BRL K609/02 1999-09-17
Beoordelingsrichtlijn
voor het Kiwa productcertificaat voor Doktersmengkranen
BRL K609/02 1999-09-17
Beoordelingsrichtlijn
voor het Kiwa productcertificaat voor Doktersmengkranen
©1999 Copyright, Kiwa N.V. Niets uit deze uitgave mag verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotocopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Het gebruik van deze Beoordelingsrichtlijn door derden, voor welk doel dan ook, is uitsluitend toegestaan nadat een schriftelijke overeenkomst met Kiwa is gesloten waarin het gebruiksrecht is geregeld. Bindend verklaring Deze beoordelingsrichtlijn is door de directeur Certificatie en Keuringen van Kiwa bindend verklaard per 17 september 1999
Erkenning
Kiwa N.V Certificatie en Keuringen Sir Winston Churchill-laan 273 Postbus 70 2280 AB Rijswijk Telefoon 070 – 41 444 00 Telefax 070 – 41 444 20 Internet www.kiwa.nl
Voorwoord Kiwa Algemeen
Deze Beoordelingsrichtlijn is vastgesteld door het College van Deskundigen CKW van Kiwa, waarin belanghebbende partijen op het gebied van waterleidingartikelen zijn vertegenwoordigd. Deze Beoordelingsrichtlijn zal door Kiwa worden gehanteerd in samenhang met het Kiwa-Reglement voor Productcertificatie. In dit reglement is de door Kiwa gehanteerde werkwijze vastgelegd bij de uitvoering van het onderzoek ter verkrijging van het certificaat, alsmede de externe controle. Over de aan te houden controlefrequentie adviseert het College van Deskundigen CKW. Voor de producteisen is met name gekeken naar de geldende Europese normen op het gebied van sanitaire kranen. Een aantal van de in deze normen opgenomen eisen en beproevingen zijn vrijelijk in het Nederlands vertaald. Deze beoordelingsrichtlijn vervangt BRL-K609/01 "Doktersmengkranen". De kwaliteitsverklaringen die op basis van deze beoordelingsrichtlijn zijn afgegeven verliezen in elk geval hun geldigheid op 17 september 2004.
Inhoud 1 Inleiding
6
1.1
Onderwerp
6
1.2
Toepassingsgebied
6
1.3
Aanvraag
6
2 Eisen te stellen aan het product
7
2.1
Algemeen
7
2.2
Definitie
7
2.3
Materiaal
7
2.4
Ontwerp en uitvoering
8
2.5
Functionele eigenschappen
10
3 Merken
12
4 Beproevingsmethoden
13
4.1
Bepaling van afgifte kleur, reuk en smaak
13
4.2
Bepaling van de hechting en duurzaamheid van kunststof deklagen
14
4.3
Bepaling van de weerstand tegen een koppel op de bedieningshendel
14
4.4
Bepaling van de warmtegeleiding bedieningshendel
15
4.5
Bepaling volumestroom
15
4.6
Bepaling afsluiting
16
4.7
Bepaling kruisverbinding
16
4.8
Bepaling waterdichtheid
16
4.9
Mechanische sterkte
17
4.10 Duurbeproeving van het bedieningsmechanisme
17
4.11 Duurbeproeving van de draaibare uitloop
18
5 Eisen te stellen aan het kwaliteitssysteem
19
5.1
Algemeen
19
5.2
Interne kwaliteitsbewaking
19
5.3
Procedures en werkinstructies
19
Inhoud 5.4
Externe beoordeling
19
6 Lijst van vermelde documenten
20
bijlage 1
Aansluitmaten wandmengkraan 120 mm.
21
bijlage 2
Model IKB-schema
22
1 Inleiding 1.1 Onderwerp De in deze beoordelingsrichtlijn opgenomen eisen worden door Kiwa gehanteerd bij de behandeling van een aanvraag, c.q. de instandhouding van een certificaat voor Doktersmengkranen. Naast de eisen, die in deze beoordelingsrichtlijn zijn vastgelegd, stelt Kiwa aanvullende eisen, in de zin van algemene procedure-eisen van certificatie, zoals vastgelegd in het Kiwa-Reglement voor Productcertificatie. 1.2 Toepassingsgebied Doktersmengkranen zijn bedoeld voor toepassing in drinkwaterinstallaties met een statische druk van maximaal 1000 kPa, een dynamische druk van minimaal 50 kPa en een watertemperatuur van ten hoogste 90C. De aanbevolen grenzen voor een juiste werking zijn een dynamische druk tussen 100 en 500 kPa en een watertemperatuur van maximaal 65C. Doktersmengkranen worden onderscheiden in keukenmengkranen en wastafelmengkranen en zijn geschikt voor ééngats- of wandmontage. 1.3 Aanvraag De behandeling van de aanvraag voor een Kiwa-certificaat vindt plaats op basis van de op het moment van indienen van kracht zijnde Kiwa-Beoordelingsrichtlijn. Indien door de producent rapporten van onderzoekinstellingen of laboratoria worden overlegd om aan te tonen dat het product aan de eisen van de BRL voldoet, zal moeten worden aangetoond dat deze zijn opgesteld door een instelling die voldoet aan de van toepassing zijnde accreditatienorm, te weten: • EN 45001 voor laboratoria • EN 45004 voor inspectie-instellingen • EN 45011 voor certificatie-instellingen De instelling wordt geacht aan deze criteria te voldoen wanneer een accreditatiecertificaat kan worden overlegd, afgegeven door de Raad voor Accreditatie (RvA) of een accreditatie-instelling waarmee de RvA een overeenkomst van wederzijdse acceptatie heeft gesloten. Deze accreditatie moet betrekking hebben op het voor deze BRL vereiste onderzoek. Indien geen accreditatiecertificaat kan worden overlegd, zal Kiwa zelf verifiëren of aan de accreditatienorm is voldaan.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
