VanDoorne
©
Advocaten • Notarissen • Fiscalisten
AFSCHRIFT
van de akte van statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs de dato 28 juni 2103
verleden voor een waarnemer van mr. Saskia Laseur-Eelman, notaris te Amsterdam
Amsterdam • Aruba • Bonaire • Curagao
VAN DOORNE N.V. SURC/AM/60012450
AKTE VAN STATUTENWIJZIGING STICHTING INVITARE OPENBAAR ONDERWIJS
Heden, achtentwintig juni tweeduizend dertien verschijnt voor mij, mr. Robert Collenteur, kandidaat-notaris, hierna te noemen "notaris", als waarnemer van mr. Saskia LaseurEelman, notaris te Amsterdam: mevrouw mr. Anna Henriëtte Mars, geboren te Hoorn op negenentwintig november negentienhonderd
vierentachtig,
met
kantooradres
Jachthavenweg
121, 1081
KM
Amsterdam. De verschenen persoon verklaart dat: het college van bestuur van de stichting: Stichting Invitare Openbaar Onderwijs, statutair gevestigd te gemeente Cuijk, met adres: 5431 BW Cuijk, Molenstraat 19, ingeschreven in het handelsregister van de Kamers van Koophandel onder dossiernummer: 17160875 (hierna te noemen: de "stichting") op zesentwintig juni tweeduizend dertien met inachtneming van statutaire voorschriften heeft besloten de statuten van de stichting algeheel te wijzigen, alsmede om de verschenen persoon te machtigen deze akte te doen passeren, van welke besluiten blijkt uit het besluit van het college van bestuur, welke aan deze akte zal worden gehecht (Bijlage): de raad van toezicht van de stichting op negentien juni tweeduizend dertien het voormelde voorgenomen besluit tot statutenwijziging heeft goedgekeurd, van welke goedkeuring blijkt uit de notulen van de betreffende vergadering, waarvan een uittreksel aan deze akte zal worden gehecht (Bijlage): het gemeenschappelijk orgaan, als bedoeld in de regeling "Gemeenschappelijke regeling openbaar basisonderwijs gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave, Mill en Sint Hubert", op zeventien juni tweeduizend dertien heeft ingestemd met het voormelde besluit tot statutenwijziging, van welke instemming blijkt uit een document, welke aan deze akte zal worden gehecht (Bijlage): de statuten van de stichting laatstelijk zijn vastgesteld bij akte van statutenwijziging op één juli tweeduizend negen, verleden voor notaris mr. Saskia Laseur-Eelman, voornoemd. Ter uitvoering van vermeld besluit tot statutenwijziging verklaart de verschenen persoon, handelend als vermeld, de statuten van de stichting bij deze algeheel te wijzigen en opnieuw vast te stellen als volgt: STATUTEN
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
Naam en zetel Artikel 1 1. De stichting draagt de naam: Stichting Invitare Openbaar Onderwijs. De verkorte naam van de stichting is: Stichting Invitare. 2. De stichting heeft haar zetel in de gemeente Cuijk. Begripsbepalingen Artikel 2 1. Deze statuten verstaan onder: a. stichting: Stichting Invitare Openbaar Onderwijs; b. gemeenten: de gemeenten die de instandhouding van openbare scholen aan de stichting hebben overgedragen; c. gemeenteraden: de gemeenteraden van de gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave, Mill en Sint Hubert; d. gemeenschappelijk orgaan: het gemeenschappelijk orgaan als bedoeld in de regeling "Gemeenschappelijke regeling openbaar basisonderwijs gemeenten Bergen, Boxmeer, Cuijk, Gennep, Grave, Mill en Sint Hubert", welke op grond van die regeling in het leven is geroepen om de bevoegdheden van de gemeenteraden te coördineren en uit te oefenen als bedoeld in artikel 48 WPO en in de statuten van de stichting, met uitzondering van de opheffing van de scholen; e. scholen: de door de stichting in stand gehouden openbare scholen, daaronder begrepen basisscholen en scholen voor speciaal basisonderwijs; f. (G)MR: de (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad; g. benoemingsadviescommissie: de commissie omschreven in artikel 6 lid 4 en artikel 11 lid 3; h. directieraad: de gezamenlijke directeuren van de scholen die door de stichting in stand worden gehouden; i. WPO: de Wet op het primair onderwijs; j. WMS: de Wet medezeggenschap op scholen; k. de stichting kent een reglement van orde, inhoudende: als hoofdstuk I, het reglement raad van toezicht, welk reglement wordt vastgesteld door de raad van toezicht, in overleg met het college van bestuur; als hoofdstuk II, het bestuursreglement, welk reglement wordt vastgesteld door het college van bestuur met goedkeuring van de raad van toezicht; en als hoofdstuk III, het managementstatuut als bedoeld in artikel 31 WPO; tenzij anders blijkt of kennelijk anders is bedoeld sluit een verwijzing naar het mannelijk geslacht een verwijzing naar het vrouwelijk geslacht in en omgekeerd. 2. De gemeenteraden hebben de op grond van de WPO aan hen toekomende taken en bevoegdheden ten aanzien van de stichting vastgelegd en toebedeeld aan het gemeenschappelijk orgaan. Indien de daartoe vastgestelde of opvolgende gemeenschappelijke regeling wordt opgeheven dan wel (een deel van) de in
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
voorgaande zin bedoelde bevoegdheden niet langer zijn toebedeeld dient men overal waar in deze statuten wordt gesproken van "gemeenschappelijk orgaan" te lezen "gemeenteraad/gemeenteraden" voor zover de stichting in de desbetreffende gemeente(n) een school voor openbaar onderwijs in stand houdt. Doelen middelen Artikel 3 1.
De stichting heeft ten doel het (doen) geven van openbaar onderwijs aan de scholen die onder haar gezag vallen, daaronder begrepen basisscholen en scholen voor speciaal basisonderwijs, met in achtneming van artikel 46 WPO, alsmede al hetgeen daartoe nodig en/of nuttig kan zijn.
2.
De stichting draagt er daarbij voor zorg dat het openbaar primair onderwijs gegeven op de scholen die zij in stand houdt, bijdraagt aan de ontwikkeling van de leerlingen met aandacht voor de godsdienstige, levenbeschouwelijke en maatschappelijke waarden zoals die leven in de Nederlandse samenleving en met onderkenning van de betekenis van de verscheidenheid van die waarden. De scholen die de stichting in stand houdt, zijn toegankelijk voor alle kinderen zonder onderscheid van godsdienst of levensbeschouwing. Het openbaar onderwijs wordt gegeven met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing. Om het doel te verwezenlijken kan de stichting gebruik maken van alle wettige middelen die daaraan dienstbaar zijn. De stichting beoogt niet het maken van winst.
