Onderwijssecretariaat van Steden en Gemeenten van de Vlaamse Gemeenschap Ravensteingalerij 3 bus 7 1000 Brussel tel. 02/506 41 50 fax 02/502 12 64
[email protected] www.ovsg.be
Experimentele Muziek Raamleerplan Deeltijds Kunstonderwijs – studierichting muziek
mei 2011
1
Inhoudstafel 1. Inleiding 2. Doelstellingen 3. Gebruik van het leerplan 4. Materiële uitvoerbaarheid 5. Leerplan 6. Evaluatie
mei 2011
2
1. Inleiding Een eeuw geleden verklaarde het Futurisme de oorlog aan het onderscheid tussen muziek en lawaai en zette aldus een traditie van experimentele muziek in gang. Het verkennen, in vraag stellen en verleggen van de grens tussen zogenaamde 'muzikale' en 'onmuzikale' klanken is een onmisbaar onderdeel geworden van experimentele muziek. Wie aandachtig leert luisteren naar ruisgeluiden in onze omgeving of naar bijgeluiden van muziekinstrumenten ontdekt een rijke schat aan boeiende klanken. Niet enkel de klank an sich maar ook de structuren en vormen van een klankkunstwerk worden in experimentele muziek kritisch bekeken, uitgebreid en vernieuwd. Klankeigenschappen als timbre of densiteit doen dienst als bouwstenen voor composities of improvisaties en vervangen klassieke schema's gebouwd op motieven, harmonie en herhaling. Maar ook de maatschappelijke en de sociale functie van muziek -met zijn typische concertrituelenkan voor de experimentele musicus een terrein van actie vormen. Concerten vinden plaats op straat, uitvoerders wandelen door de gangen van een museum, artiesten creëren achtergrondmuziek voor luchthavens. Traktaten, manifesten en boeken van componisten als Edgar Varése, John Cage of Karlheinz Stockhausen getuigen van een rijkdom aan ideeën en dromen over een nieuwe plaats en betekenis van geluid en muziek in onze samenleving. Experimentele muziek is geen stijl of genre maar eerder een vruchtbaar principe dat steeds opnieuw andere muzieken genereert. Elektronische muziek en soundscapes zijn twee voorbeelden van klankkunsten die hun ontstaan grotendeels te danken hebben aan geluidsexperimenten in het verleden. Het aftasten van de muzikale grenzen bracht kunstenaars bovendien in contact met andere kunstvormen waardoor nieuwe mengvormen ontstonden als klankinstallaties, performance, muzikale happenings en live audiovisuals. Aangezien het deeltijdse muziekonderwijs tot nog toe hoofdzakelijk gericht bleef op het conventionele instrumentarium en de traditionele muzieknotatie, was het moeilijk om deze actuele muziekvormen een plaats te geven in de bestaande leerplannen. Dankzij de richting experimentele muziek krijgen leerlingen hogere graad nu de kans om in contact te komen met alternatieve muzikale uitdrukkingsmiddelen en om er vooral zelf mee aan de slag te gaan. Leerlingen met heel verschillende achtergronden en talenten kunnen hier hun gading vinden. In het experimenteren met klanken en klanktechnieken ontwikkelen ze intuïtieve, praktische en conceptuele vaardigheden. In het improviseren en het organiseren van geluid wordt hen de kans gegeven hun (artistieke) persoonlijkheid te ontwikkelen. Het is vanzelfsprekend dat technologieën als microfoons, elektronica en computers hun weg vinden naar deze optie want zij helpen bij het vinden en creëren van een nieuwe klankenwereld. Dat belet niet dat ook traditionele instrumenten kunnen ingezet worden, op voorwaarde dat steeds een experimenterende basishouding voorop staat. Vrije improvisatie, het toepassen van 'extended techniques', het koppelen van het akoestische instrument aan 'live electronics', het zijn allemaal voorbeelden van muziekpraktijken waarin het conventionele instrumentarium het voorwerp kan worden van muzikaal experiment. Samengevat kunnen alle vormen van muziek die relevant zijn voor de actuele kunst en die vertrekken vanuit een experimenterend principe, aan bod komen in deze optie. Daarmee is meteen ook één van de problemen verwoord waarmee we geconfronteerd werden bij het opstellen van dit leerplan. Het muzikale veld dat deze cursus bestrijkt, is enorm divers en vanuit haar toekomstgerichte karakter per definitie open en onbegrensd. Het spreekt voor zich dat de concrete leerinhouden zoals ze vermeld staan onder 'leerinhouden', nooit allemaal even uitvoerig aan bod kunnen komen in de tijdsspanne van een driejarige opleiding. Naargelang de competenties van de docent en de interesses en achtergrond van de leerling, zullen bepaalde leerinhouden meer aan bod komen dan andere.
