Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolie Telefoon 038 499 88 99 Fax 038 425 48 88 provincie.overijssel.nl
[email protected]
VAN RABO Zwolie 39 73 41 121
Reg.nr. P5/XOOQ / HCU
Provinciale Staten
a.d.
2* :
1 3 MRT 2009
Routing
Bijl.:
InlichtSngen bij mw. A. Berkers telefoon 038 499 85 33
[email protected]
Betreft: Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007.
Datum
10.03.2009 Kenmerk
2009/0037370
Op 21 december 2004 hebt u ingestemd met het "Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007'. Aanleiding voor het opstellen van dit plan van aanpak was de belangrijke rol die de biologische landbouw heeft voor de verduurzaming van de hele landbouw. Dit is de reden dat wij de ontwikkeling van de biologische landbouw steunen.
Pagina
1 Uw brief
Uw kenmerk
In het plan van aanpak ligt vastgesteld dat dit beleid na uitvoering geevalueerd zou worden. De "Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007' geeft invulling aan dit voornemen. Op het Staten Inforrrtatie Systeem vindt u de "Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007'. De uitvoering van het beleid zoals omschreven in het Plan van Aanpak hebben wij doorgezet in 2008 en 2009. Met deze brief informeren wij u over de evaluatie. De huidige middelen voor stimulering van de biologische landbouw, als omschreven in het pMJP 2007-2013, bedragen gemiddeld € 200.000,— per jaar. Ons voornemen is de evaluatie te gebruiken als bouwsteen voor de MidTermReview die in 2010 zal plaatsvinden. Wij zullen u tegen die tijd opnieuw informeren over ons voorgenomen beleid ten aanzien van de biologische landbouw. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geYnformeerd. Gedeputeerde Staten van Overijssel,
voorzitter,
secretaris,
Bijlagen
1 Datum verzending
r' 1
verijssel
van
Landbouw, natuur en landschap
Februari 2009
Colofon
Uitgave
Provincie Overijsse! Datum
Februari 2009 Auteur
A. Berkers Y. Lassooy
Adresgegevens Provincie Overijsse! Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 88 99 Fax 038 425 48 88 provincie.overijssel.nl
[email protected]
1 1.1 1.2 1.3
Biologische landbouw Doel Aanpak
5 5 5 5
2 2.1 2.2 2.3 2.4
Plan van Samenvatting Plan van Aanpak Beoogde resultaten Plan van Aanpak Middelen en inzet Ondersteunde projecten
6 6 7 7 9
3 3.1 3.2 3.3
Prestaties en effect Plan van Aanpak Ondersteunde projecten Interne catering Beoogde effecten: ontwikkeling biologische landbouw in Overijssel
10 10 11 11
4 4.1 4.2
Nationaai beleid biologische landbouw Evaluatie beleid biologische landbouw LNV 2005-2007 Beleid biologische landbouw LNV 2008-2011
14 14 14
5
Conclusies en aanbevelingen
16
5.1
Conclusies
16
5.2
Aanbevelingen
16
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
De biologische land- en tuinbouw onderscheidt zich door milieu- en diervriendelijke productiemethoden. Dit betekent onder meer dat bij het telen van gewassen geen chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmest worden gebruikt. Meer dieren kunnen buitenlopen en de stallen en het voer voldoen aan speciale voorwaarden. Biologische boeren zijn voorloper op het gebied van integrale duurzaamheid. Ook op afzonderlijke duurzaamheidsaspecten kunnen biologische ondernemers zich vaak meten met voorlopers binnen de gangbare landbouw. Bovendien draagt de biologische sector bi] aan de gewenste vermaatschappelijking van de landbouw De biologische sector kenmerkt zich door het organiseren van open dagen, huisverkoop en andere activiteiten. Dit verkleint de afstand tussen de consument en producent. Hiernaast kan de grondgebonden biologische landbouw landschapswaarden versterken en leidt vaak tot functionele verweving van landbouw, natuur en landschap. Dit biedt kansen voor de ontwikkeling van duurzame landbouw en voor een kwaliteitsimpuls in kwetsbare gebieden in OverijsseL De biologische landbouw heeft een belangrijke rol voor de verduurzaming van de hele landbouw. Daarom wil de provincie de ontwikkeling van de biologische landbouw steunen. Hiervoor heeft de provincie Overijssel een Plan van Aanpak Biologische Landbouw 2005-2007 opgesteld. Bij het uitbrengen van dit Plan van Aanpak is het voornemen uitgesproken het beleid na uitvoering te evalueren. Dit document geeft invulling aan dat voornemen.
