PESTPROTOCOL PCBS Van Amerongen Koningin Wilhelminastraat 1 3751 DD Bunschoten
Het belang van het pestprotocol Pesten is een probleem dat in alle geledingen van de maatschappij voorkomt. Pesten komt helaas op iedere school voor, ook bij ons. Het is een probleem dat wij onder ogen zien en op onze school serieus willen aanpakken. Dat is de reden waarom we een pestprotocol hebben opgesteld. Het doel van het pestprotocol is: Alle kinderen moeten zich in hun basisschoolperiode vrij en veilig voelen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen. We willen regels en afspraken zichtbaar maken. Daardoor kunnen kinderen en volwassenen elkaar hierop aanspreken als zich ongewenste situaties voordoen. Door elkaar te steunen en wederzijds respect te tonen, stellen we alle kinderen in de gelegenheid om met veel plezier naar school te gaan. Een pestprotocol alleen is niet voldoende om een eind te maken aan het pestprobleem. Door het onderwerp pesten regelmatig aan de orde te laten komen, gaat er een preventieve werking van uit.
Uitgangspunten Ten aanzien van pesten hanteert de school een aantal uitgangspunten. Onder ‘de school’ wordt verstaan: teamleden, ouders en kinderen. 1. 2. 3. 4. 5.
De De De De De
school school school school school
vindt dat pesten een probleem is dat opgelost moet worden; verplicht zichzelf ertoe om pesten aan te pakken; wil alert zijn op pestgedrag en actie ondernemen; wil leren om respectvol met elkaar om te gaan; volgt de procedures van het pestprotocol als er sprake is van pesten.
Wat onder pesten wordt verstaan Het is belangrijk dat iedereen het verschil weet tussen pesten en plagen. Plagen gebeurt incidenteel. Het gebeurt op basis van gelijkheid en respect. Plagen mag. Het is goed voor de sociaal-emotionele ontwikkeling en stimuleert het relativeringsvermogen. Bij pesten ligt dat anders. Dan is er sprake van machtsongelijkheid en wordt de pester winnaar en het gepeste kind verliezer. Pesten is het afreageren van agressie of eigen onvermogen op een mindere in de groep, het zogenaamde zondebok-effect.
Oorzaken van pestgedrag Pesten kan een aantal oorzaken hebben:
Een problematische thuissituatie t.a.v. de pester Als een kind een slechte verhouding met z'n ouders heeft en deze te weinig interesse in het kind
1
hebben, is de kans groot dat het een pester wordt. Als agressief gedrag van het kind niet aan banden gelegd wordt, is de kans dat het kind uitgroeit tot een pester nog groter. Een kind dat thuis te weinig aandacht krijgt, gaat die op een gewelddadige manier op school proberen te krijgen.
Een voortdurend gevoelde anonimiteit De pester voelt zich verloren binnen de grote groep en probeert van zichzelf een bepaalde belangrijke persoon te maken door een klasgenoot naar beneden te drukken. Door de anonimiteit in de klas of op de hele school is er dan ook nog eens een gebrek aan sociale controle, met andere woorden: hun klasgenoten zullen niet ingrijpen.
Bij voortduring in een niet-passende rol worden gedrukt Het kan hier bijvoorbeeld gaan om het bij voortduring in een typisch mannelijke of vrouwelijke rol worden gedrukt. Kinderen moeten zich gaan gedragen op een manier die niet past bij wie ze zijn. Ze moeten bepaalde dingen die ze graag willen doen onderdrukken, en/of bepaalde dingen die ze juist niet willen doen, toch doen.
Voortdurend met elkaar de competitie aan moeten gaan Leerlingen leren hun eigenwaarde af te meten aan de mate waarin ze hun klasgenoten kunnen overtreffen. Ze kunnen anderen omlaag proberen te drukken omdat ze denken zo zelf beter naar voren te komen.
Een voortdurende strijd om de macht in de klas Als leerlingen hun eigenwaarde afmeten aan hun plaats in een hoog-laagstructuur veroorzaakt dit spanningen die afgereageerd kunnen worden op een zondebok
Een niet-democratisch leefmilieu binnen school Mogelijk heeft de docent een ‘autoritaire leiderschapsstijl’. Hij laat op een onprettige manier duidelijk merken dat hij de baas is en maakt ook misbruik van het feit dat hij dat is. Dit verstoort de harmonie binnen een groep. Het levert spanningen op. Uit onderzoek is gebleken dat leerlingen in zo'n geval hun spanning veelal gaan afreageren op een zondebok, omdat het in zo'n situatie meestal niet mogelijk is om te reageren tegen de machtige en autoritaire docent zelf.