6
2 Eisen te stellen aan het product 2.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de eisen opgenomen waaraan Doktersmengkranen moeten voldoen. Deze eisen zullen onderdeel uitmaken van de technische specificatie van het product, die wordt opgenomen in het certificaat. 2.2 Definitie Een doktersmengkraan is een kraan, dienende voor de levering van koud, gemengd koud en warm, en warm water, die door middel van één hendel met de arm kan worden bediend. 2.3 Materiaal 2.3.1 Afgifte toxische- en ongewenste stoffen De materialen mogen, indien de kraan overeenkomstig hun bestemming worden gebruikt, aan in aanraking komende water, geen stoffen afgeven in concentraties die schadelijk kunnen zijn voor de gebruikers van dat water. Van toepassing is Publicatie 92-04 van het Ministerie van VROM "Richtlijn Kwaliteit Materialen en Chemicaliën Drinkwatervoorziening". 2.3.2 Afgifte kleur-, reuk- en smaakstoffen De door de materialen aan het migratiewater afgegeven kleur mag, bij beproeving volgens 4.1 na de derde migratieperiode niet meer dan 5 mg/l (schaal Pt/Co) groter zijn dan van het oorspronkelijke migratiewater. Bij beproeving volgens van het migratiewater op door de materialen afgegeven reuk en smaak mag, na de derde migratieperiode bij een verdunning van 1 : 15 (16-voudig) geen afwijkende reuk of smaak worden geconstateerd door tenminste 5 van de 8 leden van een panel volgens 4.1. 2.3.3 Chemische en mechanische eisen 2.3.3.1 Koper Koper moet gedesoxydeerd koper zijn Cu-DHP volgens ISO 431-1981 met een groot residueel fosforgehalte. De verontreiniging van het oppervlak met koolstof mag ten hoogste 0,3 mg/dm² bedragen. 2.3.3.2 Koper-zinklegeringen Koper-zinklegeringen moeten voor de aangegeven typen tenminste voldoen aan het volgende: a. Gietwerk in zand moet zijn Cu Zn 33 volgens ISO 426/1. b. Gietwerk in coquile moet zijn Cu Zn 40 volgens ISO 426/1. c. Stafmateriaal moet zijn Cu Zn 39 Pb 2 volgens ISO 426/2. d. Warmperswerk: Cu Zn 40 Pb 2 volgens DIN 17660. 2.3.3.3 Koper-tinlegeringen Koper-tinlegeringen moeten voor de aangegeven typen voldoen aan het volgende: a. koper-tinlegeringen Cu Pb 5 en Sn 5 Zn 5 volgens ISO 1338-1977, tabel 21; b. koper-tinlegeringen met 5 % Sn, 3 % Pb en 7 % Zn, die voor het overige overeenkomen met de onder a. genoemde legering.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
7
2.3.3.4 Corrosievast staal Corrosievast staal moet voldoen aan Euronorm 88-71. 2.3.3.5 Zink-aluminiumlegeringen Zink-aluminiumlegeringen mogen alleen worden toegepast voor bedieningshendel en moeten zijn voorzien van een corrosiewerende deklaag. 2.3.3.6 Rubber Natuurrubber (NR) en isopreenrubber (IR) zijn niet toegestaan. 2.3.3.7 Fiber Fiber moet hard-fiber zijn en voldoen aan DIN 7737 met een kwaliteit tenminste gelijkwaardig aan: • type Vf3110; • type Vf3111. 2.3.3.8 Deklagen van kunststof (coating) De laagdikte moet tenminste 25 µm bedragen. Deklagen van kunststof dienen na een beproeving volgens 4.2 te voldoen aan: • NEN-EN 248, artikel 7.1.1 met betrekking tot corrosie bestendigheid; • ISO 2409, tabel 1, klasse 0 of 1 met betrekking tot hechting. 2.3.3.9 Metallische deklagen Metallische, corrosiewerende deklagen moeten voldoen aan de eisen gesteld in NENEN 248. 2.3.3.10 Andere materialen Andere dan de hiervoor aangegeven materialen mogen worden gebruikt, mits deze: • van tenminste gelijkwaardige kwaliteit zijn;1 • geen aanleiding geven tot electrochemische corrosie (contactcorrosie); • bestand zijn tegen inwerking van drinkwater met een maximale temperatuur van 90°C; • voldoen aan de eisen volgens 2.3.1. 2.4 Ontwerp en uitvoering 2.4.1 Afmetingen en aansluitmaten De afmetingen en aansluitmaten moeten voldoen aan de relevante eisen als opgenomen in NEN-EN 817 "Sanitaire kranen - Mechanisch instelbare mengkranen (PN 10)", artikel 8. In aanvulling op de maten als vermeld in NEN-EN 817 zijn de afmetingen voor wandmengkranen met 120 mm aansluitmaat volgens bijlage 1 eveneens toegestaan. 2.4.2 De lengte van de bedieningshendel moet tenminste 200 mm bedragen. 2.4.2.1 Sleutelvlakken De sleutelwijdten van aan kranen toegepaste sleutelvlakken moeten zijn uitgevoerd volgens NEN 2284. De hoogte van deze sleutelvlakken moet voldoende zijn voor toepassing van normaal verkrijgbaar gereedschap. Inwendige sleutelvlakken moeten zeskantig zijn en geschikt voor toepassing van normaal verkrijgbaar gereedschap.