1.2 Het,doel van deze evaluatie is tweeledig: • Allereerst is het doel om te kijken welke projecten en acties zijn voortgekomen uit Plan van Aanpak (PvA) en of de doelstellingen in het PvA hiermee zijn gerealiseerd. • Ten tweede is het doel om door deze analyse een belangrijke basis te leggen voor het toekomstige beleid.
1.3 Om te komen tot bovenstaand doel moeten verschillende vragen beantwoord worden: • Wat waren de doelstellingen van het Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007? • Wat is de inzet die gepleegd is om de doelen te realiseren? • Welke projecten zijn gerealiseerd? • Wat heeft het PvA opgeleverd? • Wat is de stand van zaken van de biologische landbouw in Overijssel? • Wat is de nationale beleidscontext? • Welke conclusies en aanbevelingen volgen uit deze analyses? Deze vragen zullen in de volgende hoofdstukken beantwoord worden.
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
2
van Aanpak
Het Plan van Aanpak biologische landbouw Overijssel 2005-2007 (PvA) geeft het kader voor ondersteuning aan de biologische landbouw aan. De provincie ziet de biologische landbouw als een van de potentiele dragers van het landelijk gebied die eigentijds en flexibel in kan spelen op maatschappelijke functies en diensten die steeds duidelijker van het Overijsselse platteland verwacht worden: niet alleen voor voedselproductie maar ook als consumptieruimte voor maatschappelijk gewenste waarden als authenticiteit, dierenwelzijn, natuurlijkheid en kwaliteit. De provincie heeft weinig directe invloed op marktontwikkelingen en omvang van de biologische sector. Biologische landbouw zal zichzelf moeten bewijzen in de markt. Echter door de marktsituatie op dit moment en mede door de relatief kleinschalige infrastructuur die zo kenmerkend is voor Overijssel, is de sector nog te klein om te kunnen profiteren van een aantal schaalvoordelen. De provincie kan wel belemmeringen wegnemen en randvoorwaarden creeren voor een toename van de biologische landbouw in Overijssel. Gedeputeerde Staten heeft aangegeven dat ondersteuning in 2005-2007 gekoppeld moet zijn aan een zo "praktisch mogelijk ingevuld' Plan van Aanpak gericht op: • verbetering afzet en afzetstructuren, • kennisontwikkeling en -verspreiding over biologische productiewijze en • de ontwikkeling van biologische landbouw in kwetsbare gebieden Binnen deze aspecten en vanuit de besturingsfilosofie dat waar mogelijk de sector zelf initiatiefnemer moet zijn, wil de provincie Overijssel initiatieven steunen die de groei van de biologische sector in de provincie bevorderen. Uiteindelijke ambitie voor de provincie Overijssel is een levensvatbare, duurzame biologische sector van voldoende omvang. Een biologische sector die onderdeel is van de agrarische bedrijvigheid in het Overijsselse buitengebied en bijdraagt aan de imagoversterking van Overijssel als wTuin van Nederland". Verantwoording, beleidskeuzes en ambitie zoals verwoord in het PvA zijn uitgewerkt in een 3-tal speerpunten voor de komende jaren waarlangs het PvA uitgevoerd wordt: 1. Ondersteunen vraaggerichte aanpak: opschaling en structurele groei van de (regionale) afzet. 2. Slimuleren van biologische landbouw en gebiedsontwikkeling in kwetsbare gebieden (ecologische hoofdstructuur). 3. Ondersteunen van de innovatseve kracht en kennisinfrastructuur van de biologische sector. Om optimaal te kunnen bijdragen aan de doelstellingen voor een duurzamere landbouw zal de biologische landbouw in Overijssel een stevige positie moeten snnemen. Dat betekent een sector met voldoende omvang in zowel areaal als in producten van een hoogwaardige kwaliteit waar de consument een meerprijs voor over heeft.
