De reparatie en bescherming van gewapend beton met Sika Conform de Europese norm EN 1504
Reparatie, bescherming en corrosiebeheersing van co Inhoudsopgave De Europese norm EN 1504
3
CE-markering 3 De belangrijkste stadia in het reparatie- en beschermingsproces
4|5
De basisoorza(a)k(en) van schade en aftakeling van beton
6|7
Een overzicht van de Principes van de reparatie en bescherming van beton
8 - 13
Principe 1: Bescherming tegen indringing (PI)
4 - 17
Principe 2: Vochtbeheersing (MC)
18 | 19
Principe 3: Betonrenovatie (CR)
20 - 23
Principe 4: Structurele versterking (SS)
24 - 27
Principe 5: Fysische bestendigheid (PR)
28 | 29
Principe 6: Chemische bestendigheid (RC)
30 | 31
Principe 7: Behoud of herstel van passiviteit (RP)
32 | 33
Principe 8: Vergroten van het weerstandsvermogen (IR)
34 | 35
Principe 9: Beheersing van kathodische gebieden (CC)
36 | 37
Principe 10: Kathodische bescherming (CP)
36 | 37
Principe 11: Beheersing van anodische gebieden (CA)
38 | 39
Samenvattend stroomdiagram en fasering van de juiste procedures voor reparatie en bescherming van beton
40 | 41
Keuze van de te gebruiken methoden voor betonreparatie
42 | 43
Keuze van de te gebruiken methoden voor de bescherming van beton en wapening
44 | 45
Beoordeling, goedkeuringen en testverklaringen
46 - 49
Voorbeelden van reparatie en bescherming met Sika systemen
50 | 51
onstructies in gewapend beton De Europese norm EN 1504 De Europese norm EN 1504 bestaat uit 10 delen. In deze documenten worden de producten voor de bescherming en reparatie van betonnen constructies gedefinieerd. Kwaliteitscontrole op de productie van de reparatiematerialen en de uitvoering van de werkzaamheden op de bouwplaats maken ook deel uit van deze norm. EN 1504 - 1 Beschrijft termen en definities binnen de norm EN 1504 - 2 Verschaft specificaties voor oppervlaktebeschermingsproducten en -systemen voor beton EN 1504 - 3 Verschaft specificaties voor de structurele en niet-structurele reparatie EN 1504 - 4 Verschaft specificaties voor structurele hechting EN 1504 - 5 Verschaft specificaties voor betoninjectie EN 1504 - 6 Verschaft specificaties voor verankering van wapeningsstaal EN 1504 - 7 Verschaft specificaties voor corrosiebescherming van betonstaal EN 1504 - 8 Beschrijft de kwaliteitsbeheersing en conformiteitsbeoordeling voor de fabrikanten EN 1504 - 9 Definieert de algemene Principes voor het gebruik van producten en systemen, voor de reparatie en bescherming van beton EN 1504 - 10 Verschaft informatie over de toepassing van producten op de bouwplaats en kwaliteitsbeheersing op het werk Deze normen zullen eigenaren, ingenieurs en aannemers helpen bij het succesvol uitvoeren van reparatie- en beschermingswerkzaamheden aan beton bij alle types van betonnen constructies.
CE-markering De Europese EN 1504 normenreeks is sinds 1 januari 2009 volledig in werking getreden. Bestaande nationale normen die niet geharmoniseerd zijn met de nieuwe EN 1504 zijn eind 2008 ingetrokken en CE-markering is verplicht geworden. Alle producten die gebruikt worden voor de reparatie en bescherming van beton moeten nu CE-gemarkeerd zijn in overeenstemming met het toepasselijke deel van EN 1504. Deze CE-conformiteitsmarkering bevat de volgende informatie - als voorbeeld is een, voor structureel gebruik, geschikte betonreparatiemortel gebruikt:
E-symbool C n Identificatienummer van de controlerende instantie 01234 Sika Schweiz AG Murtenstrasse 13, CH-3186 Düdingen 08 01234-CPD-00234 EN 1504-3 Betonreparatieproduct voor constructieve reparatie CC mortel (gebaseerd op hydraulisch cement) Druksterkte: klasse R4 Chloride-iongehalte: ≤ 0,05% Hechtsterkte: ≥ 2 MPa Carbonatatiebestendigheid: Voldoet Elasticiteitsmodulus: ≥ 20 GPa Thermische compatibiliteit deel 1: ≥ 2 MPa Capillaire absorptie: ≤ 0,5 kg · m-2 · h-0,5 Gevaarlijke stoffen: voldoen aan 5.4 Brandreactie: Euroklasse A1
n Naam of merk van de fabrikant n Jaar waarin de markering is toegekend n Certificaatnummer zoals vermeld op het keuringscertificaat n Nummer van de Europese norm n Beschrijving van het product
n Informatie over gereguleerde kenmerken
2|3
De belangrijkste stadia in het reparatie- en besc conform de Europese norm EN 1504-9 1
2
3
Bij de aanvang van een project wordt er een studie uitgevoerd om informatie te verzamelen over de constructie. Deze kan bevatten: Algemene toestand en geschiedenis Documentatie, bijvoorbeeld berekeningen, tekeningen, specificaties etc. Reparatie- en onderhoudsschema
Er dient een diepgaand onderzoek te worden verricht naar de zichtbare en nog niet zichtbare gebreken van een constructie teneinde de basisoorzaken van de schade aan te pakken. Dit onderzoek wordt gebruikt om te beoordelen of de constructie nog in staat is om zijn functie te vervullen.
Bij het besluit over de acties die nodig zijn om aan toekomstige constructie-eisen te voldoen, kan de eigenaar kiezen uit een aantal opties dat afhankelijk is van de uitkomst van de betoninspectie.
Deze informatie verschaft waardevolle gegevens waaruit de bestaande toestand van de constructie afgeleid kan worden.
Het onderzoek en de beoordeling daarvan mag alleen worden uitgevoerd door een voldoende gekwalificeerd en ervaren persoon.
Informatie over de constructie
Beoordelingsproces
In het geval dat er geen reparatiewerkzaamheden aan de betonnen constructie worden uitgevoerd, moet een gekwalificeerde ingenieur een schatting maken van de resterende levensduur. Het doel van een betoninspectie is het opsporen van gebreken. Soorten gebreken aan het beton - Mechanische - Chemische - Fysische Gebreken aan het beton die te wijten zijn aan corrosie van de wapening
Managementstrategie
De opties voor reparatie kunnen bijvoorbeeld op grond van het volgende worden bepaald: Doe niets of verlaag de capaciteit Voorkom of verminder verdere schade zonder reparatie Repareer de gehele of een deel van de constructie Herbouw van de gehele of een deel van de constructie Sloop Belangrijke factoren bij de overweging van deze opties: Beoogde levensduur na reparatie en bescherming Vereiste duurzaamheid of prestatie Veiligheidsrisico's tijdens reparatiewerkzaamheden Mogelijkheid voor verdere reparatiewerkzaamheden in de toekomst, waaronder toegankelijkheid en onderhoud Gevolgen en waarschijnlijkheid van een constructieve fout Gevolgen en waarschijnlijkheid van een gedeeltelijk falen En met het oog op de omgeving: Bescherming tegen zon, regen, vorst, zout en/of andere verontreinigende stoffen tijdens de werkzaamheden De invloed op de omgeving, of beperkingen die de omgeving oplegt aan de werkzaamheden Geluidhinder en stofvervuiling Benodigde tijd voor het uitvoeren van de werkzaamheden etc. Toekomstig onderhoud: Alle toekomstige inspectie- en onderhoudswerkzaamheden die gedurende de gedefinieerde levensduur van de constructie verricht zullen moeten worden, dienen ook als onderdeel van de managementstrategie te worden gedefinieerd.
hermingsproces 4
5
6
De desbetreffende Principes voor bescherming en reparatie moeten worden gedefinieerd conform EN 1504-9 en de opties voor reparatie die opgenomen zijn in de managementstrategie.
Op basis van de desbetreffende Principes die geselecteerd zijn conform EN 1504, wordt de geschikte werkmethode vervolgens gebaseerd op: Toegang tot het bouwterrein Omstandigheden op het bouwterrein (bijv. selectie van juiste reparatie methode – manuele reparatie, giet- of spuitapplicatie) Gezondheids- en veiligheidskwesties Etc.
Aan het eind van elk project dienen complete rapporten van alle bij de werkzaamheden gebruikte materialen te worden verschaft voor raadpleging in de toekomst. Deze dienen het antwoord op de volgende kwesties te bevatten: Wat is de verwachte nieuwe levensduur? Wat zijn de oorzaken waardoor de geselecteerde materialen eventueel kunnen verslechteren, zoals verkrijting, brosheid, verkleuring of delaminatie en wat zijn de gevolgen daarvan? Wat is het inspectie-interval? Welke reparatiewerkzaamheden kunnen nodig zijn in geval van verslechtering?
Ontwerp van de reparatie werkzaamheden
De ontwerpfilosofie voor reparatie moet met het volgende rekening houden: Type, oorzaken en omvang van de gebreken Toekomstige onderhoudsomstandigheden Toekomstig onderhoudsprogramma Na selectie van de desbetreffende Principes conform EN 1504-9, dient de constructeur ook rekening te houden met het beoogde gebruik van de constructie.
Reparatiewerkzaamheden
De voorbereiding van het oppervlak, de toepassing en de kwaliteitscontroleprocedure voor de reparatiewerkzaamheden moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met de in deel 10 van EN 1504 opgenomen aanbevelingen.
Aanvaarding van de reparatie werkzaamheden
In het geval van betonrenovatie kunnen de specificaties geschreven worden op basis van de desbetreffende delen 2 tot 7 van EN 1504 (bijv. vries- en dooicycli in buitensituaties waar van toepassing). Het is van belang dat dit werk niet alleen rekening houdt met de langetermijnwerking van de constructie, maar ook met de invloed van de gekozen materialen op de rest van de constructie.
4|5
De basisoorzaken van schade en aftakeling van beton Beoordeling van inspectie van de toestandsstudie en de l Gebreken en schade aan beton Mechanische aantasting Oorzaak Desbetreffende Principes voor reparatie en bescherming Schok
Principes 3, 5
Overbelasting
Principes 3, 4
Beweging
Principes 3, 4
Vibratie Aardbeving Explosie
Principes 3, 4
Chemische aantasting Oorzaak Desbetreffende Principes voor reparatie en bescherming ASR Alkali-silica reacties
Principes 1, 2, 3
Blootstelling aan agressieve chemicaliën
Principes 1, 2, 6
Bacteriële of andere biologische inwerking
Principes 1, 2, 6
Uitbloeiing/uitloging
Principes 1, 2
Fysische aantasting Oorzaak Desbetreffende Principes voor reparatie en bescherming Vries/dooi-aantasting
Principes 1, 2, 3, 5
Thermische beweging
Principes 1, 3
Zoutkristalexpansie
Principes 1, 2, 3
Krimp
Principes 1, 4
Erosie
Principes 3, 5
Afschuring en afslijting
Principes 3, 5
n laboratoriumresultaten Schade aan beton ten gevolge van corrosie van het betonstaal Chemische aantasting Oorzaak Kooldioxide (CO2) uit de atmosfeer reageert met calciumhydroxide in het porievocht van het beton CO2+ Ca (OH)2 CaCO3 + H2O Oplosbare en sterk alkalische pH 12 -13 bijna onoplosbare en veel minder alkalische pH 9 Staal is beschermd (passivering) staal is onbeschermd Desbetreffende Principes voor reparatie en bescherming Principes 1, 2, 3, 7, 8, 11
Corrosieve contaminanten Oorzaak Chloriden versnellen het corrosieproces en kunnen ook gevaarlijke “put” corrosie veroorzaken Bij een concentratie van meer dan 0,2 - 0,4% in het beton kunnen chloriden de passieve beschermende oxidatielaag op het stalen oppervlak afbreken Chloriden zijn vaak afkomstig van de blootstelling aan zee- of zoutwater en/of bij gebruik van dooizouten Desbetreffende Principes voor reparatie en bescherming Principes 1, 2, 3, 7, 8, 9, 11
Elektrische zwerfstroom Oorzaak Metalen met verschillende elektropotentialen zijn met elkaar verbonden in het beton waardoor corrosie optreedt Corrosie kan ook het gevolg zijn van elektrische stromen afkomstig van stroomvoorziening en transmissienetwerken Desbetreffende Principes voor reparatie en bescherming Op dit moment zijn er nog geen specifieke reparatieprincipes gedefinieerd. Gebruik voor de reparatie van het beton Principes 2, 3, 10
6|7
Een overzicht van de Principes van de reparatie en b De reparatie en bescherming van betonnen constructies vereist een relatief complexe beoordeling en ontwerp. Met de introductie en definiëring van de belangrijkste Principes van reparatie en bescherming helpt EN 1504-9 eigenaren en bouwprofessionals om de problemen en oplossingen doorheen de verschillende stadia van het reparatie- en beschermingsproces volledig te begrijpen.
