De opleiding is gebaseerd op kwalificatiedossier 2010

School:

School voor Gezondheidszorg

Locatie:

Etten-Leur

Opleidingsplan Opleiding

MBO-Verpleegkundige

Crebonummer

93510

Leerweg

BBL

Leerwegspecificatie

Versneld

Niveau

4

NIA

1108 1X93510 BS1.

Duur opleiding

2

Studiebelastingsuren

3200

2011

De opleiding is gebaseerd op kwalificatiedossier

Naam schooldirecteur: Cristel van der Wolf

Handtekening

Vastgesteld door het College van Bestuur ROC Tilburg Juni 2011

Handtekening

*

2010

BOL= BeroepsOpleidende Leerweg; BBL = BeroepsBegeleidende Leerweg. De omvang van de Beroepspraktijkvorming (BPV) bij een BOL-opleiding is meer dan 20% en minder dan 60%. De omvang van de BPV bij een BBL-opleiding is minimaal 60%.

0 !!"

#

Inhoudsopgave INLEIDING ............................................................................................................................................................ 2 1.

ALGEMENE INFORMATIE ........................................................................................................................ 3 1.1 1.2 1.3

ONDERWIJSVISIE ROC-TILBURG ........................................................................................................... 3 BELANGRIJKE DOCUMENTEN ................................................................................................................. 4 KORTE BESCHRIJVING VAN DE SCHOOL ................................................................................................ 5

2.

HET BEROEP............................................................................................................................................... 6

3.

HET DIPLOMA ........................................................................................................................................... 10 3.1 3.2 3.3

4.

HET EXAMEN ( SUMMATIEVE BEOORDELING) .............................................................................. 16 4.1 4.2

5.

ALGEMENE INFORMATIE ....................................................................................................................... 16 HET EXAMENPLAN ................................................................................................................................ 18

INRICHTING VAN DE OPLEIDING ........................................................................................................ 26 5.1 5.2 5.3

ONDERWIJSCONCEPT VAN DE OPLEIDING ........................................................................................... 26 GLOBALE ONDERWIJSINRICHTING EN FASERING IN SCHEMA .............................................................. 27 OVERZICHT STUDIEBELASTINGSUREN TOTALE OPLEIDING ................................................................. 29 BEGELEIDING ....................................................................................................................................... 30

6. 6.1 6.2 6.3 6.4 7.

HET DIPLOMAPROFIEL .......................................................................................................................... 10 HET KWALIFICATIEDOSSIER ................................................................................................................. 11 LEREN, LOOPBAAN EN BURGERSCHAP ............................................................................................... 15

ONDERWIJSROLLEN.............................................................................................................................. 30 HET BEGELEIDINGSPORTFOLIO ............................................................................................................ 30 CONCRETE PLANNING VAN DE BEGELEIDING:...................................................................................... 31 DE ZORGSTRUCTUUR ........................................................................................................................... 32

VOORTGANGSTOETSING ..................................................................................................................... 34

8. TOEPASSING WET STUDIEFINANCIERING VOOR DE BOL-LEERWEG ...FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD. CHECKLIST OPLEIDINGSPLAN 2011 ......................................................................................................... 35

1 !!"

#

Inleiding Beste lezer, Het doel van dit Opleidingsplan is informatie te geven over een van de beroepsopleidingen van ROCTilburg. Dit Opleidingsplan is bestemd voor het onderwijsteam en vormt het brondocument voor de kernregistratie van de deelnemers ( Eduarte ) Het is de basis van de Opleidingsgids voor studenten en is daarnaast bruikbaar voor toezichthouders ( audit, inspectie) In dit Opleidingsplan is informatie te vinden over: de onderwijsvisie van ROC-Tilburg belangrijke documenten de school waar deze opleiding verzorgd wordt het kwalificatiedossier het beroepsbeeld het diplomaprofiel het examenplan de inrichting van de opleiding de begeleiding de voortgangstoetsing

Het ROC Tilburg behoudt het recht om tussentijdse wijzigingen in dit Opleidingsplan door te voeren. Wijzigingen worden altijd tijdig gecommuniceerd met betrokkenen.

2 !!"

#

1.

Algemene informatie

1.1

Onderwijsvisie ROC-Tilburg Onderstaande tekst is overgenomen uit de vastgestelde onderwijsvisie van 25 maart 2009. Voor het volledige document klik op de hyperlink. Doel van het onderwijs: In de opleiding verwerft de student competenties om goed te functioneren in het werkveld en in de maatschappij. Samengevat betekent dit: We laten ons leiden door onze visie op opleiden en onderwijs waarin we de loopbaan en persoonlijke ontwikkeling van de student en de wensen van het werkveld en de maatschappij centraal stellen Landelijke en regionale richtlijnen en ontwikkelingen zijn richtinggevend. We vragen aan de student om zijn zelfstandigheid en zelfreflectie te ontwikkelen. Er is een intensieve samenwerking met toeleverende en afnemende scholen. We streven ernaar dat iedere student de school met een diploma verlaat. Uitgangspunten van het onderwijs zijn: 1. Het programma is een uitgebalanceerd geheel van leeractiviteiten, gestructureerd door de kerntaken en werkprocessen, dat plaatsvindt in een maatschappelijke en praktijkgerichte context 2. In het leerproces liggen begeleiding en beoordeling in elkaars verlengde, terwijl onafhankelijke examinering waarbij het werkveld betrokken is gegarandeerd wordt. 3. De begeleiding van de student is onmisbaar. Iedere student heeft een coach en een portfolio om de begeleiding vorm te geven. 4. Ons onderwijs vindt plaats in een uitdagende en relevante leeromgeving. 5. De samenwerking en communicatie met studenten, ouders, collega’s en het werkveld zijn belangrijke pijlers om ons doel te bereiken. 6. We werken met deskundig en betrokken personeel, toegerust voor haar taak.

3 !!"

