FNV Bondgenoten Spoorwegen
FNV Spoor Voor alle medewerkers bij de spoorwegen
2 maart/april 2012
Thema: De Nieuwe Vakbeweging ‘Het voelt als een direct lijntje’ ‘Een platform voor slagvaardig optreden’
COLOFON
Inhoud
FNV Spoor is een uitgave van FNV Pers in opdracht van FNV Bondgenoten. Het blad heeft een oplage van 7500 exemplaren.
• Column Roel Berghuis
2
• Leden denken mee over meer directe invloed
3
• ‘Je kunt niet álles naar buiten toeteren’
6
• ‘We polderen ons kapot in dit land’
7
• ‘Dynamische aanpak vergroot betrokkenheid’
8
• ‘Een platform voor slagvaardig optreden’
9
FNV Bondgenoten Postbus 9208 3506 GE Utrecht Telefoon: 0900 – 9690 (lokaal tarief) Internet: www.fnvbondgenoten.nl www.fnvspoor.nl Teksten: Ronald de Kreij Ontwerp: RAAK Grafisch Ontwerp Fotografie: Jan Lankveld Drukwerk: Altijddrukwerk
• ‘Het voelt als een direct lijntje’
10
• ‘Het is een beetje back to my roots’
11
• ‘Jong FNV Spoor lijkt me een goed idee’
12
Column
Discussiestuk Roel Berghuis bestuurder FNV Spoor
T
erugblikkend is het toch nog snel gegaan: opwinding in de maatschappij over de verhoging van de pensioenleeftijd, ruzie in de FNV over het pensioenakkoord, twee knappe koppen die een begin van een oplossing verkennen, en het advies om De Nieuwe Vakbeweging (DNV) op te richten. De reacties waren alom positief en de aansluitende aanpak voortvarend. DNV, wat kunnen we ermee? Het uitgangspunt – vakbondswerk herkenbaar en dicht bij de mensen georganiseerd – is zonder meer positief. Ook leuk om te horen is dat FNV Spoor steevast wordt genoemd als voorbeeld hoe op sectorniveau DNV vormgegeven kan worden. Dit laatste schept verplichtingen en daarom denken we graag mee over hoe we FNV Spoor binnen DNV kunnen positioneren. Hiervoor hebben we een Plan van Aanpak opgesteld dat dient als basis om met onze leden in discussie te gaan over onze visie en wensen. Ondertussen woedt de discussie buiten FNV Spoor in alle hevigheid over een breed front. De ideeën gaan alle kanten op. Voor zover ik kan overzien gaan de gedachten vooral uit naar een vergaarbak van bonden. Iedereen die dat wil mag meedoen. Dit verhoudt zich slecht met de voornaamste doelstelling om te komen tot een beweging van solidariteit 2 • FNV Bondgenoten • FNV Spoor
en sociale belangenbehartiging. Deelname aan de discussie over DNV is voor FNV Spoor inmiddels niet meer het tonen van positieve betrokkenheid, maar bittere noodzaak. En nu we toch lekker breed bezig zijn, doe ik er graag een extra schepje bovenop. FNV Spoor is herkenbaar voor de werkvloer, laat zich stimuleren en leiden door de leden, en het beleid komt ‘van onder op’ tot stand. We hebben tevens een gezonde boekhouding, maar willen een groter budget en meer eigen beleidsruimte dat past bij de ‘problemen en oplossingen’ van de spoorsector. Vakbondswerk herkenbaar en dicht bij de mensen organiseren, vereist dat onze leden ook krijgen waarvoor ze betalen. En dat kan beter, constateer ik, dan wat we nu bieden. Laat het bovenstaande mijn eerste prikkelende stelling zijn in de discussie met de leden én met mijn FNV-collega’s over DNV. Doel is natuurlijk er daadwerkelijk uit te komen en FNV Spoor een zachte landing te geven binnen DNV. Wat mij betreft vormt niet alleen het Plan van Aanpak de basis voor ons gesprek hierover, maar dient ook dit hele nummer van FNV Spoor als discussiestuk. Op de pagina’s verderop leveren de eerste kaderleden inmiddels hun eerste bijdragen aan deze discussie. Ga zo door! <
Meedenken over De Nieuwe Vakbeweging FNV Spoor gaat met de (kader)leden in gesprek over De Nieuwe Vakbeweging (DNV). Uitgangspunt: meedenken over DNV waarin de vakbondsleden straks meer directe invloed krijgen op het gevoerde beleid.
H
et is allemaal nog pril en de discussie over DNV is nog maar net begonnen. Maar een eerste wapenfeit is er inmiddels wel al: enkele kaderleden van FNV Spoor hebben een verkennend gesprek gehad met een van de kwartiermakers van De Nieuwe Vakbeweging. In dat gesprek stond de vraag centraal hoe de kaderleden tegen DNV aankijken. Maar ook wilde de kwartiermaker graag weten hoe de kaderleden aankijken tegen het functioneren van FNV Spoor op dit moment. Die laatste vraag kwam niet onverwacht. Diverse ‘vakbondsbonzen’ noemen FNV Spoor al langer een goed voorbeeld van hoe De Nieuwe Vakbeweging straks mogelijk ingericht kan worden. Samen met onder meer de supermarkt- en de schoonmaaksector van FNV Bondgenoten.
