Toespraak van commissaris van de Koning Max van den Berg, symposium ‘Smart Specialisation in the Regional knowledge economy’, ter gelegenheid van afscheid prof. Frans Boekema, Nijmegen, 31 oktober 2014 Dames en heren, ‘Geen land zo plat als Nederland en toch plakken we overal het label ‘valley’ op’. Dat stond vorig jaar in NRC Handelsblad1. Het bijbehorende artikel ging over de vraag of al die ‘valleys’ alleen maar een modeverschijnsel zijn, of dat ze werkelijk broedplaatsen zijn van ondernemerschap en kennisontwikkeling à la Silicon Valley. Zo ken ik er nog één. Geen landsdeel zo plat als het Noorden en tóch plakken we er het label ‘Energy Valley’ op… Ook hier is de vraag gerechtvaardigd of Energy Valley een modeverschijnsel is óf een bruisend kennis- en ondernemingscluster rond energie. Die vraag wil ik graag beantwoorden. Waarbij mijn antwoord u vast niet zal verrassen! Maar allereerst ben ik natuurlijk vereerd dat ik Energy Valley hier vandaag mag presenteren als voorbeeld van een innovatief regionaal kenniscluster. Dat doet meteen al vermoeden dat 1
NRC Handelsblad, 12 juni 2013.
1
onze valley meer moet zijn dan een modeverschijnsel! Want vandaag is hier, rond het afscheid van professor Frans Boekema, het neusje van de zalm verzameld op het gebied van de regionale kenniseconomie. Ik draag graag bij aan de discussie over de kansen van die regionale kenniseconomie. Omdat ik er zelf stellig in geloof. Dames en heren, Hoe kwam Energy Valley van de grond? In mei 1959 ontdekte de NAM aardgas in Slochteren. De op dat moment grootste gasbel ter wereld veranderde Nederland én Groningen. Dankzij de vondst van aardgas en olie werd het Noorden dé nationale energieleverancier. Al meer dan 50 jaar zijn we zo een motor voor de Nederlandse economie. Gasunie vestigde zich in Groningen. Het aardgas leverde Noord-Nederland zélf weinig inkomsten op – die gingen naar Den Haag -, maar wel bedrijvigheid en een stuwend effect voor de regio. Eind jaren ’90 veranderde er veel. Europese energiemarkten werden geliberaliseerd en geprivatiseerd. Het belang van duurzame energie nam toe. Dat alles bracht een nieuwe dynamiek op gang met gevolgen voor Noord-Nederland. Gasunie werd opgesplitst in een transport- en een
2
handelsbedrijf. Even was er sprake van dat het handelsbedrijf Noord-Nederland zou verlaten. Dat is niet gebeurd. Maar het was wel de directe aanleiding voor Noord-Nederland om een strategie te ontwikkelen om de energiesector meer aan zich te binden. Basis was de enorme kennis en ervaring van de gassector. Daaromheen zou een groter geheel gebouwd worden. Gericht op de transitie naar een duurzame energiehuishouding en tegelijkertijd op het versterken van de concurrentiekracht van Noord-Nederland. Door regionale investeringen uit te lokken in innovatieve en hernieuwbare energie. Zo ontstond, nu ruim tien jaar geleden, Energy Valley. Een samenwerkingsverband van Noordelijke overheden, ondernemers en kennisinstellingen. Concreet doel: meer kennis, investeringen en banen in de duurzame energiesector. In Drenthe, Fryslân, Groningen en het noordelijk deel van Noord-Holland. In eerste instantie lag de nadruk op het aanjagen van duurzame innovatieprojecten en op het positioneren van Noord-Nederland als complete energieregio. Overheden, ondernemers en onderzoekers sloegen de handen ineen. Energy Valley kreeg al snel bekendheid. In beleid van regio en Rijk – bijvoorbeeld de nationale nota Pieken in de
3
Delta – werd energie sterk verankerd als stuwende sector in Noord-Nederland. Vanaf 2005 is Energy Valley steeds meer gaan werken met een programmatische aanpak, waarbij de focus ligt op sterke, kansrijke punten van Noord-Nederland. Bijvoorbeeld biomassa, groen gas en Power-to-Gas. Of wind op zee, smart grids en opslag en balancering. Daarnaast is er een groeiende nadruk op ‘knowledge & internationalisation’: opleidingen, onderzoek en EU-samenwerking. Wat heeft ons dat anno 2014 gebracht? Een paar cijfers: • Onder de vlag van Energy Valley zijn ongeveer 200 projecten uitgevoerd op gebieden als zon, wind en groen gas. Daarbovenop zo’n 25 kennisprojecten gefinancierd door de EU en het nationale topsectorenbeleid. Er werken in NoordNederland rond de 500 energie-onderzoekers. • De afgelopen 10 jaar is de energiewerkgelegenheid in Noord-Nederland dubbel zo hard gestegen als nationaal. • Het aantal bedrijven dat op energiegebied actief is in NoordNederland, is gestegen met ruim 80%. • Het energiecluster levert aan werkgelegenheid alleen al meer dan 32.000 directe banen in Noord-Nederland2 op, met 1 tot 3% groei per jaar. 2
Cijfer 2011.