#

1.2

Belangrijke documenten

• •

• • • • • • • • • •

Landelijke documenten: Kwalificatiedossier* Leren,Loopbaan en Burgerschap versie april 2007 ROC-documenten: Onderwijsvisie ROC Tilburg Centrale regelgeving Kader onderwijs Kader examinering Examenreglement ROC Tilburg Handboek Onderwijsprogrammering Onderwijsrollen Begrippenlijst Opleidingsplannen De Opleidingsplannen van alle opleidingen zijn te vinden op Blackboard. OOK en POK Bij de start van de opleiding wordt de OnderwijsOvereenKomst (OOK) getekend. Bij de start van de Beroepspraktijkvorming wordt de PraktijkOvereenKomst (POK) getekend. De OOK en POK zijn onlosmakelijk verbonden met het Opleidingsplan en de Opleidingsgids voor studenten.

• • • •

*

Schooldocumenten: Opleidingsgids voor studenten BPV plan BPV werkboek Portfolio

Landelijk hebben werkgevers ( kenniscentra) en het (beroeps)onderwijs afgesproken aan welke eisen voldaan moet worden om een diploma te krijgen. Deze eisen zijn beschreven in het kwalificatiedossier wat vastgesteld wordt door de minister. Dit vastgestelde kwalificatiedossier is leidend voor de vormgeving van zowel het onderwijs als de examinering van ROC Tilburg.

4 !!"

#

1.3

Korte beschrijving van de school

Deze opleiding wordt verzorgd op locatie van de GGZ-Breburg in Etten-leur. In samenwerking met het Vitalis College Breda en de GGZ-Breburg Groep heeft de School voor Gezondheidszorg van het ROC Tilburg een 2 jarig maatwerk traject ontwikkeld voor de opleiding MBO-Verpleegkundige. Directie School voor Gezondheidszorg ROC Tilburg Mw. M. W. J.G. de Leeuw Unit directeur Vitalis College Mw. L. Hagenaars

5 !!"

#

2.

Het Beroep Hieronder wordt een korte schets gegeven van het beroep waarvoor deze opleiding opleidt. Deze informatie is letterlijk overgenomen uit het Kwalificatiedossier

Mbo-verpleegkundige

Jouw sector Je wordt opgeleid als mbo-verpleegkundige om in alle branches van de zorg te kunnen werken. Daarnaast kun je kiezen om je extra te verdiepen in één van de branches: het ziekenhuis, verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg, de gehandicaptenzorg of de geestelijke gezondheidszorg.

Jouw baan Je werkt in de gezondheidszorg op het snijvlak van zorg, wonen en welzijn. Met jouw algemene opleiding kun je in tal van beroepspraktijken en omgevingen aan de slag. Bijvoorbeeld in ziekenhuizen, verpleeg- of verzorgingshuizen, instellingen voor psychiatrie of verslavingszorg, woonvormen voor gehandicapten, maar ook in de thuissituatie van zorgvragers of in combinaties daarvan. Je verleent verpleegkundige zorg aan verschillende categorieën zorgvragers* van alle leeftijden. Doelgroepen zijn bijvoorbeeld oudere zorgvragers, chronisch zieken, revaliderende zorgvragers, zorgvragers met een handicap, klinische zorgvragers, zorgvragers met psychiatrische problematiek, zwangeren, kraamvrouwen en pasgeborenen en kinderen en jeugdigen met potentiële of feitelijke gezondheids- of bestaansproblemen. Ook werk je vaak samen met de mantelzorgers. Dat zijn de naasten van de zorgvrager, zoals ouders en andere verzorgers. Je richt je met name op de verpleegkundige zorg voor de individuele zorgvrager en zijn directe omgeving. Je kunt ook voor een groep zorgvragers werken, bijvoorbeeld in een kleinschalige woonomgeving.

6 !!"

#

Jouw werk Je draagt bij aan het herstel van de zorgvrager en aan de verbetering van de kwaliteit van leven van de zorgvrager op het gebied van gezondheid, wonen en welzijn. Je stelt een verpleegkundige diagnose, schrijft een verpleegplan**, ondersteunt bij persoonlijke basiszorg, zoals het wassen van zorgvragers. Je deelt medicijnen uit, je voert verpleegtechnische handelingen uit, bijvoorbeeld het verzorgen van een stoma en injecteren. Je biedt ondersteuning als een zorgvrager bijvoorbeeld psychosociale problemen heeft. Je begeleidt en ondersteunt de zorgvrager ook praktisch door bijvoorbeeld te leren hoe een zorgvrager met krukken moet lopen. Je geeft voorlichting, advies en instructie, bijvoorbeeld over gezond gedrag of over gebruik van hulpmiddelen. Je coördineert alle zorgtaken voor de gehele zorgverlening voor een of meerdere zorgvragers. Je verricht ook handelingen die de gezondheid van de samenleving als geheel bevorderen. Dan gaat het ondermeer om het voorkomen van gezondheidsproblemen. Je geeft bijvoorbeeld adviezen over gezond gedrag en leert mensen omgaan met ziektes en beperkingen. Je werkt veelal zelfstandig en in een team, in zeer verschillende zorgsituaties. Je hebt te maken met acute, klinische maar ook langdurige, psychiatrische of onvoorziene zorgsituaties. Je treedt vooral op als de gezondheids- of leefsituatie van de zorgvrager ingewikkelder wordt. Bijvoorbeeld omdat hij of zij meerdere gezondheidsproblemen of beperkingen en levensvragen heeft. De zorg die je verleent kan variëren per zorgvrager. De inhoud kan elke dag verschillen. Je werkt op het moment dat daar behoefte aan is. Dat kan op elk moment van de dag of de week zijn. In alle werkvelden werk je samen met andere disciplines, zoals helpenden zorg & welzijn, verzorgenden, artsen, andere medische en para-medische zorgverleners en sociaal-agogisch werkers. Je bent werknemer van een zorginstelling of je werkt als zelfstandige verpleegkundige. In de zorginstelling werk je samen met collega’s, volgens de visie en richtlijnen van de instelling. Naast het verlenen van zorg en ondersteuning lever je een bijdrage aan de professionalisering van het beroep en aan de kwaliteitsverbetering van de werkzaamheden. Dat kun je doen door met collega’s en leidinggevenden over jouw werk te praten en door deel te nemen aan deskundigheidsbevordering.

7 !!"

