niet meer beroepen op de niet-mededeling indien zij niet binnen de vastgestelde termijn reageert.
Verklaringen van de verzekeringnemer De verzekeringspolis wordt opgemaakt op basis van de inlichtingen die de verzekeringnemer op zijn verantwoor delijkheid heeft bezorgd. Daarom moet hij:
Indien het verzwijgen of onjuist meedelen van gegevens opzettelijk gebeurt, wordt de overeenkomst als nietig beschouwd. De premies die vervallen zijn tot op het moment waarop de maatschappij kennis heeft genomen van deze nieuwe gegevens komen haar toe als vergoeding.
• Bij
het afsluiten van de overeenkomst: nauwkeurig en volledig antwoorden op de vragen die bij de onderschrijving worden gesteld, en alle omstandigheden exact aangeven die hem bekend zijn. Deze antwoorden zijn immers bepalend voor de beoordeling van het risico door de maatschappij.
• Bij
een schadegeval
a. Voor de basiswaarborgen en de waarborgen Diefstal en vandalisme, Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin, Rechtsbijstand Woning en Gezin en Gestald(e) voertuig(en).
• In de loop van de overeenkomst: de gegevens meedelen
die de risico’s aanzienlijk en duurzaam verminderen of verzwaren of die nieuwe risico’s creëren. Dit wil zeggen alle nieuwe gegevens waardoor de antwoorden, vermeld in de bijzondere voorwaarden, onnauwkeurig of ongeldig zouden worden, met inbegrip van:
Indien het verzwijgen of onjuist meedelen van gegevens dat aan het licht komt, niet opzettelijk is, en: – indien de niet-mededeling niet aan de verzekeringnemer verweten kan worden, moet de maatschappij de overeengekomen prestatie leveren;
– de parameters van het evaluatierooster (het aantal plaatsen en het bouwtype), een uitbreiding of een renovatie aan het verzekerde gebouw, een wijziging van belending, de onderschrijving van een verzekering met hetzelfde voorwerp of met betrekking tot de inhoud die op dezelfde plaats gesitueerd is, een verhuizing, ...;
– indien de niet-mededeling aan de verzekeringnemer verweten kan worden, kan de maatschappij: •
fwel de evenredigheidsregel van premies o toepassen, dit wil zeggen de verschuldigde vergoeding verminderen in verhouding tot het verschil tussen de betaalde premie en de premie die had moeten betaald worden indien de verzekeringnemer het risico correct had omschreven;
•
fwel elke vergoeding weigeren indien zij bewijst o dat zij het risico in geen geval zou hebben verzekerd.
– verandering in de aanwending van het gebouw (bijvoorbeeld van privégebruik naar commerciële of professionele doeleinden); – elke verandering in het aantal tewerk gestelde personen of elk kern- of oorlogsrisico waaraan het verzekerde personeel zou worden blootgesteld.
Indien het verzwijgen of het onjuist mee delen van gegevens opzettelijk is, kan de maatschappij elke vergoeding weigeren en de premies die vervallen zijn als vergoeding behouden.
Indien de verzekeringnemer deze verplichtingen niet is nagekomen • Bij
het afsluiten of in de loop van de overeenkomst
b. In het kader van de waarborg Huispersoneel
Indien het verzwijgen of het onjuist meedelen van gegevens niet opzettelijk gebeurt, kan de maatschappij:
De maatschappij is altijd verplicht de door de wet bepaalde prestaties aan het slachtoffer of zijn rechthebbenden te leveren. Wanneer de verzekeringnemer kan worden verweten de maatschappij niet op de hoogte te hebben gebracht, kan de maatschappij evenwel de terugbetaling van haar prestatie vorderen bij de verzekeringnemer:
– ofwel het contract opnieuw aanpassen aan het tarief dat zij, rekening houdend met de nieuwe gegevens, zou moeten toepassen. Binnen een termijn van één maand nadat zij van deze gegevens kennis heeft, doet de maatschappij een voorstel tot wijziging: • vanaf de dag waarop zij van het verzwijgen of onjuist meedelen kennis heeft genomen, indien zulks zich voordoet op het moment waarop de overeenkomst wordt onderschreven; • in geval van verzwijgen of onjuist meedelen, met terugwerkende kracht vanaf de dag waarop de verzwaring van het risico zich heeft voorgedaan, indien zulks zich voordoet in de loop van de overeenkomst. Indien de verzekeringnemer dit voorstel weigert of er niet op antwoordt binnen de maand die volgt op
– ofwel volgens de verhouding tussen de be taalde premie en de premie die de verzekeringnemer had moeten betalen indien hij het risico volgens de regels had aangegeven; – ofwel op alle prestaties geleverd door de maatschappij aan de begunstigde, onder aftrek van alle betaalde premies, indien de maatschappij het bewijs levert dat zij het werkelijke risico in geen geval zou hebben verzekerd.
37
4. V erplichtingen van de verzekerde betreffende de schadegevallen
Indien de gegevens opzettelijk verzwegen of onjuist meegedeeld werden, heeft de vordering tot terugbetaling betrekking op alle geleverde prestaties, en kan de maatschappij de vervallen premies als schadevergoeding behouden.
Verplichte maatregelen en handelingen •
Voorzorgsmaatregelen
De verzekerde moet redelijk en voorzichtig optreden. Hij moet onder meer:
2. Verplichtingen in het geval van verscheidene verzekeringnemers
– alle gebruikelijke voorzorgsmaatregelen nemen om de schade te voorkomen: de voorschriften van de fabrikanten in verband met toestellen naleven, sloten onmiddellijk veranderen in geval van verlies of diefstal van sleutels, nooit de sleutels onder de mat of in de brievenbus leggen bij afwezigheid...;
Indien het contract door verscheidene verzekeringnemers wordt ondertekend, zijn ze hoofdelijk en ondeelbaar gehouden tegenover de maatschappij.
3. Verplichtingen tot premiebetaling
– alle maatregelen naleven die de maatschappij in het contract oplegt; dit wil zeggen:
Betaling De premie (inclusief taksen, bijdragen en kosten) is jaarlijks vooraf betaalbaar op de vervaldag. Bij de ondertekening van de polis geeft de verzekeringnemer het akkoord aan ING om de premie automatisch van zijn rekening af te houden volgens de door hem gekozen periodiciteit. Uiterlijk 15 dagen vóór de vervaldag zal de maatschappij de premie voor het volgende jaar meedelen. De premie kan maandelijks, driemaandelijks of halfjaarlijks worden betaald tegen een toeslag van respectievelijk 6, 4 of 2%.
•
e buitendeuren van het gebouw voorzien van d veiligheidssloten indien de waarborg Diefstal en vandalisme wordt onderschreven, en er tijdens zijn afwezigheid gebruik van maken. Dit wil zeggen op dit slot draaien;
•
voldoende maatregelen treffen om installaties en toestellen van vorst te vrijwaren :
- leidingen in niet verwarmde lokalen of leidingen die in opbouw tegen de binnenzijde van een buitengevel gemonteerd werden, dienen voldoende geïsoleerd te worden;
Indien de maatschappij beslist haar tarieven voor één of meer verzekerde risico’s tegen de volgende vervaldag te verhogen, zal deze verhoging worden meegedeeld aan de verzekeringnemer. Deze beschikt over een maand om de verhoging te aanvaarden of de overeenkomst op te zeggen.
en - bij niet bewoning ’s nachts gedurende 8 opeenvolgende dagen in de periode tussen 1 december en 1 maart, zal de verzekerde de hoofdkraan van de waterleiding dienen dicht te draaien en de leidingen dienen te ledigen. Indien het verzekerde gebouw verhuurd wordt, rust deze verplichting op de huurder en komen wij wel tussen ten voordele van de eigenaar en behouden wij onze rechten ten opzichte van de huurder, zelfs bij een afstand van verhaal;
Niet-betaling Wanneer de premie 30 dagen na de vervaldag niet betaald is, stuurt de maatschappij de verzekeringnemer een aangetekende brief van ingebrekestelling, waarbij hij aangemaand wordt de premie binnen een termijn van 15 dagen na deze aangetekende zending te betalen. Indien de verzekeringnemer desondanks niet betaalt, wordt de waarborg na afloop van deze 15 dagen geschorst.
– de specifieke maatregelen naleven die door de maatschappij zijn opgelegd in de bijzondere voorwaarden: zo kan de maatschappij bijvoorbeeld inzake de waarborg Diefstal en vandalisme eisen dat er een INCERT-erkend alarmsysteem geplaatst wordt. In dat geval moet het systeem regelmatig onderhouden worden (minstens 1x per jaar) en moet het systeem geactiveerd worden indien er niemand in het gebouw aanwezig is.
De waarborg zal opnieuw ingaan na betaling van de premie en de intrest indien de premie binnen de gestelde termijn, vermeld in de aangetekende zending van de maatschappij, werd betaald. De premies die vervallen tijdens de periode van schorsing wegens niet-betaling blijven verschuldigd binnen een maximumtermijn van twee jaar na elkaar. Zij komen bovenop de premie die ingevorderd werd en moeten, worden betaald.
Indien de verzekerde deze voorzorgsmaatregelen niet nakomt en deze tekortkomingen houden verband met het schadegeval, behoudt de maatschappij zich het recht voor om haar tussenkomst te weigeren.
De maatschappij kan de overeenkomst binnen 15 dagen na de aangetekende verzending van de ingebrekestelling opzeggen; deze opzegging gaat ten vroegste in na afloop van deze 15 dagen.
•
Bescherming
Bij een gewaarborgd schadegeval moet de verzekerde alle maatregelen nemen, nodig om de omvang of de ernst ervan te beperken. De verzekerde mag, op eigen gezag, zonder dat het nodig
38
Bij aanslag of arbeidsconflict
is, geen wijzigingen aan het beschadigde goed aanbrengen die het onmogelijk of moeilijker maken om de oorzaken van het schadegeval te bepalen of de schade te ramen. • Aangifte
De termijn van aangifte aan de maatschappij bedraagt maximaal 24 uur.
van het schadegeval
De verzekerde verbindt zich ertoe zo spoedig mogelijk alle formaliteiten bij de bevoegde overheid te vervullen met het oog op de vergoeding van de schade aan de verzekerde goederen.
Algemeen Om een beroep te doen op de waarborg Kosteloze Bijstand met betrekking tot de basiswaarborgen van de woningverzekering, moet de verzekerde contact opnemen met ING Home Assistance via ING Assist’line op het nummer 02/550.06.00.
De door de maatschappij verschuldigde vergoeding wordt slechts betaald indien het bewijs wordt geleverd dat daarvoor de nodige stappen zijn gedaan.
Hoe dan ook moet de verzekerde elk schadegeval zo spoedig mogelijk aangeven, en uiterlijk binnen 8 dagen te rekenen vanaf het ogenblik waarop hij er kennis van heeft genomen, behalve indien het schadegeval dieren treft of betrekking heeft op beschadiging van voedingswaren in een diepvriezer of koelkast. In deze laatste gevallen bedraagt de maximumtermijn 24 uur.
Indien de verzekerde door de bevoegde overheid schadeloos gesteld is, verbindt hij zich ertoe deze vergoeding aan de maatschappij af te staan, voor zover ze de vergoeding overlapt die voor hetzelfde schadegeval krachtens dit contract werd toegekend. Bij een schadegeval waarvoor een aansprakelijkheids waarborg van toepassing is, moet de verzekerde:
Deze aangifte moet overeenstemmen met het document dat samen met deze overeenkomst wordt afgegeven.
– samen met de gedetailleerde aangifte van het schadegeval, de bewijsmiddelen en elk bewijsstuk van zijn aanvraag bezorgen;
Zij kan naar de maatschappij worden gestuurd of naar het ING-kantoor dat de polis heeft voorgesteld. Wanneer het schadegeval niet ten laste genomen is door ING Home Assistance, zal de verzekerde binnen 45 dagen na deze aangifte het gedetailleerde en ondertekende bestek van de schade naar de maatschappij sturen. Deze zal, indien zij dit nog niet heeft gedaan, op basis daarvan haar akkoord geven voor de herstelling of een expert sturen.
– de maatschappij zo spoedig mogelijk en regelmatig op de hoogte houden van de stand van de zaak of de procedure; – binnen 48 uur nadat hij er kennis van heeft genomen, alle brieven van een rechtbank, advocaat of enige andere overheid of persoon naar de maatschappij doorsturen; – op de rechtszittingen verschijnen en alle procedurehandelingen vervullen die de maatschappij hem kan vragen;
De verzekerde zal zich in alle gevallen moeten schikken naar de instructies van de maatschappij, door bijvoorbeeld alle gevraagde facturen of bewijsstukken te bezorgen. De verzekerde zal bovendien de afwezigheid van hypothecaire of bevoorrechte schuldvordering moeten aantonen of een door de ingeschreven schuldeisers afgegeven machtiging tot ontvangst moeten bezorgen.
– de leiding van het proces of van de onderhandelingen met derden aan de maatschappij overlaten indien er geen uiteenlopende belangen zijn; – zich in ieder geval onthouden van elke erkenning van aansprakelijkheid, van elke dading, vaststelling van schade, betaling of belofte van schadeloosstelling.
Bij diefstal, poging tot diefstal, onroerende inbraak schade of vandalisme
De eerste materiële hulp en medische verzorging alsook de loutere erkenning van de feiten vormen geen erkenning van aansprakelijkheid.
