Grensarbeiders Nieuwsbrief 2012
Wonen in België, werken in Nederland.
Een uitgave van: ACV Grensarbeiders Mgr. Broekxplein 6 3500 Hasselt Tel.: +32 (0)11 306000 Fax: +32 (0)11 306999 www.acvgrensarbeiders.be
1. Aftrek hypotheekrente en kiezen voor binnenlandse belastingplicht: wijzigingen op til! 2. Gevolgen Belgisch regeerakkoord voor grensarbeiders 3. Levensloopregeling fiscaal geregeld 4. Studiefinanciering bij werkloosheid 5. Nieuwe zitdagenregeling ACV Grensarbeiders 6. Nederlandse belastingaangifte inkomsten 2011 7. Toeslagen 2011 en 2012 8. Premies en belastingen in 2012
Deze nieuwsbrief wordt dit jaar voor het laatst per post toegezonden. Wenst u deze in de toekomst toch te blijven ontvangen, registreer u dan op onze website: www.acvgrensarbeiders.be. Als u niet over internet beschikt kunnen wij u bij wijze van uitzondering toch een papieren exemplaar bezorgen. Gelieve ons dit dan enkel schriftelijk door te geven onder vermelding van uw naam, adres en ACV lidnummer.
1. Aftrek hypotheekrente en kiezen voor binnenlandse belastingplicht: wijzigingen op til! Wat al een tijd in de lucht hing komt er nu op korte termijn aan: de keuzeregeling voor buitenlands belastingplichtigen om als binnenlands belastingplichtige behandeld te worden zal worden aangepast. Door het keuzerecht uit te oefenen kan een grensarbeider de hypotheekrente van zijn in België gelegen woning in Nederland op dezelfde manier als zijn in Nederland wonende collega fiscaal in mindering brengen. De keuzeregeling ligt al een aantal jaren onder vuur. Het begon allemaal met het arrest Renneberg in 2008 (zaak C-527/06), gevolgd in 2010 door de zaak Gielen (zaak C-440/08). Dit zijn allebei arresten van het Europees Hof van Justitie die in 2011 navolging kregen van de Rechtbank Breda . De Rechtbank Breda stelde niet alleen de zogenaamde terugploegregeling in vraag, maar ook het feit dat moest gekozen worden voor binnenlandse belastingplicht als een niet-ingezetene nagenoeg zijn hele inkomen (minstens 90%) in Nederland verdient. Tegen deze uitspraak is de Staatssecretaris voor Financiën pro forma in cassatie gegaan. Dit cassatieverzoek is inmiddels echter ingetrokken. Plots gaat het nu heel vlug. Op 23 februari jl is onderstaand nieuwsbericht verspreid door het Ministerie van Financiën: “Buitenlandse belastingplichtigen die 90 procent of meer van hun inkomen in Nederland verdienen, krijgen hun hypotheekrenteaftrek voortaan op dezelfde manier als inwoners van Nederland. Dit brengt voor met name grensarbeiders rechtszekerheid en een vereenvoudiging mee.Staatssecretaris Weekers van Financiën heeft daartoe besloten. De maatregelen worden binnenkort via een beleidsbesluit bekrachtigd. Een buitenlandse belastingplichtige die niet in Nederland woont, maar wel 90% of meer van zijn inkomen in Nederland verdient, heeft op grond van jurisprudentie van het Europese Hof recht op hypotheekrenteaftrek voor zijn buitenlandse woning. EU-landen zijn verplicht om dit soort aftrekposten te geven aan buitenlandse belastingplichtigen die zo’n groot deel van hun inkomen in dat land verdienen. Nederland kent daarvoor de zogenoemde keuzeregeling voor buitenlandse belastingplichtigen.
De maatregel van de staatssecretaris zorgt ervoor dat belastingplichtigen die voldoen aan de zogeheten 90%-eis nog wel gebruik moeten maken van de keuzeregeling, dus moeten kiezen dat ze als binnenlandse belastingplichtige aangemerkt willen worden, maar dat eenmaal verleende hypotheekrenteaftrek op grond van de inhaal- en clawbackregeling in de toekomst niet meer wordt teruggenomen. Nu is het nog zo dat het voordeel van de hypotheekrenteaftrek, die bij buitenlandse belastingplichtigen gezien kan worden als negatief buitenlands inkomen, in latere jaren alsnog verloren kan gaan. De staatssecretaris loopt met zijn beleidsbesluit vooruit op de definitieve beslissing over de toekomst van de keuzeregeling voor buitenlandse belastingplichtigen. Bij het Hof van Justitie van de EU lopen momenteel nog rechtszaken die mede van invloed kunnen zijn op de definitieve vormgeving van de regeling voor buitenlandse belastingplichtigen.” Het wegvallen van nadelige effecten zoals terugploegen en inhalen is zonder meer een stap vooruit. Grote vraag is echter met welke criteria de 90% eis zal ingevuld worden? Als het over de 90% eis gesproken wordt dan wordt daar in principe mee bedoeld: 90% van het gezinsinkomen. Als een grensarbeider alleenstaande of alleenverdiener is, dan is er geen probleem. Als de echtgenoot of partner echter eigen, niet Nederlandse inkomsten heeft, zal al vlug niet aan de 90% voorwaarde voldaan zijn. Indien de Staatssecretaris zijn besluit zal beperken tot 90% van het gezinsinkomen zullen duizenden grensarbeiders, ongeacht hun nationaliteit, hun hypotheekrenteaftrek in Nederland verliezen. Dat kan absoluut niet de bedoeling zijn en ACV Grensarbeiders roept de Nederlandse beleidsmakers dan ook op in het nog te nemen besluit rekening te houden met de realiteit. Die realiteit bestaat eruit dat in het overgrote deel waarin hypotheekrente wordt afgetrokken sprake is van gezinnen met gemengde inkomsten, deels uit Nederland, deels uit België. Hier geen rekening mee houden zou een nieuwe discriminatie in het leven roepen en zou absoluut onaanvaardbaar zijn. ACV Grensarbeiders volgt deze kwestie van zeer dichtbij op. Wij raden u aan de actualiteit te volgen.