5.
Het aan het doel dienstbare vermogen wordt gevormd door rijksbekostiging, subsidies, giften, legaten, hetgeen door erfstelling wordt verkregen en hetgeen de stichting op enigerlei andere wijze verkrijgt, met dien verstande dat alle erfstellingen zullen worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving.
Duur en Boekjaar Artikel 4 1.
De stichting is opgericht voor onbepaalde tijd, met inachtneming van het bepaalde in artikel 22 van deze statuten en artikel 48 lid 6 onder g WPO.
2.
Het boekjaar valt samen met het kalenderjaar.
Organen Artikel 5 De stichting kent de volgende organen: a.
het college van bestuur;
b.
de raad van toezicht.
College van Bestuur; samenstelling en benoeming Artikel 6 1.
Het college van bestuur bestaat uit een door de raad van toezicht te bepalen aantal van maximaal drie leden. Slechts natuurlijke personen zijn benoembaar tot lid van het college van bestuur.
2.
De bestuurders worden benoemd door de raad van toezicht. Zij worden benoemd voor de duur van hun aanstelling.
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Aktevan Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
3.
De benoeming van bestuurders geschiedt aan de hand van een door de raad van toezicht vast te stellen kenbare selectieprocedure en openbare profielschets. De selectieprocedure en de profielschets worden aan het gemeenschappelijk orgaan ter kennisgeving gezonden.
4.
De selectieprocedure houdt in ieder geval in dat de raad van toezicht slechts kan komen tot een benoeming nadat een bij het ontstaan van de vacature door de raad van toezicht ingestelde benoemingsadviescommissie op haar beurt aan de raad van toezicht
een
voordracht
heeft
gedaan.
Deze
dan
ingestelde
benoemingsadviescommissie bestaat uit twee ouders namens de oudergeleding van de GMR, een lid namens de personeelsgeleding van de GMR, een lid namens de directieraad, de voorzitter of vice-voorzitter van de raad van toezicht, een lid namens het gemeenschappelijk orgaan en een lid van het college van bestuur indien mogelijk. 5.
Bij de voordracht van de benoemingsadviescommissie wordt gestreefd naar consensus.
Indien
consensus
niet
mogelijk
blijkt
wordt
door
de
benoemingsadviescommissie bij meerderheid besloten over de voordracht. Minimaal een ouder dient tot de meerderheid te behoren. 6.
Indien het college van bestuur uit meer dan één lid bestaat wordt de voorzitter in functie benoemd. Het college van bestuur kan overigens zijn taken onderling verdelen. De eventuele onderlinge verdeling van taken behoeft de goedkeuring van de raad van toezicht en kan deel uitmaken van het bestuursreglement.
7.
De profielschets bevat de kwaliteiten en deskundigheden waaraan de bestuurders dienen te voldoen en kan deel uitmaken van het bestuursreglement. Bij het ontstaan van een vacature kan de profielschets door de raad van toezicht nader worden ingevuld na het college van bestuur gehoord te hebben.
8.
De wijze waarop het college van bestuur in zijn ontwikkeling en kwaliteit blijft voorzien wordt nader uitgewerkt in het bestuursreglement en het managementstatuut.
9.
De bestuurders worden periodiek beoordeeld door de raad van toezicht. De wijze waarop deze beoordeling plaatsvindt, kan worden uitgewerkt in het raad van toezichtreglement en het bestuursreglement.
10.
De vaststelling van de bezoldiging en de regeling van de overige arbeidsvoorwaarden van de bestuurders geschiedt door de raad van toezicht met inachtneming van hetgeen maatschappelijk gebruikelijk is.
College van Bestuur; defungeren, schorsing en ontslag Artikel 7 1.
2.
Een lid van het college van bestuur defungeert: a.
door zijn overlijden;
b.
doordat hij het vrij beheer over zijn vermogen verliest;
c.
door zijn onder curatele stelling;
d.
door het eindigen van zijn aanstelling bij de stichting;
e.
door zijn vrijwillig aftreden (bedanken);
f.
door zijn ontslag verleend door de raad van toezicht;
door zijn ontslag door de rechtbank. gEen lid van het college van bestuur kan te allen tijde worden geschorst en ontslagen
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
door de raad van toezicht, ook wanneer hij voor bepaalde tijd is benoemd. De betreffende bestuurder wordt in de gelegenheid gesteld zich in een vergadering van de raad van toezicht te verantwoorden. Daarbij kan hij zich doen bijstaan door een raadsman. 3. De schorsing van een bestuurder kan één of meer malen worden verlengd. De schorsing vervalt, indien de raad van toezicht niet binnen vier maanden na de datum van ingang van de schorsing besluit tot opheffing of handhaving van de schorsing of ontslag. Een schorsing kan voor ten hoogste vier maanden worden gehandhaafd, ingaande op de datum waarop het besluit tot handhaving van de schorsing wordt genomen. Het betrokken lid wordt in de gelegenheid gesteld zich in een vergadering van de raad van toezicht waarin handhaving van de schorsing aan de orde is te verantwoorden. Daarbij kan hij zich doen bijstaan door een raadsman. 4. Ingeval van ontstentenis of belet van één of meer leden van het college van bestuur, berust het bestuur tijdelijk bij de overblijvende leden van het bestuur/overblijvende lid van het college van bestuur. Ingeval van ontstentenis of belet van alle leden van het college van bestuur of het enige lid berust het bestuur tijdelijk bij één of meer door de raad van toezicht - al dan niet uit zijn midden - aan te wijzen personen. De raad van toezicht is bij ontstentenis of belet van alle leden van het college van bestuur verplicht zo spoedig mogelijk in het bestuur te voorzien, met dien verstande dat de benoeming geschiedt conform de statuten. 5. In vacatures van het college van bestuur wordt zo spoedig mogelijk voorzien. Ingeval van vacatures behoudt het college van bestuur zijn bevoegdheden. Indien binnen twaalf maanden na het ontstaan van een vacature in het college van bestuur geen benoeming van een opvolgende bestuurder tot stand is gekomen, dan wel binnen die termijn de raad van toezicht niet heeft besloten het aantal leden van het college van bestuur te verminderen, geschiedt de benoeming door de rechtbank van het arrondissement waar de stichting is gevestigd op verzoek van de meest gerede belanghebbende, onverminderd de mogelijkheid aan de president van die rechtbank om een voorlopige voorziening te verzoeken. 6. Het gemeenschappelijk orgaan is in geval van ernstige taakverwaarlozing door het college van bestuur of functioneren van het college van bestuur in strijd met de wet, bevoegd zelf te voorzien in het bestuur overeenkomstig artikel 48 WPO met dien verstande dat - behoudens de situatie dat uitstel niet in het belang van de stichting is het gemeenschappelijk orgaan eerst overleg pleegt met het college van bestuur en de raad van toezicht. College van Bestuur; taken en bevoegdheden Artikel 8 1. Behoudens de wet en deze statuten is het college van bestuur belast met het besturen van de stichting. Het college van bestuur is belast met de taken en uitoefening van de bevoegdheden die de stichting als bevoegd gezag zijn toebedeeld. Het college van bestuur is niet bevoegd te besluiten tot opheffing van een school. — 2. Het college van bestuur is met voorafgaande goedkeuring van de raad van toezicht
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
bevoegd tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen, alsmede tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt. Op het ontbreken van de goedkeuring van de raad van toezicht kan jegens derden een beroep worden gedaan. Bij de besluitvorming casu quo de goedkeuring bedoeld in de eerste zin van dit lid nemen de raad van bestuur respectievelijk de raad van toezicht de in de WPO ter zake opgenomen bepalingen in acht, waaronder in het bijzonder de artikelen 106 en 110 WPO. Het college van bestuur behoeft voorts de voorafgaande goedkeuring casu quo instemming van de raad van toezicht en het gemeenschappelijk orgaan voor besluiten tot: a.
