Bij presentatie Jaarboek 31-10-15!
! ! Dames en Heren,! !
voor U, de leden van de Oudheidkundige Kring, is deze dag een bijzondere: de presentatie van een jaarboek over een interessant onderwerp, waaraan door veel mensen lang en hard gewerkt is. ! U krijgt op deze dag daardoor wel een onevenredig grote portie Hattinga te verwerken: het jaarboek staat er vol mee; er staat er een vóór u, er zitten er heel wat tussen u in, en er liggen er hier vast ook nog wel een paar onder de vloer.!
!
Voor de tegenwoordige Hattinga’s is de presentatie van het jaarboek zo mogelijk nog specialer dan voor u, omdat het onderwerp hen ook persoonlijk raakt: Abdias, Willem Tiberias en David Hattinga zijn immers onze rechtstreekse voorvaderen.! Er bestond en bestaat in de familie al de nodige genealogische en cartografische belangstelling, maar voor het jaarboek is door uw genootschap zóveel onderzoek gedaan, dat die voorvaderen plotseling veel dichterbij zijn gekomen en veel zichtbaarder zijn geworden, met name ook zichtbaarder als mens. Binnen een familie is dat een gebeurtenis van groot belang en impact.!
!
Meer dan ooit te voren biedt uw Kring ons de kans om nóg dichter bij hen als persoon te komen; nog meer te achterhalen over hun overtuigingen, hun intellectuele uitgangspunten, hun wereldbeeld, hun feitelijke horizon. Wat voor zicht hadden zij op de juist in de 18e eeuw sterk veranderende wereld om hen heen, en hoe reageerden zij daarop ?!
!
Voor een voordracht als deze is dat natuurlijk een véél te groot onderwerp. Meer dan het signaleren van enkele grote lijnen - meer hapsnap dan iets anders -, is dan ook niet mogelijk. Een heel klein en onvolledig schetsje dus, op vele punten onvolkomen, en met veel losse eindjes. Ik heb daarom voor vandaag vooral naar enkele invalshoeken gezocht, die zowel voor U als voor ons interessant zouden kunnen zijn.!
! (1) De Verlichting ! ! Ik denk te mogen stellen, dat vooral Willem Tiberius, maar ook zijn twee zoons, kinderen waren van de Verlichting, en dat de invloed van de Verlichting op wat en wie zij waren, heel groot is geweest.!
! Daarom eerst het een en ander over de Verlichting.! !
Toen Willem Tiberius in 1702 als peuter met zijn vader Abdias en zijn moeder Maria naar Zeeland kwam, was de Verlichting al in volle gang.! Ik help u maar even herinneren: Descartes1 wordt met zijn - overigens in Nederland geschreven - boek 'Discours de la méthode’ (1637)2 wel gezien als grondlegger van de Verlichting. Andere grote namen zijn onder meer Voltaire, Rousseau, Isaac Newton, David Hume. ! Kernpunt van de Verlichting is het voorop stellen van het gebruik van de rede, en een enorme wetenschappelijke vooruitgang, waardoor godsdienstige visies steeds verder werden geëlimineerd uit het wereldbeeld van de intellectuele elite. ! En, zoals Immanuel Kant het uitdrukte in zijn artikel "Wass ist Aufklärung?” (in het december-nummer 1784 van het Berlinischen Monatschrift) : heb de moed om je eigen verstand te gebruiken! 3! Een ongelooflijk belangrijke stroming, die (de aanzet tot) beginselen heeft opgeleverd als intellectuele integriteit, cosmopolitisme, de trias politica, en mensenrechten.4! Ik besef, dat ik het nu wel héél kort samenvat, maar meer ruimte is daar in dit kader nu niet voor.!
! 1
1596-1650, ontwikkelde de wetenschappelijke methode: er is een goede methode nodig om het gezond verstand goed te kunnen gebruiken. 2
Ce n’est pas assez d’avoir l’esprit bon, mais le principal est de l’appliquer bien.
