Onder de Vingers: de braille-aanwinsten. Inhoudsopgave: Deel 1: ‘De belevenissen van Ruben Jablonski’ van Edgar Hilsenrath. Deel 2: ‘Om niet te verdwalen’ van Patrick Modiano. Deel 3: Romans. 1: Detectives 2: Psychologische romans 3: Thrillers 4: Verhalen Deel 1: ‘De belevenissen van Ruben Jablonski’ van Edgar Hilsenrath. De Duitser Edgar Hilsenrath reconstrueert in het vermakelijke 'De belevenissen van Ruben Jablonski' zijn leven als Joodse vluchteling, voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. Jablonski heeft maar één doel: de ultieme gettoroman schrijven. 'Die Abenteuer des Ruben Jablonski' verscheen al in 1997, maar is nu pas in het Nederlands vertaald. Beter laat dan nooit. De Joods-Duitse schrijver Edgar Hilsenrath, geboren in 1926, is een van de beste naoorlogse Duitse schrijvers. In Vlaanderen is hij amper bekend. Ten onrechte. Hilsenraths meesterwerk 'Nacht', gepubliceerd in 1964, vormt de rode draad in het autobiografische 'De belevenissen van Ruben Jablonski'. In het boek volgen we de strapatsen van Jablonski, van kleine jongen tot de man die ervan droomt de ultieme roman over het leven in een Joods getto te schrijven. In de eerste hoofdstukken heerst vooral hoop bij de jonge Jablonski. Aan het einde van de jaren dertig verhuist hij met zijn familie van Duitsland naar Roemenië, omdat het voor Joden niet meer te harden is in Duitsland. In Roemenië is het beter. (citaat) 'Het maakte me gelukkig dat er nergens hakenkruisenvlaggen wapperden. De cynische praatjes waren gauw vergeten, evenals de dagelijkse pesterijen van de kleine Hitlerjongens in mijn klas.' (einde citaat). Het is knap hoe Hilsenrath de zorgeloosheid van de Joden in Roemenië beschrijft. Maar het geluk is kort. In 1941 trekt Duitsland Roemenië binnen. De Joden worden afgevoerd naar het oosten, richting Oekraïne. Ook Ruben Jablonski. Hij belandt in het getto van MogilvevPodolski in Oekraïne. Hilsenrath besteedt er in het boek niet zoveel aandacht aan. Jablonski's leven in het getto lijkt een passage die niet meer dan wat ongemak veroorzaakte. Maar het heeft wel zijn leven bepaald. Jablonski besluit schrijver te worden. Maar dat is moeilijker dan gedacht. Hilsenrath beschrijft hoe de Joden na de bevrijding eigenlijk van de regen in de drup belanden. Tijdens de oorlog op de vlucht voor de nazi's, na de oorlog op de vlucht voor de Russen. Die willen de Joodse vluchtelingen, zeker als ze ooit de Duitse nationaliteit hadden, als goedkope arbeidskrachten deporteren naar de Sovjet-Unie.
Jablonski besluit te vluchten naar Palestina, het Beloofde Land voor de Joden. Van schrijven komt eerst niet veel in huis. Jablonski heeft maar oog voor twee dingen: vrouwen versieren en een dak boven zijn hoofd vinden. Op zijn manier bespeelt Hilsenrath het thema van de wandelende Jood. Jablonski vindt nergens rust, wisselt voortdurend van job, vrouwen en verblijfplaats. Een paar keer ontsnapt hij aan de dood. Ontmoedigen laat hij zich nooit. Parallel met die microkosmos van Jablonski reconstrueert Hilsenrath de ontstaansgeschiedenis van Israël en de conflicten met de Arabische buren die dat teweegbrengt. Met die perfecte vermenging van het kleine leven in de grote wereld bewijst Hilsenrath wat een begenadigd schrijver hij is. Het boek had zwaar op de hand kunnen zijn, maar de zinnen dartelen over de pagina's. En de schrijver Jablonski? Die kan niet aarden in Palestina en zoekt zijn familie op die in Frankrijk is beland. Maar zijn vader ziet een carrière als schrijver voor zijn zoon niet zitten. (citaat) 'Zet dat schrijven maar uit je hoofd. Daarmee verdien je het zout in je pap niet. De kunst zal je van je zinnen beroven. Je wordt bontwerker.' (einde citaat). Het maakt Jablonski depressief en impotent, op zijn 22ste. Hij krijgt geen letter meer op papier. (citaat) 'Ik wilde schrijver worden, maar ik kan niet schrijven. Ik heb alle hoop opgegeven.' (einde citaat). Het tij keert, in 1949, als hij 'Arc de Triomphe' van Erich Maria Remarque leest. (citaat) 'Voor het eerst had ik gezien hoe iemand in uiterst bondige taal een sfeer neerzette, goede karakters creëerde, razend spannend vertelde en vooral dialogen schreef zoals ik ze nog nooit had gelezen. Dat bracht me op het idee mijn gettoroman ook zo te schrijven.' (einde citaat). Van dan af gaat het snel. De woorden stromen, de vrouwen belanden weer bij bosjes in zijn bed. Jablonski en Hilsenrath emigreren naar de Verenigde Staten. Daar vinden ze beide een uitgever voor de gettoroman 'Nacht', al heeft de publicatie heel wat voeten in de aarde gehad. Als u 'De belevenissen van Ruben Jablonski' uit hebt, wilt u natuurlijk meteen naar 'Nacht' grijpen. Maar mispak u niet. 