Visitatie Actuariële Wetenschappen
De opleiding Master na master in de Actuariële Wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel Verkorte procedure
www.vlir.be Brussel-december 2010
Exemplaren van dit rapport kunnen verkregen worden op het VLIR-secretariaat. Ravensteingalerij 27, 1000 Brussel. T 02 792 55 00 - F 02 211 41 99
[email protected] Het rapport is elektronisch beschikbaar op www.vlir.be Wettelijk depot D/2010/2939/11
Inhoud
p 4
Deel 1 Algemeen deel
p 5
I
p 7
II Tabel met scores, onderwerpen en facetten
p 8
Deel 2 Opleidingsrapport
De onderwijsvisitatie Actuariële Wetenschappen
Bijlagen p 10
Bijlage 1 Personalia van de leden van de visitatiecommissie
p 11
Bijlage 2 Bezoekschema
3
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL
Deel 1 Algemeen deel
I
De onderwijsvisitatie Actuariële Wetenschappen
1. Inleiding In het najaar 2007 heeft de visitatiecommissie Statistiek – Financial and Actuarial Engineering, in opdracht van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR), de academische opleidingen Actuariële wetenschappen aan de K.U.Leuven en de Vrije Universiteit Brussel gevisiteerd, evenals de opleidingen Statistiek aan de K.U.Leuven en de UHasselt. Dit initiatief kaderde in de werkzaamheden van de VLIR op het vlak van de externe kwaliteitszorg, waarmee de Vlaamse universiteiten gevolg geven aan de decretale verplichtingen terzake. De bevindingen, conclusies en aanbevelingen van de visitatiecommissie werden vastgelegd in een rapport “De onderwijsvisitatie Statistiek – Financial and Actuarial Engineering: Een evaluatie van de kwaliteit van de opleidingen Statistiek en Actuariële wetenschappen aan de Vlaamse universiteiten” dat werd gepubliceerd in juli 2008. De betrokken opleidingen hebben vervolgens in het najaar 2008 een accreditatieaanvraag ingediend bij de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO). Dit met het oog op het verkrijgen van een formele accreditatie vanaf 1 oktober 2009. De accreditatieaanvraag die werd ingediend diende ten minste het visitatierapport van de visitatiecommissie Statistiek – Financial and Actuarial Engineering te bevatten. De opleiding Master na Master in de Actuariële Wetenschappen van de Vrije Universiteit Brussel kreeg op 8 juni 2009 een negatief accreditatiebesluit van de NVAO. Conform het decreet betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen vroeg de opleiding daarop een tijdelijke erkenning aan. Die werd haar door de Vlaamse regering op 4 september 2009 verleend voor een periode van twee jaar. Het besluit van de regering werd in het Staatsblad gepubliceerd op 23 september 2009.
2. Verkorte Procedure De decreetgever voorziet dat de accreditatie van een opleiding na het verlopen van een tijdelijke erkenning plaatsvindt via een verkorte procedure. Een nieuwe externe beoordeling (m.i.v. een gepubliceerd rapport) dient te worden uitgevoerd. Op basis daarvan neemt de NVAO een besluit dat zij publiceert in een accreditatierapport. Onderhavig rapport bevat de resultaten van de externe beoordeling van de opleiding Actuariële Wetenschappen in functie van een nieuwe accreditatie-aanvraag. De beoordeling werd uitgevoerd door een visitatiecommissie, samengesteld uit onaf hankelijke experten (cfr. infra) en gecoördineerd door de VLIR. De beoordeling van de opleiding heeft, zoals decretaal bepaald, alleen betrekking op die elementen op basis waarvan de vorige accreditatie-aanvraag negatief werd beoordeeld, in casu het onderwerp ‘3 Inzet van Personeel’ met daarbinnen specifiek het facet ‘3.3 Kwantiteit van Personeel’.
De onderwijsvisitatie Actuariële Wetenschappen
5
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL
3. Samenstelling visitatiecommissie De visitatiecommissie die deze ‘verkorte’ visitatie uitvoerde, bestond uit de vakdeskundige leden met expertise in Actuariële Wetenschappen uit de visitatiecommissie die in 2007 de betrokken opleiding in het kader van de visitatie Statistiek – Financial and Actuarial Engineering heeft beoordeeld. De samenstelling van de commissie voor de verkorte procedure werd op 15 juli 2010 door de Erkenningscommissie Hoger Onderwijs bekrachtigd. De commissie was als volgt samengesteld: Voorzitter: -- Prof. dr. Michel Denuit, hoogleraar kansrekening, statistiek en actuariële wiskunde, Université Catholique de Louvain Commissielid: -- Dhr. Willy Lenaerts, voormalige voorzitter van de Controledienst voor de Verzekeringen Dhr. Pieter-Jan Van de Velde, stafmedewerker Kwaliteitszorg verbonden aan de Cel Kwaliteitszorg van de VLIR, trad op als projectbegeleider. Voor korte curricula vitae van de commissieleden wordt verwezen naar bijlage 1.