De termijn om de maatschappij op de hoogte te brengen wordt teruggebracht tot 24 uur. De verzekerde moet onmiddellijk:
Bij een schadegeval waarvoor de waarborg Rechts bijstand Woning en Gezin wordt ingeroepen, moet de verzekerde:
– klacht indienen bij de politie en
– uit eigen beweging of op verzoek van ING Non-Life Belgium nv, alle voor de behandeling van het dossier nuttige inlichtingen verstrekken;
– verzet aantekenen bij diefstal van waarden zoals chequeboekjes, aandelen aan toonder, kredietkaarten... Daarenboven verbindt de verzekerde er zich toe de maatschappij te verwittigen zodra de gestolen voorwerpen zijn teruggevonden:
– ING Non-Life Belgium nv op de hoogte houden van het verloop van de zaak; – meteen na ontvangst de deurwaardersakten, dagvaardingen of procedurestukken die hem zouden worden gezonden, afgegeven of betekend, bezorgen aan ING Non-Life Belgium nv.
– indien de vergoeding reeds betaald werd, binnen de 15 dagen hetzij de voorwerpen af te staan, hetzij ze terug te nemen tegen terugbetaling van de ontvangen vergoeding, verminderd met het bedrag van de eventuele herstellingskosten; – indien de vergoeding nog niet werd betaald, is de maatschappij die slechts verschuldigd ten belope van het bedrag van de eventuele herstellingskosten.
39
Bij een schadegeval waarvoor de waarborg Huis personeel wordt ingeroepen, moet de verzekering nemer:
schappij, zich onderwerpen aan de door de Rechtbank bevolen onderzoeksmaatregelen op straffe van schadeloosstelling aan de maatschappij voor het geleden nadeel indien aan deze voorwaarden niet wordt voldaan;
– onmiddellijk doch uiterlijk binnen 10 werkdagen na het ongeval of, als het hem onbekend was, nadat hij er voor het eerst bericht over heeft gekregen, ieder schadegeval schriftelijk bij de maatschappij aangeven. Indien mogelijk moet er een medisch attest bij de aangifte worden gevoegd, zo niet moet dat attest zo spoedig mogelijk naar de maatschappij worden verstuurd;
– indien de verzekeringnemer één van de verplichtingen uit de eerste drie bovenvermelde punten niet naleeft en de maatschappij daaruit enig nadeel ondervindt, beschikt deze laatste tegenover de verzekeringnemer over een vordering tot terugbetaling van de prestaties die aan het slachtoffer of zijn rechthebbenden zijn geleverd, ten bedrage van de schade die zij heeft geleden. Indien de verzekeringnemer de verplichtingen uit de eerste drie bovenvermelde punten met bedrieglijk opzet niet in acht heeft genomen, heeft de vordering tot terugbetaling door de maatschappij betrekking op alle prestaties die aan het slachtoffer of zijn rechthebbenden zijn betaald.
– de maatschappij zonder verwijl alle nuttige inlichtingen verstrekken en op de vragen antwoorden die hem worden gesteld, teneinde de omstandigheden en de omvang van het schadegeval te kunnen vaststellen; – alle redelijke maatregelen treffen om de gevolgen van het schadegeval te voorkomen en te beperken;
De verzekerde komt die verplichtingen niet na
– alle gerechtelijke of buitengerechtelijke akten binnen 48 uur na ontvangst naar de maatschappij doorzenden, op de rechtszittingen verschijnen en de procedurehandelingen uitvoeren die worden gevraagd door de maat-
Bij verzuim of opzet zal de maatschappij elke schadeloosstelling kunnen weigeren of haar prestatie kunnen verminderen ten belope van het nadeel dat zij heeft geleden.
40
IV. R EGELING VAN DE SCHADEGEVALLEN
De volgende voorwerpen worden echter geraamd :
1. Bepalingen eigen aan de basiswaarborgen van de woningverzekering en aan de waarborg Diefstal en vandalisme
– materieel;
op basis van de werkelijke waarde: – linnen en kledingstukken; – inboedel toevertrouwd aan de verzekerde. op basis van hun materiële wedersamenstellingswaarde: – de plannen, modellen, documenten, magneetbanden en andere informatiedragers.
Raming van de schade De materiële schade aan de verzekerde goederen wordt geraamd op de dag van het schadegeval volgens verschillende ramingsmethoden. De definitie van deze methoden staat in hoofdstuk VII Woordenlijst. De toepassingsmodaliteiten worden hierna beschreven.
op basis van de handelswaarde:
• Verzekering van schade aan het gebouw
op basis van de vervangingswaarde
Indien de verzekerde eigenaar is, gebeurt de raming op basis van de nieuwbouwwaarde. De slijtage wordt integraal afgetrokken, indien ze groter is dan 30% (uitgezonderd stormschade waar de slijtage integraal afgetrokken wordt indien ze groter is dan 20%).
– schilderijen;
– antieke meubelen; – zeldzame en kostbare voorwerpen; – voertuigen.
– kunstvoorwerpen of verzamelingenvoorwerpen; – collecties (voor collecties geldt een specifieke limiet die per collectie gelijk is aan 5 maal de gekozen limiet per voorwerp);
Uitzonderingen :
– juwelen en voorwerpen van edel metaal.
• Voor
de schade aan de tuinbeplanting (indien gewaarborgd): herbeplanting in volle grond met jonge planten;
op basis van de dagwaarde: – dieren, zonder rekening te houden met hun wedstrijdof showwaarde;
• Voor
zonnepanelen en omvormers: er wordt voorzien in een jaarlijkse forfaitaire afschrijving van 5%, maar deze wordt niet toegepast de eerste 6 jaar. Pas vanaf het 7de jaar wordt de afschrijving effectief en integraal in mindering gebracht (dit wil zeggen 35% het 7de jaar, 40% het 8ste jaar,…). De schadevergoeding mag echter de huidige nieuwwaarde van een paneel / omvormer met vergelijkbare prestaties niet overschrijden;
– waarden; – diepvriesproducten; – stookolie. op basis van de kostprijs: – koopwaar. • Gedeeltelijke schade
• Voor
domotica-installaties: er wordt voorzien in een jaarlijkse forfaitaire afschrijving van 5%, maar deze wordt niet toegepast de eerste 6 jaar. Pas vanaf het 7de jaar wordt de afschrijving effectief en integraal in mindering gebracht (dit wil zeggen 35% het 7de jaar, 40% het 8ste jaar,…). De schadevergoeding mag echter de huidige nieuwwaarde van een vergelijkbare installatie met vergelijkbare prestaties niet overschrijden.
Bij herstelbare gedeeltelijke schade zal uitsluitend rekening worden gehouden met de herstellingskosten.
Expertise van de schade • Minnelijke raming Indien er geen betwisting is tussen de partijen, wordt de schaderaming in der minne geregeld.
Indien de verzekerde huurder is, gebeurt de raming op basis van de werkelijke waarde.
• Expertise Indien de verzekerde en de maatschappij het evenwel niet eens zijn over de raming van de schade, de waarde van de verzekerde goederen of de vastgestelde slijtage, zullen de partijen elk hun eigen expert aanstellen.
• Verzekering van schade aan de inhoud De raming gebeurt op basis van de nieuwwaarde. De slijtage van een beschadigd goed of van het beschadigde gedeelte van een goed wordt integraal afgetrokken indien ze groter is dan 30%.
Ingeval zij het niet met elkaar eens raken, zal door de twee experts of, bij gebrek aan een akkoord, door de voorzitter van de Rechtbank van Eerste Aanleg van de woonplaats van de verzekerde, op verzoek van de meest gerede partij een derde expert worden gekozen. De definitieve beslissing over het bedrag van de schadevergoeding wordt dan door de experten genomen met meerderheid van de stemmen. Diezelfde voorzitter kan worden aangesproken indien één van de partijen haar expert niet heeft genoemd of indien deze zijn opdracht niet vervult.
Voor elektrische toestellen wordt er voorzien in een jaarlijkse forfaitaire afschrijving van 5%, maar deze wordt niet toegepast de eerste 6 jaar. Pas vanaf het 7de jaar wordt de afschrijving voor de elektrische toestellen effectief en integraal in mindering gebracht (dit wil zeggen 35% het 7de jaar, 40% het 8ste jaar,…). De schadevergoeding mag echter de huidige nieuwwaarde van een voorwerp of een toestel met vergelijkbare prestaties niet overschrijden.
41
In dat geval vergoedt de maatschappij de honoraria die door de verzekerde werkelijk zijn betaald, binnen de perken van de waarborg Honoraria van expert.
aanmerking is genomen. Het totaal van de aldus gedane betalingen zal bij de voltooiing van de werken evenwel niet groter mogen zijn dan 120% van de oorspronkelijk vastgestelde vergoeding, of de totale kostprijs van de heropbouw;
De kosten van de derde expert worden voorgeschoten door de maatschappij. Deze kosten vallen uiteindelijk ten laste van de verzekerde en moeten dus worden terugbetaald, indien de verzekerde in het ongelijk werd gesteld voor deze betwisting.
– b ij vervanging van het beschadigde gebouw door de aankoop van een ander gebouw, wordt betaald bij het verlijden van de authentieke akte voor de aankoop van het vervangingsgoed.
De experts zijn vrijgesteld van enige juridische formaliteit.
2. Bij niet-heropbouw, niet-wedersamenstelling of niet-vervanging zal de maatschappij 80% van de nieuwwaarde vergoeden, verminderd met de slijtage, overeenkomstig punt 3 hierna.
De beslissing van de experts is soeverein en onherroepelijk. De expertise vormt op zich geen verbintenis voor de maatschappij om het schadegeval te betalen.
3. Bij verzekering volgens nieuwwaarde mag de slijtage van een beschadigd goed of van het beschadigde gedeelte van een goed slechts worden afgetrokken indien ze groter is dan:
Vaststelling van de vergoeding en betalingstermijn Voor zover de verzekerde zijn verplichtingen heeft nageleefd, zal de maatschappij haar eigen prestaties verlenen binnen de termijnen en volgens de modaliteiten die hierna worden beschreven.
– 20% van de nieuwwaarde voor schadegevallen in de waarborg Storm, hagel, sneeuw- en ijsdruk; – 30% van de nieuwwaarde voor schadegevallen in andere waarborgen.
De maatschappij zal een vergoeding betalen die alle taksen en rechten van welke aard ook ten laste van de verzekerde omvat, voor zover hij ze niet fiscaal kan terugvorderen, noch aftrekken. Voorwaarde is wel dat de goederen in België heropgebouwd, vervangen of wedersamengesteld worden.
• Verzekering op basis van andere waarden De vergoeding tot 100% van deze waarde wordt door de maatschappij betaald binnen de 30 dagen na de vaststelling van de schade of het afsluiten van de expertise.
• Verzekering volgens nieuwwaarde
Afwijkingen van de betalingstermijnen van de vergoeding
1. In het geval van: – h eropbouw of wedersamenstelling van de beschadigde goederen,
De betalingstermijn gaat in principe in op de dag van de vaststelling van de schade of het afsluiten van de expertise. Deze termijn wordt evenwel uitgesteld in de volgende gevallen:
of – vervanging van het beschadigde gebouw door aankoop van een ander gebouw,
• Indien de verzekerde zijn verplichtingen niet heeft vervuld. In dat geval begint de termijn pas te lopen de dag (om 0 uur) na die waarop hij al deze verplichtingen is nagekomen.
zal de maatschappij de verzekerde schadeloosstellen binnen de 30 dagen na het afsluiten van de expertise of, bij ontstentenis daarvan, na de datum van de vaststelling van het schadebedrag, door een eerste schijf te betalen die gelijk is aan 80% van de nieuwwaarde, verminderd met de slijtage overeenkomstig punt 3 hierna.
• Bij diefstal of indien er vermoedens bestaan dat het schadegeval te wijten is aan opzet van de verzekerde. De maatschappij kan een kopie van het strafdossier aanvragen binnen ten hoogste 30 dagen na de vaststelling van de schade of het afsluiten van de expertise. In dat geval moet de vergoeding worden betaald binnen de 30 dagen na het ogenblik waarop de maatschappij kennis heeft genomen van het dossier, tenzij vastgesteld wordt dat er strafvervolging is ingesteld tegen de verzekerde of de begunstigde van de vergoeding (bij aansprakelijkheidsverzekering).
Het saldo van de vergoedingen: – in geval van heropbouw of wedersamenstellingen van de beschadigde goederen mag worden betaald in schijven naargelang de heropbouw of de wedersamenstelling vorderen. De schijven zullen enkel in geval van heropbouw of wedersamenstelling worden geïndexeerd. Immers, opdat de verzekerde niet zou worden benadeeld door de spreiding van de betalingen, zal de maatschappij elke schijf herwaarderen. Deze herwaardering zal gebeuren volgens de evolutie van het laatst bekende indexcijfer van de bouwprijzen op de dag van de betaling, ten opzichte van het laatste indexcijfer dat bij het voorkomen van het schadegeval in
• Bij betwisting over de vaststelling van de vergoeding of van de aansprakelijkheden. In dat geval begint de termijn van 30 dagen voor de betaling van de vergoeding pas te lopen vanaf de beëindiging van deze betwisting.
42
2. B epalingen eigen aan de basiswaarborgen van de woningverzekering, aan de waarborgen Diefstal en vandalisme, Gestald(e) voertuig(en) en Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin
De subrogatie kan de verzekerde of de begunstigde die slechts ten dele zou zijn schadeloosgesteld, geen nadeel berokkenen. In dat geval kan hij zijn rechten uitoefenen, voor wat hem nog verschuldigd blijft, tegenover de maatschappij.
Vrijstelling
De verzekerde kan in geen geval afstand doen van verhaal op de aansprakelijke derden, zonder toestemming van de maatschappij.
Van elk schadegeval (materiële schade) betaalt de maatschappij niet de eerste 239 euro van de totale schadebegroting. Dit bedrag wordt geïndexeerd volgens het indexcijfer van de consumptieprijzen. Dat wil zeggen dat bij een schadegeval het indexcijfer van de consumptieprijzen dat van kracht is in de maand die aan het schadegeval voorafgaat, wordt gedeeld door het basisindexcijfer - van mei 2012 - zijnde 120,89 en de verhouding die daarbij wordt gevonden, wordt met 239 euro vermenigvuldigd (bij wijze van voorbeeld: in juni 2012 bedroeg de vrijstelling 238,45 euro).