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
2.2 Uit de eerder genoemde speerpunten zijn de volgende beoogde resultaten gekoppeld: 1. Acties en aanpak gericht op ondersteuning vraaggerichte aanpak: a. Faciliteren en Ondersteunen van projecten gericht op de opschaling naar omvangrijkere (regionale) afzetstructuren en betere ketensamenwerking. b. Ondersteunen van projectinitiatieven voor structurele groei van de markt. c. Optimaliseren van samenhang rijksbeleid en provincie. Resultaten: (i) toename areaal biologische landbouw (ii) toename economisch duurzame ketens op regionaal niveau (iii) aantal aansluitingen op landelijke ketens. 2. Acties en aanpak gericht op Ondersteunen van biologische landbouw in kwetsbare gebieden (vergroening van de landbouw): a. Oplossen van knelpunten in het RO- en vergunningsbeleid. Verkennen van de mogelijkheden van RO-beleid als sturingsinstrument voor de vestiging van biologische bedrijven. b. Specifiek aandacht vragen voor de orientatie en verdere begeleiding op biologische bedrijfsvoering in kwetsbare gebieden, extensiveringzone en landgoederen. c. Orientatie en begeleiding optimalisatie van inkomstenbronnen uit recreatie en natuur- en landschapsonderhoud. d. Inhaken op kansen vanuit LNV-beleid t.a.v. "vergroening/hectaresteun'. Resultaten: (i) aantal bedrijfsplannen en (ii) aantal aanvragen eko-keurmerk 3. Acties en Aanpak gericht op optimaliseren kennisinfrastructuur: a. Uitbouwen van de rol van de Praktijkcentra Aver-Heino en Raalte als kennisloket en 'verregionaliseren' van onderzoeksvragen: betere koppeling tussen landelijke projecten en de onderzoeksvragen vanuit de ondernemers. b. Ondersteuning en faciliteren netwerk voor kennisuitwisseling. c. Subsidie van door sector voorgedragen knelpunten die om een (korte) maatwerkoplossing vragen. d. Uitwerking van de Jumelage met Letland: Ondersteunen van de ontwikkeling van biologische landbouw in de Abava Valley. Resultaten: (i) aantal gerealiseerde bedrijfsinvesteringen (ii) functionele netwerken (iii) aantal subsidiabele aanvragen en (iii) % van het onderzoeksbudget voor regionale vraagstukken.
en Subsidieregeling stimuleren biologische landbouw Het PvA heeft voornamelijk handen en voeten gekregen door de subsidieregeling stimuleren biologische landbouw door het verbeteren van de afzet. De subsidieregeling is gericht op het bevorderen van de afzet van biologische producten. Subsidie is verleend aan: « samenwerkingsprojecten gericht op de verbetersng van de afzet bsjvoorbeeld door het ontwikkelen van samenwerking in de keten en het optimaliseren van bestaande ketens: • algemene promotie van biologische producten De hoogte van de subsidie is maximaal 70% van de subsidiabele kosten, met een maximum van € 100.000. De middelen voor biologische landbouw waren in 2005 en 2006 onderdeel van het budget "Duurzame Agrarische bedrijven' (DAB). Hierbinnen waren de middelen voor het stimuleren van biologische landbouw niet gelabeld. Voor DAB was in 2005 € 203.700 en in 2006 € 359.000 beschikbaar. Hiervan was circa € 100.000 - € 200.000 per jaar beschikbaar voor biologische landbouw. In 2007 was voor het stimuleren van biologische landbouw € 200.000 beschikbaar. Het accent van de subsidieregeling was gericht op het versterken en ontwikkelen van ketens. Er is
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
minder ingezet op de algemene promotie van biologische producten. Personele inzet Ten tijde van het ontwikkelen van het PvA was de inzet 0,3 fte en de prioriteit hoog. Gedurende de uitvoering is de mate van prioriteit die het stimuleringsbeleid biologische landbouw kreeg binnen de organisatie en de personele inzet gedaald. In 2007 was de personele inzet gedaald tot 0,1 fte. Interne catering In het PvA staat verwoord dat er aansluiting gezocht wordt bij het rijksspeerpunt "biologische catering in eigen huis'.
