1 Durf Interviewen is een leuk vak. Als je belangstelling hebt voor wat er om je heen gebeurt en je kunt goed luisteren, gaat er een wereld voor je open. Iedere keer opnieuw ontdek je dat de mens toch weer anders in elkaar zit dan je had verwacht. Wat mensen beweegt en hoe verschillend iedereen tegen de dingen aankijkt, is het meest verrassende van het interviewen. Je weet nooit van tevoren hoe het gesprek zich zal ontwikkelen. Gedurende een kort moment word je deelgenoot van de gedachtewereld en het bestaan van een willekeurig iemand die je normaal gesproken nooit ontmoet zou hebben. Dat is spannend en het vergt een zeker inlevingsvermogen. Maar heb je dat dan is interviewen minder moeilijk dan het lijkt. Het aardige van het vak is dat je onder de mensen bent. Mensen vinden het leuk om hun mening te geven. Als de geïnterviewde eenmaal op zijn gemak is gesteld en het eventuele wantrouwen ten opzichte van de goede bedoelingen van de interviewster uit de weg is geruimd, komt het interview vanzelf op gang. Maar voor het zover is heeft de interviewster door haar persoonlijke benadering de weg geëffend voor een goed contact. Onder interviewers geldt niet voor niets dat binnenkomen de helft van het werk
is. Daar heb je aan de ene kant lef voor nodig, je moet niet met je pet in je hand om een gunst gaan vragen, maar aan de andere kant mag je ook weer niet te opdringerig zijn. Als de deur opengaat is het beter een stap achterwaarts te doen dan trachten de kier van de deur eigenmachtig te vergroten door het lichaam voorwaarts in stelling te brengen. En dan de eerste zin! Die is essentieel voor het contact leggen. Gaat die eerste zin de mist in, dan gaat de deur weer dicht. ‘Mag ik alstublieft?’ ’Nee.’ Over en sluiten! De kunst is om direct te overtuigen dat je iets komt brengen dat de moeite waard is. ‘U geeft uw mening en ik ga daar een half uurtje naar luisteren met als doel dat de wereld en de producten die wij hier maken een beetje beter worden. Uw mening telt!’ De manier van aanspreken en de eerste zin zijn bepalend voor de kwaliteit van het interview, maar ook de wijze van binnenkomen: een goede interviewster gaat niet uitgebreid om u heen zitten kijken en toont respect voor wat privé is. Op al dat soort dingen wordt geoefend. In de opleiding tot marktonderzoek interviewer wordt 1 dagdeel besteed aan het leggen van contacten. Dan moet u nog een flinke dosis gezond verstand hebben en u kunt ook interviewer worden. Uw mening telt!
2 Avontuur Het vak van enquêteur of interviewer is spannender dan het op het eerste gezicht lijkt. Iedereen heeft wel eens een enquêteur of enquêtrice op bezoek gehad. Gewapend met een ballpoint en een vragenlijst (of een portable PC) onder de arm. Eerste vraag: wat zijn uw voornamen en vervolgens werkt zo iemand de vragenlijst zo snel mogelijk af, want tijd is geld. Makkelijk zat. En misschien ging het vroeger ook wel vaak op die manier, maar tegenwoordig worden er aan het vak van enquêteur of interviewer duidelijke, specifieke eisen gesteld. De naam enquêteur of enquêtrice komt oorspronkelijk uit het Frans en kreeg in de loop der jaren een wat negatieve klank. Het werk stond niet hoog in aanzien en werd in het algemeen beschouwd als eenvoudig. De uitoefening van het vak is echter de laatste tien jaar sterk veranderd. De nadruk is vooral op het gesprek komen te liggen. Vandaar dat de naam veranderd is in interviewer. Een interviewster gaat iedere dag opnieuw op avontuur. Bij het mondeling onderzoek krijgt de interviewster behalve een vragenlijst ook een aantal adressen van respondenten opgegeven. De interviewster kan ook een startadres
opkrijgen en vandaar uit zelf de verdere steekproef trekken: bij elk zoveelste huisnummer aanbellen en bij een zijstraat naar links of naar rechts gaan. Dat maakt het extra spannend. Wie zal de interviewster thuis aantreffen? Wat voor mensen wonen er op het adres waar zij op het punt staan om aan te bellen en welke toon moet zij aanslaan om die mensen op hun gemak te stellen en eventuele vooroordelen weg te nemen. De getrainde interviewster legt keer op keer uit dat bij een marktonderzoekinterview er niets verkocht wordt. De interviewster heeft maar weinig tijd om het vertrouwen te winnen en de respondent op zijn gemak te stellen. Dat vergt improvisatievermogen, maar het is tegelijkertijd een uitdaging. Als het lukt en het interview loopt, geeft dat veel voldoening. En vaak levert het ook nog aardige contacten op. Je moet het dus leuk vinden om er op uit te gaan. Je bereidt je voor op het vraaggesprek, je maakt een plan waar en hoeveel adressen je gaat bezoeken en je gaat het onbekende tegemoet. Je kunt het werk dus heel goed plannen en het is nog zinvol werk ook, want uw mening telt!