1
de materialen worden geacht hieraan te voldoen indien de functionele beproevingen uit deze Beoordelingsrichtlijn, met goed gevolg worden volbracht
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
8
2.4.2.2 Bevestigingsmoeren Bevestigingsmoeren voor ééngatsmengkranen moeten bij een omgevingstemperatuur van 20 ± 5°C bestand zijn tegen een aandraaimoment van 25 N·m. De hoogte van de sleutelvlakken moet ten minste 6 mm bedragen. 2.4.3 Aansluiteinden 2.4.3.1 Aansluitschroefdraad Aansluitschroefdraad moet bevestigingspijpschroefdraad zijn volgens NEN 176 met toleranties volgens NEN 1141. De schroefdraad mag zo nodig zijn geruwd ten behoeve van afdichtingsmateriaal. 2.4.3.2 Bevestigingsschroefdraad Schroefdraad voor bevestiging van een aansluiteinde in een kraanhuis (b.v. een koperen pijpeinde of een flexibele aansluitleiding) moet zijn; metrische draad volgens NEN 1870 met een spoed van 1 mm en toleranties volgens NEN 1871, klasse 6 H. 2.4.3.3 Boringen voor capillaire soldering Boringen in een kraanhuis voor capillaire soldering van koperen pijpeinden moeten een maatvoering bezitten overeenkomstig de desbetreffende eisen in Kiwa beoordelingsrichtlijn BRL-K623. Daarbij moet de lengte van de boring voor zachtsolderen ten minste 1,5 maal de uitwendige pijpmiddellijn zijn. De lengte van de boring voor hardsolderen moet ten minste 0,75 maal de uitwendige pijpmiddellijn zijn. Opmerking De vereiste grotere capillaire lengte voor zachtsolderen is noodzakelijk gebleken omde gesoldeerde koperen pijpen zonder bezwaar te kunnen buigen. 2.4.3.4 Inschroefzittingen Schroefdraad van inschroefzittingen moet links zijn. 2.4.3.5 Knelfittingen Knelfittingen moeten voldoen aan de Kiwa beoordelingsrichtlijn BRL-K640 "Knel- en klemfittingen deel uitmakend van toestellen en installaties, voor het verbinden van koperen buizen in drinkwaterinstallaties". 2.4.3.6 Flexibele aansluiteinden Toegepaste flexibele aansluiteinden moeten voldoen aan Kiwa Beoordelingsrichtlijn BRL-K622 "Flexibele aansluitleidingen", met uitzondering van de eisen die zijn gesteld aan de afmetingen en de aansluiteinden. De schroefdraad voor bevestiging in het kraanhuis moet zijn uitgevoerd volgens internationale normen. 2.4.4 Schuimstraalmondstukken en straalregelaars Toegepaste schuimstraalmondstukken en straalregelaars moeten voldoen aan de Kiwa beoordelingsrichtlijn BRL-K617 "Schuimstraalmondstukken". 2.4.5 Spelingen en geluid Spelingen tussen onderdelen van de kraan mogen geen ongunstige invloed kunnen uitoefenen op de goede werking van de kraan. Zij mogen geen aanleiding geven tot resoneren bij het doorstromen van water, bij normaal gebruik van de kraan mogen geen hinderlijke geluiden optreden.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
9
2.4.6 Afdichtingen en pakkingringen De constructie van afdichtingen moet zodanig zijn dat kleine verschillen in de afmetingen van de afdichtende elementen kunnen worden opgenomen. Pakkingringen moeten tegen zijdelings wegdrukken zijn geborgd. 2.4.7 Bedieningshendel 2.4.7.1 Bevestiging Bedieningshendels die zijn vervaardigd uit een zink-aluminiumlegering moeten geïsoleerd worden bevestigd. De bedieningshendel moet bestand zijn tegen een koppel van 10 ± 1 Nm in de openings- en sluitrichting en de richting dwars hierop. Dit moet worden bepaald volgens 4.3. Na deze beproeving mag geen zichtbare vervorming zijn opgetreden en moet de kraan voldoen aan de eisen met betrekking tot afsluiting. Bij gebruik van een klikverbinding moet de aftrekkracht bij kamertemperatuur minimaal 50 N en maximaal 200 N bedragen. 2.4.7.2 Warmtegeleiding Bij doorstroming van de kraan, in de warmste stand, met water van 90°C mag de bedieningshendel niet warmer worden dan 45°C. Dit moet worden bepaald volgens 4.4 2.4.8 Afwerking In- en uitwendig moet het huis gaaf, glad en vrij van bramen zijn. Het huis moet inwendig gereinigd zijn. 2.5 Functionele eigenschappen 2.5.1 Volumestroom De volumestroom van de kraan moet tenminste 0,20 l/s (circa 720 l/h) bedragen, bij een dynamische druk, gemeten aan zowel de instroomzijde van het warme water als aan de instroomzijde van het koude water, van 300 ± 20 kPa. De volumestroom wordt gemeten in de volgende standen: • koud water volledig open en warm water volledig dicht; • warm water volledig open en koud water volledig dicht; • middenstand waarbij de toegevoerde hoeveelheid koud water en warm water gelijk zijn; Dit moet worden bepaald volgens 4.5. Van kranen uitgevoerd met een schuimstraalmondstuk klasse Z moet de volumestroom tenminste 0,20 l/s (720 l/h) bedragen, indien het schuimstraalmondstuk is vervangen door één van de hydraulische weerstanden als gedefinieerd in artikel 4.5.1. 2.5.2 Straalregelaars Een kraan moet vanaf 0,07 l/s (circa 250 l/h) een gebonden straal geven of zijn voorzien van een straalvormer of een schuimstraalmondstuk. 2.5.3 Bediening en regeling De doktersmengkraan moet zodanig zijn geconstrueerd, dat bij de opening eerst uitsluitend koud en bij het volledig omleggen van de bedieningshendel nagenoeg alleen warm water kan worden getapt. De temperatuur en volumestroom van het uitstromende water moeten op regelmatige en eenvoudige wijze kunnen worden ingesteld. BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
10