Nieuwsbrief ACV Grensarbeiders maart 2012 - 1 -
ACV Grensarbeiders 2. Gevolgen Belgisch regeerakkoord voor grensarbeiders Ruim 500 dagen heeft het geduurd vooraleer in België een nieuwe federale regering werd gevormd. Een triest wereldrecord. In schril contrast daarmee staat de sneltreinvaart waarmee nu een aantal maatregelen worden doorgevoerd. Voor wie in België woont en in Nederland werkt zijn regelingen waarin zwaar wordt ingegrepen zoals tijdkrediet, loopbaanonderbreking, landingsbanen en brugpensioen wel bekend, maar niet relevant vermits men hier maar aanspraak op kan maken als men in België werkt. Wanneer het echter gaat over de hervormingen op het vlak van pensioenen en werkloosheid komen ook grensarbeiders in beeld. Als u als grensarbeider ontslagen wordt, dan heeft u immers geen andere keuze dan terug te vallen op het Belgisch werkloosheidssysteem. En als u met pensioen gaat, dan heeft u niet alleen Nederlandse rechten, maar ook Belgische. Binnen het Belgisch pensioenstelsel voor werknemers bestaat voor grensarbeiders immers een aparte regeling, het zogenaamde “complement grensarbeid” of grensarbeiderspensioen.
Werkloosheid Wie als grensarbeider volledig werkloos wordt heeft enkel en alleen recht op een Belgische werkloosheidsuitkering, ook al was men eerder sociaal verzekerd in Nederland en werd daar WW-premie afgedragen. De Belgische uitkeringen zijn qua duur wel langer dan deze in Nederland, maar behoorlijk lager. De hoogte is afhankelijk van de gezinssamenstelling (samenwonende met gezinslast,alleenwonende en samenwonende) en van het laatstverdiende loon. Het loon waarvan uitgegaan wordt is echter geplafonneerd tot ongeveer € 2.370 per maand. Dat vertaalt zich in een werkloosheidsuitkering die nooit meer kan bedragen dan € 1.422 gedurende de 1ste 6 maanden van de werkloosheid. Daarna neemt de uitkering af. De bruto-bedragen per categorie vanaf 1.2.2012 vindt u hieronder (bron: www.rva.be) Samenwonende met gezinslast is onder meer de gehuwde of samenwonende die alleenverdiener is of wiens partner een zeer klein inkomen heeft. Ook alleenstaande ouders met minstens 1 kind ten laste vallen hieronder. Samenwonende met gezinslast 1ste tot 6de maand 7de tot 12de maand vanaf 13de maand
MINIMUM MAXIMUM MINIMUM per dag per dag per maand 41,95 54,71 1090,70 41,95 50,99 1090,70 41,95 47,65 1090,70
MAXIMUM per maand 1422,46 1325,74 1238,90
Om als alleenwonend beschouwd te worden moet men effectief alleen wonen en een eigen huishouden voeren. Alleenwonende 1ste tot 6de maand 7de tot 12de maand vanaf 13de maand
MINIMUM MAXIMUM MINIMUM per dag per dag per maand 35,24 54,71 916,24 35,24 50,99 916,24 35,24 42,73 916,24
MAXIMUM per maand 1422,46 1325,74 1110,98
Met samenwonende wordt bedoeld de gehuwde of ongehuwd samenwonenden waarbij de andere partner eigen inkomsten heeft. Samenwonende 1ste tot 6de maand 7de tot 12de maand vanaf 13de maand
MINIMUM MAXIMUM MINIMUM per dag per dag per maand 26,42 54,71 686,92 26,42 50,99 686,92 26,42 31,77 686,92
MAXIMUM per maand 1422,46 1325,74 826,02
Wie ouder is dan 50 jaar en een beroepsverleden bewijst van meer dan 20 jaar komt na 1 jaar werkloosheid in aanmerking voor de zogenaamde anciënniteitstoeslag en dat leidt dan tot onderstaand resultaat.