‘Een discussiestuk ‘om te bekijken hoe we DNV FNV Spoor kunnen versterken’ Spoorbestuurder Roel Berghuis voelt zich gevleid door de hem toegedichte voorbeeldfunctie. Hij denkt bovendien graag mee over de toekomstige inrichting van DNV. Maar dan wel op een positief-kritische wijze, want het is voor hem nog geen uitgemaakte zaak dat DNV er ook werkelijk moet komen en of FNV Bondgenoten danwel FNV Spoor zich hier vervolgens gedwee achter zal te scharen.
Berghuis heeft samen met zijn collegabestuurders van het Team Spoor een ‘Plan van Aanpak DNV FNV Spoor’ opgesteld. Op basis hiervan willen zij in nauw overleg met de leden en kaderleden onderzoeken of en zo ja hoe FNV Spoor kan worden omgebogen tot een DNV FNV Spoor. Wat zijn de voordelen? Maar vooral ook: wat zijn de nadelen? Het discussiestuk is begin maart verschenen en is sindsdien en zeker ook nog de komende weken uitgangspunt voor veelvuldig overleg. Centrale vraag De spoorbestuurders van FNV Spoor willen hun Plan van Aanpak vooral gebruiken, zo schrijven zij in het stuk zelf, ‘om te bekijken hoe we DNV FNV Spoor kunnen versterken. De centrale vraag in de vormgeving van DNV FNV Spoor is: wat hebben wij nodig om dit te bereiken?’ Het stuk begint met een inleiding op de huidige stand van zaken. ‘FNV Spoor is herkenbaar voor de werkvloer’, zo stellen de spoorbestuurders tevreden vast. ‘We laten ons stimuleren en leiden door de leden. Het beleid komt ‘van onder op’ tot stand. Daarbij is het van belang dat de werknemer zich herkent in de afspraken die de vakbond voor hem of haar maakt. Dan gaat het over datgene wat de werknemer dagelijks bezighoudt: een goed sociaal rooster, warme winterkleding, waardering voor het vakmanschap. Het hoeft niet eens groot te zijn wat je realiseert als vakbond, maar je moet weten wat er
leeft op de werkvloer. We zullen onze kerntaken daarom vanuit de werkvloer met korte lijnen moeten organiseren.’ Het is de vakbondsbestuurders er om te doen straks ook binnen DNV de missie van FNV Spoor te kunnen realiseren.
Die missie luidt als volgt: ‘FNV Spoor ziet de spoorsector als een integrale sector die net zo sterk is als de zwakste schakel. Wij zijn met onze ledengroepen bij alle spoorbedrijven aanwezig en sluiten daar collectieve overeenkomsten af. We kunnen kaderleden van verschillende spoorbedrijven op diverse thema’s met elkaar in samenwerking brengen op bijvoorbeeld thema’s als marktordening, arbeidsomstandigheden, spoorwegveiligheid en sociale veiligheid. Onze kracht zit ‘m in de eenvoud en directe belangenbehartiging via onze individuele belangenbehartigers en kaderleden en snelle (meldpunt) acties op de werkvloer en via internet. De spil in dit streven zijn de leden, kaderleden en bestuurders.’ >> FNV Spoor • FNV Bondgenoten • 3
Aangekomen bij de visie van de spoorbestuurders op De Nieuwe Vakbeweging, beginnen zij dit onderdeel van hun discussiestuk met de vaststelling dat ‘FNV Spoor onderdeel wil zijn en blijven van een brede, solidaire en democratische vakbeweging, waarin we beter willen samenwerken met andere (vervoer)sectoren, bonden en maatschappelijke organisaties.’ Maar, zo schrijven ze iets verderop, ‘de democratie in de vakbeweging moet verder versterkt worden. Centraal moeten er meer gekozen functies komen en decentraal moet er meer ruimte zijn voor sectorale prioriteiten en organisatiekeuzes, waarin (kader)leden zeggenschap hebben. De huidige zeggenschap met de Bondsraad als hoogste orgaan en een volledig ontbreken van directe ledeninvloed op vakcentraleniveau brengt de vakbeweging niet vooruit. FNV spoor zal concrete invulling moeten geven aan de vertegenwoordigende en verbindende functie van de Bedrijfsgroepafdelingen en Bedrijfsgroepraden.’ Vervolgens kraken de spoorbestuurders meer kritische noten: ‘Tot op heden lijkt de vorming van DNV vooral een vlucht vooruit en een verhulling van de gebroken verhoudingen in de FNV. DNV wordt niets als het een
4 • FNV Bondgenoten • FNV Spoor
onsamenhangende lappendeken van organisaties wordt die een volstrekte autonomie kennen. Er moet overeenstemming bestaan over wat we gezamenlijk willen, over onze maatschappelijke positie, de ontwikkeling van vakbondskracht en de uitgangspunten in onze belangenbehartiging. Dat was juist de oorzaak waarom het fout ging, dus dat moet worden opgelost. Een brede vakbeweging moet ruimte laten voor diversiteit, sectorale identiteit en decentrale prioriteiten, maar wel in de kern een gezamenlijke visie hebben.’ Vindt DNV voor deze knelpunten een oplossing, dan is DNV FNV Spoor mogelijk van de partij, zo lijkt het nu. Het woord is echter in belangrijke mate aan de leden, die zich momenteel over het discussiestuk buigen en hun mening geven. De vakbondsbestuurders helpen hen met diverse voorzetten voor doelstellingen en strategische keuzes. Prioriteiten en keuzes DNV FNV Spoor zou de komende jaren tot 2014 zeker tien procent in ledenaantal moeten kunnen groeien, zo luidt de eerste prioriteit van het Team Spoor. Want, zo is de redenering, een verhoogde organisatiegraad leidt tot