2.5.4 Afsluiting en waterdichtheid 2.5.4.1 Afsluiting Bij de beproeving volgens 4.6 moet de kraan, zonder dat gebruik is gemaakt van bijzondere hulpmiddelen, afsluiten bij een druk oplopend van 0 kPa tot 1600 kPa. Tijdens deze beproeving mag lekkage noch enig teken van beschadiging worden waargenomen. 2.5.4.2 Kruisverbinding tussen warm en koud water Bij een gesloten stand van de kraan mogen de toevoerleidingen voor warm en koud water niet via het inwendige van de kraan met elkaar in verbinding staan bij een statische druk oplopend tot 400 ± 20 kPa. Dit moet worden bepaald volgens 4.7. Opmerking Het toepassen van keerkleppen in de kraan met het doel dergelijke kruisverbindingen te vermijden, is niet toegestaan. 2.5.4.3 Waterdichtheid Kranen moeten waterdicht zijn bij een druk van zowel 400 ± 20 kPa als 20 ± 5 kPa. Dit moet worden bepaald volgens 4.8. Tijdens deze beproeving mag geen teken van beschadiging noch lekkage worden waargenomen. 2.5.5 Mechanische sterkte Kranen mogen geen permanente vervorming vertonen indien ze aan hoge waterdruk blootgesteld worden. Dit moet worden bepaald volgens 4.9. 2.5.6 Mechanische duurzaamheid 2.5.6.1 Duurzaamheid van het bedieningsmechanisme Kranen moeten voldoende duurzaam zijn. Om inzicht te verkrijgen in de duurzaamheid moet een duurbeproeving volgens 4.10 worden uitgevoerd. Na deze beproevingen mag geen overmatige slijtage aan de bewegende delen zijn te constateren en moet de kranen voldoen aan de eisen die zijn gesteld aan de afsluiting en waterdichtheid. 2.5.6.2 Duurzaamheid van de draaibare uitloop Indien de kraan is uitgevoerd met een draaibare uitloop moet, om inzicht te verkrijgen in de duurzaamheid, een duurbeproeving volgens 4.11 worden uitgevoerd. Na afloop van de duurbeproeving moet de kraan voldoen aan de eisen als gesteld in 2.5.4.3. 2.5.7 Acoustische eigenschappen Kranen moeten overeenkomstig NEN-EN 817 artikel 14 worden getest op acoustische eigenschappen. De resultaten van de metingen worden uitgedrukt door het acoustisch niveau van een kraan Lap in dB(A). Groep I II niet geclassificeerd
Lap in dB(A)
≤ 20 20 < Lap ≤ 30 > 30
Afhankelijk van de waarde van Lap, verkregen bij 300 ± 20 kPa, wordt de kraan in bovenstaande acoustische groepen ingedeeld. BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
11
3 Merken Op het kraanhuis moet duidelijk leesbaar, onuitwisbaar en na montage zichtbaar de naam of logo van de producent, de acoustische groep en de volumestroomklasse zijn aangebracht. De bewegingsrichting van de bedieningshendel moet voor de instelling van de watertemperatuur aangeduid worden met blauw voor koud water en rood voor warm water.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
12
4 Beproevingsmethoden 4.1 Bepaling van afgifte kleur, reuk en smaak 4.1.1 Beproevingsinstallatie, materiaal, hulpmiddelen en voorwaarden Voor de bepaling van de afgifte van kleur, reuk en smaak moet de kraan kunnen worden opgenomen in een drinkwaterinstallatie waarin de snelheid van het water door de kraan kan worden ingesteld. Voor testwater moet ongechloreerd rein water worden toegepast dat van tevoren door een koolfilter is geleid met een snelheid van 15 ± 5 ml/min. Voor het koolfilter moet een glazen cilinder met een binnenmiddellijn van circa 80 cm worden toegepast, die is gevuld met 2,5 l kool (hoogte circa 50 cm). De toe te passen kool moet type RBX-nr. 1 van Norit of een kool van gelijkwaardige kwaliteit en eigenschappen zijn. Het toe te passen glaswerk mag geen reuk of smaak afgeven en moet met een reukloos zeepmiddel zijn gereinigd. Het glaswerk moet 24 h voor de smaaktest worden gevuld met smaakloos water waaraan 10 ml waterstofperoxide 30 % per 250 ml is toegevoegd. Tenminste een uur voor de bepaling mogen de panelleden niet hebben gegeten, gedronken of gerookt en stoffen die de reuk en/of de smaak beïnvloeden hebben vermeden. De bepaling van de afgifte van reuk en smaak moet plaatshebben in een ruimte die vrij is van storende geuren en geluiden, waarin de temperatuur op 20 ± 2 C in stand wordt gehouden en waarin de relatieve luchtvochtigheid tenminste 50 % is. Om de analyse volgens NEN 6413 te kunnen uitvoeren moet daartoe geschikte apparatuur worden gebruikt. 4.1.2 Proefstuk Eén of meerdere kranen zodat: • het volume van de daarin toegepaste kunststofdelen die met drinkwater in contact komen tenminste 50 ml bedraagt; en of • de inhoud van de daaraan toegepaste slangen tenminste 500 ml bedraagt. 4.1.3 Werkwijze a. Spoel de kraan (kranen) met drinkwater met een snelheid van 2 m/s, gerelateerd aan de inwendige middellijn van het aansluiteinde, gedurende 300 seconden. b. Spoel de kraan (kranen) aansluitend na met testwater. c. Demonteer de kraan (kranen) en plaats ingeval kunststofdelen deze in een maatcilinder; stop ingeval slang(en) één einde af. d. Vul de maatcilinder met een volume testwater gelijk aan 10 maal het volume van de kunststof en/of vul de slang(en) met testwater, neem tevens een deelmonster van het testwater als blanco. e. Dek maatcilinder en/of slang(en) luchttoegankelijk af. f. Bewaar gedurende 72 ± 1 uur maatcilinder en/of slang(en) en houd daarbij de omgevingstemperatuur in stand op een waarde van 20 ± 2°C. g. Neem een monster van het water uit de maatcilinder en/of slang(en). h. Spoel maatcilinder en kunststofdelen en/of slang(en) na met testwater. i. Herhaal de procedure volgens lid d. t/m h. tweemaal (totaal 3 migratieperioden). BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
13
j. k. l.