Samenwonende met gezinslast
MINIMUM MAXIMUM MINIMUM MAXIMUM per dag per dag per maand per maand 43,97 52,23 1143,22 1357,98
Alleenwonende van 50 t/m 54 jaar van 55 t/m 64 jaar
MINIMUM MAXIMUM MINIMUM per dag per dag per maand 36,79 44,31 956,54 40,43 47,65 1051,18
MAXIMUM per maand 1152,06 1238,90
Samenwonende van 50 t/m 54 jaar van 55 t/m 57 jaar van 58 t/m 64 jaar
MINIMUM per dag 29,88 33,30 36,60
MAXIMUM per maand 929,24 1032,46 1135,68
MAXIMUM MINIMUM per dag per maand 35,74 776,88 39,71 865,80 43,68 951,60
Hetgeen volgt zijn de wijzigingen zoals deze voorkomen in het regeerakkoord. De grote lijnen liggen vast maar de concrete uitwerking moet nog gebeuren. Het is niet uit te sluiten dat er toch nog wijzigingen of aanpassingen zullen plaatsvinden. 1. de uitkeringen dalen naarmate de werkloosheid langer duurt, behalve voor - wie minstens 20 jaar heeft gewerkt. De voorwaarde van 20 jaar wordt jaarlijks met 1 jaar verhoogd tot 25 jaar in 2017. - gezinshoofden en alleenstaanden vanaf 55 jaar - tijdelijk werklozen en deeltijdse werklozen 2. het recht op anciënniteitstoeslag gaat pas in vanaf 55 jaar ipv nu vanaf 50 jaar. 3. de werkloosheidsuitkering in de 1ste drie maanden zal vanaf 1.1.2013 hoger worden. Wellicht gaan we dan naar een maximum van € 1.541 per maand (index 1.2.2012). 4. na 12 maand werkloosheid kan nog maximaal 36 maanden een verhoogde uitkering ontvangen worden voor wie geen 20 jaar tewerkstelling bewijst (oplopend tot 25 jaar). Na afloop komt men enkel nog in aanmerking voor een forfaitaire uitkering. 5. na uitputting van de 3de periode (maximaal na 60 maanden) is er niet langer gelijkstelling voor de pensioenopbouw op basis van het laatste loon, maar op basis van een minimumrecht per loopbaanjaar. Niet alleen de hoogte en duur van de werkloosheid worden aangepast, maar ook zullen er strengere normen gelden voor werkaanbod, controle en beschikbaarheid. Er wordt bijvoorbeeld extra ingezet op begeleiding van werklozen boven de 50. Sommige wijzigingen zullen naar verwachting pas ingaan vanaf 1.7.2012, andere vanaf 2013.
Pensioenen Voor alle duidelijkheid: als we het hebben over pensioen in België, dan bedoelen we daarmee het wettelijk pensioen. De term pensioen heeft in Nederland een andere betekenis dan in België en slaat op het aanvullend of bovenwettelijk pensioen dat via de werkgever wordt opgebouwd. Het wettelijk pensioen in Nederland is de zogenaamde AOW. Als grensarbeider bouwt u AOW op aan 2% per verzekerd jaar. Werkt u 30 jaar in Nederland dan heeft u tot nu toe 30 x 2 = 60% van de maximale AOW opgebouwd.Ingangsdatum van de AOW is nu nog 65 jaar, maar vanaf 2020 wordt dit 66. Vervroegen kan onder de huidige wetgeving niet. In België is het anders geregeld. Daar kan men als werknemer met pensioen vanaf 60 jaar op voorwaarde dat men een loopbaan bewijst van minstens 35 jaar. Ook buitenlandse tijdvakken tellen daarvoor mee.
Nieuwsbrief ACV Grensarbeiders maart 2012 - 2 -
ACV Grensarbeiders Vanaf 2013 wordt de pensioenleeftijd stapsgewijs opgetrokken naar 62 jaar en gaat de loopbaanvoorwaarde naar 40 jaar (tegen 2016). Langere loopbanen behouden hun rechten op 60 jaar na 42 jaar loopbaan en 61 jaar na 41 jaar. Tussen 2012 en 2016 evolueert de loopbaaneis als volgt: 2012: 60 jaar mits 35 jaar loopbaan; 2013: 60,5 jaar en 38 jaar; 2014: 61 jaar en 39 jaar; 2015: 61,5 jaar en 40 jaar; 2016: 62 jaar en 40 jaar. Rekening houdend met leeftijd en beroepsloopbaan kan men dus voortaan maar met pensioen gaan zoals hieronder weergegeven: Jaar leeftijd loopbaan 2012 60 jaar 35 jaar 2013 60,5 jaar 38 jaar 2014 61 jaar 39 jaar 2015 61,5 jaar 40 jaar 2016 62 jaar 40 jaar
uitzondering lange loopbanen 60 j. en 40 j.loopbaan 60 j. en 40 j. loopbaan 60 j. en 41 j. loopbaan 61 j. en 40 j. loopbaan 60 j. en 42 j. loopbaan 61 j. en 41 j. loopbaan
61 60 60 59 59 59 59 59
Oude Nieuwe Overgangs- regeling regeling regeling
34 34 33 36 35 34 33 32
58 58 58 58 58 57 57 57
Oude Nieuwe Overgangs- regeling regeling regeling
35 34 33 32 31 34 33 32
60 63 (+3) 62 60 64 (+4) 62 60 65 (+5) 62 61 65 (+4) 63 62 65 (+3) 64 60 63 (+3) 62 60 64 (+4) 62 60 65 (+5) 62
Grensarbeiderspensioen