De principes met betrekking tot gebreken in beton Principe 1 (PI) Bescherming tegen indringing
Principe 2 (MC) Vochtbeheersing
Principe 3 (CR) Betonrenovatie
Principe 4 (SS) Structurele versterking
Principe 5 (PR) Vergroting van fysische bestendigheid
Principe 6 (RC) Bestendigheid tegen chemicaliën
escherming van beton conform EN 1504-9 De Principes met betrekking tot corrosie van het betonstaal Principe 7 (RP) Behoud of herstel van passiviteit
Principe 8 (IR) Vergroten van het weerstandsvermogen
Principe 9 (CC) Beheersing van kathodische gebieden
Principe 10 (CP) Kathodische bescherming
Principe 11 (CA) Beheersing van anodische gebieden
8|9
De Principes van reparatie en bescherming van beton Waarom Principes? De verschillende soorten schades en de hoofdoorzaken van deze schades zijn al jarenlang goed bekend en de juiste reparatie- en beschermingsmethoden zijn eveneens al vastgesteld. Al deze kennis en expertise is nu samengevat en helder opgesomd als 11 Principes in EN 1504, deel 9. Deze zorgen ervoor dat de verwerker alle mogelijke schades die kunnen optreden in constructies van gewapend beton correct repareert en beschermt. Principes 1 tot en met 6 hebben betrekking op de gebreken in het beton zelf, Principes 7 tot en met 11 hebben betrekking op schade ten gevolge van wapeningscorrosie. De Europese Unie heeft alle delen van de Europese norm 1504 op 1 januari 2009 volledig ingevoerd. Deze normreeks definieert de vereiste beoordeling en de diagnostische werkzaamheden, de noodzakelijke producten en systemen waaronder hun prestatie, de alternatieve procedures en toepassingsmethoden, als ook de kwaliteitsbeheersing van de materialen en de werkzaamheden op de bouwplaats.
Het gebruik van de EN 1504 Principes Ter ondersteuning van eigenaren, ingenieurs en aannemers bij het maken van de juiste keuze van reparatieprincipes en -methoden en vervolgens de geschikte producten, als ook hun specificatie en gebruik, heeft Sika een nuttig schematisch systeem van aanpak ontwikkeld. Dit is bedoeld om te voldoen aan de afzonderlijke eisen van een constructie, zijn blootstelling en gebruik. Het schema staat gepubliceerd op bladzijde 42 tot en met 45 van deze brochure.
De Sika oplossingen conform EN 1504 Sika is een wereldmarktleider in technologie op het gebied van de ontwikkeling en productie van gespecialiseerde producten en systemen voor de bouw en de industrie. Reparatie en bescherming van betonnen constructies behoren tot de kerncompetenties van Sika. Het complete Sika assortiment bevat betonhulpstoffen, kunstharsvloeren en coatingsystemen, alle soorten waterafdichtende oplossingen, systemen voor afdichting, verlijming en versterking alsmede andere materialen die speciaal ontwikkeld zijn voor gebruik bij de reparatie en bescherming van constructies van gewapend beton. Deze producten hebben talloze nationale en internationale goedkeuringen en Sika producten zijn wereldwijd beschikbaar via de plaatselijke Sika vestigingen en via onze in bouw en distributie gespecialiseerde partners. Gedurende de afgelopen 100 jaar heeft Sika uitgebreide ervaring en expertise opgedaan in de reparatie en bescherming van beton, met gedocumenteerde referenties die teruggaan tot de jaren twintig van de vorige eeuw. Sika levert alle noodzakelijke producten voor de technisch correcte reparatie en bescherming van beton, allemaal volledig conform de Principes en Methoden, die gedefinieerd worden in de Europese norm EN 1504. Deze Principes en Methoden bevatten systemen voor de reparatie van schade en gebreken in het beton en ook voor de reparatie van schade, die is veroorzaakt door corrosie van het betonstaal. Er zijn Sika producten en systemen beschikbaar voor gebruik op verschillende soorten constructies en bij algemene betonreparaties in alle verschillende klimatologische omstandigheden en soorten blootstelling.
10 | 11
Een overzicht van de Principes en Methoden van repa Tabellen 1 en 2 bevatten alle Principes en Methoden voor reparatie conform deel 9 van EN 1504. De geschikte EN 1504 Principes en Methoden voor reparatie kunnen worden geselecteerd na beoordeling van de toestand op grond van onderzoek en na diagnose van de basisoorzaken van schade, als ook op grond van de doelstellingen en eisen van de eigenaar voor reparatie.
Tabel 1: Principes en Methoden met betrekking tot gebreken in beton Principe Beschrijving Methode Sika oplossing Bescherming tegen 1.1 Hydrofobering Sikagard serie hydrofobeermiddelen Principe 1 indringing Verminderen of voor1.2 Impregnering Sikafloor stofbinder en oppervlakteverharder (PI) ®
®
komen van de indringing van schadelijke stoffen zoals water, andere vloeistoffen, damp, gas, chemicaliën en biologische stoffen
Principe 2 (MC)
Vochtbeheersing Het vochtgehalte in het beton bijstellen en aanhouden binnen gespecificeerde grenswaarden
1.3 Coating
Sikagard® serie elastische en starre coatings Sikafloor® serie voor vloertoepassingen
1.4 Aan het oppervlak met strips bedekken
Sikadur® Combiflex SG Systeem
1.5 Opvulling van scheuren
Sika injectiesystemen Sikadur® serie
1.6 Scheuren tot voegen omvormen
Sikaflex® serie, Sika Hyflex®, Sikadur® Combiflex SG Systeem
1.7 Panelen aan de buitenkant aanbrengen
SikaTack® Panel Systeem
1.8 Aanbrengen van membranen
Sikaplan® Membraanfolie, Sikalastic® vloeibare membranen
2.1 Hydrofobering
Sikagard® serie hydrofobeermiddelen
2.2 Impregnering
Sikafloor® stofbinders
2.3 Coating
Sikagard® serie elastische en starre coatings Sikafloor® serie voor vloertoepassingen SikaTack® Panel Systeem
2.4 Panelen aan de buitenkant aanbrengen
Principe 3 (CR)
Principe 4 (SS)
2.5 Elektrochemische behandeling Betonrenovatie Renovatie van het originele beton naar de originele specificaties van het profiel en de functie. De betonnen constructie renoveren door een deel ervan te vervangen
3.1 Handmatig aanbrengen van mortel
Sika® MonoTop®, SikaTop® en Sika® Repair series
3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel
Sika® MonoTop®, SikaGrout® series
3.3 Beton of mortel spuiten
SikaTop®, MonoTop®
3.4 Elementen vervangen
Sika hechtprimers en Sika betontechnologie
Structurele versterking Vergroten of herstellen van de structurele draagkracht van een element van de betonnen constructie Fysische bestendigheid
4.1 Toevoegen of vervangen van ingebedde of uitwendige wapeningsstaven
Sikadur® serie
4.2 Toevoegen van wapening, verankerd in voorgevormde of geboorde gaten
Sika® AnchorFix en Sikadur® serie
4.3 Verlijmen van plaatwapening
Sikadur® lijmsystemen combineren met Sika® CarboDur® en SikaWrap®
4.4 M ortel of beton toevoegen
Sika hechtprimers, reparatiemortels en betontechnologie
4.5 Injecteren van scheuren, holten of spleten
Sika injectiesystemen
4.6 Opvullen van scheuren, holten of spleten
Sika injectiesystemen
4.7 Voorspannen
Sika® CarboStress® en Sika® cable grout
aratie en bescherming uit EN 1504-9
Principe 5 (PR)
Principe 6 (RC)
Bestendigheid tegen fysische of mechanische aantasting vergroten
Bestendigheid tegen chemicaliën Bestendigheid van het betonoppervlak tegen chemische aantasting vergroten
5.1 Coating
Sikagard® reactieve coating serie, Sikafloor® systemen
5.2 Impregnering 5.3 Mortel of beton toevoegen
Zoals bij Methoden 3.1, 3.2 en 3.3
6.1 Coating
Sikagard® en Sikafloor® reactieve coating serie
6.2 Impregnering 6.3 Mortel of beton toevoegen
Zoals bij Methoden 3.1, 3.2 en 3.3
Tabel 2: Principes en Methoden met betrekking tot wapeningscorrosie Principe
Beschrijving
Methode
Sika oplossing
Principe 7 (RP)
Behoud of herstel van passiviteit Scheppen van chemische omstandigheden waardoor de beschermende alkalische omgeving (± pH 12) rond de wapening behouden blijft of hersteld wordt.
7.1 Vergroting van de dekking met behulp van extra mortel of beton
Sika® MonoTop®, SikaTop®, Sika® Repair en Sika® EpoCem® serie
7.2 Vervanging van verontreinigd of gecarbonateerd beton
Zoals bij Methoden 3.2, 3.3, 3.4
7.3 Elektrochemische realkalisatie van gecarbonateerd beton
Sikagard® serie voor nabehandeling
7.4 Realkalisatie van gecarbonateerd beton door diffusie
Sikagard® serie voor nabehandeling
7.5 Elektrochemische chloridenextractie
Sikagard® serie voor nabehandeling
Vergroten van het weerstandsvermogen vergroten van het elektrische weerstandsvermogen van het beton
8.1 Hydrofobering
Sikagard® serie hydrofobeermiddelen
8.2 Impregnering
Sikafloor® stofbinder
8.3 Coating
Zoals bij Methode 1.3
Kathodische controle Scheppen van omstandigheden waardoor potentieel kathodische gebieden van de wapening geen anodische reactie kunnen opwekken
9.1 Beperking van het zuurstofgehalte (bij de kathode) door verzadiging of coating van het oppervlak
Sika® FerroGard® hulpstof en aan het oppervlak aangebrachte corrosie-inhibitoren
Principe 10 (CP)
Kathodische bescherming
10.1 Aanbrengen van een elektrisch p otentiaal
Sika® plamuur-/pleistermortels
Principe 11 (CA)
Beheersing van anodische gebieden Scheppen van omstandigheden waardoor potentieel anodische gebieden van de wapening niet kunnen deelnemen aan de corrosiereactie
11.1 Actieve coating van de wapening
SikaTop® Armatec-110 EpoCem®, Sika® MonoTop®-910 N
11.2 Afsluitende coating op de wapening
Sikadur®-32
11.3 Aanbrengen van corrosie-inhibitoren in of op het beton
Sika® FerroGard® hulpstoffen en aan het oppervlak aangebrachte corrosie-inhibitoren
Principe 8 (IR)
Principe 9 (CC)
Sikagard®, Sikafloor® en Sikadur®-32 reactieve coatings
12 | 13
EN 1504-9 Principe 1: Bescherming tegen indringing Bescherming van het betonnen oppervlak tegen indringing Een groot deel van schade aan beton is het gevolg van het indringen van schadelijke materialen in het beton, waaronder vloeistoffen en gassen. Principe 1 (PI) gaat over het voorkómen van deze indringing en bevat Methoden om de doorlaatbaarheid van beton en de porositeit van betonnen oppervlakken voor deze verschillende materialen te verminderen. De keuze voor de meest geschikte methode hangt af van verschillende parameters, waaronder het type schadelijk materiaal, de kwaliteit van het aanwezige beton en zijn oppervlak, de doelstellingen van de reparatie- of de beschermingswerkzaamheden en de onderhoudsstrategie. Sika produceert een volledige serie hydrofobeer-, impregneermiddelen en gespecialiseerde coatings voor gebruik bij het beschermen van beton conform de Principes en Methoden van EN 1504.
Methoden Methode 1.1 Hydrofobering Bijbehorend deel van de normreeks: EN-1504-2
Methode 1.2 Impregnering Bijbehorend deel van de normreeks: EN-1504-2
Methode 1.3 Coating Bijbehorend deel van de normreeks: EN-1504-2
Methode 1.4 Scheuren aan het oppervlak afdekken met strips Bijbehorend deel van de normreeks: geen
* Deze tabel wordt vervolgd op pagina’s 16 en 17
Afbeeldingen
(PI) van vloeistoffen en gassen Beschrijving
Belangrijkste kenmerken
Sika producten (voorbeelden)
Een hydrofobering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde een waterwerend oppervlak te creëren. De poriën en het capillaire netwerk worden niet opgevuld, maar slechts bekleed met het waterafstotende materiaal. De oppervlaktespanning van vloeibaar water wordt hierdoor verminderd, terwijl de doorgang door de poriën belemmerd wordt, maar tegelijkertijd waterdampdiffusie in beide richtingen mogelijk blijft, wat in overeenstemming is met de “standard good practice” in bouwfysica.
Indringing: Klasse I: < 10 mm Klasse II: ≥ 10 mm
Sikagard®-700 serie n Hydrofobeermiddelen op basis van silaan of siloxaan n Dringt diep in en verschaft een vloeibaar waterwerend oppervlak
Een impregnering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde de porositeit van het oppervlak te verminderen en het oppervlak te versterken. De poriën en capillairen worden dan gedeeltelijk of volledig gevuld. Dit type behandeling resulteert meestal ook in een nietgesloten dunne laag van 10 tot 100 micron dikte op het oppervlak. Dit dient om het poriënsysteem af te dichten tegen agressieve stoffen.