Andere factoren die pestgedrag bevorderen Te denken valt aan een gebrek aan goede lichaamsverzorging. Zijn het factoren die de thuissituatie betreffen, dan contact met de ouders opnemen.
Signalen van pesten Het is belangrijk dat leerkrachten, ouders en kinderen alert zijn op de manier waarop met elkaar wordt omgegaan. Er zijn duidelijke signalen als het om pesten gaat en minder duidelijke.
Duidelijke signalen
Altijd een bijnaam, nooit bij de eigen naam noemen; Zogenaamde 'leuke' opmerkingen maken over een klasgenoot; Een klasgenoot voortdurend ergens de schuld van geven; Briefjes doorgeven; Beledigen; Opmerkingen maken over de kleding; Isoleren en negeren; Buiten school opwachten; Slaan of schoppen; Verbaal geweld zoals schelden en schreeuwen; Op weg naar huis achterna rijden; Naar het huis van de gepeste gaan; Bezittingen afpakken of stukmaken;
2
Schelden of schreeuwen; Pesten via sociale media en/of e-mail
Minder duidelijke signalen Waarschuwing: deze signalen kunnen ook voorkomen bij andere problemen, dus is het zaak goed uit te zoeken waar de oorsprong van deze signalen ligt. Vaak alleen staan in de pauze of bij de pleinwacht gaan staan; Vaak alleen met jongere kinderen spelen; Niet naar buiten willen tijdens speelmomenten; Niet meer naar school willen of aangeven zich ziek te voelen; Niet (meer) worden uitgenodigd door andere kinderen; Het negatief reageren van andere kinderen op een fout of een idee van het betreffende kind;
De verschillende rollen bij pesten Bij pesten denk je vaak alleen aan de pestkop en degene die gepest wordt. Maar als er gepest wordt, heeft iedereen in de klas ermee te maken. Hier zijn de zeven rollen die kunnen worden onderscheiden: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
De Pester is vaak onzeker en wil graag aardig en stoer gevonden worden en denkt door te pesten dat iedereen hem/haar grappig vindt. De Gepeste voelt zich vaak verdrietig en eenzaam en durft vaak niets terug te doen of het te vertellen, is bang dan nog meer gepest te worden. De Meepester doet mee met pesten, denkt dat hij/zij er dan bij hoort en is bang om zelf gepest te worden. De Helper neemt het op voor de gepeste en vindt het niet goed dat er gepest wordt. Hij is niet bang voor de pester. Helpt graag en is daarom vaak populair. De Stiekemerd vindt het goed dat er gepest wordt, maar bemoeit zich er niet mee. Is bang om zelf gepest te worden. Roept anderen erbij om het pesten te steunen. De Buitenstaander denkt dat er in de klas niet gepest wordt en het kan hem/haar ook niets schelen, zolang hij/zij er zelf maar geen last van heeft. De Stille bemoeit zich er niet mee. Hij vindt het pesten wel gemeen, maar durft niets te doen of te zeggen, is bang zelf gepest te worden.
Gebruikte methode en leerlingvolgsysteem De school hanteert voor de sociaal-emotionele ontwikkeling de methode ‘Leefstijl’. Daarnaast wordt leerlingvolgsysteem ParnasSys gebruikt, waarin een gedeelte zit dat de sociaal-emotionele ontwikkeling volgt, te weten ZIEN! Indien noodzakelijk kunnen andere middelen worden ingezet, zoals onderdelen van de kanjertraining en het inroepen van hulp van De Boei.
Het anti-pestcontract Het anti-pestcontract wordt vanaf groep 3 door de directie, leerkrachten en leerlingen ondertekend en in de klas opgehangen. Iedereen die heeft getekend, houdt zich eraan, zowel binnen als buiten de school.
Afspraken: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
We We We We We We We
beoordelen elkaar niet op schoolresultaten; mogen een andere mening hebben; schelden of lachen niemand uit; beoordelen elkaar niet op het uiterlijk; beoordelen elkaar niet op de kleding; gaan niet 'zomaar' pesten; doen niet mee met pesters;
3
8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
We We We We We We We We We We We We We
pesten niet via internet; pesten niet om vrienden te krijgen; bemoeien ons niet met elkaar; kiezen geen partij bij ruzie; zijn eerlijk; helpen elkaar als iemand hulp nodig heeft; doen niet aan na-apen; luisteren naar elkaar; mogen pestgedrag aan de leraar vertellen, zonder dat dit klikken is; mogen erover praten als we worden gepest; gaan niet dreigen, chanteren of afpersen; beoordelen elkaar niet op vriendjes of vriendinnetjes; vertellen iets niet door als iemand het in vertrouwen heeft verteld.