meer zichtbaarheid en nieuwe (geschoolde) kaderleden. Dat helpt weer bij het realiseren van die andere doelstellingen zoals schaalvergroting door middel van samenwerking met andere sectoren en vervoersgebieden (denk aan Abva Kabo FNV, stadsvervoer, bus, metro en tram), het oprichten van een afdeling Jong FNV Spoor en het beter bevechten van de pensioenrechten. Zeker zo belangrijk als de doelstellingen zijn ook de strategische keuzes. Uit het Plan van Aanpak: scherpere selectie van bedrijven of bedrijfsonderdelen die we extra aandacht geven op basis van een
‘Het draait niet om de doelstellingen, maar de wijze waarop ze worden gerealiseerd’ gedegen analyse van kansen en bedreigingen; verbetering van de concernaanpak NS Sociale Eenheid; sectorale aansturing op cao-thema’s, pensioen, afdwingen wetgeving, cao-overstijgende bedrijfsregelingen, opleiding en arbeidsmarkt; en integrale spoorsamenwerking bijvoorbeeld over marktordening, spoorveiligheid en sociale veiligheid. Wat betreft de vakbondsach-
terban spreken de spoorbestuurders hun zorgen uit over de vergrijzing van het spoorpersoneel en de daarmee gepaard gaande uitstroom van leden en kaderleden. ‘De moeizame opvolging van vooraanstaande kaderleden dreigt de vakbondspositie uit te hollen. Kader- leden zijn de spil in de kracht van de vakbond, zowel in invloed op de belangenbehartiging als de werving van nieuwe (kader)leden. Er zijn daarom extra investeringen nodig om het kaderwerk te versterken. We willen bijeenkomsten, activiteiten en kaderscholing meer aandacht geven. Naast de bestaande kaderstructuren willen we meer aandacht besteden aan thematische activiteiten die aantrekkelijk zijn voor nieuwe en jonge kaderleden en contactpersonen. De individuele belangenbehartigers zijn het gezicht van de bond dicht, bij de mensen. We zorgen voor adequate begeleiding. Voor wat betreft jonge spoormedewerkers c.q. vakbondskaderleden geldt een soortgelijk verhaal. ‘DNV FNV Spoor moet ook aantrekkelijk zijn voor jongeren. De mening van jongeren wordt actiever opgezocht, maar we willen ons ook inhoudelijk hard maken voor zaken die jongeren van de vakbeweging verwachten. De oprich-
ting van Jong FNV Spoor kan invulling geven aan grotere betrokkenheid van jongeren in het vakbondswerk.’ Junior spoorbedrijvenwerkers Tot slot de hoofdvraag: waar gaat DNV FNV Spoor nu precies voor? De spoorbestuurders bewaren het antwoord tot aan het einde van hun discussiestuk, en spreken daar vervolgens heldere taal: Vakbondswerk dichtbij mensen. Afspraken over duurzame inzetbaarheid. Instroomafspraken voor doelgroepen zoals Wajongers, werklozen en oudere werknemers. De strijd aanbinden tegen marktwerking en verdere opsplitsingen op het spoor. Behoud van werkgelegenheid zonder uitholling van arbeidsvoorwaarden. Sociale plannen en reorganisaties. Activiteiten voor jongeren… Alles goed en wel, want het zijn prachtige doelstellingen, maar hoe nieuw is deze nieuwe DNV FNV Spoor hiermee? Het zijn echter niet de doelstellingen op zich waar het om gaat, maar de wijze waarop ze moeten worden gerealiseerd. ‘FNV Spoor zorgt voor inkomsten via werkgeversbijdragen en ledencontributie, vacatie- en projectgelden’, aldus de spoorbestuurders, ‘maar profiteert daar in de directe
personeel- en activiteitenkosten niet van. Om onze strategische doelen te bereiken heeft FNV Spoor behoefte aan ruimere middelen. Daarmee wordt de komst van een projectbestuurder die nieuwe projecten gaat trekken een reële optie. Evenals de komst van enkele junior spoorbedrijvenwerkers die worden aangestuurd door de bestuurders en samen met hen onderdeel gaan uitmaken van het team DNV FNV Spoor.
‘Conform de uitgangspunten van De Nieuwe Vakbeweging is het woord nu aan de leden’ Ook dit verhoogt de zichtbaarheid en aantrekkelijkheid van de bond. Andere specialisten en adviseurs op bijvoorbeeld het gebied van arbozaken, communicatie en juridische kwesties kunnen in voorkomende gevallen indien noodzakelijk op ad hoc basis worden ingehuurd.’ Het zijn maar enkele voorstellen en de status van het Plan van Aanpak DNV FNV Spoor is nog altijd een discussiestuk. Geheel conform de uitgangspunten van De Nieuwe Vakbeweging is het woord nu aan de leden en kaderleden. <
FNV Spoor • FNV Bondgenoten • 5
John Foxen, werkgroep Spoorwegveiligheid
‘Je kunt niet álles naar buiten toeteren’ Meer aandacht voor tunnelveiligheid, inclusief concrete oplossingen. Idem wat betreft de roodseinproblematiek. En niet te vergeten het meldpunt. Het zijn maar enkele wapenfeiten van de werkgroep Spoorwegveiligheid. En achter de schermen gebeurt nog veel meer.