Indringingsdiepte: ≥ 5 mm
Oppervlaktecoatings zijn materialen die bestemd zijn voor de verbetering van het betonoppervlak, voor de vergroting van de prestatie of bestendigheid tegen bepaalde invloeden van buitenaf. Fijne oppervlaktescheurtjes met een totale beweging tot 0,3 mm kunnen veilig worden gerepareerd, daarna afgedicht. Vervolgens kan hun beweging worden opgevangen door elastische, scheuroverbruggende coatings te gebruiken die ook waterdicht en carbonatatieremmend zijn. Dit zal de thermische en dynamische beweging accommoderen in constructies die onderhevig zijn aan brede temperatuurschommelingen, trilling of die gebouwd zijn met te geringe of ondeugdelijke verbindingsdelen.
CO2 doorlaatbaarheid (carbonatatie): Sd > 50 m
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h Droogsnelheid coëfficient
Sikagard®-706 Thixo Sikagard®-700 S
(Klasse II) (Klasse I)
Sikafloor® stofbinder en oppervlakteverharder n Goede indringing
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h Waterdampdoorlaatbaarheid: Klasse I: Sd < 5 m Hechtsterkte: Elastisch: ≥ 0,8 N/mm² of ≥ 1,5 N/mm² (loopbelasting)
Starre systemen: Sikagard®-680 S Betoncolor n 1-Component methacrylhars n Bescherming tegen agressieve atmosferische invloeden Sikagard®-674 Lasur W n 1-Component acrylhars n Transparant Elastische systemen: Sikagard® Elastic-Decadex®-550 n Acrylaatcoating, op waterbasis n Waterdicht en scheuroverbruggend Sikagard® Monolastex® n Acrylhars, op waterbasis n Zeer scheuroverbruggend
Star: ≥ 1,0 N/mm² of ≥ 2,0 N/mm² (loopbelasting)
Plaatselijk aanbrengen van geschikt materiaal ter voorkoming van indringing van agressieve media in het beton.
Geen specifieke criteria
Sikadur® Combiflex SG systeem n Extreem flexibel n Weer- en waterbestendig n Uitstekende hechting
14 | 15
EN 1504-9 Principe 1: Bescherming tegen indringing Bescherming van het betonnen oppervlak tegen indringing Bij alle werkzaamheden bij de bescherming van beton moet rekening worden gehouden met de positie en de omvang van alle scheuren en voegen in het beton.
Methoden Methode 1.5 Opvullen van scheuren Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-5
Dit betekent niet alleen onderzoek naar hun aard en oorzaak, begrijpen van de grootte van elke beweging in het oppervlak en het effect ervan op de stabiliteit, duurzaamheid en functie van de constructie, maar ook het evalueren van het risico om nieuwe scheuren te doen ontstaan, als gevolg van herstelwerkzaamheden en reparatie aanvoegen of barsten. Als de scheur gevolgen heeft voor de integriteit en veiligheid van een constructie, raadpleeg Principe 4 structurele versterking, Methoden 4.5 en 4.6 op pagina 24 en 25. Dit besluit dient altijd genomen te worden door de bouwkundig ingenieur. De geselecteerde oppervlaktebehandelingen kunnen dan succesvol worden toegepast.
Methode 1.6 Scheuren omvormen tot voegen Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Methode 1.7 Aanbrengen van panelen aan de buitenkant Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Methode 1.8 Aanbrengen van membranen Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Afbeeldingen
(PI) van vloeistoffen en gassen (vervolg) Beschrijving
Belangrijkste kenmerken
Sika producten (voorbeelden)
Het opvullen en afdichten van scheuren die moeten worden behandeld om te voorkomen dat agressieve stoffen binnendringen.
Classificatie van injectiemateriaal: D: ductiel S: schuimend
Waterdicht afdichten van voegen/scheuren/ holten: Klasse D: Sika® Injection-201/-203/-45/-55
Niet-bewegende scheuren - Dit zijn scheuren die zijn gevormd door bijvoorbeeld beginnende krimp; ze moeten volledig worden blootgelegd en gerepareerd / opgevuld met geschikt reparatiemateriaal.
Klasse S: Sika® Injection-304/-306
Gamma Sikaflex® PU, AT en SikaHyflex® n 1-Component polyurethanen n Hoge toelaatbare vervorming n Uitstekende duurzaamheid
Scheuren die behandeld moeten worden om beweging te accommoderen dienen zodanig te worden gerepareerd dat er een voeg ontstaat die door de volledige diepte van het gerepareerde gebied loopt en zodanig gepositioneerd is dat die beweging geaccommodeerd wordt. De scheuren (voegen) moeten daarna worden opgevuld, afgedicht of bedekt met geschikt elastisch of flexibel materiaal. Het besluit om een scheur om te vormen tot een bewegingsvoeg dient te worden genomen door een bouwkundig ingenieur.
Geen specifieke criteria
Bescherming van het betonnen oppervlak met uitwendige panelen. Een vliesgevel of een vergelijkbaar uitwendig bekledingssysteem voor gevels beschermt het betonnen oppervlak tegen uitwendige verwering en aantasting door agressieve materialen of indringing.
Geen specifieke criteria
SikaTack® Panel systeem n Voor de afzonderlijke of ‘verborgen bevestiging’ van vliesgevelsystemen en kunststof platen n 1-Component polyurethaan
Door een folie of vloeibaar aangebracht membraan aan te brengen over het betonnen oppervlak, zal het oppervlak volledig beschermd worden tegen de aantasting door of de indringing van schadelijke materialen.
Geen specifieke criteria
Sikaplan® afdichtfolie n Waterdichting van het volledige oppervlak
Sikadur® Combiflex SG systeem n Extreem flexibel n Weer- en waterbestendig n Uitstekende hechting
Sikalastic® vloeibaar aangebracht membraan n Waterdichtend n Bij uitstek bruikbaar bij complexe details
16 | 17
EN 1504-9 Principe 2: Vochtbeheersing (MC) Bijstelling en aanhouden van het vochtgehalte in het beton In sommige situaties, bijvoorbeeld wanneer het risico bestaat van een latere alkali-silica reactie, moet het betonnen oppervlak worden beschermd tegen indringing van water.
Methoden Methode 2.1 Hydrofobering Bijbehorend deel van normreeks: EN 1504-2
Dit kan worden bereikt door het gebruik van verschillende soorten producten, waaronder waterafstotende impregneringen, oppervlaktecoatings en elektrochemische behandelingen. Sika is al jarenlang een van de pioniers op het gebied van betonbescherming door het gebruik van diepdoordringende silaan en siloxaan hydrofobeermiddelen, alsook van duurzame acrlaat en andere op hars gebaseerde beschermende coatings.
Methode 2.2 Impregnering Bijbehorend deel van normreeks: EN 1504-2
Verscheidene hiervan zijn ook getest en goedgekeurd voor gebruik in combinatie met de meest recente elektrochemische behandelingstechnieken. Al deze Sika systemen voor de Methode “Vochtbeheersing” zijn volledig conform de eisen van EN 1504.
Methode 2.3 Coating Bijbehorend deel van normreeks: EN 1504-2
Methode 2.4 Panelen aan de buitenkant aanbrengen Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Methode 2.5 Electrochemische behandeling Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Afbeeldingen
Beschrijving
Belangrijkste kenmerken
Sika producten (voorbeelden)
Hydrofobering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde een waterwerend oppervlak te creëren. De poriën en het capillaire netwerk worden niet opgevuld, maar slechts bekleed met het waterafstotende materiaal. De oppervlaktespanning van vloeibaar water wordt hierdoor verminderd, terwijl de doorgang door de poriën belemmerd wordt, maar tegelijkertijd waterdampdiffusie in beide richtingen mogelijk blijft, wat in overeenstemming is met de ‘‘standard good practice” in bouwfysica.
Indringing: Klasse I: < 10 mm Klasse II: ≥ 10 mm
Sikagard®-700 serie n Op basis van silaan of siloxaan hydrofobeermiddelen n Voorkomt diepe indringing en verschaft een vloeibaar waterwerend oppervlak
Een impregnering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde de porositeit van het oppervlak te verminderen en het oppervlak te versterken. De poriën en capillairen worden dan gedeeltelijk of volledig gevuld. Dit type behandeling resulteert meestal ook in een nietgesloten dunne laag van 10 tot 100 micron dikte op het oppervlak. Dit dient om het poriënsysteem af te dichten tegen agressieve stoffen.
Indringingsdiepte: ≥ 5 mm
Oppervlaktecoatings zijn materialen die bestemd zijn voor de verbetering van het betonoppervlak, voor de vergroting van de prestatie of bestendigheid tegen bepaalde invloeden van buitenaf. Fijne oppervlaktescheurtjes met een totale beweging tot 0,3 mm kunnen veilig worden gerepareerd, daarna afgedicht. Vervolgens kan hun beweging worden opgevangen door elastische, scheuroverbruggende coatings te gebruiken die ook waterdicht en carbonatatieremmend zijn. Dit zal de thermische en dynamische beweging accommoderen in constructies die onderhevig zijn aan zware temperatuurschommelingen, trilling of die gebouwd zijn met te geringe of ondeugdelijke verbindingsdelen.
CO2 doorlaatbaarheid (carbonatatie): Sd > 50 m
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h Droogsnelheid coëfficient
(Klasse II) Sikagard®-705 L Sikagard®-706 Thixo (Klasse II) (Klasse I) Sikagard®-700 S Sikafloor® stofbinder en oppervlakteverharder n Goede indringing
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h Waterdampdoorlaatbaarheid: Klasse I: Sd < 5 m Hechtsterkte: Elastisch: ≥ 0,8 N/mm² of ≥ 1,5 N/mm² (loopbelasting) Star: ≥ 1,0 N/mm² of ≥ 2,0 N/mm² (loopbelasting)
Zolang het betonnen oppervlak niet bloot ligt, kan er geen water binnendringen en kan de wapening niet corroderen.
Geen specifieke criteria
Door het aanbrengen van een elektrisch potentiaal, kan vocht verplaatst worden naar de negatief geladen kathodische gebieden.
Geen specifieke criteria
Starre systemen: Sikagard®-680 S Betoncolor n 1-Component methacrylhars n Bescherming tegen agressieve atmosferische invloeden Sikagard®-674 Lasur W n 1-Component acrylhars n Transparant Elastische systemen: Sikagard® Elastic-Decadex®-550 n Acrylaatcoating, op waterbasis n Waterdicht en scheuroverbruggend Sikagard® Monolastex® n Acrylhars, op waterbasis n Zeer scheuroverbruggend
SikaTack® Panel systeem n Voor de afzonderlijke of ‘verborgen bevestiging’ van vliesgevelsystemen en kunststof platen n 1-Component polyurethaan
18 | 19
EN 1504-9 Principe 3: Betonrenovatie (CR) Vervangen en renoveren van beschadigd beton De selectie van de geschikte methode om beton te vervangen en te renoveren hangt af van een aantal parameters waaronder:
Methoden
n De omvang van de schade (Methode 3.1 Handmatig aanbrengen van mortel, is bijvoorbeeld economischer bij beperkte schade).
Bijbehorend deel van normreeks: EN 1504-3
Methode 3.1 Handmatig aanbrengen van mortel
n Groepering van wapeningsstaven (Methode 3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel, verdient bijvoorbeeld meestal de voorkeur in het geval van sterke concentratie aan wapeningsstaven).
Methode 3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel Bijbehorend deel van normreeks: EN 1504-3
* Deze tabel wordt vervolgd op pagina’s 22 en 23
Afbeeldingen
Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Van oudsher werd de plaatselijke reparatie van schade en gebreken aan beton uitgevoerd met behulp van met de hand aangebrachte reparatiemortels. Sika levert een uitgebreide serie kant-en-klare, handmatig aan te brengen reparatiemortels voor algemene reparatiedoeleinden en ook voor zeer specifieke reparatiedoeleinden. Hierbij zijn ook lichtgewicht mortels voor toepassingen boven het hoofd en chemisch bestendige materialen ter bescherming tegen agressieve gassen en chemicaliën.
Structurele reparatie: Klasse R4 Klasse R3
Klasse R4: Sika® MonoTop®-412 N n Reparatiemortel met groot prestatievermogen n Extreem weinig krimp n Handmatig of met ‘nat’ spuitproces aan te brengen
Niet-structurele reparatie: Klasse R2 Klasse R1
Klasse R3: Sika® MonoTop®-352 N n Lichtgewicht reparatiemortel n Extreem weinig krimp Sika® MonoTop®-723 N n Plamuurmortel Klasse R2: SikaRep® 3-in-1
Typische reparaties door middel van aanstorten, die ook regelmatig worden omschreven als reparaties door middel van gieten of ondergieten (grouting), worden uitgevoerd wanneer van hele segmenten of grotere gebieden het beton vervangen moet worden. Hieronder wordt ook verstaan de vervanging van alle (of substantiële delen van) betonnen brugleuningen en balkonneuzen etc.