Onder voorbehoud van wat in de vorige paragraaf wordt gezegd, doet de maatschappij afstand van verhaal op: – de verzekerde; – de echtgeno(o)t(e), de bloedverwanten in opgaande of dalende lijn, de aanverwanten in rechte lijn van de verzekerde; – de bij de verzekerde inwonende personen; – de gasten en het personeel van de verzekerde; – de naakte eigenaars en vruchtgebruikers die samen door het contract verzekerd zijn;
Indien de verzekeringnemer het gebouw of de inhoud bij een andere maatschappij verzekerd heeft, kan de vrijstelling tweemaal toegepast worden (eenmaal voor het gebouw, eenmaal voor de inhoud).
– de overheidsbedrijven en leveranciers van door leidingen of kabels verdeelde elektrische stroom, gas, stoom, water, klank, beeld en informatie tegenover wie de verzekerde afstand van verhaal heeft moeten doen;
Basiswaarborgen van de woningverzekering en waarborgen Diefstal en vandalisme en Gestald(e) voertuig(en) Voor de toepassing van de vrijstelling betreffende de basiswaarborgen en de waarborgen Diefstal en vandalisme en Gestald(e) voertuig(en) wordt onder schadegeval verstaan, elke schade aan de verzekerde goederen veroorzaakt door een zelfde schadeverwekkend feit.
– de verhuurder van de verzekerde wanneer die afstand van verhaal in de huurovereenkomst is bedongen. De maatschappij behoudt evenwel haar verhaal op die personen: – wanneer de voor het schadegeval aansprakelijke derde persoonlijk verzekerd is, ten belope van zijn waarborg.
Aanvullende waarborgen en Bijstand De hulpverleningsprestaties in het kader van de aanvullende waarborgen en de waarborg Bijstand, met uitzondering van de waarborg Herstelling van materiële schade, zijn niet onderworpen aan een vrijstelling.
Wat betreft de waarborgen die de aansprakelijkheid van de verzekerde dekken, geeft de verzekering de benadeelde een eigen recht tegenover de verzekeraar. De door de verzekeraar verschuldigde schadevergoeding komt toe aan de benadeelde, met aansluiting van de overige schuldeisers van de verzekerde.
De waarborg Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin In dit geval is de vrijstelling slechts van toepassing op de materiële schade.
Wat betreft de waarborg Huispersoneel, kan geen enkele erkenning van aansprakelijkheid, geen enkele schikking, geen enkele betaling of belofte tot betaling uitgaande van de verzekering nemer zonder het akkoord van de maatschappij tegen deze laatste worden aangevoerd. Het loutere erkennen van het schadegeval kan niet als erkenning van aansprakelijkheid worden beschouwd. De maatschappij is niet verplicht de processen voor de strafrechtbanken te volgen noch de daaruit voortvloeiende straffen of kosten ten laste te nemen. Het beheer van de schadegevallen en van de desbetreffende geschillen komt uitsluitend de maatschappij toe, die alle onderhandelingen met de slachtoffers of hun rechthebbenden alsook het eventuele proces leidt.
3. Bepalingen eigen aan alle waarborgen Verhaal en subrogatie Zodra de maatschappij de vergoeding heeft betaald, treedt zij, tot het bedrag van deze vergoeding, in de rechten en vorderingen van de verzekerde of de begunstigde ten aanzien van de derden aansprakelijk voor het schadegeval. Indien de subrogatie door toedoen van de verzekerde of de begunstigde geen uitwerking meer kan hebben ten bate van de maatschappij, kan deze eisen dat de betaalde vergoeding wordt teruggegeven in verhouding tot het geleden nadeel.
43
V. VERLOOP VAN DE OVEREENKOMST
• De
premie van de waarborg Huispersoneel wordt op de jaarlijkse vervaldag aangepast aan de evolutie van het “gemiddeld minimum gewaarborgd maandinkomen”.
1. Op welk ogenblik gaat de waarborg in en voor welke duur?
3. W at gebeurt er bij overdracht van het verzekerde goed?
De overeenkomst gaat in op de datum vermeld in de bijzondere voorwaarden om 0 uur.
Overdracht onder levenden • Voor het gebouw
Ze wordt gesloten voor één jaar. Op elke jaarlijkse vervaldag wordt ze stilzwijgend, zonder enige formaliteit, voor een jaar verlengd. Deze verlenging gebeurt niet indien de overeenkomst ondertussen ten minste 3 maanden vóór de jaarlijkse vervaldag werd opgezegd (zie verder in dit hoofdstuk).
De waarborgen betreffende het gebouw eindigen van rechtswege drie maanden na de datum van het verlijden van de authentieke akte van eigendomsoverdracht. Tijdens deze periode geldt de verzekering zowel voor de overdrager als voor de koper van het goed of de overnemer, op voorwaarde dat hij geen eigen verzekering heeft.
Indien de verzekeringnemer in de loop van de verzekeringsperiode andere waarborgen (bijvoorbeeld: opties) onderschrijft, worden deze eerst gesloten voor een periode die loopt tot de jaarlijkse vervaldag van de vroeger onderschreven waarborg. Op die manier hebben alle waarborgen op termijn dezelfde vervaldatum.
• Voor de inhoud Het contract eindigt van rechtswege zodra de verzekerde niet meer in het bezit is van de inhoud. • Opties
2. De automatische aanpassing (indexering)
Indien ze als aanvulling bij de basiswaarborgen zijn onderschreven, eindigen ze op de volgende vervaldag.
• De
verzekerde kapitalen, de premie en de vergoedingsgrenzen van de basiswaarborgen van de woningverzekerning, en de waarborgen Diefstal en vandalisme en Gestald(e) voertuig(en), worden automatisch aangepast op elke jaarlijkse vervaldag. Dit gebeurt volgens de verhouding tussen:
Overdracht als gevolg van een overlijden Bij overlijden wordt het contract in zijn geheel (rechten en verplichtingen) overgedragen aan de erfgenamen of rechthebbenden.
– het indexcijfer van de bouwprijzen, m.a.w. het Abexindexcijfer dat om de 6 maanden vastgesteld wordt door de Belgische Vereniging van Experts;
Inzake Rechtsbijstand Woning en Gezin worden de door een overleden verzekerde verworven rechten overgedragen aan zijn erfgenamen; zo wordt een al ingestelde procedure ten gunste van hen voortgezet.
en – het Abex-indexcijfer opgenomen in de bijzondere Voorwaarden, voor de verzekerde kapitalen en de premie ;
De erfgenamen kunnen de overeenkomst even wel opzeggen binnen 3 maanden en 40 dagen na het overlijden. Anderzijds kan de maatschappij de overeenkomst opzeggen binnen 3 maanden vanaf de dag waarop zij van het overlijden kennis heeft genomen.
– het Abex-indexcijfer 711, voor de beperkingen van de vergoeding. Bij een schadegeval vervangt het meest recente indexcijfer het indexcijfer dat bij de laatste jaarlijkse vervaldag de premie bepaalde. Dit cijfer wordt gebruikt om de verzekerde kapitalen en vergoedingsgrenzen te indexeren.
4. W ijziging van de voorwaarden en van het tarief Indien de maatschappij de verzekeringsvoorwaarden of het tarief wijzigt, kan zij deze overeenkomst aanpassen op de volgende jaarlijkse vervaldag. Zij stelt de verzekeringnemer in kennis van de wijziging. De verzekeringnemer kan deze overeenkomst opzeggen na ontvangst van deze kennisgeving.
De geïndexeerde kapitalen en vergoedingsgrenzen mogen echter niet groter zijn dan 120% van deze van de laatste vervaldag. • De
verzekerde bedragen in het kader van de waarborgen Burgerlijke aansprakelijkheid gebouw, verzekerde aansprakelijkheden en Burgerrechtelijke Aansprakelijk-heid Gezin worden aangepast, in functie van de evolutie van het indexcijfer van de consumptieprijzen en dit tijdens de volledige duur van het contract.
Wanneer deze kennisgeving minstens vier maanden vóór de jaarlijkse vervaldag van het contract gesteld werd, moet de opzeg gebeuren binnen de 30 dagen na de kennisgeving. De opzeg heeft dan uitwerking op de jaarlijkse vervaldag.
De index 120,89 (indexcijfer van mei 2012 met als basis 2004 = 100), geldt als basisindex.
Wanneer deze kennisgeving minder dan vier maanden vóór de jaarlijkse vervaldag van het contract gesteld werd, moet de opzeg gebeuren binnen de drie maanden te rekenen vanaf de dag van die kennisgeving. De opzeg heeft dan uitwerking 1 maand na de betekening ervan maar ten vroegste op de jaarlijkse vervaldag.
Bij een schadegeval baseert men zich op de index van de maand die het schadegeval voorafgaat. • De vergoedingsdrempels en -grenzen, alsook de premie
van de Rechtsbijstand Woning en Gezin, worden niet geïndexeerd.
44
5. Wanneer en hoe kunnen de partijen de overeenkomst opzeggen?
kerd. Zij moet binnen een termijn van een maand, te rekenen vanaf de dag waarop zij van de verzwaring kennis heeft gekregen, de wijziging van de overeenkomst voorstellen met terugwerkende kracht tot de dag van de verzwaring. Indien de maatschappij het bewijs levert dat zij het verzwaarde risico in geen geval zou hebben verzekerd, kan zij de overeenkomst opzeggen binnen dezelfde termijn. Indien het voorstel tot wijziging van de verzekeringsovereenkomst wordt geweigerd door de verzekeringnemer of indien, bij het verstrijken van een termijn van een maand te rekenen vanaf de ontvangst van dit voorstel, dit laatste niet wordt aanvaard, kan de maatschappij de overeenkomst opzeggen binnen vijftien dagen;
Vorm De opzegging moet altijd worden betekend: – hetzij per aangetekende brief; – hetzij per deurwaardersexploot; – hetzij door afgifte van de brief aan de geadresseerde tegen ontvangstbewijs.
Opzegging bij afloop van de overeenkomst De maatschappij en de verzekeringnemer kunnen de overeenkomst ten minste 3 maanden vóór het verstrijken van de lopende periode opzeggen.
– na een schadegeval. Die opzegging geschiedt ten laatste één maand na de uitbetaling of de weigering tot uitbetaling van de schadevergoeding. De opzegging wordt ten vroegste drie maanden na de dag van de betekening van kracht. Evenwel kan zij van kracht worden één maand na de dag van de betekening ervan in geval van (poging tot) misleiding van de maatschappij zoals voorzien in de Wet.
Opzeggen vóór de afloop van de overeenkomst • Door de verzekeringnemer De verzekeringnemer kan de overeenkomst opzeggen: – wanneer hij op de hoogte wordt gebracht van de opzegging door de maatschappij van één of meer waarborgen van zijn overeenkomst;
– in geval van niet-betaling van de premies zoals bepaald in Hoofdstuk III.3 van deze overeenkomst en in overeenstemming met de wettelijke bepalingen en de bepalingen die vermeld worden in de brief van ingebrekestelling die de verzekeringnemer zal ontvangen.
– wanneer hij de maatschappij op de hoogte heeft gebracht van een gevoelige en duurzame vermindering van het risico, en hij binnen de daaropvolgende maand met de maatschappij niet tot overeenstemming komt over het bedrag van de nieuwe premie;
• Van rechtswege (automatisch) – Wanneer de verzekeringnemer of de maatschappij de waarborg Burgerrechtelijke Aansprakelijkheid Gezin opzegt, zal de waarborg Rechtsbijstand Woning en Gezin op de volgende vervaldag automatisch worden opgezegd.
– wanneer de termijn die verloopt tussen de datum van onderschrijving en de aanvangsdatum van de overeenkomst langer is dan 1 jaar en de verzekeringnemer ten laatste 3 maanden voor de aanvangsdatum beslist van de verzekering af te zien;
– Wanneer de verzekeringnemer of de maatschappij de verzekering van de inhoud opzegt, zal de waarborg Diefstal en Vandalisme op de volgende vervaldag automatisch worden opgezegd.
– wanneer hij beslist de overeenkomst op te zeggen na een schadegeval, ten laatste 1 maand na de betaling of de weigering van betaling van de vergoeding. • Door de maatschappij
– Wanneer het voorwerp of het belang van de overeenkomst ophoudt te bestaan of naar het buitenland wordt overgebracht.
De maatschappij kan de overeenkomst opzeggen: – wanneer de maatschappij zich in een zelfde overeenkomst tot verschillende prestaties verbindt en de verzekeringnemer de waarborg met betrekking tot één of meer prestaties opzegt, dan mag de maatschappij de gehele verzekeringsovereenkomst opzeggen;
Opzegging buiten de afloop van de overeenkomst Bij een opzegging die niet gebeurt op de vervaldatum van de overeenkomst zal de maatschappij de verzekeringnemer het al ontvangen premiegedeelte, dat betrekking heeft op de periode na de aanvang van de opzegging, terugbetalen.
– indien het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet zo verzwaard is dat de maatschappij, indien die verzwaring bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, op andere voorwaarden zou hebben verze-
45
VI. VARIA
2. Opmerkingen, vragen of klachten Alle opmerkingen, vragen en klachten kunnen online worden verzonden via de berichtendienst van de website (
[email protected]). De verzekeringnemer kan hiervoor ook terecht in elk ING-kantoor.
1. Woonplaats en briefwisseling Om geldig te zijn moet elke kennisgeving worden gedaan: – voor de maatschappij: op de zetel van ING Non-Life Belgium nv, Sint-Michielswarande 70, 1040 Brussel;
De Belgische wetgeving, onder andere de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst, is van toepassing op dit contract. De verzekeringnemer heeft de mogelijkheid om elke klacht betreffende onderhavig contract te sturen naar:
– voor de verzekeringnemer: op het adres dat is vermeld in de overeenkomst of dat later aan de maatschappij is meegedeeld; – voor de erfgenamen of rechthebbenden van de verzekeringnemer: op het in de overeenkomst vermelde adres zolang er geen ander adres aan de maatschappij is meegedeeld;
• hetzij
– Indien de overeenkomst door verscheidene verzekeringnemers is ondertekend: elke mededeling die aan één van hen wordt gedaan, wordt geacht aan ieder van hen te zijn gedaan.