3
Aufklärung ist der Ausgang des Menschen aus seiner selbstverschuldeten Unmündigkeit. Unmündigkeit ist das Unvermögen, sich seines Verstandes ohne Leitung eines anderen zu bedienen. Tekst is te vinden in het Project Gutenberg / www.gutenberg.org 4
Er zijn ook auteurs, die de Verlichting zien als oorzaak van juist heel negatieve gevolgen, bijv.: Horkheimer & Adorno, Dialektik der Aufklärung, 1947: de instrumenteel-rationalistische onttovering van alles was de oorzaak van een 'neue art der Barbarei’, en de Holocaust.
Wij hebben er niet veel zicht op in hoeverre Abdias door de Verlichting was beïnvloed. Religie was voor hem kennelijk erg belangrijk. Hij wordt beschreven als eigenzinnig, rechtlijnig en - in zijn conflict met ds van Leeuwen - zelfs dogmatisch, maar dat betekent nog niet, dat de idealen van de Verlichting aan hem voorbij gingen. Abdias heeft mogelijk in het buitenland gestudeerd; mogelijk is hij in 1682 al in Berbice geweest; mogelijk sprak hij frans; waarschijnlijk had (ook) hij veel boeken..!
! ! (2) Studeren in Leiden! !
Maar hoe dan ook: hij stuurde wél in het jaar 1718 zijn zoon Willem Tiberius naar Leiden om daar geneeskunde te gaan studeren bij de grote Boerhaave, en driehoeksmeting/ wiskunde bij de al even vermaarde 's Gravenzande5. ! Als dát geen bewuste keuze was, dan was het toch een gelukkige toevalstreffer, want Leiden was toen wel zo ongeveer de beste plaats om in contact te komen met de ideeën en idealen van de Verlichting6. Door zijn universiteit had Leiden een relatief kosmopolitisch karakter, met internationale wetenschappelijke netwerken en dus een ruime(-re) blik op de wereld buiten Nederland en Europa.7!
!
In Leiden was toen al doorgedrongen, dat andere culturen misschien nog niet zo dwaas en minderwaardig waren, en dat zij bestudeerd dienden te worden zonder dogmatische (Christelijke?) vooroordelen. Nederlandse universiteiten (Leiden, maar daarnaast ook Utrecht, Harderwijk en Franeker) werden in de 18e eeuw beroemd, met name om hun oosterse studies. Talenkennis als middel om door te dringen in andere culturen en religies.!
!
In Leiden bestond toen overigens ook al de uitgeverij Luchtmans, de latere uitgeverij Brill, waar in de 18e eeuw 5
's Gravesande (1688-1742) onderwees als eerste de proefondervindelijke wijsbegeerte van Newton aan een universiteit. 6
Vanaf 1734 volgde ook (de verbannen) Voltaire colleges bij Boerhaave en ’s Gravezande. ! Die laatste duidde hij aan als 'le profond 's Gravenzande' 7
"Turcksche Boeken" / pag. 18: inschrijvingsregisters uit de periode 1626-1650 laten zien dat meer dan de helft van de 11.076 studenten afkomstig was uit andere (Europese) landen.
al boeken werden gedrukt in het arameesch, het syrisch, hebreeuws, arabisch. 8.9!
!
De Encyclopédie van d’Alembert en Diderot noemde de Leidse universiteit in 1765 'la première de l’Europe’. !
!
Waarom zoveel aandacht voor de Verlichting en de Leidse universiteit ? Omdat dát de omgeving was, waarin Willem Tiberius als 18-jarige aankomende student terechtkwam, en die hem intellectueel dus in grote mate moet hebben gevormd - en via hem zijn zoons David en Anthony.!
! ! (3) Boerhaave! !
Willem Tiberius ging in Leiden medicijnen studeren bij Boerhaave. Die is een van de belangrijkste figuren van de Nederlandse Verlichting, en in zijn tijd de beroemdste geneesheer van Europa. Hoewel hij in zijn leven (1668-1738) nooit verder van huis schijnt te zijn geweest dan Harderwijk - waar hij in 1693 promoveerde -, was hij rector magnificus van de Leidse universiteit; kreeg hij bezoek van mensen als czaar Peter de Grote; trok hij studenten uit heel Europa, en werd hij in 1728 gekozen in de Académie Française. !