Analyseer een watermonster van de derde periode op kleur volgens NEN 6413. Vervaardig met behulp van het deelmonster blanco testwater een 16-voudige verdunning van het resterende testwater van de derde periode. Laat door tenminste 8 leden uit het panel de afgifte van zowel reuk en smaak toetsen van monsters van de verdunning en monsters van het blanco testwater.
4.2 Bepaling van de hechting en duurzaamheid van kunststof deklagen 4.2.1 Beproevingsinstallatie en hulpmiddelen Voor de bepaling van de hechting en de duurzaamheid van de kunststof deklaag moeten de proefstukken eerst worden geconditioneerd in een bad waarin het water automatisch op de vereiste temperatuur wordt gehouden. De toe te passen hulpmiddelen voor de bepaling van de hechting moeten zijn volgens NEN 5337-4. 4.2.2 Proefstuk Tenminste twee kraanhuizen of twee bedieningselementen doch een zodanig aantal dat het te beproeven oppervlak tenminste 10 000 mm² bedraagt. 4.2.3 Beproevingscondities Tijdens de conditionering van de proefstukken moet: • het water in het bad 90 ± 3°C zijn: • de omgevingstemperatuur 20 ± 10°C zijn. 4.2.4 Werkwijze a. Plaats de proefstukken 1 h in het waterbad. b. Koel de proefstukken af aan de omgevingstemperatuur. c. Bepaal van één proefstuk de hechting volgens NEN 5337-6.2. d. Bepaal van de overige proefstukken of wordt voldaan aan NEN-EN 248. 4.3 Bepaling van de weerstand tegen een koppel op de bedieningshendel 4.3.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepaling van de weerstand tegen een koppel op de bedieningshendel moet de kraan kunnen worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarmee het vereiste koppel kan worden aangelegd. 4.3.2 Proefstuk Deze beproeving moet op een andere kraan uitgevoerd worden dan waarop de mechanische duurproef van het bedieningsorgaan is/wordt uitgevoerd. 4.3.3 Werkwijze De beproeving vindt plaats met een kraan die niet onder waterdruk staat. a. Breng op het einde van de bedieningshendel in 5 ± 1 seconden een koppel aan van 10 ± 1,0 N·m in de openings-/sluitrichting. b. Houdt deze kracht 5 minuten in stand. Doe dit zowel in de positie kraan volledig gesloten als warm waterstroom volledig open. c. Voer deze beproeving ook éénmaal in opgaande en éénmaal in neergaande beweging uit.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
14
4.4 Bepaling van de warmtegeleiding bedieningshendel 4.4.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepaling van de warmtegeleiding van bedieningshendel moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarmee water van de vereiste temperatuur door de kraan kan worden gevoerd en waarmee de temperatuur kan worden gemeten van het gedeelte van bedieningshendel dat in contact komt met de arm. 4.4.2 Werkwijze a. Doorstroom de kraan gedurende 300 seconden met water van 90°C en een volumestroom van 0,15 l/s (540 l/h). b. Meet aansluitend de temperatuur van het gedeelte van de bedieningshendel dat in contact komt met de arm. 4.5 Bepaling volumestroom 4.5.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepaling van de volumestroom moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarmede onder toevoering van water de vereiste drukken kunnen worden bewerkstelligd. De beproevingsinstallatie moet voor de bepaling worden ontlucht. De waterdruk moet kunnen worden gemeten met een precisiemanometer volgens NEN 927. Indien de kraan is voorzien van standaard accessoires (schuimstraalmondstuk, handdouche e.d.) moet de volumestroommeting plaatsvinden nadat de accessoire is vervangen door een hydraulische weerstand met een gecalibreerde volumestroom bij 300 kPa ingedeeld in één van de volgende klassen: • • • • •
klasse A -------------klasse S --------------klasse B -------------klasse C -------------klasse D --------------
q = 0,25 l/s; q = 0,33 l/s; q = 0,42 l/s; q = 0,50 l/s; q = 0,63 l/s.