mei 2011
3
We hebben getracht doelstellingen van algemene aard te formuleren die voorop moeten staan in de evaluatie van deze opleiding. Alle methodologische wenken en leerinhouden zijn te beschouwen als aan te raden, mogelijke wegen daar naartoe. We hebben gekozen voor een leerplan waarin veel mogelijk is, maar waarbij ook een overzicht van het actuele veld van de nieuwe muziek en geluidskunst wordt geboden. Het leerplan zoals dit voorligt, moet dan ook in de eerste plaats als een leiddraad of inspiratiebron voor de docent worden beschouwd. Daarmee willen we echter geenszins het belang van de diversiteit van de leerinhouden minimaliseren. Een optie waarin het experiment voorop staat, vraagt om een nieuwsgierige, open geest en een bereidheid onbekende paden te betreden. Dat geldt niet in het minst voor de betrokken docenten en vraagt om een uitwisseling van kennis en vaardigheden. We hopen met dit leerplan een eerste stap in die richting te hebben gezet.
mei 2011
4
2. Doelstellingen 1. De leerlingen kunnen een onderzoekende houding aannemen t.o.v. het sonore. 2. De leerlingen kunnen klanken/geluiden creëren en manipuleren. 3. De leerlingen hebben een basiskennis van elektronica, opnametechnieken en verwerking verworven. 4. De leerlingen kunnen klanken/geluiden organiseren en structureren. 5. De leerlingen hebben een besef van de inter -of multimediale dimensies van de muziekuitvoering. 6. De leerlingen hebben een basiskennis van muzikale of sonore interactietechnieken verworven. 7. De leerlingen raken vertrouwd met vrije improvisatie. 8. De leerlingen kunnen een instrumentaal ontwerp uitwerken. 9. De leerlingen kunnen zelfstandig een sonoor concept uitwerken. 10. De leerlingen ontwikkelen een persoonlijke klanktaal. 11. De leerlingen zijn in staat het muzikale experiment te plaatsen in de rijkdom van de muzikale tradities.
3. Gebruik van het leerplan
Dit leerplan is een graadsleerplan. Het leerplan is onderverdeeld in vier kolommen: o doelstellingen, o leerinhouden, o methodologische wenken, o literatuurlijst. Het leerplan is ingedeeld in een aantal hoofdstukken.
4. Materiële uitvoerbaarheid Het betreft de minimale materiële vereisten die noodzakelijk zijn voor een goede uitvoering van het leerplan. lokaal In het lokaal bevindt zich het nodige standaard didactisch materiaal:
een tafel stoel(en) aangepast aan de leerlingen in functie van het bespelen van hun instrument muziekstaander(s) spiegel (wenselijk) begeleidingsinstrument(en) (wenselijk) bord (wenselijk) geluidsinstallatie microfoon(s) mengpaneel computer(s)
materiaal per leerlingengroep De leerlingen staan zelf in voor de nodige accessoires die bij hun instrument horen. (voetensteun, rietjes, …)
