Augustin Hadelich & Charles Owen
14|15
21.04.2015 Duo & Trio 3/4
Praktisch 20u15 start concert | concertzaal 21u00 pauze 22u10 vermoedelijk einde concert
Dit concert wordt live uitgezonden in het programma ‘Klara
Live’.
Duo & Trio 2014 | 2015 Gautier Capuçon & Frank Braley ma 6 oktober 2014
1/4
Kim Kashkashian, Marina Piccinini & Sivan Magen: ‘Tre Voce’ za 22 november 2014
2/4
Augustin Hadelich & Charles Owen di 21 april 2015 The Nash Ensemble ma 22 juni 2015
3/4
4/4
Pralines voor de artiesten worden geschonken door Patisserie & Chocolaterie Joost Arijs. www.joostarijs.be
Programma L. VAN BEETHOVEN (1770-1821)
Vioolsonate nr. 8 in G, opus 30 (1801-02) Allegro assai Tempo di Minuetto, ma molto moderato e grazioso Allegro vivace A. SCHNITTKE (1934-1998)
Vioolsonate nr. 1 (1963) Andante Allegretto Largo Allegretto scherzando - Largo PAUZE I. YSAŸE (1858 - 1931)
Vioolsonate nr. 3 in d, opus 27, ‘Ballade’ (1923) I. STRAVINSKI (1882-1971)
Divertimento voor viool en piano (1932) P. DE SARASATE (1844-1909)
‘Carmen Fantasie’ voor viool en piano, opus 25 (1882)
21.04.2015 | Augustin Hadelich (viool) &
Charles Owen (piano)
Niet elke compositie voor viool maakt een even sterk statement Door Steven Van Renterghem
Statement! Statement! Statement! Op 6 oktober 1802 schreef Beethoven een bewogen brief aan zijn broers. Daarin getuigde hij van zijn wanhoop over zijn opkomende gehoorproblemen en van zijn uiteindelijke beslissing om de vervolmaking van zijn leven in de kunst door te zetten: “Ik zou een eind gemaakt hebben aan mijn leven, maar het was de kunst die mij tegenhield! Ach, het leek onmogelijk deze wereld te verlaten zonder dat ik alles gecreëerd had waartoe ik mij geroepen voelde.” De tekst werd beroemd als het ‘Heiligenstadt Testament’ en was het startpunt van een tomeloos en visionair engagement van Beethoven voor zijn muziek. De Vioolsonates Op. 30 waren daar op verschillende manieren de eerste getuigen van. Ten eerste trok hij muzikaal de lijn van Mozart door. Er was niet langer sprake van louter begeleidende partijen of van charmant entertainment. Beide instrumenten waren volwaardige partners in een muzikale strijd op het scherp van de snede. De openingsmaten van de Sonate in sol groot vertellen ons genoeg: een plots geroffel van snelle noten, een raketfiguur die omhoog schiet, een walsachtig
fragment en een schreeuw in de viool. Explosief materiaal dat een hele beweging lang over ons heen dondert. Maar Beethoven deelde ook de visionaire waarden van de Verlichting en geloofde in de vooruitgang van de wereld en in democratie. Zoals hij zijn Derde Symfonie opdroeg aan Napoleon, die hij als een beschermer van die waarden zag, zo werden ook zijn Vioolsonates Op. 30 opgedragen aan een politiek figuur, namelijk tsaar Alexander I. Beethoven bewonderde deze verlichte despoot om zijn juridische hervormingen. De Russische dansritmes in het derde deel van de Sonate in sol groot zijn een eerbetoon aan zijn adres.
Hoeveel boodschap zit er in virtuositeit? Beethovens muziek was dan wel technisch uitdagend, muzikale expressie was steeds het eerste doel. Wanneer virtuozen muziek voor hun eigen instrument schrijven, kan die balans tussen kunnen en uitdrukken in beide richtingen omslaan. De violisten Pablo de Sarasate en Eugène Ysaÿe waren beiden reuzen van hun tijd, geroemd niet alleen voor hun technisch meesterschap, maar ook voor hun muzikaliteit. Als het op componeren aankwam, was hun aanpak erg verschillend.
De Carmensuite typeert Sarasate volledig. Zijn bewerking van aria’s uit de opera van Bizet is niet alleen beestachtig moeilijk, maar treft tegelijk loepzuiver de flair van de Spaanse folklore die eind 19de eeuw zo populair was. Met een zwoele zangerigheid en veel panache verleidt hij het publiek. Ysaÿe had vaak scherpe woorden over dat violinistieke vuurwerk van Sarasate, dat hij hol en inhoudsloos vond. Zijn eigen Sonates voor viool solo waren ook zeer virtuoos, maar ze waren inhoudelijk ambitieus en bovenal doordrongen van het voorbeeld van Bach. De derde sonate, een ééndelige Ballade, was opgedragen aan de Roemeense violist George Enescu. Daarom versmolt Ysaÿe Bachs contrapunt met het melodische en ritmische van de Roemeense volksmuziek. Zo overstijgt het muzikaal portret de techniek.