D
e werkgroep Spoorwegveiligheid kan terugkijken op prachtige resultaten die sinds de oprichting in januari 2009 zijn geboekt. “En dan te bedenken dat er feitelijk meer is bereikt dan de werkgroep de buitenwacht laat weten. “Niet alle onderwerpen die we met NS bespreken lenen zich voor de openbaarheid”, zegt werkgroepvoorzitter John Foxen. “Ook niet als er dankzij onze inspanningen verbeteringen tot stand worden gebracht. Het betreft immers zaken die de veiligheid van mensen en materieel aangaan. Daardoor liggen ze gevoelig en is het politiek handiger ze intern af te handelen. Dat maakt dat ze doorgaans effectiever kunnen worden opgepakt dan wanneer je naar buiten toetert dat ze niet deugen. Ik denk dat dit het geheim is waarom wij in het overleg met de directie zo veel resultaat bereiken.” Stilzwijgendheid over geboekte successen is niet iets dat pas in het beleid van FNV Spoor. De bond laat juist graag zien wat ze allemaal doet en bereikt. “Wat dat betreft hebben we een PR-probleem”, erkent Foxen, “maar dat is nu eenmaal inherent aan dit werk.” “Natuurlijk”, zo relativeert hij zijn woorden, “wij maken ook zelf onze afwegingen. Als we geen resultaat bereiken, vragen we ons aansluitend af wat we verder met dat onderwerp gaan doen. Dan kan alsnog naar buiten treden mogelijk wél een optie zijn.”
Bedrijfsbreed De Nieuwe Vakbeweging wil dichter op de leden gaan zitten en spiegelt zich hierbij graag aan de werkwijze van FNV Spoor. Foxen begrijpt dat. “Het zou me daarom wat waard zijn als we wat meer van ons werk konden laten zien, maar het is niet anders.” Hoewel… “Wat we wél heel goed kunnen laten zien, is dat we bedrijfsbreed opereren”, aldus Foxen. “In de beginfase 6 • FNV Bondgenoten • FNV Spoor
bestond de werkgroep alleen maar uit NS’ers. Tegenwoordig is dat anders. We zijn zeg maar uitgebreid. We overleggen nu ook met kaderleden bij ProRail, uit de railinfrabedrijven en bij NedTrain. We streven naar een integrale benadering van de spoorwegveiligheid.”
‘We hebben een PR-probleem: soms is het politiek handiger zaken intern af te handelen’ Als het aan Foxen ligt, zou De Nieuwe Vakbeweging zich meer op het gebied van de nieuwe media moeten begeven om op deze manier beter te kunnen laten zien wat de bond doet en wat dat allemaal met zich meebrengt. “Dat is ook hard nodig”, meent hij, “want als je kijkt naar wie zich allemaal voor FNV Spoor inspannen, dan kom je toch uit op een substantiële, maar niet eens zo heel grote groep kaderleden. Dat kan beter vind ik. De bond heeft nog altijd behoefte aan meer betrokken kaderleden die het verschil kunnen maken en hun nek durven uitsteken. Die hoeven zich niet eens in de breedte voor het vakbondswerk te interesseren. Het kaderlid dat alles weet en kan is zo’n beetje uitgestorven. Interesse in één specifiek onderwerp is daarom ook goed. Maar je krijgt alleen maar meer mensen wanneer je de achterban duidelijk laat zien wat je allemaal doet en bereikt. Zo is het cirkeltje rond.” <
John Smit, werkgroep Sociale Veiligheid
‘We polderen ons kapot in dit land’ Een bond die slagvaardig wil opereren, ontkomt niet aan thematische werkgroepen waarin deskundige kaderleden participeren, meent John Smit. Dit doet FNV Spoor volgens hem dan ook heel goed. Maar Smit heeft ook nog het nodige te wensen over.
J
ohn Smit zit op een plek ‘where the action is’. Hij werkt namelijk als centralist op de veiligheidscentrale van NSR, waar alle meldingen binnenkomen van spoorcollega’s die het op dat moment in meer of mindere mate moeilijk hebben: ze worden bedreigd, moeten de trein ontruimen, hebben te maken met verstoringen, kampen met een reiziger die zich heeft opgesloten in het toilet en ga zo maar door. Is het een drukke baan? “Ach”, zegt Smit, “de telefoon staat ook wel eens een tijdje stil…”
‘We zitten bovenop zaken die spelen en geven richting aan mogelijke oplossingen’ Smits werkervaring komt goed van pas in een andere – vrijwillige – functie die hij verricht voor de bond. Hij is namelijk Sinds de start 2,5 jaar geleden lid van de werkgroep Sociale Veiligheid. Die zet zich in voor, de naam zegt het al, meer sociale veiligheid op het spoor. “We bespreken de meldingen en andere voorvallen, kijken kritisch naar de afhandeling en doen verbetervoorstellen. Dat doen we onder meer door de directeur Concernveiligheid van NS uit te nodigen en zaken met hem te bespreken. Maar dat heeft eerlijk gezegd tot op heden nog niet zoveel
zoden aan de dijk gezet. Hij zegt het overleg met ons belangrijk te vinden, maar we zien niet dat hij daar ook consequenties aan verbindt. Gelukkig hebben we ook onze vakbondsbestuurder Roel Berghuis nog. Die zetten we regelmatig in als ‘breekijzer’ om onze voorstellen alsnog bij de NS-directie goed voor het voetlicht te krijgen.”