• hetzij
de ING Customer Service, Sint-Michielswarande 60 , B-1040 Brussel (
[email protected] – Tel. + 32 2 547 61 01 – Fax + 32 2 547 83 20). Ombudsman van de Verzekeringen, de Meeûssquare 35, B-1000 Brussel (www. ombudsman.as –
[email protected] – Tel. + 32 2 547 58 71 – Fax: + 32 2 547 59 75).
Dit sluit de mogelijkheid om een gerechtelijke procedure te starten niet uit.
3. Bevoegde rechtbanken Er wordt overeengekomen dat, voor de uitvoering van deze overeenkomst, de betwistingen tussen de partijen zullen worden voorgelegd aan de Belgische rechtbank van het rechtsgebied waartoe de woonplaats van de verzekeringnemer behoort.
46
VII. WOORDENLIJST
Handelswaarde De prijs die de verzekerde in normale marktomstandigheden voor een goed zou krijgen indien hij het op de binnenlandse markt te koop stelde.
Abex-indexcijfer Indexcijfer van de bouwprijzen dat om de 6 maanden (op 1 januari en 1 juli) wordt vastgesteld door een instelling die “Belgische Vereniging van Experts” wordt genoemd of door enige andere instelling die daarvoor zou zijn aangewezen en dat gebaseerd is op de prijzen van de constructiematerialen, architecten, ...
Huisdieren Zogenaamde gezelschapsdieren waarvan de soort allang getemd is (honden, katten...) of plezierdieren (vissen, hamsters...) die in de woning van de verzekerde leven. Een paard, een pony... worden als plezier- of gezelschapsdieren beschouwd.
Bedrijfsschade Vermindering van de jaarlijkse omzet die leidt tot een derving van de volledige winst of een deel ervan, terwijl bepaalde algemene kosten blijven lopen en dus een evenredige toename van de lasten veroorzaken.
Huispersoneel Iedere persoon die zich ertoe verbindt om tegen een loon en onder het gezag van een werkgever, hoofdzakelijk manueel huishoudelijk werk te verrichten voor de privébehoeften van de werkgever of diens gezin (bv. kokkin, kamermeid, kindermeisje, werkster).
Cataloguswaarde Officiële prijs van een goed op het ogenblik van de schade bij een merkverdeler van het goed.
Huurderving
Collectie
De huurderving of de gebruiksderving van een woning als gevolg van een schadegeval.
Een verzameling voorwerpen die één geheel vormen en uitgekozen zijn voor hun schoonheid, hun zeldzaamheid, hun merkwaardigheid of hun documentatiewaarde. Voorbeelden zijn: postzegels, muntenverzameling, oude wapens, oude en originele boekwerken, oude faience en porseleinen voorwerpen, schilderijen...
Huurlasten Kosten die ten laste zijn van de huurder maar die de verbruikskosten betreffende verwarming, water, gas of elektriciteit niet omvatten.
Dagwaarde
Hydraulische installaties
Beurs- of marktwaarde van een goed, met name de laatste officiële koers die de dag van het schadegeval voorafgaat.
Alle leidingen, zowel binnen als buiten, die het water, ongeacht de oorsprong ervan, aanbrengen, vervoeren of afvoeren, daarin begrepen de toestellen die erop aangesloten zijn (zoals was- en vaatwasmachines) en het deel van de leiding die de privéleiding verbindt met het publieke waternet.
Dak De bedekking van een gebouw die het waterdicht maakt (zoals pannen, leien, roofing, platen), de draagstructuur (zoals het daktimmerwerk, de panlatten en het onderdak waarop de roofing en platen bevestigd zijn) en de isolatie tussen voornoemde elementen en de draagstructuur.
Indeplaatsstelling Recht op grond waarvan de verzekeringsmaatschappij zich in de plaats van de verzekerde mag stellen om verhaal uit te oefenen op de voor het schadegeval aansprakelijke derde.
Evenredigheidsregel Regel die bepaalt dat, als bij schade de nieuwwaarde hoger ligt dan de verzekerde waarde, de vergoeding verminderd wordt volgens de verhouding tussen het bedrag dat verzekerd is en het bedrag dat verzekerd had moeten zijn.
Indexcijfer van de consumptieprijzen
Garage
Waarschuwing die de maatschappij per aange tekende brief geeft aan de verzekerde die het contract heeft ondertekend.
Indexcijfer van de consumptieprijzen dat elke maand door het Ministerie van Economische Zaken wordt vastgesteld. Deze index houdt rekening met de levensduurte.
Ingebrekestelling
Een afgesloten ruimte toegankelijk via één of meerdere voorpoorten die één of meerdere autostaanplaatsen bevat, zelfs als de voertuigen er niet werkelijk geparkeerd worden. Ook individuele staanplaatsen of een individuele box in een appartementsgebouw wordt als een garage beschouwd. Een autostaanplaats onder een afdak of carport wordt niet beschouwd als een garage.
Daarbij wordt de verzekerde aangemaand om, binnen een welbepaalde termijn, de vervallen verzekeringspremie te betalen, op straffe van schorsing van zijn waarborgen na afloop van deze termijn.
Jaarloon
Gasten
Het bedrag van de belastbare beroepsinkomsten van het laatst gekende aanslagjaar, beperkt tot het wettelijke maximum, zoals bepaald door art. 39 van de Arbeids ongevallenwet van 10 april 1971. Indien er geen belastbare inkomsten zijn, is het jaarloon gelijk aan het wettelijk minimumloon, zoals bepaald in art. 39, 2de lid van deze wet.
Elke persoon die door de verzekerde tijdelijk en kosteloos bij hem ontvangen wordt.
Gebruiker In de algemene voorwaarden wordt het begrip gebruiker gelijkgesteld met dat van de huurder.
47
Joker
Bij verzekering volgens nieuwwaarde mag de slijtage van een beschadigd goed of van het beschadigde gedeelte van een goed slechts worden afgetrokken indien ze groter is dan:
Troef die het mogelijk maakt de door de verzekeringnemer gekozen limiet per voorwerp te verdubbelen, wanneer de inhoud met behulp van het door de maatschappij voorgestelde evaluatiesysteem is verzekerd.
– 20% van de nieuwwaarde voor schadegevallen in de waarborg Storm, hagel, sneeuw- en ijsdruk;
Juwelen
– 30% van de nieuwwaarde voor schade gevallen in andere waarborgen.
Juwelen zijn voorwerpen: - voorzien van edelstenen, natuur- of kweekparels;
Ongeval
- gemaakt van edel metaal. Vergulde of verzilverde voorwerpen worden ook als juweel beschouwd;
In de waarborg Huispersoneel wordt met ongeval een arbeidsongeval of een ongeval op de weg naar of van het werk bedoeld.
- bedoeld als sieraad. Hierin inbegrepen sieraden die niet gemaakt zijn van edel metaal alsook uurwerken die een cataloguswaarde hebben van meer dan 2.500 euro. Met betrekking tot de uurwerken zal bij schade steeds een echtheidscertificaat voorgelegd dienen te worden.
Ontploffing en implosie Het hevig uiteenbarsten of in elkaar storten van een voorwerp door een plots drukverschil.
Koopwaar
Ontvlamming
Voorraden, grondstoffen, levensmiddelen, in bewerking zijnde producten, afgewerkte producten, verpakkingen, afvalstoffen die aanwezig zijn in functie van het aangegeven vrij beroep.
Vuur vatten.
Premie Som die de verzekeringnemer moet betalen in ruil voor de dekking van een schadegeval.
Kostprijs
Regelmatige bewoning
De prijs die op de dag van het schadegeval moet worden betaald bij aankoop onder normale omstandigheden op de binnenlandse markt.
Een gebouw is regelmatig bewoond wanneer het hoofdgebouw ’s nachts bewoond is. Een niet- bewoning van ten hoogste 90 dagen waarvan maximum 60 dagen opeenvolgend, binnen de 12 maanden die aan het schadegeval voorafgaan, is echter toegelaten.
Lichamelijke letsels Elke aantasting van de lichamelijke integriteit van een natuurlijk persoon.
RSZ-plichtige
Materieel
Het huispersoneel dat in totaal ten minste 4 uur per dag werkt bij éénzelfde werkgever, en 24 uur per week bestaande uit dagprestaties van ten minste 4 uur in dienst van één of meer werkgevers.
Voor het aangegeven vrij beroep gebruikte goederen (met uitzondering van koopwaar); daarin begrepen: elke vaste inrichting alsook elke inrichting aangebracht door huurders of gebruikers. De goederen die toebehoren aan een arbeider of bediende van de verzekerde.
Schadegeval Het voorkomen van een gedekt feit (daarin begrepen de schadelijke gevolgen ervan) of van een schadeverwekkend feit dat nadeel berokkent aan een derde.
Materiële schade Elke vernieling, beschadiging of verlies van een zaak of stof; elke fysieke aantasting van dieren.
Inzake Rechtbijstand Woning en Gezin vormen éénzelfde schadegeval:
Materiële wedersamenstellingswaarde
– alle burgerlijke of strafrechtelijke vervolgingen voortvloeiend uit éénzelfde schadegeval,
Kosten voor het maken van een duplicaat, zonder dat opzoekings-, ontwikkelings- en studiekosten ten laste genomen worden noch de kostprijs voor het terugplaatsen en of aankopen van de data die verloren gegaan zijn.
– alle minnelijke of gerechtelijke verhaal procedures voortvloeiend uit éénzelfde schadeverwekkend feit. Bij storm: alle schade veroorzaakt binnen 48 uur volgend op de eerste door de verzekerde geleden schade.
Nieuwwaarde – voor het gebouw:
Schorsing
de kostprijs van de heropbouw met gelijkwaardige materialen, daarin begrepen het honorarium van de architect, de coördinatiekosten en de niet-verhaalbare BTW.
Periode waarin de waarborg van de maatschappij tijdelijk niet meer van toepassing is voor één of meer risico’s.
Slijtage
– voor de inhoud:
Waardevermindering van een goed volgens de leeftijd, het gebruik, de frequentie en de kwaliteit van het onderhoud ervan.
de prijs van de wedersamenstelling of de vervanging ervan, daarin begrepen de niet-verhaalbare BTW.
48
Tuinmeubelen
Vrijwilliger
Het geheel van stoelen, barbecue, banken, tafels, zetels en buitenspeeltuigen bestemd om in de tuin te worden gebruikt.
Iedere natuurlijke persoon die een activiteit verricht. Deze activiteit beantwoordt evenwel aan volgende voorwaarden: – onbezoldigd en onverplicht;
Uitsluiting
– ten behoeve van één of meer personen, een groep of organisatie of van de samenleving als geheel;
Schadegevallen, verliezen, schade of goederen die als gevolg van wettelijke of contractuele bepalingen niet worden gedekt.
– ingericht door een organisatie, waarmee men niet in familie- of gezinsverband staat; – zonder arbeidsovereenkomst, dienstencontract of statutaire aanstelling.
Veiligheidsslot Cilinderslot voorzien van een rozet of langschild (een hangslot wordt niet beschouwd als een veiligheidsslot).
Vrij beroep Worden beschouwd als vrij beroep:
Verhaal
– (para)medische beroepen: geneesheer, apotheker, verpleger,...
Vordering om van degene die aansprakelijk is voor schade de betaling van een vergoeding te verkrijgen.
– juridische beroepen: advocaat, notaris, gerechtsdeurwaarder,...
Verkoop op afstand Er is een overeenkomst op afstand tussen de verkoper en de consument wanneer cumulatief aan twee voorwaarden is voldaan:
– economische beroepen: accountant, fiscalist, bedrijfsrevisor,...
– de overeenkomst wordt gesloten in het kader van een door de verkoper georganiseerd systeem voor verkoop of dienstverlening;
– dienstverlenende intellectuele beroepen: journalist, vertaler-tolk, psycholoog,...
– bouwkundige beroepen: architect, landmeter,...
Consulteer steeds de maatschappij om er zeker van te zijn dat het door u uitgeoefende beroep beschouwd wordt als een vrij beroep.
– tot en met het sluiten van de overeenkomst op afstand wordt uitsluitend gebruik gemaakt van één of meer technieken voor de communicatie op afstand.
Waarden
Verval
Speciën, munten, bankbiljetten, zegels, staven edel metaal, aandelen of obligaties, cheques, chequekaarten, kredietkaarten en andere waarde papieren, edelstenen en parels wanneer zij niet ingezet zijn.
Verlies van het recht op schadeloosstelling in geval van schade, indien de verzekerde sommige in de algemene of bijzondere voorwaarden vastgestelde verplichtingen niet naleeft.
Werkelijke waarde
Vervaldag
Nieuwwaarde van het goed na aftrek van de slijtage.
Datum waarop de verzekerde, die het contract heeft ondertekend, de premie moet betalen om de waarborgen van zijn overeenkomst te laten verlengen.
Zonnepanelen Een zonnepaneel is een paneel dat zonne-energie omzet in elektriciteit. Hiertoe wordt een groot aantal fotovoltaïsche cellen op een paneel gemonteerd. Ook de zonnecollector wordt tot de zonnepanelen gerekend maar deze zet de elektromagnetische straling van de zon om in warmte.
Vervangingswaarde De prijs die voor een voorwerp in vergelijkbare staat en ouderdom, betaald moet worden in België in normale marktomstandigheden.