#

Jouw kwaliteiten Je handelt zorgvragergericht, kunt je inleven in diens situatie, toont respect voor de zorgvrager en bent sociaal en communicatief vaardig. Je houdt je aan de beroepscode en de normen en waarden en de visie en de richtlijnen van de instelling waar je werkt. Je werkt systematisch, oplettend, nauwkeurig en resultaatgericht. Je bent stressbestendig en in staat om je eigen grenzen en die van anderen te bewaken. Je werkt zelfstandig, maar kunt ook goed samenwerken met de naasten van de zorgvrager, met zorgverleners van de eigen en van andere disciplines. Je kunt jouw kennis en vaardigheden in de praktijk toepassen. Je bent geïnteresseerd in mensen met uiteenlopende sociale en medische problemen. Je vindt het leuk om zorgvragers te helpen bij het wonen in een leefgroep en bij hun lichamelijke verzorging. Je bent er op ingesteld om hen te begeleiden en te ondersteunen bij psychosociale problemen. Je hebt een verantwoordelijke baan, werkt soms onder tijdsdruk en in opdracht van een leidinggevende. Voor je toewijding krijg je veel terug: zorgvragers die blij zijn met jouw goede zorgen, die dankbaar zijn voor de prettige leefomstandigheden die jij mee helpt creëren in hun thuissituatie of in de zorginstelling.

8 !!"

#

Jouw toekomst Je kunt je verder ontwikkelen door aanvullende cursussen en opleidingen te volgen op hetzelfde beroepsniveau, zoals activiteitenbegeleider. Door aanvullende opleiding te volgen kun je doorgroeien naar functies, specialisaties in je eigen beroepgroep of beroepen op niveau 5 bijvoorbeeld hboverpleegkundige. * Waar zorgvragers staat kan ook worden gelezen: patiënten, cliënten of gehandicapten. ** Waar verpleegplan staat kan ook worden gelezen: verpleegkundig behandelplan, ondersteuningsplan,begeleidingsplan en dergelijke.

9 !!"

#

3.

Het Diploma

3.1

Het Diplomaprofiel Het diplomaprofiel van deze opleiding bestaat uit kerntaken en werkprocessen waarin de beroepsgerichte taal- en rekeneisen opgenomen zijn. Deze eisen zijn te vinden in het Kwalificatiedossier. Daarnaast horen de eisen van de Wet Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen tot het diplomaprofiel, evenals de eisen die gesteld worden op het gebied van Leren, Loopbaan en Burgerschap.

Certificeerbare eenheden: De opleiding kent 3 certificeerbare eenheden: - Ondersteunen bij verpleegkundige basiszorg - Ondersteunen bij verpleegtechnische handelingen - Ondersteunen bij begeleiding Een certificeerbare eenheid betekent dat voor dit gedeelte een apart certificaat behaald kan worden als de student niet het beoogde diploma haalt. Dit certificaat heeft waarde op de arbeidsmarkt.

Doorstroommogelijkheden ( na het behalen van het diploma van deze opleiding ) De mbo-verpleegkundige kan doorstromen naar andere richtingen op mbo niveau of specialistische vervolgopleidingen op hetzelfde beroepsniveau volgen. De gediplomeerde mbo-verpleegkundige kan mogelijk vrijstellingen krijgen voor onderdelen van andere mbo opleidingen op niveau 4, zoals Sociaal-Cultureel Werker. De gediplomeerde mbo-verpleegkundige kan doorstromen naar hbo, zoals hboverpleegkundige.

10 !!"

#

3.2

Het Kwalificatiedossier Kerntaken en werkprocessen (schematisch overzicht van de kerntaken en werkprocessen uit het kwalificatiedossier) Kerntaak Kerntaak 1: Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan.

Werkproces

1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op 1.2 Ondersteunt bij persoonlijke basiszorg 1.3 Biedt palliatief-terminale zorg 1.4 Voert verpleegtechnische handelingen uit 1.5 Monitort de gezondheidstoestand op somatisch en psychosociaal gebied 1.6 Geeft voorlichting, advies en instructie aan de zorgvrager(s) 1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties 1.8 Verleent verpleegkundige zorg en ondersteuning in één specifieke branche

Kerntaak 2: Begeleiden van de zorgvrager(s) op basis van het verpleegplan.

2.1 Begeleidt een zorgvrager bij zelfredzaamheid 2.2 Begeleidt een zorgvrager op psychosociaal gebied 2.3 Begeleidt een zorgvrager op sociaalmaatschappelijk gebied 2.4 Begeleidt een groep zorgvragers op sociaalmaatschappelijk gebied 2.5 Biedt verpleegkundige begeleiding in één specifieke branche

Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 Coördineert de zorgverlening 3.4 Voert beleidsmatige taken uit 3.5 Evalueert de zorgverlening

11 !!"

#

Proces-competentiematrices De proces- competentiematrices zijn te vinden in het kwalificatiedossier van deze opleiding. In de proces- competentie- matrices wordt aangegeven welke competenties aangewend worden bij de uitvoering van de werkprocessen van een kerntaak. Dit wordt per uitstroom aangegeven. Prestatie-indicatoren De prestatie-indicatoren zijn ook te vinden in het kwalificatiedossier. Per kerntaak zijn de prestatie-indicatoren vermeld.

12 !!"

#

Taaleisen 1. Nederlands generiek (referentiekader Meijerink) De Wet Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen houdt voor het middelbaar beroepsonderwijs in dat alle mbo--ers moeten voldoen aan onderstaand referentieniveau. Nederlands

mbo-1 2 F

mbo-2 2 F

mbo-3 2 F

Onderdelen referentieniveaus Nederlands in het mbo 1. Mondelinge 2. Lezen 3. Schrijven taalvaardigheid 1.1 Gesprekken 2.1 Zakelijke teksten 1.2 Luisteren 1.3 Spreken

2.

mbo-4 3 F

4. Begrippenlijst en taalverzorging 4.1 Begrippenlijst 4.2 Taalverzorging 4.3 Niveaubeschrijvingen 4.4 Moeilijkheid

Nederlands beroepsgericht. De eisen voor beroepsgericht Nederlands zijn geïntegreerd opgenomen bij de prestatieindicatoren van het beroep. De toelichting op het niveau staat in Deel D. De taaleisen voor beroepsgericht Nederlands, benoemd in het kwalificatiedossier, worden geïntegreerd geëxamineerd bij de beroepsexamens.

