O F F I C I E E L O R G A A N VA N D E U S V H E R C U L E S
deherculaan jaargang 99
-
nummer 1
-
winter 2014
Ad van Dort stopt als hoofdpenningmeester
Wie traint onze keepers? Michiel Commandeur, de nieuwe voetbalvoorzitter
Inhoud l l l l l
Ad van Dort stopt als hoofdpenningmeester 4 Zes letters uit het Hercules jeugdvoetbal alfabet 9 Nieuwe voetbalvoorzitter Michiel Commandeur 14 Wie trainen onze keepers 18 Sponsor Paul Pessel Sport 22
Hercules 132 jaar jong Bij elk bezoek naar Hercules staren de gigantische cijfers je aan. De club bestaat al sinds 1882 en is bezig aan zijn zoveelste ‘make-over’. Zo heeft het voetbalbestuur in de persoon van Michiel Commandeur een jonge en dynamische nieuwe voorzitter, die in dit nummer meteen zijn plannen voor Hercules mag ontvouwen. In zijn kielzog neemt hij met Jaap Swieringa (opvolger Bertel Bertelsen), Jurrie van Rooijen (opvolger Isidoor Hermans) en Jan Fluit (opvolger van Vincent van Grinsven) een geheel nieuw en kwalitatief ijzersterk team mee. Hans Bosma, met portefeuille alles, zal ze inwijden in de bestuurlijke perikelen en aftredend
voorzitter Werner van Geelen blijft aan als vraagbaak en begeleider van het eerste team. In dit nummer wordt scheidend penningmeester Ad van Dort ‘Je mag alles van me weten behalve mijn pincode’ ouderwets aan de tand gevoeld door Hans Veltman. Opmerkelijk vond ik dat de bijna 70-jarige Van Dort nog elke zaterdag met een man of 8 in het bos voetbalt. Zorgen over de financiële consequenties van een mogelijke promotie naar de topklasse maakt hij zich ook niet. ‘Ik sta er vooral als liefhebber’. En dat is goed te begrijpen. Ieder die wel eens komt kijken bij een wedstrijd van het eerste weet dat het op dit moment watertanden is langs
Medewerkers: Jan van der Galie Nils de Kruijff Ton Meijs Ton van Rietbergen Hans Veldman Reinier van de Vrie
de lijn. Hercules heeft een echt topteam, waar ik persoonlijk liever naar kijk dan de plaatselijke FC. Al weet ik niet of ik dat mag opschrijven nu we een heus samenwerkingsverband hebben met deze club.
Verder zijn er in dit nummer talrijke portretjes van teams te vinden en zullen onze keeperstrainers nog eenmaal uitleggen waarom een echte keeper ook een beetje gek hoort te zijn. Tevreden ben ik vooral over de mensen die zich hebben ontfermd over wat moeilijk draaiende teams, zoals de C6 en de C8. Want een club die slechts zijn topteams koestert, komt zichzelf uiteindelijk tegen. Ton van Rietbergen
‘ In principe mag men eigenlijk alles weten’
Ad van Dort stopt komend voorjaar na 13 jaar als hoofdpenningmeester bij Hercules. Voor uw Herculaanreporter -kritisch onderzoeksjournalist als hij pretendeert te zijn- een laatste kans om te ontdekken of achter deze op het oog sympathieke, vriendelijke, goedlachse man niet een wereld van financiële geheimen, doorgesluisde bedragen, stiekeme potjes en andere kwalijke duisterheden schuil gaat. Met het hoe en waarom Ad van Dort na ruim 13 jaar stopt met hoofdpenningmeesteren zijn we snel klaar: “Ik word volgend jaar 70. Ik ben begonnen in juni 2001. Ik heb er bijna 14 jaar op zitten, heb onder 3 voorzitters gediend en vind het eerlijk gezegd wel genoeg zo. Het is tijd voor jongere mensen, die er fris tegenaan kijken. Zoals ook bij het voetbalbestuur gebeurd is. Petje af hoe Michiel Commandeur (de nieuwe voetbalvoorzitter) dat doet”.
4
Heel veel extra vrije tijd zal zijn afscheid als hoofdpenningmeester Ad niet opleveren. Sinds de financiën bij USV Hercules vooral om fiscale redenen geherstructureerd zijn, heeft het hoofdpenningmeesterschap veel minder om het lijf dan vroeger. Stichting Beheer Sportaccommodatie is tegenwoordig 70% van het penningmeesterwerk. Ad combineert nu beide functies. Als er een nieuwe hoofdpenningmeester gevonden is, blijft hij Stichting Beheer doen. “Tot ze ook dáár iemand anders voor vinden” lacht hij. “Het hoofdpenningmeesterschap van USV is door de huidige constructie veel makkelijker om over te nemen. In het verleden was het bijna een dagtaak. Toen ik er aan begon was ik net gestopt met werken. Na een half jaar ben ik wel weer begonnen maar 1 dag in de week was voor Hercules”. “Een administratiekantoor neemt tegenwoordig veel over. Het administreren is nu een fluitje van een cent. Naar de contributies of ledenadministratie hoef ik nauwelijks meer om te kijken. Het besturen kost me nu meer tijd. Niet alleen het vergaderen in het hoofdbestuur en het dagelijks bestuur, maar vooral het vergaderen en overleggen daaromheen”.
meester. Alsof ie wil dat je nóg langer blijft. “Dat kan ie best willen maar dat gaat hem niet worden. Ik kan natuurlijk de boel niet om laten vallen. Maar ik ga in ieder geval uit het hoofdbestuur en het dagelijks bestuur. En doe geen hoofdbestuur, begroting of bestuurszaken meer”.
Wat moet de nieuwe penningmeester doen? “Zonder Stichting Beheer blijft er niet zo heel veel over. Het belangrijkste is zorgen dat de vereniging binnen de begroting blijft. Vooral de afdelingen controleren. De rest wordt gedaan”. “De financiën van de afdelingen deed ik er ook nog een tijd lang bij. Vroeger hadden de afdelingen een eigen winst- en verliesrekening. Het kapitaal was daarmee gesplitst in de afdelingen. Dat hebben we losgelaten. We zijn één vereniging. Tegenwoordig heeft iedere afdeling een eigen penningmeester en een eigen kostenbegroting. De afdelingspenningmeester heeft een eigen rekening, en beheert zelf zijn uitgaven. De hoofdpenningmeester kijkt mee met de rekeningen”. De moeilijkste taak is eigenlijk om de afdelingen onder controle te houden. Vooral voetbal omdat dat de grootste afdeling is en daar het meeste geld in om gaat. In vergelijking met voetbal zijn de bedragen die bij de andere afdelingen rond gaan -met alle respect natuurlijkpeanuts”.