4.5.2 Werkwijze a. Sluit zowel de koud- als warmwater toevoerleiding op de kraan aan. Het temperatuursverschil tussen het koude en warme water moet 50 ± 1C zijn. b. Zet de kraan in de stand koud water volledig open en warm water volledig dicht. Belast de kraan aan de koud water instroomzijde met een druk van 300 ± 20 kPa. c. Zet de kraan in de stand warm water volledig open en koud water volledig dicht. Belast de kraan aan de warm water instroomzijde met een druk van 300 ± 20 kPa. d. Meet bij de ingestelde drukken de volumestroom in de volgende standen: • koud water volledig open en warm water volledig dicht; • warm water volledig open en koud water volledig dicht; • middenstand waarbij de toegevoerde hoeveelheid koud water en warm water gelijk zijn.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
15
4.6 Bepaling afsluiting 4.6.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepaling van de waterdichtheid bovenstrooms van het afsluitorgaan moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarmede onder toevoering van water de vereiste drukken kunnen worden bewerkstelligd. De beproevingsinstallatie moet voor de bepaling worden ontlucht. De waterdruk moet kunnen worden gemeten met een precisiemanometer volgens NEN 927. 4.6.2 Werkwijze a. Sluit zowel de koud- als warmwater toevoerleiding op de kraan aan. b. Vul de kraan met water en stel de volumestroomregeling in gesloten stand. c. Belast de kraan aan de koud water instroomzijde met een druk van 1600 ± 50 kPa en houd deze einddruk 60 ± 5 seconden in stand. d. Herhaal dit voor de warmwater instroomzijde. 4.7 Bepaling kruisverbinding 4.7.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepaling van de kruisverbinding tussen warm en koud water moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarmee onder toevoering van water de vereiste drukken kunnen worden bewerkstelligd. De beproevingsinstallatie moet voor de beproeving worden ontlucht. De waterdruk moet kunnen worden gemeten met een precisiemanometer volgens NEN 927. 4.7.2 Werkwijze a. Sluit de koudwater toevoerleiding op de kraan aan. b. Open de kraan en vul deze met water. c. Plaats de kraan in de stand waarbij geen water vanuit de koudwater toevoer uit de uitstroomzijde van de kraan stroomt. d. Belast de kraan aan de instroomzijde van koud water met een statische druk van 400 ± 20 kPa en houd deze druk 60 ± 5 seconden in stand. e. Herhaal deze beproeving door de warm water toevoerleiding aan te sluiten en de kraan in de stand te zetten waarbij geen water vanuit de warmwater toevoer uit de uitstroomzijde van de kraan stroomt. 4.8 Bepaling waterdichtheid 4.8.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepaling van de waterdichtheid benedenstrooms van het afsluitorgaan moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarmee onder toevoering van water de vereiste drukken kunnen worden bewerkstelligd. De beproevingsinstallatie moet voor de bepaling worden ontlucht. De waterdruk moet kunnen worden gemeten met een precisiemanometer volgens NEN 927. 4.8.2 Proefstuk Als proefstuk dient een kraan zonder straalregelaar. Nastelbare kranen moeten door de producent zijn afgesteld en mogen tijdens de bepaling geen nadere instelling ondergaan. 4.8.3 Werkwijze a. Sluit zowel de koud- als warmwater toevoerleiding op de kraan aan. b. Open de kraan en vul deze met water. c. Sluit de uitstroomzijde van de kraan af. BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
16
d.
e.
Belast de kraan zowel aan de instroomzijde koud water als instroomzijde warm water met een statische druk van 400 ± 20 kPa en houd deze einddruk 60 ± 5 seconden in stand. Verdraai hierbij de bedieningshendel over het gehele bereik. Herhaal deze proef bij een statische druk van 20 ± 5 kPa.
4.9 Mechanische sterkte 4.9.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepaling van de mechanische sterkte moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarmee onder toevoering van water de vereiste drukken kunnen worden bewerkstelligd. De beproevingsinstallatie moet voor de bepaling worden ontlucht. De waterdruk moet kunnen worden gemeten met een precisiemanometer volgens NEN 927. 4.9.2 Proefstuk Als proefstuk dient een kraan zoals aangeleverd. Nastelbare kranen moeten door de producent zijn afgesteld en mogen tijdens de bepaling geen nadere instelling ondergaan. 4.9.3 Werkwijze a. Belast de gesloten kraan zowel aan de instroomzijde koud water als instroomzijde warm water gelijktijdig met een statische druk van 2500 ± 50 kPa en houd deze einddruk 60 ± 5 seconden in stand. b. Open de kraan en breng een dynamische druk aan van 400 ± 20 kPa, gemeten bij de aansluiting van de kraan op de toevoerleidingen. Houdt deze druk 60 ± 5 seconden in stand. Indien de kraan is voorzien van losneembare volumestroomregelaar, dan moet deze beproeving zowel met als zonder volumestroomregelaar uitgevoerd worden. 4.10 Duurbeproeving van het bedieningsmechanisme 4.10.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepalingen van de duurzaamheid moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarin deze onder toevoeging van water in een automatisch verlopend proces onder de hierna voorgeschreven condities wordt beproefd. 4.10.2 Proefstuk Als proefstuk dient voor iedere bepaling een ongebruikte kraan. Nastelbare kranen moeten door de producent zijn afgesteld en mogen geen nadere instelling ondergaan. 4.10.3 Werkwijze a. Merk de hendel en het huis van de kraan in de volgende standen: • kraan gesloten (stand 0); • stand waarbij de temperatuur van het mengwater van compleet koud naar mengtemperatuur overgaat. Bepaal deze stand met een volumestroommeter in de koud en warm water toevoer (stand 1); • het midden van stand 1 en de stand warm water volledig open (stand 2). • stand warm water volledig open (stand 3). b. Voer in een continu verlopend proces 20 000 cyclussen uit waarbij een cyclus de punten c. tot en met j. omvat. De kraan moet in de stand maximale volumestroom koud water respectievelijk maximale volumestroom warm water BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
17
c. d. e. f. g. h. i. j.
een volumestroom van ten minste 0,08 l/s (288 l/h) hebben en een temperatuur van 20 ± 5C respectievelijk 90 ± 3C. Iedere instelling moet worden uitgevoerd in 0,5 ± 0,2 s, waarbij juist geen gebruik mag worden gemaakt van de eindbegrenzing van de kraan. Sluit de kraan. Ga naar stand 2. Sluit de kraan. Ga naar stand 3 en houdt deze stand 40 ± 1 s vast. Sluit de kraan. Ga naar stand 2. Sluit de kraan. Ga naar stand 1 en houdt deze stand 40 ± 1 s vast.