!
Verder weten wij van Boerhaave heel precies, hoe hij het beoefenen van de geneeskunst zag, met name uit zijn rede 'Het Nut der Mechanistische Methode in de Geneeskunde’, uitgesproken op 24 september 1703 10. ! Ik pak daar even een paar punten uit: het menselijk lichaam is een werktuig; kennis van de mechanica is onontbeerlijk voor de geneeskunde; stellingen der wiskunde moeten op geneeskundige vraagstukken worden toegepast; ook grondige kennis van de scheikunde en de waterbouwkunde is voor een arts onmisbaar. Wie de 8
Ook het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen te Vlissingen liet haar verhandelingen in ieder geval in 1769 ook 'bekomen’ bij S. en J. Luchtmans 9
De geschiedenis van de uitgeverij is uitvoerig beschreven in het boek "Brill / 325 years of scholarly publishing” / Sytze van der Veen / Brill, Leiden-Boston 2008. 10
tekst te vinden via Project Gutenberg: www.gutenberg.org
voorwaarden eener volmaakte gezondheid kent, zal ook de oorsprong en het wezen der afwijking, dat is de ziekte, volkomen begrijpen. De oorzaak der ogenschijnlijk meest ingewikkelde ziekten zijn waarschijnlijk eenvoudiger en van meer mechanische aard dan enig geneesheer vermoedt. !
!
Boerhaave verwijst in die rede bovendien bij herhaling naar Descartes (1596 -1650), de man van de 'Discours de la méthode’, waarmee hij wijst op het belang van een goede wetenschappelijke methode.!
!
Tenslotte gaf Boerhaave in die rede een korte schets van de geneesheer, zoals die hem steeds als een ideaal voor ogen zweefde. ! Dát is de denkwereld, en de medische opleiding, die WT op 18-jarige leeftijd in Leiden te wachten stonden. !
! ! (4) Studeren in Parijs! !
Maar het gaat nog verder: Boerhaave zond WT op enig moment ná 1718 naar Parijs, waar hij vervolgens twee jaar moet hebben gestudeerd. Wij weten niet precies waar en bij wie, maar wij weten wel, dat Parijs in die tijd het zenuwcentrum van de Verlichting was, met zijn philosophes, zijn encyclopédistes en zijn salons litéraires. Als wildvreemde in die grote stad (nog nét niet met een stokbroodje onder zijn arm, want de baguette bestaat pas sinds de 19e eeuw) moét de inmiddels 20-jarige WT daar toch mee in aanraking zijn gekomen. En om daar überhaupt te kúnnen studeren, moet hij toch op zijn minst frans hebben kunnen spreken en verstaan - waarover nog nader.!
! ! (5) Naar Marseille! !
Boerhaave ging vervolgens nóg een stap verder, en stuurde WT van Parijs door naar Marseille om daar de pestepidemie te bestuderen. Opnieuw zien wij WT, zonder twijfel met een aantal aanbevelingsbrieven op zak - want Boerhaave had een groot netwerk -, op reis van Parijs naar Marseille.!
Die tocht ging per rijtuig, en duurde in die tijd waarschijnlijk zo’n twee weken 11. Afstand werd in die tijd vaak nog in dagen uitgedrukt, en niet in kilometers of mijlen.!
!
Inmiddels was hij wel op weg naar een pestepidemie.! Dat woord heeft in de loop der tijd misschien iets van zijn dreigende klank verloren, maar door die epidemie stierven daar in Marseille in drie maanden tijd ± 100.000 mensen: gemiddeld dus meer dan 1000 per dag, bijna de helft van de bevolking. Er zouden ook ongeveer 25 artsen en chirurgijns aan de ziekte zijn bezweken. !
!