Ten tijde van het interview was er nog geen opvolger in beeld. “Ik heb vorig jaar gezegd dat ik de jaarcijfers van 2013 nog presenteer. Dat is in de komende algemene ledenvergadering in mei”. Hercules zou natuurlijk Hercules niet zijn als er geen doorgaans welingelichte bronnen dicht bij het vuur wisten te melden dat een voormalige zaterdag 1 grootheid naar wie ooit een mes is vernoemd, het zo nu en dan meekijken in de boeken zou willen uitbreiden. “Als jij al iets weet over een opvolger weet je meer dan ik. Ik weet van niks” boort Ad mijn hoop op een primeur de grond in. En als er dan (nog) geen opvolger is? In de toespraak van voorzitter Jon Bolte op de nieuwjaarsreceptie ging het wel heel veel over de penning-
Financiën zijn een rode draad door Ad’s werkende leven. “Ik heb altijd financiële functies gehad. Veel in het buitenland gezeten (10 jaar in België, een half jaar in Engeland) en veel internationaal gewerkt. Ik was de laatste 9 jaar voor ik gestopt ben met werken in 2001 financial controller/ directeur financiën van een Amerikaanse club in Europa. Toen kreeg ik een regeling die ik niet kon weigeren. Tijdje niks gedaan maar toch al weer snel part-time financiële controller geworden, tot 2005”. “Ik ben in Utrecht geboren en getogen. In de
5
zelf ook voldoende hobbies om er niet mee te zitten. Dus dat is geen probleem”. Om met enige twijfel te vervolgen “Tenminste, ik DENK dat het geen probleem is hahaha”. Andere zoon Martijn heeft een bedrijf in 3D animaties (+NewMedia). “Daar doe ik de financiën voor. Hij is sponsor bij Hercules en heeft onder meer de computeranimaties van de nieuwbouw gemaakt een tijdje terug. Als vriendendienst” voegt hij er aan toe. Ad gaat een week per jaar samen met zijn zoons op stap. Dochterlief blijft dan thuis? “Nee, die mag niet mee”klinkt het resoluut. “Die kan niet kaarten”.
jeugd gevoetbald bij good old Celeritudo. Ik kon kiezen tussen het laatste jaar HBS of vervroegd in dienst. Na mijn diensttijd ben ik anderhalf jaar naar Australië geweest. Ik wilde de wereld zien, had geen zin om iets te gaan doen. Ik was een jaar of 22. Toen ik terugkwam ben ik in 1967 lid geworden van Hercules. Er zaten daar vriendjes van me. Henk Kuitenbrouwer onder andere. Ik heb jaren gevoetbald in zondag 1. Volgens insiders was ik vooral een harde werker” lacht hij. “Aan het begin van het seizoen stond ik er altijd in. Ik was altijd links binnen. Als ik naar links buiten ging wist je wel hoe laat het was, dan stond ik er een paar weken later helemaal naast”. “Na het Eerste hebben we nog heel lang een vrienden-team gehad. Zondag 2 ,4, 5... Veel komen nog iedere zondag: Remco Jager, Bertus Hagemans, Bert Bierma tot voor kort, Abbes van Vliet, John van Rossum, Hans Bosboom... We voetballen nu nog met een man of 8 in het bos elke zaterdag. Al dunt de groep zo langzaamaan wel uit. Ik fitness twee keer per week en ik golf veel. Toch wel een paar keer per maand. Handicap 24 of 25 of zo”. Niet meer hele dozen ballen mee op een ronde dus? “Nee nee nee, die tijd ligt wel achter ons. Ik ben wel een mooi weer golfer”.
Wat doe je eigenlijk bij die Stichting Beheer? “Van onze totale jaarlijkse kosten zit ongeveer 25% bij de afdelingen en 75% bij de Stichting Beheer. Dan moet je denken aan kosten en onderhoud van het pand en de afschrijvingen. Dat zijn zaken die doorlopen, daar heb je niet zo heel veel invloed op”. “Door de meest recente verbouwing hebben we tot 2017 een exploitatietekort begroot. Dat is verdedigd met dat de cashflow goed was. We zijn niet schrikbarend ingeteerd op ons vermogen en schrijven goed af. Onze kosten zitten vooral in het pand. We betalen ons scheel aan WOZheffing aan de Belastingdienst”
Komt het de openheid wel ten goede, dat steeds meer geld bij Stichting Beheer zit? De leden hebben daar toch minder inzicht in en minder invloed.
Hoe is het met het enthousiasme thuis voor alle tijd die naar Hercules gaat?
“Er is inderdaad minder inspraak. Aan de andere kant heeft de Stichting eigenlijk geen beslissingsbevoegdheid. Belangrijke zaken worden toch in het hoofdbestuur beslist. Het hoofdbestuur bepaalt de koers, daar worden de belangrijke beslissingen genomen. In het dagelijks bestuur wordt meer vergaderd, en daaromheen ook. Ik zal nog wel regelmatig in dat soort clubjes te vinden zijn, zeker als het over het complex gaat”.
Van zijn 3 kinderen speelde zoon Bart jaren in Zondag 1. “Nu in het vierde. De andere hockeyen meer dan dat ze voetballen”. “Mijn vrouw is er inmiddels wat makkelijker in. Ze is niet zo begaan met het Hercules gebeuren. Ze ging vaker bij Bart kijken dan bij mij. Die keren zijn op één hand te tellen haha. En ze heeft
6
Heeft de huidige penningmeester nog vijanden? “De meeste markante figuren uit die tijd zijn er natuurlijk niet meer” analyseert Ad. “Ik heb ook weinig colonnes meegemaakt. Vijanden of antikrachten heb ik nooit zo ervaren. Er zijn natuurlijk wel mensen die het structureel niet met me eens waren. Die hadden een eigen visie. En dat was niet de mijne”, lacht hij. Ik weet niet hoe het u vergaat, maar ik kan mij op de optredens van Ad op de ledenvergaderingen verheugen. Zeker in zijn begintijd ging een vragensteller nog wel eens mee in wat De Herculaan bestempelde als ‘de achtbaan van Van Dort’. Uw verslaggever werd al na een paar financiële toelichtingsbochten uit zijn karretje geslingerd en richtte dan zijn aandacht eens op de vragensteller om te kijken of die er nog in zat. Vaak zag je de kritische blik van de vragensteller dan -al dan niet na nog één of twee keer strijdlustig tegensputteren- langzaam veranderen via een wat hulpeloze gelaatsuitdrukking (“ik kom er niet door, ik krijg het hem niet aan zijn verstand, waar heeft ie het over”) en uiteindelijk in een berustende: “Weet je wat? Ik geloof het wel. Laat maar. Volgens mij is het wel goed”.
Als je het tijdperk Van Dort in vergelijking met eerdere penningmeesters vóór hem in één woord zou moeten samenvatten zou ‘ontspannen’ een goede kreet zijn: open, luchtig en relatief rustig. Tijdperken van voorgangers zou je samen kunnen vatten met ‘vijandigheid’. De penningmeester en de leden op de ledenvergadering, dat was in het verleden vaak een bittere strijd. De tijden dat de penningmeester de machtigste man bij Hercules was, bijna een alleenheerser wiens wil wet was, dat de boeken toch vooral zo hermetisch mogelijk gesloten moesten blijven, kennis was macht, wat niet weet wat niet deert, liggen achter ons. Maar ook de tijden van invloedrijke vijfde colonne, die het vrijwel onmogelijk maakte voor de penningmeester een eigen beleid te voeren. Harde confrontaties op de ledenvergaderingen, waarbij de strijd om guldens of euro’s soms vermengd werd met verbittering, prestige, rancune.
De laatste jaren is het allemaal ook voor de leek prima te volgen. Hoe geheimzinniger je doet, in hoe meer bochten je je moet wringen en hoe meer weerstand je oproept. Doe je het open en eerlijk (‘transparant’ is tegenwoordig de term) verdwijnt de vijandigheid. Daar mag dan best in doorklinken dat je het zelf een slecht idee vindt. Typisch Van Dort: “Wil je er een kolommetje bij? Prima, zet ik er een kolommetje bij volgende keer. Daar heb ik niet voor gekozen, maar dat kan”.