4
• Met meer dan 25 miljard euro aan investeringen zijn we nog steeds een belangrijke motor voor de Nederlandse economie. • Energy Valley is de grootste energieleverancier in Nederland: o 97% van de Nederlandse gaswinning vindt plaats in het Noorden. o We leveren nu 20% van de nationale stroomproductie. Dat aandeel gaat de komende jaren groeien naar 30%. o De Energy Valley-regio produceert ruim een kwart van de Nederlandse duurzame energie. De cijfers laten zien dat het energiecluster in Noord-Nederland voor veel economische dynamiek en werkgelegenheid zorgt. Dat trekt ook weer andere bedrijvigheid aan. Dat zien we niet alleen in de cijfers: • In de Eemsdelta verrijzen grote elektriciteitscentrales en windmolenparken. Google bouwt er een enorm datacenter, onder andere vanwege de betrouwbare stroomvoorziening in de buurt. • We hebben het energie-onderwijs en -onderzoek gebundeld in de Energy Academy Europe en het Energy College. Met als belangrijk onderdeel het Energy Transition Centre EnTranCe: een proeftuin voor toegepast energieonderzoek van internationale allure.
5
• In Delfzijl staat BioMCN, een duurzame producent van biomethanol, een belangrijke grondstof voor groene brandstoffen, plastic en verf. • In Hoogkerk beschikken 25 huishoudens via het project PowerMatching City over slimme apparatuur die hun energievraag afstemt op de beschikbaarheid van duurzame bronnen als zon en wind. De kernvraag is natuurlijk of deze positieve ontwikkelingen in Noord-Nederland zich ook hadden voorgedaan zónder Energy Valley. Het antwoord is ‘nee’. Waarom niet? Ik noem een aantal redenen: • Voor succesvolle ontwikkeling van een regionale kenniseconomie is eendrachtige samenwerking nodig op basis van vertrouwen. Ondernemers en kenniswerkers weten elkaar niet automatisch te vinden. Overheden en bedrijven zitten niet vanzelf met elkaar om de tafel. Er is een organisatie nodig die daar een samenbindende rol in vervult. Die partijen bij elkaar brengt, ontwikkelingen aanjaagt en overzicht heeft. • Het is belangrijk om een eenduidige visie en strategie te ontwikkelen en om je daaraan voor langere tijd te verbinden. Dankzij de kracht van Energy Valley is dat in NoordNederland nu al tien jaar lang mogelijk gebleken. In een snel veranderende energiewereld zijn we erin geslaagd elkaar als 6
overheden, bedrijven en kennisinstellingen vast te houden. Om koers te houden in de richting van de transitie naar een duurzame energiehuishouding. En daarbij fossiele bronnen – zoals het relatief schone aardgas – strategisch en efficiënt in te zetten, zolang dat nodig zal zijn. • In nationaal en Europees verband sta je veel sterker wanneer je als eensgezinde regio optreedt, dan wanneer je daar als individuele bedrijven of overheden aan de deur klopt. Energy Valley is voor de nationale overheid en in Brussel een gerespecteerde gesprekspartner. We hebben een vooraanstaande rol gespeeld in het opstellen van het Nationaal Energieakkoord. Het Rijk heeft Noord-Nederland aangewezen als Energyport, een topregio voor de Nederlands economie. We werken samen met bedrijven en kennisinstellingen in bijvoorbeeld Duitsland, Noorwegen en Schotland. Zo brengen we energieclusters in verschillende Europese landen bij elkaar om van elkaar te leren en elkaars kenniseconomieën te versterken. Kortom: de toegevoegde waarde van Energy Valley voor Noord-Nederland is groot. Dat betekent niet dat we er nu zijn. Er is de komende jaren veel werk te doen. Ik zie een aantal noodzakelijke ontwikkelingen: • Allereerst moeten we meer en meer aandacht besteden aan transparantie en aan het scheppen van maatschappelijk 7