mei 2011
5
5. Leerplan Doelstellingen
1. De leerlingen kunnen een onderzoekende houding aannemen t.o.v. het sonore.
Leerinhouden 1. GELUIDSLEER basisbegrippen akoestiek (klank als fysisch verschijnsel) klankperceptie (psycho-akoestiek)
Methodologische wenken
mei 2011
verbinden en onderscheiden van een fysische en perceptuele benadering van klank
exploratie van ruimtelijke akoestiek (bvb. binnenruimte, soundwalks, opnames maken van ruimtelijke akoestiek, ruimtelijkheid van dagelijkse geluiden,…) dagelijks geluid als klankobject: opnemen en beluisteren klankonderzoek van conventionele instrumenten via: extended techniques verschillende articulatiemogelijkheden gevisualiseerde opname (spectogram, envelope) elektronische manipulatie exploratie van de stem en van het lichaam (lichaamspercussie etc) onderzoeken van klankeigenschappen van ‘gevonden voorwerpen’ exploratie van elektronisch opgewekte klanken
literatuurlijst
Pierce, John: klank en muziek Raes, Godfried-Willem: Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 4 Schaeffer, Pierre: Solfège de l’Objet Sonore
Schnebel, Dieter: Maulwerke
bvb: onderscheid tussen absolute luidheid en ervaren luidheid, onderscheid tussen ruimtelijke opstellingen en de ervaringseffecten van die configuraties,…
6
2. INSTRUMENTALE KLANKTECHNIEKEN
2. De leerlingen kunnen klanken/geluiden creëren en manipuleren. (10.) De leerlingen ontwikkelen een persoonlijke klanktaal.
3. De leerlingen hebben een basiskennis van elektronica, opnametechnieken en verwerking verworven.
mei 2011
onderscheiden van actietypes en hun klankresultaat, onafhankelijk van een specifiek instrument toepassen van onconventionele klanktechnieken op een conventioneel instrument verwerven van een inzetbaar speeltechnisch repertorium
wrijven, slaan, raspen, ploffen, drukken, botsen,…
extended techniques, preparaties,…
(zie ook geluidsleer, methodologische wenken)
3. WERKING EN GEBRUIK VAN ELEKTRONICA hardware: werking en gebruik van elektronische apparatuur
computer en randapparatuur, mengpaneel, MIDI, bestaande instrumenten, sequencer, …
types van microfoons, microfoonopstellingen, voeding, versterking, balans,…
microfoons en luidsprekers
software: leren hanteren van bestaande audiosoftware, tekstueel programmeren van algoritmen
gecombineerde technieken, klankregie
Elsea, Peter: A primer on microphones Kreidler, J.: loadbang (Online pure data handbook) Raes, Godfried-Willem: Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 2
patch-work (lineair, real time) - Max MSP - pure data (open source) - audiomulch - plogue bidule - …
montageprogramma’s (non lineair, studiocompositie) - audacity (open source) - sonar - adobe audition - … (zie ook elektronische klanktechnieken)
7
9. De leerlingen kunnen een instrumentaal ontwerp uitwerken.
4. ELEKTRONISCHE KLANKTECHNIEKEN auditief leren herkennen van bepaalde types van klankmanipulatie
bewustwording van elektronische klankmanipulatie in de dagelijkse leefomgeving (reclame, gsm-tunes, …)
(2.) De leerlingen kunnen klanken/geluiden creëren en manipuleren.
bvb. ‘Mickey Mouse-effect’ = versnelde klankband
begrijpen van bepaalde types van klankmanipulatie
uitvoeren van bepaalde types van klankmanipulatie, analoog of digitaal
filtering, granulatie, ringmodulatie, spatialisatie, live electronics (gemengd akoestisch en elektronisch), uitvoering van bepaalde types van klankmanipulatie digitaal of analoog,…
elektronische klanktechnieken toegepast op akoestische instrumenten (live electronics)
toepassen via bestaande instrumenten (bvb theremins, audiocubes, kaosspad)
ruimtelijkheid, lichamelijkheid, gestiek, theatraliteit, … bestuderen van historische voorbeelden (intrumentaal theater etc.) klank-beeld, klank-choreografie, klankpoëzie,… maken van soundscape bij choreografie, film, …
Raes, Godfried-Willem: Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 4B
De Laet, Joris: Elektronische Muziek Technieken
5. MULTIMEDIA EN INTERMEDIA 5. De leerlingen hebben een besef van de inter -of multimediale dimensies van de muziekuitvoering.
studie van het multi –of intermediale potentieel van de muziekuitvoering exploratie van interdisciplinaire of transmediale mogelijkheden klankregie/sonorisatie in multimediale context
mei 2011
Raes, Godfried-Willem: Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 6 kri-kri
8
6. GELUIDSKUNST / INSTALLATIES / EXPERIMENTELE INSTRUMENTENBOUW 8. De leerlingen kunnen een instrumentaal ontwerp uitwerken.