3. Moderne Vreemde talen: De eisen voor Moderne Vreemde talen zijn geïntegreerd opgenomen bij de prestatieindicatoren van het beroep. De toelichting op het niveau staat in Deel D.

13 !!"

#

Rekeneisen 1)

Rekeneisen generiek (referentiekader Meijerink)

De Wet Referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen houdt voor het middelbaar beroepsonderwijs in dat alle mbo--ers moeten voldoen aan onderstaand referentieniveau. Rekenen/ Wiskunde

mbo-1 2F

mbo-2 2F

mbo-3 2F

Onderdelen referentieniveaus rekenen in het mbo 1. Getallen 2. Verhoudingen 3. Meten en meetkunde A. Notatie, taal en A. Notatie, taal en A. Notatie, taal en betekenis betekenis betekenis B. Met elkaar in verband B. Met elkaar in B. Met elkaar in brengen verband brengen verband brengen C. Gebruiken C. Gebruiken C. Gebruiken

2)

mbo-4 3F

4. Verbanden A. Notatie, taal en betekenis B. Met elkaar in verband brengen C. Gebruiken

Rekeneisen beroepsgericht. De eisen voor beroepsgericht rekenen zijn geïntegreerd opgenomen bij de prestatieindicatoren van het beroep. De toelichting op het niveau staat in Deel D. De rekeneisen, benoemd in het kwalificatiedossier, worden geïntegreerd geëxamineerd bij de beroepsexamens

14 !!"

#

3.3

Leren, loopbaan en Burgerschap Naast de eisen die gesteld worden om in dit beroep aan de slag te kunnen, worden er eisen gesteld op het gebied van Leren, Loopbaan en Burgerschap. De kerntaken die bij Leren Loopbaan en Burgerschap horen zijn: Kerntaak 1: Kerntaak 2: Kerntaak 3: Kerntaak 4: Kerntaak 5: Kerntaak 6: Kerntaak 7:

Benoemt zijn eigen ontwikkeling en gebruikt middelen en wegen om daarbij passende leerdoelen te bereiken. Stuurt de eigen loopbaan Participeert in het politieke domein, in besluitvorming en beleidsbeïnvloeding Functioneert als werknemer in een arbeidsorganisatie Functioneert als kritische consument Deelnemen in allerlei sociale verbanden en respectvol gebruiken van de openbare ruimte Zorgt voor de eigen gezondheid (vitaal burgerschap)

15 !!"

#

4.

Het Examen ( summatieve beoordeling)

4.1

Algemene informatie • • • • • •

Examen Een student toont bij een beroepsexamen aan dat hij het werkproces/ de werkprocessen met de daarbij behorende competenties op beroepsbekwaam niveau beheerst. Een beroepsexamen omvat minimaal één werkproces, bij voorkeur meerdere werkprocessen. Het beroepsexamen is - met de componenten kennis, houding, vaardigheden en inzicht - nauw gerelateerd aan de (gesimuleerde) beroepscontext. De generieke taal- en rekenvaardigheden zijn expliciet opgenomen in het examenplan. Het examen Leren, Loopbaan en Burgerschap ligt vast in het verantwoordingsdocument, is apart opgenomen in het examenplan, maar hoeft niet te voldoen aan de bovengenoemde uitgangspunten De student bepaalt in overleg met de coach wanneer hij een examenonderdeel kan/wil afsluiten. De mogelijkheden beperken zich tot de vermeldingen in het examenplan. Deelname aan examens Een geldige OOK in combinatie met de toelating tot de beroepsbekwame fase van de opleiding geeft toegang tot de examenvoorzieningen. Examenvorm De Beroepsexamens bestaan uit Samengesteld Examens. Daarnaast zijn er taal- en rekenexamens en een examen voor LLB. Examenonderdeel Een Samengesteld Examen bestaat uit (een beperkt aantal) examenonderdelen die van verschillende instrumenten gebruikmaken.

!!"

#

16

Samengesteld examen (SE) 1. 2. 3. 4. 5. 6.

Het SE bestaat uit meerdere examenonderdelen Het SE als geheel toetst 1 of meer werk-processen met bijbehorende competenties (kennis, houding, vaardigheden en inzicht) Ieder afzonderlijk examenonderdeel hoeft niet alle componenten te toetsen. De examenonderdelen vinden op verschillende tijdstippen plaats. Examenonderdelen kunnen op verschillende plaatsen plaatsvinden en niet alle onderdelen hoeven in de beroepscontext plaats te vinden. De examenonderdelen worden afzonderlijk beoordeeld.

Beoordeling beroepsexamens Bij de beoordeling wordt de beheersing van de betreffende kerntaak of het betreffende werkproces beoordeeld. Er zijn qua beoordeling drie mogelijkheden: • Onvoldoende • Voldoende • Goed Om te slagen moet ieder examen en examenonderdeel met voldoende of goed beoordeeld zijn. Beoordeling generieke taal - en rekenexamens De beoordeling vindt plaats in cijfers( 0-10) Een examenonderdeel wordt beoordeeld met een cijfer afgerond op 1 decimaal, het examen met een geheel getal. Of de behaalde resultaten van invloed zijn op het verkrijgen van het diploma staat vermeld in het Examenplan. Beoordeling LLB examen De beoordeling vindt plaats met voldaan of niet voldaan. Om te slagen moet de beoordeling ‘voldaan’ zijn. Toezicht op examinering De examens worden door ROC Tilburg met vaste procedures vastgesteld. De examenprocedures zijn regelmatig onderwerp van interne evaluatie. De onderwijsinspectie beoordeelt de instrumenten en de examenprocedures steekproefsgewijs en beschrijft haar bevindingen in een rapport. EVK/ EVC ROC Tilburg kan vrijstelling verlenen voor het afleggen van examens. Dat kan op basis van eerder behaalde diploma’s/ certificaten ( EVK) of op basis van buiten het onderwijs opgedane kennis en vaardigheden, ofwel elders verworven competenties (EVC).

!!"

#

17

4.2

Het examenplan 2011-2015 Opleiding tot MBO-verpleeegkundige BBL

Het examenreglement ROC Tilburg maakt deel uit van dit examenplan. Wijzigingen in onderstaand examenplan worden middels de procedure erratum doorgevoerd in de digitale versie op Blackboard. Dit examenplan is de basis voor de Opleidingsgids en voor Eduarte. 1 Code van het examen

!!"