In eerste instantie werd de pensioenhervorming aangekondigd zonder enig overleg met de sociale partners. Het aanhoudend vakbondsprotest heeft inmiddels gezorgd voor een versoepeling door het zogenaamd “vastklikken” van bestaande rechten. Wie aan de vooravond van zijn vervroegd pensioen staat, maar door de nieuwe maatregelen nu plots tot 5 jaar langer moet werken zal maar 2 jaar langer moeten werken. Concreet: als men 31 december 2012 tussen de 57 en 61 jaar is, kan men door 2 jaar langer te werken toch aan de loopbaaneis blijven voldoen. Stel dat u nu 59 bent, een loopbaan heeft van 34 jaar en vanaf 2013 het vervroegd Belgisch pensioen zou willen laten ingaan. Vermits u 38 jaar moet gewerkt hebben voldoet u niet aan de voorwaarden. Door de versoepeling kunt u vanaf 62 jaar toch met pensioen gaan. Onderstaand overzicht geeft de fasering weer rekening houdend met de versoepelingen. Leeftijd op Loopbaan 31.12.2012
Leeftijd op Loopbaan 31.12.2012
62 65 (+3) 64 61 65 (+4) 63 62 65 (+3) 64 60 63 (+3) 62 60 64 (+4) 62 60 65 (+5) 62 61 65 (+4) 63 62 65 (+3) 64
De nieuwe pensioenmaatregelen hebben ook gevolgen voor de datum waarop grensarbeiders hun Belgisch pensioen kunnen laten ingaan. Veel grensarbeiders hebben in het verleden wel ooit in België gewerkt, legerdienst gedaan of bijvoorbeeld een werkloosheidsuitkering ontvangen. Hoe kort de periode van Belgische onderwerping ook geweest is, de tijdvakken in kwestie leiden altijd tot een Belgisch pensioen. Dergelijk pensioen noemt men nationaal pensioen. Ook over de jaren die men als grensarbeider tussen België en Nederland gependeld heeft wordt echter een Belgisch pensioen toegekend, het zogenaamde grensarbeiderspensioen. België doet in feite alsof niet in Nederland maar wel in België gewerkt is. Tegenover ieder jaar staat een forfaitair loon en daar wordt dan een Belgisch pensioen over berekend. Van het grensarbeiderspensioen wordt afgetrokken de AOW ( op 65 jaar) en het eventuele nationaal pensioen. Het verschil wordt als complement door de Rijksdienst voor Pensioenen uitbetaald. Om recht te hebben op het grensarbeiderspensioen is het niet nodig dat men ooit in België gewerkt heeft. Wel moet er sprake zijn van een dienstverband als werknemer. Ambtenarentijdvakken worden niet meegeteld. Wie enkel en alleen het grensarbeiderspensioen ontvangt en geen nationaal pensioen, blijft verplicht zijn ziektebijdragen in Nederland te betalen en dat levenslang. Het grensarbeiderspensioen is een sociale , corrigerende maatregel die ook aan Belgisch kant bepaalde minimumrechten garandeert. Niet iedere grensarbeider heeft immers een behoorlijk aanvullend pensioen opgebouwd als aanvulling op de AOW Laat ons niet vergeten dat de AOW gebaseerd wordt op het minimumloon en niet op het werkelijke loon ! Een grensarbeider zal bovendien zelden of nooit een volledige AOW van 50 verzekeringsjaren kunnen bereiken. Wenst u meer te weten over alle specifieke maatregelen? Ga dan naar www.degevolgen.be, www.dealternatieven.be en www.dereparaties.be.
3. Levensloopregeling fiscaal geregeld. Belastingen De levensloopregeling die vanaf 2006 werd ingevoerd heeft bij grensarbeiders niet echt veel succes gekend. Inmiddels is deze vanaf 2012 weer afgeschaft. Wie echter op 31.12.2011 minstens € 3.000 op zijn levenslooprekening had staan kan onder de huidige voorwaarden blijven verder sparen. Naar schatting zo’n 190.000 verlofspaarders mogen blijven bijstorten. Over de levensloopregeling – initieel bedoeld om zelf te sparen om zijn loopbaan een tijdje te kunnen onderbreken, al of niet net voorafgaand aan het pensioen – heeft altijd een zweem van scepticisme gehangen. Zeker bij grensarbeiders was dat zo en dat vooral omwille van onduidelijkheid over de fiscale consequenties ervan. Die fiscale onduidelijkheid is na 5 jaar (!) eindelijk weggevallen door een overeenkomst
die België en Nederland over de levensloopregeling hebben gesloten. De overeenkomst dateert van 31 maart 2011 en is beide landen in de Staatscourant / Staatsblad gepubliceerd. Probleem was in feite dat het Belgisch wetboek inkomstenbelasting 1992 geen levensloopregeling kent. Nederland belast de aanspraken op levenslooptegoed niet, maar stelt de belastingheffing uit tot het ogenblik van uitkering. Het Belastingverdrag stelt dat wat Nederland niet belast, door België mag belast worden. Daardoor dreigde dubbele belastingheffing. Door de overeenkomst is deze dubbele heffing nu van de baan. België zal niet de levensloopuitkering zelf belasten, maar wel het rendement erover. De rendementsaangroei bedraagt 3% van het afgestane kapitaal. Nederland mag vervolgens enkel over het verschil belasting heffen.