Voorwerp Dit begrip moet in ruime zin geïnterpreteerd worden. Een geheel van voorwerpen zoals de zetels en de zitbank van een woonkamer, de stoelen en tafels van een eetkamer of de borden van een eetservies kunnen niet tot één enkel voorwerp samengevat worden. Met voorwerp wordt dus iedere afzonderlijke zetel, ieder afzonderlijk bord, iedere aparte lamp... bedoeld.
49
VIII. VERPLICHTE VERMELDINGEN INZAKE ARBEIDS ONGEVALLENVERZEKERING
• Door de maatschappij Wanneer zij de overeenkomst voor een andere reden dan een arbeidsongeval opzegt, gaat de opzegging na één maand in, te rekenen vanaf de dag volgend op de betekening van de opzegging aan de verzekeringnemer. Deze regel geldt niet voor de gevallen voorzien in de artikelen 4, §2 (voorafgetekende polis en verzekeringsaanvraag) en 16 (opzegging wegens niet-betaling van de premie) van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst.
1. Wanneer en hoe kunnen de partijen de overeenkomst opzeggen? De volgende voorwaarden, termijnen en modaliteiten moeten gerespecteerd worden om de arbeidsongevallenverzekering op te zeggen:
• Van rechtswege (automatisch) Op de dag dat de maatschappij ophoudt erkend te zijn voor de beoefening van de arbeidsongevallenwet.
Vorm De opzegging moet altijd per aangetekende brief worden betekend.
• Bepalingen van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst
Opzegging vóór het verstrijken van de overeenkomst • Door
De bepalingen zijn van toepassing inzake de voorwaarden, de modaliteiten en de termijnen waarbinnen een einde wordt gesteld aan de verzekeringsovereenkomst door de verzekering nemer of door de maatschappij, in zoverre zij stroken met de wet op de arbeidsongevallen en de daaruit voortvloeiende uitvoe ringsbesluiten.
de maatschappij of door de verzekeringnemer
Wanneer de ene of de andere partij de overeenkomst opzegt ter gelegenheid van een ongeval, uiterlijk 1 maand na de eerste betaling van de dagvergoedingen aan het slachtoffer of na de weigering tot betaling van de vergoeding, gaat de opzegging pas in op de volgende vervaldag, zonder dat de resterende termijn korter kan zijn dan 3 maanden vanaf de betekening van de opzegging.
2. De Wet op de arbeidsongevallen Hierna volgen de belangrijkste artikelen van de wet van 10 april 1971 op de arbeidsongevallen.
50
UITTREKSELS UIT DE ARBEIDSONGEVALLENWET
Art. 14 § 1: De kinderen die door één persoon zijn geadopteerd ontvangen een rente die voor ieder kind gelijk is aan 20 % van het basisloon van de overleden adoptant, zonder dat het totaal 60 % van dit loon mag overschrijden.
Art. 6. § 1: De nietigheid van de arbeidsovereenkomst kan niet worden ingeroepen ten aanzien van de toepassing van deze wet.
§ 2: De kinderen die door twee personen zijn geadopteerd ontvangen voor ieder kind, een rente gelijk aan:
§ 2: Elke overeenkomst strijdig met de bepalingen van deze wet is van rechtswege nietig.
a) 15 % van het basisloon zo één van de adoptanten de andere overleeft, zonder dat het totaal 45 % van dit loon mag overschrijden; b) 20 % van het basisloon zo één van de adoptanten vóór-overleden is, zonder dat het totaal 60 % van dit loon mag overschrijden.
§ 3: De rechter ziet bij uitspraak over de rechten van de getroffene en zijn rechthebbenden ambtshalve na of de bepalingen van deze wet nageleefd worden.
§ 3: De geadopteerden die overeenkomstig de bepalingen van artikel 353-15 van het Burgerlijk Wetboek rechten kunnen doen gelden in hun oorspronkelijke familie en in hun adoptieve familie mogen de rechten, waarop zij in elke van deze families aanspraak kunnen maken, niet samenvoegen. Zij mogen echter kiezen tussen de rente, waarop zij recht hebben in hun oorspronkelijke of in hun adoptieve familie. De geadopteerden kunnen steeds op hun keuze terugkomen wanneer zich in hun oorspronkelijke of in hun adoptieve familie een nieuw ongeval met dodelijke afloop voordoet.
Art. 10: Wanneer de getroffene ingevolge het arbeidsongeval overlijdt, wordt een vergoeding voor begrafeniskosten toegekend die gelijk is aan dertigmaal het gemiddelde dagloon. In geen geval mag die vergoeding evenwel minder bedragen dan het bedrag van de overeenkomstige vergoeding dat, op de dag van het overlijden, wordt toegekend met toepassing van de wetgeving inzake de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering. Art. 11: Benevens de vergoeding voor begrafeniskosten draagt de verzekeringsonderneming de kosten voor het overbrengen van de overledene getroffene naar de plaats waar de familie haar overledene wenst te laten begraven: de verzekeringsonderneming zorgt tevens voor de overbrenging, met inbegrip van de vervulling van de administratieve formaliteiten.
§ 4: Ingeval van samenloop van de belangen van de geadopteerde kinderen met die van de andere kinderen mag de rente toegekend aan de geadopteerde kinderen niet hoger zijn dan deze toegekend aan de andere kinderen.
Art. 12: Wanneer de getroffene ten gevolge van het arbeidsongeval overlijdt, wordt een lijfrente, gelijk aan 30 % van diens basisloon toegekend: 1° aan de echtgenoot die op het tijdstip van het ongeval noch uit de echt, noch van tafel en bed is gescheiden, of aan de persoon die op het tijdstip van het ongeval wettelijk samenwoont met de getroffene; 2° aan de echtgenoot die op het tijdstip van het overlijden van de getroffene noch uit de echt, noch van tafel en bed gescheiden is, of aan de persoon die op het tijdstip van het overlijden van de getroffene wettelijk met hem samenwoont, op voorwaarde dat: a) het huwelijk of de wettelijke samenwoning gesloten na het ongeval minstens één jaar vóór het overlijden van de getroffene plaatsvond of; b) uit het huwelijk of de wettelijke samenwoning een kind is geboren of; c) op het ogenblik van het overlijden een kind ten laste is waarvoor één van de echtgenoten of één van de wettelijk samenwonenden kinderbijslag ontving De overlevende die uit de echt of van tafel en bed gescheiden is en die een wettelijk of conventioneel onderhoudsgeld genoot ten laste van de getroffene, alsmede de langstlevende partner van een ontbonden wettelijke samenwoning die een conventioneel onderhoudsgeld genoot ten laste van de getroffene, heeft eveneens recht op de lijfrente als bedoeld in het eerste lid, zonder dat die rente meer mag bedragen dan het onderhoudsgeld.
§ 5: De bepalingen van dit artikel zijn uitsluitend van toepassing op de gewone adoptie. Art. 15 § 1: De vader en de moeder van de getroffene die op het tijdstip van het overlijden noch echtgenoot noch wettelijk samenwonende partner, noch rechthebbende kinderen nalaat, ontvangen ieder een lijfrente gelijk aan 20 % van het basisloon. Laat de getroffene op het tijdstip van het overlijden een echtgenoot of een wettelijk samenwonende partner zonder rechthebbende kinderen na, dan is de rente voor ieder van de in het vorige lid bedoelde rechtverkrijgenden gelijk aan 15 % van het basisloon. De adoptanten hebben dezelfde rechten als de ouders van de getroffene. § 2: Bij vóóroverlijden van de vader of de moeder van de getroffene ontvangt ieder van de bloedverwanten in opgaande lijn van de vóóroverledene een rente gelijk aan: a) 15 % van het basisloon zo er noch echtgenoot [noch een wettelijk samenwonende partner], noch rechthebbende kinderen zijn; b) 10 % van het basisloon zo er een echtgenoot [of een wettelijk samenwonende partner] zonder rechthebbende kinderen is. Art. 16: De kleinkinderen van de getroffene die geen rechthebbende kinderen nalaat, ontvangen zo hun vader of hun moeder overleden is, een rente voor ieder van hen gelijk aan 15 % van het basisloon, zonder dat het totaal 45 % van dit loon mag overschrijden.
Art. 13 § 1: De kinderen van de getroffene, die wees zijn van vader of moeder, ontvangen elk een rente die gelijk is aan 15 % van het basisloon zonder dat het totaal 45 % van dit loon mag overschrijden.
Zo hun vader en moeder overleden zijn ontvangen zij een rente voor ieder van hen gelijk aan 20 % van het basisloon, zonder dat het totaal 60 % van dit loon mag overtreffen.
§ 2: De kinderen van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende partner van de getroffene, die wees zijn van vader of moeder, ontvangen elk een rente die gelijk is aan 15 % van het basisloon zonder dat het totaal 45 % van dit loon mag overschrijden, indien ze geboren of verwekt zijn op het ogenblik van het overlijden van de getroffene.
Indien er rechthebbende kinderen zijn, hebben de kleinkinderen, die wees van vader of moeder zijn, bij staken, gelijke rechten als de kinderen; de rente toegekend aan elke staak van kleinkinderen wordt op 15 % bepaald en bij hoofden verdeeld. Zo de kleinkinderen bedoeld in voorgaand lid wees van vader en moeder zijn, wordt de rente per staak gebracht op 20 %
§ 3: De bij § 1 en § 2 bedoelde kinderen, die wees zijn van vader en moeder, ontvangen elk een rente die gelijk is aan 20 % van het basisloon zonder dat het totaal 60 % van dit loon mag overschrijden.
De rente toegekend aan de kleinkinderen wordt verminderd met het bedrag van de rente die aan voornoemde kleinkinderen wegens een ander arbeidsongeval werd toegekend.
§ 4: Kinderen van wie de afstamming slechts ten aanzien van één van hun ouders vaststaat, worden voor de toepassing van dit artikel met wezen gelijkgesteld.
Met kleinkinderen worden gelijkgesteld, voor zover zij nog niet gerechtigd zijn op rente wegens hetzelfde dodelijk arbeidsongeval, de kinderen waarvoor uit hoofde van de prestaties van de getroffene of van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende partner kinderbijslag werd genoten, zelfs zo hun vader en moeder nog in leven zijn. Laat de getroffene geen rechthebbende kinderen na, dan ontvangt ieder van hen een rente gelijk aan 15 % van het basisloon, zonder dat het totaal 45 % van het basisloon mag overschrijden. Indien de getroffene rechthebbende kinderen
§ 6: De rente die bij toepassing van § 2 en § 3 wordt toegekend aan de kinderen van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende partner van de getroffene, wordt verminderd met het bedrag van de rente die aan voornoemde kinderen wegens een ander dodelijk arbeidsongeval wordt toegekend. Het totaal bedrag van de aldus verminderde rente en van de andere rente mag evenwel niet lager zijn dan het bedrag van de rente toegekend aan de kinderen van de getroffene.
51
Art. 23: Ingeval de tijdelijke arbeidsongeschiktheid gedeeltelijk is of wordt, kan de verzekeringsonderneming aan de werkgever vragen de mogelijkheid van een wedertewerkstelling te onderzoeken, hetzij in het beroep dat de getroffene voor het ongeval uitoefende, hetzij in een passend beroep dat voorlopig aan de getroffene kan worden opgedragen. De wedertewerkstelling kan slechts gebeuren na een gunstig advies van de arbeidsgeneesheer wanneer dit advies voorgeschreven wordt in het algemeen reglement voor de arbeidsbescherming of wanneer de getroffene zichzelf niet geschikt acht om het werk te hervatten.
of kleinkinderen nalaat, worden de met kleinkinderen gelijkgestelde kinderen geacht een staak te vormen. De rente toegekend aan deze staak wordt bepaald op 15 % en wordt verdeeld per hoofd. Art. 17: De broeders en zusters van de getroffene die geen andere rechthebbenden nalaat ontvangen ieder een rente gelijk aan 15 % van het basisloon, zonder dat het totaal 45 % van dit loon mag overschrijden. Art. 17bis: Zo de afstamming vastgesteld of de adoptie toegekend wordt na het overlijden van de getroffene en indien deze afstamming of adoptie een invloed heeft op de rechten van andere rechthebbenden, heeft ze pas uitwerking voor de toepassing van deze afdeling vanaf de dag waarop de definitieve beslissing die de afstamming vaststelt of de adoptie toekent, aan de verzekeringsonderneming wordt betekend.
Indien de getroffene de wedertewerkstelling aanvaardt, heeft hij recht op een vergoeding die gelijk is aan het verschil tussen het loon verdiend vóór het ongeval en het loon dat hij ingevolge zijn wedertewerkstelling ontvangt. De getroffene geniet, tot de dag van zijn volledige wedertewerkstelling of van de consolidatie, de vergoeding voor tijdelijke, algehele arbeidsongeschiktheid:
Indien de rechten van andere rechthebbenden door een overeenkomst of een gerechtelijke beslissing werden vastgesteld, wordt de wijziging van deze rechten door een nieuwe overeenkomst of door een nieuwe gerechtelijke beslissing vastgesteld.
1° wanneer hij niet opnieuw te werk wordt gesteld maar zich onderwerpt aan een behandeling, die hem met het oog op zijn wederaanpassing wordt voorgesteld; 2° wanneer hij niet opnieuw aan het werk wordt gesteld en hem geen behandeling met het oog op zijn wederaanpassing wordt voorgesteld; 3° wanneer hij de hem aangeboden wedertewerkstelling of de voorgestelde behandeling om een geldige reden weigert of stopzet.
Art. 18: Indien er meer dan drie rechthebbenden, bedoeld in de artikelen 13, 14, 16 of 17 zijn, wordt het bedrag van 15 % of 20 % voor elke rechthebbende verminderd door het te vermenigvuldigen met een breuk, waarvan de teller gelijk is aan 3 en de noemer gelijk aan het aantal rechthebbenden. De maximumbedragen van 45 % en 60 % blijven toepasselijk op al de rechthebbenden samen zolang hun aantal niet beneden de drie daalt. Blijven er niet meer dan twee rechthebbenden over, dan heeft ieder recht op een rente van 15 % of 20 %
Ingeval de getroffene zonder geldige reden de hem aangeboden wedertewerkstelling weigert of voortijdig verlaat, heeft hij recht op een vergoeding die overeenstemt met zijn graad van arbeidsongeschiktheid, berekend naar zijn arbeidsmogelijkheden in zijn oorspronkelijk of voorlopig aangeboden beroep.