Structurele reparatie: Klasse R4 Klasse R3
Klasse R4: SikaGrout®-212, -212 F en -316 n 1-Component n Gietbaar n Snelle uitharding n Vezelversterkt (SikaGrout®-212 F)
Deze methode is ook zeer bruikbaar bij complexe onderdelen van dragende constructies zoals hoofddwarsbalken, pijlers en kolomprofielen, waarbij beperkte toegankelijkheid en dichte wapening vaak problemen opleveren. Als belangrijkste kenmerken voor de succesvolle toepassing van dit type product gelden gietbaarheid en het vermogen om rond obstakels en zware wapeningen te vloeien. De producten moeten bovendien vaak worden gegoten in relatief dikke segmenten zonder thermische krimpscheuren. Dit zorgt ervoor dat de gewenste volumes en gebieden volledig kunnen worden opgevuld, ondanks de beperking qua toegankelijkheid en vulpunten. Tot slot moeten ze ook uitharden tot een geschikt afgewerkt oppervlak dat hermetisch afgesloten en zonder scheuren is.
20 | 21
EN 1504-9 Principe 3: Betonrenovatie (CR) Vervangen en renoveren van beschadigd beton (vervolg) Keuze van de methode om het beton terug in orde te brengen (vervolg):
Methoden Methode 3.3 Beton of mortel spuiten
n Toegang tot de werf (bv. Methode 3.3 Spuiten van beton of mortel met het droogproces is meer geschikt wanneer er een grote afstand is tussen de aanmaakzone en verwerkingszone).
Bijbehorend deel van normreeks: EN 1504-3
n Kwaliteitscontrole aspecten (bv. Methode 3.3 Spuiten van beton of mortel zal in een hogere kwaliteit resulteren door een betere compacting). n Economische aspecten (bv. Methode 3.4 Vervanging van een deel of de ganse structuur door geprefabriceerde betonnen elementen).
Methode 3.4 Vervangen van betonnen elementen Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Afbeeldingen
Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Van oudsher worden spuitmaterialen ook toegepast bij reparatiewerkzaamheden aan beton. Ze zijn bij uitstek bruikbaar bij de vervanging van een grote hoeveelheid beton, bij het aanbrengen van extra dekking van beton, of in zones die slecht bereikbaar zijn voor het gieten van beton of het handmatig uitvoeren van reparaties.
Structurele reparatie: Klasse R4 Klasse R3
Klasse R4: Sika® MonoTop®-412 N n Reparatiemortel met groot prestatievermogen n Extreem weinig krimp n Handmatig aangebracht of met 'nat' spuitproces
Tegenwoordig zijn er in aanvulling op de traditionele droge spuitmachines met de droge spuitmethode, ook machines met de natte spuitmachines. Deze produceren minder volume, maar hebben wel minder rebound, en produceren minder stof dan de droge spuitmachines. Zij kunnen daarom ook voordelig worden gebruikt bij kleinere of gevoeligere reparatieplaatsen met beperkte toegankelijkheid of in een gesloten omgeving.
Klasse R3: Sika® MonoTop®-352 N n Extreem weinig krimp n Lichtgewicht reparatiemortel
De belangrijkste toepassingskenmerken voor gespoten reparatiematerialen zijn minimale terugslag plus high-build eigenschappen om hun vereiste laagdikte zonder uitzakken te bereiken. Verwerking onder dynamische belasting en met minimale of gemakkelijke afwerking en nabehandeling is ook belangrijk vanwege het gebied waarin ze gebruikt worden en de daarmee gepaard gaande moeilijke toegankelijkheid. In sommige situaties kan het voordeliger zijn om hetzij de hele constructie, hetzij een deel ervan te vervangen, in plaats van uitgebreide reparatiewerkzaamheden uit te voeren. In dit geval moet er gezorgd worden voor een geschikte structurele ondersteuning van de constructie en spreiding van de belasting door het gebruik van geschikte kleefsystemen of middelen die voor een blijvende hechting zorgen.
Geen specifieke criteria
Systeem bestaat uit Sika hechtprimer en Sika betontechnologie Sika hechtprimer: SikaTop® Armatec-110 EpoCem® n Epoxy-gemodificeerd met groot prestatievermogen n Lange open tijd Sikadur®-32 n 2-Componenten op basis van epoxy n Hoge sterkte Sika betontechnologie: Sika® ViscoCrete® serie Sikament® serie
22 | 23
EN 1504-9 Principe 4: Structurele versterking (SS) Vergroten of herstellen van de structurele draagkracht Zodra er constructieve versterking nodig is, bijvoorbeeld vanwege een verandering in de bestemming van de constructie, of een toename in het lastdragende vermogen van de constructie, moet er een juiste analyse worden uitgevoerd door een gekwalificeerde bouwkundig ingenieur. Er zijn verschillende methoden beschikbaar voor het bereiken van de noodzakelijke versterking, waaronder het toevoegen van uitwendige steun of ingebedde wapening, hetzij door aan de buitenkant platen te verlijmen, hetzij door dimensies van de constructies te vergroten. De keuze van de meest geschikte methode is afhankelijk van de verschillende projectgerelateerde parameters zoals het type van structuur, de kosten, omgeving en omstandigheden van de bouwplaats, alsmede toegankelijkheid en onderhoudsmogelijkheden etc. Sika heeft baanbrekend werk verricht bij de ontwikkeling van veel nieuwe materialen en technieken op het gebied van structurele versterking. Vanaf ongeveer 1960 kwam hier de ontwikkeling van de verlijming van stalen lamellen en van structurele lijmen op epoxybasis bij. In de jaren negentig begon Sika deze technieken aan te passen door gebruik te maken van moderne composietmaterialen, in het bijzonder profielgetrokken lamellen van koolstofvezel; Sika® CarboDur®.
Methoden Methode 4.1 Toevoegen of vervangen van ingebedde of uitwendige wapeningsstaven Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Methode 4.2 Toevoegen van wapening, verankerd in voorgevormde of geboorde gaten Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-6
Method 4.3 Verlijmen van plaatwapening Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-4
Sindsdien heeft Sika deze technologie verder ontwikkeld door multidirectionele weefsels te gebruiken: SikaWrap® op basis van diverse verschillende soorten polymeer (koolstof, glas enz.).
Methode 4.4 Mortel of beton toevoegen Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-3 en EN 1504-4
* Deze tabel wordt vervolgd op pagina’s 26 en 27
Afbeeldingen
Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
De keuze voor de juiste maat en configuratie van een dergelijke versterking alsmede de plaatsen waar de versterking bevestigd moet worden, moet altijd gemaakt worden door de bouwkundig ingenieur.
Geen specifieke criteria
Voor ingebedde staven: Sikadur®-30 n Structurele lijm n Hoge mechanische sterkte n Uitstekende hechting
De punten voor verankering in het beton moeten worden ontworpen, geproduceerd en geïnstalleerd conform EN 1504 Deel 6 en de desbetreffende European Technical Approval Guideline (Europese Technische Goedkeurings Richtlijn) (ETAG-001). De reinheid van de oppervlakken van de sleuven of de verankeringsgaten die in het beton zijn gemaakt, moet overeenkomstig zijn met EN 1504 Deel 10 paragrafen 7.2.2 en 7.2.3.
Uittrekweerstand: Verschuiving ≤ 0,6 mm bij belasting van 75 kN
Sika® AnchorFix-1 n Sneluithardende verankeringslijm op basis van methacrylaat n Kan bij lage temperaturen worden gebruikt (-10°C)
Kruip onder trekbelasting: Verschuiving ≤ 0,6 mm na onafgebroken belasting van 50 kN gedurende 3 maanden Chloride-ion gehalte: ≤ 0,05%
Sika® AnchorFix-2 n ETA goedgekeurd voor structurele toepassingen n Snelle en veilige verlijming van extra stalen wapeningsstaven in betonnen constructies Sika® AnchorFix-3+ n Epoxylijm met groot prestatievermogen n Krimpvrije uitharding
Structurele versterking door het uitwendig verlijmen van lamellen wordt uigevoerd in overeenstemming met de desbetreffende nationale bouwwetgeving en EN 1504-4. De blootliggende oppervlakken van het beton waarop de uitwendig verlijmde wapening wordt aangebracht, dienen grondig te worden gereinigd en voorbehandeld. Al het zwakke, beschadigde of aangetaste beton moet worden verwijderd en gerepareerd om te voldoen aan EN 1504 Deel 10 paragraaf 7.2.4 en paragraaf 8. Dit moet uitgevoerd worden voordat begonnen wordt aan de algemene oppervlaktevoorbehandeling en plaatverlijming.
De methoden en systemen zijn goed gedocumenteerd in Principe 3 Betonrenovatie. Om het noodzakelijke resultaat te garanderen, moeten deze producten ook voldoen aan de eisen van EN 1504-3, Klasse 3 of 4.
Afschuifsterkte: ≥ 12 N/mm² E-Modulus bij compressie: ≥ 2000 N/mm² Thermische uitzettingscoëfficiënt: ≤ 100 ×10-6 per K
Sikadur®-30 n Op epoxy gebaseerde lijm voor gebruik met het koolstofvezelversterkte Sika® CarboDur® systeem als ook voor de traditionele versterking met stalen platen
Sikadur®-330 n Op epoxy gebaseerde lijm voor gebruik met SikaWrap® systemen
Systeem bestaat uit Sika hechtprimer en Sika betontechnologie Mortel/beton: Klasse R4
Reparatiematerialen: Sika® MonoTop®-412 N, SikaGrout®-212/-212 F en -316
Klasse R3
Sika® MonoTop®-352 N, Sika® MonoTop®-723 N
Lijmen: Afschuifsterkte ≥ 6 N/ mm²
Hechtprimers: Sikadur®-32 SikaTop® Armatec-110 EpoCem®
24 | 25
EN 1504-9 Principe 4: Structurele versterking (SS) Vergroten of herstellen van de draagkracht (vervolg) Door injecteren en afdichten van scheuren wordt in het algemeen de constructie niet structureel versterkt. Bij reparatiewerk of optreden van tijdelijke overbelasting kan de injectie van materialen op basis van een laagviskeus epoxyhars echter de constructie herstellen in zijn oorspronkelijke structurele toestand. Door de introductie van voorgespannen composietwapening is deze technologie naar een ander niveau getild. Deze technologie gebruikt ultra sterkte, lichtgewicht koolstofvezelversterkte lamellen; bovendien is de drogingstijd gereduceerd en zijn de gebruiksomstandigheden uitgebreid door middel van innovatieve elektrische verhitting van de lijm. Deze innovaties getuigen er wederom van dat Sika duidelijk de wereldwijde leider is op dit gebied.
Methoden Methode 4.5 Injecteren van scheuren, holten of spleten Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-5
Methode 4.6 Opvullen van scheuren, holten of spleten Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-5
Methode 4.7 Voorspannen - (naspannen) Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Afbeeldingen
Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
De scheuren moeten worden gereinigd en voorbehandeld conform de richtlijnen van EN 1504 Deel 10 paragraaf 7.2.2. Daarna kan het meest geschikte Sika systeem voor opnieuw afdichten en lijmen worden geselecteerd teneinde de constructieve integriteit van het beton volledig te herstellen.
Classificatie van injectiemateriaal: F: krachtoverdracht / gewichtsverdeling
Sikadur®-52 Injection n 2-Componenten epoxyhars n Lage viscositeit
Wanneer inerte scheuren, holten of spleten breed genoeg zijn, kunnen ze opgevuld worden door zwaartekracht (ingieten) of door gebruik van epoxy-reparatiemortel.
Classificatie van injectiemateriaal: F: krachtoverdracht / gewichtsverdeling
Sika® Injection-451 n Hoge sterkte constructieve epoxyhars n Zeer lage viscositeit
Sikadur®-52 Injection n 2-Componenten epoxyhars n Lage viscositeit Sika® Injection-451 n Hoge sterkte constructieve epoxyhars n Zeer lage viscositeit Sikadur®-31 CF n 2-Componenten epoxylijm n Hoge sterkte n Thixotroop: zakt niet uit in verticale toepassingen of boven het hoofd
Voorspannen: bij deze methode worden krachten uitgeoefend om de constructie dusdanig te vervormen dat die de uitgeoefende belasting effectiever kan weerstaan of met minder totale doorbuiging. (Opmerking: naspannen is een methode van voorspannen van een op de bouwplaats gegoten betonnen constructie, nadat het beton is uitgehard.)