Nieuwsbrief ACV Grensarbeiders maart 2012 - 3 -
ACV Grensarbeiders Vb: u heeft een levenslooptegoed van € 60.000 dat uitbetaald wordt over 3 jaar gespreid aan € 20.000 per jaar. België zal belasten: € 60.000 x 3% = € 1.800. Hierover is 15% belasting verschuldigd. Nederland zal heffen over : € 20.000 minus € 1.800 = € 18.200. Aan de tarieven van 2012 gerekend zou dit leiden tot een belastingheffing aan 1,95%. De overeenkomst bepaalt echter niet alleen de belastingheffing in de uitkeringsfase, maar ook in de opbouwfase. Nederland belast de aanspraken niet. Met andere woorden: werknemersbijdragen zijn aftrekbaar, werkgeversbijdragen zijn niet belastbaar. De Belgische personenbelasting kent echter geen regeling waarbij een deel van het loon belastingvrij kan gestort worden. Op de Belgische belastingaangifte moet daarom het fiscaal loon gecorrigeerd vermeld worden door de bijdrage gestort in de levensloopregeling bij te tellen. België zal vervolgens vrijstelling van belasting verlenen, maar wel gemeentebelasting aanrekenen, net zoals dit gebeurt over het reguliere loon. De regeling wordt enkel toegepast op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige, in te dienen bij de plaatselijke belastingcontrole. Als er géén beroep gedaan wordt op de regeling dreigen de opgebouwde aanspraken toch aan Belgische personenbelasting te worden onderworpen, terwijl op het ogenblik van uitkering ook nog een belasting als roerend inkomen zal verschuldigd zijn. Ook Nederland zal geen reden hebben om niet te belasten met dubbele belastingheffing tot gevolg.
Waar sociaal verzekerd? Het opnemen van het levenslooptegoed in grensoverschrijdende context is niet alleen fiscaal ingewikkeld, maar kan ook de toepasselijke sociale zekerheid doen veranderen. Van belang hierbij is de vraag of iemand na opname van het levens-
looptegoed nog terugkeert bij zijn werkgever, dan wel onmiddellijk erop aansluitend met pensioen gaat. Maakt iemand gebruik van de levensloopregeling tot aan zijn pensionering, dan wordt hij vanaf dag 1 beschouwd als postactieve. Er is dan geen verzekering meer voor AOW, ANW en AWBZ, noch is men verder verzekerd voor de zorgverzekeringswet. Wat ziektekosten betreft wordt men aangemerkt als verdragsgerechtigde en men zal verplicht zijn bijdragen te betalen aan het College voor Zorgverzekeringen. Gaat men echter na opname van het tegoed terug aan het werk in Nederland, dan blijft men in Nederland verzekerd.
Combinatie met Belgisch pensioen De levensloopuitkering wordt door de Rijksdienst voor Pensioenen beschouwd als een inkomen uit beroepsarbeid. Dat wil zeggen dat combinatie met vervroegd Belgisch pensioen mogelijk is, maar dat daarvoor de toegelaten grenzen en de aangifteverplichting aan de RVP moet gerespecteerd worden. Indien in het vervroegd Belgisch pensioen ook een component nationaal pensioen zit én in Nederland wordt niet meer effectief gewerkt, leidt dat er toe dat men via zijn Belgisch pensioen bij voorrang Belgisch ziekenfondsverzekerde wordt. De levensloopregeling is intussen, behoudens behoud bestaande rechten, op de schop gegaan. Vanaf 2013 komt er een nieuwe regeling in de plaats, het vitaliteitssparen. Men kan maximaal € 20.000 fiscaal gefaciliteerd sparen met een jaarlijkse maximum inleg van € 5.000. Fiscaal vertoont de nieuwe regeling raakvlakken met de levensloopregeling. Naar verwachting zullen de fiscale regels die nu voor de levensloopregeling gelden ook voor de vitaliteitsregeling van toepassing zijn, maar hierover moeten beide landen zich nog uitspreken.