Voor de toepassing van dit artikel wordt elke staak als een eenheid beschouwd in het geval bedoeld in artikel 16, derde, vierde en zesde lid. Art. 19: De kinderen, kleinkinderen, broeders en zusters ontvangen een rente zolang zij gerechtigd zijn op kinderbijslag en in ieder geval tot hun 18 jaar.
Ingeval de getroffene zonder geldige redenen de behandeling die hem met het oog op zijn wederaanpassing wordt voorgesteld weigert of voortijdig verlaat, dan heeft hij recht op een vergoeding die overeenstemt met zijn graad van arbeidsongeschiktheid, berekend naar zijn arbeidsmogelijkheden in zijn oorspronkelijk beroep of in een voorlopig beroep dat hem, op de wijze bepaald in het eerste lid, schriftelijk toegezegd wordt voor het geval hij de behandeling zou volgen.
De rente is verschuldigd tot op het einde van de maand waarin het recht vervalt. Onverminderd de bepalingen van het eerste en tweede lid, ontvangen de gehandicapte kinderen, kleinkinderen, broers en zusters een rente overeenkomstig de voorwaarden bepaald door de Koning. De Koning bepaalt eveneens de wijze waarop de ontoereikendheid van de vermindering van de lichamelijke of geestelijke geschiktheid van deze rechthebbenden wordt vastgesteld.
Gedurende de tijd nodig om de procedure van wedertewerkstelling, beschreven in dit artikel, te volgen heeft de getroffene recht op vergoeding voor tijdelijke algehele arbeidsongeschiktheid. Art. 23bis: Onverminderd de bepalingen van artikel 39 worden na een termijn van drie maanden, te rekenen van de dag van het ongeval, de vergoedingen bedoeld bij de artikelen 22 en 23, aangepast aan het indexcijfer der consumptieprijzen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de Openbare Schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmede rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.
Art. 20: De bloedverwanten in de opgaande lijn, de kleinkinderen en de broeders en zusters ontvangen de rente alleen wanneer zij rechtstreeks voordeel uit het loon van de getroffene haalden. Worden als zodanig aangezien degenen die onder hetzelfde dak woonden. Is de getroffene een leerling die geen loon genoot, dan hebben bovenvermelde personen niettemin recht op de rente zo zij onder hetzelfde dak woonden. Art. 20bis: Voor de bloedverwanten in opgaande lijn is de rente verschuldigd tot op het ogenblik waarop de getroffene de leeftijd van 25 jaar zou bereikt hebben, tenzij zij het bewijs leveren dat de getroffene voor hen de belangrijkste kostwinner was.
Voor de toepassing van het voorgaande lid, wordt de dagelijkse vergoeding gekoppeld aan de spilindex die op de datum van het ongeval van kracht is bij toepassing van artikel 4, § 1, van de voornoemde wet van 2 augustus 1971.
De getroffene wordt als de belangrijkste kostwinner beschouwd wanneer het gedeelte van zijn inkomen dat effectief diende als bijdrage, zowel in geld als in natura, in het onderhoud van de bloedverwanten in opgaande lijn op het ogenblik van het ongeval meer bedroeg dan het geglobaliseerd inkomen van de bloedverwanten in opgaande lijn, waarin de bijdrage, zowel in geld als in natura, van de getroffene niet is begrepen. Bij de vaststelling van de financiële bijdrage, zowel in geld als in natura, van de getroffene worden de kosten voor zijn eigen onderhoud niet in aanmerking genomen.
Art. 24: Indien de verzekeringsonderneming de getroffene genezen verklaart zonder blijvende arbeidsongeschiktheid bij een tijdelijke arbeidsongeschiktheid van meer dan zeven dagen, geeft de verzekeringsonderneming van deze beslissing aan de getroffene kennis volgens de nadere regels bepaald door de Koning. Indien de tijdelijke arbeidsongeschiktheid meer dan dertig dagen bedraagt, wordt de beslissing van de verzekeringsonderneming tot genezenverklaring zonder blijvende arbeidsongeschiktheid van de getroffene gestaafd door een medisch getuigschrift opgesteld door een geneesheer geraadpleegd door de getroffene of door de raadsgeneesheer van de verzekeringsonderneming volgens het model bepaald door de Koning. Indien de getroffene zonder kennisgeving van een geldige reden en na een aangetekende ingebrekestelling door de verzekeringsonderneming afwezig blijft op het onderzoek bij de raadsgeneesheer van de verzekeringsonderneming, kan de verzekeringsonderneming de getroffene in kennis stellen van zijn beslissing tot genezenverklaring.
Art. 21: De bij de artikelen 12 tot 17 bedoelde renten zijn verschuldigd vanaf de dag van het overlijden van de getroffene. Art. 22: Wanneer het ongeval een tijdelijke en algehele arbeidsongeschiktheid veroorzaakt, heeft de getroffene, vanaf de dag die volgt op het begin van die arbeidsongeschiktheid, recht op een dagelijkse vergoeding gelijk aan 90 % van het gemiddeld dagbedrag. Voor de dag waarop het ongeval zich voordoet of de arbeidsongeschiktheid aanvangt, is de vergoeding gelijk aan het normaal dagloon, verminderd met het loon dat de getroffene eventueel heeft verdiend.
52
Indien de arbeidsongeschiktheid blijvend is of wordt, vervangt een jaarlijkse vergoeding van 100 %, berekend op het basisloon en de graad van de ongeschiktheid, de dagelijkse vergoeding vanaf de dag waarop de ongeschiktheid een bestendig karakter vertoont; dit vertrekpunt wordt vastgesteld bij een overeenkomst tussen partijen of bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing.
dit de uitoefening van het beroep, waarin de getroffene gereclasseerd was, tijdelijk, geheel of gedeeltelijk onmogelijk maakt. Ingeval deze tijdelijke verergeringstoestanden zich voordoen na de termijn bepaald bij artikel 72, zijn deze vergoedingen slechts verschuldigd bij een blijvende arbeidsongeschiktheid van ten minste 10 % Art. 25bis: Voor de ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988 worden, ingeval de in artikel 25, derde lid, bedoelde tijdelijke verergeringstoestanden zich voordoen na de termijn bepaald bij artikel 72 bij een blijvende arbeidsongeschiktheid van ten minste 10 % de vergoedingen vastgesteld en uitgekeerd door het Fonds voor arbeidsongevallen.
In afwijking op de bepalingen van het vorige lid wordt deze jaarlijkse vergoeding verminderd met 50 %, indien de graad van ongeschiktheid minder dan 5 % bedraagt en met 25 % verminderd indien de graad van ongeschiktheid 5 % of meer, maar minder dan 10 % bedraagt. Indien de toestand van de getroffene volstrekt de geregelde hulp van een ander persoon vergt, kan hij aanspraak maken op een bijkomende jaarlijkse vergoeding, die vastgesteld wordt in functie van de noodzakelijkheid van deze hulp op basis van het gewaarborgd gemiddeld maandelijks minimumloon zoals het op het ogenblik dat de ongeschiktheid een bestendig karakter vertoont, is vastgesteld bij een collectieve arbeidsovereenkomst die afgesloten is in de Nationale Arbeidsraad voor een voltijdse werknemer die minstens eenentwintig en een half jaar oud is en die ten minste zes maanden anciënniteit heeft in de onderneming die hem tewerkstelt.
Art. 25ter: Indien de werkgever overeenkomstig de artikelen 52, 70 of 71 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten gewaarborgd loon verschuldigd is aan de getroffene voor een arbeidsongeval overkomen in dienst van een andere werkgever wordt hij in de rechten gesteld van de getroffene volgens de door de Koning bepaalde modaliteiten.
Het jaarlijks bedrag van deze bijkomende vergoeding mag het bedrag van het gewaarborgd gemiddeld maandelijks minimumloon, vermenigvuldigd met 12, niet overschrijden.
Art. 26: Indien de getroffene prothesen of orthopedische toestellen nodig heeft, maakt de genezenverklaring zonder blijvende arbeidsongeschiktheid het voorwerp uit van een overeenkomst tussen partijen of van een in kracht van gewijsde gegane beslissing.
In dit geval bepaalt de Koning aan wie de vergoedingen voor tijdelijke arbeidsongeschiktheid die betrekking hebben op de periode die door het gewaarborgd loon wordt gedekt, worden uitbetaald.
Als het gebruik van een prothese of een orthopedisch toestel dat ten laste genomen wordt door de verzekeringsonderneming en waarin niet voorzien werd op het ogenblik van de regeling van het arbeidsongeval, een weerslag heeft op de graad van behoefte aan de geregelde hulp van een ander persoon, kan deze graad herzien worden door een overeenkomst tussen partijen of door een in kracht van gewijsde gegane beslissing, zelfs na het verstrijken van de termijn bedoeld in artikel 72.
De getroffene heeft recht op de herstellings- en vervangingskosten van de prothesen en orthopedische toestellen, waaraan het ongeval schade heeft veroorzaakt. Deze bepaling geldt eveneens indien het ongeval geen letsel heeft veroorzaakt. Zo de getroffene ten gevolge van de in het eerste lid bedoelde schade een tijdelijke arbeidsongeschiktheid oploopt, heeft hij tijdens de periode die voor het herstellen of het vervangen van de prothesen en orthopedische toestellen nodig is, recht op de vergoedingen bepaald in de artikelen 22, 23 of 23bis.
Bij opneming van de getroffene, ten laste van de verzekeringsonderneming, in een ziekenhuis zoals omschreven in artikel 2 van de bij koninklijk besluit van 7 augustus 1987 gecoördineerde wetgeving op de ziekenhuizen is de vergoeding voor de hulp van derden, bedoeld in vorig lid, niet meer verschuldigd vanaf de 91e dag ononderbroken opneming.
Art. 27: Voor de dagen waarop de getroffene op verzoek van de verzekeringsonderneming of van een arbeidsgerecht zijn arbeid onderbreekt met het oog op een onderzoek voortvloeiend uit het ongeval, is door de verzekeringsonderneming aan de getroffene een vergoeding verschuldigd gelijk aan het normale dagloon, verminderd met het loon dat de getroffene eventueel heeft verdiend. Voor de toepassing van de sociale wetgeving worden de dagen van arbeidsonderbreking gelijkgesteld met dagen van werkelijke arbeid.
Bij het verstrijken van de herzieningstermijn, bedoeld bij artikel 72 wordt de jaarlijkse vergoeding door een lijfrente vervangen. Art. 24bis: Voor de ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988 kan de vergoeding voor de hulp van derde door de verzekeringsonderneming op grond van artikel 24, zevende lid, slechts ingehouden worden tot het einde van de in artikel 72 bepaalde termijn.
Het eerste lid is eveneens van toepassing voor het Fonds voor arbeidsongevallen.
Bij opneming van de getroffene ten laste van het Fonds in een ziekenhuis, na het einde van de in artikel 72 bedoelde termijn, zijn de indexatie of de vergoeding niet meer verschuldigd vanaf de 91e dag ononderbroken opneming en dit tot beloop van de vergoeding voor de hulp van derden bedoeld in artikel 24, vierde lid, verhoogd met de indexatie of de vergoeding voor deze verstrekking.
Art. 27bis: De renten bedoeld bij de artikelen 12 tot en met 17 en de jaarlijkse vergoedingen en renten voor een arbeidsongeschiktheid van ten minste 10 % worden aangepast aan het indexcijfer der consumptieprijzen, overeenkomstig de bepalingen van de wet van 2 augustus 1971 houdende inrichting van een stelsel waarbij de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en tegemoetkomingen ten laste van de Openbare Schatkist, sommige sociale uitkeringen, de bezoldigingsgrenzen waarmede rekening dient gehouden bij de berekening van sommige bijdragen van de sociale zekerheid der arbeiders, alsmede de verplichtingen op sociaal gebied opgelegd aan de zelfstandigen, aan het indexcijfer van de consumptieprijzen worden gekoppeld.
Voor arbeidsongevallen die vóór 1 januari 1988 zijn overkomen, in geval van tenlasteneming door het Fonds, na het verstrijken van de in artikel 72 bedoelde termijn, van een prothese of een orthopedisch toestel waarin niet voorzien is op het ogenblik van de regeling van het arbeidsongeval en waarvan het gebruik een weerslag heeft op de graad van behoefte aan de geregelde hulp van een derde persoon, wordt het recht van de getroffene op de indexaanpassingen en bijslagen ten laste van het Fonds overeenkomstig de door de Koning bepaalde voorwaarden berekend in functie van deze weerslag.
Deze jaarlijkse vergoedingen of de werkelijk uitbetaalde renten worden gekoppeld aan de spilindex die op de datum van het ongeval van kracht is bij toepassing van artikel 4, § 1, van de voormelde wet van 2 augustus 1971.
Art. 24ter: Voor de toepassing van artikel 24, zesde lid, en 24bis, tweede lid, van deze wet wordt iedere nieuwe opneming binnen 90 dagen volgend op het einde van de voorgaande opneming, beschouwd als een voortzetting van deze laatste.
Het eerste en tweede lid vinden geen toepassing op de jaarlijkse vergoedingen en renten die overeenstemmen met een graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van 10 % tot minder dan 16 %, en waarvan de waarde in kapitaal wordt uitbetaald aan het Fonds voor Arbeidsongevallen in toepassing van artikel 45quater, derde en vierde lid.