Geen specifieke criteria
Koolstofvezel voorspansystemen: Sika® CarboStress® systeem Traditioneel voorspansysteem met verlijmen: SikaGrout®-300 PT
26 | 27
EN 1504-9 Principe 5: Fysische bestendigheid (PR) Vergroten van de bestendigheid van beton tegen fysische Betonnen constructies worden beschadigd door verschillende soorten fysische of mechanische uitvloeden:
Methode 5.1 Coating
n T oegenomen mechanische belasting
Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-2
Methoden
n S lijtage door gebruik zoals bij een vloer (bijvoorbeeld in een magazijn) nH ydraulische slijtage door water en door water vervoerde vaste stoffen (bijvoorbeeld op een dam of in afwaterings /rioleringskanalen) n A fbrokkelen van het oppervlak ten gevolge van de effecten van vries- en dooicycli (bijvoorbeeld op een brug) Sika levert alle juiste producten voor de reparatie van al deze verschillende soorten mechanische en fysische schade aan alle verschillende soorten betonconstructies en onder alle verschillende milieu- en klimaatomstandigheden. Methode 5.2 Impregnering Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-2
Methode 5.3 Mortel- of beton toevoegen Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-3
Afbeeldingen
en/of mechanische aantasting Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Alleen reactieve coatings zijn in staat om voldoende extra bescherming aan het beton te bieden zodat de bestendigheid ervan tegen fysische of mechanische aantasting verbeterd wordt.
Slijtage (Taber-Test): massaverlies < 3000 mg
Klasse II: Sikafloor®-263 SL en -264 n Goede chemische en mechanische bestendigheid n Uitstekende slijtbestendigheid
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h Stootvastheid: Klasse I tot Klasse III Hechtsterkte: Elastisch: ≥ 0,8 N/mm² of ≥ 1,5 N/mm² (loopbelasting) Star: ≥ 1,0 N/mm² of ≥ 2,0 N/mm² (loopbelasting)
Een impregnering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde de porositeit van oppervlak te verminderen en het oppervlak te versterken. De poriën en capillairen worden dan gedeeltelijk of volledig gevuld. Dit type behandeling resulteert meestal ook in een niet-gesloten dunne laag van 10 tot 100 micron dikte op het oppervlak. Bepaalde impregneringen kunnen reageren met sommige ingrediënten van het beton wat resulteert in een hogere bestendigheid tegen slijtage en mechanische aantasting.
Slijtage (Taber-Test): 30% verbetering in vergelijking met een niet-geïmpregneerd monster
Klasse I: Sikafloor®-2530 W n 2-Componenten, watergedragen epoxyhars n Goede mechanische en chemische bestendigheid Sikafloor®-390 n Hoge chemische bestendigheid n Begrensd scheuroverbruggend gedrag
Sikafloor® stofbinder en oppervlakteverharder n Goede indringing
Indringingsdiepte: > 5 mm Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h Stootvastheid: Klasse I tot Klasse III
De te gebruiken Methoden en geschikte systemen hiervoor worden gedefinieerd in Principe 3 betonrenovatie en de producten moeten voldoen aan de eisen van EN 1504-3, Klasse R4 of R3. In sommige specifieke gevallen kunnen producten ook moeten voldoen aan extra eisen zoals bestendigheid tegen hydraulische slijtage. De ingenieur moet daarom deze extra eisen nauwkeurig bepalen voor elke specifieke constructie.
Mortel/beton: Klasse R4 Klasse R3
Klasse R4: Sika® MonoTop®-412 N n Extreem weinig krimp n 1-Component reparatiemortel n Handmatig of met ‘nat’ spuitproces aan te brengen Sikafloor®-82 EpoCem® n Epoxy-gemodificeerde cementmortel n Hoge bestendigheid tegen vorst en dooizout n Tijdelijk vochtscherm SikaGrout®-212/-212 F en -316 n Verankering- en gietmortels
28 | 29
EN 1504-9 Principe 6: Chemische bestendigheid (RC) Vergroten van de bestendigheid van beton tegen chemische De eisen voor de chemische bestendigheid Methoden van een betonnen constructie en zijn oppervlakken zijn afhankelijk van veel parame- Methode 6.1 Coating ters, waaronder het type en de concentratie van de chemicaliën, de temperaturen en de Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-2 waarschijnlijke duur van de blootstelling enz. Een juiste beoordeling van de risico’s is een absolute vereiste voor de bepaling van de juiste beschermingsstrategie voor welke specifieke constructie dan ook. Sika heeft verschillende typen beschermende coatings voor de realisatie van volledige of korte termijnbestendigheid tegen chemicaliën, passend bij hun type en mate van blootstelling. Sika levert daartoe een volledig gamma beschermende coatings voor de bescherming van beton in alle verschillende chemische omgevingen. Deze zijn gebaseerd op verschillende Methode 6.2 Impregnering typen harsen en materialen waaronder acryl, epoxy, polyurethaan, silicaat, epoxycement- Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-2 combinaties, polymeergemodificeerd cement mortels enz.
Methode 6.3 Mortel of beton toevoegen Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-3
Afbeeldingen
)
aantasting Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Alleen hoogkwalitatieve reactieve coatings zijn in staat om voldoende bescherming aan het beton te bieden en de bestendigheid tegen chemische aantasting te verbeteren.
Bestand tegen sterke chemische aantasting: Klasse I tot Klasse III
Klasse I: Sika® Permacor®-3326 EG-H n 2-Componenten epoxyhars met goede chemische en mechanische bestendigheid n Oppervlak met hoge vernettingsgraad
Hechtsterkte: Elastisch: ≥ 0,8 N/mm² of ≥ 1,5 N/mm² (loopbelasting) Star: ≥ 1,0 N/mm² of ≥ 2,0 N/mm² (loopbelasting)
Sikafloor®-390 n Hoge chemische bestendigheid n Begrensd scheuroverbruggend gedrag Sikafloor®-263 SL en -264 n Goede chemische en mechanische bestendigheid n Uitstekende slijtbestendigheid n Oplosmiddelvrij
Een impregnering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde de porositeit van het oppervlak te verminderen en het oppervlak te versterken. De poriën en capillairen worden dan gedeeltelijk of volledig gevuld. Dit type behandeling resulteert meestal ook in een niet-gesloten dunne laag van 10 tot 100 micron dikte op het oppervlak. Deze dient om het poriënsysteem af te dichten tegen indringing van agressieve stoffen.
Bestand tegen chemische aantasting na 30 dagen blootstelling
Sikafloor® stofbinder en oppervlakteverharder n Goede indringing
De vereiste Methoden en systemen worden gedefinieerd in Principe 3, Betonrenovatie. Om een bepaald niveau van chemische aantasting te kunnen weerstaan, moeten cement gebaseerde producten worden geformuleerd met speciale cementsoorten en/of gecombineerd met epoxyharsen. De constructeur dient deze specifieke eisen voor iedere constructie te definiëren.
Geen specifieke criteria
Sikagard®-720 EpoCem®/ Sikafloor®-81/-82 EpoCem® n Epoxy-gemodificeerde cementmortels n Goede chemische bestendigheid n Zeer dicht en tijdelijk vochtscherm
30 | 31
EN 1504-9 Principe 7: Behoud of herstel van passivit Behandelen of vervangen van beton rond de wapening Methoden Corrosie van het wapeningsstaal in een betonnen constructie treedt alleen op wanneer verschillende omstandigheden samenkomen: verlies van passiviteit, de aanwezigheid van zuurstof en de aanwezigheid van voldoende vocht in het omringende beton. Als één van deze omstandigheden ontbreekt, kan corrosie niet optreden. Onder normale omstandigheden wordt het wapeningsstaal beschermd door de alkaliteit van het omringend beton. Deze alkaliteit vormt op het stalen oppervlak een passief oxidelaagje dat het staal beschermt tegen corrosie. Dit passieve laagje kan echter worden beschadigd ten gevolge van de vermindering van de alkaliteit door carbonatatie wanneer het carbonatatiefront het wapeningsstaal heeft bereikt. Een verstoring kan ook optreden ten gevolge van aantasting door chloriden. In deze beide gevallen gaat de beschermende passiviteit verloren. Er bestaan verschillende methoden om de passiviteit van de wapening te herstellen (of te behouden).
Methode 7.1 Vergroting van de dekking met behulp van extra mortel of beton. Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-3
Methode 7.2 Vervanging van verontreinigd of gecarbonateerd beton. Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-3
Methode 7.3 Elektrochemische realkalisatie van gecarbonateerd beton. Bijbehorend deel van de normreeks: geen
De selectie van de geschikte methode zal afhangen van verschillende parameters zoals: de oorzaken van het passiviteitsverlies (bijvoorbeeld ten gevolge van carbonatatie of aantasting door chloriden), de omvang van de schade, de specifieke omstandigheden van de locatie, de reparatie- en beschermingsstrategie, onderhoudsmogelijkheden, kosten etc.
Methode 7.4 Realkalisatie van gecarbonateerd beton door diffusie. Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Methode 7.5 Elektrochemische chloridenextractie. Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Afbeeldingen
eit (RP) Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Als de wapening niet voldoende betondekking heeft, dan zal door toevoeging van cementgebonden mortel of beton de chemische aantasting (bijvoorbeeld door carbonatatie of chloriden) van de wapening worden verminderd.
Bestendigheid tegen carbonatatie: Klasse R4 of R3
Klasse R4: Sika® MonoTop®-412 N Sikafloor®-82 EpoCem®
Druksterkte: Klasse R4 of R3 Lijmhechting: Klasse R4 of R3
Klasse R3: Sika® MonoTop®-352 N
Bestendigheid tegen carbonatatie: Klasse R4 of R3
Klasse R4: Sika® MonoTop®-412 N
Druksterkte: Klasse R4 of R3
Klasse R3: Sika® MonoTop®-352 N
Lijmhechting: Klasse R4 of R3
Sika betontechnologie voor betonvervanging van hoge kwaliteit: Sika® ViscoCrete®
Realkalisatie van betonnen constructies door elektrochemische behandeling is een proces dat uitgevoerd wordt door een elektrische stroom aan te brengen tussen de ingebedde wapening en een extern gelegen systeem dat bestaat uit een anode geleidingsnet dat is ingebed in een tijdelijk op het betonnen oppervlak geplaatst ektrolytisch reservoir. Deze behandeling voorkomt geen toekomstige indringing van koostofdioxide. Voor de effectiviteit op lange termijn moet de behandeling daarom worden gecombineerd met geschikte beschermende coatings ter voorkoming van toekomstige carbonatatie en indringing van chloriden.
Geen specifieke criteria
Nabehandeling: Sikagard®-720 EpoCem®
Er is beperkte ervaring opgedaan met deze methode. De methode vereist het aanbrengen van een zeer alkalische bescherming op een gecarbonateerd betonnen oppervlak. De realkalisatie wordt bereikt door de langzame diffusie van de alkaliën door de gecarbonateerde zone heen. Dit proces duurt zeer lang en de juiste verdeling van het materiaal is zeer moeilijk te beheersen. Het is raadzaam om na behandeling altijd verdere carbonatatie te voorkomen door een geschikte beschermende coating aan te brengen.
Geen specifieke criteria
Het elektrochemische chloridenextractieproces lijkt in wezen zeer op kathodische bescherming. Het proces houdt in dat er een elektrische stroom wordt aangebracht tussen de ingebedde wapening en een anode geleidingsnet dat aan de buitenkant van de betonnen constructie is geplaatst. Daardoor worden de chloriden uitgedreven naar het oppervlak. Zodra de behandeling is voltooid, moet de betonnen constructie worden beschermd met een geschikte behandeling ter voorkoming van verdere indringing van chloriden (nabehandeling).
Geen specifieke criteria
Door het beschadigde beton te verwijderen en de betonnen deklaag over de wapening opnieuw aan te brengen, is het staal weer beschermd door de alkaliteit van zijn omgeving.
Nabehandeling: Sikagard® Elastic-Decadex®-550 Sikagard® Monolastex® Sikagard®-680 S Betoncolor
Nabehandeling: Sikagard®-720 EpoCem® Nabehandeling: Sikagard® Elastic-Decadex®-550 Sikagard® Monolastex® Sikagard®-680 S Betoncolor
Nabehandeling: Indringende waterafstotende impregnering met Sikagard®-706 Thixo plus beschermende coating Sikagard® Elastic-Decadex®-550 Sikagard® Monolastex® Sikagard®-680 S Betoncolor
32 | 33
EN 1504-9 Principe 8: Vergroten van het weerstands Vergroten van elektrische weerstand van het beton ter ver m Methoden Principe 8 behandelt het vergroten van de weerstand van het beton, wat direct verband houdt met het beschikbare vochtgehalte in de betonporiën. Hoe groter de weerstand, des te kleiner is de hoeveelheid vrij beschikbaar vocht in de poriën.
Methode 8.1 Hydrofobering Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-2
Dit betekent dat gewapend beton met een hoge weerstand een laag risico op corrosie heeft. Principe 8 behandelt de vergroting van de weerstand van beton en gebruikt daarvoor bijna dezelfde Methoden voor reparatie als Principe 2 (MC) Vochtbeheersing.