draagvlak. Oplossingen voor het energievraagstuk hebben gevolgen voor onze regio en voor de inwoners. Windmolens hebben ruimte nodig en maken geluid. Kolencentrales stoten CO2 en andere gassen uit. Gaswinning brengt aardbevingen met zich mee, waarmee we in onze eigen regio hardhandig worden geconfronteerd. Iedere oplossing biedt iets én vraagt iets. Daar moet je helder over communiceren. Want als draagvlak ontbreekt, krijgt geen enkele oplossing een reële kans. • Ook over onze eigen activiteiten moeten we transparant zijn. Dat bleek onder andere uit een kritisch rapport van de Noordelijke Rekenkamer. We moeten meer zichtbaar maken wat onze toegevoegde waarde is en onze organisatie en het toezicht helder organiseren. Daar werken we hard aan. • Inhoudelijk moeten we, in de snel veranderende energiewereld, steeds onze focus aanscherpen. Voortdurend kijken waar we goed in zijn, op welke terreinen we kansen hebben. De komende jaren gaan we ons vooral richten op infrastructuren: o Infrastructuur op de Noordzee om offshore energieopwekking goed te ontsluiten. o Haveninfrastructuur voor offshore wind. o Power-to-Gas-infrastructuur, waarbij duurzaam opgewekte elektriciteit omgezet kan worden in bijvoorbeeld waterstof. 8
o LNG-infrastructuur, om vrachtwagens en veerboten makkelijk te kunnen laten switchen naar de relatief schone brandstof aardgas. o Een sterke kennisinfrastructuur, door bijvoorbeeld mee te doen aan Europese kennisprojecten en de Energy Academy te ontwikkelen tot een Europees topinstituut. Wat leren we van tien jaar ervaring met Energy Valley? Ga samenwerking aan voor de lange termijn. Ontwikkel een heldere visie en strategie en voer die uit. Doe dat in voortdurende wisselwerking met maatschappelijke en technologische ontwikkeling. Blijf steeds kijken waar je goed in bent en zoek continu naar nieuwe kansen. Wees transparant en communiceer goed. En vooral: blijf leren. Daarom ben ik blij om hier vandaag te kunnen zijn. Ik deel graag onze ervaringen met u. Tegelijkertijd hoop ik van u te leren. Ik geloof in de kracht van de regionale kenniseconomie. Regio’s zijn groot genoeg om nationaal en internationaal concurrerend te zijn. En klein genoeg om flexibel, wendbaar en hecht te zijn. Krachtige regio’s staan aan de basis van een sterk en concurrerend Europa. Ik hoop dat het symposium van vandaag een bijdrage zal leveren aan de kennis op dat gebied.
9
Tot slot. Is Energy Valley een modeverschijnsel of een bruisend kennis- en ondernemingscluster rond energie? Ik hoop dat ik u met mijn verhaal overtuigend heb kunnen laten zien dat Energy Valley al ruim tien jaar het kloppende hart is van de energieregio Noord-Nederland. Een geweldige basis, waarop we de komende tien jaar vruchtbaar kunnen voortbouwen. Ik eindig met een mooi citaat van de Amerikaanse schrijver Waitley:
‘When you are in the valley, keep your goals firmly in view and you will get the renewed energy to continue the climb.’ Laten we ons met die spirit blijven inzetten voor de ontwikkeling van de regionale kenniseconomie! En ik hoop, professor Boekema, dat we ook na uw afscheid een beroep kunnen blijven doen op uw kennis en deskundigheid op dit gebied. Het ga u goed!
10