Het lijkt dus nogal dapper van WT om naar Marseille te gaan: hij kwam daar letterlijk in een levensgevaarlijke hel terecht. Wij weten overigens niet, wat hij daar precies de hele dag deed, en of ook híj daar rondliep in een met was geïmpregneerde jas (: toile-cirée) tot op de grond, en met een pinguinsnavel-masker vol kruiden voor zijn gezicht, maar het lijkt er op, dat ook híj slechts een kans had van één op twee om daar weer levend vandaan te komen. ! Dan komt het wel erg dichtbij ! Voor hetzelfde geld was ook hij daar omgekomen. Dan had ik hier vandaag niet gestaan, en dan was er van al die cartografie verder ook niets terecht gekomen. !
! ! (6) Dissertatie! !
Het lijkt wel buitengewoon interessant om de inhoud van zijn dissertatie van 1724 te toetsen aan de standpunten van Boerhaave. Ik laat dat graag over aan deskundigen als De Groof en Bruynseels, die in het jaarboek de bijdrage schreven over "De pest volgens WTH”.! Het valt wél op, dat wij in zijn dissertatie als oorzaak van de pestepidemie tóch nog het goddelijke aantreffen, en wel vanwege god’s zeer gerechtvaardigde woede over 'misdaden’ van stervelingen - maar mogelijk was dat bij gebrek aan middelen om de werkelijke oorzaken te kúnnen
11
Voor die tijd gold:' la France tient dans un losange de 22 journées de large et 19 de long'.
ontdekken12. U kunt de door Boerhaave getekende bul overigens op de expositie bekijken. !
!
Makkelijk was dat jaar 1724 voor WT overigens niét: ten tijde van zijn promotie verbleef zijn vader Abdias in Rusland. En enkele maanden later, op 15-08-1724, overleed zijn moeder Maria.13 ! De jonge doctor WT was toen 24 jaar oud. Toen hij zich het jaar daarop als legerarts in Lillo vestigde, had hij al jaren in Leiden, Parijs en Marseille gewoond. ! Een plattelandsdokter was hij bepaald niet.!
! ! (7) Franse taal ! !
Nog even terug naar de Franse taal, omdat we die in het leven van de Hattinga’s steeds weer tegenkomen.! In de familiekroniek merkt Buise op, dat mogelijk is, dat Abdias vloeiend frans heeft gesproken. Misschien omdat hij in het buitenland had gestudeerd ? Dat was in die tijd heel gewoon, schrijft Buise. Of Abdias inderdaad frans sprak weten wij niet zeker. !
!
Van Boerhaave weten wij dat wél: hij werd immers in 1728 gekozen als lid van de Académie Française. !
!
Van Willem Tiberius weten wij dat óók: je kunt niet een paar jaar in Parijs studeren en in Marseille een epidemie bestuderen als je geen frans spreekt. Bovendien trouwde hij Anna Coutry, een Waals meisje, afstammend van hugenoten14.!
!
Aan de bibliotheek van WT, zoals die 1763 werd geveild, is dat alles ook te zien: 44 % van de in totaal ± 4000
12
maar ook in het axiomatisch-deductief wetenschapsmodel van Descartes bestond nog een goddelijk gegarandeerd waarheidscriterium. 13 14
Zij overleed op 65-jarige leeftijd.
Haar grootvader Claude zou een naar Nederland uitgeweken hugenoot zijn geweest. Zie daarover de bijdrage in het jaarboek over de Vrouwen Hattinga.
boekdelen was in het frans15. Het gaat dan toch om zo’n 1760 boeken, dus om bijna de helft; - en ook om boeken, die waren verschenen tijdens zijn volwassen leven. Hij verwierf dus blijkbaar regelmatig, gemiddeld zelfs wekelijks franstalige boeken.!
!
Ook zijn zoon Anthony heeft in Parijs gestudeerd: die verbleef daar vanaf 1753 twee jaar om zijn studie mathesis en genie voort te zetten. Ook dié moet dus de franse taal hebben beheerst. Van David weten wij dat weer niet zeker, maar in ieder geval is ook dié opgegroeid in een omgeving, waarin de franse taal en het gebruik ervan kennelijk heel gewoon waren.!
! ! (8) Fransen en Frankrijk! !