3 Een goed gesprek Een goed gesprek zomaar op een doordeweekse dag met een onbekende, wanneer is u dat voor het laatst overkomen? Precies, dat kunt u zich niet een twee drie herinneren. Het overkwam mij onlangs. Ik was bezig mijn administratie op orde te brengen, toen er werd aangebeld. Een vriendelijke vrouw, het tegenovergestelde van het voettussen-de-deur-type, vroeg of ik aan een marktonderzoek wilde meewerken. Het hoefde maar tien minuten in beslag te nemen. In eerste instantie ben je geneigd om vriendelijk doch beslist te bedanken. Maar om de een of andere reden intrigeerde zij mij. Aan de ene kant drukte haar houding bescheidenheid uit, maar aan de andere kant kreeg ik de indruk dat zij precies wist wat zij van mij wilde weten en kon zij heel goed het belang van het onderzoek duidelijk maken. Het onderwerp van de enquête, de verkeersveiligheid binnen de gemeente, heeft mijn warme belangstelling en daar heb ik ook wel het een en ander over te vertellen. Neem alleen al die waanzinnige hoeveelheid verkeersdrempels waardoor je holderdebolder door de straten hopt. Dus het onderwerp zat wel goed, bovendien voelde ik me toch ook wel
gevleid dat er juist naar mijn mening werd gevraagd. Zo vaak gebeurt dat niet, want wie ben ik! Hoe dan ook, het werd een heel goed gesprek. Alle aspecten van de verkeersveiligheid zijn aan de orde gekomen. Zowel de verkeerstechnische als de psychologische factoren die van invloed zijn op het rijgedrag van de weggebruikers. En al maakte de interviewster gebruik van een vragenlijst, ik had niet de indruk dat het allemaal was voorgekauwd. In tegendeel ik kreeg de kans om haarfijn uit te leggen hoe naar mijn mening de verkeersveiligheid kan worden verbeterd. Ik heb mijn mening over marktonderzoek en in het bijzonder over interviewsters flink moeten bijstellen. En natuurlijk zal de gemeente, die de opdrachtgever van het onderzoek was, niet al mijn voorstellen zonder meer overnemen en natuurlijk zitten er ook wel een paar suggesties bij die niet haalbaar zijn, maar toch heb ik het idee dat het gesprek zinvol is geweest. Als de gemeente maar een fractie van mijn plannen overneemt zal de verkeersveiligheid in de gemeente een stuk toenemen En dan heb ik daar toch maar mooi een steentje aan bijgedragen. Uw mening telt!