de vaststelling van de begroting; —
b.
de vaststelling van de jaarrekening;
c.
het wijzigen van de statuten;
d.
het ontbinden van de stichting voor zover het college van bestuur daartoe het voornemen heeft.
Het gemeenschappelijk orgaan kan slechts de hier bedoelde goedkeuring onthouden wegens strijd met het recht of met het algemeen belang, waaronder begrepen het financieel belang van de gemeenten. Het college van bestuur behoeft daarnaast de voorafgaande goedkeuring van de raad van toezicht voor besluiten tot: a.
de vaststelling en het fundamenteel wijzigen van het meerjarenbeleidsplan en bijbehorende meerjaren beg roting;
b.
de vaststelling en wijziging van het bestuursreglement, het managementstatuut
c.
de vaststelling van het kwaliteitszorgsysteem en het daarbij te hanteren
en de klachtenregeling; waarderingskader; d.
de vaststelling van het jaarverslag;
e.
investeringen die niet zijn opgenomen in een door de raad van toezicht goedgekeurd investeringsplan, waarvan het belang een door de raad van toezicht jaarlijks te bepalen bedrag overschrijdt; het aangaan, wijzigen en verbreken van samenwerking met een andere rechtspersoon of organisatie indien die samenwerking van
ingrijpende
betekenis is voor de stichting en/of de met haar in een groep verbonden rechtspersonen; g-
het aangaan van financiële verplichtingen of samenwerkingsovereenkomsten welke niet binnen de begroting zijn opgenomen en waarvan het belang een door de raad van toezicht jaarlijks te bepalen bedrag overschrijdt; het verkrijgen, wijzigen of beëindigen van een deelneming of zeggenschap in een andere rechtspersoon en het oprichten van een andere rechtspersoon, alsmede de vaststelling en wijziging van diens statuten voor zover het bestuur
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
i.
j-
daartoe is bevoegd; het teweegbrengen van een belangrijke wijziging in de organisatie; het aanvragen van faillissement en surseance van betaling;
k.
een ingrijpende wijziging in of de beëindiging van een aanzienlijk aantal arbeidsovereenkomsten van werknemers binnen korte tijd; I. het verlenen en uitbreiden van procuratie; m. het verkrijgen alsmede het overdragen van het bestuur van een school en het voorstel aan de raad tot het sluiten van een school die onder het bestuur van de stichting staat, onverminderd het bepaalde in artikel 5 lid 2; n. het vaststellen van het statuut en de reglementen voor de GMR, zulks conform de bepalingen uit de WMS; o. het aangaan van rechtshandelingen waarbij een of meer leden van het college van bestuur een belang hebben dat tegenstrijdig is met het belang van de stichting of de door de stichting in stand gehouden scholen. 5. De raad van toezicht kan besluiten dat een in lid 2, lid 3 en lid 4 genoemd besluit niet aan haar goedkeuring is onderworpen wanneer het daarmee gemoeide belang een door de raad van toezicht te bepalen en schriftelijk aan het college van bestuur op te geven waarde niet te boven gaat of rechtstreeks voortvloeit uit de vastgestelde begroting. 6. De raad van toezicht is bevoegd ook andere besluiten dan in lid 2, lid 3 en lid 4 van dit artikel zijn genoemd aan zijn goedkeuring te onderwerpen. Die andere besluiten dienen duidelijk omschreven te worden en schriftelijk aan het college van bestuur te worden meegedeeld. 7. Het ontbreken van goedkeuring als bedoeld in dit artikel tast de vertegenwoordigingsbevoegdheid van het college van bestuur en de leden van het college van bestuur niet aan behoudens het bepaalde in lid 2 van dit artikel. 8. Het college van bestuur voorziet de raad van toezicht tijdig van alle informatie die nodig is voor de toezichthoudende taak van de raad van toezicht. 9. Het college van bestuur stelt na goedkeuring door de raad van toezicht een reglement vast waarin de informatieverstrekking aan de raad van toezicht wordt vastgelegd. — 10. Het college van bestuur draagt zorg voor ambtelijke ondersteuning van de raad van toezicht. Vertegenwoordiging Artikel 9 1. Het college van bestuur of twee gezamenlijk handelende leden van het college van bestuur vertegenwoordigden de stichting, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit. 2. Op het ontbreken van de in artikel 8 lid 2 bedoelde goedkeuring kan jegens derden een beroep worden gedaan. 3. In alle gevallen waarin een of meer leden van het college van bestuur een tegenstrijdig belang met de Stichting heeft of hebben, dan wel er sprake is van een verstrengeling van belangen, wordt de Stichting niettemin vertegenwoordigd op de wijze als bepaald in lid 1, doch met inachtneming van het bepaalde in artikel 8 lid 4
AFSCHRIFT.60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
sub o. van deze statuten. Krachtens besluit van het college van bestuur na voorafgaande goedkeuring van de raad van toezicht kan de stichting aan één of meer leden van het college van bestuur, leden van de directie en ook aan andere personen een doorlopende volmacht verlenen om de stichting te vertegenwoordigen. De gevolmachtigde vertegenwoordigt de stichting met inachtneming van de grenzen van zijn volmacht. Elke volmacht wordt schriftelijk vastgelegd; een volmacht voor één of meer leden van de directie kan deel uitmaken van het managementstatuut. College van Bestuur; vergadering en besluitvorming Artikel 10 1. Besluiten van het college van bestuur worden schriftelijk vastgelegd. 2. In aanvulling op het bepaalde in dit artikel, kunnen regels met betrekking tot de werkwijze en besluitvorming van het college van bestuur in het bestuursreglement worden vastgelegd. Dit bestuursreglement wordt vastgesteld door het college van bestuur en behoeft de goedkeuring van de raad van toezicht. Indien het college van bestuur uit meer dan één lid bestaat, gelden daarnaast de volgende leden. 3. Het college van bestuur vergadert ten minste één keer per maand. 4. De oproeping tot de vergadering van het college van bestuur geschiedt schriftelijk daaronder mede begrepen per fax of e-mail - aan iedere bestuurder, door de secretaris van het bestuur in opdracht van degene(n) die het houden van de vergadering heeft of hebben verlangd verzonden. De bijeenroeping vermeldt de plaats en het tijdstip van de vergadering en de in de vergadering te behandelen onderwerpen. 