#

2 Titel van het examen

3 Het examen heeft betrekking op de volgende kerntaak/ kerntaken

4 Het examen heeft betrekking op de volgende werkprocessen

5 Het examen heeft betrekking op de volgende competenties

6 Voor deelname is het volgende 1) vereist

7 Examenvorm

8

9

Code + onderd 2) eel

Periode

School

18

BPV

P3 93510 210

Begeleiden en ondersteunen van zorgvragers in de Geestelijke gezondheidszor g

1 Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan 2 Begeleiden van de zorgvrager(s) op basis van het verpleegplan

1.1 Stelt de verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op 1.2 Ondersteunt bij de persoonlijke basiszorg

1.3 E, F, V

1.5 Monitort de gezondheidstoestan d op somatisch en psychosociaal gebied

1.5 J, N

1.6 Geeft voorlichting, advies en instructie aan de zorgvrager(s)

1.6 I, L

1.8 Verleent verpleegkundige zorg en ondersteuning in één specifieke branche

#

1.2 F, K, R

1.3 Biedt palliatiefterminale zorg

1.7 Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties

!!"

1.1 D, H, J, K, M

Samengesteld examen: - BPV-beoordeling (1.1, 1.2, 1.3, 1.5, 1.6, 1.7, 1.8, 2.1, 2.2, 2.3, 2.4, 2.5)

A

- Opdracht Verpleegplan GGZ (1.1, 1.2, 1.5, 1.6, 1.8, 2.1, 2.2, 2.3, 2.5)

B

Theorie-examen GGZ (1.1, 1.2, 1.5, 1.6, 1.8, 2.1, 2.2, 2.3, 2.5)

C

8

5 /tm 8

7

1.7 A, T, V

1.8 A, I, K, R, X

19

1 Code van het examen

!!"

#



4

5

Het examen heeft betrekking op de volgende werkprocessen

Het examen heeft betrekking op de volgende competenties

2.1 Begeleidt een zorgvrager bij de zelfredzaamheid

2.1 C, D

2.2 Begeleidt een zorgvrager op psychosociaal gebied

2.2 D

2.3 Begeleidt een zorgvrager op sociaalmaatschappelijk gebied

2.3 G, R

2.4 Begeleidt een groep zorgvragers op sociaalmaatschappelijk gebied

2.4 C, U

2.5 Biedt verpleegkundige begeleiding in één specifieke branche

2.5 D, F


7 Examenvorm

8

9


Periode

School

20

BPV


P3 93510 211

!!"

#


Verpleegtechnische Handelingen

3 Het examen heeft betrekking op de volgende kerntaak/ kerntaken 1 Bieden van verpleegkundige zorg en ondersteuning op basis van het verpleegplan

4

5



1.4 Voert verpleegtechnisch e handelingen uit

1.4 K, L, V


7 Examenvorm

8

9


Periode

School Samengesteld examen: Praktijkexamen: verpleegtechnische handelingen (1.4)

A

Theorie-examen verpleegtechnische handelingen (1.4)

B

2

2

21

BPV


P3 93510 212


Organisatie- en Professiegebonden taken

3

4

Het examen heeft betrekking op de volgende kerntaak/ kerntaken



3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

3.1 Werkt aan deskundigheidsbe vordering en professionaliserin g van het beroep

3.1 K, P

3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

#

3.2 S, T

3.3 Coördineert de zorgverlening

3.3 B, C, D, Q, U

3.4 Voert beleidsmatige taken uit

3.4 H

3.5 Evalueert de zorgverlening

!!"

5


7 Examenvorm

8

9


Periode

School

BPV

Samengesteld examen: - BPV-beoordeling (3.1, 3.2, 3.3, 3,4 en 3.5)

A

- Werkstuk kwaliteitszorg (3.2, 3.5)

B

- Werkstuk ethiek ( 3.2, 3.5)

C

5 t/m 8

- Werkstuk Werkklimaat/Werkbegeleidin g (3.3, 3.4)

D

5 t/m 8

8 5 t/m 8

3.5 D, J, M

22


P3 93510 213

1) 2)


Leren, Loopbaan en Burgerschap*


4 Het examen heeft betrekking op de volgende werkprocessen

5 Het examen heeft betrekking op de volgende competenties

1, 2, 3, 4, 5, 6 en 7


7 Examenvorm

8

9


Periode

School

BPV

8

8

Samengesteld examen; - Beoordeling Voortgang (1,2, en 4)

A

- BUCO (3, 5, 6 en 7)

B

4

Hieraan moet voldaan zijn voordat dit examen afgelegd mag worden. In geval van Samengesteld Examen worden hier de verschillende onderdelen vermeld ( A,B,C enz.)

* Leer-, loopbaan- en burgerschapscompetenties Groei en ontwikkeling moet voor alle onderdelen aangetoond worden Kerntaak 1, 2 en 4 zijn opgenomen in het registreren van de voortgang van het leerproces van de student. Dit gebeurt op school tijdens het afronden van een beroepsproduct (in de reflectieweek). Het gebeurt in de BPV door middel van een tussenevaluatie en een eindgesprek. Elk registratiemoment geeft input voor het leren van de student Kerntaak 3, 5, 6 en 7 wordt afgerond met een opdracht BUCO

Studenten die bij aanvang van de opleiding 23 jaar of ouder zijn en relevante werkervaring hebben kunnen vrijstelling krijgen voor Leren-, Loopbaan- en Burgerschapscompetenties

!!"