4. Werkwijze van de visitatiecommissie Ter voorbereiding van de verkorte visitatie heeft de betrokken opleiding een zelfevaluatierapport opgesteld waarin het opnieuw te beoordelen onderwerp werd besproken. Het zelfevaluatierapport werd op 1 oktober 2010 aan de VLIR overgemaakt, die het op haar beurt aan de commissieleden bezorgde. De visitatiecommissie kreeg aldus de gelegenheid deze informatie zorgvuldig te bestuderen en het bezoek grondig voor te bereiden. Het bezoek van de visitatiecommissie vond plaats op 25 oktober 2010. Tijdens het bezoek heeft de visitatiecommissie gesprekken gevoerd met de faculteitsbesturen van de betrokken faculteiten aan de Vrije Universiteit Brussel en de Universiteit Gent, de opleidingsverantwoordelijken, studenten, alumni en zelfstandig academisch personeel. De gesprekken zijn in een open en constructieve sfeer verlopen. Het bezoekschema is toegevoegd als bijlage 2. Als laatste stap in het proces heeft de commissie haar bevindingen en conclusies omtrent het te beoordelen onderwerp in voorliggend rapport vastgelegd. De opleiding werd hierbij in de gelegenheid gesteld om op het concept van het rapport te reageren. De commissie heeft de reactie van de opleiding in het rapport verwerkt.
De onderwijsvisitatie Actuariële Wetenschappen
6
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL
II
Tabel met scores, onderwerpen en facetten
Verklaring van de scores op de facetten): E
Excellent
‘best practice’, kan (internationaal) als voorbeeld dienen voor andere opleidingen
G
Goed
de kwaliteit stijgt uit boven de basiskwaliteit
V
Voldoende
voldoet aan de basiseisen
O
Onvoldoende
voldoet niet aan de minimumeisen
OK
voldoen aan de formele eisen
Verklaring van de scores op de onderwerpen: +
Voldoende
voldoet minstens aan de minimum-eisen voor basiskwaliteit; er is geen verdere schaalverdeling om verdere graden van excellentie aan te duiden.
-
Onvoldoende
voldoet niet aan de minimumeisen voor basiskwaliteit.
Het facet 2.4 ‘studieomvang’ wordt gescoord met ‘OK’, indien de opleiding voldoet aan de decretale eisen m.b.t. de studieomvang, uitgedrukt in studiepunten (ECTS-credits). De cursief weergegeven onderwerpen en facetten en de daaraan toegekende scores werden in 2008 beoordeeld. Onderwerp 1: Doelstellingen van de opleiding
+
Onderwerp 2: Programma
+
Onderwerp 3: Inzet van personeel
+
Facet 3.1. Kwaliteit personeel
V
Facet 3.2. Eisen professionele en academische gerichtheid
V
Facet 3.3. Kwantiteit personeel
G
Onderwerp 4: Voorziening
+
Onderwerp 5: Interne kwaliteitszorg
+
Onderwerp 6: Resultaten
+
De onderwijsvisitatie Actuariële Wetenschappen
7
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL
Deel 2 Opleidingsrapport
I Opleidingsrapport
Onderwerp 3
Inzet van Personeel
Facet 3.3: Kwantiteit van Personeel In het visitatierapport uit 2008 kende de commissie de master-na-masteropleiding Actuariële Wetenschappen een onvoldoende toe voor het facet 3.3. De commissie stelde vast dat er ten tijde van het toenmalige visitatiebezoek onvoldoende garanties konden geboden worden voor het behouden en versterken van de kwaliteit van de opleiding door de te beperkte omvang van het personeelsbestand met specifieke actuariële expertise. Daarenboven miste de commissie een strategie om de opleiding in stand te houden bij het wegvallen van de twee deeltijdse hoofddocenten met actuariële expertise die de opleiding droegen en in de eerstvolgende jaren na de visitatie met emeritaat zouden gaan. De commissie is op basis van haar bevindingen tijdens het aanvullend bezoek zeer positief over de uitbreiding van het personeelsbestand sinds de visitatie in 2007. Op basis van de informatie uit het zelfevaluatierapport en de gesprekken tijdens het bezoek heeft de commissie immers vastgesteld dat het personeelsbestand sindsdien zodanig is aangepast dat de opleiding over een gebalanceerd team van ZAP-leden beschikt. Deze uitbreiding is het resultaat van een goede samenwerking binnen de Vrije Universiteit Brussel tussen de faculteit Wetenschappen en Bio-Ingenieurswetenschappen aan de ene kant en de faculteit Economische, Sociale en Politieke Wetenschappen aan de andere kant. Concreet kon de