In hoeverre is die openheid uiterlijke schijn? Heeft de penningmeester geheimen? “Ach geheimen... In principe mag men eigenlijk alles weten”, zegt Ad met zijn meest onschuldige
7
de jeugd. Paul Pessel betaalt natuurlijk wel een aanzienlijk bedrag aan sponsoring. Het is niet gek dat ze daar iets van terug willen zien. Al moeten ze zich niet uit de markt prijzen natuurlijk”. Na het interview bleek dat ook in de laatste ledenvergadering veldvoetbal vragen gesteld zijn over de (te) dure shirts. In de notulen lezen wij dat ook de Sponsorcommissie (Mark Maas) en Paul Pessel hiermee in hun maag zitten, maar dat ze qua levering van shirts met handen en voeten gebonden zijn aan een “verplicht contract met Timmer”. Dit toch minimaal onheldere gebeuren vraagt natuurlijk om een stukje onderzoeksjournalistiek. Wellicht zelfs in een komend nummer van uw lijfblad. De Sponsorinkomsten komen ook binnen bij Stichting Beheer, maar dat is puur een BTW verhaal. “Als het direct bij de afdelingen zou komen, zou het wel erg lastig uit te leggen zijn waarom er gefactureerd wordt aan Stichting Beheer qua BTW aftrek. Die BTW is serieus geld”. In het algemeen vindt Ad dat het nog wel mee valt met de kosten bij Hercules. “Als je kijkt naar clubs als HBS, HFC, Quick... daar voetbal je niet voor 200 euro. Eerder 300. We zijn niet meer elitair. We hebben alleen een postcodebeleid. 60-70% komt uit onze eigen jeugd, van onze eigen vereniging”.
blik. Dat nodigt natuurlijk uit tot doorvragen. “Ik vertel niet altijd alles. In de zin van dat er dingen zijn waar ik normaal niet spontaan zelf over begin. Tenzij men mij het vraagt”.
OK dan. Zijn er nog verborgen potjes? “De fondsjes zijn bijna allemaal weg. De Club van 100 zit buiten de vereniging, daar kunnen wij als bestuur helaas niets aan doen. De Club van 50 is daar de tegenhanger van, die valt wel onder het bestuur. Dat is puur voor de selectie. Het Australiëfonds zit in de Stichting Herculesbelangen. Daar zit nog wel wat geld van schenkingen uit het verleden. Maar er zijn tegenwoordig geen leden meer die ons echt geld toestoppen voor de voortgang van de vereniging of van afdelingen”.
Zondag 1 timmert behoorlijk aan de weg in de Hoofdklasse. Prestatievoetbal bij de amateurs op dat niveau kan toch alleen door fors te betalen? “We betalen al jaren hetzelfde bedrag per punt. Dat is ook zo begroot. Stichting Voetbaltop heeft geen eigen middelen, dat is onderdeel van de afdeling Veldvoetbal. Daarom wordt nu bekeken of die Stichting nog wel toekomst heeft”. Bij zondag 1 komt er een enthousiaste blik in de ogen. “Ik ga elke zondag mee als het kan. En dat blijft ook zo. Mensen vragen wel eens of ik daar als penningmeester niet met een dubbel gevoel sta. Hoe beter het gaat, hoe duurder het wordt. Nee. Bij het eerste ben ik supporter”.
Over imago gesproken. Hoeveel schade heeft het veelbesproken zaalvoetbalincident Hercules berokkend? Zaal 1 werd uit de competitie genomen.
Mensen vinden de shirts te duur, ook in vergelijking met andere clubs. Er zou ergens wat aan de strijkstok blijven hangen. Loopt de club erop binnen?
“Dat kost ons echt geld. Het is een trieste zaak, vooral voor de jongens die er niets mee te maken hebben. En een hoop reputatieschade, dat is een ding dat zeker is. Maar ik snap de KNVB ook wel. Als je twee loodrecht op elkaar staande verklaringen krijgt, is het lastig om dat tot op de bodem toe uit te zoeken” U kunt onze penningmeester nog één keer zien optreden. Op de meivergadering. Grijp uw kans!
“De shirts loopt via de Sponsorcommissie. Daar bemoei ik me niet mee. Ik hoor dat ook van veel kanten, dat er gedoe over is en dat het hele proces goedkoper kan. Ik wil en kan er niet over oordelen. Ik heb de laatste jaren voor mezelf geen shirt gekocht haha. De meeste seniorenteams hebben shirts, dus je hebt het vooral over
HV
8
Zes letters uit het Hercules jeugdvoetbal alfabet Zes letters uit het Hercules Jeugdvoetbal Alfabet Met 63 jeugdteams behoort Hercules tot een van de grootste voetbalclubs van district West 1. De Herculaan polste Gea Engelbart en Andrea Möhlman voor een willekeurige keuze. Nu eens geen nieuws over de standaardteams, maar een mooie selectie portretten van zes jeugdteams, die elk op hun eigen manier plezier beleven aan voetbal bij Hercules. Met dank aan de teamleiders voor hun redactionele bijdragen, stellen we de A3, B7, C4, D4, E14 en F7 aan u voor.
Vriendenteam A3 en coaching by What’s App De A3 is dit jaar echt een vriendenteam geworden, wat ook tot een sterke band in het veld leidt. Wouter L. en Jordy D. zijn er al vanaf de eerste jaars F bij en hebben altijd samen in hetzelfde team gezeten. Matthijs is de laatste die erbij is gekomen, eigenlijk B-speler en na Wouter D. de 2e Dhondt in het veld. Dit jaar heeft de A3 een sterk team in alle linies. Maar wel 18 spelers die allemaal een hele wedstrijd willen spelen... Met af en toe wat gemopper komen ze daar goed uit. Ze vinden het wel moeilijk om op tijd te komen, vooral Bart en Jasper S. Maar ja met 18 spelers is dat
snel opgelost. Het team heeft ook een What’s App groep, daar kom je de gekste berichtgeving tegen. Niet alleen de opstelling of de vertrektijden, maar ook de tijden dat ze elkaar tegen komen in de stad of ‘kort’ zijn. Altijd handig voor de coach de dag erna. En baalberichten als het voetbal is afgelast! Op het veld spelen ze nog altijd 4-3-3 zoals Hercules dat voorstaat, sterk aanvallend
9
ingesteld met snelle en goede buitenspelers. Lowie, Jordy, Wouter D. en Rutger, sterke spitsen Bart en Niels P. en een goed aansluitende verdediging met Mels, Jasper W, Matthijs, Wesley, Niels B en Wouter L. en de opbouw van achteruit door Wessel, de beer van de A3. Tenslotte een sterke groep middenvelders met Augusto, Cyriel, Koen, Jasper S. en David. Leuk is dat er nog altijd veel ouders komen kijken, al is dat voor het vervoer inmiddels niet meer nodig omdat steeds meer jongens een rijbewijs hebben. Greet, de moeder van Jordy, opgegroeid met het voetbal, enthousiast en betrokken, is er ook altijd en biedt nog steeds de helpende hand. Als teamcoach en leider zijn Giovanni en Cees de drijvende krachten. In de eerste jaren
was het vooral de ploeg wakker houden, maar nu kunnen ze ook tactiek bespreken! Beiden ook regelmatig als scheidsrechter te vinden op de velden bij Hercules. En Cees heeft ook als trainer door de week veel tijd in het team gestoken. De vruchten worden nu geplukt. In de beker hebben ze de eerste ronde overleefd en ook in de competitie draait de A3 bovenin mee.
