De geheimen van Maurice

De geheimen van Maurice Educatief spel en opdrachtenwandeling voor kinderen uit de 2de graad van het basisonderwijs

handleiding

1

De geheimen van Maurice Educatief pakket met 2 luiken In opdracht van de gemeente Overijse ontwikkelde Mooss vzw ‘De geheimen van Maurice’, een educatief pakket over de teelt van tafeldruiven in Vlaams-Brabant. Dit pakket bestaat uit 2 luiken: • Een spel in bezoekerscentrum Dru!f. (Voor gezinnen is er een afgeleide van dit spel voorzien in de vorm van een opdrachtenboekje.) • Een opdrachtenwandeling in de gemeente Overijse. Deze kan aansluitend op het spel of eventueel ook op een later tijdstip gedaan worden.

Doelgroep Kinderen van het 3de en 4de leerjaar uit het basisonderwijs in klasverband (15 à 30 leerlingen + leerkracht).

Duur Het spel in het bezoekerscentrum duurt ongeveer 2u. De opdrachtenwandeling in Overijse neemt ongeveer 1u in beslag.

Begeleiding Het spel en de opdrachtenwandeling gebeuren onder begeleiding van de eigen leerkracht.

Materiaal Al het materiaal voor het spel en de wandeling is aanwezig in het bezoekerscentrum. De leerkrachten die met hun klas naar het bezoekerscentrum komen, kunnen het grafisch materiaal (handleiding, opdrachtkaarten, presentatie quiz, gids opdrachtenwandeling, ...) desgewenst ook vooraf in pdf-formaat downloaden op de website van de gemeente Overijse: www.overijse.be.

Prijs Het bezoek aan het bezoekerscentrum, het spel en de wandeling alsook het gebruik van het spelmateriaal is gratis.

Lesmap We voorzien een lesmap die de leerkrachten kunnen downloaden op de website van de gemeente Overijse met daarin: • tips om het bezoek voor te bereiden en te verwerken in de klas • de eindtermen waarin deze activiteiten kaderen • tips voor mogelijke extra activiteiten en bezoeken die ze kunnen doen in het kader van hun lessen over de druiventeelt.

2

SPEL in BEzoEkErScEntruM Dru!f Het spel speelt zich af in de onthaalruimte en de tentoonstellingsruimten. Voordat een klas het druivenspel komt spelen, zorgt het personeel van het bezoekerscentrum dat alles klaar gezet wordt.

in de onthaalruimte

Bij de ingang van de tentoonstelling (= op overloop waar trap naar boven komt)

> 5 tafels in een halve cirkel voor het grote beamerscherm plaatsen en per kind een stoel voorzien – de stoelen mogen in een groep voor het scherm worden gezet

> 2 sandwichborden klaarzetten: Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

1 opdrachtenbord

> op elke tafel een teamdisplay zetten

D.D.T.

D e ge he i m e n v a n Ma ur i c e | 1

team royal

Druiven telen voor dummies


En ze leefden nog rijk en gelukkig

> op elke tafel de bijhorende set met badges voor de teamleden klaarleggen


Het glazen huis

Zo is er maar 1!



Door 3 brillen


Onze B.O.B.’s


Inpakk en & wegwezen


De koningin en het feest


1 scorebord

> op elke tafel 3 antwoordborden A,B,C klaarleggen

B

> op het opdrachtenbord 2 sets van 9 opdrachtenkaarten hangen met de titelzijde naar voor - telkens 2 dezelfde opdrachtenkaarten boven elkaar aan hetzelfde haakje

D.D.T.

> introductiefilm klaar om af te spelen > koffer met overig spelmateriaal klaar zetten voor de leerkrachten

De geheimen v an Ma u rice | 1

Zo is er m aar 1!

De ge hei me n van Ma urice | 2

3

1. ontvangst klas (5’) > De kinderen en hun leerkracht worden ontvangen in de onthaalruimte op het gelijkvloers van het bezoekerscentrum door de onthaalambassadeur. > Jassen, rugzakken e.d. weghangen. > De onthaalmedewerker toont waar de toiletten zich bevinden zodat de kinderen voor aanvang van de activiteit nog even naar toilet kunnen gaan indien nodig. > Vervolgens gaan de kinderen op de stoelen voor het grote scherm zitten.