4 Hoe komt u aan mijn adres? Al jaren geleden heeft men ontdekt dat met het interviewen van een relatief kleine steekproef toch een betrouwbaar beeld van de totale groep ontstaat. Maar dan moet de steekproef wel representatief zijn voor die groep. In onderzoek noemen we zo’n groep universum of onderzoekpopulatie. Bijvoorbeeld alle huisvrouwen van 30 jaar en ouder of alle gezinshoofden die in de Randstad wonen en een tweede huis bezitten. Soms krijgt de interviewer van het marktonderzoekbureau een aantal namen en adressen op van te interviewen personen oftewel respondenten. Anders dan bij het telefonisch en schriftelijk onderzoek, zoekt bij het face-to-face-interview de interviewer de respondent thuis op en stelt hem in een persoonlijk onderhoud de vragen. De steekproef is dan al samengesteld door het marktonderzoekbureau. Dat kan een aselecte steekproef zijn, waarbij iedereen binnen het universum dezelfde kans heeft om geïnterviewd te worden. Je krijgt dan een betrouwbare steekproef.
Soms krijgt de interviewer een instructie hoe hij of zij zelf een steekproef moet trekken. Bijvoorbeeld Random Walk. Vanaf een startadres moet telkens de derde bel worden ingedrukt. De Random Walk is voor de interviewer de meest spannende en uitdagende methode. Iedere kennismaking is een nieuw avontuur. Innemend zijn en opgewekt de mensen tegemoetkomen, iedere keer opnieuw. Een stap achterwaarts doen en de respondent een leuk halfuurtje aanbieden. Essentieel voor succes is de juiste benadering van het individu dat op dat moment in de deuropening staat. Dat is een kwestie van gevoel voor de situatie en natuurlijk moet de interviewer over een dosis mensenkennis beschikken. In nieuwbouwwijken met veel flatgebouwen is de Random Walk methode bij uitstek geschikt, maar probeer deze niet in Tietjerksteradeel toe te passen waar de boerderijen 10 km uit elkaar liggen, want dan kun je een aardig tijdje onderweg zijn! Uw mening telt!
5 Telefoondruk Telefoondruk, bestaat dat wel? En is het geen flauwe kul nu we steeds meer gebruikmaken van het zaktelefoontje? We willen toch zelf zo graag bellen en gebeld worden? Als je erbij wilt horen heb je een GSMetje en ben je continu bereikbaar voor je vrienden en kennissen. Even bellen dat je eraan komt. Even vragen hoe het gegaan is. Gebeld worden is fun en gezellig! Dat wil zeggen op je 06 nummer. Maar er bestaat wel degelijk telefoondruk die als hinderlijk wordt ervaren. Bij een onderzoek naar telefoondruk werd de geïnterviewde gevraagd hoe veel keer hij het afgelopen jaar dacht benaderd te zijn geweest voor deelname aan een telefonisch onderzoek. De uitslag viel gemiddeld veel hoger uit dan de mensen in werkelijkheid werden benaderd. Bovendien werd het meedoen vaak als negatief ervaren. Meer dan eens had men de indruk dat het niet zozeer om een onderzoek ging, maar vooral om iets te verkopen. Telefonische verkopen worden inderdaad regelmatig gevoerd onder het mom van: ‘Mag ik u een paar vragen stellen? Ik wil graag uw mening over een bepaald automerk weten?’ Het lijkt alsof men aan een telefonisch onderzoek meedoet, maar intussen heeft men de volgende dag een brochure in huis die met alle mogelijke verkooptrucs u probeert over te halen de auto in kwestie aan te schaffen.
Dat is geen goede ontwikkeling voor het telefonische marktonderzoek, waarbij het uitsluitend om uw mening gaat en niet om u iets te verkopen. De bereidheid om er aan mee te doen, wordt dan ook steeds geringer. Ook het feit dat men denkt vaker lastig gevallen te worden dan in werkelijkheid gebeurt, speelt daarbij een rol. Gemiddeld wordt een Nederlander vijf keer per jaar telefonisch benaderd: drie keer voor een telefonische verkoop en twee keer om mee te doen aan een telefonisch marktonderzoek. Dat valt dus nog al mee. Nu u dus weet dat u slechts twee keer per jaar lastig wordt gevallen voor deelname aan een onderzoek, kunt u ook wel besluiten om er aan deel te nemen. U moet alleen heel goed weten of u te maken heeft met een telefonische verkoop of een onderzoek. Enkele tips. Als u benaderd wordt moet u meteen vragen of het een marktonderzoek betreft of dat het om een telefonische verkoop gaat. Dan vraagt u de naam van het bureau en vervolgens vraagt u of er wat met uw naam en adres gebeurt. Uit de antwoorden zal blijken waar het de interviewer om is te doen. Is het duidelijk dat het om een bonafide onderzoekbureau gaat en dat uw deelname aan het onderzoek vertrouwelijk blijft, dan zult u in ieder geval niet lastig gevallen worden met allerlei aanbiedingen. Aarzel dus niet en doe gerust mee, want Uw mening telt!