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
2A Hieronder staat in een schema aangegeven welke projecten er door de provincie Overijssel zijn gesubsidieerd in het kader van de subsidieregeling stimuleren biologische landbouw. Project Alternatieve mengteelten en landschapsmaTs
Bijdrage biologische biologische € 15.300
Biologisch beleven Biologische schoolmelk promotie Brochure Vechtdal producten
€ 24.500 € 15.000 € 8.266
Kruiden in de kraamstal
€ 5.927
Landerijk Stierkalfwaardig keten
€ 86.269 in
€ 21.999 € 177,261
€45.591
Biofach Neurenberg Opzetten biologische webwinkel stichting Biologische goed van eigen erf fotaal
€ 3.000
€ 12.795 C 61386
Culihaire boerenmarathon
€ 8.224
De Oorsprong
€ 100.000
Let's talk bio 2005-2007
Streven baar betere samenstelling en lagere kostprijs biologische veevoeding Consumenten te laten beleven wat biologische melkveehouderij is, te laten zien hoe duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen wordt nagestreefd en welke bijdrage de biologische melkveehouderij levert aan een vitaal platteland Stimuleren biologische schoolmelk Brochure over biologische streekproducten uitval bij biggen verminderen d.m.v. het gebruik van kruiden Ketenontwikkeling om de afzet van biologische en regionale producten te versterken en de consumentenbinding met deze producten te vergroten
biologische
Verbreding Vechtdal ketens
Kennisnetwerk directe biologische producten
Doel
verkoop € 26.348
€ 17.135 € 151*707
Opzetten ketens voor biologische stierkalveren
Ontwikkeling van de Vechtdal ketens en sluiten aan op de interesses van de hedendaagse 'groene1 consumenten in regionale identiteit en aandacht voor kwaliteit, milieu en omgeving Bezoek met delegatie aan grootste biologische vakbeurs van Europa Grotere afzet en versterking economische duurzaamheid bedrijven d.m.v. een webwinkel. Is na een go/no go moment, niet doorgegaan
via een actie regionaal biologisch eten onder de aandacht te brengen bij een breed publiek en om directe verkoop te stimuleren Ontwikkeling van ketens waarbij ambachtelijke werkplaatsen, landwinkei, proeverij, dierenverblijf, akkerbouw en veeteelt voor publiek toegankelijk en inzichtelijk gemaakt wordt Het professionaliseren van bestaande en toekomstige biologische bedrijven met directe verkoop en streeft naar een verhoging van aantal biologische bedrijven met directe verkoop van biologische producten het verbeteren van de afzet van biologische producten door de communicatie met de burger te verbeteren door de verbinding met de burger vanuit de praktijk, de boerderij, aan te gaan
€ 390.354
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
3
Prestaties en effect Plan van
De Ondersteunde projecten hebben een positieve bijdrage geleverd aan de verschillende doelstellingen omschreven in het PvA. Hieronder wordt weergegeven aan welke speerpunt de verschillende projecten hebben bijgedragen: 1. Acties en aanpak gericht op ondersteyning vraaggerichte aanpak Biologisch beleven Biologische schoolmelk promotie Landerijk Stierkalfwaardig in biologische keten Opzetten biologische webwinkel stichting Biologische goed van eigen erf Culinaire boerenmarathon De Oorsprong Kennisnetwerk directe verkoop biologische producten Let's talk bio Totaal:
€ 24.500 € 15.000 € 86.269 € 21.999 € 12.795 € 8.224 € 100.000 € 26.348 € 17.135 C
2. Acties en aanpak gericht op ondersteynen wan biologische iandbouw in kwetsbare gebieden Brochure Vechtdal producten € 8.266 Verbreding Vechtdal ketens € 45.591 Totaals € 3. Acties en Aanpak gericht ©p optimaliseren kennisinfrastructuur Alternatieve biologische mengteelten en biologische landschapsmaTs Kruiden in de kraamstal Biofach Neurenberg
€ 15.300 € 5.927 € 3.000
€ 24,227 Totaal 3
C 390.354
Op alle speerpunten zijn projecten uitgevoerd. De meeste steun is ingezet op het eerste speerpunt "acties en aanpak gericht op ondersteuning vraaggerichte aanpak'. Het accent van de subsidie heeft gelegen op het Ondersteunen van ketenontwikkeling en -versterking. Deze projecten zijn in de eerste twee speerpunten terug te vinden. Bovenstaande projecten zijn ondersteund uit de gelden voor de stimulering van biologische landbouw. De provincie Overijssel ondersteunt ook op andere manieren biologische bedrijven en ketenpartijen. Biologische boeren maken ook gebruik van andere subsidieregelingen die niet specifiek gericht zijn op het Ondersteunen van de biologische landbouw. Denk hierbij bijvoorbeeld aan subsidieregelingen voor milieuvriendelijke vormen van landbouw of regelingen gericht op verbreding. Deze vormen van ondersteuning zijn zeer divers en moeilijk in kaart te brengen. Daarom worden deze niet behandeld in deze evaluatie. Desondanks wordt een aanzienlijk gedeelte van de steun aan biologische landbouw op deze manier vormgegeven.