Art. 25: Indien de blijvende arbeidsongeschiktheid veroorzaakt door het arbeidsongeval zodanig verergert dat de getroffene het beroep, waarin hij gereclasseerd werd, tijdelijk niet meer kan uitoefenen, heeft hij gedurende deze periode recht op de vergoedingen zoals bepaald in de artikelen 22, 23 en 23bis.
In afwijking van het voorgaande lid worden voor de in artikel 45quater, derde en vierde lid, bedoelde ongevallen, die zijn overkomen vóór 1 januari 1997, de jaarlijkse vergoedingen overeenstemmend met een graad van arbeidsongeschiktheid van 10 % tot minder dan 16 % aangepast aan het indexcijfer van de consumptieprijzen tot op de datum van 1 januari 1997.
Met deze toestand worden gelijkgesteld alle periodes nodig om de medische en professionele revalidatiemaatregelen, met inbegrip van alle problemen gesteld door de prothesen, te herzien of te hernemen, wanneer
53
In afwijking van het eerste en het tweede lid volgen de jaarlijkse vergoeding en de in artikel 24, vierde lid, bedoelde rente, de indexaanpassingen en de aanpassingen van het gewaarborgd gemiddeld maandelijks minimumloon, zoals die voortvloeien uit de in voormeld artikel bedoelde collectieve arbeidsovereenkomst.
volgens het tarief vastgesteld door de Koning. Art. 31: Wanneer de getroffene vrije keus van zorgverlener heeft, worden de kosten van geneeskundige verzorging terugbetaald volgens de voorwaarden en volgens een tarief vastgesteld door de Koning. Art. 32: Tijdens de behandeling mag de verzekeringsonderneming, ingeval de getroffene vrije keuze heeft, een geneesheer aanwijzen belast met het toezicht op de behandeling.
Aan sommige categorieën van getroffenen of hun rechthebbenden worden daarenboven bijslagen verleend waarvan het bedrag en de toekenningsvoorwaarden bepaald worden door de Koning.
Tijdens de behandeling mogen de getroffene of zijn rechthebbenden, ingeval de getroffene geen vrije keuze heeft, een geneesheer aanwijzen belast met het toezicht op de behandeling.
Art. 27ter: Voor de ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988 zijn de indexatie, de aanpassingen en de bijslagen bedoeld in artikel 27bis en voor de ongevallen bedoeld bij artikel 45quater zijn de door de Koning bepaalde bijslagen ten laste van het Fonds voor arbeidsongevallen.
De geneesheer, belast met het toezicht op de behandeling, mag de getroffene vrij bezoeken, mits hij de behandelende geneesheer vooraf verwittigt.
Art. 27quater: De door een ongeval getroffene en de rechthebbenden bedoeld in de artikelen 12 tot en met 17, kunnen ten laste van het Fonds voor arbeidsongevallen aanspraak maken op een bijzondere bijslag, zo het bewijs geleverd wordt dat het ongeval op het ogenblik van het schadelijk feit, geen aanleiding gaf tot schadeloosstelling als arbeidsongeval of als ongeval op de weg naar en van het werk, terwijl de toepassing van de wet op het ogenblik van de aanvraag geleid zou hebben tot toekenning van een rente.
De Koning bepaalt de honoraria, die verschuldigd zijn aan de geneesheer aangewezen door de getroffene. Zij zijn voor 90 % ten laste van de verzekeringsonderneming. Art. 33: Volgens de door de Koning te bepalen voorwaarden hebben de getroffene, de echtgenoot, de wettelijk samenwonende partner de kinderen en de ouders recht op vergoeding van de kosten voor verplaatsing en overnachting die voortvloeien uit het ongeval.
De Koning bepaalt het bedrag en de toekenningsmodaliteiten van de bijzondere bijslag, alsmede de voorwaarden inzake de tegemoetkoming van het Fonds aan de gerechtigden op de bijzondere bijslag inzake de tenlasteneming van de periodes van tijdelijke arbeidsongeschiktheid, van de medische, heelkundige, farmaceutische en verplegingszorgen, alsook van de prothesen en orthopedische toestellen die ingevolge het ongeval nodig zijn.
Art. 45: De getroffene, de echtgenoot en de wettelijk samenwonende partner kunnen vragen dat ten hoogste één derde van de waarde van de hun toekomende rente als kapitaal wordt uitbetaald. Dit verzoek kan op elk ogenblik, zelfs na de vestiging van het kapitaal, worden gedaan. De rechter beslist zo voordelig mogelijk voor de verzoeker.
Art. 28: De getroffene heeft recht op de geneeskundige, heelkundige, farmaceutische en verplegingszorgen en, onder de voorwaarden bepaald door de Koning, op de prothesen en orthopedische toestellen die ingevolge het ongeval nodig zijn.
Het kapitaal wordt berekend overeenkomstig het tarief vastgesteld door de Koning en in functie van de leeftijd van de getroffene of de rechthebbende op de eerste dag van het kwartaal dat volgt op de beslissing van de rechter. Vanaf deze datum is van rechtswege intrest verschuldigd op dit kapitaal.
Art. 28bis: Voor de ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988, vallen de kosten van de in artikel 28 bedoelde zorgen slechts tot het einde van de bij artikel 72 bepaalde termijn ten laste van de verzekeringsonderneming. Na deze termijn vallen ze ten laste van het Fonds voor arbeidsongevallen.
Art. 45bis: Behalve voor de ongevallen bedoeld in de artikelen 45ter en 45quater wordt, indien de rente na het verstrijken van de herzieningstermijn berekend wordt op een graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van minder dan 10 %, de waarde van de lijfrente, verminderd overeenkomstig artikel 24, derde lid, aan de getroffene als kapitaal uitbetaald binnen een maand na het verstrijken van bedoelde termijn.
Voor de ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988 vallen de kosten voor prothesen en orthopedische toestellen slechts ten laste van de verzekeringsonderneming tot de datum van de homologatie of van de bekrachtiging van de overeenkomst of van de bij artikel 24 bedoelde beslissing. Een bijkomende vergoeding, die overeenstemt met de waarschijnlijke kosten voor vernieuwing en herstelling van de toestellen, wordt vastgesteld bij de overeenkomst of de beslissing en berekend op de door de Koning bepaalde wijze.
Het kapitaal wordt berekend overeenkomstig het tarief vastgesteld door de Koning en in functie van de leeftijd van de getroffene op de eerste dag van het kwartaal dat volgt op het verstrijken van de herzieningstermijn. Vanaf deze datum is van rechtswege intrest verschuldigd op dit kapitaal.
Deze vergoeding wordt door de verzekeringsonderneming, binnen de maand na de homologatie of de bekrachtiging van de overeenkomst of de bij artikel 24 bedoelde beslissing bij het Fonds voor arbeidsongevallen gestort.
Art. 45ter: Voor de ongevallen overkomen vóór 1 januari 1988 wordt de waarde van de rente die na het verstrijken van de bij artikel 72 bepaalde termijn berekend op een graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van minder dan 10 %, als kapitaal bij het Fonds voor arbeidsongevallen gestort zoals bepaald bij artikel 51bis.
Art. 29: De getroffene kan de zorgverlener vrij kiezen, behoudens wanneer de volgende voorwaarden vervuld zijn: 1° de werkgever heeft op eigen kosten een door de Koning erkende medische dienst ingesteld of heeft zich aangesloten bij een erkende medische dienst. De Koning bepaalt de voorwaarden voor de oprichting, de werking en de aansluiting; 2° de werkgever heeft voor elk type van in de dienst verstrekte zorg ten minste drie zorgverleners aangewezen tot wie de getroffene zich met uitzondering van het verlenen van de eerste zorgen kan wenden; 3° de oprichting van of de aansluiting bij de dienst, de namen van de zorgverleners en de geografische afbakening tot waar de verplichting geldt om zich tot de medische dienst te wenden, zijn vermeld in het arbeidsreglement of, wat de zeelieden betreft, op de monsterrol; 4° de werknemers worden geraadpleegd onder de voorwaarden bepaald door de Koning; 5° de getroffene is verbonden door een arbeidsovereenkomst met de werkgever in wiens dienst het ongeval gebeurde.
In deze gevallen vindt het eerste lid van artikel 45 geen toepassing. Art. 45quater: Voor de ongevallen overkomen vanaf 1 januari 1988 en waarvoor de vaststelling van de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van minder dan 10 % geschiedt hetzij bij een bekrachtiging van de overeenkomst met datum vanaf 1 januari 1994, hetzij bij een gerechtelijke beslissing die op een datum vanaf 1 januari 1994 in kracht van gewijsde treedt, wordt de waarde van de jaarlijkse vergoeding en van de rente als kapitaal gestort bij het Fonds voor arbeidsongevallen, zoals bepaald in artikel 51ter. Deze regeling vindt eveneens toepassing op de ongevallen overkomen vanaf 1 januari 1988 waarvoor de getroffene genezen verklaard werd zonder blijvende arbeidsongeschiktheid vanaf 1 januari 1994 of waarvoor de vaststelling van de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van 10 % of meer geschiedt bij een in het eerste lid bedoelde bekrachtiging of gerechtelijke beslissing, ingeval een bekrachtigde overeenkomstherziening of een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing de jaarlijkse vergoedingen en renten na herziening vaststelt op een graad van minder dan 10 %
Wanneer de getroffene zich wendt tot een andere zorgverlener dan deze van de medische dienst ingesteld krachtens het eerste lid, vallen de kosten ten laste van de verzekeringsonderneming volgens de voorwaarden en
Voor de ongevallen waarvoor de vaststelling van de graad van blijvende
54
arbeidsongeschiktheid van 10 % tot minder dan 16 % geschiedt bij een bekrachtiging van de overeenkomst met een datum vanaf 1 januari 1997, hetzij bij een gerechtelijke beslissing die op een datum vanaf 1 januari 1997 in kracht van gewijsde treedt, wordt de waarde van een desgevallend aan de index van de consumptieprijzen gekoppelde jaarlijkse vergoeding of rente als kapitaal gestort bij het Fonds voor Arbeidsongevallen, zoals bepaald in artikel 51ter.
De verzekeringsonderneming dekt alle bij de artikelen 7 en 8 vastgestelde risico’s voor alle werknemers in dienst van een werkgever en voor alle werkzaamheden waarvoor zij door die werkgever zijn tewerkgesteld. De werkgever behoudt echter de mogelijkheid om het personeel van verschillende exploitatiezetels en om al het huispersoneel in zijn dienst te verzekeren bij afzonderlijke verzekeringsondernemingen. De werkgever die tevens arbeidsongevallen verzekert, dient de verplichte ongevallenverzekering voor zijn werknemers af te sluiten bij een verzekeringsonderneming met wie hij juridisch of commercieel geen enkele binding heeft.
Het voorgaande lid vindt eveneens toepassing op de ongevallen waarvoor de getroffene zonder blijvende arbeidsongeschiktheid genezen verklaard werd vanaf 1 januari 1997 of waarvoor de vaststelling van de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van minder dan 10 % of ten minste 16 % geschiedt bij een in het voorgaande lid bedoelde bekrachtiging of gerechtelijke beslissing, ingeval een bekrachtigde overeenkomstherziening of een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing de jaarlijkse vergoedingen en renten na herziening vaststelt op een graad van 10 % tot minder dan 16 %
Art. 49bis: Wanneer, met uitsluiting van het risico voor de ongevallen op de weg naar of van het werk, gedurende de observatieperiode de frequentie en de ernst van de ongevallen de grens overschrijden, wordt het verzekerd risico als een onevenredig verzwaard risico beschouwd, hierna “verzwaard risico” genoemd. Het Fonds voor Arbeidsongevallen stelt het verzwaarde risico vast en brengt dit ter kennis van de betrokken verzekeringsonderneming. De verzekeringsonderneming brengt dit ter kennis van de werkgever en int onmiddellijk en zonder tussenpersoon ten laste van deze werkgever een forfaitaire preventiecontributie.
Voor de ongevallen waarvoor de vaststelling van de graad van blijvende arbeidsongeschiktheid van 16 % tot en met 19 % geschiedt bij een bekrachtiging van de overeenkomst met een datum vanaf 1 december 2003, hetzij bij een gerechtelijke beslissing die op een datum vanaf 1 december 2003 in kracht van gewijsde treedt, wordt de waarde van een desgevallend aan de index van de consumptieprijzen gekoppelde jaarlijkse vergoeding of rente als kapitaal gestort bij het Fonds voor arbeidsongevallen, zoals bepaald in artikel 51ter.
De werkgever die de forfaitaire preventiecontributie niet binnen een maand stort, is een opslag, die niet meer dan 10 % van het verschuldigd bedrag mag bedragen, en een verwijlintrest, gelijk aan de wettelijke rentevoet, verschuldigd.
Het voorgaande lid vindt eveneens toepassing op de ongevallen waarvoor de getroffene zonder blijvende arbeidsongeschiktheid genezen verklaard werd vanaf 1 december 2003 of waarvoor de vaststelling van de graad van blijvende ongeschiktheid van minder dan 16 % of meer dan 19 % geschiedt bij een in het voorgaande lid bedoelde bekrachtiging of gerechtelijke beslissing, ingeval een bekrachtigde overeenkomstherziening of een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing de jaarlijkse vergoedingen en renten na herziening vaststelt op een graad van 16 % tot en met 19 %
De verzekeringsonderneming wendt de forfaitaire preventiecontributie aan voor de voorkoming van arbeidsongevallen bij de betrokken werkgever. De verzekeringsonderneming brengt bij het Fonds voor Arbeidsongevallen verslag uit over de voorgestelde preventiemaatregelen alsook over de naleving door de betrokken werkgever van de genoemde maatregelen en over zijn medewerking. Een verslag hierover wordt voorgelegd aan het beheerscomité van het Fonds na advies van het Technisch comité voor de preventie. Het Fonds stelt de informatie ter beschikking van de Algemene Directie Toezicht op het Welzijn op het Werk van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.