'Nacht' doet pijn. Aan de ogen en de ingewanden. 500 pagina's lang lees je hoe mensen proberen te overleven. Je verneemt niets over hun verleden en hun toekomst. Je leest alleen hoe elk laagje van beschaving en mededogen onder lotgenoten verdwijnt als de klok rond moet worden gezocht naar eten en drinken. Onmenselijkheid is zelden zo treffend en aangrijpend geschetst. Amper te geloven dat Hilsenrath die gruwel zonder al te grote littekens heeft overleefd. (…) Edgar Hilsenrath. De belevenissen van Ruben Jablonski. 10 braillebanden. Boeknummer: 16379. Nacht. Beschikbaar in Daisy-luistervorm. Speelduur: 17 uur. Boeknummer: 17078. Deel 2: ‘Om niet te verdwalen’ van Patrick Modiano.
Telkens weer voert Nobelprijswinnaar Patrick Modiano zijn Parijs op als een tegelijk bevreemdende en vertrouwde schimmenwereld waar het goed dolen is. Dat is in zijn pas vertaalde nieuwe roman niet anders. Waar bevond Patrick Modiano zich toen hem de Nobelprijs werd toegekend? Toepasselijker kon haast niet: flanerend in een Parijse straat, waar hij nietsvermoedend telefoon kreeg van zijn dochter. Zijn eerste woorden: "C'est bizarre." Modiano bekende: "Ik had het totaal niet verwacht. En het was alsof ik buiten mezelf trad en naar een buitenstaander keek." De schrijver besloot verder te wandelen door Parijs, "om in de sfeer te komen". Net als zijn personages liet hij zich meevoeren door de maalstroom van de anonieme stad. Net als hen is Modiano een gepatenteerde achteromkijker. Vluchtig als ether dolen zijn scheppingen door een verdroomd Parijs. Het zijn dobberende schepen zonder kompas. Ze klampen zich vast aan details, aan namen én aan tijdelijke ankerplekken, zoals cafés, hotels en verlaten appartementen. Telkens loodst Modiano je met spaarzame maar meerduidige zinnetjes naar het perpetuum mobile van zijn oeuvre. En hoe meer romans je van hem leest, hoe sterker je de samenhang ontdekt. Sinds zijn debuut ‘La place de l'étoile’ uit 1968 voert Patrick Modiano al bijna dertig boeken lang dit subtiele schimmentheater op. In zijn eerste prangende romans als ‘La Ronde de Nuit’ (1969) en ‘De ringboulevards’ (1972) is de bezettingsperiode manifest en verbeten aanwezig. Vanaf ‘Villa Triste’ (1975) nemen weemoed en desolaatheid de overhand. Als een snuffelende hond drentelt Modiano rond de residu's van zijn bezwaard verleden, maar de toon is milder, zoals in ‘La petite bijou’ (2001) of het prachtige ‘Dans le café de la jeunesse perdue’ (2007). In zijn zopas vertaalde nieuwe roman, die welgeteld één maand verscheen voor zijn onverhoedse bekroning met de Nobelprijs Literatuur, zijn alle thema's, motieven, obsessies en spiegeleffecten weer omnipresent. Ook hier wandel je mee door een vibrerende schaduwmetropool, die zowel een unheimische angst als een troostende vertrouwdheid biedt. De uitgangssituatie is een kolfje naar de hand van Modiano. Er is een vage, sinistere dreiging die een inzinking veroorzaakt bij het hoofdpersonage. Ditmaal volgen we Jean Daragane, een gedesillusioneerde oudere schrijver die zijn dagen slijt in zijn kantoor, mijmerend over de dingen die voorbij zijn. Vaak voelt hij de behoefte zich 'los te maken' van de mensen of zijn gezelschap. Houvast vindt hij tijdens het staren naar bomen en het lezen van de ‘Natuurlijke historie’ van Buffon: 'Je vestigt je blik op een grasspriet, een boom of de blaadjes van een bloesem alsof je je vastklampt aan een reddingsboei.' Het verleden legt opnieuw een grijpgrage hand op zijn schouder wanneer hij opgebeld wordt door de opdringerige Gilles Ottolini, weer zo'n louche figuur waar Modiano het patent op heeft. Het telefoontje is 'als de beet van een insect waar je aanvankelijk weinig last van hebt'. Ottolini heeft in de restauratie van het Gare de Lyon het adresboekje van Daragane teruggevonden. Ottolini wil hem het schrift per se persoonlijk overhandigen. Hij laat zich daarbij vergezellen door Chantal Grippay, zijn vriendin met 'de brede jukbeenderen en de schuinstaande ogen'.