Id
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
De subsidieregeling stimulering biologische landbouw heeft bijgedragen aan verschillende projecten gericht op het versterken van de biologische sector in Overijssel. De regeling heeft bijgedragen aan de doelstellingen als omschreven in het PvA.
3.2 In het PvA staat verwoord dat er aansluiting gezocht wordt bij het rijksspeerpunt "biologische catering in eigen huis'. De provincie Overijssel heeft een convenant gesloten met de gezamenlijke milieufederaties in Nederland over de inkoop van biologische en ecologische producten en/of grondstoffen. De provincie heeft zich tot doel gesteld om minstens de helft van haar producten en grondstoffen biologisch in te kopen. Deze doelstelling is gerealiseerd.
3.3 in Met het stimuleringsbeleid biologische landbouw beoogt de provincie Overijssel een bijdrage te leveren aan een levensvatbare, duurzame biologische sector van voldoende omvang. Of dit effect ook bereikt wordt is afhankelijk van verschillende (externe) factoren. Factoren gelegen buiten de directe invloedsfeer van de provincie en het plan van aanpak biologische landbouw 2005-2007. Deze paragraaf beschrijft de ontwikkeling van de biologische land- en tuinbouw, uitgedrukt in de omvang van het areaal biologische land- en tuinbouw en het aantal biologische bedrijven. In de periode 2002 tot en met 2005 is het areaal biologische landbouw in Overijssel flink toegenomen (figuur 1), met een piek in 2005. In dat jaar neemt Overijssel een aandeel van 12% in van het totale areaal biologische landbouw in Nederland. Ten opzichte van het total landbouwareaal in Overijssel is dit aandeel 2,8%. In de periode 2006/2007 is het areaal biologische land- en tuinbouw in Overijssel echter fors teruggelopen, naar een aandeel van 7,1% van het totale areaal biologische landbouw in Nederland en een aandeel van 1,6% van het areaal biologische land- en tuinbouw in Overijssel1. De forse afname (38,9% in de periode 2006/2007) is grotendeels toe te schrijven aan het faillissement van een biologisch bedrijf. Uitbreiding van ditzelfde bedrijf met 1600 ha natuurgebied heeft echter ook aan de basis gestaan van de forse toename van het areaal in de periode 2003/2004. De cijfers mogen daarom gecorrigeerd worden voor dit aandeel. Na correctie laat de ontwikkeling in Overijssel een gematigder beeld zien, met nog steeds een afname vanaf 2005 (fig. 1). Het aantal gecertificeerde biologische bedrijven (a! dan niet in omschakeling) in Overijssel is in de periode 2004 t/m 2007 afgenomen van 142 naar 1121.
1
Biologica, Bio-Monitor
Evaluatie Plan van Aanpak biologische iandbouw 2005-2007
II
Figuur 1
Ontwikkeling areaal biologische land- en tuinbouw in Overijssel en Nederland periode 2002-2007 (index 2002 = 100).
160 r 140 120
•--—-—'Overijssel - « - ' Overijssel gecorrigeerd -Nederland •Nederland gecorrigeerd
2002
2003
2004
2005
2006'
2007
Bron: Biologica, Bio-Monitor, bewerking provincie Overijssel/Beleidsinformatie
De landelijke ontwikkeling verloopt Yustiger' (fig. 1). Het areaal biologische landbouw is ook daar toegenomen in de periode, met een piek in 2005. In de periode 2005/2007 is het areaal wat afgenomen, van 48.765 ha naar 47.019 hectare (een daling van 3,6%). In overleg met het LEI is gekeken of er een eenduidige verklaring is voor de afname in Overijssel. Als het faillissement van het eerdergenoemde bedrijf buiten beschouwing blijft bedraagt de achteruitgang in de periode 2006/2007 namelijk nog steeds ruim 13.% (531 hectare). Het LEI heeft aangegeven dat hier geen eenduidige verklaring voor te geven is, althans niet zonder hier meer gericht onderzoek naar te doen. Op basis van algemeen onderzoek weet men wel dat het ook in andere provincies lastig is om het biologische areaal verder uit te breiden. Uitbreiding vindt vaak plaats bij bedrijven die al biologisch boeren. Het blijkt niet eenvoudig om meer gangbare bedrijven in omschakeling te krijgen. Van de 'afvallers' weet men dat dit vaak komt doordat er geen opvolgers zijn. Bedrijven die omschakelen vanuit economische motieven (niche-markt) haken nog wel eens af omdat zij toch weer kansen zien op de gangbare markt. Ingewikkelde regelgeving wordt ook wel genoemd als argument om toch weer gangbaar te gaan boeren. Om meer zicht te krijgen op de specifieke situatie in Overijssel zou een enquete onder bestaande biologische bedrijven meer mformatie kunnen opleveren. Hoewel het areaal in de periode 2006/2007 een sterke daling laat zien, is het nog te vroeg om te conciuderen dat sprake is van een negatieve trend. Op dit moment maakt het LEI de analyse van de cijfers over 2008. Over deze cijfers kan in ieder geval op voorhand gezegd wordt dat het areaal biologische landbouw landelijk weer is toegenomen en waarschijnlijk meer dan 50.000 hectare zal bedragen. De resultaten van deze analyse zijn echter pas begin april 2009 verkrijgbaar. Aan de hand daarvan kan gekeken worden in hoeverre de Overijsselse situatie zich weer herstelt of dat daadwerkelijk sprake is van een negatie/e trend. Wanneer deze informatie beschikbaar is, kan bepaald worden of het houden van een enquete, zoals omschreven in de vorige alinea, zinvol is.