5. De termijn van oproeping bedraagt ten minste vijf dagen, de dag van oproeping en die van vergadering niet meegerekend. In spoedeisende gevallen, zulks ter beoordeling van de voorzitter van het college van bestuur, kan de termijn van oproeping worden verkort tot één dag, die van oproeping en die van vergadering niet meegerekend. — 6. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter of bij diens ontstentenis of afwezigheid door zijn plaatsvervanger, die dan ad hoc door de vergadering en alleen voor die vergadering wordt benoemd. 7. Een bestuurder kan zich ter vergadering door een schriftelijke - daaronder mede begrepen per fax of e-mail - gevolmachtigde andere bestuurder doen vertegenwoordigen. 8. De notulen van een vergadering worden vastgesteld en ten blijke daarvan getekend door de voorzitter van de betreffende vergadering dan wel vastgesteld in een volgende vergadering en ten blijke van die vaststelling door de voorzitter van die volgende vergadering ondertekend. 9. In de vergadering van het college van bestuur heeft iedere bestuurder recht op het uitbrengen van één stem. Voor zover de statuten geen grotere meerderheid voorschrijven worden alle besluiten van het college van bestuur genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. 10. Geldige besluiten kunnen slechts worden genomen, indien alle bestuurders met inachtneming van het hiervoor bepaalde zijn opgeroepen en meer dan de helft van
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
alle bestuurders ter vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn. Indien de voorschriften betreffende de oproeping niet in acht zijn genomen, kunnen niettemin geldige besluiten worden genomen met algemene stemmen in een vergadering van het college van bestuur, waarin alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn. -11. Het college van bestuur kan ook op een andere wijze dan in een vergadering besluiten nemen, mits alle leden van het college van bestuur in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen en geen van hen zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet. Een besluit is alsdan genomen, indien de volstrekte dan wel vereiste grotere meerderheid het aantal leden van het college van bestuur zich voor het voorstel heeft verklaard. Van elk buiten vergadering genomen besluit wordt mededeling gedaan in de eerstvolgende vergadering, welke mededeling in de notulen van die vergadering wordt vermeld. 12. Tenzij het college van bestuur anders besluit, kunnen de leden van de raad van toezicht aan de vergadering van het college van bestuur deelnemen en hebben in die vergadering een raadgevende stem. 13. De vergaderingen van het college van bestuur zijn openbaar, tenzij het college van bestuur beslist dat een niet-openbare vergadering in het belang is van de aan de orde te stellen voorstellen en/of in de vergadering mogelijk vertrouwelijke gegevens aan de orde komen, een verstoring van vergaderorde aannemelijk is of anderszins een openbare vergadering niet in het belang van de doelstelling van de stichting kan zijn. Raad van toezicht; samenstelling en benoeming ArtikelU 1. De raad van toezicht bestaat uit een door de raad van toezicht te bepalen aantal van ten minste drie en ten hoogste vijf leden. Slechts natuurlijke personen zijn benoembaar als lid van de raad van toezicht. 2. De leden van de raad van toezicht worden benoemd door het gemeenschappelijk orgaan op bindende voordracht van de raad van toezicht. De bindende voordracht van een lid van de raad van toezicht geschiedt aan de hand van een door de raad van toezicht vast te stellen kenbare selectieprocedure en openbare profielschets. De profielschets wordt ter kennisneming toegezonden aan het gemeenschappelijk orgaan alvorens tot een selectie en voordracht van één of meer leden van de raad van toezicht wordt overgegaan. De profielschets bevat de kwaliteiten en deskundigheden waaraan een lid van de raad van toezicht dient te voldoen en kan deel uitmaken van het reglement van de raad van toezicht. Bij het ontstaan van een vacature kan de profielschets door de raad van toezicht nader worden ingevuld. 3. De selectieprocedure houdt in ieder geval in dat de raad van toezicht slechts kan komen tot het doen van een voordracht nadat een bij het ontstaan van de vacature door de raad van toezicht ingestelde benoemingsadviescommissie op haar beurt aan de raad van toezicht een voordracht heeft gedaan. Deze dan ingestelde benoemingsadviescommissie bestaat uit twee ouders namens de oudergeleding van de GMR, een lid namens de personeelsgeleding van de GMR, de voorzitter of vicevoorzitter van de raad van toezicht, een lid namens het gemeenschappelijk orgaan en de voorzitter van het college van bestuur.
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
4.
Bij de voordracht van de benoemingsadviescommissie wordt gestreefd naar consensus.
Indien
consensus
niet
mogelijk
blijkt
wordt
door
de
benoemingsadviescommissie bij meerderheid besloten over de voordracht. Indien niet beide afgevaardigden van de GMR instemmen met de voordracht, kan de GMR een bindende voordracht doen voor de invulling van ten minste één zetel in de raad van toezicht, overeenkomstig het bepaalde in artikel 17a lid 2 WPO. Indien één of beide ouders niet instemmen met de voordracht kunnen zij een bindende voordracht doen voor ten minste één derde van het aantal kandidaten aan het gemeenschappelijk orgaan, overeenkomstig artikel 48 lid 6 onder b WPO. 5.
De leden van de raad van toezicht worden benoemd voor een periode van vier jaar en zijn
herbenoembaar
na
voordracht
door
de
benoemingsadviescommissie
overeenkomstig het bepaalde in de lid 3 en lid 4 van dit artikel. Door de raad van toezicht wordt een rooster van aftreden opgesteld. Een lid van de raad van toezicht treedt volgens dit rooster, doch uiterlijk vier jaar na zijn benoeming, af. Een tussentijds benoemd lid van de raad van toezicht neemt op het rooster van aftreden de plaats van zijn voorganger in. 6.