Spannende wedstrijden en goed spel bij B7 Kijk, hier is de B7, de najaarstrots van Hercules. En dat voor het tweede jaar op rij. Want vorig jaar - toen nog als C6 - voor het eerst met vlag en wimpel als poulekampioen geëindigd en dit najaar alvast moeiteloos Herbstmeister en met ietsje meer moeite straks opnieuw winterkampioen. Hoe komt het dat de jongens op hun best zijn in die eerste
competitiehelft? Misschien wel de flitsende seizoenstart, die volgens traditie wordt ingezet met een vriendschappelijk minitoernooitje met de huidige B5 en B6. Spelers uit deze teams hebben de vorige seizoenen trouwens de huidige B7 goed bijgestaan als die toch weer een paar spelers tekort kwam; met speciale dank aan Jim, Gerard & Gerard! Het was en is soms spelers sprokkelen voor de B7, maar nu heeft het team weer een puike selectie bij elkaar met een harde kern van jongens die al langere tijd bij elkaar spelen (Nessim, Milan, David, Luud, Oscar, Nirwan, Tobias en Jeroen), aangevuld met nieuwe jongens die in de loop van dit jaar zijn ingestroomd vanuit andere Hercules teams of de wachtlijst (Nabil, Vincent, Rafik, Milo, Kiran en Tarik). De B7 staat garant voor spannende wedstrijden en goed spel. Sfeer is goed, trainingen goed bezocht, voldoende ouders die bijspringen. Kortom, een heerlijk team om als teamleider en coach
10
te begeleiden! Vraag aan Ralf en Bert tot besluit: “Valt er dan helemaal niets te wensen?” Antwoord: “Nou ja, één ding dan: we willen toch eigenlijk onze hogere teamnummering wel weer eens terug van Jim.”
De C4 komt eraan! De C4 is een groep eerstejaars C spelers. Een team van 14 jongens zonder keeper... Onder leiding van Stefan de Geus trainen zij op woensdagen vrijdagavond. Helaas is de start van het seizoen tot nu toe niet heel erg succesvol maar na terugplaatsing naar de 3e klasse is er nu ook zicht op overwinningen! Een spectaculaire 7-8 verliespartij bracht de C4 al heel dichtbij en de verwachting is dat er nu binnenkort ook echt punten gehaald gaan worden. Ondanks de verliespartijen is de sfeer erg goed en worden ook de trainingen goed bezocht. Het is een groep met verschillende kwaliteiten al moet er dus wel regelmatig een keeper geleend worden. Hopelijk kan ook Douglas van Dijk nog wat vaker bij de C4 spelen, de trainer is in elk geval erg te spreken over zijn succesvolle debuut een paar weken geleden. Douglas is de broer van Jonathan van Dijk, die op het veld geen duel uit de weg gaat.
De D4 zet overal druk en met plezier
De C4 heeft verder een rasechte rechtsback, Stijn Teekens, die door het vuur gaat voor elke bal. Er zijn twee zeer sterke centrale verdedigers, Floris Luikinga en Austin Lord. Floris is aanvoerder van de C4 en leidt de verdediging, Austin is een echte mandekker en haalt heel veel ballen weg. Dan zijn er nog drie alleskunners die overal inzetbaar zijn: Rowin Burhenne, Joost Cankrien en Niek Spierenburg. Rowin wordt geroemd om zijn rushes langs de zijlijn, Joost is nauwelijks te passeren en iedereen kan jaloers zijn op de techniek van Niek. Op het middenveld is Rishan Dharmlall de man met het inzicht, de perfecte steekpass en geweldige vrije trap, Rishan is de huidige topscorer van de C4. Stephan Munneke is een echte rechtshalf, hij blijft maar lopen en is altijd aanspeelbaar. Voorin sleurt Tobias Koetsier tot hij erbij neervalt, Tobias heeft zowat nog geen training gemist en zijn inzet en
plezier in het voetbal straalt van hem af. De snelste speler van het team is Roscam Beijer, hij loopt als rechtsbuiten menig verdediger met speels gemak voorbij. Berkay Cergel is een echte linksbuiten met een fantastische actie. Als laatste zijn er 2 spitsen met verschillende stijlen, Yassine Farissi is heel sterk aan de bal en een goed aanspeelpunt en Oussama Salhi is een echte goaltjesdief met veel talent. Kortom, potentie genoeg om uit te groeien tot een topteam!
11
Graag laat De Herculaan u kennis maken met de D4 van Hercules; uw verslaggever zag ze persoonlijk winterkampioen worden in een bloedstollende thriller tegen CDW. De D4 is een zeer leuke groep voetballers die allemaal hun eigen kwaliteit hebben. Een aantal jongens heeft al eerder met elkaar gevoetbald bij Hercules. Sommige in de F-jeugd, anderen weer in de E-jeugd. Trainer Rolf Nieuwenhuijs en coach Helen de Jong kennen de jongens al van eerdere teams dan wel van school of uit de wijk. Helen coacht de jongens op zaterdag, terwijl Rolf de jongens traint op vrijdagavond en ze voorbereidt op de wedstrijd. De D4 traint zelfs twee keer per week: Op woensdag volgen de jongens de training die
Hercules verzorgt. De D4 is een voorbeeld van een goed voetballend en uitgebalanceerd team van verdedigers, middenvelders en aanvallers. De D4 voetbalt in de Hercules-huisstijl, met aanvallend voetbal van achteruit. Aan Sjoerd van Rietbergen heeft het een goede centrale middenvelder die de ballen mooi kan wegleggen. Meerdere jongens hebben een zeer goede trap in huis zodat het team ook buiten de 16 meter indruk maakt. Wie er allemaal in spelen? Dat zijn Adam Altai, Zohair Benahmed, Sander Bonneur, Sven Brinkman, Tijn Cals, Tim Franklin, Daniel van den IJssel, Jort Looyé, Muit van Meeuwen, Roemer Naber, Mathijs Nieuwenhuijs, Ties van Oekel, Sjoerd van Rietbergen, Max Schurings, Anwar Tahrioui. ‘Druk zetten’ is het parool, de tegenstander geen minuut rust gunnen om maar überhaupt aan opbouw te kunnen denken. De jongens beseffen dat en als dat er even niet is, spoort coacht Helen ze weer aan. Die bal moet voortdurend van de D4 zijn! Want ben je veel aan de bal dan is dat leuk! En leuk betekent ook plezier in je spel. Trainer en coach merken op dat iedere speler dit seizoen is gegroeid. Dat doet ze goed - omdat ze al een tijdje meelopen - en nu bij de D4 zien dat er een erg leuk team speelt. Een team dat aardig op elkaar is ingespeeld, waar-
naar het plezierig kijken is. Nieuwsgierig geworden? Volg de D4 na de winterstop!