12
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
Ten opzichte van andere provincies neemt Overijssel in 2007 een achtste plaats in voor wat betreft het areaal biologische land- en tuinbouwgrond. In de jaren 2004 tot en met 2006 nam Overijssel nog een derde plaats in, achter Flevoland en Gelderland.
Figuur 2
Aandeel areaal biologische land- en tuinbouw per provincie (2007).
11%
12%
2%
8%
10%
15%
16%
m Friesland ^Groningen BDrenthe m Overijsse I & Flevoland is Gelderland m Utrecht ^Noord-Holland ®Zuid-Holland Zeeland **Noord-Brabant m Li m burg
Bron: Biologica, Bio-Monitor, bewerking provincie Overijssei/Beleidsinformatie
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
13
4
4.1 Het bioiogische landbouwbeleid van LNV 2005-2007 is geevalueerd. Het is interessant orn de bevindingen uit deze evaluatie te vergelijken met de bevindingen uit het vorige hoofdstuk. Op die manier kan gezien worden of bepaalde ontwikkelingen zich wel of niet nationaal voltrekken en welke verklaringen daarvoor gegeven worden. De doelstelling van de Beleidsnota biologische landbouw 2005-2007 werd omschreven als: De bijdrage die de biologische landbouw kan leveren aan de verduurzaming van de Nederlandse landen tuinbouw verder versterken. De biologische landbouw zal hiervoor een stevige positie moeten innemen binnen de Nederlandse landbouw en zichzelf moeten blijven ontwikkelen om ook in de toekomst te voldoen aan de duurzaamheidseisen van de consumenten. Hiervoor is de medewerking van alle betrokken partijen cruciaal. Het Kabinet zet zich in om de volgende ambities te bewerkstelligen: • 10% areaal biologische landbouw in 2010; • 5% consumenten bested ingen biologisch in 2007; • innovatieve kracht versterken. Conclusies: In de periode 2005-2007 is er geen sprake geweest van een uitbreiding van het biologische areaal in Nederland. Het uitblijven van aantoonbare groei in de omvang van de sector is vooral terug te voeren op de moeilijke nationale en Internationale (markt)omstandigheden in de periode tot 2005. De doelsteiling van vergroting van de consumentenbestedingen aan biologische producten in 2007 naar 5% is niet gerealiseerd. Wel heeft deze doelstelling de sectorpartijen gestimuleerd tot samenwerking en het gezamenlijk uitvoeren van maatregelen ter vergroting van de vraag. Het beleid van LNV heeft niet kwantitatief aantoonbaar bijgedragen aan een grotere vraag naar biologische producten. Wel is het plausibel dat de uitvoering van het beleid mede van inVloed is geweest op de toename van de vraag. Betrokken partijen (LNV, ketenpartijen, onderzoekers, ondernemers en andere organisaties) zijn er in gesiaagd om door middel van Bioconnect een structuur op te zetten die de kennisontwikkeling en -verspreiding op vraaggestuurde wijze organiseert. Over de benutting van de ontwikkelde en verspreide kennis is nog onvoldoende bekend, al lijkt deze voor de meeste agrarische ondernemers redelijk tot goed toepasbaar. Het LNV-beleid heeft er via de kennisontwikkeling aan bijgedragen dat er meer duidelijkheid is ontstaan wat de bijdrage van de biologische landbouw aan de verduurzaming van de landbouw in Nederiand kan zijn2.