4.11 Duurbeproeving van de draaibare uitloop 4.11.1 Beproevingsinstallatie Voor de bepalingen van de duurzaamheid moet de kraan worden opgenomen in een beproevingsinstallatie waarin deze onder toevoeging van water in een automatisch verlopend proces onder de hierna voorgeschreven condities wordt beproefd. 4.11.2 Proefstuk Als proefstuk dient een kraan zoals aangeleverd. Nastelbare kranen moeten door de producent zijn afgesteld en mogen tijdens de bepaling geen nadere instelling ondergaan. 4.11.3 Werkwijze a. Sluit beide inlaten van de kraan aan op de koud water toevoerleiding. De temperatuur van het koude water moet tussen de 15 en 30 C liggen. b. Monteer aan de uitstroomzijde van de uitloop een gewicht van 1 kg (0/-10 g) en als het bereik van de uitstroomopening meer dan 200 mm bedraagt, een gewicht dat zorg draagt voor een buigend moment van (2 + (0/-0,2)) Nm.Breng met de kraan dicht een statische druk in beide toevoerleidingen aan die ligt tussen de 0,2 en 0,4 MPa (2 tot 4 bar). c. Breng met de kraan dicht een statische druk in beide toevoerleidingen aan die ligt tussen de 0,2 en 0,4 MPa (2 tot 4 bar). d. Open de kraan en stel door de uitstroomopening gedeeltelijk te blokkeren, een volumestroom in die ligt tussen 0,066 en 0,1 l/s (4 en 6 l/min). e. Voer in een continu verlopend proces 80.000 cyclussen uit, waarbij een cyclus een heen en weer gaande beweging over een hoek van 110 is. Indien een eindbegrenzing aanwezig is, omvat een cyclus 90 % van de maximale hoekverdaaiing en weer terug. Per minuut dienen 15 + (0/-1) cyclussen uitgevoerd te worden. Gedurende de beproeving moet de toevoer wisselend 15 min ± 30 s koud water en 15 min ± 30 s warm water leveren.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
18
5 Eisen te stellen aan het kwaliteitssysteem 5.1 Algemeen In dit hoofdstuk zijn de eisen opgenomen waaraan het kwaliteitssysteem van de producent moet voldoen, alsmede de wijze waarop het kwaliteitssysteem door Kiwa wordt beoordeeld. 5.2 Interne kwaliteitsbewaking De producent dient te beschikken over een door hem toegepast schema van interne kwaliteitsbewaking (IKB-schema). In dit IKB-schema dient aantoonbaar te zijn vastgelegd: • welke aspecten door de producent worden gecontroleerd; • volgens welke methoden die controles plaatsvinden; • hoe vaak deze controles worden uitgevoerd; • hoe de controleresultaten worden geregistreerd en bewaard. Dit IKB-schema dient ten minste een gelijkwaardige afgeleide te zijn van het in de bijlage vermelde model IKB-schema 5.3 Procedures en werkinstructies De producent dient te kunnen overleggen: • een procedure voor: - de behandeling van afgekeurde en te repareren (half)-producten; - de behandeling van klachten over geleverde producten en/of diensten; • de gehanteerde werkinstructies en controleformulieren. 5.4 Externe beoordeling Het kwaliteitssysteem van de producent zal door de Kiwa worden beoordeeld. Deze beoordeling omvat tenminste de aspecten die vermeld zijn in het KiwaReglement voor Productcertificatie. Over de aan te houden controlefrequentie adviseert het College van Deskundigen. Bij de inwerkingtreding van deze beoordelingsrichtlijn is de frequentie vastgesteld op 2 controlebezoeken per jaar.
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
19
6 Lijst van vermelde documenten Titels van de vermelde en te raadplegen normen en publicaties: Nummer
Titel
BRL-K617
Schuimstraalmondstukken
BRL-K622
Flexibele aansluiteinden
BRL-K623
Fittingen, koppelingen en onderdelen voor soldeer- en schroefverbindingen met koperen pijpen
BRL-K640
Knel- en klemfittingen deel uitmakend van toestellen en installaties, voor het verbinden van koperen buizen in drinkwaterinstallaties
DIN 7737
Schichtpressstof - Erzeugnisse; Vulkanfiber; Typen
DIN 17660
Kupfer-Knetlegierrungen; Kupfer-Zink-Legierung (Messing), (Sondermessing); Zusammensetzung
Euronorm 88-71
Corrosievaststaal kwaliteitseisen
ISO 426/1
Wrought copper-zinc alloys - Chemical composition and forms of wrought products - Part 1: non-leaded and special copper-zinc alloys
ISO 426/2
Wrought copper-zinc alloys - Chemical composition and forms of wrought products - Part 2: leaded copper-zinc alloys
ISO 431-1981 (E)
Copper refinery shapes
ISO 1338-1977 (E)
Cast copper alloys
ISO 2409
Paints and varnishes - Cross cut test
NEN 176
Bevestigingspijpschroefdraad (niet afdichtend) - Nominale maten
NEN 927
Manometers - Keuring en Ijking
NEN 1141
Bevestigingspijpschroefdraad (niet afdichtend) - Toleranties
NEN 1870
Metrisch schroefdraad (ISO). Fijne spoed. Nominale maten.
NEN 1871
Metrisch schroefdraad (ISO). Fijne spoed. Toleranties.
NEN 2284
Sleutelwijdten, uitwendig, voor machineonderdelen, appendages e.d.
NEN 5337
Ruitjesproef
NEN 6413
Water. Bepaling van de kleurintensiteit
NEN-EN 248
Sanitaire kranen. Elektrolytisch aangebrachte chroomnikkel lagen. Algemeen technische eisen.