De E14 is ontstaan uit de F9, die vorig seizoen kampioen werd. Na de zomer moest het team echter afscheid nemen van Elisa en Nienke, omdat zij naar een meisjesteam gingen. Ook Alemdar vertrok, hij ging naar een andere club.
met de trainers tot een mooi team gesmeed. De keeper is Saad. Koelbloedig weet hij vele ballen op het doel te keren. Verder in de verdediging Ahmed, alias de stofzuiger. Menig tegenstander loopt zich dood op deze betrouwbare verdediger die de bal loeihard weer de goede kant op schopt. Naast hem Emre, een uitblinker op de vierkante millimeter. Sinds kort is Naaf toegevoegd aan de verdediging om het aantal tegendoelpunten iets omlaag te brengen... Dat gaat goed en al moet hij nu het hele veld oversteken, een doelpunt
Een aderlating! Maar gelukkig kreeg de E14 er drie goede spelers voor terug: Boris, die danst over het veld, Alexandar een watervlugge aanvaller en Meijne, ook al zo snel en onmisbaar op het middenveld. De coaches Christiaan (vader van Sem) en Ahmed (vader van Achraf) hebben het samen
maken gaat Naaf nog steeds goed af. Dan het middenveld, met naast Meijne onze betrouwbare kracht Sem. Hij blijft altijd rustig en weet de bal goed aan te spelen voor de aanvallers. Ook Achraf maakt mooie passes en weet zo nu en dan ook een goaltje te pakken. In de aanval
E14: trage starters, maar goede afmakers
12
speelt Semih naast Boris en Alexandar. Klein en snel rent hij in de kleinste gaatjes die de tegenstander laat vallen.
F7 wil van ‘postzegel’ naar ‘gewoon half veld’! Hercules F7 is een tweedejaars F-team. De kern van het team vormde vorig jaar de F12, wat sociaal meteen een succes was en is. Sportief kende de F12 een wat aarzelende start na de winterstop, maar tegen het einde van het seizoen toonde het zich met een derde prijs bij De Jongste 8, het F-toernooi voor 100jaar+-verenigingen bij de Koninklijke HFC, een waardige vertegenwoordiger van Hercules. Inmiddels, in de winterstop, is de F7 in een absolute flow beland; het team is al twee maanden ongeslagen en naar de tweede plaats in de ranglijst geslopen. En, belangrijker, met steeds meer kenmerken van onvervalst Tiki-Takivoetbal. Uiteraard is dat niet los te zien van de organisatie door teamleider en vaste scheidsrechter Winfried, en de trainingen, die op woensdag worden gegeven door vaders Paul, Frank en Ber, die zelf samen op zondag in het 8e spelen. Tibbe is de vaste keeper die ongeveer in zijn eentje de
stormloop van koploper JSV wist te weerstaan. Karel, de klassieke ausputzer die altijd op de goede plek staat, Sofian “Beckenbauer”, met steevast een goede voortzetting, en Kyan “Frenk 1988” die met zijn snelheid menige counter verijdelt, vormen de verdediging. Atilla “De Diesel”, die eigenlijk in alle linies tegelijk speelt, de vormgevers Thies en Adam, waar vrijwel elke mooie aanval begint, en Daan den Boer, die de gaatjes vult en belangrijke doelpunten maakt, zijn de
F7 uit 11 spelers bestaat. Dat zorgt voor veel ongeduld op de steevast goed bezette reservebank. Met het beproefde bloksysteem van het 8e, bewaart hoofd wissels Paul het overzicht en zorgt hij dat iedereen ongeveer evenveel speelt. Het liefst speelt de F7 8 tegen 8 in het vertrouwde 2-3-2-systeem, maar het F-veldje (oftewel ‘de postzegel’ het kleine kunstgrasveld naast de tennisbanen, red.) begint daarvoor erg klein te worden... Of het wedstrijdsecretariaat de F7 voortaan
middenvelders. Voorin staan “koning van de kaats” Daan Laarhuis, stylist Ids, die met fluwelen passjes strooit en “Der Bomber” Melle, met zijn feilloze torinstinct. Hercules F7 is daarbij net een fase verder in Tiki-Taki dan Barcelona; vrijwel alle spelers scoren geregeld en niemand is onmisbaar. De oplettende lezer heeft opgemerkt dat de selectie van de
vooral op een “gewoon” half veld wil indelen! Kortom, de F7 voelt zich thuis bij elkaar en bij Hercules en wordt iedere week nog beter.
13
Ton Meijs
Teamfoto’s en teamalbums zijn verkrijgbaar bij Foto Romp
Michiel Commandeur:
Voorzitter voor alle voetballers
14
Na vijftien jaar heeft Hercules een nieuwe voetbalvoorzitter. Michiel Commandeur volgt Werner van Geelen op. Commandeur, die ruim 23 jaar bij Hercules voetbalt, wil eerst veel praten en rondkijken voordat hij zijn stempel op de afdeling drukt. Maar tijdens het interview met De Herculaan laat de kersverse voorzitter al wel los wat zijn doelen zijn: meer evenwicht binnen de afdeling, meer transparantie in geldstromen bij Hercules en voorwaarden scheppen voor vrijwilligers en voetballers op alle niveaus. En we spreken natuurlijk met Michiel over zijn rijke spelerscarrière bij Hercules 1, 2, 3 en de veteranen.
“ Eén van mijn uitgangspunten is dat er meer evenwicht moet komen tussen alle geledingen bij Hercules”
De voetballer Commandeur maakte zijn eerste doelpunten op de Haagse velden waar hij als 7-jarig jongetje uit Bezuidenhout lid werd van VUC. “Dat was in die tijd, met HVV, Quick en HBS, een van de nette clubs uit Den Haag. Ik werd er lid omdat we in de buurt woonden. Net als Hercules vroeger had VUC een ballotagecommissie. VUC speelde in die tijd altijd op een hoog amateurniveau en ik speelde in de jeugd in de verschillende selectie elftallen”. Toen Michiel Commandeur rechten ging studeren belandde hij bij Hercules. “We speelden nog net op het oude complex. Ik kwam bij de A-selectie die werd getraind door Peter van Boeijen. We hadden met René Stultiens, Herman Wallenburg, Henk-Jan Kraal en John Trechsel een goed elftal, maar we speelden toch maar in de vierde klasse. De voorbereiding heb ik nog met het eerste meegedaan, maar na een paar weken zakte ik af naar het derde, waar zowel de sfeer als de prestaties optimaal waren. Het was een elftal met onder andere: Guido Spijk, Peter Ypma, Olaf Dolfin en Nils de Kruijff. Barry de Langen was leider. Veel gelachen en we werden ook nog kampioen.’’ Omdat Commandeur met zijn fluwelen linker been eigenlijk te goed was voor het derde, schoof hij een jaar later weer door naar het tweede. “Rob Zomer was trainer. Echt een sfeermaker en zelf de fanatiekste op de training tijdens de partijtjes. Ik zat in een elftal met Bart van Dort, Hennie Temming, Michiel ten Broeke en ook dat
waren weer supergezellige jaren. We speelden altijd om elf uur ’s morgens, maar toch haalden we Studio Sport nooit. Ik herinner me dat we met het tweede dat jaar kampioen werden, terwijl het eerste die dag degradeerde.’’ Michiel Commandeur keerde terug in het eerste van trainer Ruud Vork en later René Versteeg. Meestal als linker vleugelverdediger, soms als linker middenvelder en later als laatste man. “Sportief gezien waren dat mooie jaren. We werden kampioen van de derde klasse en promoveerden zelfs door naar de eerste klasse doordat we de nacompetitie wonnen met jongens als: Nico Schreijer, Stefan van der Kleij, Michael Flenter en Rob Bergers. Er kwamen veel nieuwe jongens op het succes af en toen we na twee seizoenen via de nacompetitie naar de tweede klasse degradeerden, volgde een leegloop. Dertien spelers vertrokken waardoor Hercules meteen weer terugzakte naar de derde klasse. In 2003 werden we kampioen in de derde klasse om het jaar daarop weer te degraderen. Ik vond het mooi geweest, de trainer ook trouwens, en ben in het derde gaan spelen. Het idee was dat ik met een aantal andere ervaren spelers als
15
mentor gingen fungeren voor de jonge spelers. Dat was een leuke periode, maar vijf jaar geleden maakte ik de overstap naar de veteranen, waar ik nu nog speel. Onder meer met Hennie Temming, Raymond de Langen, Berry Dirven en Arnold Faverus. Misschien wel de leukste periode als voetballer. We voetballen nog op een heel behoorlijk niveau en na afloop lekker bieren met de tegenstander. Ik wil dat zo lang mogelijk blijven doen.’’
seren. Jeugdelftallen op zondag laten spelen: het is al in gang gezet, maar misschien moeten we er nog meer op inzetten. Tegelijkertijd moeten we weer ons best doen om meer studentenelftallen voor de zondag binnen te halen. Op die dag mag het best drukker worden.’’ En vrouwenvoetbal wordt een speerpunt onder het voorzitterschap van Michiel Commandeur.