Deze 20 afspraken zijn samengevat in 6 items die deel uitmaken van het anti-pestcontract. In de groepen 1 en 2 kan de leerkracht een aangepaste versie van het contract maken door middel van plaatjes of pictogrammen.
Een positief, veilig en respectvol klimaat Dagelijks wordt zorg gedragen voor een positief klimaat in en rond de school. Om te leren respectvol met elkaar om te gaan, worden de volgende sociale vaardigheden in alle groepen ingeprent: A. De vier leefstijlregels voor elke dag (zichtbaar in de klas) 1. Luisteren is stoppen met wat je doet, kijk en luister goed; 2. Ruzie maken moet je laten. Heb je het toch? Dan samen praten!; 3. Doe het samen, niet alleen, helpen kun je iedereen; 4. We houden onze spullen heel en schoon, dat vinden we heel gewoon! Ruzie? 1. Ga uit elkaar en tel tot 10; 2. Zoek elkaar weer op; 3. Vertel elkaar wat je anders had kunnen doen/ vertel wat je voelt; 4. Is het opgelost? 5. Geef elkaard e hand; 6. Anders … ga naar de juf/meester. B. Algemeen Het is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid om de volgende regels consequent te hanteren! 1. Ik klop netjes aan en wacht tot ik word binnengelaten; 2. Ik loop stil en rustig door de gangen en de hal; 3. Als ik de laatste ben die een computer gebruikt, dan zet ik die uit; 4. Buiten de schooltijden kom ik niet in school, tenzij het een noodgeval betreft; 5. Ik zorg dat het plein netjes blijft: afval doe ik in de bak; 6. Op het toilet ben ik zuinig met het toiletpapier, de zeep, het water en de handdoekjes; 7. Vloeken en het gebruik van schuttingtaal is niet toegestaan. Van de volgende twee groepen regels komen er 2 per week aan bod (weekmemo) C. Omgangsregels tussen leerling-volwassene 1. Ik spreek een volwassene altijd beleefd en met respect aan; 2. Ik laat een volwassene altijd voorgaan bij de deur of het hek; 3. Ik luister als een volwassene spreekt en praat er niet doorheen; 4. Ik leg mij zonder gemopper of boos gezicht neer bij een genomen besluit. D. Leerlingen onderling 1. In een gesprek kijk ik de ander aan;
4
2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Ik reageer beleefd als iemand iets tegen mij zegt; Ik sta open voor de mening van een ander door naar de ander te luisteren; Ik probeer altijd positief naar anderen te zijn; Ik sluit niemand uit; Ik kom mijn afspraken na; Ik vraag om meer uitleg als iets mij niet duidelijk is; Ik laat een ander uitpraten; Ik ben eerlijk naar de ander toe; Als iets mij niet aanstaat, dan zeg ik dat beleefd; Ik blijf kalm en rustig, ook als de ander kritiek op mij levert of boos wordt; Ik geef complimentjes aan de ander als iets goed gaat.
Stappenplan bij pestgedrag Zodra er van pestgedrag sprake is, moet er onmiddellijk actie worden ondernomen. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Meldingsplicht van pestgedrag door het kind of een ouder; Pestgedrag buiten schooltijd: ouders nemen onderling contact met elkaar op. Ouders doen een melding bij de leerkracht over het pesten en hoe dat is aangepakt. Pestgedrag onder schooltijd: melding bij de leerkracht die onmiddellijk actie onderneemt en ouders inlicht of uitnodigt voor een gesprek. Bij eerste herhaling volgt een gele kaart richting pester. De sanctie is strafwerk en huiswerk (niet afgemaakt werk vanwege het maken van strafwerk) en een melding richting ouders. Bij tweede herhaling volgt een rode kaart. De sanctie is een dag schorsing, melding aan de bovenschools directeur en de leerplichtambtenaar en werk mee naar huis. Bij derde herhaling volgt een meerdaagse schorsing en eventuele verwijdering van school.
