Derde fase Scholingsboulevard Enschede in volle gang Het is een zonovergoten dag in maart als fotograaf Henny de Mönnink en redacteur Gerard van Leeuwen namens Bouwen in het Oosten het bouwterrein van de Scholingsboulevard in Enschede oprijden. Ideaal voor fotografie. De Mönnink kan zijn hart ophalen vandaag want de futuristisch aandoende “vliegende schotels” die de nieuwe behuizing vormen van het Stedelijk Lyceum, Bonhoeffer College en ROC van Twente zijn eyecatchers van de hoogste categorie.
5
In de media moge de laatste weken de nodige negatieve geluiden klinken over het project maar die angels zijn gericht op de onderwijskundige inrichting van de scholen zelf. Het projectmanagementbureau, de architect en bouwkundig hoofdaannemer zijn daarentegen zeer te spreken over de realisatie en het verloop van de Scholingsboulevard. Gesprekspartners zijn projectleider Fred van Leeuwen van het projectmanagementbureau Hevo uit 's-Hertogenbosch, senior projectmanager Arthur van Geest, opzichter Lars Vaarhorst van IAA Architecten uit Enschede en technisch adjunct-directeur Gerrit Hospers van Aannemingsmaatschappij Hegeman uit Nijverdal. ”De eerste gedachtevorming dateert al van het eind van de vorige eeuw”, vertelt Fred van Leeuwen. De gemeente Enschede bedacht samen met de scholen een, zeker in die periode, baanbrekend concept dat met name ingegeven was door het relatief hoge uitvalpercentage van VMBO-leerlingen in de overgangsfase naar vervolgstudie aan het
MBO en daardoor een belangrijke startkwalificatie voor de arbeidsmarkt misliep. Een doorlopende leerlijn tussen de derde- en vierdejaars VMBO-leerlingen en het beroepsgericht onderwijs was essentieel. Leerlingen moesten letterlijk kunnen zien wat hun eventuele vervolgtraject zou inhouden. Een betere en eerdere beroepsoriëntatie stond centraal. Aan dergelijke beleidsvoornemens hangt uiteraard ook een financieel en organisatorisch plaatje waarvoor men Hevo heeft ingeschakeld. We hebben in den lande ruime ervaring opgedaan in het ontwikkelen van dergelijke initiatieven zowel in het onderwijs als ook in andere markten zoals zorg, overheid en bedrijfsleven. In samenwerking met onze opdrachtgever gaan we uit van “partnership” waarbij we afspraken maken welke projectrisico’s Hevo draagt en welke risico’s bij de opdrachtgever liggen. Het uitgangspunt is daarbij: “Wie kan de projectrisico’s het beste dragen.” Uiteindelijk gaat het erom hoe het beste eindresultaat voor het project gerealiseerd wordt. Bijvoorbeeld vallen de inrichting en
7
bouwrijp maken buiten het kader van onze opdracht. Eén van de taken van Hevo was het voorselecteren van de architecten die in aanmerking kwamen voor het ontwerp. Arthur van Geest: “IAA Architecten was één van de bureaus die werden uitgenodigd voor een presentatie, Harry Abels, de architectdirecteur van IAA Architecten, kreeg na de eerste schets de reactie dat het best nog wel wat uitdagender kon. Onder het
kegels zweven boven de onderste laag. De nieuwbouw in de tweede fase heeft een hoogte van circa negentien meter. Voor de andere kegel die een extra verdieping heeft kun je daar grofweg nog drie meter bij optellen.”