Methode 8.2 Impregnering Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-2
Methode 8.3 Coating Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-2
Afbeeldingen
vermogen (IR) mindering van risico op corrosie Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Een hydrofobering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde een waterwerend oppervlak te creëren. De poriën en het capillaire netwerk worden niet opgevuld, maar slechts bekleed met het waterafstotende materiaal. De oppervlaktespanning van vloeibaar water wordt hierdoor verminderd, terwijl de doorgang door de poriën belemmerd wordt, maar tegelijkertijd waterdampdiffusie in beide richtingen mogelijk blijft, wat in overeenstemming is met de standard good practice in bouwfysica.
Indringing: Klasse I: < 10 mm Klasse II: ≥ 10 mm
Sikagard®-700 serie n Op basis van silaan n Dringen diep door en verschaffen een waterwerend oppervlak
Een impregnering wordt gedefinieerd als de behandeling van beton teneinde de porositeit van het oppervlak te verminderen en het oppervlak te versterken. De poriën en capillairen worden dan gedeeltelijk of volledig gevuld. Dit type behandeling resulteert meestal ook in een niet-gesloten dunne laag van 10 tot 100 micron dikte op het oppervlak. Deze dient om het poriënsysteem af te dichten tegen indringing van agressieve stoffen.
Indringingsdiepte: ≥ 5 mm
Oppervlaktecoatings zijn materialen die bestemd zijn voor de verbetering van het betonoppervlak, voor de vergroting van de prestatie of bestendigheid tegen bepaalde invloeden van buitenaf. Fijne oppervlaktescheurtjes met een totale beweging tot 0,3 mm kunnen veilig worden gerepareerd, daarna afgedicht. Vervolgens kan hun beweging worden opgevangen door elastische, scheuroverbruggende coatings te gebruiken die ook waterdicht en carbonatatiebestendig zijn. Dit zal de thermische en dynamische beweging accommoderen in constructies die onderhevig zijn aan zware temperatuurschommelingen, trilling of die gebouwd zijn met te geringe of ondeugdelijke verbindingsdelen.
Droogsnelheid coëfficiënt: Klasse I: > 30% Klasse II: > 10%
Sikagard®-705 L Sikagard®-706 Thixo Sikagard®-700 S
(Klasse II) (Klasse II) (Klasse I)
Waterabsorptie en bestendigheid tegen alkali: Absorptiecoëfficiënt: < 7,5% Alkali-oplossing: < 10% Sika stofbinder en oppervlakteverharder n Goede indringing
Capillaire absorptie: W < 0,1 kg/m² × √h
Capillaire absorptie: w < 0,1 kg/m² × √h Waterdamp permeabiliteit: Klasse I: Sd < 5 m Klasse II: 5 m ≤ Sd < 50 m Klasse III: Sd > 50 m Hechtsterkte: Elastisch: ≥ 0,8 N/mm² of ≥ 1,5 N/mm² (loopbelasting) Star:
≥ 1,0 N/mm² of ≥ 2,0 N/mm² (loopbelasting)
Starre systemen: Sikagard®-680 S Betoncolor n 1-Component methacrylhars n Bescherming tegen agressieve atmosferische invloeden Sikagard® Wallcoat n 2-Componenten epoxyhars n Waterdichting Elastische systemen: Sikagard® Elastic-Decadex®-550 n Acrylhars n Waterdichtend en elastisch (scheuroverbruggend) Sikagard® Monolastex® n Acrylhars n Zeer scheuroverbruggend
34 | 35
EN 1504-9 Principe 9: Beheersing van kathodische ge Voorkomen van corrosie van het betonstaal Methoden Principe 9 berust op het beperken van de indringing van zuurstof naar alle mogelijke kathodische gebieden tot het punt waarop corrosie wordt voorkomen. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van coatings op het betonstaal om contact met zuurstof te vermijden.
Afbeeldingen
Methode 9.1 Beperking van het zuurstofgehalte (bij de kathode) door verzadiging van het oppervlak, door coaten van het oppervlak of door een filmvormende laag inhibitoren op het staal Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Een ander voorbeeld is het aanbrengen van een corrosie-inhibitor die de toegang van zuurstof tot het staaloppervlak zal blokkeren. Dit kan doeltreffend zijn wanneer de inhibitor in voldoende hoeveelheden migreert en een laagje vormt dat het zuurstof tegenhoudt.
EN 1504-9 Principe 10: kathodische bescherming (CP) Corrosiepreventie bij wapeningsijzer Principe 10 verwijst naar kathodische beschermingssystemen. Dit zijn elektrochemische systemen die het corrosiepotentiaal terugbrengen tot een niveau waarop de oplossingssnelheid van het wapeningsstaal duidelijk is verminderd. Dit kan worden bereikt door het creëren van een directe elektrische stroomloop van het omringende beton naar het wapeningsstaal teneinde de anodische delen van de corrosiereactie te elimineren. Deze stroom wordt geleverd door een externe bron (geïnduceerde kathodische bescherming), of door het creëren van een galvanische stroom door het staal te verbinden met een minder edel metaal (galvanische anodes zoals zink).
Methoden Methode 10.1 Aanbrengen van een elektrische potentiaal. Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Afbeeldingen
ebieden (CC) Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Omstandigheden creëren waarin geen enkel mogelijk kathodisch gebied van de wapening in staat is om een anodische reactie op te wekken. Alhoewel niet vermeld in de normreeks als Methode 9.1; vormen inhibitoren (toegevoegd aan het beton als hulpstoffen of als aan het oppervlak aangebrachte impregnering op het uitgeharde oppervlak) een continue laag op het wapeningsoppervlak die een scherm vormt tegen zuurstof.
Sika's aanbeveling: > 100 ppm (delen per miljoen) corrosie-inhibitor ter hoogte van de wapeningsstaven in geval van aanwezigheid van chlorides
Corrosie-inhibitoren: Sika® FerroGard®-901 (toeslagstof) Sika® FerroGard®-903+ (aan de oppervlakte toegepast)
Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Bij geïnduceerde kathodische bescherming wordt de stroom geleverd door een externe elektrische bron en gedistribueerd in de elektrolyt via hulpanodes (bijvoorbeeld een wapeningsnet dat bovenop is geplaatst en is verbonden met het wapeningsstaal). Deze hulpanodes zijn over het algemeen ingebed in een mortel om ze te beschermen tegen afbraak. Voor een efficiënte werking moet de omringde mortel een zodanige lage elektrische weerstand bezitten zodat voldoende stroom wordt overgedragen.
Elektrische weerstand van de mortel: volgens lokale eisen
Mortels voor ingebed kathodisch beschermingsmengsel:
n Inhibitoren op basis van amino-alcohol n Lange termijnbescherming en duurzaamheid n Economische verlenging van de levensduur van gewapende betonnen constructies
Sika® MonoTop®-412 N n E xtreem weinig krimp n V oldoende lage weerstand nH andmatig of met ‘nat’ spuitproces aan te brengen Nivellerende mortel: Sikafloor® Level-30 n Zelfnivellerend n Voldoende lage weerstand
36 | 37
EN 1504-9 Principe 11: Beheersing van anodische ge Voorkomen van corrosie van het betonstaal Bij overwegingen over de beheersing van anodische gebieden om corrosie te voorkomen met Principe 11, is het belangrijk te begrijpen dat vooral in zwaar met chloriden verontreinigde constructies, afstoting van het beton ten gevolge van wapeningscorrosie het eerste optreedt in gebieden met beperkte betondekking. Bovendien is het van belang om gerepareerde gebieden te beschermen tegen toekomstige indringing van agressieve middelen (carbonatatie, chloriden).
Methoden Methode 11.1 Actieve coating aanbrengen op de wapening. Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-7
Een beschermende cementslurry kan rechtstreeks aangebracht worden op de wapening na de juiste reiniging, ter voorkoming van verdere oplossing van het staal bij de anodische gebieden. Aanvullend kan als bescherming tegen de vorming van beginnende corrosie in de gebieden rondom de gerepareerde delen, een corrosie-inhibitor worden aangebracht die door het beton migreert en zo de wapening bereikt, waar het een afsluiting vormt en zodoende de anodische zones beschermt.
Methode 11.2 Afsluitende coating aanbrengen op de wapening. Bijbehorend deel van de normreeks: EN 1504-7
Opmerking: inhibitoren met een dubbele functie zoals Sika® FerroGard® beschermen ook tegelijkertijd het kathodische gebied.
Methode 11.3 Gebruik van corrosie-inhibitoren in of op het beton. Bijbehorend deel van de normreeks: geen
Afbeeldingen
bieden (CA) Beschrijving
Belangrijkste criteria
Sika producten (voorbeelden)
Deze coatings bevatten actieve pigmenten die kunnen fungeren als een inhibitor of een passieve omgeving kunnen creëren dankzij hun alkaliteit. Alhoewel ze met zorg op de juiste manier moeten worden aangebracht, zijn ze minder gevoeling voor fouten bij het aanbrengen dan afsluitende coatings.
Voldoen aan EN 1504-7
Op basis van cement: Sika® MonoTop®-910 N n 1-Component corrosiebescherming n Goede bestendigheid tegen water en chloridenindringing Op basis van epoxy-gemodificeerd cement: SikaTop® Armatec®-110 EpoCem® n Hoge dichtheid, geschikt voor een veeleisende omgeving n Uitstekende hechting op staal en beton
Deze coatings werken door de wapening volledig te isoleren van zuurstof of water. Ze vereisen daarom oppervlaktevoorbereiding en toepassingsbeheersing op een veel hoger niveau. Ze kunnen namelijk alleen goed functioneren als het ijzer compleet vrij is van corrosie en volledig gecoat is zonder fouten. Bij uitvoeringswerkzaamheden op locatie kan het moeilijk zijn dit te realiseren. Een mogelijke vermindering van de effectiviteit van de hechting van het reparatiemateriaal op de behandelde wapening moet ook worden overwogen.
Wanneer corrosie-inhibitoren worden aangebracht op het betonnen oppervlak, dringen ze in het beton tot aan de wapening door diffusie, en vormen ze een beschermende laag op de wapeningsstaven. Deze corrosie-inhibitoren kunnen ook worden toegevoegd als hulpstoffen aan de reparatiemortels of beton dat wordt gebruikt voor de herstelwerkzaamheden aan het beton.
Voldoen aan EN 1504-7
Corrosie-inhibitoren: Sikadur®-32 n Lage vochtgevoeligheid n Zeer hoge dichtheid, geen chloridenindringing
Sika's aanbeveling: > 100 ppm (delen per miljoen) corrosie-inhibitor ter hoogte van de wapeningsstaven in geval van aanwezigheid van chloriden
Corrosie-inhibitoren: Sika® FerroGard®-901 (toeslagstof) Sika® FerroGard®-903+ (aan de oppervlakte toegepast) n Inhibitoren op basis van amino-alcohol n Lange termijnbescherming en duurzaamheid n Economische verlenging van de levensduur van gewapende betonnen constructies
38 | 39
Samenvattend stroomdiagram en fasering van de jui Conform de Europese normreeks EN 1504 De fasen van reparatie- en beschermingsprojecten conform EN 1504 Deel 9 Informatie over de constructie
Geschiedenis van de constructie Bestudering van de documentatie Inspectie van de toestand
EN 1504-9, Clausule 4, Bijlage A
Beoordelingsproces
Managementstrategie
Diagnose van de gebreken Analyseresultaten Vaststellen van de basisoorzaken Structurele beoordeling
EN 1504-9, Clausule 4, Bijlage A
Reparatie-opties Principes kiezen Methoden kiezen Gezondheids- en veiligheidskwesties
EN 1504-9, Clausules 5 en 6, Bijlage A
Corresponderende pagina’s in deze brochure Meer details op pagina 4
Meer details op pagina 6 | 7
Meer details op pagina 42 – 45
Stroomdiagram van de EN 1504-9 procedure voor reparatie en bescherming I N S P E C T I E
Zichtbare scheuren en roestvlekken
Nee
Ja
Inspectie van de toestand
Voer analyse ’basisoorzaken’ uit
Structurele beoordeling
Betonreparatie noodzakelijk?
Ja
Ja
Nee Verborgen schade aanwezig?
Nee Regelmatige monitoring uitvoeren
Definieer de verdere levenscyclus
Acties nodig?
Nee
Controleer de noodzaak van bescherming van staal of beton
Ja
ste procedure voor reparatie en bescherming van beton
Ontwerp van de reparatiewerkzaamheden
Vaststellen van de vereiste prestaties Voorbereiding van de ondergrond Producten Toepassing Specificaties Tekeningen
Reparatiewerkzaamheden
Uiteindelijke productkeuze Apparatuur kiezen Gezondheids- en veiligheidsbeoordeling QA/QC definiëren (kwaliteitsbeoordeling/kwaliteitsbeheersing)
Aanvaarding van de reparatiewerkzaamheden
Aanvaarding van de testen Aanvaarding van het eindresultaat Einddocumentatie Onderhoudsstrategie
EN 1504 Delen 2-7 en EN 1504-9, Clausules 6, 7 en 9
EN 1504-9, Clausule 9 en 10 en EN 1504-10
EN 1504-9, Clausule 8 en EN 1504-10
Meer details op pagina 12 – 39
Meer details op pagina 46 – 47
Meer details op pagina 5
van beton met de Sika systemen Structurele betonreparatie
Ja
Nee
Specificeer hechtbrug (indien vereist) en reparatiemortel (Klasse R3 or R4)
Gebruik constructieve reparatiemortel Sika® MonoTop® (Klasse R4) Sika® MonoTop® (Klasse R3)
Specificeer reparatiemortel (Klasse R2 or R1)
Gebruik structurele reparatiemortel n Sika® MonoTop® (Klasse R2) n Sika® MonoTop® (Klasse R1)
Onderhoudsmanagementstrategie opzetten?