De bestuurder Hoe lang Michiel de voorzittershamer van de voetbalafdeling hanteert daar heeft hij nog geen idee van. Langer in ieder geval dan zijn vorige bestuursperiode zo’n vier jaar geleden. Commandeur was toen een jaar penningmeester. “Niet lang maar ik vond mijn inbreng te gering. Ik verwachtte er iets anders van en vond er weinig uitdaging in omdat alles feitelijk al geregeld was of vast stond. Zo wil ik niet graag werken. Daarbij werd ik vader en daarom koos ik ervoor om te stoppen als penningmeester.’’ Alex Kroon, bestuurlid en medeveteraan, polste Michiel weer eens. “Het bleek zelfs om de voorzittersfunctie te gaan. Ik voelde me vereerd om deze vereniging verder te helpen.’’
Is Michiel Commandeur een andere voorzitter dan Werner van Geelen? “Vooropgesteld, niets dan lof voor Werner. Gelukkig blijft hij als voorzitter van de stichting Top behouden voor het selectievoetbal. Hij heeft het op zijn manier gedaan. Ik ga het op mijn manier doen. Eén van mijn uitgangspunten is dat er meer evenwicht moet komen tussen alle geledingen bij Hercules. Meer balans tussen de jongens en de meisjes van de zondag en de zaterdag en prestatief en recreatief voetbal. Iedere jeugdspeler moet in de senioren een geschikt team kunnen vinden. Maar ik zie ook dat het ruimtegebrek op de zaterdag een probleem is. Daar moeten we creatieve oplossingen voor gaan bedenken. We moeten het slimmer gaan organi-
16
“Meer aandacht voor meisjes/vrouwenvoetbal bij Hercules. Meisjes en vrouwen hebben een positieve invloed op je verenigingscultuur. Het zorgt voor een leukere balans. Kijk maar eens naar dat nieuwe sfeervolle vrouwenteam dat van Odyseus is overgekomen. Dat is echt een verrijking voor de vereniging. Doe er nog een paar van die teams bij zou ik zeggen. Maar niet alleen voor de sfeer uiteraard. Ook in het vrouwenvoetbal moet er op den duur sprake zijn van goede doorstroming van jeugd naar senioren.’’
een aantal jongens kan uit eigen opleiding. Ik heb de eerste uitnodiging al binnen om eens in de keuken te kijken bij een Topklasser. Laatst speelden we met de veteranen tegen AFC. Een van de tegenstanders zit in het bestuur van AFC. Hij vroeg me om eens bij hen te kijken hoe zij het voor elkaar hebben. Zo wil ik ook eens bij HBS, Quick of Koninklijke HFC gaan kijken hoe zij het doen.’’ Maar eigenlijk wil Michiel het liever weer hebben over de hele afdeling. “Die drijft op vrijwilligers en voor die mensen en de andere voetballeden wil ik als voorzitter van het voetbalbestuur voorwaarde scheppend zijn. We kunnen het hier wel hebben over het eerste en over vrouwenvoetbal, maar zonder al die anonieme vrijwilligers zouden we het nergens zijn. Voor hen moet het aantrekkelijk blijven om dit werk te blijven doen. Ik zie het als mijn opdracht om dat te optimaliseren. Voorwaarden scheppen zodat zij het naar hun zin hebben. Maar tegelijkertijd luisterend en transparant.’’ Het woord transparant is gevallen. “Ik wil echt een cultuuromslag bewerkstelligen waar het de geldstromen binnen de afdeling betreft. Die moeten zichtbaarder worden voor de leden. Dat gebeurt nu onvoldoende vind ik. Transparantie in waar het geld aan uitgegeven wordt en waar het vandaan komt stimuleert tevredenheid en creativiteit onder de leden.’’ Terwijl we nog wat napraten over Michiel’s andere passies: golfen (handicap 16/7), koken en hij vertelt dat hij vanaf zijn kinderjaren al fan is van Ajax, druppelen zijn teamgenoten van de veteranen langzaam het paviljoen binnen voor de woensdagavondtraining. Commandeur doet dat ook nog iedere week: trainen met de veteranen. “Dat wil ik blijven doen.’’ Tijd om het gesprek te beëindigen. Commandeur is net begonnen. We blijven de nieuwe voetbalvoorzitter met belangstelling volgen.
“ Meisjes en vrouwen hebben een positieve invloed op je verenigingscultuur” Waar voorganger Werner van Geelen nog wel eens werd nagedragen zijn blik vooral op de zondagselectie te richten, daar maakt Commandeur graag duidelijk een voetbalvoorzitter voor de hele afdeling te zijn. Van een machtsstrijd tussen de zondag- en de zaterdagafdeling wil Commandeur niets weten. Hij wil een voorzitter zijn voor alle Hercules-voetballers. “Zelfs als de zaterdag 1 degradeert dan blijft dat een representatief 1e elftal voor Hercules en vind ik dat we ze moeten faciliteren met een passende trainer en begeleiding. Maar ook de lagere teams horen erbij. Dat zijn allemaal leden die Hercules bijzonder maken.’’ Uiteraard geniet Michiel Commandeur van het succes van zondag 1. Promotie naar de Topklasse zou zomaar kunnen nu het vlaggenschip de eerste seizoenshelft afsloot als winterkampioen. “Of zo’n promotie problemen zou opleveren voor de vereniging? Zeker niet. Als we het met het huidige puntensysteem (25 euro per punt red.) kunnen blijven doen is het prima om te promoveren. Ik zou het fantastisch vinden. Misschien dat er wat kleine aanpassingen aan de accommodatie en organisatie nodig zijn, maar het zou een geweldige prestatie zijn. Vooral als dat met
Nils de Kruijff
17
Wie trainen onze keepers?
Toen ik in 1989, ver voor de huidige hausse aan voetbalboeken, samen met Bastiaan Bommeljé de bundel ‘De bal’ samenstelde, wilde ik ook graag Jan Mulder strikken. Maandenlang joeg ik achter hem aan. Nooit kreeg ik hem zelf aan de lijn. Maar nadat ik voor de vijfde keer zijn charmante vrouw Johanna sprak, beloofde zij hem onder druk te zetten. En zo waar. Op een gegeven hoorde ik ineens zijn lijzige stemgeluid. Of ik een verhaal over keepers in de bundel wilde. Hij had nog wel een briefwisseling met Jan Plekker, een keeper met een zekere faam uit Noord-Holland, liggen. Natuurlijk wilde ik dat en de teksten ook van Jan Plekker,
‘de ware doelverdediger is een maniak’, of: ‘de doelman is hij die het verschil kent tussen het leven van de redding één cm voor de lijn of de dood één cm erachter’ waren prachtig. Jan Mulder op zijn beurt sprak er schande van dat de befaamde doelman Toni Schumacher, die van de schandalige over-
18
treding, met korte mouwtjes keepte. Dat vond Mulder een belediging voor de defensie. Kortom, het is over de wereld van de keepers waar het in deze Herculaan over gaat. En wel met de uitgelezen trainerscombinatie die Hercules tegenwoordig kent. Allemaal keepers met trekjes van Jan Plekker. Het zijn: Rob van de Bosch, Jeremy Vrede, Olaf Köpping en Erik Vet.