Beter arrangeren met Igor Ook Igor Stravinsky zat nooit om een statement verlegen. Hij was een man die zijn carrière zorgvuldig plande. Altijd hield hij de vinger aan de pols bij de recente muzikale ontwikkelingen en probeerde ze, als het even kon, voor te zijn. Eerst was hij het enfant-terrible met expressionistische muziek zoals Le Sacre du printemps, maar eind de jaren 20 spande hij al snel zijn kar voor het opkomende neoclassicisme. Men keerde daarbij terug naar een meer uitgepuurde stijl en greep terug naar muzikaal erfgoed, zoals de late barok en de klassieke Weense periode. Dit ging van het incorporeren van transparante en elegante stijlkenmerken tot het schrijven van heuse pastiches. In diezelfde periode leerde Stravinsky via zijn
uitgever de Amerikaanse violist Samuel Dushkin kennen. Stravinsky had nooit een grote affiniteit met de viool gehad, maar de chemie tussen hem en Dushkin veranderde dat. Dat leidde in 1931 tot zijn Vioolconcerto. Beide heren wensten het succes van dat werk verder uit te buiten en maakten het plan op voor een tournee waarbij hun concert als een package werd aangeboden. Er stelde zich echter één probleem: ze hadden niet genoeg repertoire. Dus zette Igor zich aan het werk en pende in geen tijd niet alleen het Duo Concertant, maar ook verschillende transscripties van eigen werk neer. Het meest substantiële daarvan was het Divertimento, een arrangement van de orkestsuite die hij trok uit zijn ballet Le baiser de la fée uit 1928. Dat ballet was op zijn beurt weer gebaseerd op een ander stukje erfgoed: liederen en pianostukken van Tsjaikovsky. De suite geeft aan de ene kant een resumé van het ballet: in de proloog raakt een kind in een storm gescheiden van zijn moeder en wordt het gevonden door een fee die het een kus geeft (Sinfonia). Achttien jaar later viert men in het dorp de verloving van de jongeman (Danses suisses). Hierna herverschijnt de fee (Scherzo) en brengt ze hem naar zijn verloofde (Pas de deux). Die blijkt een alter ego van de fee te zijn, die hem met haar meeneemt naar haar hogere sferen. Toch zou men Stravinsky er niet van kunnen beschuldigen dat hij met deze resumé de ziel van zijn ballet verried voor een virtuoos afkooksel. Dushkin benadrukt in zijn getuigenis ‘Working with Stravinsky’ uitvoerig dat de componist niet geïnteresseerd was in een routine-arrangement, maar steeds wou teruggaan naar “de kern
van de muziek en die wou herscheppen in de geest van het nieuwe instrument.” Via de strijdende dialoog tussen de viool en piano moest het eerbetoon aan Tsjaikovsky aan kracht winnen in plaats van eraan in te boeten.
In een overvolle Sovjettrein Als componist in de Sovjet-Unie een statement maken, was een risicovolle aangelegenheid. De muzieksector werd via de componistenbond stevig in de tang gehouden: wie zich volgens de instanties niet aan de vage criteria van het sociaal realisme hield, werd van een elitaire bourgeoishouding beschuldigd en op het matje geroepen. Na Stalins dood trad er onder Chroesjtsjov een culturele dooi in. Zo werd in 1962 Luigi Nono de eerste Westerse avant-garde componist die de Sovjet-Unie bezocht. Voor Schnittke, toen een jonge student aan het conservatorium in Moskou die enkel in de goedgekeurde nationale stijl componeerde, was het bezoek een openbaring. Via binnengesmokkelde partituren van o.a. Pousseur, Ligeti en Stockhausen ging hij uitgebreid op verkenning in de avant-garde muziek en de mogelijkheden van de seriële compositietechnieken. Zijn Eerste vioolsonate was daar een direct gevolg van, maar het modernisme bleek niet zo een grote bevrijding als verwacht. Hoewel de sonate van een vaste reeks van twaalf tonen vertrekt en dus dodecafone muziek is, resulteert de volgorde van de tonen in min of meer welluidende samenklanken. De dwang van de Sovjetstijl was nog steeds aanwezig. Bovendien bleef de impact van de muziek van Sjostakovitsj groot. Schnittke was
enorm onder de indruk van diens Eerste Vioolconcerto, met zijn grote dramatische contrasten en het gevoel van conflict tussen viool en orkest. De genadeloze intensiteit en burlesque delen van zijn eigen sonate verraden die bewondering. Maar bovenal zag Schnittke al snel de beperkingen in van deze avant-garde technieken: “Mijn muzikale ontwikkeling verliep zoals die van mijn collega’s: van een pianoconcerto-achtige romantiek, over neoklassiek academisme en pogingen tot een eclectische synthese om uit te komen bij het onvermijdelijke bewijs van mannelijkheid via zelfontkenning in het serialisme. Toen ik aan dat eindstation kwam, besloot ik uit de al overvolle trein te stappen. Sindsdien heb ik geprobeerd te voet verder te gaan.” Van dan af raapte Schnittke al wandelend allerlei brokjes historisch materiaal op en confronteerde ze met het heden. Deze polystylistiek, waarvoor hij zo berucht werd, vond zijn eerste culminatiepunt in zijn Eerste Symfonie (1974): fragmenten uit klassiekers van o.a. Beethoven en Chopin worden niet minder dan aangevallen door de moderne chaos met jazz combo’s, choreografieën voor de muzikanten en elementen overgelaten aan het toeval. U wou een statement? Neem er dan maar eentje uit de hoop! Steven Van Renterghem studeerde klassieke talen en musicologie aan de Universiteit Gent. Na een onderzoeksproject naar de 19de eeuwse Griekse roman werkt hij nu als freelance tekstschrijver.