De raad van toezicht benoemt uit zijn midden een voorzitter en kan eventuele taken onderling verdelen bij reglement.
7.
Ingeval van vacatures behoudt de raad van toezicht zijn bevoegdheden onverminderd de verplichting om onverwijld maatregelen tot aanvulling van zijn ledental te nemen. -
8.
Leden van de raad van toezicht ontvangen als zodanig geen bezoldiging, noch middellijk noch onmiddellijk. Leden van de raad van toezicht hebben wel recht op een door de raad van toezicht vast te stellen vergoeding voor gemaakte onkosten en een niet bovenmatig vacatiegeld.
Raad van toezicht; defungeren, ontslag en schorsing Artikel 12 1.
2.
Een lid van de raad van toezicht defungeert: a.
door zijn overlijden;
b.
doordat hij het vrij beheer over zijn vermogen verliest;
c.
door zijn onder curatele stelling;
d.
door zijn vrijwillig aftreden (bedanken);
e.
door zijn ontslag verleend door de raad van toezicht;
f.
door het verstrijken van de termijn overeenkomstig artikel 11 lid 5.
Een lid van de raad van toezicht kan worden geschorst en ontslagen wegens onder meer: a.
verwaarlozing van zijn taak of onvoldoende functioneren;
b.
onverenigbaarheid van functies of belangen;
c.
wijziging van de omstandigheden of andere redenen op grond waarvan zijn handhaving als lid redelijkerwijs niet van de stichting kan worden verlangd.
3.
Een lid van de raad van toezicht kan om de redenen genoemd in lid 2 van dit artikel en al dan niet op voordracht van de raad van toezicht, te allen tijde worden ontslagen door het gemeenschappelijk orgaan, ook wanneer hij voor bepaalde tijd is benoemd. Het gemeenschappelijk orgaan hoort de raad van toezicht alvorens tot ontslag van
10 AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
één of meer leden van de raad van toezicht te besluiten. Het betreffende lid van de raad van toezicht wordt in de gelegenheid gesteld zich in een vergadering van de raad van toezicht te verantwoorden. Daarbij kan hij zich doen bijstaan door een raadsman. De raad van toezicht brengt aan het gemeenschappelijk orgaan verslag uit van bedoelde verantwoording van het betreffende lid. 4. Een lid van de raad van toezicht kan te allen tijde worden geschorst door de raad van toezicht en/of het gemeenschappelijk orgaan, ook wanneer hij voor bepaalde tijd is benoemd. Het gemeenschappelijk orgaan hoort de raad van toezicht alvorens tot schorsing van een of meer leden van de raad van toezicht te besluiten. Hij wordt voorafgaand aan het schorsingsbesluit in de gelegenheid gesteld zich in een vergadering van de raad van toezicht te verantwoorden. Daarbij kan hij zich doen bijstaan door een raadsman. De raad van toezicht brengt aan de raad verslag uit van bedoelde verantwoording van het betreffende lid. 5. De schorsing van een lid van de raad van toezicht kan één of meer malen worden verlengd. De schorsing vervalt, indien de raad niet binnen vier maanden na de datum van ingang van de schorsing besluit tot ontslag of tot opheffing of handhaving van de schorsing. Een schorsing kan voor ten hoogste vier maanden worden gehandhaafd, ingaande op de datum waarop het besluit tot handhaving van de schorsing wordt genomen. 6. Bij ontstentenis of belet van alle leden van de raad van toezicht worden de taken en bevoegdheden van de raad van toezicht waargenomen door de perso(o)n(en) die daartoe door de president van de rechtbank van het arrondissement waar de stichting statutair is bevestigd, op verzoek van één of meer belanghebbende(n) is/zijn of wordt/worden aangewezen. Raad van toezicht; taken en bevoegdheden Artikel 13 1. De raad van toezicht geeft gevraagd en ongevraagd advies aan het college van bestuur. 2. De raad van toezicht houdt toezicht op het functioneren van het college van bestuur. Bij het houden van toezicht en het geven van advies gaat het primair om het borgen en verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs en de gewenste resultaten. 3. De raad van toezicht heeft daarbij onder meer tot taak: het op onafhankelijke wijze houden van integraal toezicht op het beleid van het college van bestuur en op de algemene gang van zaken in de stichting en de met haar verbonden rechtspersonen; er op toezien dat middelen efficiënt en effectief worden ingezet en het erop toezien dat de organisatie haar maatschappelijke functie vervult en daardoor voldoende maatschappelijk is gelegitimeerd; toezien op het rechtmatig verwerven van middelen evenals op het rechtmatig en doelmatig bestemmen en aanwenden van middelen door het college van bestuur; het al dan niet goedkeuren van besluiten van het college van bestuur welke
AFSCHRIFT_60012450J 015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
11
overeenkomstig artikel 8 van deze statuten goedkeuring behoeven van de raad van toezicht en er op toe zien dat rechtsgeldig genomen besluiten worden uitgevoerd en dat daarover verantwoording wordt afgelegd; werkgever te zijn van het college van bestuur; het college van bestuur met raad terzijde staan; en zelf verantwoording af te leggen over de effectiviteit van het eigen toezicht. 4.
—
Voorts is de raad van toezicht belast met de werkzaamheden welke hem in de WPO, de door de stichting aanvaarde code(s) voor goed bestuur, deze akte en het reglement van de raad van toezicht zijn opgedragen. Bij de vervulling van zijn taak richt de raad van toezicht zich naar het belang van de stichting.
5.
De raad van toezicht benoemt op voordracht van het college van bestuur de (register)accountant van de stichting.
6.
Met inachtneming van de wet- en regelgeving op het gebied van de bescherming van privacy en persoonsgegevens, na overleg met het college van bestuur en na een daartoe genomen besluit, heeft de raad van toezicht of één of meer door de raad van toezicht gemachtigde leden, toegang tot alle lokaliteiten van de stichting en het recht om te allen tijde inzage te krijgen in alle bescheiden en boeken van de stichting. De raad van toezicht kan zich daarbij, voor rekening van de stichting, na overleg met het college van bestuur, doen bijstaan door de (register)accountant van de stichting dan wel een door de raad van toezicht aan te wijzen deskundige aan wie inzage van de volledige administratie dient te worden verleend. De raad van toezicht kan het college van bestuur aanwijzingen geven omtrent de soort te verschaffen informatie, alsmede omtrent de wijze en frequentie van informatieverstrekking.
7.
De raad van toezicht regelt zijn werkzaamheden en al wat zijn functioneren betreft in een door de raad van toezicht vast te stellen reglement raad van toezicht. Het college van bestuur is betrokken bij de voorbereiding van dit reglement.