Daarbij bleef het niet. Er was ook veel contact met Fransen - al was het maar, omdat die in de 18e eeuw regelmatig in Staats-Vlaanderen binnenvielen, en in 1747 de stad Hulst innamen. Fransen als vijand dus - ook al had Lodewijk XV laten weten, dat het verre van hem was om hier de godsdienst, de regering of de koophandel te ontrusten. De plaatsen, die hij verplicht was in te nemen, waaronder Hulst, zou hij slechts als tijdelijk onderpand beschouwen.!
!
Maar de commandeur van Hulst, die de stad tegen de Fransen moest beschermen, was zelf ook een fransman: Pieter de la Rocque, met wie het later zo slecht afliep: hugenoot, geboren in het arrondissement Nantes. ! Of Willem Tiberius en zijn zoons hem persoonlijk gekend hebben weten wij niet: WT had tot dan toe in Lillo, Tholen en ook nog even in Goes gewoond. Hij vestigde zich pas eind 1748 in Hulst, en toen was die Pieter de la Rocque daar al weg. De franse troepen nog niet; die vertrokken pas in januari 1749, na de Vrede van Aken.!
!
Wij weten niet, of de familie Hattinga heeft deelgenomen aan het grote feestmaal in Hulst op 13 juni 1749, om het vertrek van de fransen te vieren. Misschien waren ze wel in 15Zie
de bijdrage aan het jaarboek "Toon mij uw boekenkast en ik zal zeggen wie u bent / De veiling van Willem Tiberius Hattinga”, door Marc Buise
Goes, waar op diezelfde datum om dezelfde reden op de Grote Markt een groot vuurwerk werd gegeven 16 - maar daar woonden ze toen al niet meer. !
!
De fransen lijken overigens vijand en vriend tegelijk te zijn geweest: enerzijds hadden zij Hulst bezet, en de stad laten betalen voor het onderhoud van de franse troepen, maar anderzijds konden kinderen van Nederlandse notabelen kennelijk wél in Frankrijk studeren, en was de invloed van de Verlichting op cultuur en wetenschappelijke ontwikkelingen in Nederland onmiskenbaar.!
! ! (9) Reizen ?! !
Míj is niet duidelijk geworden, of WT na zijn verblijf in Parijs en Marseille nog andere buitenlandse reizen heeft gemaakt. ! Maar gereisd werd er wél in de familie. Abdias zou in 1682 al in Zuid-Amerika zijn geweest (zei hij), en hij was in 1723-1724 in Rusland. David verbleef van 1755 tot zijn terugkeer als berooide drenkeling in 1764 negen jaar in Berbice - hij kwam overigens gelukkig nog op tijd in Hulst terug om zijn vader WT te zien, voordat die overleed op 12 november 1764. En ook zijn broer Anthony heeft enkele jaren in Frankrijk gestudeerd.!
!
WT, David en Anthony hebben natuurlijk wél heel veel binnen Nederland gereisd. Voor een indruk van hoe dat ging verwijs ik u naar (bijvoorbeeld) het Archief / Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen / jaargang 1980 / pag. 134 evv: 'Een reis door Zeeland in 1774', door drs. J.H. Kluiver. Je ziét dan de zeedijken; de 'aangename steenwegen’ door het groene landschap in die tijd, en je hóórt de wind…! Terzijde: daarin wordt ook een klein vierkant stulpje beschreven in de buurt van Domburg, waarin een heremiet huisde. Op diens tafel lagen onder meer de boeken „Le
16
zie: www.goes18e-eeuw.nl / 1747-1750
songe d’un eremite”17 en „La metamorphose d’Ovide”; over de franse taal gesproken…!
! ! (10) Internationaal georiënteerd ?! !
Het lokale van Staats-Vlaanderen was de familie Hattinga in ieder geval wel ontstegen. Nogmaals: een plattelandsdokter was Willem Tiberius bepaald niét.! Het ziet er meer naar uit, dat de Hattinga’s in de 18e eeuw, meedrijvend op en deelnemend aan de ontwikkelingen, die door de Verlichting in gang waren gezet, veel ruimer en internationaler georiënteerd waren dan wij, terugkijkend vanuit de 21e eeuw, misschien geneigd zouden zijn te denken.!
