Mayu Kishima & Akane Sakai
13|14
30.01.2014 Meesterviolistes 4/5
Praktisch 20u15 start concert | concertzaal 21u00 pauze 22u15 vermoedelijk einde concert
Meesterviolistes 2013 | 2014 Isabelle van Keulen & Ulrike Payer vr 11 oktober 2013
1/5
Patricia Kopatchinskaja & Markus Hinterhäuser ma 21 oktober 2013
2/5
Isabelle Faust & Alexander Melnikov wo 15 januari 2014
3/5
Mayu Kishima & Akane Sakai do 30 januari 2014
4/5
Leila Josefowicz & John Novacek zo 23 maart 2014 - 15u (matinee)
5/5
Pralines voor de artiesten worden geschonken door Patisserie & Chocolaterie Joost Arijs. www.joostarijs.be
Programma O. MESSIAEN (1908-1992) Thème et variations voor viool en piano (1932) Thème. Modéré Première variation. Modérée Deuxième variation. Un peu moins modéré Troisième variation. Modéré, avec éclat Quatrième variation. Vif et passionné Cinquième variation. Très modéré G. FAURÉ (1845-1924) Sonate voor viool en piano nr. 1, opus 13 Allegro molto Andante Allegro vivo Allegro quasi presto PAUZE R. STRAUSS (1864-1924) Sonate voor viool en piano in e, opus 18 Allegro, ma non troppo Improvisation: Andante cantabile Finale: Andante – Allegro P.I. TSJAIKOVSKI (1840-1893) Valse-Scherzo in C, opus 34
30.01.2014 | Mayu Kishima (viool) &
Akane Sakai (piano)
Steun aan jonge toondichters, verklanking van prille liefde Door Steven Van Renterghem
Pauline en Marianne Viardot
Op een kommerloze dag in 1872 stapt Camille Saint-Saëns de salons van Pauline Viardot-Garcia binnen, met aan zijn zijde zijn poulain, de 27-jarige Gabriël Fauré. Viardot had in het midden van de 19de eeuw furore gemaakt met haar krachtige stem en dramatische uitstraling in de Europese en Russische operahuizen. Turgeniev werd zo verliefd op deze mezzosopraan dat hij haar volgde naar Parijs, in het huis van haar en haar man op kamers woonde en haar aanbad tot aan haar dood. Na haar zangcarrière hield Viardot tweemaal weeks salon bij haar thuis in Parijs, dat drukbezocht werd door kunstenaars en intellectuelen van haar tijd. Ook daar domineerde zij het gebeuren met haar overdonderende persoonlijkheid. Nadat hij er door Saint-Saëns was geïntroduceerd, had Fauré het erg naar zijn zin in huize Viardot: hij hield van de spelletjes charade, Turgeniev kon het goed met hem vinden en aldra werd hij verliefd op Marianne, een dochter des huizes. Toch had hij het er ook niet onder de markt. Na een lange vrijage deed hij in 1877 een huwelijksaanzoek dat de ziekelijk, wat labiele Marianne eerst aanvaardde, maar na een paar maanden weer annuleerde. En ook muzikaal
diende hij op zijn strepen te staan. Pauline Viardot was een vrouw van de bühne en spoorde Fauré aan om in Parijse traditie succes in het genre van de opera na te streven. Dat was niet naar de zin van de fijnbesnaarde Fauré, die zijn opleiding niet aan het bastion van het Conservatoire de Paris had genoten, maar aan de kleinere École de Musique Classique et Religieuse, waar men eerder Bach en Palestrina analyseerde. Het was in die context dat hij in 1875 op de proppen kwam met zijn Eerste Vioolsonate in A, opus 13, opgedragen aan Viardots zoon Paul. Het is een vuriger, emotioneler werk dan de wat onderkoelde, introverte liederen en pianostukken die hij ervoor componeerde en het verraadt misschien de passie die hij toen voelde. Maar het waren vooral de vernieuwende aspecten die in het oog sprongen en bij de toehoorders nog moeilijk vielen. De constante kleuring van de harmonieën met modale wendingen die hij uit de oude muziek oppikte, en de steeds wegmeanderende melodieën ontlokten aan Paul Dukas de boutade: ‘Wanneer Fauré een sonatedeel aanvat, heeft hij absoluut geen idee wat er zal gebeuren op bladzijde vijf!’ Papa Viardot begreep dan weer niets van het bedrieglijk speelse Allegro vivo. Maar
het was zijn mentor Saint-Saëns, in 1871 medeoprichter van de Societé Nationale ter bevordering van de Franse instrumentale muziek, die het werk naar waarde wist te schatten: ‘Over deze muziek zweeft een onderdompelende charme die de gewone luisteraars de meest gewaagde wendingen doet aanvaarden als waren ze perfect natuurlijk.’