Het tweetal lijkt Daragane in het nauw te drijven tijdens deze lange en hete nazomer 'waarin alles in het luchtledige hangt'. Fanatiek zijn ze op zoek naar informatie over een zekere Guy Torstel, van wie de naam voorkomt in de roman van Daragane, ‘De duisternis van de zomer’, én in zijn adresboekje. Maar Daragane tast grotendeels in het duister over de herkomst van de naam, hoe dicht Ottolini hem ook op het vel zit. Gaandeweg krijgt de roman de tinten van een misdaadverhaal, maar Modiano speelt voortdurend met ons verwachtingspatroon. Het is hem wel degelijk om iets anders te doen: 'Een boek schrijven was voor hem ook een manier om lichtsignalen of morseseinen uit te zenden, gericht aan bepaalde mensen van wie hij niet wist wat er van hen was geworden'. Talloos zijn de sleutels die Modiano ons aanreikt. Waarom verliezen Modiano's personages telkens vaste grond onder hun voeten en raken ze verstrikt in het vangnet van het verleden? Omdat de protagonisten evenzovele afspiegelingen vormen van zijn verwarde jeugd, als zoon van de Antwerpse tweederangsactrice Louisa Colpeyn en de Italiaanse Jood Albert Modiano, die in schimmige zaakjes was verwikkeld. Verdwijnen is hun ultieme noodsprong: 'Hij kende in Parijs een groot aantal gebouwen met twee uitgangen, zodat hij zijn gezelschap eventueel altijd kon afschudden.' Dankzij het fluïdum van Modiano's stijl raak je voorgoed ingesnoerd in een Paris éternel. En voor de afwikkeling van deze delicate roman past slechts een royale buiging. (…) Patrick Modiano. Om niet te verdwalen. 5 braillebanden. Boeknummer: 16383.
Deel 3: Romans. 1: Detectives Philip Kerr. De vrouw van Zagreb. Vertaald uit het Engels. In opdracht van Goebbels gaat Bernie Gunther naar Zagreb om de vader van een filmster te zoeken. 18 braillebanden. Boeknummer: 16398. Arnaldur Indridason. Erfschuld. Vertaald uit het IJslands. Een gepensioneerde politieman in Reykjavik onderzoekt de moord op een oude man die krantenartikelen bewaarde over een moord uit de oorlogsjaren. 11 braillebanden. Boeknummer: 16399. Jodi Picoult. Zoals de wind waait. Vertaald uit het Engels. Tien jaar na de verdwijning van haar moeder gaat een 13-jarig meisje met hulp van een paragnost en een detective naar haar op zoek. 19 braillebanden. Boeknummer: 16415. 2: Psychologische romans
Gretel Van den Broek. Drie dokters. Er zijn vele antwoorden te bedenken op vragen naar zin en waardigheid van het bestaan. Het hoofdpersonage in drie dokters zoekt maar vindt ze niet. De zwaarte van haar werk bij mensen met dementie, de snijdende pijn van een affaire en opgekropte woede brengen haar tot op de rand van het klif. Ze gaat naar drie dokters om haar verhaal te vertellen, de wettelijk voorgeschreven route om een 'ja' te krijgen voor euthanasie wegens ondraaglijk psychisch lijden. 3 braillebanden. Boeknummer: 16364. Paul Claes. Plastic love : idylle. Een leerlinge aan een meisjesschool komt erachter dat een leraar wiskunde een verhouding heeft met een collega en zet hem onder druk. 8 braillebanden. Boeknummer: 16342. Sofi Oksanen. Als de duiven verdwijnen. Vertaald uit het Fins. Het leven van twee neven, de een idealist, de ander collaborateur, in Estland in de periode 1941-1966 toen het land afwisselend werd bezet door de Sovjets en de nazi's. 14 braillebanden. Boeknummer: 16355. 