1
4.2
Het huidige en toekomstige beleid van LNV kan inspirerend zijn voor het toekomstige beleid in de provincie Overijssel. Bovendien is het zeer wenselijk als het provinciate beleid aansluit bij het beleid van LNV. Overlap in beleid is onwenselijk. Daarom wordt in deze paragraaf het biologische !
Ecorys, Biologisch: vitaal en duurzaam Ex post evaluatie Beleidsnota Biologische landbouw 2005-2007
14
EvaSuatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
landbouwbeleid van LNV samengevat. De laatste beleidsnota over biologische landbouw van het ministerie van LNV, "Beleidsnota biologische landbouwketen 2008-2011, Biologisch in verbinding, perspectief op groei", dateert van december 2007. Hierin worden 4 uitdagingen beschreven: het verbeteren van de kennisuitwisseling en samenwerking met de gangbare landbouw, verdere groei en ketenontwikkeling, het zelfstandig oppakken van markt- en ketenontwikkeling en verdere ontwikkeling op het gebied van duurzaamheid. Gegeven de bereikte resultaten van de biologische sector en de ontwikkelingen van de markt zijn er twee ambities geformuleerd: • De eerste ambitie is om biologische landbouw te verbinden met voorlopers op het gebied van duurzaamheid en hiermee de uitwisseling van kennis te bevorderen. Daarnaast daagt de overheid de sector uit de verbinding met de samenleving verder te versterken. • De tweede ambitie is de ontwikkeling van biologisch tot een zelfstandige robuuste sector3. De twee ambities en de doelstellingen zijn vertaald in vier speerpunten. • Het is de bedoeling dat de sector de marktontwikkeling over enkele jaren geheel zelfstandig kan overnemen. • Ontwikkeling van de sector. Daarvoor worden onder andere ondernemersgerichte kennis- en innovatieregelingen en het vergoeden van de certificeringskosten ingezet. • Regionale kracht, is bij uitstek het speerpunt waar de verbinding van de landbouw met de samenleving vorm krijgt. Het speerpunt is gericht op het Ondersteunen van goede initiatieven uit actieve provincies en regie's. • Kennis, is grotendeels gericht op versterken van de innovatieve kracht van de sector, waarbij nadrukkelijke aandacht is voor kennisuitwisseling en kennisbenutting8. De rijksoverheid heeft in de periode 2008-2011 49,2 miljoen euro beschikbaar voor de uitvoering van dit beleid. De rol van de overheid zal hierbij faciliterend en stimulerend zijn8. LNV heeft met het bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties een derde convenant gesloten voor marktontwikkeling van de biologische landbouw. De afspraken uit dit convenant moeten ervoor zorgen dat het voor mensen aantrekkelijker is om biologisch voedsel te kopen. Het ministerie van LNV en de andere ondertekenaars van het convenant hebben afgesproken dat zij ernaar streven dat consumenten jaarlijks minimaal tien procent meer aan biologische producten uitgeven. De Task Force Marktontwikkeling Biologische Landbouw heeft als doel om de afspraken van het convenant uit te voeren. Deze Task Force stimuleert en adviseert de convenantpartijen. Ook zorgt de Task Force voor afstemming tussen bijvoorbeeld winkels en producenten4.