Biografieën Augustin Hadelich werd in 1984 in Italië geboren als zoon van Duitse ouders. Hij studeerde aan de Juilliard School in New York in de klas van Joel Smirnoff. In 2006 won hij de finale op de internationale vioolwedstrijd van Indianapolis. In 2011 werd hij geselecteerd voor het Borletti-Buitoni Trust Fellowship. Na zijn debuut bij het Boston Symphony Orchestra in Tanglewood en bij het New York Philharmonic Orchestra in het Lincoln Center in 2012-13, toerde Hadelich in dat seizoen met alle grote Amerikaanse orkesten. Daarna volgde een concertreeks in Europa. Hij gaf concerten onder leiding van dirigenten als Herbert Blomstedt, Kazushi Ono, Vasily Petrenko en Christoph Poppen. Op het label Avie verschenen twee cd’s van Hadelich: Flying Solo met onder meer de solosonate van Bartók en Echoes of Paris met Frans en Russisch repertoire uit de vroege 20ste eeuw. Hij bespeelt de ‘Ex-Kiesewetter’ Stradivarius uit 1723, aan hem in bruikleen gegeven door Clement en Karen Arrison met de steun van de Stradivari Society Chicago.
Charles Owen studeerde aan de Yehudi Menuhin School bij Seta Tanyel en aan de Royal College of Music bij Irina Zaritskaya. Hij vervolmaakte zich verder bij Imogen Cooper. In 1995 won hij de tweede prijs op de Scottish International Piano Competition en het jaar nadien werd hij finalist op de London Philharmonic/Pioneer Young Soloist of the Year Competition. In 1997 won hij met violiste Katharine Gowers de prestigieuze Parkhouse Award. In kamermuziekverband gaf hij reeds concerten met de violisten Julian Rachlin, Henning Kraggerud, Renaud Capuçon, met cellisten Adrian Brendel en Natalie Clein en met het Vogler Quartet. Owens eerste solo-cd met werken van Janacek verscheen op het label SOMM. Zijn cd met werken van Poulenc werd geselecteerd voor de Editor’s Choice van Gramophone in juni 2004.Voor EMI nam hij samen met Natalie Clein de cellosonates van Brahms, Rachmaniniv en Chopin op. Charles Owen is professor aan de Guildhall School of Music and Drama in Londen.
Binnenkort in de Handelsbeurs
Heilige Drievuldigheid van technische beheersing, muzikaliteit en persoonlijkheid. Deze piepjonge, virtuoze pianist laat grijsgedraaide composities als nieuw oplichten. Seizoensafsluiter The Nash Ensemble ma 22.06.15
Start aankoop abonnementen seizoen 15-16 za 02.05
Als seizoensafsluiter speelt het gerenommeerd ensemble The Nash voor de gelegenheid in strijktrio. Marianne Thorsen (viool), Lawrence Power (altviool) en Adrian Brendel (cello) brengen meesterwerken van Mozart, Beethoven, Krása en Dohnányi. Vooraf heft de Handelsbeurs graag met jou het glas op een geslaagd concertjaar.
Grasduin op www.handelsbeurs.be en vind je favoriete concerten van het komende seizoen. Vanaf zaterdag 02.05 kan je voor je bestelling in Uitbureau terecht. Vanaf woensdag 06.05 start ook de online verkoop, zowel van abonnementen als losse tickets.
Tekst Steven Van Renterghem | Foto Daniil Trifonov | Coördinatie programmaboekje Handelsbeurs Concertzaal | V.U. Stefaan D’haeze © Handelsbeurs Concertzaal, Kouter 29, 9000 Gent