Motto van Jeremy; ‘Elke training moet een feestje zijn’ Op een zaterdag interview ik de heren tussen de bedrijven
door. Jeremy is de jongste van het stel en hij traint dan ook de keepers van de E en de F. Zijn motto bij het trainen van de kleinsten is simpel: ‘Elke training moet een feestje zijn’. ‘Dat ze een bal vangen en voor het eerst over de grond rollen is mooi maar ze moeten vooral met een lach van het veld gaan, want op die leeftijd is de concentratiespanne nog heel laag dus het moet allemaal speels. Ook zit er dan nog veel gewoon voetbal in, want dat vinden ze ook leuk en dat is voor keepers ook steeds belangrijker’. Jeremy is zelf keeper van de A1 bij Hercules en hij wordt door de andere trainers en door zijn coach bij de A1 Kevin Ligtermoet geroemd om zijn reflexen, zijn uittrap en uitstraling. Zelf geniet hij het meest van het plukken van een bal en natuurlijk de
zweefduik. Zijn machtige postuur maakt dat hij het nog wel eens ver zou kunnen schoppen want zoals bekend willen alle topclubs geen keepers meer die kleiner zijn dan 1.85. Olaf zit bij deze opmerking wat bedremmeld te kijken want zijn succesvolle keepers carrière stokte door zijn lengte. Met zijn 1 meter 76 werd hij door FC Utrecht na een jaar afgetest.
Olaf: ‘Ik ben een harde trainer’ Olaf traint de selectie keepers van de B,C en D. Hij noemt zichzelf ‘een harde trainer’, die veel waarde hecht aan discipline. Olaf rolde eigenlijk het keepersvak in door zijn oudere broer. Die had geen zin om in de goal te staan en had er veel lol in om hem steeds te bekogelen met allerhande balletjes. ‘Dat vangen en tegenhouden ging me goed af en zo ben ik keeper geworden. Aanvankelijk natuurlijk slechts een helft zoals bij Hercules in de jeugd gebruikelijk is, maar later volledig. Vervolgens heb ik in alle selectieteams gezeten en nog een jaartje bij Utrecht om uiteindelijk in het eerste zaal en nu ook weer zaterdag 1 te eindigen. Ik weet dat dit laatste nu niet zo’n aanbeveling is want we krijgen nogal wat goals tegen, maar ja alles is nieuw bij zaterdag 1 en dat merken we gewoon’. Olaf heeft geen officiële papieren maar
19
is wel derdejaars student aan de Opleiding Lichamelijke Oefening in Amsterdam waardoor hij een degelijke basis heeft. Ook roemt hij zijn eerdere trainers de alom aanwezige Michael Tak die hem vooral beter heeft leren vangen en Patrick Botemans van wie hij nog steeds veel oefeningen gebruikt. Het mooie van keepen is voor hem: ‘dat je held of schlemiel bent’. ‘Je bent in elk geval beslissend’. Olaf is gescout door het brein achter de wederopstanding van de keepersopleiding Rob van de Bosch, die zulke enthousiaste verhalen over Olaf hoorde van zijn zoon Loek (keeper in de d2) dat hij besloot om hoofd jeugdopleiding René van der Kooij te tippen en die heeft Olaf gevraagd om tot de staf toe te treden.
WK 1974, Verloren door de keeper?
Rob van de Bosch: ‘Helaas, is er soms thuis ook wat te doen’
Met als het aan Rob ligt een lichte voorkeur voor Arts en een ieder die Rob een beetje volgt, hoort hem keepers ook steeds toe schreeuwen dat ze verder uit hun doel moeten komen. Hij past zo in lijn Michels/Cruijff die op het WK 1974 voor voetbalkeeper Jan Jongbloed kozen in plaats van lijnkeeper Jan van Beveren. Tot op de dag van vandaag zijn er trouwens mensen die menen dat ons dat de wereldtitel heeft gekost. Zijn eigen keeperscarrière vond vooral plaats bij Zwaluwen Vooruit (nu Zwaluwen Utrecht) waar hij alle selectieteams doorliep. Om bij de overstap naar de seni-
Rob zelf is een absolute fanaat op keepersgebied die het liefst dag en nacht naar keepers zou kijken. Het is dat zijn vrouw af en toe aangeeft ‘dat er thuis ook wat te doen is’ anders zou hij nog even wat keepers gaan spotten. Rob zelf doet alle basis keepers van de B, C en D. Die van de A willen dat niet meer want deze hebben inmiddels andere interesses, maar Rob kennende zal ook dat veranderen. Als het gaat om de filosofie van de keeperstraining zitten ze bij Hercules tussen de school van Frans Hoek, die toch vooral aandacht heeft voor het lijn-keepen en die van Maarten Arts, die vooral op de keeper voor het doel let, in.
20
oren te kiezen voor waterpolo omdat hij iets met vrienden wilde doen en die bleken een grote voorkeur voor het zwembad te hebben. Later heeft hij nog wel met oom en oud prof Wessel van de Bosch in de zaal gespeeld. In zijn team speelde ook Mr.Utrecht Leo van Veen en Gert Kruys en sinds die tijd weet Rob ook wat echt hard en zuiver schieten inhoudt.