Omvangrijk Voor Aannemingsmaatschappij Hegeman is de Scholingsboulevard volgens Gerrit Hospers
“Het heeft geresulteerd in een geweldig futuristisch project” motto “dan krijgen ze echt wat bijzonders; iets wat niet eens op een schoolgebouw lijkt” is hij aan het werk gegaan en ontwierp het exterieur van de school wat tevens bouwtechnisch en financieel haalbaar was. Het heeft geresulteerd in een geweldig futuristisch project op een markante locatie in Enschede. Een ontwerp met een sterk bovenregionale uitstraling waarbij transparantie in al zijn facetten de boventoon voert. Een directe vertaling van het uitgangspunt dat beschreven stond in de criteria van aanpak.”De nieuwbouw kenmerkt zich door een modern ontwerp met een zeer open structuur. Traditionele lokalen en gangen komen nog maar beperkt voor. De verdiepingen zijn opgenomen in de UFO-vorm. De “kegels” met glazen daken herbergen respectievelijk drie en vier verdiepingen.” Lars Vaarhorst: “De eerste verdieping, tussen de onderste bouwlaag en de kegel is volledig doorzichtig door toepassing van een glazen gevel. Hierdoor bereik je een effect alsof het lijkt dat de
“zowel een omvangrijk als spannend” bouwproject. “Omvangrijk omdat je het hebt over een bouwkundige aanneemsom van 24,7 miljoen euro exclusief btw en spannend vanwege het ontwerp en de logistieke aspecten die aan een dergelijk project kleven. In de eerste fase hebben we met name ten aanzien van de kegels veel aandacht besteed aan de logistieke
9
uitvoering. De wijze van construeren en de vorm zijn zeker niet alledaags. Unieke vraagstukken vroegen om unieke oplossingen. Het bouwen zonder dragende wanden, overhellende gevels en nagenoeg alles rond en schuin vergde een deskundige voorbereiding en uitvoering. Op veler gebied een bijzonder project wat ook te meten was aan exceptioneel veel ondersteuningsmateriaal om tijdens de uitvoering voldoende stabiliteit te bewerkstelligen. Digitale maatvoering, zoals we die kennen op alle werken, was hier onmisbaar vanwege de vele hoeken, hellingen en rondingen. Keuzes die gemaakt werden in de 1e fase werden na evaluatie herhaald vanwege de uitstekende resultaten en het snelle bouwtempo, mede te danken aan de zelf ontwikkelde nastelbare HSB-geveldragers. Financieel was het project eveneens spannend omdat tussen het tijdstip van de gunning en de uitvoering, zo rond 2006/2007, er zich zoals bekend, een behoorlijke prijsstijging over de gehele linie in de sector manifesteerde. Enorme prijsverhogingen in bijvoorbeeld staal waren destijds dagelijkse kost. Daarbij de, toen omvangrijke krapte bij onderaannemers, waren een bijkomende uitdaging om het project binnen het budget te houden.
belangen die correct gekanaliseerd moeten worden. Alleen aan bouwkundig personeel lopen hier op de drukste dagen al snel tachtig tot honderd mensen op de bouwplaats. Het gaat er echter om hoe je met dergelijke zaken omgaat.” Van Leeuwen: “Een ding hebben alle partijen echter wel gemeen: we willen met z’n allen een goed eindproduct realiseren en in een prettige sfeer. Je hebt wel eens projecten waar vanaf dag één puur vanuit de eigen individuele visie gedacht en gewerkt wordt. Daar is hier geen sprake van. Dat het een bewerkelijk project is beaam ik voor de volle honderd procent maar we hebben elkaar geen moment “bevochten”. Integendeel, de saamhorigheid was vanaf dag één groot.” Van Geest: “Zeker in de voorbereiding heb je altijd te maken met een spanningsveld tussen financiële beperkingen, prioriteitenlijsten, technische (on)mogelijkheden, esthetische voorkeuren kortom: alles wat de bouwsector zo uitdagend en aantrekkelijk maakt. Dat was hier niet anders. Het gaat erom hoe je in gezamenlijkheid tot oplossingen komt die door alle betrokkenen gedragen wordt. Als die consensus er is, hangt het van de persoonlijke invulling af in welke ambiance de realisatie plaatsvindt.” Vaarhorst: “Ik vind dat in ieder geval een kenmerkend punt, die saamhorigheid. Ik denk dat het zeker ook te maken heeft met een trots gevoel dat we met alle betrokkenen hebben om dit project te mogen maken. Dat mag wat zweverig klinken maar zo ervaar ik het echt.” Hospers: “En dat gevoel wordt breed gedragen kan ik je zeggen. Ook bij de jongens op de werkvloer leeft dat gevoel.” Van Leeuwen: “Hetzelfde effect is ook beoogd ten aanzien van de leerlingen en studenten. We hebben
Saamhorigheid Alle betrokkenen tonen zich tevreden met de voortgang van het project. Hospers: “Het is duidelijk dat je in een project van deze omvang met enige regelmaat verschillen van inzicht hebt over bijvoorbeeld prioriteiten en afstemmingen. Met de tientallen bedrijven is zoiets niet te voorkomen, er spelen tal van
11
dat laatst nog gecheckt en het blijkt dat dit ook daadwerkelijk geuit wordt. “We hebben les in de UFO”, dat idee!”