!
Ik heb dan ook de neiging om mee te gaan met de Kraker, waar die in zijn bijdrage aan het jaarboek stelt, dat de Hattinga’s voor die tijd internationaal actief waren, en evenzeer, dat er in de 18e eeuw, ook in Zeeland, sprake was van opnieuw ontwakend cultureel leven, leesgezelschappen, bibliotheken.!
!
Ik zou op grond van het voorgaande eigenlijk nog iets verder willen gaan : de Hattinga’s hadden ook ervaring met en interesse voor andere culturen, zowel binnen als buiten Europa - getuige de bibliotheek van WT zelf. ! De stormachtige ontwikkelingen op wetenschappelijk en technisch gebied , die in die tijd in Europa plaatsvonden, gingen aan de actieve en belezen WT en zijn zoons blijkbaar niet voorbij. ! Het lijkt in hoge mate interessant om de catalogus van de veiling van zijn boeken uit 1763 eens écht goed uit te diepen, en op die wijze zijn interesses en horizon (nog) beter in beeld te krijgen.!
! ! (11) Cartografie! !
Natuurlijk heeft ook de cartografie de horizon van de Hattinga’s verruimd en hun wereldbeeld mede bepaald. 17
: De droom van een kluizenaar
Met name kunnen wij ons afvragen, wat Willem Tiberius, David en Anthony wisten van andere ontwikkelingen in de cartografie.! Ook alleen al daarover is een boek vol te schrijven.! ! In feite deden de Hattinga’s wat er ook in landen om ons heen gebeurde: de weg volgen van incidenteel kaarten maken, al dan niet uit liefhebberij, naar steeds functioneler en systematischer cartografie, veelal met voornamelijk militaire doelen. !
!
Scholten zegt daarover in zijn boek 'Militaire topografische kaarten en stadsplattegronden in Nederland 1579-1795’ 18, dat de penibele omstandigheden, waarin de republiek tijdens de Oostenrijkse successieoorlog verkeerde, de Hattinga’s de gelegenheid boden hun cartografische capaciteiten te ontplooien.! In zekere zin hadden zij dus de tijd / de omstandigheden méé.!
!
Zij waren natuurlijk niet de enigen. Zo vond in ongeveer dezelfde tijd (1747-1755) de Survey of Scotland plaats. Aanleiding was de opstand van de Jacobieten, die goed gelokaliseerd moesten kunnen worden. ! Ook daar ging men, met name uit defensiebelang, over tot systematisch karteren.!
!
En zo was in Frankrijk de familie Cassini al in 1733 begonnen met een systematische kartering van het hele land. Dat leidde in 1745 tot 182 kaartbladen, die aaneengelegd tezamen een kaart van heel Frankrijk vormden van 11,5 bij 11,5 meter, ofwel zo’n 132 m2.! De gehanteerde schaal was '1 ligne pour 100 toises’. Dat komt neer op 1 : 86400. De totale triangulatie duurde overigens ± 60 jaar, en vier generaties Cassini: een immense prestatie.! Die Cassini-kaart was technisch heel vernieuwend, en werd ook wel aangeduid als 'la carte de l’Academie’.!
18
Dr. F.W.J. Scholten / Canaletto / Alphen aan den Rijn / 1989 / pag. 91
De directeur van het Zeeuwsch Archief duidt op de site19 van het archief de franse kaartenmakersfamilie Cassini aan als de 'evenknie’20 van de familie Hattinga. ! Voorwaar een groot compliment !!
!
Overigens werkten niet alle beroemde cartografen uit die tijd (alleen) met triangulatie. De door mij persoonlijk zeer bewonderde Guillaume de l’Isle21, leerling van de astronoom Dominique Cassini22, en Premier Géographe du Roi, reisde niet zelf, maar werkte kaarten uit in zijn atelier in Parijs, op basis van informatie van onder meer reizigers. Dat leverde overigens verschrikkelijk mooie kaarten op, met daarop vaak ook nog eens heel veel informatie.!
!