In die gevallen vindt artikel 45, eerste lid, geen toepassing. Art. 45quinquies: Mits de schuldenaar te goeder trouw is, ziet de verzekeringsonderneming af van de ten onrechte betaalde bedragen in de door de Koning bepaalde behartigenswaardige gevallen of categorieën van gevallen.
De Koning bepaalt, op voordracht van de ministers die de arbeidsongevallen en de verzekeringsovereenkomsten onder hun bevoegdheid hebben en bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad:
Art. 49: De werkgever is verplicht een arbeidsongevallenverzekering aan te gaan bij een verzekeringsonderneming, die:
1° de in het eerste lid bedoelde frequentie, ernst, grens, die niet minder mag bedragen dan vijfmaal de gemiddelde ernst en frequentie, en de duur van de observatieperiode; 2° de berekening, de periode van aanrekening en de wijze van toepassing van de forfaitaire preventiecontributie, die niet minder mag bedragen dan 3.000 euro en niet meer dan 15.000 euro. Deze bedragen worden gekoppeld aan de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen op de door de Koning bepaalde wijze; 3° voor welke ondernemingen, rekening houdend met een minimum aantal arbeidsongevallen die overkomen zijn tijdens de observatieperiode, de forfaitaire preventiecontributie kan geïnd worden; 4° de nadere regels voor de vaststelling en de kennisgeving aan de verzekeringsonderneming door het Fonds voor Arbeidsongevallen, alsook voor de rapportering aan het Fonds voor Arbeidsongevallen; 5° de nadere regels voor de kennisgeving van het verzwaard risico aan de werkgever; 6° de nadere regels van kennisgeving van de voorgestelde preventiemaatregelen aan de werkgever, de interne of de externe preventieadviseurs en, naargelang van het geval, het comité voor preventie en bescherming op het werk, de syndicale afvaardiging of de werknemers zoals bedoeld in hoofdstuk VIII van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk; 7° het bedrag en de toepassingsvoorwaarden van de in het derde lid bedoelde opslag; 8° de nadere regels voor de toepassing van dit artikel in geval van tewerkstelling van uitzendkrachten.
1° toegelaten is tot de arbeidsongevallenverzekering of de arbeidsongevallenverzekering mag beoefenen in België door middel van een bijkantoor of in vrije dienstverrichting overeenkomstig de wet van 9 juli 1975 betreffende de controle op de verzekeringsondernemingen; 2° voldoet aan alle regels en voorwaarden gesteld door deze wet. De duur van de verzekeringsovereenkomst mag niet langer zijn dan één jaar; deze duur moet, indien nodig, worden verlengd met de periode die de datum van het ingaan van de overeenkomst scheidt van 1 januari van het jaar dat erop volgt. Behalve wanneer één der partijen zich er tegen verzet door een aangetekende brief die ten minste drie maanden vóór de vervaldag van de overeenkomst ter post is afgegeven, wordt deze stilzwijgend verlengd voor opeenvolgende periodes van een jaar. Deze bepaling is niet van toepassing op de verzekeringsovereenkomsten waarvan de duur korter is dan één jaar. Met wederzijds akkoord van de werkgever en de verzekeringsonderneming kan de duur van één jaar bedoeld in het tweede en derde lid, vastgesteld worden op drie jaar. De Koning bepaalt de voorwaarden, de wijze en de termijnen waarop aan de verzekeringsovereenkomst een einde wordt gemaakt. In de gevallen waarin de verzekeringsonderneming zich het recht voorbehoudt de overeenkomst na het zich voordoen van een schadegeval op te zeggen, beschikt de verzekeringnemer over hetzelfde recht. Deze bepaling is niet van toepassing op de verzekeringsovereenkomsten met een duur van drie jaar gesloten met ondernemingen waarvan het jaargemiddelde van het personeelsbestand meer dan honderd bedraagt of die een loonvolume laten verzekeren van meer dan honderd maal het maximum basisjaarloon bedoeld bij artikel 39.
Art. 49ter: In afwijking van artikel 49, tweede lid, wordt, wanneer het verzekerd risico als een verzwaard risico beschouwd wordt, de duur die de verzekeringsovereenkomst nog te lopen heeft op 1 januari die volgt op
55
de kennisgeving aan de in artikel 49bis, tweede lid, bedoelde werkgever, van rechtswege gebracht op drie jaar. De stilzwijgende verlenging gebeurt op basis van de initiële duur van de overeenkomst. Indien op 1 januari de werkgever verzekerd is bij een andere verzekeringsonderneming dan die waaraan het Fonds kennis gegeven heeft van het verzwaard risico, neemt deze onderneming volgens de door de Koning bepaalde nadere regels de rechten en plichten in verband met het verzwaard risico over.
De rechtsvordering tot betaling van de bij de artikelen 27bis, laatste lid, 27ter en 27quater bedoelde bijslagen verjaart na drie jaar vanaf de eerste dag volgend op de betalingsperiode waarop deze bijslagen betrekking hebben, voor zover de hoofdvordering tot betaling van de op deze periode betrekking hebbende vergoedingen niet is verjaard. Voor de bijslagen die toegekend worden op vergoedingen voor periodes die gelegen zijn voor de regeling van het arbeidsongeval bij een bekrachtigde overeenkomst of bij een in kracht van gewijsde getreden gerechtelijke beslissing, of voor de in artikel 72 bedoelde herziening, vangt de verjaring aan op de datum van deze regeling of herziening. Voor de vorderingen die, met toepassing van de verjaringstermijn van vijf jaar, nog niet verjaard zijn op de datum van inwerkingtreding van artikel 40 van de wet van 3 juli 2005 houdende diverse bepalingen betreffende het sociaal overleg, maar die met toepassing van de nieuwe verjaringstermijn van drie jaar wel verjaard zijn, wordt de datum van verjaring vastgesteld op 1 januari 2009.
In afwijking van de artikelen 30, eerste lid, en 31, § 1, van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst kan, vanaf de in artikel 49bis, tweede lid, bedoelde kennisgeving door het Fonds en tot het einde van de periode van verlenging van rechtswege, deze overeenkomst niet het voorwerp zijn van een verzet tegen de stilzwijgende verlenging, noch opgezegd worden wegens het zich voordoen van een schadegeval. Ten minste drie maanden voor het einde van het derde jaar van de verlenging van rechtswege kan de verzekeringsonderneming, overeenkomstig de bij de artikelen 29 en 30 van de wet van 25 juni 1992 op de landverzekeringsovereenkomst bepaalde nadere regels, de overeenkomst opzeggen of een herziening van de premievoet voorstellen, zelfs als er tijdens deze periode een nieuwe kennisgeving van een verzwaard risico is geweest.
De schuldvorderingen van het Fonds voor arbeidsongevallen ten laste van de schuldenaars bedoeld in artikel 59, 4°, verjaren na drie jaar. Art. 72: De eis tot herziening van de vergoedingen, gegrond op een wijziging van het verlies van arbeidsgeschiktheid van de getroffene of van de noodzakelijkheid van de geregelde hulp van een ander persoon of op het overlijden van de getroffene aan de gevolgen van het ongeval, kan ingesteld worden binnen drie jaar die volgen op de datum van homologatie of de bekrachtiging van de overeenkomst tussen de partijen of van de in artikel 24 bedoelde beslissing of kennisgeving of de datum van het ongeval indien de tijdelijke arbeidsongeschiktheid geen zeven dagen overschrijdt en indien de verzekeringsonderneming de getroffene genezen verklaart zonder blijvende arbeidsongeschiktheid.
De verzekeringsonderneming stelt de werkgever in kennis van alle gevolgen die de toepassing van het artikel heeft op zijn contractuele verplichtingen. Art. 49quater: De verzekeringsonderneming past haar tarief, dat zij vrij vaststelt, toe op elke verzekerde werkgever met onderscheid van het risico arbeider en bediende en, voor het risico arbeider, in functie van de schadestatistiek en de grootte van de onderneming. De premievoet gaat het tarief tot 30 % te boven voor de risico’s die een hoge schadestatistiek vertonen. In geval een risico een verlaagde schadestatistiek vertoont, is de premievoet tot 15 % van het tarief lager. Deze verlaging kan toenemen in functie van de grootte van de onderneming. De Koning bepaalt, bij in Ministerraad overlegd besluit, de nadere toepassingsregels van dit lid en onder meer de grootte van de onderneming uitgedrukt in aantal arbeiders, waarop deze bepalingen van toepassing zijn.
De getroffene of zijn rechthebbenden kunnen, binnen de drie jaar die volgen op de dag van de in artikel 24 bedoelde kennisgeving, een rechtsvordering instellen tegen de beslissing tot genezenverklaring zonder blijvende arbeidsongeschiktheid. In dat geval kan de in het eerste lid bedoelde eis ingesteld worden binnen drie jaar die volgen op de datum van de in artikel 24 bedoelde beslissing. De eis tot herziening mag bij tegenvordering tot bij het sluiten van de debatten worden ingesteld, bij wijze van conclusies, die ter griffie worden neergelegd en aan de andere partijen worden medegedeeld.
Het Beheerscomité van het Fonds voor Arbeidsongevallen evalueert jaarlijks de gevolgen van de toepassing van deze bepalingen op het vlak van de preventie. De Koning bepaalt de nadere toepassingsregels van dit lid.
Art. 73: De getroffene of de rechthebbende en de persoon die de begrafeniskosten, de medische, farmaceutische, heelkundige en verplegingskosten heeft gedragen hebben een rechtstreekse vordering tegen de verzekeringsonderneming of tegen het Fonds voor arbeidsongevallen, indien de werkgever geen verzekeringscontract heeft afgesloten of indien de verzekeringsonderneming zijn verplichtingen niet nakomt.
Art. 50: De werkgever die geen verzekering heeft afgesloten is ambtshalve aangesloten bij het Fonds voor arbeidsongevallen, volgens de nadere regels bepaald door de Koning na advies van het beheerscomité van dit fonds. Art. 69: De rechtsvordering tot betaling van de vergoedingen verjaart na drie jaar. De rechtsvordering tot terugvordering van onverschuldigde vergoedingen verjaart na drie jaar. De rechtsvordering tot terugvordering van onverschuldigde vergoedingen die door bedrieglijke handelingen of door valse of opzettelijke onvolledige verklaringen werden bekomen, verjaart na vijf jaar.
56
Inlichtingen over de bescherming van de persoonlijke levenssfeer De persoonsgegevens die u in het kader van deze overeenkomst meedeelt, worden verwerkt door : • ING België nv, Marnixlaan 24, 1000 Brussel, met het oog op het centraal beheer van de cliënten, beheer van rekeningen en betalingen, bemiddeling (o.a. van verzekeringen), kredieten (in voorkomend geval), vermogensbeheer, marketing van bank- en verzekeringsdiensten, globaal overzicht van de cliënteel, controle op de verrichtingen en preventie van onregelmatigheden. • ING Non-Life Belgium nv, Sint-Michielswarande 70, 1040 Brussel, met het oog op het centraal beheer van de cliënten, productie en beheer van verzekeringen, marketing van verzekeringsdiensten, globaal overzicht van de cliënteel, controle op verrichtingen en preventie van onregelmatigheden. • Allianz Belgium nv, Lakensestraat 35, 1000 Brussel, met het oog op het centraal beheer van de cliënten, productie en beheer van verzekeringen, globaal overzicht van het cliënteel, controle op verrichtingen en preventie van onregelmatigheden. Zij worden aan de andere vennootschappen van de bank- en verzekeringsgroep ING in België (lijst op aanvraag) meegedeeld met het oog op het centraal beheer van de cliënten, marketing, globaal overzicht van de cliënteel, verstrekken van hun diensten (in voorkomend geval) en controle van de regelmatigheid van de verrichtingen (met inbegrip van het voorkomen van onregelmatigheden). Elke natuurlijke persoon kan kennisnemen van de gegevens die op hem betrekking hebben en ze laten verbeteren. Hij kan zich, op verzoek en gratis, verzetten tegen de verwerking van gegevens die op hem betrekking hebben door ING of ING Non-Life met het oog op direct marketing en/of tegen de mededeling van die gegevens aan andere vennootschappen van de groep ING in België voor dezelfde doeleinden. Voor alle bijkomende informatie met betrekking tot de verwerking van de gegevens door ING, gelieve artikel 6 (Bescherming van de persoonlijke levenssfeer) van het Algemeen reglement van de verrichtingen van ING te raadplegen.
Waarschuwing
Iedere oplichting of poging tot oplichting ten aanzien van een verzekeringsonderneming heeft niet alleen de opzegging van de verzekeringsovereenkomst tot gevolg, maar wordt ook strafrechtelijk vervolgd op grond van artikel 496 van het strafwetboek.
Verzekeraars ING Non-Life Belgium nv, verzekeringsmaatschappij, toegelaten onder het codenummer 2551. Vennootschapszetel: Sint-Michielswarande 70, B-1040 Brussel - RPR Brussel - Btw BE 0890.270.750 - www.ing.be BIC: BBRUBEBB - IBAN: BE95 3200 0812 7458. Allianz Belgium nv, verzekeringsmaatschappij toegelaten door de controleoverheden onder het codenummer 0097 om alle takken “Leven” en “ niet Leven” te beoefenen. Vennootschapszetel: Lakenstraat 35, B-1000 Brussel - RPR Brussel - Btw BE 0403.258.197 - Tel. + 32 2 403 41 11 Fax. + 32 2 403 43 78 - www.allianz.be - BIC: BBRUBEBB - IBAN: BE64 310000356 6252.
Verzekeringsbemiddelaar ING België nv, verzekeringsmakelaar, ingeschreven bij de FSMA onder het codenummer 12381A. Vennootschapszetel: Marnixlaan 24, B-1000 Brussel - www.ing.be - RPR Brussel - Btw BE 0403.200.393. BIC: BBRUBEBB - IBAN: BE45 3109 1560 2789. 434NING (03-14)
434NING (03-14)