2. De film van Maurice (5’) Als al de kinderen zitten, start de onthaalambassadeur de introductiefilm. In deze film wordt het doel en de werkwijze van het spel uitgelegd door een figuur die terugkomt in de loop van het spel. Deze figuur is Maurice, een oude serrist (acteur). In de film vertelt hij het volgende aan de kinderen: Dag meisjes en jongens, Ik ben Maurice en ik ben één van de oudste serristen van Overijse. Dit is één van mijn serres! Hier teel ik mooie en lekkere druiven! Of tenminste, dat doe ik nog eventjes. Het werk in de serre is zwaar voor een man van mijn leeftijd. Té zwaar, zegt de dokter. Binnenkort ga ik met pensioen. Van mijn oude dag genieten! Mijn vader was ook serrist. Hij heeft mij ingewijd in de geheimen van de druiventeelt. De druiven die mijn vader teelde waren al heel lekker. Ik heb mijn best gedaan om ze nog beter en lekkerder te maken! En dat is gelukt! Door mijn werk – en dat van andere serristen uit de streek - heeft de Vlaams-Brabantse tafeldruif in 2008 immers een Europees kwaliteitslabel gekregen! Dat is heel speciaal! Enkel de allerbeste streekproducten krijgen zo’n label!

Maar nu genoeg gestoeft! Zoals ik jullie al vertelde, ga ik binnenkort met pensioen. En net zoals mijn vader zijn geheimen aan mij doorgaf, zou ik mijn vakkennis ook graag doorgeven aan de kinderen en jongeren van de volgende generatie. Mijn eigen kinderen zullen mijn serrebedrijf jammer genoeg niet overnemen… Zij hebben andere beroepen gekozen. Mijn dochter werkt als loketbediende in een bank in Leuven en mijn zoon is architect in Brussel … Zij gaan er dus niet voor zorgen dat mijn druiven lekker blijven of nog beter zullen worden … Maar … ik heb een plan bedacht! Jullie gaan mij helpen! Jullie zijn vandaag naar het bezoekerscentrum gekomen. En daar kan je van alles leren over de druiventeelt in Overijse. Als iedereen vandaag heel goed oplet en alles goed onthoudt, kunnen jullie er, samen met mij, voor zorgen dat de geheimen van de druiventeelt niet verloren gaan. Ok? En later - als jullie groot zijn - moeten jullie al die kennis over de druiventeelt doorgeven aan jullie eigen kinderen en kleinkinderen. Beloofd? En misschien … misschien krijgt er iemand van jullie wel goesting om later zelf serrist te worden … en zelf superlekkere druiven te telen! Dat zou nog beter zijn! Maar dat is allemaal voor later… Laat ons beginnen bij het begin. Zo dadelijk gaan jullie hier in het bezoekerscentrum een spel spelen, waardoor je hopelijk heel veel te weten zal komen over de druiventeelt. Het spel wordt gespeeld in verschillende teams. Eerst moet elk team goed zoeken en rondkijken in de tentoonstelling. En daarna doe ik een quiz om te testen wat elk team onthouden heeft! Ok? Zijn jullie klaar om te starten? Goed zo! Veel succes en tot straks!

4

3. Verdeling in teams (5’) De leerkracht vertelt kinderen dat ze nu dus een spel zullen spelen, zoals Maurice al vertelde in de film. > Het spel wordt gespeeld in 5 gelijke teams (minimum 2 en maximum 6 leden per team).

> In deze actieve quiz zal Maurice testen wat en hoeveel de kinderen in ronde 1 te weten zijn gekomen over de tafeldruif. > De leerkracht neemt de koffer met de rest van het materiaal mee uit de onthaalruimte. In deze koffer moeten zeker volgende zaken zitten:

> Elk team heeft een eigen kleur en naam (= druivensoort: Royal, Baidor, Muscat, Colman of Leopold III). > De teamkleur + teamnaam + foto van hun teamdruif staan op de teamdisplay die op hun teamtafel staat (leerkracht toont deze). team royal

> Na de verdeling in 5 teams door de leerkracht neemt elk kind zijn stoel mee en neemt plaats achter de eigen teamtafel.

1 controledocument met de vragen en antwoorden van spelronde 1

> Elk teamlid neemt vervolgens een badge met daarop ook weer kleur en naam van het eigen team van de tafel, en hangt deze rond zijn/haar hals.

