Fotografie: Ilja Huner www.ihnr.nl
Het beloofde een mooie dag te worden, de zon scheen op zijn best , de track was spectaculair aangelegd en de opkomst was goed. De entourage van Bikepark Spaarnwoude zo onder de vleugels van SnowPlanet was geweldig. Zo uitbundig aangekleed met spandoeken en vlaggen, met de juiste muziek door de speakers en het veelvuldige publiek, evenaarde het de sfeer van een grote DH wedstrijd. Vanwege de nieuwe wedstrijdindeling met de Super Run, de vijftien snelste tijden van de dag strijden aan het eind van de dag om de eervolle ‘King of the Mini’ status, was iedereen benieuwd hoe de Heren het zouden houden in de rechtstreekse strijd met de onbevangen Juniors en de sluwe Masters. Er stonden toch aardig wat snelle mannen op de startlijst. De meervoudig World Cup 4X finalisten Joey van Veghel en Daniël Prijkel kregen in hun eigen klasse tegenstand van locale favoriet Arthur Hommersen, de Oerman uit Groningen Wolter Wolters, Kevin den Beer en Funklasse winnaar van de laatst gehouden DirtMasters 4X in Winterberg, Tim van Esch. Bij de Masters vroeg iedereen zich af hoe goed tweevoudig Deutsche Meister Rene `Bald Eagle’ Mulderij nog was. En bij de Juniors was het de vraag hoe hard Henk Jan Lammersen, Tristan Botteram, Thomas Vis en Ramon Kroon waren gegroeid de afgelopen winter.
Tijdens de vrije trainingen zagen we veel juichende piloten voorbij komen, de track viel duidelijk in de smaak. Dat de moeilijkheidsgraad fors was bleek dan nog weer uit de grote hoeveelheid crashes. Spektakel was er in elk geval. Van de outsiders viel veteraan Mooij op, met zijn ijzervretende stijl leek hij behoorlijk snel te zijn op dit parcours.
Om 12u15 begon de 1ste Run. De commentator, Elias den Otter, was in vorm. Hij informeerde trefzeker , vertelde smeuïge anekdotes en mat de spanning in de wedstrijd breed uit. De sterrijders van deze dag werden al meteen nerveus door zijn aanstekelijke verwondering over de rappe tijden die de beste vier bij de Juniors reden. `De Juniors hebben zeker niet stil gezeten afgelopen winter’, aldus Den Otter. De spanning liep nog verder op toen de relatief onbekende Master, en naar het scheen flink geblesseerde Cyclo Sophia de snelste tijd tot dan toe noteerde. Sneller dan bewezen hardrijder Mulderij, en sneller nog dan de opvallend rappe tijden van de Juniors. Het duurde dan ook lang voordat één van de Heren zijn tijd wist te verbeteren. Even leek het erop dat Wolters dat als eerste ging lukken. Hij tripelde als enige de waves op het rechte pad met de stenen. Dat zag er sensationeel uit. Hij kreeg daarmee alle toeschouwers aan het juichen. Maar door de hoog opgelopen snelheid hield hij zijn laatste bocht niet meer. Uiteindelijk was het Van Esch, nog zwevend op zijn succes bij de Dirt Masters twee weken eerder, die als eerste onder de tijd van Cyclo dook. En pas aan het einde van de 1ste Run lukte dat nog vier heren. Duidelijk met minder verschil op Cyclo en Junior Lammersen dan dat iedereen had verwacht. Prijkel was de snelste geweest, Van Veghel die nog veel foutjes maakte stond op plek twee en locale favoriet Hommersen op drie. De meest opvallende run echter was de oorspronkelijke eerste run van Hommersen. Hij leek in die run van een andere planeet te komen, zo vreselijk rap vloog hij over de baan. Maar het noodlot sloeg toe voor hem, de tijdwaarneming haperde, de jury kon zodoende geen officiële tijd noteren. Hommersen moest zijn run over doen. Een zucht van medeleven trok over de heuvel. Tijdens zijn herkansing kon hij zijn sublieme eerste poging niet evenaren. Spijtig voor hem en zijn talrijk aanwezige fans. Maar het beloofde in elk geval wel vuurwerk voor de tweede run.