opleiding op het moment van het aanvullende visitatiebezoek rekenen op twee vol tijdse ZAP-leden die zowel instaan voor onderwijs als onderzoek in de kern van het domein van de Actuariële Wetenschappen, één vanuit een wiskundige invalshoek en één vanuit een economische invalshoek. De commissie waardeert ten zeerste dat sinds de vorige visitatie ruimte gecreëerd is voor het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek in de kern van het domein. Daarnaast zijn nog 14 ZAP-leden van de Vrije Universiteit Brussel betrokken bij één of meer opleidingsonderdelen van de opleiding. De commissie is van mening dat binnen dit professorenkader een goed evenwicht is gevonden tussen hoogstaand academisch onderzoek en voor de opleiding relevante praktijk ervaring. Hierdoor kan onderwijs verzorgd worden dat zowel gebaseerd is op wetenschappelijk onderzoek als op een goede kennis van de actuariële praktijk. Daarmee is een essentiële voorwaarde voor het aanbieden van een kwaliteitsvolle actuariële opleiding vervuld. De commissie vindt het in het bijzonder positief dat de aandacht in onderwijs en onderzoek voor risk management uitgebouwd werd. Dit is immers een belangrijk actueel domein voor actuarissen. De commissie suggereert wel om te blijven zoeken naar bijkomende externe middelen om de opleiding en het wetenschappelijk onderzoek verder te blijven versterken. De unieke ligging, dicht bij de belangrijkste Belgische bedrijven in deze sectoren, kan daarbij zeker uitgespeeld worden. De reeds in 2007 geplande samenwerking met de Universiteit Gent werd inmiddels geconcretiseerd. De Master na Master in de Actuariële Wetenschappen wordt vanaf het academiejaar 2010-2011 gezamenlijk aangeboden door de Vrije Universiteit Brussel en de Universiteit Gent. De UGent heeft in het kader van deze samenwerking reeds het programma van de masteropleiding Wiskunde aangepast zodat deze beter voorbereidt op de master na master Actuariële Wetenschappen zoals deze in Brussel wordt aangeboden. In het kader van deze samenwerking wordt, naast de boven genoemde uitbreiding binnen de VUB, door de UGent een vacature voor een halftijds functie in de actuariële wetenschappen ingevuld. Dit ZAP-lid zal in de eerste plaats onderwijs verzorgen aan de master na master in de Actuariële wetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel. De commissie hoopt dat met deze aanstelling de samenwerking tussen beide universiteiten nog verder kan versterkt worden. De commissie waardeert ook dat er enkele jonge onderzoekers werkzaam zijn rond actuariële thema’s. Een verdere uitbreiding hiervan zou evenwel nuttig zijn, ook al heeft de commissie begrip
Opleidingsrapport
9
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL
voor de moeilijkheden om jonge mensen te overtuigen om voor de academische wereld te kiezen. Er is immers een groot aanbod van interessante en goedbetaalde functies voor actuarissen in de privésector. De commissie hoopt dan ook dat – eens het personeelskader vervolledigd is met de deeltijdse docent aan de UGent, en indien de studentenaantallen hoog genoeg blijven – meer opleidingsonderdelen apart kunnen georganiseerd worden voor de studenten actuariële wetenschappen. De commissie heeft immers van studenten en alumni vernomen dat zij een aantal opleidingsonderdelen samen volgen met andere opleidingen. In die gevallen blijkt het onderwijs niet altijd volledig toegespitst te kunnen worden op de verwachtingen en noden van de studenten actuariële wetenschappen. De commissie beoordeelt omwille van de bovenstaande argumenten de kwantiteit van personeel voor de master-na-masteropleiding als goed. De overige facetten van ‘Onderwerp3: Inzet van Personeel’ werden in de huidige visitatie niet gevisiteerd. De resultaten werden overgenomen uit de rapport van 2008. pp
Conclusie bij onderwerp 3: Inzet van Personeel Gegeven de positieve score die aan het facet 3.3 werd toegekend en de aangehaalde motiveringen die bij de herbeoordeling, en overwegende de positieve scores die in het rapport uit 2008 aan de facetten 3.1 en 3.2 werden toegekend, besluit de commissie op onderwerpniveau tot een positief oordeel voor de masteropleiding.