6 Geen verkoop! De laatste tien, twintig jaar zijn steeds minder mensen bereid aan een marktonderzoek mee te doen. Daar liggen verschillende oorzaken aan ten grondslag. Vroeger bestond er geen twijfel over dat, als je met een enquête meedeed, de gegevens uitsluitend werden gebruikt voor het onderzoek. Telemarketing en telefonische verkooppraktijken werden nog nauwelijks toegepast. Dus als je benaderd werd om aan een onderzoek mee te doen hoefde je niet bang te zijn dat je eventueel te maken kon hebben met een wolf in schaapskleding, zoals die verkoper die je na een paar onschuldige vragen opeens een abonnement op een wereldtijdschrift wil aansmeren. Behalve dat je daar tegenwoordig zeer alert op moet zijn, is het aantal ongewenste telefonische benaderingen de laatste jaren behoorlijk toegenomen. Vooral telefonische verkoop maar ook telemarketing waarbij de antwoorden plus de naam en het adres van de geïnterviewde naar de opdrachtgever gaan, zorgen voor overlast. Advertentiefolders, aanbiedingen en verkoopbrieven vallen na een telefonisch contact met de regelmaat van de klok op de deurmat van de argeloze geïnterviewde. Een volgende keer kijk je wel uit om mee te doen. Jammer genoeg heeft ook het bonafide onderzoek daaronder te lijden, terwijl dat juist in het belang van de consument is! Onderzoek is
immers hét middel om er achter te komen welke producten of diensten gewenst zijn en aan welke eisen deze moeten voldoen. ‘Uw Mening Telt!’, het voorlichtingscentrum voor het markt- en opinieonderzoek is in het leven geroepen om te informeren over het vak onderzoek en over het werk van interviewers. Als mensen weten dat het om een serieus, toegepast wetenschappelijk onderzoek gaat, dat anonimiteit wordt gewaarborgd en dat verkoop niet in het geding is, zullen zeker weer meer mensen bereid zijn aan onderzoek mee te doen. Want het is toch leuk en zinvol om je mening te geven en te weten dat daardoor voorzieningen, diensten en producten aan de wensen van de mensen worden aangepast! Uw Mening Telt heeft samen met acht onderzoekbureaus een radiocampagne opgezet die van september tot december loopt. Gedurende tien weken is marktonderzoek dagelijks in voorlichtingspotjes op de radio onder het motto ‘doe je voordeel met je oordeel’. De boodschap wordt gedurende zes weken op de zakenmarkt gericht. In de overige vier weken wordt de consumentenmarkt, de ‘boodschappendoeners’ bestookt. Met telkens als leidmotief ‘geen verkoop en u blijft anoniem.’ Onderzoek is leuk en interessant. Het gaat over iets. Je kan je mening geven zonder dat het voor jou persoonlijk consequenties heeft én er wordt naar je geluisterd. Uw mening telt!