sculpturale benadering van klank (zie ook multimedia) klank als een ruimtelijke materie instrumentenbouw (akoestisch of elektronisch) ontwerp van interactieve instrumenten
ontwerp van permanente of tijdelijke klankinstallaties ‘site-specific’werken: in openbare ruimten, open lucht, … instrumentenbouw als compositie: ontwerpen van een instrument, akoestisch, elektronisch of gemengd
Klankenbos (Neerpelt)
7. MUZIKAAL / ARTISTIEK
parametrische benadering van klank (ongeacht klankbron): a. toonhoogte/frequentie
b. toonduur/tijd in seconde
oefeningen, improvisaties of composities op basis van: a. niet-conventionele benaderingen van toonhoogte: - benadering van toonhoogte als een continuüm (bvb van vibrato tot glissando) - alternatieve stemmingen, zwevingen, beatings b. graduele fasering, polymetriek (metrische fasering), verschillende tempi tegelijkertijd, accel. en rit. tegelijkertijd, densiteit c.
c.
timbre/klankspectrum
d. luidheid/amplitude
e. ruimtelijkheid/spatialisatie
mei 2011
Wishart, Trevor: Audible Design. A plain and easy introduction to Sound Composition (met klankvoorbeelden)
klank als een complexe structuur, ruisklanken
d. spelen of improviseren op de grens van het hoorbare of verstaanbare e. alternatieve opstellingen, spatialisatie dmv ruimtelijk bewegende klankprojectie, spatialisatie dmv verplaatsing van de klankbronnen
9
ontwikkelen en bijsturen van het auditief herkenningsvermogen
grafisch dictee
ontwikkelen van de sonore verbeeldingskracht
aansporen tot spontane klankexpressies, willekeurige associaties, doorbreken van de conventionele muzikale reflexen door omkering, overdrijving en karikatuur, …
sonore retoriek en narratieve benadering van klank
groepsgericht musiceren en creëren
aandacht voor culturele klankreferenties en –associaties (klanken hebben altijd al een betekenis / lading) geconstrueerde klankidentiteit (binnen de muzikale tijd) transformaties van identiteit met behulp van klanktechnieken, interferenties, klankevoluties, … interactietechnieken, improvisatietechnieken, …
mei 2011
aanwakkeren van de zin voor conceptualiteit
ontwikkelen van een eigen artistieke visie / ontwikkelen van de zin voor esthetiek
vanuit een vooropgestelde materiaalbeperking in staat zijn om een nieuw muzikaal concept uit te werken (voorbeeld van een beperking: een ruimtelijke opstelling, een akkoord, een tijdsduur, een speeltechniek, …)
aandacht voor structuur, timing en verhouding evaluatie van het eigen concept op basis van uittesten, luisteren, spelen, …
10
8. LITERATUUR- EN MEDIASTUDIE 11. De leerlingen zijn in staat het muzikale experiment te plaatsen in de rijkdom van de muzikale tradities.
studie van: a. alternatieve notatiesystemen b. muziekfilosofie c. etnische en elektronische tradities
a. grafische partituren, tekstuele partituren, … b. c. organologie en muziekanalyse van etnische muziek elektronisch: akoesmatische muziek (muziek voor luidsprekers), musique concrète, DJ-praktijken (scratching, glitch, …)
Musée du quai Branly (Parijs)
d. futurisme, dada, Amerikaans experimentalisme, minimalisme, spectralisme, … sonore poëzie installatiekunst, kinetische kunst Harry Partch
ubuweb.com
e. alternatieve stemmingen
e. Just intonation
ursonate (K.Schwitters)
f.
f.
d. historische avant-gardes
Tingueley experimentele instrumentenbouw
- preparaties van akoestische instrumenten - analoog elektronische instrumenten - sensoren als muzikale besturingselementen (beweging, warmte, beeld, geluid, sonar en radar, …) - Low fi instrumentenbouw (parasietgebruik van elektronica, zelfbouw, …)
John Cage: prepared piano,… Theremin, trautonium Alvin Lucier: Music for solo performer (muziek met breingolven) Jaap Blonk: Messa di voce
mei 2011
11
6. Evaluatie Hogere graad
mei 2011
toonmoment van ongeveer 20 minuten, bij voorkeur bestaande uit minstens twee verschillende onderdelen (bvb een persoonlijk werk en een groepswerk, een compositie en een improvisatie, …) de leerling verdedigt zijn eigen toonmoment voor de jury dagelijks werk / evolutie leerling wordt opgenomen in het puntentotaal 2 externe juryleden
12