Richting geven Smit is goed te spreken over de werkwijze van FNV Spoor met onder meer werkgroepen zoals deze. “Zo zitten we bovenop wat er allemaal zoals speelt en kunnen we zelf richting geven aan mogelijke oplossingen. Natuurlijk, alles heeft tijd nodig, ook binnen de bond, maar we pakken de zaken wel heel direct op en laten tegelijkertijd zien dat we er zijn.” ‘De ideale bond’ zal er volgens Smit nooit komen, maar FNV Spoor komt volgens hem wel al behoorlijk in de goede richting. “Het is in ieder geval een bond die goed luistert naar zijn achterban en die samen met die achterban werkt aan oplossingen. Ik had daarom ook liever gezien dat FNV Bondgenoten tijdens dat gedoe rond de pensioenen uit die logge FNV was gestapt. Dan kunnen we volgens mij slagvaardiger opereren. Kijk alleen al naar de bondsraad van de FNV. Dat is toch één grote poppenkast, zeg?! Ik spreek uit ervaring, want ik heb er in
gezeten.” Ook in het overleg met de werkgevers en de overheid kan het volgens Smit nog altijd beter en slagvaardiger. “We polderen ons zo’n beetje kapot in dit land. Maar zie eens wat we ondertussen allemaal hebben weggegeven. De werknemers krijgen steeds minder zekerheid en bescherming. Dat krijgen we niet zomaar weer terug. Toen ik op mijn 17e begon bij het spoor dacht ik na 40 dienstjaren met pensioen te kunnen gaan. Ik werk er nu 36 jaar – ik ben 53 – maar inmiddels mag ik door tot mijn 67e in plaats van mijn 57e.” <
FNV Spoor • FNV Bondgenoten • 7
Aldert Hummel, werkgroep Transportbesturing en Logistiek
‘Dynamische aanpak vergroot betrokkenheid’ De traditionele vakbeweging kent allerlei organen die altijd in dezelfde statische vorm functioneren. De Nieuwe Vakbeweging zou meer dynamisch per problematiek mensen uit het werkveld moeten organiseren die nadenken over oplossingen, vindt Aldert Hummel.
A
ldert Hummel is senior-planner in Zwolle en lid van de werkgroep Transportbesturing en Logistiek (TBO) van FNV Spoor. Zijn hele werkzame leven is hij al actief voor de bond. Dat begon bij de FSV, de bond waarvan hij lid was voordat deze fuseerde met FNV Bondgenoten. Daar was het vakbondswerk wel iets anders georganiseerd. Hummel was er bijvoorbeeld onbezoldigd hoofdbestuurder, een functie die de FNV niet kent. Ook had de FSV werk- groepen gericht op specifieke bedrijfsonderdelen en functiegroepen die werden geleid door OR-leden van het FSV. “De FSV zat heel dicht op de leden”, zegt Hummel, “waardoor die de betrokkenheid van de bond heel direct ervaarden. Gelukkig zijn we bij FNV Spoor ook deze kant opgegaan. Kijk maar naar de werkgroepen. Dat is ook een manier van werken waarbij de leden nauw bij vraagstukken worden betrokken en vanuit hun expertise meedenken over praktische oplossingen. Dat vind ik een goede manier van vakbondswerk.”
Trots Hummel is trots op hoe de werkgroep TBO functioneert. “We volgen de herstructurering van de transportbesturingsorganisatie en van de logistieke 8 • FNV Bondgenoten • FNV Spoor
kolom op de voet en toetsen wat de veranderingen voor de medewerkers betekenen. Indien nodig zoeken we contact met andere werkvelden, zoals kaderleden bij ProRail, of we organiseren expertmeetings waarop kennis wordt gedeeld. De bevindingen delen we met onze vakbondsbestuurders Roel Berghuis en Piebe van der Molen, maar ook met het personeel zelf, en natuurlijk met de bedrijfsleiding. Want daar gaat het om: meedenken over oplossingen die in het belang zijn van de medewerkers.”