7 Anoniem Anonimiteit is bij marktonderzoek een dwingende voorwaarde. Deelname aan marktonderzoek is altijd anoniem, u kunt er op vertrouwen dat uw naam en adres niet naar de opdrachtgever gaan. Daarmee onderscheidt marktonderzoek zich op een bijzonder essentieel punt van telemarketing en telefonische verkoop. Bij de laatste twee zijn de gegevens van de geïnterviewde wel bij de opdrachtgever/leverancier bekend. De geïnterviewde is bij telemarketing en telefonische verkoop in de eerste plaats klant, potentiële afnemer. Bij marktonderzoek doet hij op anonieme basis mee aan een toegepast wetenschappelijk onderzoek. De opdrachtgever van het onderzoek wil er achter zien te komen hoe een bepaalde groep mensen over een product of een maatschappelijk verschijnsel denkt. De opdrachtgever kan een bedrijf zijn die een product op de markt brengt of wil brengen. Maar ook de overheid kan in de rol van opdrachtgever een onderzoek laten doen. Zij kan bijvoorbeeld geïnteresseerd zijn in de houding of de mening van een groep mensen ten aanzien van ontwikkelingen in de samenleving. In beide gevallen praten wij over markt- en opinieonderzoek en in beide gevallen geldt dat het onderzoek wetenschappelijk verantwoord moet zijn en dat de geïnterviewden anoniem blijven. De vraag is nu hoe wordt dat gegarandeerd door de
onderzoekswereld en hoe werkt het in de praktijk? In 1948 stelde de European Society for Opinion and Marketing Research (ESOMAR) een code voor de praktijk van het marktonderzoek op. Een aantal gedragsregels dus. 25 jaar later werden deze door de Internationale Kamer van Koophandel (IKK) in een Europese code samengevoegd tot de ESOMAR/IKK-code. Alle onderzoekbureaus en alle beoefenaars van het vak onderzoek houden zich nauwgezet aan de code, die uiteraard zo nu en dan wordt bijgeschaafd. Waarom is dat nu zo belangrijk? Omdat onderzoek in hoge mate afhankelijk is van het vertrouwen van het publiek. Onderzoek moet op eerlijke en objectieve wijze worden uitgevoerd, zonder opdringerigheid en zonder nadelige gevolgen voor degenen die inlichtingen verschaffen. De ESOMAR/IKK-code voorziet in een aantal artikelen hoe de anonimiteit van de respondent, de geïnterviewde, moet worden gegarandeerd. Na enige tijd moeten de namen én de adressen van de respondenten van de vragenlijsten worden gescheiden en worden vernietigd. Alleen bij vervolgonderzoek of nadrukkelijke toestemming van de respondent mogen namen en adressen worden bewaard. Het is ontoelaatbaar dat bestanden worden opgebouwd met kenmerken van respondenten die ooit bij een ander onderzoek gebruikt zouden kunnen worden. De onderzoekswereld houdt zich daaraan. En dat is maar goed ook, anders zou het vak van onderzoeker wel eens geen lang leven beschoren kunnen zijn. Uw mening telt!
8 Meten en begrijpen Marktonderzoek bestaat uit twee takken van sport: kwantitatief en kwalitatief onderzoek. Dat onderscheid heeft te maken met wat wij precies willen onderzoeken. Willen we weten hoeveel of hoe vaak iets plaatsvindt of gedaan wordt, dan zetten we een kwantitatief onderzoek op. En zijn we vooral geïnteresseerd in waarom iets gebeurt of wordt gedaan, dan kiezen we voor een kwalitatief onderzoek. Bij kwantitatief onderzoek zijn we vooral uit op het verzamelen en rangschikken van feiten. De cijfertjes. Meten is weten! Het onderzoek wordt gedomineerd door grafieken en statistiek. Om tot statistische betrouwbare resultaten te komen, moeten we een goede, precies te omschrijven, steekproef trekken. Willen wij bijvoorbeeld het autobezit (aantallen, merken, bouwjaar) in een bepaalde streek meten, dan zetten we een vragenlijst op met zogenoemde gesloten vragen. Dat wil zeggen de antwoordkeuze is beperkt. Er wordt ook verder niet doorgevraagd. We zijn dus alléén geïnteresseerd in hoeveel mensen een auto hebben, in welk merk ze rijden en hoe oud hun troetelkind is. De interviewer is tegenwoordig vaak uitgerust met een notebook. De vragen verschijnen op het scherm van de PC en de interviewer hoeft alleen de antwoorden nog maar in te toetsen. Thuis sluit hij zijn computer aan op het netwerk van het
