Ruraal Netwerk 25 april 2013
GRASDUINEN IN HET GRAS GEBRUIKSDOELSTELLINGEN VAN GRAS VOOR LANDBOUW Geert Rombouts – Mathias Abts Departement Landbouw en Visserij Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling Voorlichting
Kenmerken gras met impact voor landbouw en milieu 1. Gras vormt een zode
Voorkomt veronkruiding Draagkracht Groot herstelvermogen
2. Gras vormt voortdurend nieuwe scheuten (groeipunt)
Verstikken vanaf stengelvorming
3. Blad is gaspedaal voor groei
Maximale groei bij lengte van 15 – 20 cm
4. Jong gras van goede soort heeft hoge voederwaarde
Minder celwanden ruwe celstof Meer goed verteerbare koolhydraten suikers
5. Beste gras groeit in het voorjaar
Veel licht + lage nachttemperatuur veel suiker Hoge temperatuur afbraak suiker + vorming lignine 2
Kenmerken gras met impact voor landbouw en milieu
6. Groei na winter begint met vorming wortels
°t + zuurstof + nutriënten nodig Diepte wortelgroei bepaald door niveau watertafel
7. Gras verbruikt veel water
1 kg DS = +/- 300 l water Veel gras in relatief natte zomers
8. Gras is een gulzige eter
Hoge gehalten in zeer jong stadium Bemesting fractioneren Opname van vroeg in voorjaar tot laat in najaar
9. Gras is belangrijke bron van plantaardig eiwit
Voorwaarde is voldoende aanbreng van stikstof Alleen goed te benutten door rundvee
3
Kenmerken gras met impact voor landbouw en milieu
10. Gras is positief voor klimaat
Opslag koolstof meerjarig grasland Ouder stengelig gras minder gunstig Meer eiwitrijk gras in rantsoen = minder import soja
11. Gras: één van de meest milieuvriendelijke teelten
Weinig gewasbescherming nodig Monocultuur geen probleem Weinig grondbewerking Grote weerbaarheid tegen erosie Landschappelijk aantrekkelijk Weinig gevaar voor verliezen nutriënten MAAR: - wel gevaar voor verliezen bij scheuren - veel bewerkingen bemesting en oogst 4
Graslandmanagement •
4-delige opdracht: •
Zorgen voor goede botanische samenstelling
•
Zorgen voor goede grasgroei
•
Bemesting Vlotte hergroei na oogst (groene stoppel)
Zorgen voor grote opname
•
Grassoorten met goede productiviteit, smakelijkheid, verteerbaarheid en voederwaarde Belang vernieuwing en onderhoud
Smakelijkheid groeistadium bij oogst
Zorgen voor goede benutting
Evenwichtig rantsoen energie – eiwit - mineralenr landbouw en milieu 5
Belang goed management • •
Jaarkost grasland maaien = 1685 euro Bron: kostprijsraming voedergewassen 2011 Opbrengst 10500 kg DS = aangenomen gemiddelde GOED 13000 12,96 90,72 331
Opbrengst DS/ha Kostprijs €c per kg DS X 7 kg DS/koe/dag Euro per jaar/koe
MATIG 10000 16,85 117,95 431
Verschil 100 euro x 75 koeien = 7 500 euro = 625 euro per maand
Opbrengst bepaalt kostprijs 6
Eigenschappen veel gebruikte grassoorten Bron: Beschrijvende en aanbevolen rassenlijst
Grassoort
Snelheid opkomst
Zode Smak vor- elijkming heid
ToleWinter rantie vastDroog- heid te
Tolerantie betreden
Verteerbaarheid
Eng.raai Laat
7
7
9
7
6
8
100
Eng.raai Vroeg
7
6
8
6
6
7
101
Beemdlang bloem
6
5
7
6
7
4
99
Timothee
4
7
10
6
10
7
98
Veldbeemd gras
2
9
8
8
10
8
90
Rietzwenk gras
5
6
6
8
-
6
96
7
Klant is koning Graskwaliteit bepaald door soort, bemesting, groeistadium en weer
Bron: brochure Melkveevoeding 8
Goede versus slechte graskuil Goede graskuil • • • • • •
•
Slechte graskuil
(/kg DS)
RE: 18,85 DVE: 100 1,95 DVE-melk OEB : 17 VEM: 997 2,26 VEM-melk SW: 2,5 45% graskuil; 55% maïskuil 2,4 kg eiwitcorrectie •
• • • • • •
•
85% sojaschroot 15% koolzaadschroot
(/kg DS)
RE: 12,9 DVE: 42 0,81 DVE-melk OEB: 15 VEM: 751 1,7 VEM-melk SW: 3,7 40% graskuil; 60% maïskuil 3,5 kg sojaschroot •
+ 1 kg tarwe
75 koeien, 200 dagen (1okt – 1mei) 21.900 kg sojaschr minder, 5.400 kg koolzaadschr extra) 15.000 kg tarwe minder,
9
Inpassen beheersgras •
Vergelijking opbrengst en kwaliteit 5b project 1998 – 2000 Reheul et al
•
10 percelen 3 objecten
-
- Praktijkuitbating (PU) - Weidevogelbeheer (WV) - Botanisch beheer (BB) Opbrengst en kwaliteit eerste snede PU
WV
BB
Ton DS/ha
5,4
7,4
7,7
VEM/kg DS
805
607
609
Gram RE/kg DS
137
64
61
Beheersgras niet geschikt voor hoogproductief vee Enkel bruikbaar voor laagproductieve dieren en zeer beperkt voor aanbreng structuurwaarde (SW) in rantsoen 10
Waarom kiest boer niet voor veel meer gras? •
Maïs en gras: het perfecte koppel • •
•
Maïs onevenwicht in voordeel van energie Gras onevenwicht in voordeel van eiwit
Gras bezorgt boer kopzorgen • • • • • •
Groot oogstrisico Sterk wisselende kwaliteit Vraagt veel aandacht Strenge bemestingsnorm N beperkt opbrengst en kwaliteit Niet interessant voor veel kleine kavels ver van huis Gras is bijna niet verhandelbaar
Goed gras is niet te koop 11
Om over na te denken…
•
Boer krijgt tegenstrijdige signalen van overheid en maatschappij •
Strenge bemestingsnorm
•
Beheersgras Permanent grasland Wansmakelijk gras Graag meer grasland
• • •
Weten ze eigenlijk wel goed …
< < < < < <
> import eiwit > kunstmest > methaanuitstoot > vruchtwisseling > dierenwelzijn > vegetarisme
… wat ze willen? 12
Enkele conclusies
•
Gras ≠ gras
•
Markt en beleid sturen naar meer gras
•
Meer gras kan alleen bij hoge productie en kwaliteit
•
Regelgeving is soms contraproductief
•
Rechtsonzekerheid vormt ernstige belemmering
13
Dank u
14