‘Het is zaak dat je de leden nauw bij de vakbondsactiviteiten betrekt’ Hij roemt de flexibiliteit waarmee FNV Spoor op zaken inspeelt: “In reactie op een vraag van kaderleden over het aanbestedingsbeleid van overheden, hebben we een ad hoc werkgroep ingesteld die een visie heeft opgesteld op één breed spoorbedrijf. Aansluitend hebben we hierover een brief gestuurd naar de landelijke politiek en de provincies. Dit heeft onder meer geresulteerd in een reactie van het PvdA-Kamerlid
Jacques Monasch, met wie we twee uur over dit onderwerp hebben gesproken. Een mooi resultaat; de werkgroep is weer opgeheven.” Deze dynamische manier van opereren zou De Nieuwe Vakbeweging waarover nu wordt na- gedacht volgens Hummel als standaard werkwijze moeten adopteren. “Het is zaak dat je de leden nauw bij je activiteiten betrekt. Dat kan alleen als je ze voor jouw zaken weet te interesseren en ze laat zien dat je ontwikkelingen ook wer- kelijk kunt beïnvloeden. Pas dan zullen ze ook hun eigen inbreng leveren. Zoals wij dat bijvoorbeeld doen door steeds weer andere mensen uit andere werk- velden bij onze activiteiten te betrekken. Feitelijk zoeken we als werkgroep dus steeds een andere samenstelling.” Hummel volgt de discussie rond De Nieuwe Vakbeweging naar eigen zeggen vanaf de zijlijn. “Het gaat er om dat de leden goed aangesloten zijn, en tegelijkertijd overkoepelende zaken op landelijk niveau goed geregeld worden. Tja, moet dat dan binnen een koepel? Hoe dan ook denk ik dat meer autonomie per sector beter zou zijn in verband met de regelruimte. De ene sector is tenslotte de andere niet. FNV Spoor kan naar mijn mening in heel wat kwesties heel goed zijn eigen boontjes doppen.” <
Douwe Zeilmaker, FNV Management Contactgroep
‘Een platform voor slagvaardig optreden’ Het is momenteel rustig voor de werkgroep Managers/Vakondersteuners NSR, inmiddels omgedoopt tot de FNV Management Contactgroep. “Maar indien nodig, zijn we er in ieder geval”, zegt Douwe Zeilmaker. “We hebben bewezen dat we heel slagvaardig kunnen zijn.”
D
ouwe Zeilmaker is een voormalig machinist en procesmanager, nu teammanager in Amsterdam. Als machinist was hij tot in de jaren negentig actief kaderlid van de bond, maar als leidinggevende werd hij pas twee jaar geleden weer actief toen de procesmanagers en vakondersteuners werden samengevoegd in de nieuwe functiegroep teammanagers. “Dat voelde voor de vakondersteuners als een promotie, maar de procesmanagers ervaarden het als een teruggang met op termijn zelfs slechtere financiële arbeidsvoorwaarden. Dit leidde tot veel ophef en zelfs landelijke protestbijeenkomsten.”
‘De bond onderscheidt zich door ook managers te ondersteunen en faciliteren’ Om een lang verhaal kort te maken: de teammanagers verenigden zich samen met de operationeel managers in een eigen werkgroep binnen FNV Spoor, deden onder die vlag onderzoek onder meer in de vorm van een enquête, en stapten samen met vakbondsbestuurder Roel Berghuis naar de directie om hun hart te luchten en de bedrijfsleiding te bewegen meer rekening te houden met de gevoelens op de werkvloer. Dat hielp en leverde onder meer een
jaarlijkse teammanagersdag op, waarop de teammanagers met elkaar van gedachten wisselen over de inhoud van het vak en alles wat daar zoal bij komt kijken. “De contactgroep komt nog elke paar maanden bijeen”, zegt Zeilmaker, “om lopende zaken te bespreken en die aansluitend te rapporteren aan de sectorraad. Maar ik moet zeggen: onze bijeenkomsten zijn niet sterk bezet. Het is rustig. Waarschijnlijk komt dat omdat teammanagers doorgaans pas klagen als het water ze al tot aan de lippen staat. Op lokaal niveau heerst nog wel enige onvrede, maar bij ons komen niettemin weinig concrete klachten binnen.”
Geen kloof Zeilmaker juicht het toe dat FNV Spoor de managers en hun contactgroep ondersteunt en faciliteert. “Daarmee onderscheidt de bond zich. Bovendien gaan hierdoor ook de team- en operationeel managers zelf zich meer in de bond herkennen. Ik hoor in de sectorraad bijvoorbeeld wel eens dingen over leidinggevenden waar ik niet bepaald vrolijk van wordt. Dat kan een kloof veroorzaken tussen de bond en de werknemers enerzijds, en de managers anderzijds. Terwijl deze laatsten toch ook gewoon werknemers zijn.” De ‘werkgroepaanpak’ staat Zeilmaker bijzonder aan. “Ze zorgen voor rust in het overleg. Deze manier van werken
nodigt partijen uit om hun standpunten in alle rust uit te wisselen. Dat sluit aan bij mijn persoonlijkheid: ik ben geen rebel en praat kwesties liever uit dan dat ik direct de barricaden op klim.” Op de vraag wat er volgens hem eventueel nog beter of anders kan, antwoordt hij: “De opkomst tijdens de contactgroepbijeenkomsten kan beter. Maar kennelijk is daar even geen behoefte aan. Nou prima, denk ik dan, want van leidinggevenden mag je verwachten dat ze mans genoeg zijn om hun eigen perikelen bespreekbaar te maken. Zodra iemand zich geroepen voelt dit te gaan doen, dan zijn we er in ieder geval als klankbord. We bieden een platform. En in het recente verleden hebben we al aangetoond dat dit platform ook nog eens heel slagvaardig kan optreden.” <
FNV Spoor • FNV Bondgenoten • 9
Renata Schoondermark, Landelijk Platform Tickets & Service
‘Het voelt als een direct lijntje’ Gezien en gehoord worden, daar gaat het om, vindt Renata Schoondermark van het Landelijk Platform Tickets & Service. “Ieder lid telt bij FNV Spoor, maar ook elders binnen de FNV zou dit zo moeten zijn. Daarom is de komst van De Nieuwe Vakbeweging jammer, maar wel nodig.”