Ja Zet een corrosiemonitoringsysteem op
Uitstraling verbeteren?
Nee
Ja
Scheuroverbruggend vermogen nodig?
Nee
Nee
Eindinspectie
O V E R D R A C H T
Gebruik Sikagard® elastische coatings Sikalastic® membranen Sikafloor® elastische coatings Sikaflex® voegkitten Gebruik Sikagard® coatings Sikafloor® coatings SikaCor® staalcoatings Gebruik Sika® FerroGard® inhibitoren en/of Sikagard® waterafstotende impregneringen
40 | 41
Keuze van de te gebruiken methoden voor betonrepar In onderstaande tabel zijn de meest gangbare gebreken en beschadigingen aan betonnen constructies opgenomen. Deze lijst is bedoeld als indicatie en is niet volledig. De voorstellen voor reparatie dienen te worden aangepast in overeenstemming met de specifieke omstandigheden bij elk project. Afwijkingen van deze matrix zijn dus mogelijk en moeten afzonderlijk voor elke situatie worden vastgesteld. De nummers in de tabel verwijzen naar de desbetreffende Principes en Methoden zoals gedefinieerd in EN 1504-9.
Schade aan beton Gebreken/schade aan beton
Weinig schade
Gemiddelde schade
Zware schade
Betonscheuren
1.5 Scheuren opvullen
1.5 Scheuren opvullen 1.6 Scheuren omvormen tot voegen
4.5 Injecteren van scheuren, holten of spleten 4.6 Opvullen van scheuren, holten of spleten
Afbrokkelingen van beton ten gevolge van mechanische invloeden
3.1 Handmatig aangebrachte mortel
3.1 Handmatig aangebrachte mortel
3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel
3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel
3.3 Beton of mortel spuiten
3.3 Beton of mortel spuiten Constructieve schade door overbelasting of aardbeving
3.1 Handmatig aangebrachte mortel en 4.4 Mortel of beton toevoegen
3.1 Handmatig aangebrachte mortel en 4.1 Toevoegen of vervangen van ingebedde of uitwendige wapeningsstaven 3.1 Handmatig aangebrachte mortel en 4.2 Toevoegen van wapening, verankerd in voorgevormde of geboorde gaten
3.3 Beton of mortel spuiten en 4.3 Verlijmen van koolstofwapening 3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel en 4.7 Voorspannen (Naspannen) 3.4 Elementen vervangen
Versplintering door vries-dooicyclus
3.1 Handmatig aangebrachte mortel 5.1 Coating (op basis van cement)
5.1 Coating (op basis van cement) 5.3 Mortel of beton toevoegen
5.3 Mortel of beton toevoegen
Beschadiging door chemische aantasting
6.1 Coating (op basis van cement)
6.1 Coating (op basis van cement)
6.3 Mortel of beton toevoegen
6.3 Mortel of beton toevoegen
3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel 3.3 Beton of mortel spuiten
Weinig schade: plaatselijke schade, geen invloed op het draagvermogen Gemiddelde schade: plaatselijke tot uitgebreide schade, lichte invloed op het draagvermogen Zware schade: uitgebreide tot grootschalige schade, sterke invloed op het draagvermogen
atie
Schade ten gevolge van wapeningscorrosie Gebreken/schade aan beton
Weinig schade
Gemiddelde schade
Zware schade
Afbrokkelingen van beton ten gevolge van carbonatatie
3.1 Handmatig aangebrachte mortel
3.1 Handmatig aangebrachte mortel
3.2 O pnieuw aanstorten van beton of mortel en 4.1 T oevoegen of vervangen van ingebedde of uitwendige wapeningsstaven 3.3 B eton of mortel spuiten en 4.2 T oevoegen van wapening, verankerd in voorgevormde of geboorde gaten
3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel 3.3 Beton of mortel spuiten
7.2 V ervanging van verontreinigd of gecarbonateerd beton Wapeningscorrosie ten gevolge van chloriden
3.1 Handmatig aangebrachte mortel
3.1 H andmatig aangebrachte mortel 3.2 O pnieuw aanstorten van beton of mortel 3.3 Beton of mortel spuiten
3.4 Elementen vervangen 7.2 V ervanging van verontreinigd of gecarbonateerd beton en 4.1 T oevoegen of vervangen van ingebedde of uitwendige wapeningsstaven 7.2 V ervanging van verontreinigd of gecarbonateerd beton en 4.3 Verlijmen van koolstofwapening
Elektrische zwerfstromen
3.1 Handmatig aangebrachte mortel
3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel
3.2 Opnieuw aanstorten van beton of mortel
3.3 Beton of mortel spuiten
3.2 O pnieuw aanstorten van beton of mortel en 4.2 T oevoegen van wapening, verankerd in voorgevormde of geboorde gaten 3.3 B eton of mortel spuiten en 4.1 T oevoegen of vervangen van ingebedde of uitwendige wapeningsstaven
42 | 43
Keuze van de te gebruiken methoden voor bescherm De bescherming die vereist is voor betonnen constructies en ingebed wapeningsstaal hangt af van het type constructie, de omgevingsfactoren, het gebruik en de onderhoudsstrategie. De voorstellen voor bescherming moeten daarom worden aangepast aan de individuele bouwwerken, hun specifieke staat en hun specifieke eisen. Daarom zijn afwijkingen op deze richtlijnen mogelijk en moeten ze altijd worden vastgesteld bij elk afzonderlijk project. De nummers in de onderstaande tabel verwijzen naar de desbetreffende Principes en Methoden zoals gedefinieerd in EN 1504-9.
Betonbescherming Vereiste bescherming
Laag niveau
Gemiddeld niveau
Hoog niveau
Scheuren
1.1 Waterafstotende impregnering 1.3 Coating
1.1 W aterafstotende impregnering 1.3 Coating (elastisch)
1.1 W aterafstotende impregnering en 1.3 Coating (elastisch) 1.8 A anbrengen van membraanfolie of vloeibare membranen
Mechanische aantasting
5.2 Impregnering
5.1 Coating
5.3 Mortel of beton toevoegen
Vries- / dooicyclus
2.1 Waterafstotende impregnering
5.2 Impregnering
2.2 Impregnering
2.3 Coating
1.1 W aterafstotende impregnering en 5.1 Coating 5.3 Mortel of beton toevoegen
Alkali-aggregaat reacties (AAR)
2.1 Waterafstotende impregnering
2.1 Waterafstotende impregnering
2.3 Coating
2.3 Coating (elastisch)
2.1 W aterafstotende impregnering en 2.3 Coating (elastisch) 1.8 A anbrengen van membraanfolie of vloeibare membranen
Chemische aantasting
Laag niveau: Gemiddeld niveau: Hoog niveau:
6.2 Impregnering
6.3 Mortel of beton toevoegen
lichte gebreken aan het beton en/of korte-termijnbescherming gematigde gebreken aan beton en/of middellange-termijnbescherming uitgebreide gebreken aan het beton en/of lange-termijnbescherming
6.1 Coatings (reactief)
ing van beton en wapening
Bescherming van de wapening Vereiste bescherming
Laag niveau
Gemiddeld niveau
Hoog niveau
Carbonatatie
11.3 Toepassen van corrosieinhibitoren in of op het beton
1.3 Coating
11.3 Toepassen van corrosieinhibitoren in of op het beton en 1.3 C oating
Chloriden
1.1 Hydrofobering 1.2 Impregnering
7.3 Elektrochemische realkalisatie van gecarbonateerd beton 7.4 Realkalisatie van gecarbonateerd beton door diffusie
7.3 E lektrochemische realkalisatie van gecarbonateerd beton en 1.3 C oating
11.3 Toepassen van corrosieinhibitoren in of op het beton en 1.1 Hydrofobeermiddel
7.5 E lektrochemische chloridenextractie
11.3 Toepassen van corrosieinhibitoren in of op het beton en 1.3 Coating
7.5 E lektrochemische chloridenextractie
en 1.3 Coating
en 11.2 A fsluitende coating op de wapening 10.1 A anbrengen van een elektrische potentiaal
Elektrische zwerfstromen
Als onderbreken van de elektrische stroom niet mogelijk is:
Als onderbreken van de Als onderbreken van de elektrische stroom niet mogelijk elektrische stroom niet mogelijk is: is:
2.2 Impregnering
2.5 Elektrochemische behandeling en 2.3 Coating
10.1 Aanbrengen van een elektrische potentiaal
44 | 45
De onafhankelijke beoordeling en goedkeuringen van plus tests en testrapporten conform de eisen van EN Sika gebruikt specifieke interne en onafhankelijke test- en beoordelingscriteria om al haar producten en systemen voor de reparatie en bescherming van beton te evalueren. Deze criteria zijn volledig conform de eisen van de van toepassing zijnde delen en paragrafen van de Europese norm EN 1504 (Delen 2-7). De Sika test- en beoordelingscriteria van producten en systemen voor deze reparatie- en beschermingsmaterialen voor beton zijn:
Voor betonreparatie
Voor betonbescherming
Blootgestelde wapening beschermen Hechtsterkte op staal en beton Corrosiebescherming Doorlaatbaarheid voor water Doorlaatbaarheid voor waterdamp Doorlaatbaarheid voor kooldioxide Enz.
Vochtbeheersing met waterafsotende impregnering Indiringingsdiepte Waterabsorptie Alkali-weerstand Waterdampdoorlaatbaarheid Vries-/dooibestendigheid Enz.
Het profiel egaliseren en oppervlakteporiën opvullen Hechtsterkte Doorlaatbaarheid voor kooldioxide Doorlaatbaarheid en absorptie van water Enz.
Starre beschermende coatings Hechtsterkte Ruitjessnijproef Doorlaatbaarheid voor koolstofdioxide Doorlaatbaarheid voor waterdamp UV-bestendigheid Bestendigheid tegen alkalische ondergrond Vries-/dooibestendigheid Brandgedrag Enz.
Beschadigd beton vervangen Hechtsterkte Druk- en buigtreksterkte Doorlaatbaarheid voor water Elasticiteitsmodulus (stijfheid) Verhinderde krimp Thermische compatibiliteit Enz.
Elastische beschermende coatings Scheuroverbruggend vermogen - Statisch - Dynamisch - Bij lage temperaturen (-20°C) Hechtsterkte Ruitjessnijproef Doorlaatbaarheid voor koolstofdioxide Doorlaatbaarheid voor waterdamp UV-bestendigheid Bestendigheid tegen alkalische ondergrond Vries-/dooibestendigheid Brandgedrag Enz.
Sika producten en systemen, 1504 De prestatiecriteria
Kwaliteitsgarantie
Product- en systeemprestatie
Kwaliteitsbeheersing tijdens de productie
Er zijn functionele en prestatie-eisen waaraan de producten afzonderlijk moeten voldoen als de componenten van een systeem, maar ook eisen waaraan het als één geheel functionerende systeem moet voldoen.
Elk product of systeem dient te voldoen aan goed gedefinieerde normen voor kwaliteitsgarantie en kwaliteitsbeheersing tijdens de productie. In de Europese norm EN 1504 deel 2 tot 7 zijn de desbetreffende vereisten voor kwaliteitsbeheersing in de productielocatie opgenomen. In aanvulling op deze in Europa verplichte vereisten is Sika in al haar productiefaciliteiten over de hele wereld ISO 9001 erkend.
Praktische toepasbaarheidscriteria van de prestatie Naast hun prestatie ter plaatse op het bouwwerk is het ook van belang om de toepassingskenmerken en eigenschappen van de producten te definiëren en daarna te testen. Bij Sika garanderen wij dat deze in overeenstemming zijn met de richtlijnen van EN 1504 Deel 10, maar wij garanderen bovendien dat Sika producten allemaal op een practische manier kunnen worden toegepast op de bouwplaats en in alle verschillende klimatologische omstandigheden overal ter wereld. Bijvoorbeeld: Sika reparatiemortels moeten geschikt zijn voor gebruik bij reparaties in verschillende diktes, gebieden en omvang en moeten in zo weinig mogelijk lagen worden aangebracht. Ze moeten daarna snel weersbestendig worden. Sikagard® coatings moeten evenzeer beschikken over voldoende viscositeit en de juiste thixotrope eigenschappen bij verschillende temperaturen, ten einde de gewenste natte en droge laagdiktes te bereiken. Dit dient te worden bereikt in een minimum aantal lagen, bovendien moeten ze ook voldoende dekkend vermogen bezitten en snel weersbestendig worden.