4. uitleg over globaal verloop van de 2 spelrondes (2’) De leerkracht herhaalt nog even wat Maurice tijdens de film ook al verteld heeft:

5 klemborden met blanco invulbladen + 5 balpennen

> Het spel bestaat uit 2 rondes. > In spelronde 1 moeten de teams gedurende een bepaalde tijd allerlei opdrachten doen in de tentoonstelling. Via de opdrachten verzamelen ze info over het telen van tafeldruiven. > Voor spelronde 2, de quiz van Maurice, komen de teams terug naar de onthaalruimte.

5 sets van 9 OK!-plaatjes > Vervolgens gaat de leerkracht met koffer en kinderen naar het begin van de tentoonstellingsruimte ( = op de eerste verdieping, op de overloop waar de trap boven komt).

5

5. Afspraken i.v.m. gedrag in tentoonstelling (3’) Zo dadelijk zullen de teams ronde 1 spelen in de tentoonstelling. De tentoonstelling is verdeeld over 4 zalen. De leerkracht duidt deze aan op het plan naast de ingang en loopt samen met de kinderen door de tentoonstelling om de zalen te tonen en hen te wijzen op bepaalde regels: > Nergens aankomen (tenzij duidelijk is aangegeven dat het wel mag – vb. bij de touchscreenschermen – hierop staat een handje met de tekst ‘raak mij aan’). > Niet lopen in de tentoonstellingszalen. > Niet eten/drinken. > Niet op de vensterbanken gaan zitten. > Als ze gedurende het spel in of voorbij zaal 2 (met de 3 hangende schermen) gaan, moeten de kinderen stil zijn. Anders kunnen ze de tekst niet horen. > De volledige tentoonstelling bevindt zich op deze verdieping. Tijdens deze spelronde blijven de kinderen op deze verdieping en gaan ze dus niet naar beneden via de trappen die zich in het begin en aan het einde van de tentoonstelling bevinden. De leerkracht overloopt bovenstaande regels met de kinderen en bespreekt ook samen met hen waarom deze zaken niet mogen.

6. uitleg materiaal en verloop spelronde 1 (10’) > opdrachtenbord + opdrachtenkaarten D.D.T. Zois er maar 1!

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

D t thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

Dit thema is bezet

D e ge h e i m e n v a n M a ur i c e | 1

D e ge h e i m e n v a n M a ur i c e | 2

Op het opdrachtenbord hangen 2 reeksen van 9 opdrachtenkaarten; telkens 2 dezelfde opdrachtenkaarten boven elkaar. De leerkracht kiest zelf een kaart van het paneel om te tonen als voorbeeld.

Op de voorzijde van de opdrachtenkaarten staan telkens een foto en een titel. De titel is een, soms raadselachtige, omschrijving van het thema voor de opdrachten (cf. de TVkwis De Pappenheimers).

Indien de teams zich niet aan deze regels houden, kan de leerkracht hen als ‘straf’ een time-out opleggen – dwz dat het team 2 minuten niet mag verder spelen.

Aan de hand van de omschrijving kunnen de teams in zekere mate kiezen welke thema’s ze zullen behandelen (vb. thema’s die hun het meest interessant lijken) en in welke volgorde.

Vervolgens gaan de leerkracht en de kinderen bij het klaarstaande opdrachtenbord staan en geeft de leerkracht uitleg over het materiaal en het verloop van spelronde 1.

De thema’s moeten dus zeker niet in de volgorde waarop ze aan het bord hangen behandeld worden!

6

Een team dat een bepaald thema speelt krijgt de bijhorende opdrachtenkaart van de leerkracht en neemt deze mee in de tentoonstelling.

Op de achterkant van de opdrachtenkaarten staan telkens de opdrachten bij het gekozen thema. De structuur van een opdrachtenkaart is steeds dezelfde. De leerkracht overloopt deze met de kinderen: Ga naar (symbool >) De opdrachten die op een kaart staan moeten steeds uitgevoerd worden bij bepaalde modules en/of panelen in de tentoonstelling. (De leerkracht legt deze begrippen uit: ‘module’ = vrijstaande constructie met bijvoorbeeld een vitrinekast en ‘paneel’ = bord met teksten en afbeeldingen tegen de muur). Bij het symbool van de pijl vinden de kinderen een beschrijving van de modules of panelen waar ze heen moeten gaan en waarbij ze de opdrachten op deze kaart moeten uitvoeren.