O
pgericht om landelijk problemen bijeen te laten komen. Dat was volgens servicemedewerker Renata Schoondermark ruim 25 jaar geleden de gedachte achter de oprichting van de kadergroep die landelijk platform wordt genoemd. En waar toen nog in principe ieder station was vertegenwoordigd met minimaal één servicemedewerker, is dat nu één per productie-eenheid. Maar wat is gebleven, is het uitwisselen van ervaringen. Dat gebeurt tegenwoordig elke drie maanden tijdens een vergadering waarop de leden elkaar ontmoeten, maar tussendoor wisselen ze ook veel informatie met elkaar uit via de mail. “We bespreken alles waar we in het werk tegenaan lopen”, verduidelijkt Schoondermark de doelstelling van het landelijk platform. “Een zeer recent voorbeeld is de MOA-meting. Dat is de meting van het aantal baliehandelingen waarop de servicemedewerkers worden afgerekend. Puur gezien deze cijfers zou je denken dat het werk met minder mensen kan, omdat het aantal concrete handelingen zoals de ticketverkoop afneemt. Maar wat vergeten werd, is dat we steeds meer service verlenen
waarvoor juist meer tijd nodig is en het personeelsbestand dus eigenlijk zou moeten worden uitgebreid in plaats van ingekrompen. Nou, dit soort zaken bespreken we dus met elkaar en daarna met de directie. Met als uitkomst er nu op een nieuwe manier wordt gemeten, waarbij een hoger percentage service
‘Als niet ieder lid gehoord kan worden, moeten we ons maar van de FNV afsplitsen’ wordt meegenomen. Het overleg met de directie gebeurt via brieven die we sturen, of via persoonlijk contact. Dit laatste doen we wel altijd via onze vakbondsbestuurder Roel Berghuis, die altijd bij de vergaderingen van ons platform zit. Als Roel een of meer van onze onderwerpen met de directie gaat bespreken, neemt hij ook wel eens iemand van ons uit het platform met zich mee. Die zit daar dan bij en praat mee.”
Radicaal Voor Schoondermark voelt deze manier van werken “als een direct lijntje tussen de werknemers en de directie, via de vakbondsbestuurder”. Zit vindt het een goede zaak dat vakbondswerk op deze manier wordt vormgegeven. “De bond is er immers voor de leden. Die willen gehoord en gezien worden. Dat kan heel goed met werkgroepen zoals de onze.” De aanleiding om te gaan nadenken over De Nieuwe Vakbeweging – het gedoe rond de pensioenleeftijd – vindt Schoondermark “heel vervelend”. Maar, zo zegt ze, “ze kunnen niet anders. Als je ziet wat er allemaal vanuit de politiek op ons af is gekomen en nog gaat komen… Dat is gewoon een schande. En het is helemaal een schande dat we het allemaal nog pikken ook. Nee, wat dat betreft mag FNV Bondgenoten van mij zo uit de FNV stappen. Of er moet FNV-breed geregeld worden dat bij belangrijke beslissingen de bonden met de meeste leden ook de meeste stemmen hebben. Zodat ieder lid telt. Want anders kun je ook niet volhouden dat iedereen wordt gehoord. Lukt dat niet, dan moeten we ons maar afsplitsen. Ja, ik ben daar heel radicaal in, hoor.” < 10 • FNV Bondgenoten • FNV Spoor
Ruud Reuvekamp, werkgroep Rust in de Roosters NedTrain
‘Het is net back to my roots’ Voor Ruud Reuvekamp voelt de komst van De Nieuwe Vakbeweging een beetje als back to my roots: oftewel zoals het vroeger ook was. “Een specialistische bond die duidelijke taal spreekt namens de mensen die hij vertegenwoordigt, dat is alleen maar goed.”
E
en echte werkgroep wil Ruud Reuvekamp, procesleider bij NedTrain, het initiatief ‘Rust in de Roosters’ niet direct noemen. Hoewel, ach, misschien toch ook wel. Het is in ieder geval een initiatief van kaderleden van FNV Spoor dat wordt ondersteund door hun vakbondsbestuurder Gerald Maenen om te komen tot meer duidelijkheid wat betreft de werktijden voor de mensen met een vast rooster. Voor degenen die er geen ervaring mee hebben: NedTrain werkt met vaste roosters én met vervangers.
‘De bond mag op een gegeven moment best met de vuist op tafel slaan’ Reuvekamp behoort tot deze laatste groep. “Daar heb ik zelf voor gekozen, want ik heb geen jonge kinderen meer thuis. Voor mij als vervanger zijn alleen mijn twee rustdagen per week bekend. Verder zijn de werktijden afhankelijk van wanneer ik nodig ben. Mensen met een vast rooster daarentegen weten bij wijze van spreken nu al welke dienst ze
op 12 november moeten draaien. Dat biedt rust en duidelijkheid, met name voor het thuisfront, zeker wanneer ook de partner werkt en er rekening moet worden gehouden met jonge kinderen.” Het probleem is echter dat NedTrain nog wel eens wil schuiven in de vaste roosters, omdat de omstandigheden dit noodzakelijk maken. Bijvoorbeeld omdat er te veel zieken zijn en de reserves dit niet meer kunnen opvangen. Gevolg: onrust. “Onze stelling is dat we gewoon te weinig mensen hebben”, zegt Reuvekamp, “maar de werkgever ontkent dit. Daarnaast hebben we een meningsverschil of er überhaupt wel in de roosters geschoven mag worden. De werkgever zegt dat het wel mag volgens de cao; wij lezen de afspraak anders en vinden van niet.”