Tijdens de pauze zat de sfeer er goed in. Het was dikke pret bij SnowPlanet op het terras. Er werd uitbundig geluncht en iedereen was blij weer eens tijd door te brengen met alle DH vrienden vanuit heel Nederland. Sommige rijders maakte nog wat runs op zoek naar de snelste lijnen. Ergens in een hoekje zagen we Cyclo behandeld worden door aanwezig
fysiotherapeut Tim Binkhorst van Flow Fysio. Aan zijn grimassen te zien was bij Cyclo het beste er wel af. Van Veghel op zijn beurt zat bij zijn sponsors onder de tent nors voor zich uit te staren, zijn hele houding beloofde dat er wat aan zat te komen de 2 de Run. Hommersen maakte lol voor tien en leek op alle plaatsen tegelijk. Prijkel liep dan weer trots rond met Prijkeltje junior in de kinderwagen voor zich uit duwend, zoals altijd maakte hij zich nergens druk om. Om 15u15 begon de 2de Run. Al snel knalde Lammersen naar de 5de tijd van de dag. Omroeper Den Otter steeg zowat op. `Deze Junior gaat zich straks zeker bemoeien met het podium in de Super Run’, schreeuwde hij ons toe. Vis, Botteram en Kroon verbeterde zichzelf ook. Het publiek werd daarop steeds luidruchtiger. Geen van de Juniors kwam echter meer aan de tijd van Lammersen, die voor de gelegenheid rond reed met een tooi van gras op zijn helm als was hij een Apeldoornse Indiaan. Bij de Masters verbeterde Mulderij en Mooij zichzelf significant, terwijl Cyclo deze keer zijn normaal zo soepele rijstijl helemaal niet kon brengen. Toch bleef Cyclo met zijn eerste run de snelste Master.
Wij maakte ons op voor het klapstuk van de normale wedstrijd, de heren. Wolters ,deze keer wat berekenender, Peckelsen, Aarsman, Van Esch en Den Beer sloten zich aan bij de groep die zichzelf verbeterden. Maar geen van hen kon zich tussen de top drie van de 1ste run manifesteren. Met Hommersen in de baan hoopte iedereen dat hij nog een keer zo subliem kon zijn als eerder op de dag. Hij leek daar immers de snelste van allemaal maar de grote vraag was; of dat ook echt zo was geweest. Hoewel hij weer weergaloos frivool naar beneden danste en extreem hoog over de tafelschans bij de finish vloog verbeterde hij zichzelf nauwelijks. Prijkel op zijn beurt had zichzelf dan wel verbeterd maar heel fors was zijn verbetering niet. Van Veghel rook zijn kans. Hij pompte zichzelf flink op onder de IXS tent aan de start. Zoals wij hem kennen stond hij daar, vol zuurstof gesnoven, elke vezel in zijn lijf op spanning gebracht. Hij stoof er vandoor, ramde als een bezetene door de stoffige, gladde bochten. Hij trapte bij op plekken waar niemand anders dat kon en leek zowaar door de finish tafel heen te willen in plaats van eroverheen. Het bleek net genoeg te zijn. Hij verbeterde de tijd van Prijkel met 0.07 seconden. Den Otter schreeuwde het uit van opwinding, `Laat die Super Run maar komen’!
Na twintig minuten stonden de vijftien snelste van de dag weer boven bij de start. Prijkel keek uitdagend rustig om zich heen. Hij leek nog een geheim wapen achter de hand te hebben waarmee hij Hommersen en Van Veghel kansloos dacht te kunnen maken. Hoe dan ook stonden er negen Heren, twee Masters en vier Juniors opgesteld om door middel van één run te beslissen wie zich `King of the Mini’ mocht noemen vandaag. Het mooie van een finale op deze manier is dat iedereen weer met een schone lei begint. De piloten moeten het in deze ene run laten zien. De druk voor de favorieten ligt erin dat ze af kunnen gaan als ze fouten maken of erger nog dat één van de outsiders een gelukstreffer heeft. De druk voor de outsiders ligt erin dat de toeschouwers niets liever willen dan dat een van de outsiders kans ziet het podium te halen, de outsiders willen zichzelf dus van hun beste kant laten zien.