zoek (symbool ) Vragen over het thema waarop ze het antwoord moeten zoeken in de module of op het paneel waar ze dan bij staan. De gevonden antwoorden schrijven ze op hun invulbladen (zie verder). zeg nu zelf (symbool  ) Vragen als toepassing op het thema. Deze vragen kennen geen juist of fout antwoord. Het gaat hier meer om de uitwisseling van de eigen ervaringen en meningen tussen de verschillende kinderen van een team. De ‘zeg nu zelf’vragen kunnen ze samen met hun teamgenoten bespreken wanneer ze tussendoor tijd over hebben (bv. als ze moeten wachten voordat ze bij de leerkracht terecht kunnen voor de controle van hun antwoorden).

Per thema hangen 2 dezelfde opdrachtenkaarten aan het bord. Een bepaald thema kan dus door maximum 2 teams tegelijkertijd gespeeld worden. Wanneer de beide opdrachtenkaarten van een thema verwijderd zijn verschijnt er een bezet-boodschap op het opdrachtenbord.

Dit thema is bezet

Na behandelen van een thema geeft het team de opdrachtenkaart in kwestie terug aan de leerkracht. Deze hangt de kaart terug op het opDdirtatch hteem nbaorids, zodat ze weer gespeeld kanbezet worden door de andere teams. Het is niet de bedoeling om zo snel mogelijk zoveel mogelijk thema’s af te haspelen! Het is trouwens sowieso niet mogelijk om de 9 verschillende thema’s en bijhorende opdrachten af te aeisstek van de handelen binneDnitheth t teijm dsb eerste ronde. Somb meigzeeotpdrachten nemen ook meer of minder tijd in beslag. Na afloop van deze ronde zullen de verschillende teams waarschijnlijk niet allemaal even veel en niet allemaal dezelfde thema’s behandeld hebben. Dat is echter geen probleem en maakt het net boeiender voor de 2de ronde! In de quiz komen al de thema’s van de opdrachten terug. De kinderen die de opdrachten van bepaalde thema’s niet zelf hebben kunnen doen in de eerste ronde, krijgen op die manier toch ook al de informatie mee.

7

> invulbladen en balpennen

7. Spelen spelronde 1 (ong. 1u)

De zoekvragen én antwoorden schrijven de kinderen telkens in het corresponderende vak op de invulbladen. De leerkracht toont de invulbladen en geeft elk team zijn eigen klembord met invulbladen en een balpen. > controledocument Na het beantwoorden van al de zoekvragen op een opdrachtenkaart komen de teams steeds terug naar de ruimte waar het opdrachtenpaneel staat. Daar tonen en vertellen ze aan de leerkracht wat ze te weten zijn gekomen en opgeschreven hebben i.v.m. het thema. De leerkracht controleert de antwoorden op de corresponderende pagina uit het controledocument.

D.D.T.

Druiven telen voor dummies

Zo is er maar 1!


Door 3 brillen


Onze B.O.B.’s

Inpakk en & wegwezen

OK!

De koningin en het feest

D.D.T.

team colman

OK!

team leopold III

OK!

baidor D e ge he i m e n v a n Ma ur i c e | 7


> De leerkracht gaat terug naar de onthaalruimte met de kinderen voor spelronde 2: de quiz van Maurice. > Elk team neemt zijn eigen klembord met invulbladen + balpen mee naar de onthaalruimte.

8. Voorbereiding en uitleg spelronde 2 : de quiz van Maurice (5’)


team muscat

En ze leefden nog rijk en gelukkig

> Als de eerste ronde afgelopen is, geeft de leerkracht een signaal en verzamelen alle teams onmiddellijk bij de sandwichborden.

> De quizvragen zijn opgedeeld in dezelfde 9 thema’s met dezelde titels, zoals ze op de opdrachtenkaarten uit de eerste ronde vermeld zijn.

Het glazen huis


team royal D e ge he i m e n v a n Ma ur i c e | 4

> De leerkracht toont de gewenste duur op een uurwerk (of stelt de timer op zijn/haar gsm in) en verklaart de spelronde voor geopend.

> Elk team gaat aan zijn teamtafel zitten met zijn invulbladen.