onderzoekbureau en hij stuurt vervolgens de gegevens door naar de centrale computer die deze verder verwerkt. Overigens is ook telefonisch interviewen een veel gehanteerd middel bij het kwantitatief grootschalig onderzoek. Bij het kwalitatief onderzoek zijn we vooral geïnteresseerd in het waarom. Waarom heeft u die auto? Boodschappen doen, blits maken, voor het werk, om de ogen van de buurman uit te steken. In de vragenlijst zijn open vragen opgenomen. De interviewer moet doorvragen om achter de reden of de mening van de respondent te komen. Zijn rol als interviewer is van groot belang, want hoe meer de geïnterviewde het achterste van zijn tong laat zien, hoe waardevoller het interview. Het gaat om de psychologische motieven, het proces. Hier wordt het gevoel van de respondent blootgelegd! Maar het mag natuurlijk nooit een kruisverhoor worden. De geïnterviewde moet er aardigheid in hebben dat hij zijn mening kan geven. Kwalitatief onderzoek wordt in het algemeen kleinschalig opgezet, het beantwoorden van de vragen neemt vanzelf meer tijd in beslag. De groepsdiscussie, ook wel een rondetafel-gesprek, is een uitstekend middel om inzicht te krijgen in wat er bij de doelgroep leeft. Goed onderzoek heeft naast de cijfers altijd een kwalitatief aspect: meten én begrijpen. Uw mening telt!
9 Het Rapport Het is leuk om aan een onderzoek mee te werken. Als interviewer kom je met totaal verschillende mensen in gesprek. Soms zijn de omstandigheden alledaags, soms zijn ze bizar, maar er gebeurt altijd wel wat. Je hoeft je niet gauw te vervelen. Mensen geven vaak de gekste antwoorden. Zoals die oudere heer die met een breed gebaar de deur voor de interviewster opengooide en een uitnodigende buiging maakte alsof zij een belangrijke gaste was. De jonge interviewster enigszins van haar stuk gebracht, richtte zich wat verlegen tot hem: “Dag mijnheer, mag ik u een aantal vragen stellen in het kader van een marktonderzoek over voeding?” “Ach lieve kind,” barste de oudere heer: “spaar je de moeite. Ik vertel het je meteen wel: ik ben een liefhebber van gehaktballen met suiker.” De interviewster heeft zonder de vragenlijst af te werken, de papieren weer opgeborgen en hem nog een prettige avond toegewenst. Niet ieder contact leidt tot een goed interview. Gelukkig zijn er nog veel mensen die graag aan een onderzoek willen meedoen en de vragen ook serieus beantwoorden. En dat is maar goed ook, want per slot van rekening vormen al die interviews het basismateriaal van het onderzoek, dat in de vorm van een rapport aan de opdrachtgever wordt aangeboden. Maar eerst worden de door de interviewer ingevulde vragenlijsten op het marktonderzoekbureau gecodeerd en, meestal via de computer, verwerkt. Daarna worden de gegevens in
tabellen ondergebracht. In de inleiding van het rapport wordt door de projectleider van het bureau uitgebreid ingegaan op de probleemstelling: het hoe en waarom dus van het onderzoek. Hij geeft verder aan waarom voor een bepaalde methode van onderzoek is gekozen en hoe de steekproef is eruit ziet. Maar het gaat de opdrachtgever natuurlijk vooral om de hoofduitkomsten van het onderzoek. Deze worden in een aantal tabellen grafisch weergegeven. Daarna wordt het pak tabellen bewerkt tot enkele plaatjes, zodat de opdrachtgever in een oogopslag kan zien wat de belangrijkste resultaten zijn. Ook krijgt de opdrachtgever een toelichting op de tabellen en een aantal conclusies bij de uitkomsten. Het rapport maakt verder melding van de mate van betrouwbaarheid van de uitkomsten en tot slot is de complete vragenlijst als bijlage in het rapport opgenomen. Wetenschappelijk verantwoord onderzoek en gedegen rapportage zijn de peilers waarop markt- en opinieonderzoek in Nederland rust. De bureaus die bij de Vereniging van Marktonderzoekbureaus (VMO) zijn aangesloten, staan garant voor deze zorgvuldige aanpak. Als het aan de onderzoekswereld ligt blijft dit ook in de toekomst het uitgangspunt. Aan opdrachtgeverszijde wordt echter steeds meer waarde gehecht aan ‘snelle’ informatie. De uitgebreide rapportage mag dan later. Het snelle rapport zal dan vooral bestaan uit illustraties die de uitkomsten verbeelden met hooguit twee pagina’s samenvatting. Uw mening telt!