3: Thrillers Louise Doughty. Laat me niet los. Vertaald uit het Engels. Een intelligente, getrouwde vrouw van middelbare leeftijd heeft in een opwelling seks met een onbekende man en ervaart de desastreuze gevolgen ervan. 19 braillebanden. Boeknummer: 39744. Sharon Bolton. Nachtmerries. Vertaald uit het Engels. De universiteit van Cambridge wordt geteisterd door een verontrustend groeiend aantal zelfmoorden van studenten. Rechercheur Mark Joesbury leidt het onderzoek en moet meer slachtoffers voorkomen. Daarvoor zet hij de jonge en gedreven politieagente Lacey Flint in, die undercover als onzekere studente in het campusleven duikt... 20 braillebanden. Boeknummer: 39754. Nicci French. Donderdagskinderen. Vertaald uit het Engels. Wanneer een oude schoolvriendin bij Frieda aanklopt omdat de problemen met haar onhandelbare dochter haar boven het hoofd groeien, besluit Frieda haar te helpen. De gesprekken die Frieda met Becky heeft, roepen herinneringen bij haar op. Ze raakt er langzamerhand van overtuigd dat hun hetzelfde is overkomen; sterker nog, dat zij beiden slachtoffer zijn van dezelfde dader. 19 braillebanden. Boeknummer: 40099. Roger Jon Ellory. Bekraste zielen. Vertaald uit het Engels. De halfbroertjes Clarence en Elliot wonen in een weeshuis sinds hun
moeder door geweld omkwam. Hun veilige leven neemt een bizarre wending wanneer ze gegijzeld worden door een veroordeelde moordenaar en psychopaat van het ergste soort. Het trio trekt door Californië en Texas, op de vlucht voor de autoriteiten. De jongens worden geconfronteerd met een groeiende stroom van geweld waar ze beiden totaal anders mee omgaan. De keuzes die ze maken zullen hun levens voor altijd veranderen, evenals hun onderlinge relatie. 18 braillebanden. Boeknummer: 16269. Ludo Enckels. De mayonaisemoorden. Hasselt wordt opgeschrikt door een buitengewoon brutale moord. Op de vijfde verdieping van het nieuwe gerechtsgebouw vindt een bouwvakker het zwaar toegetakelde lichaam van de 17-jarige Yusuf Hallil. De jongen is van Marokkaanse afkomst, zo blijkt, en woonde in een sociale woonwijk met een niet al te beste reputatie. De huid van Yusufs gezicht glimt vreemd in de voorjaarszon. Het onderzoek wijst uit dat de glimmende substantie mayonaise is. Gaat het om een racistische moord of om een afrekening in het milieu? De vreselijke misdaad verhit de gemoederen binnen de allochtone gemeenschap. Ook de verhoudingen binnen het Hasseltse politiekorps worden op scherp gesteld. Het verschil in visie leidt tot een bittere interne strijd. 16 braillebanden. Boeknummer: 16271. 4: Verhalen Justine Le Clercq. Wegens geluk gesloten. Verhalen over daklozen en andere buitenstaanders en verliezers in de hedendaagse samenleving. 7 braillebanden. Boeknummer: 34644. J. Bernlef. Wit geld. Verhalen waarin personages de verwachtingen die zij koesteren niet waar kunnen maken. 9 braillebanden. Boeknummer: 40115. Sandro Veronesi. Grote reizen, kleine reizen : totdat je hart geheel vervuld is. Vertaald uit het Italiaans. Persoonlijk reisdocument. Veronesi die o.a. Moskou, Londen, Amsterdam, Lissabon en New Orleans bereist, beschrijft nieuwe ontdekkingen en oude mythen. 10 braillebanden. Boeknummer: 40116. Tinneke Bennema. Welkom in het paradijs. Bundel verhalen over het dagelijks leven van Palestijnen. 7 braillebanden. Boeknummer: 40241.