In Frankrijk was men in de 17e en de 18e eeuw trouwens ook al bezig met 3D-cartografie, of liever: maquettes van vestingen en het omliggende landschap, van soms wel vele m2. Daarvan zijn er enkele tientallen te zien in het Musée des Plans Reliefs in Parijs23, maar ook het Palais des Beaux Arts in Lille bezit er een aantal. Als u nog eens in Parijs of Lille komt: een bezoek loont zeker de moeite.!
!
Meer inzicht in de bibliotheek van WT zou ons hopelijk kunnen vertellen, of de Hattinga’s van (die) andere cartografen en hun producten op de hoogte waren - maar dat kán haast niet anders.!
!
Via hun kaarten vallen de Hattinga’s wél aan de Franse cartografie te linken. Gebruikten zij in het algemeen als afstandsmaat de Rijnlandse Roede, en soms andere, zoals Blooijse Roeden, Conincks Roeden (Ameland), Gendse Roeden (Hulster Ambacht), Putse Roeden (St. Adolfsland), en een enkele keer zelfs 'Duytsche Mylen van XV in een Graadt’, plotseling komt er dan óók een kaart voorbij van 19
www.Zeeuwsarchief.nl
20
van Dale (óók al uit Zeeuws-Vlaanderen!): gelijke in verdienste of bekwaamheid
21
Paris, 1675-1725
22
Genua 1625 - Paris 1712, ook wel aangeduid als Cassini I, en directeur van het Observatoire de Paris 23
www.museedesplansreliefs.culture.fr
Sas de Gand, met een 'Echelle de 1200 toises de France, qui fait un demy Lieux de France’.!
!
Ze waren dus wel degelijk op de hoogte van andere schalen en afstandsmaten, en met name ook van Franse. Wéér Frankrijk trouwens, en wéér de franse taal.!
!
Dan is ook aannemelijk, dat ze op de hoogte waren van de toen nog bestaande enorme verscheidenheid in afstandsmaten. Bestonden er in Nederland al vele verschillende soorten Roeden en Ellen, internationaal waren de verschillen nog veel groter. Een korte verkenning in min of meer willekeurig 18e-eeuws kaartmateriaal levert bijvoorbeeld al tientallen verschillende soorten mijlen op24. Zelfs binnen één land werden vaak verschillende soorten mijlen door- en naast elkaar gebruikt25.!
!
Ik noem deze omstandigheid maar even om aan te geven, dat een niet ál te lokaal georiënteerde cartograaf in de 18e eeuw allerlei technische keuzes moest maken, en van dit alles dus op zijn minst een notie moest hebben. Ik zou mij haast aan de stelling durven wagen, dat een cartograaf, die in de 18e eeuw ook maar enigszins met zijn tijd meeging, daardoor onvermijdelijk zijn horizon verruimde.! ! Een open deur, of een aanknopingspunt, of allebei ? !
! ! (12) Slot! !
Wij hebben behoorlijk veel feiten-materiaal over het leven en werk van Willem Tiberius, David en Anthony. Ik meen te mogen stellen, dat analyse van dat materiaal aan de hand van verschillende gezichtspunten en invalshoeken hen in ieder geval als persoon dichterbij brengt - en nog veel dichterbij kan brengen.! 24
Dan hebben we het nog niet eens over de vele soorten uren gaans, de Griekse stadiën, de Russische wersten, de Indiase coss, de Perzische farsangen, de Arabische giams, de Wiener Klasters, enz. enz… 25
Er waren al eerder pogingen gedaan om overzicht te scheppen, bijv.: Finetto Oberti (Turijn, 1643), Treatise on metrology / handboek over internationale gewichten, maten en wisselkoersen, 1667
! Met die gedachte in het achterhoofd zie ik de aanbieding van het jaarboek vandaag niet als de afsluiting van een project, maar als een opstap naar verder.!
! ! (13) Dank! !
Ik dank u niet alleen voor uw aandacht, maar vooral ook voor het perspectief, dat u door dit jaarboek aan de huidige Hattinga’s hebt gegeven. !
! ! !
m.c.l. hattinga verschure, den haag, sept/okt. 2015
!
!
!
!