Erik Vet, ‘Frank Rijkaard en consorten verslagen’ Erik Vet is als keeper pas in de B-junioren begonnen. Hij was toen een verdienstelijke linksbuiten bij WFC uit Wormerveer. Zijn team kende toevallig een tamelijk zwakke keeper en toen die er een keer niet
ik ook prachtig. Geef mij een groep kinderen en ik voel me op mijn gemak. In de buurt van die grote brute kerels die vaak langs de lijn staan, gaan mijn haren nog wel eens overeind staan maar bij de kleine mannetjes en nu zelfs meisjes bloei ik helemaal op. Eerst, dacht ik nog meisjes? Maar nu zeg ik: ‘meisjes zijn leuker om te trainen dan jongens’. Meiden zeuren nooit. Als ik zeg ga vier rondjes lopen staan ze al klaar. Prachtig!’ Net zoals het samenwerken met Jeremy. Ik heb het altijd alleen gedaan dus was wat huiverig maar dat loopt super. Goeie kerel en gave keeper ook die Jeremy’. was, belandde hij in het doel. Omdat Erik groot en sterk is en veel rust uitstraalt is hij daarna het doel niet meer uitgeweest. Omdat WFC in de landelijke jeugdcompetitie speelde, kruiste zijn A1 ook teams van Ajax en AZ. Zijn grootste wapenfeit 1-2 uitwinst tegen het tot dan toe ongeslagen Ajax waarin o.a Frank Rijkaard en Gerald Vanenburg speelde. Daarna keepte hij heel lang in de hoofdklasse bij WFC en heeft hij na verhuizing bij het Utrechtse Minerva gekeept (voor de jeugdige lezers deze club is inmiddels opgeheven). Net als eerder genoemde streekgenoot Jan Plekker vindt hij: ‘dat een keeper een beetje gek moet zijn’. ‘De beteren hebben toch altijd iets aparts. Dat trainen vind
Een keeper moet altijd op zijn voorvoeten staan In hun trainersmodel sluiten alle trainers aan bij de kracht van de keeper. Intuïtie is heel belangrijk en afleren daarvan werkt niet. De basis techniek begint bij de voeten, zo is de stellige overtuiging. De voeten moet altijd direct onder de schouders staan en de knieën immer licht gebogen en het verplaatsen moet altijd zijwaarts gebeuren. En natuurlijk altijd op de voorvoeten staan. Wel moet ook geleerd worden dat door schuin voorwaarts te duiken de hoek kan worden verkleind. En het vangen moet voor de borst gebeuren en zo ontspannen mogelijk. Bij het duiken begint de training met domweg vallen. Vooral
21
de angst voor de grond moet eruit. Er is één keeper die hier absoluut geen angst voor heeft en dat is Luud uit de B7. Gewoon in korte broek en met shirt met korte mouwen maakt hij de meest verschrikkelijke duiken. Over de ondergrond zijn de trainers het eigenlijk wel eens. Met name veld 3 maar ook veld 6 zijn te hard voor keepers. Eigenlijk zouden alle keeperstrainingen op veld 8 moeten. Of wellicht nog prettiger op een grasveld en voor de conditie zou een zandbak ook niet gek zijn. Vreemd genoeg zijn zowel Olaf als Rob het niet eens met Jan Mulder. Zij vinden korte mouwen juist kracht uitstralen en zien er zeker geen minachting voor de verdediging in. Qua kleur zitten ze ook al op één lijn. Zo fel mogelijk en bij voorkeur rood weten ze, al kiest Erik eerder voor geel. Wat opvalt daar schiet je op, dat is gewoon bewezen, vinden ze allemaal. Qua favoriete keeper kiezen Rob en Olaf voor Edwin van der Sar want die vinden ze het meet compleet maar Erik ziet toch meer in de stijlvolle Jan van Beveren en ook hij verzucht nog eens. ‘Wat zou er gebeurd zijn als in 1974...? Als we naar het enthousiasme en de kwaliteit van het trainersteam kijken is het wachten op onze eigen Hercules Edwin of Jan een kwestie van tijd. Ton van Rietbergen
Sponsor Paul Pessel Sport
Voetbalspecialist en kroegbaas Paul Pessel Sport is al ruim 10 jaar een van de grotere sponsors van Hercules. Die bijdrage gebeurt in de vorm van een jaarlijks geldbedrag en in natura door de jaarlijkse aankleding van twee teams. Daarnaast wordt ook incidenteel een beroep op hem gedaan bij evenementen (zoals het ONEC-toernooi) bij Hercules. Op de vraag waarom Hercules?, antwoordt Paul: ‘Hercules is een mooie club, ik ken er veel mensen, en er is altijd wat te doen. Bovendien is zo’n grote vereniging commercieel interessant’. Reden waarom Pessel, uitgegroeid tot officiële teamwear-leverancier van Hercules, inmiddels een hele clublijn heeft opgezet voor pupillen, junioren en senioren van wedstrijdtenue, trainingspakken, windjacks en voetbaltassen. ‘Wie nu bij Hercules kijkt, ziet vooral eenheid van tenue. Dat was toen we de samenwerking begonnen wel anders...’ Daar kan uw verslaggever over meepraten! In zijn kast ligt nog een ouwe vale Jansen&Tilanus (voor de kenners!) en een verschoten kunststof versie, waarbij hem nu nog het zweet uitbreekt! ‘Omdat de kleur marineblauw zo’n lastige is bij een voetbalshirt, kopen we dit in bij één leverancier. Bovendien
wordt het shirt nog handmatig in elkaar gezet, reden waarom het ook wat duurder is dan het gemiddelde sportshirt’, stelt Pessel.
Voetbalspecialist Over shirts gesproken, zijn zaak hangt er vol mee, in allerlei kleuren en dessins. En wat te denken van voetbalschoenen? Verkrijgbaar in alle kleu-
22
ren en merken van de regenboog. Pessel: “Jeugd is veel grilliger in merkkeuze, ouderen zijn veel merkvaster. Als het om schoenen gaat bepalen Nike en Adidas de markt voor 90% en speelt prijs een minder belangrijke rol. Gaat het om sportkleding dan zijn juist de kleinere merken meer in trek vanwege de prijs, zoals Hummel, Masito en Jako”. Een respectabel aantal clubs uit stad en regio betrekt zijn materiaal inmiddels bij Paul Pessel Sport. De hele zaak ademt voetbal, is voetbal! Bekende voetballers zijn er ook regelmatig in de winkel. Sowieso zijn er tastbare herinneringen zoals een gesigneerd shirt van het Nederlands Elftal, gesigneerde shirts van Van Persie en Wesley Sneijder en oude paren kicksen van onder meer Sneijder en Dries Mertens, waartussen Pessel poseert.
Voetballiefhebber en kroegbaas Paul is een begenadigd voetbaltalent geweest, die het nog schopte tot enkele testwedstrijden bij FC Utrecht. Zwaar gescheurde enkelbanden die nooit goed zijn hersteld, maakten een einde aan zijn voetbalcarrière. Die begon destijds bij VV Utrecht, samen met Jan Wouters, nog altijd een goede vriend van Paul. Herculanen die hij uit zijn eigen voetbaltijd nog herinnert zijn Bert Willems, Herman Wallenburg en Rene Stultiens: ‘Rene was een echte kanjer! Voetbal heeft mijn hele leven bepaald. Op het veld is het me niet gelukt maar met de zaak ben ik alsnog uitgegroeid tot voetbalspecialist’, stelt hij glimlachend.
‘Ik kan genieten van jeugdvoetbal, ik vind het vooral jammer dat seniorenvoetbal nu minder leuk is geworden door de agressie. Mijn grote passie is FC Utrecht, daaraan lever ik inmiddels ook. Een andere passie die ik heb is de Ouwe Dikke Dries (misschien wel Utrechts bekendste kroeg, red.). ‘Samen met Marco Mesu heb ik deze zaak overgenomen van oud-Herculaan Eddy Sterk. De Ouwe Dikke is een combinatie van stads- en studentenkroeg geworden. Hét evenement van het jaar is bij ons Koninginnenacht. Achter de bar sta ik steeds minder, want de jaartjes gaan tellen!’
Trends Wat er de komende jaren gaat tellen in voetbalmateriaal?
23
Pessel: ‘Trends? Pas in 2016 zullen er echt goede voetbalschoenen voor kunstgras op de markt komen. Je ziet nu meer en meer kunststof schoenen. Dat draagt en loopt en voetbalt wel lekker licht, maar de kans op blessures wordt daardoor ook groter. Reden waarom wij ook nog veel leren voetbalschoenen in het assortiment hebben. Veel verschillende kleuren blijft nog wel even zo, als ik de campagnes volg van de bekende merken’. Op mijn slotvraag hoe het zit met de concurrentie van de online verkoop van voetbalschoenen is Paul stellig: ‘Voetbalschoenen moeten zitten als een tweede huid. Dan kun je bij ons rekenen op persoonlijk en deskundig advies over pasvorm, speelkenmerken en jouw voetkenmerken. Kom daar maar eens om als je online gaat kopen.’ Ton Meijs