4. Studiefinanciering bij werkloosheid ACV Grensarbeiders is erin geslaagd het Nederlandse Ministerie van Onderwijs,Cultuur en Wetenschap (OCW) te laten terugfluiten in een voor grensarbeiders belangrijke principiële kwestie. Kinderen van grensarbeiders hebben recht op Nederlandse studiefinanciering indien één van de ouders in Nederland werkt. Wat echter als die ouder zijn baan verliest en onvrijwillig werkloos wordt en een werkloosheidsuitkering uit zijn woonland ontvangt? DUO, de instantie die instaat voor de uitvoering van de studiefinanciering, trok in april 2009 het recht op studiefinanciering in voor twee kinderen van een grensarbeidster. Zowel de kinderen als de moeder hebben de Belgische nationaliteit. De moeder werd werkloos nadat ze ruim 38 jaar in Nederland had gewerkt en ontving een Belgische werkloosheidsuitkering. Twee jaar heeft het geduurd vooraleer resultaat werd geboekt, en daarvoor moest het ACV tot bij de Centrale Raad van Beroep, het hoogste Nederlandse rechtsorgaan in administratieve zaken gaan. Uiteindelijk volstond een tussenuitspraak van de Crvb van 8 juli 2011 om DUO en het Ministerie van OCW tot andere gedachten te brengen. Eerder had de Rechtbank in Groningen op 22 juli 2010 in hoger beroep DUO nochtans in het gelijk gesteld Het recht op studiefinanciering voor kinderen van grensarbeiders is pas tot stand gekomen na het zogenaamde arrest Meeusen van 8 juni 1999. Daarbij werd teruggegrepen naar de verordening nr 1612/68 en dan in het bijzonder artikel 7 lid 2 ervan. Dit artikel bepaalt dat een werknemer die onderdaan van een lidstaat is, op het grondgebied van
een andere lidstaat recht moet hebben op dezelfde sociale en fiscale voordelen als nationale werknemers. In de discussie met DUO/Ministerie van OCW was de vraag of een werkloze grensarbeider nog als werknemer in de zin van de verordening 1612/68 te beschouwen was. Volgens DUO niet, volgens ACV wel. Pas in hoger beroep heeft het ministerie naar aanleiding van vragen van de Crvb dit standpunt verlaten en toegegeven dat ook iemand die na het einde van zijn dienstbetrekking nog daadwerkelijk naar werk zoekt, als werknemer dient aangemerkt te worden. De Raad heeft daarbij aangegeven dat begrippen als” daadwerkelijk zoeken naar werk” en “naar behoren vastgestelde onvrijwillige werkloosheid” ook in eerdere Europese rechtspraak aan bod zijn gekomen en dat deze begrippen niet alleen aan de hand van de Nederlandse werkloosheidswetgeving mogen ingevuld worden. Daarbij mag niet volstaan worden met een beoordeling van het zoekgedrag naar werk dat zich zou beperken tot de Nederlandse arbeidsmarkt. Naar aanleiding van de tussenuitspraak van de Crvb heeft DUO de oorspronkelijke beslissing ingetrokken en blijft het recht op studiefinanciering behouden, ook als men een Belgische werkloosheidsuitkering ontvangt. Deze beslissing is voor grensarbeiders van groot belang. Niemand vraagt erom werkloos te worden en vervolgens door het recht op studiefinanciering te verliezen nog eens extra gestraft te worden! Het lijkt er overigens op dat Nederland op vrij korte termijn opnieuw zal teruggefloten worden, ditmaal door het Europees Hof van Justitie. Tegen Neder-
Nieuwsbrief ACV Grensarbeiders maart 2012 - 4 -
ACV Grensarbeiders land loopt namelijk een inbreukprocedure ivm de zogenaamde 3 uit 6 eis. Die komt er op neer dat men nog enkel studiefinanciering zou kunnen ontvangen als men in de laatste 6 jaar minstens 3 jaar legaal in Nederland heeft gewoond. Kinderen van grensarbeiders zouden aan die eis niet kunnen voldoen en dus niet langer aanspraak op studiefinanciering kunnen maken. Op 16 februari 2012 heeft de Advocaat-Generaal E.Sharpston conclusie gewezen en aan het Hof in overweging gegeven dat: “het Hof vaststelt dat het Koninkrijk der Nederlanden, door van migrerende werknemers en gezinsleden ten laste te vereisen dat zij aan een woonplaatsvereiste voldoen om in het kader van de Wet Studiefinanciering in aanmerking te komen voor studiefinanciering voor een opleiding in het buitenland, de verplichtingen niet is nagekomen die op hem
rusten krachtens artikel 45 VWEU en artikel 7, lid 2 van de verordening 1612/68 van de Raad van 15 oktober 1968 betreffende het vrij verkeer van werknemers binnen de gemeenschap.” Het is nu wachten op het arrest ter zake. ACV volgt dit verder voor u op. Noteer ook dat er nóg twee inbreukprocedures lopen tegen Nederland die voor (voormalig) grensarbeiders van belang zijn. Het betreft hier de zogenaamde tegemoetkoming chronisch zieken die Nederland weigert toe te kennen aan invalide grensarbeiders en om de afschaffing van de tegemoetkoming AOW voor wie gepensioneerd is en wiens inkomsten niet voor minstens 90% in Nederland belastbaar zijn. Wij raden u aan de actualiteit te volgen.
5. Nieuwe zitdagenregeling ACV Grensarbeiders Vanaf januari 2012 zijn de zitdagen waar u als ACV lid met gespecialiseerde vragen rond grensarbeid terecht kunt gewijzigd. Het namiddag- en avondgedeelte is in principe voorbehouden voor werkende grensarbeiders. Op deze zitdagen kan men terecht met vragen en problemen op het vlak van sociale zekerheid, belastingen en arbeidsrecht. Voor een werkloosheidsaanvraag
daarentegen dient men zich te wenden tot het ACV Dienstencentrum in zijn streek. De zitdagen vinden niet plaats gedurende de Belgische schoolvakanties, maar voor dringende kwesties kunt u dan uiteraard toch met ons contact opnemen. Het is niet omdat de zitdagen in de vakantieperiodes niet plaatsvinden dat ook de Dienst Grensarbeiders niet bereikbaar zou zijn.
