Commitment van de top “Als je een vervoersplan moet opstellen in het kader van de aanvraag van een milieuvergunning, kan dat ook bijdragen aan een efficiencyslag en zo het bedrijfsbelang dienen. Overtuig de directie daarvan en zorg dat zij zich achter het plan schaart. Haar steun is noodzakelijk voor een goede uitwerking én uitvoering van het vervoersplan.” Erwin Saatrübe, milieucoördinator, De Telegraaf, Amsterdam
De Telegraaf – Vervoersplan maakt aanvraag milieuvergunning compleet Erwin Saatrübe, De Telegraaf, Amsterdam In het kort In 2001 vroeg De Telegraaf een nieuwe milieuvergunning (revisievergunning) aan bij de gemeentelijke milieudienst. Verplicht onderdeel in de aanvraag was een vervoersplan. Organisatie De Telegraaf, opgericht in 1893, is de grootste krant van Nederland met een gemiddelde oplage van zo’n 730.000 exemplaren. De Telegraaf is een werkmaatschappij binnen de Telegraaf Media Groep (TMG), een beursgenoteerde, onafhankelijke Nederlandse mediagroep. TMG is primair actief op het gebied van dagbladen, tijdschriften, puzzel- en huis-aan-huisbladen. Op de Telegraaf-vestiging in Amsterdam zijn de directie van De Telegraaf en SP!TS, de redactie, advertentie- en abonnementenverkoop, administratie, de drukkerij het distributiecentrum van De Telegraaf gevestigd. Er werken ongeveer 2100 mensen. Locatie Het bedrijventerrein Sloterdijk II in Amsterdam. De vestiging van De Telegraaf is uitstekend bereikbaar met het openbaar vervoer (station Sloterdijk ligt op loopafstand), ligt vlakbij de A10 en beschikt over ruime parkeergelegenheid. Vraagstuk De aanvraag van een nieuwe milieuvergunning (revisievergunning) bij de gemeentelijke milieudienst, Dienst Milieu en Bouwtoezicht (DMB). De nieuwe vergunning, die in 2001 werd aangevraagd, moest de verouderde vergunning uit 1988 vervangen. Verplicht onderdeel in de aanvraag was een vervoersplan, bestaande uit: • • • • •
Inventarisatie bereikbaarheid. Inventarisatie mobiliteitsgegevens (woon-werkverkeer, zakelijk verkeer en goederenvervoer). Knelpunten voor bedrijf, medewerkers, bezoekers en omgeving. Reeds genomen maatregelen. Voorgenomen maatregelen.
Doel van het vervoersplan is mobiliteitsbeïnvloeding, zodanig dat de mobiliteitsbelasting en daarmee de milieubelasting wordt teruggedrongen of tegengegaan.
1
Welke maatregel? Het opstellen van een vervoersplan, waarin op basis van de eisen van de gemeentelijke milieudienst vier vervoerstromen werden opgenomen: • • • •
Woon-werkverkeer (verplicht bij meer dan 100 werknemers). Bezoekersverkeer. Zakelijk verkeer. Goederenverkeer (verplicht bij meer dan 2 miljoen km per jaar).
Hiervoor werd de projectgroep Vervoersmanagement ingesteld, bestaande uit een vertegenwoordiger van de afdeling P&O en de afdeling Wagenparkbeheer. Allereerst werd per vervoerstroom de bestaande situatie geïnventariseerd aan de hand van: • • • •
Woon-werkverkeer - een enquête, opgesteld en uitgevoerd door een stagiaire. Bezoekersverkeer - een steekproef, een jaar eerder uitgevoerd door Projectbureau. Vervoermanagement Noord-Holland (nu VERKEER.advies). Zakelijk verkeer - navraag van aantallen zakelijke reizigers bij de bedrijfsbeveiliging. Goederenverkeer - bekende gegevens van DistriQ, een nieuwe werkmaatschappij binnen De Telegraaf waarin een drietal verspreidingsorganisaties waren samengegaan. Hiervoor was in 1999/2000 grootschalig onderzoek gedaan naar de distributiestromen.