#

23

1 Code

P3 93510 214

P3 93510 215

P3 93510 216

2 Titel

Nederlandse Taal generiek

Rekenen generiek

Engelse Taal

3 Het examen is gebaseerd op

4 Het examen heeft betrekking op de volgende onderdelen + niveau

5 Uitvoering (deels) in combinatie met werkprocessen

Luisteren 3F Lezen 3F

nvt nvt

Spreken 3F Gesprekken 3F Schrijven 3F

Nader te bepalen

nvt

Referentie kader 3F

Getallen Verhoudingen Meten en meetkunde Verbanden

nvt

nvt

Raamwerk MVT (niveau B1)

Luisteren B1 Lezen B1 Spreken B1 Gesprekken B1 Schrijven B1

nvt

Referentie kader 3F

6 Voor deelname is het volgende 1) vereist nvt

7

8 Code + 2) onderdeel

Examenvorm

9 Periode School

Samengesteld examen Lezen A Luisteren

*1)

Spreken Gesprekken Schrijven ( wo begrippenlijst en taalverzorging) *2) Samengesteld examen: B

Schriftelijke toets getallen, verhoudingen, meten & meetkunde en verbanden Samengesteld examen: A luisteren B lezen C spreken D gesprekken E schrijven

A (gemiddeld cijfer)

7

B (gemiddeld cijfer

7

A

7

A B C D E

7 7 7 7 7

*3)

* *1)

Nederlandse Taal: De resultaten van Nederlands worden per examenonderdeel weergegeven met een cijfer (1,0 t/m 10,0 =met één decimaal) . Onderdeel A zal worden afgenomen middels een landelijk examen. Onderdeel B is een schoolexamen. Het eindcijfer Nederlands is het gemiddelde van A en B uitgedrukt in een geheel getal. Voor het behalen van het diploma is noodzakelijk dat voor een van de twee examenonderdelen ( Nederlandse Taal en Rekenen) ten minste een 5 en voor het andere examenonderdeel ten minste een 6 is behaald. *2)

Rekenen: Het cijfer wordt uitgedrukt met een cijfer (1,0 t/m 10,0 =met één decimaal. Rekenen wordt afgenomen middels een landelijk examen. Het eindcijfer Rekenen wordt uitgedrukt in een geheel getal. Voor het behalen van het diploma is noodzakelijk dat voor een van de twee examenonderdelen ( Nederlandse Taal en Rekenen) ten minste een 5 en voor het andere examenonderdeel ten minste een 6 is behaald. *3) Moderne Vreemde Talen / Engelse Taal: De resultaten van Engelse Taal worden per examenonderdeel weergegeven in het vereiste taalniveau volgens het Raamwerk Moderne Vreemde Taal . Het examen is behaald indien minimaal 3 van de examenonderdelen op het vereiste niveau behaald zijn. Het behalen van het examen beroepsgericht Engels is eis voor het behalen van het diploma

!!"

#

24

BPV

Beroepsgericht Nederlands en Rekenen worden geïntegreerd geëxamineerd in de beroepsexamens en zijn daarmee eis voor het behalen van het diploma.

!!"

#

25

5.

Inrichting van de opleiding

5.1

Onderwijsconcept van de opleiding Binnenschools leren ………………………….. ………………………… De leeromgeving ……………………. ……………………. Beroepspraktijkvorming: Doel van de BPV: Beroepspraktijkvorming (BPV) wordt in de Wet Educatie en Beroepsonderwijs omschreven als ‘onderricht in de praktijk van het beroep’. BPV maakt een wezenlijk deel uit van de opleiding en dient op beroepsbekwaam niveau met een voldoende te zijn afgesloten. Alle informatie over BPV-opdrachten en de beoordeling in de BPV is te vinden in het BPVplan en het BPV- werkboek. ………………………….. ………………………… Internationalisering binnen de opleiding ………………….. ………………… Betrokkenheid werkveld bij onderwijs (programmering) en examinering ………………….. ………………….

26 !!"

#

5.2

Globale onderwijsinrichting en fasering in schema

Gedurende de opleiding onderscheiden we de volgende fases: Fase 1: Basis

Fase 2: Gevorderd

Fase 3: Beroepsbekwaam

Hieronder is per leerjaar te zien hoe de opleiding is opgebouwd: Het aantal uren dat op school besteed wordt aan leeractiviteiten De periode waarin de stage of beroepspraktijkvorming (BPV) gepland is en het aantal dagen per week dat hieraan besteed wordt. Het aantal uren dat in deze periode gepland is voor zelfstudie Leerjaar 1 1e periode , 9 weken Schoolgebonden leeractiviteiten incl. begeleiding door coach

Totaal per week Totaal per periode Van 8 weken

2)

Week 9 ( of 10) Introductieweek Afsluitende weken ( einde schooljaar) Totaal schoolgebonden uren BPV Totaal per periode Zelfstudie: Totaal klokuren3)

2e periode, 9 weken

Contact tijd1)

Fase: Gevorderd

Fase: Gevorderd

Lesuren Klokuren Lesuren Klokuren

8 6 64 48


8 6

Lesuren Klokuren 4 dagen BPV per week klokuren klokuren

72 54 320 26 400

3e periode , 9 weken

Contact tijd 1)


Fase: Gevorderd

8 6 64 48


8 6


72 54 288 58 400

4e periode, 9 weken

Contact tijd 1)

Fase: Gevorderd

8 6 64 48

Lesuren klokuren Lesuren Klokuren

8 6 64 48

8 6


72 54 288 58

8 6 Lesuren Klokuren Lesuren Klokuren 4 dagen BPV per week klokuren klokuren

72 54 352 0

400

400

1)

Contacttijd is de tijd die besteed wordt aan begeleid leren Elke periode bestaat uit 9 á 10 weken; week 9 of 10 staat apart vermeld omdat het aantal uren in die week mogelijk afwijkt, bv omdat het een toets- of reflectieweek is.. 3) Per studiejaar gaat de WEB ( Wet Educatie- en Beroepsonderwijs) uit van 1600 studiebelastinguren 2)

!!"

#

27

Leerjaar 2 5e periode , 9 weken Schoolgebonden leeractiviteiten incl. begeleiding door coach

Totaal per week Totaal per periode van.. weken

2)

Week 9 ( of 10) Introductieweek Afsluitende weken ( einde schooljaar) Totaal schoolgebonden uren BPV Totaal per periode Zelfstudie: Totaal klokuren3)

Fase: Beroepsbekwaam

6e periode, 9 weken

Contact tijd1)



8 6 64 48


8 6


72 54 320 26 400


7e periode, 9 weken

Contact tijd 1)


8 6 64 48


8 6


72 54 288 58 400

8e periode, 9 weken

Contact tijd 1)


8 6 64 48

Lesuren klokuren Lesuren Klokuren

8 6 64 48

8 6


72 54 288 58

8 6 Lesuren Klokuren Lesuren Klokuren 4 dagen BPV per week klokuren klokuren

72 54 352 0

400

400

1)

Contacttijd is de tijd die besteed wordt aan begeleid leren Elke periode bestaat uit 9 á 10 weken; week 9 of 10 staat apart vermeld omdat het aantal uren in die week mogelijk afwijkt, bv omdat het een toets- of reflectieweek is.. 3) Per studiejaar gaat de WEB ( Wet Educatie- en Beroepsonderwijs) uit van 1600 studiebelastinguren 2)

!!"