Nadezjda von Meck en Josif Kotek
In 1876 studeert de jonge violist Josif Kotek af aan het Conservatorium van Moskou en komt via de directeur in contact met de rijke weduwe en mecenas Nadezjda von Meck, die hem daarop begint te ondersteunen. Kotek suggereert haar zijn compositieleraar Tsjaikovski om vioolstukken bij te bestellen en wijst haar ook op zijn financieel precaire situatie. Mogelijk waren Kotek en Tsjaikovski toen al minnaars. Wanneer Von Meck ingaat op Koteks voorstel, geeft dit de aanzet tot een van de beroemdste en tegelijk meest mysterieuze vriendschappen uit de muziekgeschiedenis. Niet alleen kon de componist het jaarlijks stipendium dat Von Meck hem gaf goed gebruiken in zijn nog prille carrière, hij trof in haar via hun correspondentie – ze zouden elkaar nooit in levende lijve ontmoeten – een vertrouwenspersoon en hartsvriendin. Kotek speelde in het begin nog tussenpersoon en zijn aanwezigheid inspireerde de componist. Hoewel de relatie met de jonge violist, die meer en meer ook achter de vrouwen aan zat, snel zou verwateren, resulteerde ze wel in Tsjaikovski’s beroemde Vioolconcerto, maar ook in het zwierige Valse-Scherzo opus 34, waarin Kotek zijn virtuositeit en lyrische kwaliteiten kon etaleren.
Hans von Bülow en Dora Wihan
Augustus 1887, in het Beierse dorpje Feldafing. Richard Strauss zit aan de piano in de villa van Generel de Ahna en begeleidt diens dochter Pauline, een beloftevolle jonge sopraan. Op dat moment zag hij vooral haar potentieel als zangeres en had hij geen vermoeden dat hij over vijf jaar op haar verliefd zou worden, met haar in 1894 zou trouwen en de rest van zijn leven met haar zou delen. Ten dele was dat omdat Strauss toen in een onstuimige affaire verwikkeld was met de getrouwde Dora Wiham. Hun correspondentie stond vol van verlangens, vlagen van jaloezie, klachten over lange afwezigheid en onvervulde verwachtingen. Tegen 1890 was hun relatie fel bekoeld en vernietigde Strauss, die normaal alle brieven die hij kreeg bewaarde, die van Dora. Maar tegelijk was ook de muzikale carrière van de jonge Richard in een stroomversnelling geraakt. Twee jaar voordien had hij de legendarische dirigent Hans van Bülow ontmoet en die had zijn talent onmiddellijk gespot. Hij nam recente werken van Strauss op in zijn concerten en gaf hem ook zijn eerste kansen als dirigent. Op die manier schopte Strauss het in korte tijd van assistentdirigent onder Bülow bij het Orkest van Meiningen tot dirigent aan de Opera van München, met engagementen over heel Duitsland. In Meiningen leerde hij ook de violist Alexander Ritter kennen, die het al snel goed met Strauss kon vinden. Ritter was een vurig aanhanger van het avantgarde kamp van de Zukunftsmusik. Hij geloofde dat de sonatevorm zoals Brahms die nog bezigde, een uitgestorven lege doos was, en dat ‘nieuwe ideeën op zoek gaan naar nieuwe vormen’. Berlioz, Liszt en Wagner waren op dat vlak de voortrek-
kers. Strauss werd overdonderd door deze ideeën die hem op weg zetten naar de programmatische, symfonische muziek. Tot dan had hij zich meer gefocust op de kleinere genres. In 1888 ging zijn symfonisch gedicht Don Juan in première en daarmee zette hij zich definitief op de kaart als revolutionair vernieuwer in de hedendaagse muziek. Zijn Vioolsonate opus 18 is dan ook een van de laatste kamermuziekwerken die hij in die periode zou neerpennen, en hij zou later nog amper naar dat genre terugkeren. Aan de ene kant gehoorzaamt de sonate inderdaad nog aan de traditionele vormeisen en is de invloed van Brahms en Schumann niet te ontkennen. Maar tegelijk horen we de jonge hemelbestormer aan het werk en voelen we hoe de muziek uit haar voegen barst. De wervelende pianopartij geeft de sonate symfonische allures en de panache waarmee de viool thema’s aanbrengt, verraadt dat Strauss’ muziek voor grotere dingen voorbestemd is dan de intieme huiskamer. Zijn latere orkestwerken en opera’s zouden niet voor niets de wereldpodia veroveren.
docentschap aan de Schola Cantorum verworven en was ook aangesteld als organist in de Église de la Sainte-Trinité. Daarvoor hadden zijn leraars Charles-Marie Widor en Marcel Duprez meer dan een goed woordje gedaan. Zeker Duprez bleef Messiaen onvoorwaardelijk steunen, sinds die tijdens zijn eerste orgelles in 1927 een uur in stilte naar Duprez’ introductie op het instrument had geluisterd en gekeken, en de week nadien al een stuk van Bach op niveau kon spelen. Messiaen stelde niet teleur. In 1931 brak hij, net als Strauss, door met een orkestwerk, nl. Les Offrandes oubliées. Daarin ontplooide hij voor het eerst zijn fascinatie voor onregelmatige ritmes, modale toonladders en Oosterse, percussieve klanken. Thème et Variations sluit daarbij aan. Voor de luisteraar klinkt het even betoverend en toegankelijk als zijn beroemde Quatuor pour la fin du temps, maar wordt het evenzeer beheerst door Messiaens vernieuwende zoektocht naar ritmes en kleurrijke harmonieën. SaintSaëns had in dit stuk zeker een waardig opvolger van Fauré herkend!