Raad van toezicht; werkwijze, vergadering en besluitvorming Artikel 14 1.
De raad van toezicht vergadert ten minste zes maal per jaar.
2.
De oproeping tot de vergadering geschiedt - behoudens bijzondere omstandigheden door de voorzitter of het college van bestuur, ten minste zeven dagen tevoren, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend, door middel van oproepingsbrieven - daaronder begrepen per fax en/of e-mail - aan alle leden van de raad van toezicht.
3.
leder lid van de raad van toezicht heeft het recht tot het uitbrengen van één stem. Staken de stemmen dan is de stem van de voorzitter doorslaggevend.
4.
De raad van toezicht kan ook op een andere wijze dan in een vergadering besluiten nemen, mits alle leden van de raad van toezicht in de gelegenheid worden gesteld hun stem uit te brengen en geen van hen zich tegen deze wijze van besluitvorming verzet. Een besluit is alsdan genomen, indien de volstrekte dan wel vereiste grotere meerderheid het aantal leden van de raad van toezicht zich voor het voorstel heeft verklaard. Van elk buiten vergadering genomen besluit wordt mededeling gedaan in de eerstvolgende vergadering, welke mededeling in de notulen van die vergadering
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
12
wordt vermeld. 5. Op uitnodiging van de raad van toezicht worden de vergaderingen bijgewoond door het college van bestuur. De raad van toezicht kan voorts anderen uitnodigen een vergadering van de raad van toezicht bij te wonen. 6. Het gemeenschappelijk orgaan of (een) door het gemeenschappelijk orgaan aan te wijzen afgevaardigde(n) en de voorzitter van de raad van toezicht en de voorzitter van het college van bestuur hebben eenmaal per jaar overleg over de algemene gang van zaken binnen de door de stichting in stand gehouden scholen. 7. Ten minste eenmaal per jaar vergadert de raad van toezicht in afwezigheid van het college van bestuur. In deze vergadering komen het onderlinge functioneren van de raad van toezicht aan de orde. Tevens vergadert de raad van toezicht ten minste eenmaal per jaar gezamenlijk met het college van bestuur over het onderlinge functioneren tussen de raad van toezicht en het college van bestuur, alsmede het functioneren van (de leden van) het college van bestuur. 8. Eenmaal per jaar vergadert de raad van toezicht gezamenlijk met het college van bestuur en de GMR. Daarbij wordt de realisatie van het strategisch beleid van het college van bestuur en de wijze waarop de medezeggenschap binnen de stichting gestalte heeft gekregen geëvalueerd. 9. De raad van toezicht kan zijn nadere werkwijze en besluitvorming en al wat zijn functioneren betreft, nader vastleggen in het reglement raad van toezicht. Onverenigbare functies en hoedanigheden, tegenstrijdig belang Artikel 15 1. Tenzij de raad van toezicht anders oordeelt, kunnen niet lid van het college van bestuur of lid van de raad van toezicht zijn, personen die: a. zitting hebben in een organisatie van ouders en/of de GMR of MR verbonden aan de door de stichting in stand gehouden school; b. als bestuurder verbonden zijn aan of in dienst van een organisatie welke pleegt betrokken te zijn bij de vaststelling van de arbeidsvoorwaarden van de medewerkers; c. tevens lid zijn of zijn geweest van de raad van toezicht respectievelijk het college van bestuur van de stichting; d. een zodanige andere functie bekleden dat het lidmaatschap van het college van bestuur of de raad van toezicht kan leiden tot onverenigbaarheid dan wel strijdigheid van deze functie met het belang van de stichting dan wel tot ongewenste vermenging van belangen; e. lid zijn van de raad of het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeenten. 2. Tenzij de raad van toezicht anders oordeelt, kunnen voorts niet lid van de raad van toezicht zijn personen - en hun bloed- en aanverwanten tot de tweede graad die (ex-) werknemer zijn van de stichting binnen drie jaar na het einde van het dienstverband. 3. Leden van het college van bestuur of de raad van toezicht evenals hun bloed- en aanverwanten tot de tweede graad mogen geen enkel rechtstreeks of zijdelings
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
13
persoonlijk voordeel genieten uit leveringen aan of overeenkomsten met de stichting. Zij melden hun nevenfuncties aan de raad van toezicht. Indien en voor zover tussen (leden van) het college van bestuur of de raad van toezicht enerzijds en de stichting anderzijds een (potentieel) tegenstrijdig belang bestaat, onthoudt het betrokken lid zich van de beraadslaging en besluitvorming ter zake. Directie Artikel 16 1.
Het college van bestuur kan taken mandateren aan directeuren van scholen.
2.
Het college van bestuur behoeft voorafgaande goedkeuring van de raad van toezicht voor besluiten tot benoeming en ontslag van de directeuren en of aanmerkelijke wijziging van de arbeidsvoorwaarden.
Auditcommissie, remuneratiecommissie en andere commissies Artikel 17 1.
De raad van toezicht kan een auditcommissie instellen. De samenstelling, werkwijze, taken en bevoegdheden van de auditcommissie worden bij reglement nader door de raad van toezicht vastgelegd.
2.
De raad van toezicht kan een remuneratiecommissie instellen. De samenstelling, werkwijze, taken en bevoegdheden van de remuneratiecommissie worden bij reglement nader door de raad van toezicht vastgelegd.
3.
Voorts is het college van bestuur met voorafgaande goedkeuring van de raad van toezicht bevoegd één of meer andere (tijdelijke) commissies die het college van bestuur adviseren in te stellen. De samenstelling, werkwijze, taken en bevoegdheden worden bij reglement nader door het college van bestuur vastgelegd.
Jaarrekening en jaarverslag Artikel 18
1. 2.
Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar. Het college van bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting zodanige aantekeningen te houden, dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend.
3.
Het college van bestuur brengt jaarlijks aan het gemeenschappelijk orgaan verslag uit over de werkzaamheden, waarbij in ieder geval aandacht wordt geschonken aan de wezenskenmerken van het openbaar onderwijs. Het verslag wordt openbaar gemaakt. Per het einde van ieder boekjaar worden de boeken van de stichting afgesloten. Daaruit wordt door het college van bestuur een balans en een staat van baten en lasten over het afgelopen boekjaar opgemaakt welke jaarstukken vergezeld worden van een rapport van een (register)accountant binnen zes maanden na afloop van het boekjaar.
5.
De (register)accountant brengt gelijkelijk aan het college van bestuur en de raad van toezicht verslag uit betreffende zijn bevindingen.
6.