De Super Run begon lollig daar de jarige Mulderij niet had verwacht zich met zijn 45 jaar te kwalificeren. Hij meldde zich af omdat hij naar eigen zeggen al te veel bier had gedronken. Daarmee kwam er een plek vrij. De eerst volgende op de lijst was de 47 jarige Mooij. Ook Mooij had al flink aan het bier gezeten maar dat maakte volgens Mooij allemaal niks uit. Zo reden wij vroeger altijd DH races , vertelde hij. Hilariteit alom. Jammer genoeg bakte de benevelde Mooij er niks van. Botteram en Kroon hielden dan weer geen stand onder de druk van de finale , wat niemand deze jonkies kwalijk nam. Zij kwamen niet in de buurt van wat ze eerder deze dag lieten zien. Peckelsen, Witte, Aarsman, Wolters, Van Esch, Vis en Den Beer bleken wel bestand tegen de druk, zij reden representatieve tijden. Van de winnaars bij de Juniors en de Masters, Lammersen en Cyclo, hoopte iedereen op een uitschieter. Beiden zijn begiftigd met een behendige rijstijl dus het was zeker niet onmogelijk dat één van hen een podium plek wist te bemachtigen. Helaas wist Cyclo zich geen raad met zijn pijnlijke schouder en leek Lammersen iets meer onder de indruk te zijn van zijn kansrijke finale plaats dan goed voor hem was. De winnaar ging dus uit de top drie van de Heren komen. Hommersen startte als eerste. Hij zag er weer indrukwekkend uit. Den Otter en het publiek maakte kabaal voor tien. Maar Hommersen reed precies even hard als tijdens zijn runs. En of dat goed genoeg was….de spanning steeg. Wat gaat Prijkel doen? Hij keek zo rustig, zo zelfverzekerd. Er was iets wat hem rust gaf. In het publiek ging het verhaal rond dat Prijkel de hele dag al een
afwijkende lijn reed in de bocht voor het rechte stuk met de stenen en de waves. `Als hij deze lijn nu in de finale eindelijk echt onder de knie heeft dan gaat hij zeker winnen’, was de voorspelling. En inderdaad, Prijkel pakte zijn slim gevonden lijn perfect en knalde harder dan wie dan ook over de stenen en de waves. Verder maakte hij geen fouten en vloog hij gelijk Hommersen, huizenhoog over de laatste schans. Zo verpulverde hij de winnende tijd van Van Veghel van eerder op de dag met wel driekwart seconde. Den Otter gilde van plezier, hij praatte zo vol lof over Prijkels kunstje dat de druk op de schouders van Van Veghel met de seconde groeide. Boven op de start grid nam Van Veghel de tijd en zette zijn gebruikelijke `snuif’ ritueel in gang. Den Otter, die geen zicht had op de start, riep door de microfoon, `zou Van Veghel misschien al hebben opgegeven, of komt hij wel nog naar beneden knallen?’ Iedereen hield zijn adem in, hoeveel druk kan een mens verdragen? Van Veghel was onverstoorbaar, hij startte natuurlijk wel. En hoe. Als een opgejutte voetzoeker spoot hij over het bovenste gedeelte van de track. De stofwolken die hij opwierp leken wel twee keer zo groot als die van zijn tegenstanders. De slimme lijn die Prijkel had gebruikt leek hij niet nodig te hebben. Hier kwam de winnaar naar beneden knallen met een bombast waar elke actie held jaloers op zou zijn. Den Otter wist niet meer wat hij om moest roepen, hij sloeg nog slechts verbazende kreten uit. Van Veghel verdween als een bliksemschicht over de gap het dichte struikgewas in. Hij kwam er alleen niet meer uit. Wat een drama. Het publiek werd muis stil. Den Otter was de kluts kwijt. `Waar is Joey gebleven?’ Vijftien tellen later rolde Van Veghel van achter de struiken vandaan. De sporen van een crash waren duidelijk zichtbaar op zijn rug. Het publiek begon weer te juichen en bedankte Van Veghel uitbundig voor deze gedurfde run. En zo kwam het dat Prijkel `The King of the Mini’ werd, met Hommersen op plek twee en Van Esch op plek drie. We hebben een geweldige wedstrijd meegemaakt, vol spanning, drama en hilariteit. En het evenement zelf was weer gezellig als vanouds. Het blijft ons elke keer verassen wat een geweldige scene het toch is, de Nederlandse DH scene. Welnu, beste Mini Downhill Cup volgers;
De kop is er af, op naar #2 te Wijchen -28 juni-
Uitslagen klik hier Foto’s, zie 20 stuks op de pagina’s hieronder & klik hier voor nog meer Voor homegrown filmpjes klik hier & hier