Marcel Duprez en Claire Delbos
Steven Van Renterghem studeerde klassieke talen en musicologie aan de Universiteit Gent. Hij werkt momenteel aan een proefschrift over de Griekse roman uit de eerste twee decennia na de Griekse onafhankelijkheid.
Op 22 november 1932, haar verjaardag, speelt violiste Claire Delbos in het Cercle Musical de Paris samen met haar kersverse echtgenoot Olivier Messiaen de première van diens Thème et Variations voor viool en piano. Hij had het die zomer als huwelijksgeschenk voor haar gecomponeerd. Maar ook deze relatie was geen gelukkig lot beschoren. Naar het eind van de Tweede Wereldoorlog verloor zijn vrouw ten gevolge van een fout gelopen operatie haar geheugen en sleet ze de rest van haar leven in een sanatorium. In 1932 was er echter geen vuiltje en de lucht en ging het Messiaen voor de wind. Hij had net een
Biografieën Violiste Mayu Kishima werd in 1986 geboren te Kobe, Japan. Al vanaf haar derde levensjaar startte ze met vioolspelen. Ze bouwde haar carrière gestaag uit en won vele nationale prijzen. In 2002 kreeg zij een studiebeurs voor het buitenland van het Japans ministerie van Cultuur. Van dan af woont ze in Duitsland en studeert er viool onder leiding van professor Zakhar Bron in de Keulse Hochschule fur Musik. In 2009 was ze laureate in de Koningin Elisabethwedstrijd 2009 in Brussel. “Alleen al door de ontdekking van de Japanse violiste Mayu Kishima (22) heeft deze editie van de Elisabethwedstrijd haar nut bewezen. Kishima bracht een concert van het allerhoogste kaliber. In niets deed haar optreden nog denken aan een wedstrijd.” (De Standaard, 29 mei 2009). Ze bouwt gestaag aan een carrière in Azië, vooral met repertoire voor viool en orkest.
De Japanse pianiste Akane Sakai werd geboren in Nagoya en begon op jonge leeftijd met pianospelen. Na haar hogere studies piano in Japan met een eerste prijs te bekronen, gaat ze zich vervolmaken bij Alan Weiss aan het Lemmensinstituut in Leuven. In 2003 studeert ze af bij deze vermaarde pianodocent (die ook Sergio Tiempo, Edna Stern en Tom Beghin opleidde). Ze krijgt verder ook les van Lilya Zilberstein en Pavel Gililov. Intussen wordt ze op de grootste muziekfestivals ter wereld uitgenodigd. Akane Sakai speelt regelmatig samen met Lilya Zilberstein en Ivry Gitlis. Ook met Martha Argerich zit ze vaak aan de piano, onder meer op het jaarlijkse kamermuziekfestival van Argerich in Lugano. Akane Sakai woont momenteel in Brussel.
Binnenkort in de Handelsbeurs: Leila Josefowicz (viool) & John Novacek (piano) F. Schubert, I. Stravinski, G. Kurtág zo 23.03.2014 - 15u
Aperitiefconcert op zondag
Quatuor pour la fin du temps
Na vier aperitiefconcerten in de foyer heeft het format Foyer Matinee zijn succes bewezen. Muziekfanaten, liefhebbers, families en toevallige passanten op de bloemenmarkt genieten er van klassiek, jazz en wereldmuziek. Dit voorjaar presenteren we nog drie aperitiefconcerten waaronder twee met klassieke muziek op het programma:
In de barre winterkou van 1941 vindt een onwezenlijk concert plaats. Vier krijgsgevangenen in Stalag VIII-A bij Görlitz, waaronder Messiaen, creëren op gammele instrumenten een mijlpaal in de muziekgeschiedenis. Buitengewone ritmiek lijkt in dit Quatuor pour la fin du temps de muzikale tijd op te schorten. Op 27.02 speelt het Collectief Messiaens beroemde werk samen met muziek van Bartók en Janáček. Klara zendt live uit.
• zo 16.03 Pianoduo Mephisto: Schubert, Dvoràk, Wagner • zo 18.05 Philippe Thuriot: Bach op accordion
Tekst Steven Van Renterghem | Foto Leila Josefowicz Henry Fair | Coördinatie programmaboekje Handelsbeurs Concertzaal | V.U. Stefaan D’haeze © Handelsbeurs Concertzaal, Kouter 29, 9000 Gent