Het college van bestuur stelt tevens een jaarverslag op over het afgelopen boekjaar. Bij het opmaken van het jaarverslag houdt het college van bestuur rekening met het bepaalde in artikel 3 (doelstellingen) en legt het college van bestuur verantwoording af
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
14
over het bepaalde in artikel 3 lid 2. De
hoofdlijnen
van
de
regeling
op
basis
waarvan
vacatiegelden
en
onkostenvergoedingen aan de leden van de raad van toezicht worden betaald, alsmede het in het desbetreffende boekjaar op grond van de regeling uitbetaalde bedragen, worden opgenomen in het jaarverslag. Voorts worden in het jaarverslag de bedragen opgenomen die zijn uitbetaald als bezoldiging van de leden van het college van
bestuur.
Wanneer
de
bedragen
niet
overeenkomstig
een
gangbare
beloningsleidraad zijn, wordt dit toegelicht in het jaarverslag. 7.
De jaarstukken en het jaarverslag worden binnen zes maanden na afloop van het boekjaar vastgesteld overeenkomstig artikel 8 lid 3 onder b door het college van bestuur en ten blijke daarvan door alle leden van het college van bestuur ondertekend. Ontbreekt van één van hen de handtekening, dan wordt daarvan met opgave van redenen melding gemaakt.
8.
Het college van bestuur is verplicht de in dit artikel bedoelde bescheiden gedurende ten minste de wettelijke termijn te bewaren.
Meerjarenbeleidsplan/Belanghebbendenbeleid en externe verantwoording Artikel 19 1.
Het college van bestuur stelt een meerjarenbeleidsplan op voor een periode van ten minste vier jaar met een bijbehorende meerjarenbegroting. Het meerjarenbeleidsplan behoeft de goedkeuring van de raad van toezicht.
2.
Het meerjarenbeleidsplan bevat meetbare doelstellingen, een prioritering van deze doelstellingen en een omgevingsanalyse. Het meerjarenbeleidsplan bevat voorts de uitgangspunten voor het kwaliteitszorgsysteem en het belanghebbendenbeleid.
3.
Het meerjarenbeleidsplan is in overeenstemming met de statutaire doelstelling.
4.
De hoofdlijnen van het meerjarenbeleidsplan worden kenbaar gemaakt aan het personeel van de stichting, de ouders en de overige belanghebbenden. De stichting streeft een transparante verantwoording van haar beleid en activiteiten aan belanghebbenden, de ouders en andere betrokken vrijwilligers na.
5.
Het college van bestuur is belast met de uitvoering en de realisatie van de in het meerjarenbeleidsplan opgenomen programma's en activiteiten.
6.
Het college van bestuur stelt een reglement klachtenprocedure vast, op basis waarvan belanghebbenden hun ideeën, opmerkingen, wensen en klachten kenbaar kunnen maken aan de stichting.
Vrijtekening en vrijwaring Artikel 20 1.
De stichting zal een lid van het college van bestuur (bestuurder) of een lid van de raad van toezicht van de stichting niet aansprakelijk stellen ter zake van schade die de stichting lijdt als gevolg van enig handelen of nalaten van een bestuurder of van een lid van de raad van toezicht in diens hoedanigheid van bestuurder respectievelijk lid van de raad van toezicht van de stichting. Deze vrijtekening geldt ook voor een bestuurder of een lid van de raad van toezicht die (al dan niet indirect) bestuurder of lid van de raad van toezicht is of was van groepsmaatschappijen in de zin van artikel 2:24b van het Burgerlijk Wetboek.
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
15
2.
De stichting zal een lid van het college van bestuur of een lid van de raad van toezicht van de stichting schadeloos stellen ter zake van de schade die derden lijden als gevolg van enig handelen en/of nalaten van een bestuurder of een lid van de raad van toezicht in diens hoedanigheid van bestuurder of lid van de raad van toezicht van de stichting en tot vergoeding waarvan een bestuurder of een lid van de raad van toezicht gehouden is op grond van een in kracht van gewijsde gegaan rechtelijk of arbitraal vonnis of van een met die derde(n) overeengekomen vaststellingsovereenkomst, mits de verdediging in de desbetreffende procedure door of namens de stichting is gevoerd respectievelijk de desbetreffende vaststellingsovereenkomst is gesloten met de uitdrukkelijke schriftelijke goedkeuring van de stichting en de bestuurder of het lid van de raad van toezicht volledige medewerking aan de stichting heeft gegeven bij het voeren van de verdediging respectievelijk de desbetreffende schikkingsonderhandelingen. Deze vrijwaring geldt ook voor een bestuurder of een lid van de raad van toezicht die (al dan niet indirect) bestuurder of lid van de raad van toezicht is of was van groepsmaatschappijen in de zin van artikel 2:24b van het Burgerlijk Wetboek.
3.
Aan de in lid 1 van dit artikel omschreven vrijtekening en de in lid 2 van dit artikel vrijwaring kan een bestuurder of een lid van de raad van toezicht van de stichting geen rechten ontlenen, indien: de schade het gevolg is van opzettelijk of bewust roekeloos gedrag van het betreffende lid van het college van bestuur of lid van de raad van toezicht; het betreffende lid van het college van bestuur of lid van de raad van toezicht in redelijkheid niet kon menen in het belang van de stichting te handelen, waaronder mede begrepen de situatie dat het verweten handelen of nalaten als feitelijk of beoogd gevolg heeft dat het betreffende lid van het college van bestuur of lid van de raad van toezicht of anderen in welk opzicht dan ook onrechtmatig worden bevoordeeld. Voor zover de desbetreffende schade van de stichting en/of van een groepsmaatschappij als bedoeld in lid 1 van dit artikel en/of van derden als bedoeld in lid 2 van dit artikel is verzekerd en de desbetreffende schade wordt vergoed onder een door de stichting ten behoeve van haar zelf en/of ten behoeve van de desbetreffende bestuurder of het desbetreffende lid van de raad van toezicht gesloten aansprakelijkheidsverzekering en/of enige andere verzekering, komt de desbetreffende bestuurder of het desbetreffende lid van de raad van toezicht geen beroep toe op de in lid 1 van dit artikel omschreven vrijtekening en/of de in lid 2 van dit artikel omschreven vrijwaring en kan de bestuurder of het lid van de raad van toezicht daar geen rechten aan ontlenen. Onder schade in de zin van dit artikel wordt mede verstaan de over enig te vergoeden bedrag verschuldigde wettelijke rente, de proceskosten welke een bestuurder of een lid van de raad van toezicht gehouden is te voldoen en/of de ten behoeve van de verdediging van de bestuurder of het lid van de raad van toezicht gemaakte rechtsbijstandkosten, inclusief de kosten van rechtsbijstand bij een onderzoek waaraan het lid van het college van bestuur of lid van de raad van toezicht zijn
4.