Mee- en tegenvallers Dat er zich in een project van enkele jaren afwijkingen voordoen die een strakke planning beïnvloeden mag geen nieuws zijn. Een fenomeen dat eveneens geldt voor de Scholingsboulevard. Van Leeuwen: “Bij dergelijke trajecten calculeer je bepaalde onvolkomenheden. Zoals gememoreerd zijn ervaringen uit de eerste fase aanleiding geweest voor betere afstemming, mogelijk gemaakt door het ontstaan van een soort routine. Dit kwam ten goede aan de planning, fase twee werd binnen een kortere periode uitgevoerd.” Van Geest: “Ik spreek bij voorkeur over verbeterpunten. Als er dingen anders gaan dan gedacht en er wordt niet
partijen. Niet elk bedrijf kan zoiets goed vertalen.” Hospers: “Flexibiliteit, transparantie en respect voor elkaars belangen zijn belangrijke speerpunten binnen Aannemingsmaatschappij Hegeman. Je neemt het ook mee in de selectie van je eigen leveranciers en onderaannemers. Een kwestie van naadloze afstemming. In dit
“Flexibiliteit, transparantie en respect voor elkaars belangen zijn belangrijke speerpunten” van geleerd, door welke partij dan ook, dan moet je spreken van tegenvallers. Dat is hier absoluut niet aan de orde. Een ander punt wat niet onderbelicht mag blijven is dat in de onderwijssector altijd de factor “voortschrijdend inzicht” meespeelt. Tijdens de realisatie heb je altijd van doen met tussentijdse aanpassingen. Daarin moet je je flexibiliteit tonen. Dat geldt voor ons als architect maar ook voor de uitvoerende
project hebben we veelal bekende relaties van ons ingeschakeld. Je weet wat je aan elkaar hebt. Op de vraag of er bijzondere bedrijven bij de realisatie zijn betrokken: Eén onderaannemer wil ik dan met name noemen. De firma Elshof uit Olst die het gecompliceerde zinkwerk langs de taps toelopende en hellende gevels uitvoert, levert een prima prestatie." Van Geest: “Daar wil ik me namens IAA Architecten volledig bij aansluiten.”
Trots Het woord “trots” viel al in een eerder stadium. Het is de gemeenschappelijke deler van de vier gesprekspartners. Vaarhorst: “Zo zie ik het inderdaad en daarbij vind ik zoals eerder gezegd de sfeer van saamhorigheid echt opvallend.” Hospers: “Ik zou zeggen: al met al voldoende aanleiding voor nog eens zo’n project.” Van Geest: “Bij mij overheerst een positief gevoel. Zo’n prachtig ontwerp te mogen realiseren en dan ook nog met succes. Trots is inderdaad de enig juiste typering.” Van Leeuwen: “Voor mij als Bredanaar heb ik vele uren in mijn auto doorgebracht van en naar Enschede, maar het is het dubbel en dwars waard geweest.”
Uitdagend Gevraagd naar een kwalificatie van de huidige marktsituatie blijkt een divers beeld. Van Geest en Vaarhorst melden dat binnen
12
IAA Architecten reeds een efficiencyslag heeft plaatsgevonden. Van Geest: “De orderportefeuille staat onder druk. Voor ons is het altijd moeilijk om een lange tijd vooruit te plannen. Sinds ruim een jaar wordt er beduidend meer energie gestoken in de acquisitie en daar merken we nu de positieve gevolgen van. Maar ook bij ons zijn er een aantal tijdelijke contracten niet verlengd. Het zijn geen tijden van hoogconjunctuur.” Van Leeuwen: “Dat laatste geldt ook voor ons bedrijf. Ook wij zijn qua mensen teruggegaan door middel van het niet verlengen van tijdelijke dienstverbanden. Ik spreek van een enerverende en uitdagende periode. Dat zoiets leidt tot soms ongedacht creatieve ontwikkelingen is dan weer een pluspunt. Wij sluiten onze ogen echter niet voor de realiteit.” Hospers: “De sector maakt moeilijke tijden door, daar hoeven we niet omheen te draaien. De komende anderhalf jaar zal het ongetwijfeld niet snel verbeteren. Wij mogen echter bepaald niet klagen. We doen het relatief goed en dat heeft zonder twijfel te maken met de brede markt waarop wij ons als Hegeman al jaren begeven, scholen, huisvesting overheden, gezondheidszorg, politiebureaus, commerciële projecten, bedrijfsgebouwen, kantoren, sportgebouwen, civiele werken zoals onlangs een trafostation voor Tennet, dit alles in nieuwbouw én renovatie en onder verschillende
contractvormen. Als je het puur moet hebben van nieuwbouw in de woningsector dan heb je het moeilijk. We hebben onlangs Jansman Bouw uit Luttenberg overgenomen en nemen nog steeds jonge mensen aan waaronder afgestudeerde HBO'ers. We zijn gemotiveerd en willen dat ook blijven uitstralen, we kunnen ook in deze markt sterk opereren, een jarenlange gezonde en efficiënte bedrijfsvoering is daarvoor de basis. Daarnaast bieden we, zoals we dat al jaren doen, leerplekken aan 20-25 leerlingen en stagiairs. Wij zien hier als ondernemer ook in moeilijke tijden de maatschappelijke verantwoordelijkheid. Of de sector weer het volume van enkele jaren geleden zal halen waag ik echter te betwijfelen. Vertrouwen terug krijgen in de economie is één, maar de financiële sector zal anders van aard en karakter zijn dan in het begin van deze eeuw toen de bomen tot in de hemel groeiden. Dat staat voor mij wel vast.”
Saillant detail in de bouw van de Scholingsboulevard is dat het project tevens een leer-werk status heeft waarbij leerlingen van de scholen zelf aan “hun” schoolgebouw werken onder leiding van de leermeesters van Aannemingsmaatschappij Hegeman.
13