Kwaliteitsbeheersing op de bouwplaats Belangrijke reparatiewerkzaamheden vereisen steeds vaker dat er een kwaliteitsgarantieplan is opgesteld. Dankzij haar kennis op het gebied van kwaliteitsmanagement kan Sika de aannemer helpen bij het uitwerken en voorbereiden van de desbetreffende procedures om te voldoen aan al deze vereisten. EN 1504-10 biedt een leidraad voor de kwaliteitsbeheersing die relevant is voor de uitvoering op de bouwplaats. Sika publiceert ook specificatiedetails voor hun producten en systemen in combinatie met werkbeschrijvingen voor de toepassing van het product op de bouwplaats. Er zijn procedures voor kwaliteitsbeheersing en checklists verkrijgbaar ter ondersteuning van de bouwopzichter en het overall management van betonreparatie- en beschermingsprojecten.
46 | 47
Aanvullende prestatieproeven en de uitgebreide onaf Beoordeling van Sika producten en systemen Betonreparatie Het “Baenziger Block” voor het testen van mortel Er zijn vele oorzaken van vroegtijdige gebreken in herstelingsmortel, maar het meest voorkomende is scheurvorming. Sika heeft dit probleem reeds een hele tijd herkend en ontwikkelde een praktische testprocedure om prestatielimieten te stimuleren en productkwaliteit te verbeteren.
Testen van producttoepassing onder dynamische belasting Toepassing voor het testen van de installatie en prestatie van reparatiemortels onder mobiele dynamische belasting
F/2
F
F/2
“Baenziger Block”, gevuld met scheurgevoelige mortel
Het ongevulde “Baenziger Block”
Sika’s geavanceerde test voor de productprestatie van reparatiemortel Het “Baenziger Block” voor het testen van betonreparatiemortels maakt directe vergelijkingen en prestatiemetingen mogelijk tussen producten, productiemethoden, productiefaciliteiten en gebruiksomstandigheden overal ter wereld. Deze innovatie van Sika zorgt voor: Directe vergelijking wereldwijd Zowel horizontale en verticale toepassing als boven het hoofd Realistische afmetingen zoals op locatie Aanvullende laboratoriumtests door het verrichten van kernboringen Beoordelen van krimp- en barstgedrag
Mortel met goed scheurgedrag
Het “Baenziger Block” is nu door het USA Department van het interne CREE Programma beoordeeld als de beste specificatie en configuratie voor het evalueren van de gevoeligheid van reparatiematerialen.
De echte test op echte constructies - Onafhankelijke evaluatie van voltooide projecten In 1997 is door vooraanstaande onafhankelijke adviseurs en testinstituten een groot internationaal onderzoek uitgevoerd bij voltooide reparatieprojecten door middel van inspectie, testen en nazicht. Dit betrof meer dan twintig grote gebouwen en civieltechnische bouwwerken in Noorwegen, Denemarken, Duitsland, Zwitserland en het Verenigd Koninkrijk die waren gerepareerd en beschermd met Sika®-systemen tussen 1977 en 1986. Deze werden aan een herinspectie onderworpen en de prestaties van de systemen werden na periodes van 10 tot 20 jaar beoordeeld door vooraanstaande adviseurs op dit gebied. De uitstekende toestand van de constructies en de conclusies van deze adviseurs in de rapporten over de materiaalprestaties vormen een duidelijke en onmiskenbare erkenning voor Sika’s producten voor de reparatie en bescherming van beton.
Zij bevestigen ook Sika’s pionierswerk in de vroege ontwikkeling van de moderne, systematische aanpak van de reparatie en bescherming van beton. Deze rapporten zijn gepubliceerd in het Sika referentiedocument “Quality and Durability in Concrete Repair and Protection”, dat op aanvraag wordt toegestuurd.
hankelijke duurzaamheid Betonbescherming Het testen van de prestatie van corrosie-inhibitoren Sika heeft aan het oppervlak toegepaste corrosie-inhibitoren in 1997 geïntroduceerd. Sindsdien zijn miljoenen vierkante meters gewapend beton overal ter wereld beschermd tegen corrosie. Sika® Ferro Gard®-903+ bestrijkt Principe 9 (Beheersing van kathodische gebieden) en Principe 11 (Beheersing van anodische gebieden). Vele studies hebben sinds deze introductie de doeltreffendheid van de corrosiebescherming die deze technologie met zich meebrengt, bevestigd. Er zijn vele internationale rapporten van toonaangevende instituten van over de hele wereld uitgekomen. Een daarvan is afkomstig van de Universiteit van Kaapstad in Zuid-Afrika. Hierin wordt de doeltreffendheid van Sika® FerroGard® -903+ in gecarbonateerde constructies gedemonstreerd. Het Engelse Building Research Establishment (BRE) heeft in een rapport de effectiviteit van Sika® FerroGard® -903+ laten zien in een toepassing als preventieve maatregel in een zwaar door chloriden verontreinigde omgeving. Deze toepassing
Versnelde verouderingstest
is zorgvuldig geëvalueerd tijdens een 2,5 jaar durend programma (BRE 224-346A). Daarnaast is er het Europese SAMARIS (Sustainable and Advanced Materials for Road InfraStructure) project dat in 2002 is gestart als onderdeel van een groot onderzoeksproject van de Europese Unie. Samaris was opgezet om de innovatieve technieken voor het onderhoud van constructies met gewapend beton te onderzoeken.
Extra testprocedure voor waterafstotende impregneringen Naast de Europese norm EN 1504-2, wordt de indringende prestatie van waterafstotende impregneringen in beton getest door de waterabsorptie in het diepteprofiel van beton te meten (bijvoorbeeld op betonboringen vanaf de bovenkant van het oppervlak tot op 10 mm diepte). Zodoende kan de maximale indringingsdiepte en de doeltreffendheid worden bepaald. Op die indringingsgrens wordt in het laboratorium met behulp van FT-IR analyse de exacte hoeveelheid van het actieve ingrediënt in het beton gemeten. Deze waarde geeft het minimale gehalte aan waterafstotende deeltjes aan en kan daarom ook worden gebruikt voor kwaliteitsbeheersing op de bouwplaats.
Al deze rapporten concludeerden dat wanneer voldaan wordt aan de juiste voorwaarden, Sika® FerroGard® -903+ een rendabele methode voor corrosievermindering is.
Sikagard® producten zijn getest op hun anti-carbonatatieprestaties en op hun waterdampdoorlaatbaarheid, zowel wanneer ze net zijn aangebracht als ook na 10.000 uur versnelde veroudering (equivalent
aan minimum 15 jaar atmosferische blootstelling). Alleen dit type laboratoriumtest kan een echt en compleet beeld van een product en haar prestatie op lange termijn geven. Sikagard® scheuroverbruggende coatingproducten en -systemen zijn getest om hun dynamische scheuroverbrugging te bevestigen bij lage temperaturen tot ‑20°C. Sikagard® coatings zullen daarom blijven presteren, lang nadat vele andere zogenaamde “beschermende” coatings gefaald hebben om doeltreffende bescherming te bieden.
48 | 49
Voorbeelden van typische betonschadegevallen en h
Commerciële gebouwen Gebreken:
Sika oplossingen:*
Afbrokkelend beton
Handmatig of met spuitapplicatie beton of reparatiemortel toevoegen Sika® MonoTop®-412 N Hulpstoffen voor beton met Viscocrete®
Blootgesteld staal
Bescherm de wapeningsstaven tegen corrosie Sika® MonoTop®-910 N
Ingebed staal
Bescherming van de wapening door het aanbrengen van corrosie-inhibitoren Sika® FerroGard®-903+
Scheuren
Betonbescherming
Voor niet-bewegende scheuren Sika® MonoTop®-723 N Voor fijne oppervlaktescheuren Sikagard® Elastic-Decadex®-550 en Sikagard® Monolastex® Coatings om het beton te beschermen Bijbehorend deel van de normreeks: geen Sikagard® Elastic-Decadex®-550 Sikagard® Monolastex® Sikagard® Acryl Deco
Bruggen Gebreken:
Sika oplossingen:*
Afbrokkelend beton
Handmatig of met spuitapplicatie beton of reparatiemortel toevoegen Sika® MonoTop®-412 N Hulpstoffen voor beton met Sika® ViscoCrete®
Blootgesteld staal
Bescherm de wapeningsstaven tegen corrosie SikaTop® Armatec®-110 EpoCem®, Sikadur®-32 voor een hoog-corrosieve omgeving
Ingebed staal
Bescherming van de wapening door het aanbrengen van corrosie-inhibitoren Sika® FerroGard®-903+
Scheuren
Voor niet-bewegende scheuren Sika® MonoTop®-723 N Voor fijne oppervlaktescheuren Sikagard® Elastic-Decadex®-550 en Sikagard® Monolastex® Scheuren, breder dan 0,3 mm Sikadur®-52 Injection
Betonbescherming
Betonbescherming Sikagard® Monolastex® Sikagard® Elastic-Decadex®-550 Sikagard®-705 L Sikagard®-706 Thixo
Voegen ikaflex® AT Connection S SikaHyflex®-250 Facade (wand) Sikaflex® PRO-3 (vloer) Voegen
* er zijn nog meer Sika oplossingen mogelijk; raadpleeg de specifieke documentatie of neem contact op met de technische dienst van Sika voor advies.
Sikadur® Combiflex SG systeem Sikaflex® PRO-3 Sikaflex® Tank N
un reparatie en bescherming met Sika systemen
Schoorstenen en koeltorens
Waterzuiveringsinstallaties
Gebreken:
Gebreken:
Sika oplossingen:*
Sika oplossingen:*
Afbrokkelend beton
Handmatig of met spuitapplicatie beton of reparatiemortel toevoegen Sika® MonoTop®-412 N Hulpstoffen voor beton met Sika® ViscoCrete®
Afbrokkelend beton
Handmatig of met spuitapplicatie beton of reparatiemortel toevoegen Sika® MonoTop®-412 N Hulpstoffen voor beton met Sika® ViscoCrete®
Blootgesteld staal
Bescherm de wapeningsstaven tegen corrosie SikaTop® Armatec®-110 EpoCem® voor hoog corrosieve omgevingen
Blootgesteld staal
Bescherm de wapeningsstaven tegen corrosie SikaTop® Armatec®-110 EpoCem®, Sikadur®-32 voor hoog corrosieve omgevingen
Ingebed staal
Bescherming van de wapening door het aanbrengen van corrosie-inhibitoren Sika® FerroGard®-903+
Scheuren
Scheuren
Voor niet-bewegende scheuren Sikagard®-720 EpoCem® Voor fijne oppervlaktescheuren Sikagard® Monolastex® Sikagard® Elastic-Decadex®-550 Scheuren, breder dan 0,3 mm Sika® Injection-451
Voor niet-bewegende scheuren Sikagard®-720 EpoCem® Voor fijne oppervlaktescheuren Sikafloor®-390 Scheuren, breder dan 0,3 mm Sika® Injection-201
Betonbescherming
Coatings om het beton te beschermen Sikagard®-720 EpoCem® Sika® Poxitar F Sika® Permacor®-3326 EG H Sika® Abraroc
Betonbescherming
Voegen
Coatings om het beton te beschermen Sikagard®-680 S Betoncolor Sikagard®-720 EpoCem® Sikagard® Monolastex® SikaCor® EG-5 (officiële vliegtuigwaarschuwingskleuren) Sikadur® Combiflex SG systeem SikaHyflex®-250 Facade
Afschuurweerstand Voegen
Sikadur® Combiflex SG systeem Sikaflex® TS Plus Sikaflex® PRO-3
50 |51
Sika - Uw lokale partner met een wereldwijde aanwezigheid Sika is wereldwijd actief in de bouw en industrie als leverancier op de markt van gespecialiseerde chemische toepassingen. Sika is toonaangevend op het gebied van procesmaterialen die gebruikt worden voor afdichten, lijmen, dempen, versterken en beschermen van lastdragende constructies in de bouw (gebouwen en aanleg van infrastructuur) en in de industrie (productie van voertuigen, bouwelementen en apparatuur).
Sika nv Pierre Dupontstraat 167 1140 Brussel België Tel. 02/726 16 85 Fax 02/726 28 09
[email protected] www.sika.be
Op Sika producten is de meest recente versie van onze algemene leverings- en verkoopsvoorwaarden van toepassing. Raadpleeg altijd eerst het meest recente technische informatieblad voordat u een product gaat gebruiken of verwerken. Aan deze uitgave mogen geen rechten worden ontkend.
Verantwoordelijke uitgever: Bernard Van Sever 04.2013
Sika’s productlijnen vallen op door de hoge kwaliteit van de betonhulpstoffen, gespecialiseerde mortels, kitten en lijmen, materialen voor dempen en versterken, systemen voor structurele versterking, industriële vloeren en membranen. Sika heeft wereldwijd meer dan 70 vestingen en circa 13.000 werknemers en is daarom op lokaal niveau goed in staat om bij te dragen aan het succes van haar klanten.