Samengevat leverde dit het volgende beeld op: Algemeen • De grootste groep medewerkers (63 procent) werkt op kantoortijden (tussen 7.00 en 19.00 uur). • De bereikbaarheid met de auto is goed, alhoewel minder goed tijdens spitsuren. • De eigen parkeerplaats biedt ruime parkeergelegenheid aan zowel werknemers als bezoekers. Gemiddeld heeft een bedrijf in Amsterdam 1 parkeerplaats per 5 à 7 werknemers, bij De Telegraaf is de verhouding bijna 1:1. • De fietsvoorzieningen zijn goed. Er is een stalling met voldoende ruimte en speciale plaatsen voor racefietsen en mountainbikes, scooters en motoren. Er is een reparatieset en fietspomp aanwezig en er zijn douchefaciliteiten. • De fietsroutes naar De Telegraaf zijn slecht, onder andere door gevaarlijke oversteekpunten en het ontbreken van fietspaden langs bepaalde routes. • De bereikbaarheid met OV is goed. De Telegraaf ligt 800 meter van station Sloterdijk. Vanaf het station stopt er een bus voor De Telegraaf (maar niet omgekeerd). • De looproute tussen station Sloterdijk en De Telegraaf is slecht, onder andere door gevaarlijke oversteekpunten. Woon-werkverkeer • 59 procent van de medewerkers komt met auto (alleen), 7 procent carpoolt, 23 procent kom met het OV, 4 procent met de (brom)fiets en 7 procent anders. • Het aantal werknemers dat met de fiets komt (104 werknemers; 4 procent) is laag. Als gebruik van de fiets aannemelijk is tot 10 km reisafstand, is het potentieel 352 werknemers (15 procent).
2
Bezoekersverkeer • Gemiddeld zijn er 100 bezoekers per dag: 53 procent komt met de auto (alleen), 23 procent carpoolt en 23 procent komt met het OV. Zakelijk verkeer • Een aantal medewerkers heeft een bedrijfsauto. De toekenning wordt periodiek getoetst door P&O. Medewerkers die geen bedrijfsauto hebben, kunnen voor zakelijke ritten een auto ‘lenen’. Gebuikt de medewerker zijn privé-auto, dan heeft hij recht op een variabele kilometervergoeding. Naast OV-kosten worden ook taxikosten voor zakelijk vervoer vergoed. Goederenverkeer • Voor de oprichting van de aparte werkmaatschappij DistriQ werd al eerder uitgebreid onderzoek gedaan naar de optimalisatie en efficiëntie van alle logistieke goederenstromen. Hierop zijn de nodige maatregelen genomen. Vervolgens werd een inventarisatie gemaakt van mogelijke maatregelen. Met welke maatregelen kan de mobiliteitsbelasting en daarmee de milieubelasting worden teruggedrongen of tegengegaan? Wat past bij de specifieke situatie van De Telegraaf? Zo werd in het vervoersplan opgenomen: Woon-werkverkeer
Bezoekersverkeer Zakelijk verkeer
Goederenverkeer Arbeidsvoorwaarden
Fietsen: haalbaarheid fietsplan onderzoeken, fietspomp in alle stallingen Carpoolen: haalbaarheid onderzoeken OV: onderzoeken mogelijkheden OV-reisinformatie, persoonlijk reisadvies, aanpassing reiskostenvergoeding Werknemers inlichten over routebeschrijving Gedrag werknemers met bedrijfsauto in kaart brengen, routeplanner, alternatieven voor de auto bevorderen, rijstijltraining, registratie brandstofverbruik, fiscusbox Registratie brandstofverbruik, kilometerregistratie, rijstijltraining Onderzoek naar de mogelijkheden van een vierdaagse werkweek, flexibele werktijden, telewerken en aanpassing van de reiskostenvergoeding
Daarnaast werd verbetering van de fiets- en looproute in het vervoersplan ingezet als onderwerp van gesprek tussen De Telegraaf, de AIV (Amsterdamse Industrie Vereniging) en de gemeente Amsterdam. Vervolgens werd een faseringsplan opgesteld, dat aan elke afzonderlijke maatregel een uitvoeringstermijn koppelde. De directie leverde feedback op het concept vervoersplan, en accordeerde vervolgens het definitieve plan. Dat werd toegevoegd aan de milieuaanvraag die werd ingediend bij de gemeentelijke milieudienst. De contacten met de gemeentelijke milieudienst voor het opstellen van het vervoersplan bleven beperkt tot het aanleveren van de criteria, tussentijds overleg en afstemming en de uiteindelijke beoordeling. In de beheerfase houdt de gemeentelijke milieudienst op basis van het faseringsplan wel een vinger aan de pols.