10 De marktonderzoeker Het vak markt- en opinieonderzoek behoort bij lange na niet tot de oudste beroepen van de wereld. Pas in de jaren dertig van onze eeuw kwam marktonderzoek met name in Amerika van de grond. Het marktmechanisme werd als instrument ontdekt om grote aantallen producten en diensten af te zetten. Maar dan moet je natuurlijk wel weten waar je potentiële afnemers belangstelling voor hebben. Ook in de politiek ontdekt men het grote belang van onderzoek. Wat wil de kiezer en met welke boodschap kan ik hem aan mij binden? Na de Tweede Wereldoorlog nam marktonderzoek onder invloed van de marketinghausse en de toename van de welvaart, iedereen werd een potentiële consument, een hoge vlucht. Nu is marktonderzoek als informatie-instrument niet meer in onze samenleving weg te denken. En daar komt nog bij dat marktonderzoek een leuk vak is. Je krijgt te maken met het gedrag van mensen dat altijd boeiend is en vaak onvoorspelbaar en iedere keer stuit je weer op de vraag waarom? Waarom zijn mensen zoals ze zijn en hoe is het zo gekomen? Markt- en opinieonderzoek is voor nieuwsgierige mensen met een warme belangstelling voor de medemens. Ze komen vaak voor verrassingen te staan en dat is eigenlijk wel zo aardig. Interviewster: “…dan waren dit al mijn vragen, ik wil je hartelijk bedanken voor je medewerking. Nog een prettige avond verder!” Respondent (jongetje): “Mevrouw?” Interviewster: “Ja.” Respondent: “Mag ik nog wat vragen?”
Interviewster: “Natuurlijk, ga je gang.” Respondent: “Krijgt u nooit eens verschrikkelijke pijn in uw tong van al dat praten?” Als je in het vak onderzoek verder wil is het goed om een tijdje de dagelijkse praktijk van het interviewen uit te oefenen. Pas dan merk je aan den lijve hoe er over onderzoek wordt gedacht en wat er allemaal bij komt kijken om een goed interview te maken. De basis van ieder onderzoek, het veldwerk, het verzamelen van de gegevens is niet de gemakkelijkste kant van het vak. Maar zover is het nog niet. Eerst moet je weten of je inderdaad geschikt bent voor het vak. Laten we zeggen: je bent HEAOer en je staat voor een belangrijke keuze in je leven. Als je voor marktonderzoek kiest, moet je tenminste aan de volgende eigenschappen voldoen. 1. Je hebt een brede belangstelling. Je staat midden in de maatschappij, je leest de krant en wat er om je heen gebeurt, vind je interessant. 2. Je bent nieuwsgierig van aard. Er gebeurt iets op straat in je buurt. Het eerste dat je je dan afvraagt is: wat is hier aan de hand en hoe kon het gebeuren? 3. Je moet kunnen praten en schrijven, want het is een verbaal vak. De boodschap moet goed overkomen. 4. Je beschikt over gezond verstand. Als je je hierin herkent, ben je beslist geschikt als marktonderzoeker. En wat het vak zelf betreft: het bestaat niet alleen maar uit cijfers en rekenmodellen, ook de psychologische aspecten zijn belangrijk. Samen maken ze marktonderzoek tot een leuk vak. Uw mening telt!