Dag
Plaats
Uur
maandag
ACV dienstencentrum Bilzen, Stationlaan 44 Maaseik, Maastrichtersteenweg 17 Neerpelt, Norbertinessenlaan 1 ACV Kempen Turnhout, Korte Begijnenstraat 20
woensdag
ACV Dienstencentrum Genk, Dieplaan 19
donderdag
ACV Dienstencentrum Hasselt, Mgr Broekxplein 1 (gelijkvloers) 8u45 - 11u30
vrijdag
ACV Dienstencentrum Maasmechelen, Heirstraat 249
9u30 - 11u30 en van 15u30-18u30 9u30 - 11u30 en van 15u30-18u30 9u30 - 11u30 en van 15u30-18u30 9u30 - 11u30 en van 15u30-18u30 8u45 - 11u30
8u45 - 11u30
6. Nederlandse belastingaangifte inkomsten 2011 Voor het invullen van de Nederlandse belastingaangifte worden ook dit jaar aparte zitdagen georganiseerd. ACV leden grensarbeiders kunnen terecht op onderstaande data en plaatsen. 30 juni 2012 is de uiterste inleverdatum. Niet tijdig aangifte doen kan leiden tot een zogenaamde “verzuimboete”. Die bedraagt sinds 2010 minimaal € 226 en maximaal € 4.920. Men zal echter eerst altijd nog een aanmaning tot het indienen van de aangifte krijgen. Pas als daarop niet gereageerd wordt kan een boete worden opgelegd. Datum ACV kantoor te Woensdag 7 maart 2012 Tongeren, Elisabethwal 6 Woensdag 14 maart 2012 Maasmechelen, Heirstraat 249 Maandag 19 maart 2012 Turnhout, Korte Begijnenstraat 20 Dindsdag 20 maart 2012 St.Gillis Waas, Kerkstraat 20 Woensdag 21 maart 2012 Hasselt, Mgr Broekxplein 1 (gelijkvloers) Woensdag 28 maart 2012 Maaseik, Maastrichtersteenweg 17 Donderdag 29 maart 2012 Kalmthout, Kapellensteenweg 145 Woensdag 11 april 2012 Genk, Dieplaan 19 Woensdag 18 april 2012 Bree, Grauwe Torenwal 13 Donderdag 26 april 2012 Zelzate, Frantz Wittoucklaan 22/001 Woensdag 9 mei 2012 Bilzen, Stationlaan 44 Woensdag 23 mei 2012 Maaseik, Maastrichtersteenweg 17 Donderdag 31 mei 2012 Neerpelt, Norbertinessenlaan 1 Woensdag 6 juni 2012 Hasselt, Mgr Broekxplein 1 (gelijkvloers) Woensdag 13 juni 2012 Maasmechelen, Heirstraat 249
Uur 16-18 u 14-17 u 9u30-11u30 13u30 -17 u 15-18 u 14-17 u 14-17 u 13 -17 u 14-17 u 14-18 u 14-18 u 13u30-19 u 14-18 u 13u30-19 u 14-18 u 14-18 u
Opgelet! Op de gewone wekelijkse grensarbeiderszitdagen worden geen aangiftes ingevuld! Heeft u te maken met een M-biljet of de bijleenregeling? Neem dan contact met ons op voor een afspraak. Naast de gebruikelijke documenten zoals jaaropgave(s) en overzicht betaalde hypotheekrente verzoeken wij u zeker ook de print van verleden jaar voor te leggen! Belangrijk: fiscaal partnerschap Vanaf 1 januari 2011 kunnen ongehuwd samenwonenden niet zomaar meer kiezen voor fiscaal partnerschap. Ongehuwd samenwonenden die allebei op hetzelfde woonadres ingeschreven staan zijn alleen nog maar elkaars fiscale partner als zij aan een van volgende voorwaarden voldoen: - zij hebben een notarieel samenlevingscontract afgesloten - zij hebben samen een kind - een van de partners heeft een kind en de ander heeft dit kind erkend - zij zijn als partners aangemeld voor een pensioenregeling - zij zijn gemeenschappelijk eigenaar van de woning die het hoofdverblijf is. Wie eind uiterlijk eind 2011 aan één van de voorwaarden voldoet en al het hele jaar op hetzelfde woonadres ingeschreven is zal voor het hele jaar 2011 fiscaal partner zijn. Gehuwden en geregistreerd partners blijven ook na 1.1.2011 automatische elkaars fiscale partner.