NEN-EN 817
Sanitaire kranen "Mechanisch instelbare mengkranen" (PN 10)
Publicatie 92-04 van het Ministerie van VROM "Richtlijn Kwaliteit Materialen en Chemicaliën Drinkwatervoorziening".
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
20
bijlage 1
Aansluitmaten wandmengkraan 120 mm.
S - koppeling
G ½ of G ¾
Moer max. 2mm radiale speling 120 mm kraanhuis
BRL K609/02 d.d. 1999-09-17 Doktersmengkranen
21
bijlage 2
Model IKB-schema
Kwaliteitsbewakingsschema nr.
:
Product
:
Certificaat c.q. overeenkomst nr.
:
Producent
:
Productieplaats
:
Datum
:
Vervangt IKB-schema nr.
:
Beheerder kwaliteitssysteem
:
Aantal pagina's
: 6
Doktersmengkranen
vervanger:
Alle wijzigingen van het productiesysteem, interne kwaliteitsbewaking, zoals vastgelegd in dit IKB-schema of productspecificatie moeten van tevoren schriftelijk aan Kiwa worden gemeld.
Producent voor akkoord
:
Datum
: 22
Producent
:
IKB-schema nr. :
Product
: Doktersmengkranen
Blad nr
:
2
Ingangscontrole Nr.
Wat wordt gecontroleerd
Waarop wordt gecontroleerd
1.
grondstoffen
• materiaal • afmetingen
2.
bevestigingsmateriaal
• materiaal • afmetingen
3.
pakkingmateriaal
• materiaal • afmetingen
4.
halffabrikaten
• materiaal • afmetingen • uiterlijk • toeleverancier
Van deze punten moet het volgende zijn aangegeven: • de wijze van controleren • of instructies ter beschikking staan • met welke regelmaat wordt gecontroleerd • op welke wijze de gegevens worden geregistreerd Het niveau van ingangscontrole moet in overeenstemming te zijn met de bekendheid van de producent inzake de bekwaamheid van de toeleverancier om aan alle contractuele eisen te voldoen. De producent moet er voor zorgen dat het personeel, betrokken bij de inspectie en het onderzoek, degelijk geïnstrueerd is of over de nodige ervaring beschikt.
Producent
:
IKB-schema nr. :
Product
: Doktersmengkranen
Blad nr
:
3
Procescontrole Nr.
Wat wordt gecontroleerd
Waarop wordt gecontroleerd
1.
Gietproces (indien van
• temperatuur
toepassing)
• materiaalsamenstelling
Gietproduct
• uiterlijk
2.
• niet volle delen • gietnaden 3.
Warmpersproces (indien
temperatuur
van toepassing) 4.
Warmpersproduct
• uiterlijk • niet volle delen • deelnaden
5.
Bewerking van onderdelen • afmetingen • passing • schroefdraden
6.
Assemblage
• juiste onderdelen op de juiste plaats • smering
Van deze punten moet het volgende zijn aangegeven: • de wijze van controleren • of instructies ter beschikking staan • met welke regelmaat wordt gecontroleerd • op welke wijze de gegevens worden geregistreerd
Producent
:
IKB-schema nr. :
Product
: Doktersmengkranen
Blad nr
:
4
Eindproductcontrole Nr.
Wat wordt gecontroleerd
Waarop wordt gecontroleerd
1.
Uiterlijk
afwerking (glad/gaaf)
2.
Merken
juistheid (uitvoering en plaats)
3.
Functionele eigenschappen • waterdichheid • afsluiting bij 1600 kPa • volumstroom
Van deze punten moet het volgende zijn aangegeven: • de wijze van controleren • of instructies ter beschikking staan • met welke regelmaat wordt gecontroleerd • op welke wijze de gegevens worden geregistreerd Tevens moet de producent beschikken over procedures op schrift, die aangeven: • welke beproevingen aan producten worden uitgevoerd, • welke criteria voor goed of afkeur worden gehanteerd , • de wijze waarop de resultaten worden geregistreerd. Dit om te waarborgen dat de gerede producten aan de gestelde eisen voldoen.
Producent
:
IKB-schema nr. :
Product
: Doktersmengkranen
Blad nr
:
5
Controle op intern transport en opslag Nr.
Wat wordt gecontroleerd
Waarop wordt gecontroleerd
1.
Wijze van transport
beschadigingen
2.
Wijze van opslag
• verpakking • stapelhoogte
3.
Traceerbaarheid
Van deze punten moet het volgende zijn aangegeven: • de wijze van controleren • of instructies ter beschikking staan • met welke regelmaat wordt gecontroleerd • op welke wijze de gegevens worden geregistreerd
Producent
:
IKB-schema nr. :
Product
: Doktersmengkranen
Blad nr
:
6
Controle op meet- en beproevingsapparatuur Nr.
Wat wordt gecontroleerd
1.
Meetgereedschap
1.1
pen/gat kalibers
1.2
schroefdraad kalibers
1.3
schuifmaten
1.4
hardheidsmeter
1.5
eindmaten
1.6
manometer
1.7
thermometer
2.
Appartuur voor testen van
2.1
waterdichtheid
2.2
volumestroom
Waarop wordt gecontroleerd werking kalibratie
Van deze punten moet het volgende zijn aangegeven: • de wijze van controleren • of instrukties ter beschikking staan • met welke regelmaat wordt gecontroleerd • op welke wijze de gegevens worden geregistreerd IJk-certifikaten moeten aantonen dat de wijze van kalibreren geschiedt overeenkomstig nationaal erkende normen. De geldigheid van voorgaande keuringsresultaten moet worden beoordeeld en vastgelegd, indien bij controle afwijkingen aan de meet en beproevingsapparatuur worden vastgesteld.