3 4
LNV, Beleidsnota biologische landbouwketen 2008-2011 www.minlnv.nl
Evaluatie Plan van Aanpak bioiogische landbouw 2005-2007
15
5
en
5.1
Er zijn veel mooie initiatieven tot stand gekomen met steun van de Stimuleringsregeling biologische landbouw van de provincie Overijssel. De regeling heeft bijgedragen aan de doelstellingen als omschreven in het PvA. Hierbij is in het bijzonder steun gegeven aan het ontwikkelen en versterken van biologische ketens en het stimuleren van de vraaggerichte aanpak. Hiermee heeft de provincie een positieve impuls gegeven aan de biologische landbouw in Overijssel. Een stimuleringsbeleid moet samengaan met voldoende financiele middelen, voldoende personele inzet en hiermee samenhangende prioriteit binnen de organisatie. Per jaar was er circa € 100.000 € 200.000 beschikbaar. Zie voor meer informatie paragraaf 2.3. Dit is ingezet op ketenversterking en in mindere mate op algemene promotie van biologische producten. Hierin zijn keuzes gemaakt en is niet op alle beoogde doelen ingezet. Ten tijde van het ontwikkelen van het PvA was de personele inzet 0,3 fte. In 2007 was de personele inzet gedaald tot 0,1 fte. De daling van personele inzet is met name ten koste gegaan van het stimuleren van initiatieven aan de voorkant, het aanwezig zijn in netwerken en het onderhouden van contacten. Een aantal van de indicatoren, als omschreven in het PvA (zie paragraaf 2.2) is moeilijk meetbaar. Een aantal omdat ze daarvoor niet specifiek genoeg zijn. Andere indicatoren zijn wel specifiek genoeg, maar niet relevant om te meten. Deze indicatoren horen bij beoogde doelen waar de subsidieregeling zich niet op gericht heeft. Wanneer deze indicatoren gemeten worden, meet men geen resultaat van provinciaal beleid. Een van de beoogde resultaten is wel eenvoudig meetbaar en relevant, namelijk het vergoten van het areaal biologische landbouw in Overijssel. Het areaal biologische landbouw in Overijssel is niet toegenomen. Zoals ook vermeldt staat in het PvA zal biologische landbouw zichzelf moeten bewijzen in de markt. De provincie heeft hier weinig invloed op. In het vorige hoofdstuk is te zien dat het ministerie van LNV een vergelljkbare doelstelling niet gehaald heeft. Zij hebben de beschikbare middelen en instrumenten ingezet om hun doelstellingen te halen. Dit onderstreept dat de omvang van de biologische sector buiten de invloedssfeer van overheden ligt. Andere invloeden, als bijvoorbeeld de economische conjunctuur, speierf een grotere rol. Hierdoor is het niet mogelijk de achteruitgang in het areaal biologische landbouw te wijten aan provinciaal beleid.
De periode van het Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007 is verlopen. De evaluatie van dit beleid heeft u in dit versiag kunnen lezen. Hiermee is het PvA officieei afgerond. Het is nu tijd om verder te kijken. De waarde van de biologische landbouw, als een van de potentiele dragers van het landelijk gebied in Overijssel is nog steeds actueel. Hiernaast is de waardering van de biologische iandbouw als kraamkamer voor een meer duurzame landbouw toegenomen. Hierin staat het verbeteren van de kennisuitwisseling en samenwerking met de gangbare iandbouw centraal. Om deze voorbeeldfunctie te versterken is het belangrijk de biologische landbouw in Overijssel te Ondersteunen. In deze paragraaf worden enkele handvaten gegeven voor dit toekomstige beleid.
16
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
Er moet gezocht worden naar een goede balans tussen de investeringen en beleidsontwikkeling & uitvoering. Oftewel het geld en de tijd die de provincie Overijssel wil investeren in het biologische landbouwbeleid moet in verhouding staan tot de ambities die zij stelt. De huidige middelen voor stimulering van de biologische landbouw, als omschreven in het PHJP 2007-2013, bedragen gemiddeld € 200.000 per jaar. Vanwege dit budget kan slechts ingezet worden op een beperkt aantal speerpunten. Om dit budget gericht in te zetten dienen hier keuzes gemaakt te worden. Deze speerpunten zullfen in een vervolgnotitie benoemd en vertaald worden in concrete doelen en acties. Hierbij is het essentieel dat de beoogde doelen binnen de invloedssfeer van de provincie liggen, zodat ze meetbaar en afrekenbaar zijn. Het stimuleringsbeleid van de Provincie Overijssel zou een toegevoegde waarde moeten hebben naast het door LNV gevoerde beleid. Het is aantrekkelijk wanneer het provinciale beleid op het nationale beleid aansluit, versterkt en complementair is. Om overlap te voorkomen zou specifiek regionaal ingezet moeten worden. Dit kan bijvoorbeeld door de regelingen te richten op regionaie ketens of het specifiek aan te laten sluiten bij ander provinciaal beleid, zoals het RO beleid. Het stimuleren van biologische landbouw in kwetsbare gebieden is hier een voorbeeld van. Bij dit regionale beleid zou aansluiting gezocht kunnen worden op het LNV-speerpunt regionale kracht.
Evaluatie Plan van Aanpak biologische landbouw 2005-2007
17