Integraal oordeel van de commissie Gegeven de bovenstaande positieve score die bij de herbeoordeling aan het onderwerp 3 werd toegekend, en overwegende de positieve scores die in het rapport uit 2008 aan de andere onderwerpen uit het beoordelingskader werden toegekend, besluit de commissie dat er binnen de masteropleiding voldoende generieke kwaliteitswaarborgen aanwezig zijn en heeft zij aldus een positief eindoordeel over de master na masteropleiding in de Actuariële wetenschappen.
Opleidingsrapport
10
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL
Bijlage 1 Personalia van de leden van de visitatiecommissie
Michel Denuit studeerde af als licentiaat in de wiskunde (optie statistiek) in 1994 en gediplomeerde in de actuariële wetenschappen in 1996 aan de Université Libre de Bruxelles (ULB). Hij behaalde het doctoraat in de statistiek in 1997 aan dezelfde universiteit. Sinds 1999 doceert hij actuariële wetenschappen aan de Université Catholique de Louvain (UCL). Zijn onderzoek richt zich op risk theory en non-life ratemaking. Hij specialiseerde in het toepassen van geavanceerde methodes in de kansrekening en de statistiek om actuariële problemen op te lossen. Hij is lid van de editorial board van meerdere wetenschappelijke tijdschriften, waaronder Insurance: Mathematics & Economics en het ASTIN Bulletin. Hij is auteur van meer dan 100 peer reviewed artikels en van zeven invloedrijke boeken over meerdere aspecten van de actuariële wetenschappen. Zijn onderzoek werd beloond met meerdere prijzen, waaronder in 1997 de Olbrechts-Tyteca Prijs, in 2000 de Prijs van de Belgische Academie der Wetenschappen, in 2003 de American Casualty Actuarial Society (CAS) Prize, en in 2006 de Giuseppe Ottaviani Prize in Insurance van het Italiaanse Instituut van Actuarissen. Hij is honorary professor aan de Faculty of Actuarial Science and Statistics, Sir John Cass Business School, City University, London. Samen met enkele collega’s richtte hij tevens een spin-off van de UCL op waarmee hij consultancy geeft aan financiële instellingen en projecten uitvoert voor grote Europese (her)verzekeringsmaatschappijen en banken. Willy Lenaerts behaalde een licentie in de wiskunde aan de Université Libre de Bruxelles (ULB) in 1967 en een diploma in de actuariële wetenschappen aan dezelfde instelling in 1970. He werkte enkele jaren als onderzoeksassistent en doceerde de cursus over schadeverzekering aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB). Het grootste deel van zijn loopbaan was hij actief in de publieke of semipublieke sector, voornamelijk binnen het departement verzekeringen van de publieke spaarbank ASLK-CGER, tot zijn pensioen in 2003. He werkte ook voor Fortis en andere financiële instellingen. Hij was tevens voorzitter van de Controledienst voor de Verzekeringen in België tot zijn pensioen in 2003 en attaché voor het Ministerie van Economische Zaken. Gedurende acht jaar was hij secretaris-generaal van de International Association for Actuaries. Hij organiseerde meerdere workshops en rondetafels om het beroep van actuaris te promoten. In het bijzonder organiseerde hij het World Congress of Actuaries in 1995 in Brussels. Hij zat dit congres eveneens voor.
Bijlage 1
11
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL
Bijlage 2 Bezoekschema
maandag 25 oktober 2010 10u30 – 11u15
intern beraad visitatiecommissie
11u15 – 12u15
bestuur van de betrokken faculteiten en de opleiding
12u15 – 13u45
lunchmeeting met student en telefonisch gesprek met alumni
13u45 – 14u30
gesprek met leden van het (docerend) academisch personeel
14u30 – 15u00 nabespreking commissie 15u00 – 15u15
afsluitend gesprek faculteitsbestuur en opleidingsverantwoordelijken, inclusief rapportering over de bevindingen van de commissie
Bijlage 2
12
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
VLIR
Vlaamse Interuniversitaire Raad
EGMONTSTRAAT 5 – 1000 BRUSSEL