Welles-nietes Deze klassieke welles-nietes tussen werkgever en personeel wordt momenteel op twee fronten uitgevochten. Vakbondsbestuurder Gerald Maenen overlegt met het hoofd P&O van NedTrain, en kaderlid en mede- zeggenschapsvertegenwoordiger Reuvekamp praat mede namens de
sectorraad van FNV Spoor op vestigingsniveau met personeelszaken. “We zijn er nu al een paar maanden mee bezig, maar we komen er niet uit. Dat frustreert me wel een beetje. Ik denk dat we het samen met Gerald misschien een stapje hogerop moeten gaan zoeken. Ik vind trouwens sowieso dat de bond op een gegeven moment best met de vuist op tafel mag slaan.” Hoewel deze laatste opmerking misschien anders doet vermoeden, is kaderlid Reuvekamp geen hardliner. Overleg heeft zijn voorkeur boven actie, maar er zijn grenzen. “Als De Nieuwe Vakbeweging zegt dichter bij de leden te willen gaan staan, juich ik dat alleen maar toe. Ik kom uit de voormalige FSV, die een tiental jaar geleden is gefuseerd met FNV Bondgenoten. Daar liggen mijn roots; dat was een échte spoorbond. FNV Spoor wordt dat gelukkig ook steeds meer. Zo’n specialistische bond die duidelijke taal spreekt namens de mensen die hij vertegenwoordigt, dat is alleen maar goed. Wat dat betreft voelt deze ontwikkeling een beetje als back to my roots. Ik ben benieuwd waar we op uit komen.” < FNV Spoor • FNV Bondgenoten • 11
In de voetsporen van... Nieuwe rubriek Een nieuw jaar, een nieuwe rubriek. In dit nummer deel 2 van ‘In de voetsporen van…’ waarin jonge NS-medewerkers, vaak zonen of dochters uit een spoorfamilie, hun licht laten schijnen over wat zij verwachten van hun werk én van hun vakbond. <
Bart Wellerd (27) Is: hoofdconducteur in Den Bosch. Vindt: “De vakbond zou zich beter moeten profileren onder jongeren.”
“I
k kom uit een echte spoorfamilie. Opa, tante, vader, moeder… Misschien is het daarom dat ik altijd heb gezegd zelf nooit bij het spoor te willen werken. Maar na twee jaar omzwervingen na mijn schooltijd in diverse functies en bedrijven zat ik plotseling toch op een sollicitatie bij NS. En ik moet zeggen, ik heb er nog geen dag spijt van gehad. We hebben weer een lekkere winter de rug, zeg. Wat een gedoe allemaal. Het stoort me wel dat NS van zo’n beetje alles de schuld krijgt. Zelfs als een trein van Veolia niet rijdt, lijkt het wel alsof NS daar de oorzaak van is. Dat steekt me, ‘Misschien is het een idee want ik ben nog steeds om een vakgroep Jong FNV trots dat ik bij NS werk. Spoor op te richten’ Direct bij mijn aanstelling ben ik lid geworden van de bond. Ik moest ook wel, want mijn moeder – net als mijn vader kaderlid van FNV Spoor – schoof me de aanmeldingsbon onder mijn neus. Maar ook dit bleek achteraf een goede keuze. Als je ziet wat de bond allemaal doet… Vooral waar het gaat om cao-afspraken, maar bijvoorbeeld ook door mij te helpen bij het invullen van mijn belastingformulier. Inmiddels ben ik zelf ook actief voor de bond. Ik zit nu drie in het POC en heb me beschikbaar gesteld voor de volgende drie jaar. Dit onder het motto eerst drie jaar leren en dan drie jaar keihard je best doen. 12 • FNV Bondgenoten • FNV Spoor
Misschien dat ik me daarna beschikbaar stel voor een andere actieve kaderfunctie bij de bond. Het verbaast me dat jongeren bij het spoor eerder niet dan wel lid zijn van een vakbond. Ik weet niet hoe dat komt. Ik weet wel dat wanneer we verschillende cao’s zouden opstellen voor niet- en wel-leden, direct iedereen lid zou worden. Het is in mijn beleving dus niet zozeer een imagoprobleem van FNV Spoor, maar meer dat jongeren niet weten wat de bond voor ze kan betekenen. Misschien is het een idee om een vakgroep Jong FNV Spoor op te richten. Al is het maar om te vertellen dat we er zijn en wat we allemaal doen. Ook zouden we hiermee een impuls kunnen geven aan moderner vakbondswerk, met een eigen jongerenplatform op Facebook, twitterberichten en meer van dat soort zaken. Ja, ik noem maar wat hoor, wat me zoals te binnen schiet. Maar als Jong FNV Spoor er komt, bied ik me zeker aan als actief betrokkene.” <
Bereik de bond FNV Bondgenoten Postbus 9208 3506 GE Utrecht, telefoon: 0900 – 9690 (lokaal tarief) Internet: www.fnvbondgenoten.nl, www.fnvspoor.nl