Nieuwsbrief ACV Grensarbeiders maart 2012 - 5 -
ACV Grensarbeiders 7. Toeslagen 2011 en 2012 Niet alleen een aangifte inkomstenbelasting moet tijdig worden ingediend, dat geldt evenzeer voor de toeslagen waarop men als grensarbeider aanspraak kan maken. Veel grensarbeiders hebben recht op een of meerdere toeslagen, maar de toekenning ervan gebeurt helaas niet altijd automatisch, zeker niet als men niet in Nederland woont. Er zijn op dit ogenblik 3 soorten toeslagen waarvoor grensarbeiders in aanmerking komen: het kindgebonden budget, de kinderopvangtoeslag en de zorgtoeslag. Als men in 2011 al een toeslag ontving dan wordt deze in principe in 2012 automatisch verdergezet. Nieuwe aanvragen die betrekking hebben op het jaar 2012 kunnen worden ingediend tot 1 september 2013. Dit geldt voor alle toeslagen behalve voor de kinderopvangtoeslag. De kinderopvangtoeslag gaat maximaal terug tot de maand voorafgaand aan de maand waarin de aanvraag werd ingediend. Een aanvraag indienen in maart 2012 betekent dus dat het recht ingaat in februari 2012 en niet eerder. Toeslagen die op het jaar 2011 betrekking hebben kunnen nog worden aangevraagd tot 30 juni 2012 als u een verzoek tot het doen van een Nederlandse belastingaangifte 2011 ontvangen heeft. Is dat niet
het geval, dan moet de aanvraag vòòr 1 april 2012 binnen zijn. Voor alle toeslagen geldt als berekeningbasis het toetsingsinkomen. Het toetsingsinkomen is niet het bruto inkomen, maar wel het zogenaamde verzamelinkomen, na inbreng aftrekposten. Voor de zorgtoeslag ligt de inkomensgrens voor het jaar 2011 op € 36.022 voor een alleenstaande en op € 54.264 voor partners. Voor 2012 zijn de inkomensgrenzen verlaagd: naar respectievelijk € 35.069 en € 51.691. Maximum toeslag 2011 is € 835 voor een alleenstaande en € 1.753 voor een gezin. Voor 2012: respectievelijk € 838 en € 1.742. Kindgebonden budget wordt in principe automatisch toegekend als er recht op Nederlandse kinderbijslag bestaat. Als men Belgische kinderbijslag ontvangt is dat niet het geval. Of er recht bestaat op kindgebonden budget is afhankelijk van het aantal kinderen in het gezin en van het gezinsinkomen. Omdat Belgische kinderbijslag moet afgetrokken worden kan niet uitgegaan worden van het resultaat dat tot stand komt via een proefberekening die men kan maken op www.toeslagen.nl. ACV Grensarbeiders helpt u graag bij de berekening. Ook kinderopvangtoeslag loopt voor grensarbeiders niet van een leien dakje. Laat u ook hiervoor bijstaan om latere terugvorderingen te voorkomen. Meer info over alle toeslagen vindt u op www.toeslagen.nl.
8. Premies en belastingen in 2012. In onderstaande tabel vindt u het overzicht van de sociale zekerheidsbijdragen (“premies”) en belastingpercentages die vanaf 1.1.2012 van toepassing zijn. Premie volksverzekeringen 2012
Heffingskortingen 2012
AOW 17,9%
Algemene heffingskorting
€ 2.033
ANW 1,10%
Arbeidskorting maximaal
lagere hogere inkomens inkomens (-€ 45.178)
tot 57 jaar
€ 1.611
AWBZ
12,15%
Totaal 31,15% Over maximaal
€ 33.863
Maximum exclusief heffingskortingen
€ 10.548
€ 1.533
Inkomensafhankelijke combinatiekorting € 2.133 maximaal Alleenstaande ouderkorting
€ 947
Nederlandse belastingen 2012
%
Schijf 1
0 – 18.945
1,95 %
Aanvullende alleenstaande ouderkorting wordt geïntegreerd in de ouderkorting door een vermeerdering met maximaal € 1.319
Schijf 2
18.945 – 33.863
10,80 %
Heffingskorting niet werkende partner*
€ 2.033 maximaal
Schijf 3
33.863 – 56.491
42 %
Schijf 4
56.491 en meer
52 %
Ouderschapsverlofkorting
€ 4,18 per verlofuur
Werkloosheidspremie 2012
Belastingen én premie vv 2012
in €
Schijf 1
33,1 %
€ 6.270
Schijf 2
41,95 %
€ 6.258
Aanslaggrens
€ 45
Zorgverzekeringwet 2012
Teruggaafgrens
€ 14
Inkomensafhankelijke bijdrage werkgever 7,10 % over maximaal € 50.064
van 0 tot € 12.500
nihil
Nominale premie
per zorgverzekeraar verschillend indicatie: € 900 - € 1.100 per jaar
van € 12.500 tot € 25.000
0,20 %
van € 25.000 tot € 50.000
0,35 %
Nominale bijdrage meeverzekerde gezinsleden
€ 72,72 per maand (via CVZ)
van € 50.000 tot € 75.000
0,45 %
Eigen risico (vrijwillig)
van € 0 tot € 500
0,60 % tot € 1.040.000
Eigen risico (verplicht)
€ 220
Eigenwoningforfait 2012
€ 75.000 en hoger
WW premie werknemersdeel
0
Maximum dagloon uitkering ZW,WW,WIA,WAO
€ 191,82 per dag
*wordt vanaf 2009 afgebouwd over een termijn van 15 jaar met 6.67% per jaar waardoor er in 2012 maximaal € 1.493 kan worden uitbetaald. Maximale korting van € 2.033 blijft mogelijk indien de partner zonder inkomen geboren is vóór 1.1.1963. Ook als er kinderen zijn jonger dan 5 jaar en de partner is geboren tussen 1.1.1963 en 1.1.1972 is een hogere korting mogelijk (2012: max € 1.762)
Ondanks het feit dat deze nieuwsbrief met de nodige zorgvuldigheid is samengesteld, kunnen er geen rechten aan worden ontleend. Nadruk of verspreiding zonder toelating van ACV Grensarbeiders is verboden. Reacties zijn steeds welkom. Mail naar
[email protected]. Wenst u deze nieuwsbrief niet langer te ontvangen of bent u van adres veranderd, meld het ons!
Nieuwsbrief ACV Grensarbeiders maart 2012 - 6 -