Verantwoordelijkheden De schoolleiding
zorgt dat zij zich steeds bewust is van de problematiek en de mogelijke oplossingen; zorgt voor stellingname door duidelijk aan medewerkers, ouders en leerlingen te communiceren dat pesten niet toelaatbaar is en wat de maatregelen zijn en wat van elke geleding wordt verwacht; zorgt dat er dingen gebeuren die er toe doen, zodat de veiligheid van medewerkers en kinderen wordt gegarandeerd. zorgt voor effectieve bestrijding van het pesten; zorgt voor een tijdige en heldere communicatie over het onderwerp via individuele gesprekken, speciale bijeenkomsten, de nieuwsbrief en de schoolkrant.
De leerkrachten, ouders en kinderen Steun Steun
bieden aan het kind dat gepest wordt: Naar het kind luisteren en zijn probleem serieus nemen; Met het kind overleggen over mogelijke oplossingen; Samen met het kind werken aan oplossingen; Zonodig zorgen dat het kind deskundige hulp krijgt, bijvoorbeeld een sociale vaardigheidstraining om weerbaar te worden; Zorgen voor follow-up gesprekken. bieden aan het kind dat zelf pest: Met het kind bespreken wat pesten voor een ander betekent; Het kind helpen om op een positieve manier relaties te onderhouden met andere kinderen; Het kind helpen om zich aan regels en afspraken te houden;
5
Steun
Zorgen dat het kind zich veilig voelt; uitleggen wat jij als leerkracht gaat doen om het pesten te stoppen; Stel grenzen en verbind daar consequenties aan; Zorgen voor follow-up gesprekken. bieden aan de ouders van het gepeste en van het pestende kind: Ouders die zich zorgen maken over pesten serieus nemen; Ouders op de hoogte houden van pestsituaties; Informatie en advies geven over pesten en de manieren waarop pesten kan worden aangepakt; In samenwerking tussen school en ouders het pestprobleem aanpakken. Zowel op school als vanuit de thuissituatie; Zonodig ouders doorverwijzen naar deskundige ondersteuning.
De middengroep (de rest van de klas) betrekken bij de oplossingen van het pestprobleem: Met de kinderen praten over pesten en over hun eigen rol daarbij; Met de kinderen overleggen over mogelijke oplossingen en over wat ze zelf kunnen bijdragen aan die oplossingen; Samen met de kinderen werken aan oplossingen, waarbij ze zelf een actieve rol spelen. Ondersteuning van de leerkracht door de directie en interne begeleiders Bijvoorbeeld als er sprake is van lastige ouders en ouders die het partijdig opnemen voor hun kind.
6
7
Dit contract is bedoeld om pestgedrag in onze school te voorkomen. Ieder kind mag zichzelf zijn. Er is respect voor elkaar.
Mijn naam is ………………………………………………………………………..
Ik beloof hierbij mijn best te zullen doen door mij aan de volgende regels te houden: 1. Ik praat op een positieve opbouwende manier over anderen en niet op een negatieve afbrekende manier. 2. Ik vind dat ieder kind mee mag doen, dus sluit ik niemand buiten. 3. Ik respecteer anderen en los geen dingen op met schelden, schoppen en slaan. 4. Ik zorg ervoor dat anderen leuk kunnen spelen zonder ruzie uit te lokken. 5. Ik blijf van andermans spullen af en maak niets kapot. 6. Ik gebruik sociale media om contact met anderen te maken en niet om te pesten.
Datum: …………………………………………………………
Handtekening: ……………………………………………..
8
VRAGENLIJST VOOR LEERLINGEN DIE WORDEN GEPEST Naam: ……………………………………………………………….. Groep: ……… Zet een kruisje in de juiste hokjes Ik ben een
jongen meisje
Hoe vaak ben je dit schooljaar al gepest? ik ben nog niet eerder gepest één- of tweemaal regelmatig eenmaal per week verschillende malen per week Hoe vaak voel jij je alleen op school? zelden één- of tweemaal regelmatig eenmaal per week verschillende malen per week Hoe vaak heb je dit schooljaar andere leerlingen gepest? ik ben nog niet eerder gepest één- of tweemaal regelmatig eenmaal per week verschillende malen per week Waar en wanneer ben je gepest? ik ben dit schooljaar nog niet eerder gepest op de speelplaats in de klas tijdens de les of de pauze in de gang op weg van/naar school voor of na schooltijd of via internet Op welke wijze ben je gepest? Ik ben dit schooljaar nog niet eerder gepest Ik ben tot nu toe alleen geplaagd Ik ben geschopt en geslagen Ik ben bedreigd Ik ben uitgescholden en uitgelachen Er zijn dingen van mij weggepikt en/of beschadigd Anders, namelijk door ………………………………………………………. Wie hebben jou gepest? Zet de groep erbij. ………………………………………………………………………………………………………………………………………………
9