5.
16 AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
6.
7.
8.
9.
medewerking moet verlenen, mits deze kosten in redelijkheid zijn gemaakt en in redelijke verhouding staan tot de omvang van de schade. Onder schade in de zin van dit artikel worden eveneens aan het betreffende lid van het college van bestuur of lid van de raad van toezicht ter zake van enig handelen en/of nalaten in diens hoedanigheid van lid van het college van bestuur of lid van de raad van toezicht van de stichting en/of bestuurder of toezichthouder van een groepsmaatschappij als bedoeld in lid 1 van dit artikel door autoriteiten opgelegde boetes begrepen, voor zover vergoeding daarvan rechtens is toegestaan. Kosten gemaakt voor het voeren van verweer tegen vorderingen, ingesteld door derden ter verkrijging van een vergoeding van de schade als bedoeld in lid 2 van dit artikel, kunnen door de stichting worden voorgeschoten in afwachting van de einduitspraak in de actie of procedure en wel krachtens besluit van de raad van toezicht met betrekking tot het desbetreffende geval, na ontvangst van een schriftelijke toezegging door of namens het lid van het college van bestuur dan wel van het lid van de raad van toezicht om deze kosten terug te betalen, tenzij uiteindelijk vastgesteld wordt dat het betreffende lid van het college van bestuur of het lid van de raad van toezicht het recht heeft door de stichting schadeloos gesteld te worden op de wijze zoals in dit artikel bepaald. De vrijtekening en vrijwaring voorzien in dit artikel blijven gelden voor een persoon die geen lid van het college van bestuur of de raad van toezicht meer is en komen ook ten goede aan de erfgenamen of legatarissen van een lid van het college van bestuur of de raad van toezicht. Dit artikel kan zonder toestemming van de personen die aanspraak op vrijtekening en vrijwaring maken gewijzigd worden. Deze personen kunnen echter aanspraak blijven maken op de bescherming als geboden door dit artikel voor schade als gevolg van handelen of nalaten tijdens de periode dat dit artikel van kracht is.
Statutenwijziging Artikel 21 1. Het college van bestuur is met goedkeuring van de raad van toezicht en met instemming van het gemeenschappelijk orgaan bevoegd de statuten te wijzigen. 2. Het besluit van de raad van toezicht tot het verlenen van goedkeuring behoeft twee derde van de uitgebrachte stemmen in een vergadering, waarin alle leden vertegenwoordigd zijn. Indien niet het vereiste aantal leden van de raad van toezicht vertegenwoordigd is, zal binnen veertien dagen na het houden van de eerste vergadering een tweede vergadering worden bijeengeroepen, waarin alsdan met meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen een besluit tot statutenwijziging kan worden genomen. 3. Een statutenwijziging treedt eerst in werking nadat daarvan een notariële akte is opgemaakt. 4. Het college van bestuur is bevoegd deze akte te doen verlijden. Het college van bestuur is verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en een volledige doorlopende tekst van de gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het door de Kamer van Koophandel gehouden handelsregister.
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Akte van Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
17
5.
Mutatis mutandis geldt het bepaalde in dit artikel voor het besluit tot juridische fusie of juridische splitsing.
Ontbinding en vereffening Artikel 22 1.
Het college van bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden door middel van een besluit, genomen op dezelfde wijze als in voorgaand artikel met betrekking tot een besluit tot statutenwijziging is bepaald.
2.
De liquidatie geschiedt door het college van bestuur onder toezicht van de raad van toezicht.
3.
De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is. Aan haar naam wordt toegevoegd: "in liquidatie".
4.
Indien als gevolg van een besluit van het college van bestuur de stichting is ontbonden, treden als vereffenaars van het vermogen van de ontbonden stichting de bestuursleden op. Op deze vereffenaars zijn de bepalingen van de wet en deze statuten omtrent de benoeming, de schorsing en het ontslag van bestuurders van toepassing.
5.
Een vereffenaar heeft dezelfde bevoegdheden, plichten en aansprakelijkheid als een bestuurder, voor zover deze verenigbaar zijn met zijn taak als vereffenaar.
6.
Een eventueel batig saldo wordt, conform het doel van de stichting, uitgekeerd aan een door het college van bestuur met goedkeuring van de raad van toezicht en het gemeenschappelijk orgaan aan te wijzen fiscaal erkende algemeen nut beogende instelling met een gelijksoortige doelstelling, of aan een buitenlandse instelling die uitsluitend of nagenoeg het algemeen nut beoogt en die een soortgelijke doelstelling heeft.
7.
Na afloop van de vereffening
blijven
de
boeken,
bescheiden
en
andere
gegevensdragers gedurende zeven jaar berusten bij de persoon, door de vereffenaars daartoe benoemd. 8.
Het gemeenschappelijk orgaan is in geval van ernstige taakverwaarlozing door het bestuur of functioneren van het bestuur in strijd met de wet als bedoeld in artikel 48 lid 11 WPO bevoegd zo nodig de stichting te ontbinden, met dien verstande dat het gemeenschappelijk orgaan eerst het college van bestuur en de raad van toezicht hoort.
Onvoorziene gevallen Artikel 23 In gevallen waarin de wet, een reglement of deze statuten niet voorzien, beslist het college van bestu u r.
Slotakte De verschenen persoon is mij, notaris, bekend. Deze akte wordt verleden te Amsterdam op de datum vermeld in de aanhef van deze akte. De inhoud van deze akte wordt door mij, notaris, zakelijk aan de verschenen persoon meegedeeld en toegelicht, waarbij ik, notaris, de verschenen persoon wijs op de gevolgen die uit de inhoud van de akte voortvloeien. De verschenen persoon verklaart ten slotte tijdig van de inhoud van deze akte kennis te hebben genomen en met die inhoud en de beperkte
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Aktevan Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
18
voorlezing van de akte in te stemmen. Onmiddellijk na voorlezing van ten minste die gedeelten van de akte waarvan de wet voorlezing voorschrijft, wordt de akte door de verschenen persoon en mij, notaris, ondertekend, om veertien uur en vierentwintig minuten.(w.g. de verschenen persoon en de notaris) UITGEGEVEN VOOR AFSCHRIFT door mij, mr. R. Collenteur, als waarnemer van mr. Saskia Laseur-Eelman, notaris te Amsterdam. Amsterdam, 28 juni 2013.
AFSCHRIFT_60012450_1015802v1_Aktevan Statutenwijziging Stichting Invitare Openbaar Onderwijs
19