> scorebord + ok!-plaatjes


> De leerkracht controleert of de kinderen begrepen hebben hoe ze spelronde 1 moeten spelen en vertelt dat ze voor deze ronde exact ... uur/ minuten (duur is aanpasbaar door leerkracht) ter beschikking krijgen.


OK! OK!

team

De geheimen van Maurice | 1

Na de controle krijgen de teams een ‘ok!-plaatje’ van de leerkracht als bewijs dat hun team het thema in kwestie met succes behandeld heeft. Dit plaatje hangen ze op de juiste plek op het scorebord.

> Voor aanvang van de quiz houden de teams even een kort teamoverleg. Met hun invulboekje in de hand overlopen ze samen wat ze te weten zijn gekomen over de verschillende thema’s. > Per thema duiden ze een teamlid aan die zo dadelijk in de quiz de vragen over dat thema zal beantwoorden. Op de invulbladen schrijven ze de naam van het teamlid bij al de thema’s die hij/zij zal spelen. 8

> De kinderen zetten de stoelen op deze manier achter de teamtafels klaar:

> Binnen elk thema worden er 2 meerkeuzevragen gesteld. We kiezen bewust voor meerkeuzevragen omdat de teams die een bepaald thema niet behandeld hebben in de eerste ronde op deze manier toch ook nog een kans hebben om het juiste antwoord te gokken. > Per meerkeuzevraag is er een vraagdia en een antwoorddia.

stoelen voor de teamleden die het thema spelen en op de vragen antwoorden op de 1ste rij stoelen voor de andere teamleden die op dat moment zelf niet spelen op de 2de rij

D.D.T. (Druiventeelt Doorheen de Tijd) Vraag 1 > Deze man bouwde de eerste serre op een heuvel te Hoeilaart. Hoe heet hij? A. Henri Danhieux B. Victor Danhieux C. Felix Sohie

D.D.T. (Druiventeelt Doorheen de Tijd) Antwoord 1 > De man op de foto is Felix Sohie. Hij bouwde de eerste serre in Hoeilaart. Het juiste antwoord is dus C.

Vervolgens legt de leerkracht het verloop van de quiz uit: > De basis van de quiz is een diavoorstelling die wordt geprojecteerd op het grote scherm door een onthaalambassadeur van Dru!f. > Maurice is de quizmaster die de verschillende thema’s aankondigt. Bij elk nieuw thema verschijnt een dia met de titel van het thema + foto van Maurice (cf. opdrachtenkaarten).

D.D.T.

De geheimen van Maurice | 1

> Wanneer zo’n themadia verschijnt, nemen de 5 kinderen die het thema voor hun team zullen spelen plaats op de stoelen op de 1ste rij achter hun teamtafels. De andere teamleden gaan op de stoelen op de 2de rij zitten.

De 3 broers Henri, Victor en Philippe Danhieux bouwden de eerste serres in Overijse.

> De leerkracht overloopt zelf de vragen en geeft meer uitleg waar nodig.

B > Op elke teamtafel liggen 3 antwoordborden A,B,C. Nadat de leerkracht een vraag heeft voorgelezen moeten de 5 spelers onmiddellijk antwoorden door één van de antwoordborden te tonen aan de leerkracht. > Het juiste antwoord wordt daarna op het scherm gegeven, eventueel met een beetje uitleg (bijvoorbeeld waar om dat antwoord juist is en de andere antwoorden fout). Soms wordt er via deze weg ook nog extra info gegeven die niet (of niet expliciet) in de tentoonstelling aan bod komt.

9

> De teams die een juist antwoord geven op een vraag, krijgen een kaartje met een afbeelding van serres.

oPDrAchtEnwAnDELinG in oVErijSE Verloop wandeling

De leerkracht haalt deze serrekaartjes uit de materiaalkoffer en toont ze aan de kinderen.

> Het parcours voor de wandeling verloopt in een lus. De wandeling vertrekt en eindigt bij het bezoekerscentrum Dru!f.

8. Spelen Spelronde 2 (20’)

> Tijdens de wandeling wordt er halt gehouden op 5 plaatsen die iets te maken hebben/hadden met de druiventeelt in Overijse. Op elke locatie doen de kinderen ter plaatse een kleine opdracht.