3
Het vervoersplan beschrijft concrete maatregelen gericht op kilometerreductie in het woonwerkverkeer, het zakelijk vervoer en het goederenvervoer. De te verwachten resultaten werden echter niet gekwantificeerd. Dit vanuit de optiek dat maatregelen concurrerend kunnen zijn ten opzichte van elkaar. De Telegraaf heeft geen direct mobiliteitsprobleem. Mobiliteitsmanagement heeft voor de directie dan ook geen prioriteit. Natuurlijk hoeft dit geen reden te zijn het opstellen van een degelijk vervoersplan na te laten. De Telegraaf had ook geen keuze; het vervoersplan was een verplicht onderdeel van de aanvraag van de milieuvergunning. Doordat mobiliteitsmanagement geen prioriteit heeft, is het kostenaspect echter wel een belangrijk criterium in de besluitvorming een maatregel uit het vervoersplan al dan niet te implementeren. Een voorbeeld is het fietsplan (in het vervoersplan geformuleerd als een haalbaarheidsonderzoek). Invoering van een fietsplan zou voor de werkgever geen directe kosten opleveren, maar werd desondanks afgewezen vanwege de administratieve kosten en communicatiekosten die het met zich mee zou brengen. Overigens is het fietsplan door de OR in een later stadium opnieuw op de agenda gezet en alsnog uitgevoerd. En met succes: van de 2100 medewerkers maken er ongeveer 160 gebruik van. Baten Doordat er een vervoersplan is, staat het onderwerp mobiliteitsmanagement bij de betrokken afdelingen beter op het netvlies. Nieuwe mogelijkheden worden sneller gesignaleerd. Toen het gebruik van roetfilters in Nederland in de belangstelling kwam, pikte de afdeling Wagenparkbeheer dit signaal bijvoorbeeld snel op. Er wordt eerder en beter stilgestaan bij de vraag of De Telegraaf met nieuwe toepassing iets kan, wil of moet. Kosten Geen, afgezien van de benodigde manuren voor het opstellen van het vervoersplan. Zie de rubriek Tijdsinvestering. Fiscale aspecten Geen. Tijdsinvestering Ongeveer vier maanden vanaf het vaststellen van de eisen waaraan het vervoersplan moest voldoen tot en met het vaststellen van het definitieve vervoersplan: • • •
Stagiaire – 4 maanden fulltime. Stagebegeleider – 1 werkweek verspreid over 4 maanden. Milieucoördinator – 2 werkweken verspreid over 4 maanden.
Promotie van de maatregel Binnen de organisatie werd aan het vervoersplan bekendheid gegeven via het personeelsblad en intranet, waar het voor iedere werknemer beschikbaar blijft. Daarnaast kan iedere werknemer het opvragen bij de milieucoördinator.
4
Tips Als je in het kader van een aanvraag voor een milieuvergunning een vervoersplan moet opstellen, zorg dan om te beginnen dat je weet aan welke criteria dat plan moet voldoen. Dat bepaalt op welke punten je je moet richten en wat je moet inventariseren: woon-werkverkeer, bezoekersverkeer, zakelijk verkeer en/of goederenverkeer. In de inventarisatie van de bestaande situatie is bij De Telegraaf veel tijd gaan zitten. De uitgebreide enquête bevestigde het bestaande beeld en leverde weinig nieuwe informatie op. Dat roept de vraag op wat dit toevoegt. Is het van belang dat je precíes weet hoeveel mensen er met de auto of op de fiets komen? Bovendien blijft een enquête met 70 procent respons ook een steekproef. De Telegraaf zou nu volstaan met een quick scan en adviseert de inspanning vooral te richten de implementatie van maatregelen waarvan je vrijwel zeker weet dat ze werken. Maak de directie duidelijk dat een degelijk vervoersplan noodzakelijk is om te voldoen aan de gemeentelijke (milieu)wetgeving. Leg uit dat dit ook kan bijdragen aan een efficiencyslag en zo ook het bedrijfsbelang kan dienen. Het opstellen van een vervoersplan heeft pas zin als de directie zich erachter schaart. Haar steun is noodzakelijk voor een goede uitwerking én uitvoering van het plan. Enerzijds stelt de directie immers middelen beschikbaar voor het opstellen van het vervoersplan, bijvoorbeeld voor het doen van degelijk onderzoek. Anderzijds draagt haar commitment ertoe bij dat de maatregelen die uit het vervoersplan voortvloeien, daadwerkelijk (financieel) mogelijk worden gemaakt en worden uitgevoerd. Wees open en eerlijk in de communicatie met de gemeentelijke milieudienst. Dat kan ertoe bijdragen dat zij meer oog heeft voor, en beter doordrongen is van het bedrijfsbelang. Natuurlijk wel op voorwaarde dat als er een keer iets mis is, je daar niet meteen op wordt afgerekend maar de tijd krijgt dit op te lossen. Kom afspraken na en verwacht dat omgekeerd ook. Bijvoorbeeld als het gaat om termijn waarbinnen stukken moeten worden aangeleverd en je daarop een reactie mag verwachten. Meer weten? De Telegraaf Basisweg 30 1043 AP Amsterdam www.detelegraaf.nl Erwin Saatrübe Milieucoördinator T (020) 5852522 | E
[email protected]
Werkmodel vervoermanagement, Vervoermanagement Nederland, 2000 Document opgesteld in opdracht van het ministerie van Verkeer en Waterstaat dat een kader biedt voor een vervoersplan. Het werkmodel bestaat uit: 1. een inleiding en handleiding, 2. een werkboek waarin systematisch vragen worden gesteld om tot een vervoersplan te komen, 3. een pakket met adressen, maatregelen, voorbeelden, uitleg en achtergrondinformatie.
5
Vervoermanagement voor bedrijven, Vervoermanagement Nederland, 2000 Brochure
6