#

28

5.3

Overzicht Studiebelastingsuren totale opleiding Totaal aantal uren

Studiebelastingsuren school (contactgebonden uren) Studiebelastingsuren BPV Zelfstudie Totaal aantal studiebelastingsuren van de opleiding

!!"

#

Percentage 432 13,5% 2496 78% 272 8,5% 3200 100%

29

6.

Begeleiding Competent worden in het uitvoeren van werkprocessen is een groeiproces. Er vindt een continu proces plaats van plannen- uitvoeren- beoordelen- en bijstellen. De begeleiding sluit hierbij aan. $% % %%

& '(

%% #) '

% &

)

* #%

%

%

Gedurende dit proces vindt er een ontwikkeling plaats via het niveau van basis en gevorderd naar het beroepsbekwame niveau. Zelfverantwoordelijkheid van de student voor het leerproces staat daarbij centraal.

6.1

Onderwijsrollen ROC-Tilburg onderscheidt de volgende onderwijsrollen in de begeleiding en beoordeling: Coach: begeleider van de student gedurende het opleidingstraject Tutor: begeleider bij de leeractiviteiten binnen of buiten de school Expert: begeleider bij het aanleren van specialistische vakinhoudelijke kennis en vaardigheden Trainer: trainer van ( ambachtelijke, technische, verzorgende, sociale, ICT) vaardigheden Onderwijsassistent: ondersteuner bij het zoeken, ordenen en presenteren van informatie Begeleider vanuit het werkveld: begeleider tijdens leeractiviteiten in de BPV Begeleider vanuit school: begeleider bij de opdrachten in de BPV; Beoordelaar vanuit school: beoordeelt examens Beoordelaar vanuit het werkveld: beoordeelt examens

6.2

Het begeleidingsportfolio Het begeleidingsportfolio is een didactisch instrument. Het richt zich op de begeleiding van een student in het leren door samenwerking van de student met een coach, tutoren, en andere betrokkenen op basis van heldere criteria en afspraken op zowel het niveau van de beroepscontext als ook het algemeen functioneren van de student. Het portfolio is eigendom van de student. De documenten uit het begeleidingsportfolio vormen ook een onderdeel van het studentendossier in de school en vormen het pedagogisch dossier.

30 !!"

#

6.3

Concrete planning van de begeleiding:

Individuele begeleiding door de coach Leerjaar

Aantal geplande individuele gesprekken per leerjaar

Doel gesprekken

Begeleidingsinstrument

Groepsbegeleiding door de coach LeerAantal geplande Doel gesprekken jaar groepsgesprekken per leerjaar

Begeleidingsinstrument

1 2 3 4

1 2 3 4

BPV- begeleiding Leerjaar

Aantal gesprekken met de begeleider van het werkveld

Doel gesprekken

Aantal gesprekken met de begeleider van het werkveld én de begeleider van school

Doel gesprekken

1 2 3 4

31 !!"

#

6.4

De Zorgstructuur

De genoemde begeleiding maakt deel uit van de zorgstructuur van ROC- Tilburg. In het schema van de zorgstructuur op de volgende pagina staan alle actoren die deel uitmaken van de interne en externe zorgstructuur. Hieronder staat een korte toelichting op het schema. De coach De coach is de spil in de begeleiding van de student, volgt de studievoortgang op school en BPV. Neemt het initiatief tot verwijzing indien student in de loopbaan extra ondersteuning nodig heeft. Coördinator begeleiding De coördinator begeleiding is mede- organisator van het proces van begeleiding en coaching en heeft de inhoudelijke coördinatie van de intake. De Trajectbegeleider De trajectbegeleider wordt ook wel de ‘poortwachter’ genoemd voor ongekwalificeerde uitval. Hij/ zij is het aanspreekpunt voor een bepaalde locatie bij dreigende uitval. Niet om de zorg over te nemen, maar wel om bij te dragen aan een oplossing Trajectbureau De primaire taak is gericht op het voorkomen van voortijdig schoolverlaten. Biedt daarbij ondersteuning aan de opleidingsteams. Pas als binnen de opleidingen de mogelijkheden zijn uitgeput kan het Trajectbureau een student ‘overnemen’ en in overleg met de Trajectbegeleider van de betreffende locatie andere mogelijkheden onderzoeken en inzetten, waaronder een Heroriënterings Traject (HOT). Schoolmaatschappelijk werk en psycholoog. Op alle locaties is begeleiding door een schoolpsycholoog en schoolmaatschappelijk werker mogelijk. De aanmeldingen verlopen via de trajectbegeleiders. Vertrouwenspersoon De vertrouwenspersoon fungeert als eerste aanspreekpersoon bij klachten, signalen of vermoedens ten aanzien van seksuele intimidatie, discriminatie of agressie, racisme, extremisme en pesten. De naam van de vertrouwenspersoon is te vinden in de informatiegids van de school. Definitie risicojongeren Onder een risicojongere verstaan wij “een jongere, die door (dreigend) schoolverzuim, problematisch gedrag of voortijdig schoolverlaten, belemmerd wordt in zijn scholing, vorming of ontplooiing.” Wanneer de scholing, vorming of ontplooiing van een jongere in gevaar komt door een van de bovenstaande kenmerken, zijn dat redenen voor ons om de jongere als risicojongere te benoemen. Blink Blink is het jongerenloket dat formeel in januari 2008 is geïntroduceerd. Het idee is vergelijkbaar met dat van de Bedrijfsservicepunten. Sociale Zaken, UVW Werkbedrijf en ROC- Tilburg werken er in samen. Iedere jongere die op zoek is naar scholing, werk of een uitkering kan zich bij Blink melden. Infopunt Het infopunt van ROC- Tilburg geeft informatie over MBO- opleidingen/ cursussen aan ( potentiële) studenten/ cursisten en hun ouders/ verzorgers. Daarnaast kunnen studenten hier informatie krijgen over Studiefinanciering en Tegemoetkoming Studiekosten.