> De leerkracht controleert of de kinderen het verloop van spelronde 2 begrepen hebben. > De eerste themadia met Maurice wordt getoond en de kinderen die dat thema zullen spelen komen vooraan zitten. De 2 meerkeuzevragen binnen dat thema worden beantwoord (door het opsteken van de borden) en gecontroleerd (via de antwoorddia). De leerkracht deelt ‘punten’ (= serrekaartjes) uit bij goede antwoorden. Dan volgt het tweede thema enzovoort. > Als alle 9 thema’s de revue gepasseerd zijn, is de quiz afgelopen en worden de punten geteld. Het team dat de meeste serrekaartjes heeft, wint het spel.

9. Evaluatie en afsluiting (5’) > Als er nog tijd over is kan de leerkracht op dit moment de ‘zeg nu zelf’vragen van de opdrachtkaarten met de kinderen bespreken.

Rugzakje met materiaal > De leerkracht kan het rugzakje afhalen in het bezoekerscentrum. > In het rugzakje zit de wandelgids van Maurice. De wandeling van Maurice

Dag meisjes en jongens, In het bezoekerscentrum Dru!f heb ik jullie veel van mijn geheimen verteld. Hopelijk weten jullie nu al wat meer over het telen van lekkere druiven, zoals die van mij. Zoals je ziet kan ik er bijna niet van afblijven! Niet alleen in het bezoekerscentrum kan je veel leren over de druiventeelt in deze streek. Ook verschillende plekken in Overijse herinneren ons aan de gl oriedagen van de druiventeelt. Daarom gaa n we nu samen op pad! En onderweg stel ik je graag enkele interessante plaatsen voor.

De geheimen van Maurice | opdrachtenwandeling

Straatnaamborden met informatie en opdrachten Van elke plaats waar we halt zullen houden, nam ik een foto van het straatnaambord. Op de achterkant van de borden geef ik jullie wat meer informatie over de plek. Ik geef ook telkens een kleine opdracht die jullie ter plaatse kunnen doen. Veel plezier! Groetjes,

Maurice

De wandeling verloopt in een lus. Ze begint en eindigt aan het bezoekerscentrum Dru!f. In dit vak leg ik jullie telkens uit hoe je naa r de volgende plaats kan geraken.

> Vooraan in de gids staat een kaartje van Overijse waarop de 5 locaties staan aangeduid. > Per locatie is er een straatnaambord.

Opdracht Het bezoekerscentrum Dru!f is het startpunt voor de verkenning van de Onder de poort hangen

Den Bonten Os

oeger Het gebouw ‘Den Bonten Os’ was vr s tmoett en een sjieke herberg waar handelaar belangrijke mensen elkaar on en. Nu is hier het bezoekerscentrum Dru!f gevestigd, waar je veel informatie kan vinden over de druiventeelt en de streek.

druivenstreek. posters met toeristische informatie. > Zoek op de posters een plaats die je kan ontdekken of activiteit die je kan doen vanuit Dru!f. > Beeld ze uit en laat de anderen raden over welke plaats of activiteit het gaat!

> Het bezoek aan Dru!f wordt afgesloten met een evaluatie. Wat vonden de kinderen ervan? Wat was er leuk/niet leuk; moeilijk/gemakkelijk; flauw/ interessant … ? Waarom? > Als beloning voor hun inzet krijgen al de kinderen druiven (in het seizoen) of druivensap (buiten seizoen).

We vol g e n de weg links omhoog tot aan de Br us s el s es te e n w eg . O v er s te k en en naar links . Na enk ele st app en bek limmen we rec hts Sol hei d e. E v e n vo or bij de i ng a ng van het k erk hof ligt rec hts een grote s erre. De g eh ei m en van Maurice | opdrac htenwandeling | 1

Na di e s erre slaan we rec hts het domein S olheide in. Links van ons s t aat e e n v o or m ali g e s erris tenvilla.

Op de achterzijde staat telkens een beetje uitleg, de opdracht en de wegbeschrijving naar de volgende locatie. De leerkracht kan steeds aan een kind vragen om een bepaald onderdeel voor te lezen voor de klas. 10

colofon concept en vormgeving: Mooss vzw | Chris Ferket foto’s Maurice: Mooss vzw | Iris Verhoeyen inhoudelijk advies: Gemeente Overijse | Sven Willekens, Katy Van Londen, Lynn Debecker

t o eris me

vlaanderen

11

De geheimen van Maurice

Recommend Documents