32 !!"

#

De Zorgstructuur

persoonlijke en sociaal-emotionele begeleiding

loopbaanbegeleiding GGD/GGZ

centraal infopunt

Novadic/ Kentron

MEE

Leerplichtambtenaar

vertrouwenspersoon Coördinator begeleiding

Kompaan/ De Bocht

coach en tutor student

School Maatschappelijk Werk

begeleider werkveld

expert

IMW Trajectbureau

opleiding Blink

trajectbegeleider

School

!!"

#

33

7.

Voortgangstoetsing Het is belangrijk voor de student en de coach om te weten hoe het leerproces vordert. Daarom is er voortgangstoetsing. Voortgangstoetsing staat in het teken van het verbeteren van het leren ( nieuwe leerdoelen, nieuwe opdrachten) Reflectie op de voortgangstoetsing speelt hierbij een belangrijke rol.

Schematisch overzicht van de voortgangstoetsing van deze opleiding Leerjaar

Voortgangs toetsing op school Ja/ nee

Periode

Voortgangs toetsing in de BPV Ja/ nee

Periode

Ijk ) momenten2 Ja/ nee

Periode

Studievoortgangsrapportage 1) in periode

1 2 3 4

Studievoortgangsrapportage De student wordt voortdurend begeleid door zijn coach. Hij monitort de studievoortgang van de student en reikt tijdig verbeteradviezen aan. De student ontvangt minimaal tweemaal per jaar schriftelijke informatie over zijn studievoortgang. IJkmomenten Ondanks het feit dat competentiegericht onderwijs via flexibele leerroutes opleidt, worden in elk opleidingstraject vooraf de momenten aangegeven waarop de student een bepaald niveau bereikt moet hebben om te kunnen doorstromen naar een volgende fase van de opleiding. Op deze ijkmomenten wordt gemeten of een student voldoende voortgang in zijn opleiding heeft aangetoond om verder te gaan met de volgende fase van de opleiding. De opleiding stelt de ijkmomenten vast. Aan de hand van de beroepskaart* wordt per werkproces aangegeven wat van de student verwacht wordt op het ijkmoment. Meestal wordt op het eerste ijkmoment het niveau van de basisfase en op het tweede ijkoment het niveau van de gevorderde fase gevraagd. Een team bepaalt vooraf welke leeractiviteiten daarin meewegen, zodat de student weet waarop hij wordt beoordeeld. Consequenties van stagnatie in de studievoortgang Een student die in de loop van de opleiding onvoldoende voortgang toont (tussentijds of op ijkmomenten), wordt officieel en schriftelijk gewezen op de mogelijke gevolgen. Met hem wordt een verbetertraject afgesproken voor een bepaalde duur. Als na de vastgelegde periode het afgesproken verbetertraject niet tot het gewenste resultaat heeft geleid, wordt met de student besproken welk studietraject hij dan kan gaan volgen. In het uiterste geval kan onvoldoende voortgang leiden tot het verbreken van de onderwijsovereenkomst. Daarbij worden steeds de vastgelegde procedures gevolgd * De Beroepskaart Op de beroepskaart staat op hoofdlijnen per werkproces beschreven hoe deze werkprocessen in de fase basis, gevorderd en beroepsbekwaam moeten worden getoond.

34 !!"

#

Checklist Opleidingsplan 2011 Crebonummer: Checklist ingevuld door: Toetscriteria

Datum:

Voldaan

Niet voldaan

Opmerking

Voldoende

Niet voldoende

Reparatie

Algemeen Bovenblad is volledig en juist ingevuld Pagina’s inhoudsopgave zijn ingevuld en kloppen Voettekst in gehele document klopt Paginanummering loopt door in gehele document Algemene informatie over school, diploma en beroep Korte beschrijving van de school ( 1.3) Informatie over het beroepsbeeld (2) Informatie over het diplomaprofiel ( uitstroomdifferentiaties + keuzemoment zijn aangegeven) Certificeerbare eenheden zijn vermeld Doorstroommogelijkheden zijn vermeld Kerntaken en werkprocessen zijn volledig ( conform KD) Hyperlink naar het kwalificatiedossier is opgenomen Examenregeling Vermelding van het aantal examens, de code, de titel ( de codering is conform afspraken in Handboek 2011) Vermelding van kerntaken, werkprocessen en competenties waarop het examen betrekking heeft. Vermelding van de examenvormen In geval van Samengesteld Examen zijn de bijbehorende examenonderdelen vermeld ( A, B, C ev) Het Samengesteld Examen kent een beperkt aantal onderdelen Examinering Nederlands generiek en Rekenen generiek is opgenomen. De onderdelen zijn vermeld. De voetnoot m.b.t Nederlands en rekenen is correct overgenomen ( staat per niveau in het Handboek 2011) Examinering LLB is opgenomen Periode examinering is vermeld In geval van Certificeerbare Eenheid/ Eenheden is er een duidelijke koppeling met de examenregeling Inrichting van de opleiding Informatie over het onderwijsconcept van de opleiding Omschrijving van de schoolgebonden leeractiviteiten, minimaal per leerjaar ( of invoeging opleidingsplaatje) SBU’s schoolgebonden leeractiviteiten duidelijk vermeld BOL: min. 940 SBU per leerjaar. BBL: min. 120 SBU per leerjaar

Vermelding van de fases in de opleiding ( basis,gevorderd, beroepsbekwaam) Overzicht SBU’s is ingevuld, incl. percentages Begeleiding Schema individuele begeleiding, begeleiding in de groep en begeleiding in de BPV is ingevuld Voortgangstoetsing Schema voortgangstoetsing is ingevuld Overig WSF-formulier is goed ingevuld (min. 940 SBU per leerjaar) Bij deeltijd BOL-opleiding en BBL-opleiding is het WSFformulier verwijderd uit het format Eindoordeel Opleidingsplan

35 !!"

#

De opleiding is gebaseerd op kwalificatiedossier 2010

Recommend Documents